Vervoer in de buitenschoolse opvang

Vergelijkbare documenten
Protocol vervoer Stichting Ut Kruumelke. Versie 1, januari 2018.

Protocol vervoer Protocol vervoer BSO Veldzijde versie 0 juli 2016

Protocol vervoer Protocol vervoer BSO de Saller versie 1 oktober 2015

VERVOERSPROTOCOL VEILIGHEID BIJ EXCURSIES

VOEL OOK DE MAGIE VAN KINDEROPVANG EN NATUUR!

1.1 Protocol Leerlingenvervoer en Veiligheid

1.1 Protocol Leerlingenvervoer en Veiligheid

Protocol Leerlingenvervoer RK BS Paus Joannes. Protocol Leerlingenvervoer

Protocol Leerlingenvervoer en Veiligheid

Protocol Op stap met de bso

PROTOCOL LEERLINGEN VERVOER EN VEILIGHEID Protocol leerlingenvervoer en veiligheid

Leerlingenvervoer. Protocol Leerlingenvervoer. April Obs de VOS Multatulilaan ZM Voorschoten : :

Protocol Vervoer. Buitenschoolse Opvang Puk. Susan Welten

November Protocol Leerlingenvervoer en Veiligheid Bs de Touwladder

Protocol Leerlingenvervoer en Veiligheid

Protocol Vervoer Protocol Vervoer, Bso Marlon versie 1, januari 2015

Protocol Leerlingenvervoer en Veiligheid

Protocol Leerlingenvervoer en Veiligheid. Basis school Roald Dahl. Sint-Michielsgestel

Protocol Leerlingenvervoer en Veiligheid

Protocol. Leerlingenvervoer en Veiligheid. Drunen, november 2015.

Vervoersprotocol basisschool St. Jozef Oktober 2013

Protocol Leerlingenvervoer en veiligheid

Protocol leerlingvervoer

Taxi-beleid BSO Kinderopvang t Hummelhuis Laatste wijzigingen:

Inhoud Algemeen Richtlijn bij uitstapjes Beleid Toestemming Verzekering Richtlijnen...

2. Regulier leerlingenvervoer betreffende excursies, zwemonderwijs e.d. 2.1 Per personenauto.

Protocol Leerlingenvervoer en Veiligheid Basisschool de Brakken

Protocol uitstapjes en vervoer

Hoofdstuk 1. Hoofdstuk 2.

PROTOCOL LEERLINGENVERVOER

1. Inleiding. 2. Uitgangspunten. 3. Toestemming en verzekering.

Wettelijke regels die van toepassing zijn zoals omschreven in de Wegenverkeerswet en de Wet Personenvervoer zijn in dit protocol verwerkt.

Basisschool De Leemstee protocol vervoer

Protocol Vervoer Protocol Vervoer, Bso Marlon versie 2, november 2017

PROTOCOL VEILIG VERVOER

Beleidsregels leerlingenvervoer gemeente Boxtel Mei 2013

paraaf chef: kopie aan: onderwerp: Klanttevredenheidonderzoek leerlingenvervoer 2010

Handleiding. Cliëntenvervoer InteraktContour. Informatie en regels

Bergerweg 37, tel: fax: AT HORN. Taxiregels.

*Z01081E8A59* documentnr.: INT/G/15/19052 zaaknr.: Z/G/15/16497

Verklaring Vervoersregeling

Protocol vervoer van leerlingen

KLANTTEVREDENHEIDSONDERZOEK WMO-VERVOER GEMEENTE RIDDERKERK

Protocol Leerlingenvervoer en Veiligheid OBS Den Bussel. Kaatsheuvel

Protocol leerlingvervoer en veiligheid

Verklaring vervoersregeling

Dit wordt in het intakegesprek met de ouders/verzorgers besproken. Calamiteit: een kind dat niet opgehaald wordt.

GEDRAGSCODE BUITENSCHOOLSE ACTIVITEITEN

Richtlijnen voor het vervoer. van leerlingen van de RK bs Kardinaal de Jong

Naar school met de schoolbus of taxi(bus) Spelregels voor ouders, kinderen en vervoerders

Handboek Leerlingenvervoer Schooljaar 2014/2015

PROTOCOL EXCURSIES Protocol excursies met bijlagen Leerkrachten/schooldocumenten/protocollen en afspraken Pagina 1

Productwijzer Ongevallenverzekering inzittenden (OVI)

Schoolreis- en excursiebeleid

Vervoersbeleid. Beleidsplan m.b.t. vervoeren van leerlingen

Gemeente Amsterdam Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling. Amsterdams Leerlingenvervoer

Wmo-raad Nieuwegein. College van Burgemeester & Wethouders Postbus AA Nieuwegein. Geacht College,

Leerlingenvervoer. in Zeeuws-Vlaanderen

Informatiebrochure Leerlingenvervoer

Taxiprotocol Widdonckschool Weert

Taxiopleiding De ZuidHollandse Woonkreek GT Spijkenisse Mob: Antwoorden Ex 1 1. A.

Protocol Leerlingenvervoer en Veiligheid

KLANTTEVREDENHEIDSONDERZOEK LEERLINGENVERVOER GEMEENTE RIDDERKERK

Vervoerspas bij de hand?

] Handleiding vervoer bij Stichting De Driestroom

RESULTATEN TEVREDENHEIDSONDERZOEK INSTELLINGEN VOOR KINDEROPVANG EN SCHOLING IN CHAAM DORPSRAAD CHAAM

Pedagogisch beleidsplan IJsberen dependance Theresiaschool

Notitie veilig vervoer naar buitenschoolse activiteiten

Protocol buitenschoolse activiteiten

Januari Schoolreis- en excursiebeleid

de spelregels leerlingenvervoer

Vragen en antwoorden rond de start van. Kinderopvang Bimbola in basisschool Park 16hoven

Kinderdagverblijf. Duckie. Informatie. brochure

Informatie voor Ouders

Om de klassenouders te ondersteunen is in iedere klas een communicatiemap aanwezig.

Zittend ziekenvervoer

Handboekje leerlingenvervoer

Productwijzer Schadeverzekering inzittenden (SVI)

Productwijzer Rechtsbijstand in het verkeer

Productwijzer Rechtsbijstand in het verkeer

Productwijzer Rechtsbijstand in het verkeer

2.1 De Boomhut: de organisatie die zich ondermeer ten doel stelt peuteropvang te verzorgen en voorzieningen voor buitenschoolse opvang.

LEERLINGEN VERVOER DE REGELS OP EEN RIJTJE

Leerlingenvervoer. voor kinderen die niet zelfstandig naar school kunnen

Bent u tevens in het bezit van een in het kader van de Wmo verstrekte scootmobiel dan gelden met ingang van 1 januari 2015 de volgende bedragen:

Aan: Gemeente Ede en deelnemers medemaken Leerlingenvervoer t.a.v. Mw Susan van der Zwaag Postbus HK Ede

Taxi/busvervoer De Spoorzoeker

Huisregels BSO Eye4Kidz 2015

Leerlingenvervoer naar school van school

Vervoersprotocol. Doel van dit protocol:

Wat kunt u verwachten van het leerlingenvervoer? Servicenormen. Brochure servicenormen_2017.indd :17

Spelregelboekje leerlingenvervoer. Regels en wetenswaardigheden om het vervoer van leerlingen goed te laten verlopen versie oktober 2018

Waarom VVE? Overleg tussen leiding en ouders. Het Peutervolgsysteem

Handboekje Leerlingenvervoer Midden-Brabant. Prettig Onderweg

Ongevallenverzekering Collectief

Inspectierapport BSO Paddington (BSO) Kapelstraat GK BEDUM Registratienummer

Vervoerspas bij de hand?

HANDBOEK LEERLINGENVERVOER

Transcriptie:

Vervoer in de buitenschoolse opvang Marja van Dijk Monica Hensen NIZW, november 2000

Inhoud INLEIDING 3 1. BEPALENDE FACTOREN 4 2. WAT KOST HET? 5 MANIEREN WAAROP DE BSO-ORGANISATIES DE VERVOERSKOSTEN IN REKENING BRENGEN 5 3. WAT VOOR KWALITEITSEISEN KUN JE STELLEN? 7 4. AAN WELKE VEILIGHEIDSEISEN MOETEN WE VOLDOEN? 8 AUTOGORDELS 8 VERZEKERINGEN 8 AANTAL KINDEREN IN EEN AUTO OF BUS 8 5. HOE ORGANISEREN WE HET FIETS- OF LOPEND VERVOER VAN TWINTIG KINDEREN? 9 6. WAAR MOETEN WE AAN DENKEN ALS KINDEREN ZELFSTANDIG NAAR DE BSO KOMEN? 10 OUDERE KINDEREN ZELFSTANDIG OP DE FIETS 10 7. ZIJN TWEE LEID(ST)ERS VOLDOENDE ALS WIJ MET TWINTIG KINDEREN OP STAP GAAN? 11 BIJLAGE 1: SCENARIO S VERVOER EN KOSTEN 12 TOELICHTING OP SCENARIO 1, VERVOER UITBESTEED PER TAXI OF BUSJE 12 SCENARIO 1: VERVOER UITBESTEED PER TAXI OF BUSJE 13 TOELICHTING OP SCENARIO 2, VERVOER IN EIGEN BEHEER 14 SCENARIO 2: VERVOER IN EIGEN BEHEER 15 BIJLAGE 2: UITKOMSTEN ENQUÊTE GEMOTORISEERD VERVOER, JULI SEPTEMBER 2000 16 BIJLAGE 3: VOORBEELDCONTRACTEN TAXIBEDRIJF BSO 19

Inleiding BSO in de eigen buurt, of dichtbij de school is ideaal. Lopend vanuit school naar de opvangvoorziening met de leidster of alleen met een groepje. Voor de kinderen maar ook voor de buitenschoolse opvangorganisatie een situatie die veruit te verkiezen valt boven het vervoer per taxi of bus. Vervoer per taxi of busje is een flinke kostenpost, bovendien voor kinderen vaak vervelend, vooral als de rit lang duurt en ze ook nog een tijd bij de school moeten wachten. Menig BSO streeft er dan ook naar om een BSO-locatie dicht bij de basisschool (-scholen) te realiseren of om BSO-locaties schoolgebonden te maken. Helaas is het ondanks dat streven niet altijd mogelijk om vervoer te vermijden. Met name in plattelandsgebieden komen de kinderen vanuit meerdere dorpskernen naar de BSO. Vaak een te grote afstand om te lopen of te fietsen. Belangrijk is het dan om het vervoer zo te regelen dat het veilig, pedagogisch verantwoord en ook nog financieel haalbaar is. Bij het Landelijk informatiepunt BSO worden regelmatig vragen gesteld over het vervoeren van kinderen van school naar de BSO en van de BSO naar andere activiteiten. Ook het vervoer bij uitstapjes kost soms hoofdbrekens. De vragen betreffen niet alleen het vervoer per taxi of busje, maar ook het lopen en fietsen met een groep kinderen. De vragen gaan over financiële aspecten, organisatorische aspecten en de veiligheid en kwaliteit van het vervoer. In deze brochure over vervoer in de BSO vindt u de antwoorden op deze vervoersvragen. De brochure dient als steun voor organisaties die vervoer moeten regelen. Het regelen van vervoer van school naar BSO behoort tot het standaard takenpakket van de BSO-voorziening. De BSO neemt tijdelijk (een deel van) de opvoedingsverantwoordelijkheden van de ouders over, waaronder de wijze waarop de kinderen naar de BSO komen. Bij de beantwoording van de vragen over vervoer is gebruik gemaakt van: De praktijk van Stichtingen voor kinderopvang in Wageningen, Delft, Spaarndam, Langedijk, s Gravenzande en Hoogeveen; Financiële scenario's: Chris Posma, Syneff Consult; Handboek Leiding en Organisatie in de kinderopvang, Bohn Stafleu Van Lochum, Houten; De balans opmaken, managementvraagstukken Buitenschoolse opvang, VOG; VakantiePaspartoe, Stichting Kinderpostzegels Nederland; Dorwaal Assurantiën, Arnhem (voorheen G. Keizer Assurantiën); De veiligheidsrichtlijnen van de Verenigde Verkeers Veiligheids Organisaties / 3VO. Marja van Dijk & Monica Hensen Landelijk informatiepunt buitenschoolse opvang Telefoon : 030-2306 603 e-mail : BSOinfopunt@nizw.nl website : www.nizw.nl/bso NIZW, oktober 2000

1. Bepalende factoren Voordat besloten wordt om taxi s of busjes in te zetten, moeten instellingen eerst duidelijkheid hebben over onderstaande factoren: a. de afstand tussen school en BSO & de afstand tussen BSO en andere locaties waar activiteiten plaatsvinden; b. de leeftijd van de kinderen; c. de verkeersveiligheid; d. de visie van de organisatie op zelfstandigheid van kinderen; e. de mening van de ouders. Ad a Er zijn geen wettelijke regels over het maximale aantal kilometers dat kinderen mogen lopen. Wij adviseren een loopafstand van maximaal 10 tot 15 minuten. Vooral voor jonge kinderen zal de loopafstand beperkt moeten blijven. Begeleid fietsen kan een alternatief zijn. Ad b Het maakt uit of de groep voornamelijk uit jonge kinderen of oudere kinderen bestaat. Oudere kinderen kunnen soms zelfstandig naar de opvang lopen of fietsen. Ook kan het gebruik van openbaar vervoer een mogelijkheid zijn voor oudere kinderen. Ad c Uiteraard is voor het zelfstandig naar de opvang kunnen komen de verkeersveiligheid van de route van belang. De organisatie kan er via de gemeente voor zorgdragen dat de route tussen school en BSO veilig wordt gemaakt, bijvoorbeeld door veilige fietsroutes en veilige oversteekplaatsen te creëren. Ad d Als de organisatie het belangrijk vindt dat kinderen zich zelfstandig door een wijk leren bewegen zal er eerder gekeken worden naar mogelijkheden voor de kinderen om begeleid te lopen en te fietsen of zelfstandig naar de opvang te komen. De BSO kan de kinderen dit leren; er zijn BSO-voorzieningen die speciale verkeerstrainingen aanbieden. Ad e Belangrijk in de keuze van vervoer is de mening van de ouders. Zij geven uiteindelijk wel of geen toestemming voor hun kind om zelfstandig naar de opvang of naar activiteiten buiten de opvangvoorziening te gaan.

2. Wat kost het? De kosten zijn afhankelijk van 1 : a. de prijs die het taxibedrijf vraagt; b. het aantal taxi s en/of busjes dat ingezet wordt; c. het aantal kilometers en de tijd dat een busje onderweg is; d. het aantal kinderen dat vervoerd wordt. Ad a Bij navraag worden prijzen tussen de ƒ 40,- en ƒ 75,- per uur genoemd. Ook zijn er taxibedrijven die de prijs per rit berekenen. Ad b Bij een groot spreidingsgebied moeten relatief veel taxi s of busjes worden ingezet. Dit betekent dat er soms een klein aantal kinderen tegelijkertijd opgehaald kan worden. De kosten gaan hierdoor omhoog. Het voordeel is dat er niet langs meerdere scholen gereden wordt om kinderen op te halen. De duur van de rit wordt hiermee beperkt. Ad c Doorgaans zal een taxibedrijf de tijd berekenen die een taxi nodig heeft om van de scholen naar de BSO te rijden. De wachttijd bij de scholen zal hierbij worden meeberekend. Ad d Niet alle kinderen zullen gebruik hoeven te maken van vervoer per busje of taxi. Een deel kan waarschijnlijk lopend naar de BSO komen. Manieren waarop de BSO-organisaties de vervoerskosten in rekening brengen Niet zelden worden de kosten betaald uit de pot van de BSO-voorziening zelf. De kosten worden dan niet in rekening gebracht bij de ouders. Soms worden de kosten gezamenlijk met de ouders gedragen, wat betekent dat de kosten deels door de ouders (extra kosten bovenop de ouderbijdrage), deels door de BSO-voorziening worden betaalt. Deze twee financieringsvormen worden het meest gehanteerd. Daarnaast zijn er organisaties die de vervoerskosten op de volgende wijze verrekenen: De kosten worden verdeeld over alle kinderen en in rekening gebracht bij alle ouders (ongeacht het gebruik van het vervoer); De kosten worden in rekening gebracht bij de ouders van de kinderen die gebruik maken van het vervoermiddel; Er wordt onderscheid gemaakt in bedrijfsplaatsen en subsidieplaatsen: bij bedrijfsplaatsen worden de kosten volledig doorberekend, bij subsidie-plaatsen gedeeltelijk; De kosten worden (deels) betaald door de gemeente. 1 In de bijlage wordt een aantal scenario s vervoerskosten uitgewerkt.

Een kinderopvangorganisatie in Delft biedt momenteel 220 kindplaatsen vervoer. De kinderen zijn verdeeld over veertien groepen in acht verschillende locaties en komen van 38 basisscholen. Het vervoersbedrijf rekent ƒ 72,50 per uur en rijdt ongeveer 95 uur per week om de kinderen te vervoeren. Op jaarbasis is dit een bedrag van ƒ 1250,-- per kindplaats. De organisatie is de afgelopen jaren sterk gegroeid en die groei zet zich de komende jaren voort. De kosten van het vervoer nemen jaarlijks toe per kindplaats. Daarom heeft de organisatie een ander beleid ingezet: nieuwe BSO-locaties komen dichter bij de basisscholen te liggen, waardoor het vervoer en de kosten worden teruggedrongen. Streven is om het busvervoer zo veel mogelijk te minimaliseren. Reden hiervoor zijn de veiligheid van de kinderen en de te lange tijd die de kinderen in de bus moeten zitten met één chauffeur. Bovendien blijkt het vervoer van de kinderen logistiek steeds moeilijker te worden. Met de uitbreiding hoopte de organisatie dat de spreiding over de scholen bij het vervoer beter zou worden. Dit bleek niet het geval, onder andere door de verschillende uitgaanstijden van de scholen en van de onder- en bovenbouw. In Spaarndam worden de kinderen tot tien jaar opgehaald met vier busjes, die in het bezit zijn van de eigen organisatie. De kosten voor het vervoer worden niet apart in rekening gebracht bij de ouders. De oudere kinderen komen zelfstandig met het openbaar vervoer of op de fiets naar de BSO. Voor de fietsende kinderen heeft de BSO een fietsoefentraject, zodat zij leren hoe ze zich veilig in het verkeer voortbewegen. Er is bij de start een berekening gemaakt waaruit bleek dat de aanschaf van eigen busjes voordeliger is dan het inschakelen van een taxibedrijf. De vrijheid om de deur uit te kunnen gaan voor een uitstapje, wordt als groot voordeel ervaren. Ook rijd je met je eigen busjes reclame, waardoor de BSO meer bekendheid krijgt. Het eerste busje heeft de BSO-voorziening voordelig kunnen aanschaffen, de andere busjes zijn op de reguliere markt gekocht. Goede contacten met autodealers maken het mogelijk kortingen te bedingen. Door vier medewerkers met een I/D-baan ook in te zetten als chauffeur worden de kosten laag gehouden. Deze medewerkers hebben een combinatiefunctie. Zo is één medewerker handig in het onderhouden van auto s en neemt dit

3. Wat voor kwaliteitseisen kun je stellen? Aan het vervoer kunnen kwaliteitseisen worden gesteld door verordeningen, de ouders of de organisatie zelf. Mogelijke kwaliteitseisen zijn: De begeleiding in de taxi of bus. In principe is het niet nodig dat groepsleiding in de bus aanwezig is als de chauffeur deskundig is om met een groep kinderen te rijden. Van de chauffeurs kan verwacht worden dat zij kindvriendelijk zijn. Een gesprek vooraf met de chauffeurs over wat je van de begeleiding in de bus verwacht, is aan te bevelen. Kinderen die voor het eerst naar de opvang komen worden vaak de eerste paar keer wel begeleid door een BSO-leid(st)er. De wachttijd van de kinderen op de taxi of bus. Omdat de bus vaak langs meerdere scholen rijdt, is het onvermijdelijk dat kinderen moeten wachten op de bus. De praktijk wijst uit dat dat kan oplopen tot 10 minuten, dit vindt men dan ook tegelijkertijd het maximum. Hoe korter hoe beter. De duur van de taxi- of busrit. Een tijdsduur van 20 minuten wordt in de praktijk als maximum ervaren. Ook hiervoor geldt: hoe korter hoe beter. Afspraken met de school. Over de plaats waar het busje het beste kan wachten, de ophaaltijden en eventuele begeleiding van leerkrachten tot de kinderen in het busje zitten. Afspraken tussen de organisatie en het taxibedrijf. Over de aanwezigheid van kinderen, ophaaltijden, het aantal kinderen, de ophaalplaatsen. Afspraken met de kinderen Waar ze op de bus wachten, hoe ze zich in de bus gedragen en wanneer ze mogen in- en uitstappen. Punctualiteit Het busje met chauffeur dient op tijd aanwezig te zijn en kinderen niet te vergeten. Leidster BSO: Wij hebben een aantal afspraken met de chauffeur gemaakt; de chauffeur doet zelf ook een gordel om als voorbeeld voor de kinderen. Hij zorgt voor de overdracht van de school naar de leidsters. Het busje staat altijd op een vaste plek met de deuropening naar de stoep. Als er kinderen in de bus zitten, blijft de chauffeur ook in de bus.

4. Aan welke veiligheidseisen moeten we voldoen? Als je als BSO de kinderen per auto of busje vervoert, moet je er op toezien dat dit veilig gebeurt. Er gelden twee wetten in Nederland bij het vervoer van personen: De Wet Personenvervoer regelt het vervoer van personen tegen betaling (taxi s en bussen). Onder andere wordt het maximale aantal te vervoeren kinderen in deze voertuigen voorgeschreven. Er mogen meestal meer kinderen mee dan er echte zitplaatsen zijn, volgens deze wet. In de Wegenverkeerswet wordt het vervoer van kinderen in een gewone personenauto (geen taxi) geregeld. Ook het vervoer met busjes die de BSOvoorziening zelf heeft aangeschaft, valt onder deze wet, evenals het Voor de veiligheid van het vervoer zijn de volgende zaken van belang: Autogordels Personenauto's die na 31 december 1989 in gebruik zijn genomen, moeten voorzien zijn van autogordels voor alle naar voren gerichte zitplaatsen. Personenauto's die in gebruik zijn genomen na 1 januari 1971, maar voor 1 januari 1990 moeten voorin voorzien zijn van autogordels. Sinds 1999 moeten alle zitplaatsen in touringcars voorzien zijn van veiligheidsgordels. Alle kinderen onder de 12 jaar en kleiner dan 150 cm. mogen alleen maar voorin een auto (ook bestel- en vrachtauto) als ze zitten in een voor hen geschikt en goedgekeurd kinderbeveiligingsmiddel. Achterin moeten ze ook autogordels gebruiken. Alleen kinderen onder de 12 jaar van 150 cm of langer mogen voorin en moeten dan net als iedereen een (driepunts)autogordel dragen. Verzekeringen Elke automobilist is volgens de Wet Aansprakelijkheidsverzekering Motorvoertuigen (WAM) verplicht zich te verzekeren tegen schade aan derden. Derden kunnen ook inzittenden zijn van de auto. Daarnaast zijn er nog een aantal aanvullende verzekeringen mogelijk: Ongevallenverzekering voor inzittenden Deze verzekering leidt tot uitkering bij overlijden of (blijvende) invaliditeit, ongeacht de schuldvraag. De verzekerde bedragen zijn van te voren vastgesteld. Schadeverzekering voor inzittenden Deze verzekering is uitgebreider dan de Ongevallenverzekering. De verzekering keert de werkelijke schade uit. Bovendien dekt deze verzekering naast de materiële schade ook de immateriële schade, zoals loonderving, juridische kosten en zelfs smartegeld. Als je het vervoer van BSO-kinderen overlaat aan een bedrijf tegen betaling, geldt de Wet Personenverover. Controleer bij gebruik van deze diensten altijd of het bedrijf de juiste verzekeringen heeft afgesloten en hoeveel personen daadwerkelijk zijn verzekerd als inzittende in de polisvoorwaarden! Kinderen die met instemming van de BSO-leiding in een auto vervoerd worden, ook al is het een ouder die rijdt, zijn verzekerd onder de WAM-verzekering van de organisatie. Ook geldt de Ongevallenverzekering of Schadeverzekering van de voorziening als die is afgesloten. De schade aan de auto valt onder de WAM- en cascoverzekering van de eigenaar van de auto. Aantal kinderen in een auto of bus De Wegenverkeerswet hanteert geen getalsmatige norm ten aanzien van het aantal te vervoeren

kinderen. De basisregel is dat de verkeerveiligheid niet in gevaar mag worden gebracht. Belangrijk is natuurlijk wel het aantal personen dat verzekerd is volgens de polisvoorwaarden. In de Wet Personenvervoer zijn de volgende regels opgenomen: Bij taxi's en busjes is het aantal zitplaatsen te vinden op het keuringsbewijs, die altijd in het vervoermiddel aanwezig moet zijn. De achterbank van een taxi heeft drie zitplaatsen. Volgens de wet nemen drie kinderen, ouder dan 9 jaar en jonger dan 14 jaar twee zitplaatsen in. In de leeftijd van 4 tot 10 jaar kunnen vier kinderen gebruik maken van twee zitplaatsen. Op een bank in een bus met twee zitplaatsen mogen op één zitplaats dus twee kinderen onder de 10 jaar zitten. Controleer altijd hoeveel personen verzekerd zijn volgens de polisvoorwaarden! Dit kunnen er minder zijn dan het aantal kinderen dat wettelijk vervoerd mag worden in de auto of het busje. Wat betreft het gebruik van autogordels kunnen deze regels praktische problemen opleveren: Als er drie zitplaatsen zijn, waarvan 2 voorzien van een autogordel, dan moeten eerst die plaatsen worden ingenomen waar een gordel aanwezig is. Als alle zitplaatsen met autogordel bezet zijn, mogen de overige kinderen vervoerd worden zonder autogordel. Kinderen mogen niet samen in één gordel! Dit betekent dat wanneer twee kinderen onder de 10 jaar samen één zitplaats bezetten, één kind een gordel draagt. Het andere kind zit zonder gordel. 3 VO geeft aan vervoerders van kinderen de volgende adviezen: Houd u minimaal aan de wet; Zorg voor autogordels op iedere zitplaats en gebruik ze; Vervoer niet meer kinderen dan er gordels zijn; Vervoer niet meer personen dan er zitplaatsen zijn; Laat kinderen bij voorkeur achterin zitten. Meer informatie over het vervoer van kinderen en veiligheid Verenigde Verkeers Veiligheids Organisatie / 3VO Tel : 035 524 88 00 E-mail : info@3vo.nl Website : www.3vo.nl 5. Hoe organiseren we het fiets- of lopend vervoer van twintig kinderen? Twintig kinderen ophalen, lopend of per fiets, van meerdere scholen die soms ook nog op dezelfde tijd uitgaan, kan een probleem opleveren. In de praktijk zijn daar diverse oplossingen voor bedacht: Het beperken van het aantal scholen. Deze oplossing zie je vaak in steden waar twee leidsters maximaal twee soms drie scholen langslopen om de kinderen op te halen. Het zelfstandig naar de opvang laten komen van oudere kinderen. Dit kan uiteraard alleen met toestemming van de ouders en als de verkeerssituatie dit toelaat. Het inzetten van betaalde groepshulpen (bijv. met ID-banen) of het inzetten van stagiair(e)s. Aan ouders, die op weg naar huis langs de opvang rijden, vragen of zij een aantal kinderen mee willen nemen uit school. Afspraken met scholen over het brengen of helpen oversteken van de kinderen.

6. Waar moeten we aan denken als kinderen zelfstandig naar de BSO komen? a. schriftelijke toestemming van de ouders; b. afspraken met de kinderen, al dan niet in de vorm van een contract; c. afspraken met de scholen; d. een collectieve ongevallenverzekering; e. een collectieve WA verzekering. Ad a Ouders dragen de eindverantwoordelijkheid voor hun kinderen. Zij geven een deel van hun verantwoordelijkheid tijdelijk uit handen aan de BSO. Belangrijk is om precies te weten waarmee ouders akkoord gaan als het gaat om de zelfstandigheid van kinderen. Mogen zij alleen naar een vriendje, is het toegestaan om alleen een boodschap te doen in het winkelcentrum? Ad b Sommige organisaties kiezen ervoor om afspraken met de kinderen vast te leggen. Op deze manier worden kinderen medeverantwoordelijk gemaakt voor de gemaakte afspraken. Ad c Van belang is dat de leerkrachten weten welke kinderen op welke dagen zelfstandig naar de opvang gaan. Afgesproken kan worden dat de kinderen naar de opvang bellen als ze langer op school blijven. Ad d Voor het geval een kind of iemand van de leiding tijdens de opvang of onderweg van het centrum naar huis lichamelijk letsel oploopt. Deze verzekering keert niet uit wanneer sprake is van het opzettelijk toebrengen van lichamelijk of geestelijk letsel door de leiding. Ad e Het gaat hierbij om een bedrijfsaansprakelijkheidsverzekering, niet om een particuliere aansprakelijkheidsverzekering. De WA-verzekering is normaliter ook geldig tijdens (incidentele) uitstapjes, ook als kinderen in de auto worden meegenomen. Let hierop bij het afsluiten van uw verzekering, niet iedere verzekeraar verzekert de (kleine) uitstapjes mee! Uitstapjes die plaatsvinden buiten Nederland moeten meestal vooraf worden gemeld bij de verzekeraar. Oudere kinderen zelfstandig op de fiets De Zuidhollandse Ondersteuningsorganisatie Kinderopvang / ZOK wil met het project Van de achterbank op de fiets de BSO stimuleren om kinderen vanaf 9 jaar zelfstandig te laten deelnemen aan het verkeer. In 2000 zijn twee pilots uitgevoerd, waarin ervaring is opgedaan met het werken aan verkeersveiligheid en verkeersvaardigheid. Eind februari 2001 verschijnt het Ideeënboek waarin ervaringen, voorbeelden, tips en ideeën worden opgenomen. Het Ideeënboek is voor managers en leidsters van de BSO die aan de slag willen met zelfstandige mobiliteit van kinderen. In het ideeënboek komen de volgende onderwerpen aan de orde: Werken aan een pedagogische visie op zelfstandige mobiliteit en risicohantering; Werken aan de benodigde houding en vaardigheden; Werken aan verkeersveiligheid en verkeerseducatie. Heeft u interesse in deze uitgave of wilt u meer informatie, dan kunt u contact opnemen met het Achterbankproject van ZOK: 010 4366088.

7. Zijn twee leid(st)ers voldoende als wij met twintig kinderen op stap gaan? Er is geen regelgeving op dit gebied dus zul je je eigen normen moeten ontwikkelen. Deze vraag zal dan ook in de eigen situatie beantwoord moeten worden, waarbij het goed is rekening te houden met de volgende punten: Hoe is de leeftijdssamenstelling van de groep? Heb je overwegend jonge kinderen dan zal er meer toezicht nodig zijn. Hoe is de sfeer in de groep? Heb je kinderen die goed luisteren of is de groep juist druk? Wat kun je zelf aan als leidster? Het is belangrijk om bij jezelf na te gaan of je het aandurft om met een grote groep kinderen op stap te gaan. De groep kinderen goed kennen en ervaring spelen daarbij een rol. Wat is de mening van de ouders? Toestemming van de ouders is nodig, liefst schriftelijk. Hoe is het uitstapje bereikbaar? Het maakt nogal verschil of je naar de speeltuin in de buurt gaat of dat je een uitstapje met de tram naar de dierentuin maakt. Bij het maken van grotere georganiseerde uitstapjes kun je ook eens kijken bij het onderwijs. Vaak zie je daar groepjes van 6 á 7 kinderen per volwassene. Mocht je met elkaar tot de conclusie komen dat het niet verantwoord is om met alle twintig kinderen op stap te gaan, zoek dan naar alternatieven. Het inschakelen van een groepshulp, een stagiair(e) of een keer een invalkracht vragen, biedt mogelijkheden om toch naar buiten te kunnen. Als laatste tip: spreek met elkaar af wie uiteindelijk verantwoordelijk is voor de groepsgrootte bij uitstapjes. Het hoofd zal waarschijnlijk degene zijn die de toestemming zal geven.

Bijlage 1: Scenario s vervoer en kosten In deze bijlage worden een aantal scenario s vervoerskosten uitgewerkt. Aan de hand van deze scenario s krijgt u een beeld van de verschillende factoren die de vervoerskosten bepalen. Verder kunnen ze gebruikt worden om de eigen vervoerskosten mee te vergelijken. Toelichting op scenario 1, vervoer uitbesteed per taxi of busje De kosten van het vervoer worden bepaald door: De prijs die het taxibedrijf vraagt In onderstaande voorbeelden wordt uitgegaan van een uurprijs van ƒ 50,00 en een kilometerprijs van ƒ4,00. Bij de totale kosten per dag is uitgegaan van de uurprijs plus de kosten per kilometer. Het aantal taxi s en of busjes dat ingezet wordt. Dit is afhankelijk van de ligging van de scholen, maar ook van de visie op kwaliteit. Om de duur van de rit en de wachttijd voor de kinderen zo kort mogelijk te houden is het soms noodzakelijk om meerdere taxi s of busjes in te zetten. In de onderstaande scenario s wordt dat zichtbaar gemaakt in het verschil tussen het aantal kinderen dat per dag gemiddeld gereden wordt en het aantal kinderen dat per rit verzameld wordt. Het aantal kilometers en de tijd dat een busje onderweg is. Het totaal aantal kilometers is niet alleen afhankelijk van de afstand van school naar de BSO, maar ook van het totaal aantal ritten. Ook de totale wachttijd is van belang voor de kosten omdat de berekening uitgaat van een uurprijs. Hierin wordt deze wachttijd uiteraard meegerekend. Het aantal kinderen dat vervoerd wordt. Ook het aantal kinderen dat gebruik maakt van het vervoer bepaalt de uiteindelijke kosten. Zie het verschil tussen scenario 1a en 1c.

Scenario 1: Vervoer 1-a 1-b 1-c 1-d 1-e uitbesteed per taxi of busje (vervoer alleen in de schoolperiode) Soort taxivervoer Auto Auto Auto Busje Busje Taxikosten per uur ƒ50,00 ƒ50,00 ƒ50,00 _ƒ50,00 ƒ50,00 Taxikosten per kilometer ƒ4,00 ƒ4,00 ƒ4,00 ƒ4,00 _ƒ4,00 % Kinderen dat opgehaald moet worden Aantal kinderen dat per rit verzameld wordt. Gemiddelde haal-/brengafstand in km 25% 50% 75% 75% 75% 3 3 3 6 6 4,00 4,00 4,00 4,00 8,00 Gemiddelde tijdsduur per km. in min. 1,50 1,50 1,50 1,50 1,50 Gemiddelde tijdsduur wachten per rit 5,00 5,00 5,00 5,00 5,00 in min. Groepsgrootte 20 20 20 20 20 Kindbezeting 2 80% 80% 80% 80% 80% Aantal kinderen dat gemiddeld per 4 8 12 12 12 dag gereden wordt Aantal ritten, alleen halen 2 3 4 3 3 Totale wachttijd 10 15 20 15 15 Totaal aantal km. per dag 8 12 16 12 24 Totale kosten per dag _ƒ40,33 ƒ_60,50 _ƒ80,67 ƒ60,50 ƒ108,50 Totale kosten schoolperiode _ƒ 8.067 ƒ12.100 ƒ16.133 ƒ12.100 _ƒ21.700 Gemiddelde vervoerskosten per bezette kindplaats per jaar _ƒ504 ƒ756 ƒ_1.008 ƒ_756 ƒ_1.356 2 Een kindbezetting van 80% is representatief voor het huidig landelijk gemiddelde.

Toelichting op scenario 2, vervoer in eigen beheer Naast het inhuren van een taxibedrijf is het ook mogelijk om als organisatie een eigen auto of busje aan te schaffen. In scenario 2 is hiervan een kostenplaatje gemaakt. Vervoer in eigen beheer is niet goedkoper dan het inhuren van vervoer bij een taxibedrijf, tenzij het busje ook voor andere diensten wordt ingezet. Soms kunnen de loonkosten lager uitvallen als er gebruik wordt gemaakt van een chauffeur met een I/D-baan. Het verschil tussen scenario 2c en 2c/bis bestaat er uit dat bij scenario 2c/bis verondersteld wordt dat de helft van de vaste kosten gedragen kunnen worden door het gebruik van het busje voor andere diensten. Voordeel van een busje in eigen beheer is dat het ook voor uitstapjes e.d. gebruikt kan worden.

Scenario 2: Vervoer in eigen 2-a 2-b 2-c 2-c/bis 2-d beheer (vervoer alleen in de schoolperiode) Soort vervoer Auto Auto Busje Busje Busje Loonkosten per uur _ƒ31,60 _ƒ31,60 _ƒ31,60 _ƒ31,60 _ƒ31,60 Aantal kilometers per jaar 3.200 8.000 4.800 4.800 9.600 Vaste kosten, verzekering, afschrijving, wegenbelasting _ƒ8.000,-- _ƒ8.000,-- _ƒ9.500,-- _ƒ4.750,-- _ƒ9.500,-- Variabele kosten per kilometer _ƒ0,50 _ƒ0,50 _ƒ0,60 _ƒ0,60 _ƒ0,60 % Kinderen dat opgehaald moet worden Aantal kinderen dat per rit verzameld wordt Gemiddelde haal-/brengafstand in km. Gemiddelde tijdsduur per km. in min. 25% 75% 75% 75% 75% 3 3 6 6 6 8,00 8,00 8,00 8,00 16,00 1,50 1,50 1,50 1,50 1,50 Gemiddelde tijdsduur wachten per 5,00 5,00 5,00 5,00 5,00 rit in min. Groepsgrootte 20 20 20 20 20 Kindbezetting 3 80% 80% 80% 80% 80% Aantal kinderen dat per dag 4 12 12 12 12 gemiddeld gereden wordt Aantal ritten, alleen halen 2 5 3 3 3 Totale reis- en wachttijd 34 85 51 51 87 Totaal aantal km. per dag 16 40 24 24 48 Totale kosten per dag _ƒ 65,91 _ƒ104,77 _ƒ88,76 _ƒ65,01 _ƒ122,12 Totale kosten schoolperiode _ƒ13.181 _ƒ20.953 _ƒ17.752 _ƒ13.002 _ƒ24.424 Gemiddelde vervoerskosten per bezette kindplaats per jaar _ƒ824 _ƒ1.310 _ƒ1.110 _ƒ813 _ƒ1.527 3 Een kindbezetting van 80% is representatief voor het huidig landelijk gemiddelde.

Bijlage 2: Uitkomsten enquête gemotoriseerd vervoer, juli september 2000 Door: Monica Hensen Aantal enquêtes verstuurd : 92 Aantal enquêtes geretourneerd : 36 Respons : 39% Waarvan 4 BSO-voorzieningen zonder gemotoriseerd vervoer, respons effectief: 32 (35%) Aan de hand van deze 32 retouren is het volgende verslag opgesteld. Aantal kinderen dat wordt vervoerd Per week worden gemiddeld 69 kinderen vervoerd per BSO-voorziening. Visie van de voorziening op de taak van de BSO bij het vervoer van school naar BSO Antwoord Aantal Standaardtaak van de BSO-voorziening 25 Extra service aan ouders (geen standaard 6 taak) Niet ingevuld 1 Conclusie: Vervoer van BSO-kinderen behoort tot het standaard takenpakket van de BSO-voorziening. Opmerkingen: Het gegeven dat het regelen van vervoer een standaardtaak van de BSO is, betekent niet dat het ook gratis moet zijn voor de ouders: GRATIS vervoer is een service! Het regelen van vervoer 'an sich' is een standaard taak van de BSO!, aldus een respondent. Ook de afstand tot de BSO-voorziening speelt een rol bij de visie op het takenpakket van de BSO: Het gaat om een standaardaanbod als het gaat om kinderen binnen het dorp. Voor de buitendorpen is het vervoer een service (een andere respondent). Wie vervoert de kinderen? Antwoord Aantal Taxicentrale 24 Combinatie taxicentrale & BSO-voorziening 5 Combinatie taxicentrale & vrijwilliger 1 BSO-voorziening (alleen) 1 Schoolvervoer & ouders 1 Conclusie: Vervoer wordt meestal geregeld met een taxicentrale. Welke volwassenen zijn aanwezig tijdens het vervoer? Antwoord Aantal Alleen taxichauffeur 13 Taxichauffeur & BSO-leid(st)er 8 Taxichauffeur & soms BSO-leid(st)er 3 Overige antwoorden 8 Niet ingevuld 1 Bij de voorzieningen waar de BSO-leid(st)er soms meegaat, gebeurt dat meestal wanneer er nieuwe kinderen zijn. Zij worden de eerste paar keer begeleid bij de rit van school naar BSO. De overige antwoorden zijn: alleen BSO-chauffeur; alleen BSO-leid(st)er; BSO-chauffeur & BSOleid(st)er; BSO-chauffeur & taxichauffeur & BSO-leid(st)er (ieder eigen vervoer); taxichauffeur & vrijwilliger BSO; taxichauffeur & BSO-leid(st)er & betaalde ophaalmedewerker; taxichauffeur & BSO-stagiair(e)s; ouders & chauffeur schoolvervoer.

Conclusie: Er bestaat veel verschil per BSO-voorziening in aanwezigheid van volwassenen tijdens het vervoer. Bij gebruik van een taxicentrale is uiteraard altijd de taxichauffeur aanwezig, regelmatig ook een BSO-leid(st)er. Opmerkingen: (Betaalde) ophaalmedewerkers kunnen een praktische oplossing betekenen bij het ophalen van kinderen. Een BSO-voorziening met ervaring met deze medewerkers is hierover zeer enthousiast: Werken met vaste ophaalmedewerkers (gewoon ingeschaald) werkt heel goed! Ze zijn goud waard! Wie betaalt het vervoer? Antwoord Aantal De BSO-voorziening zelf 16 Ouders van de kinderen die gebruik maken van het vervoer (kosten boven op 6 ouderbijdrage) Deels de ouders, deels de BSO-voorziening 5 Alle ouders ongeacht het gebruik van vervoer (kosten boven op de ouderbijdrage) 2 Deel ouders, deel BSO, deel gemeente 1 Deel ouders, deel gemeente 1 Deel ouders, deel BSO, bij bedrijfsopvang: geheel ouders 1 Conclusie: Het vervoer wordt regelmatig betaald door de BSO-voorziening zelf (uit eigen pot). Daarnaast is vaak sprake van gedeelde betaling, waarbij wederom de BSO-voorziening zelf een grote partij vormt. Tevredenheid over het vervoer Over het algemeen is men redelijk tevreden over de wijze waarop het vervoer geregeld is. Opvallend is dat de vijf BSO-voorzieningen die het vervoer gedeeltijk danwel geheel in eigen hand hebben, een hoge tevredenheidsscore laten zien. Over het eigen vervoer hebben zij niet veel klachten. De meeste klachten zijn er over de taxicentrales. Dit hoeft echter niet noodzakelijkerwijs te betekenen dat taxicentrales het slecht of slechter doen dan de voorzieningen met eigen vervoer. Enerzijds kan dit veroorzaakt worden doordat klachten op de eigen voorziening minder snel geuit worden, anderzijds doordat taxicentrales eenvoudigweg vaker het vervoer verzorgen. Ontevredenheid over het vervoer wordt veroorzaakt door: Kinderen worden vergeten (soms hele scholen); Kinderen worden te vroeg of te laat opgehaald van school; Wisselende chauffeurs (wat het vergeten van kinderen in de hand werkt); Chauffeurs letten niet voldoende op de veiligheid (vastmaken van gordels); Taxicentrale neemt de planning niet goed over; BSO voelt zich door taxicentrale behandeld als klant numero zoveel (komen vaak te laat); Verkeersdrukte; Ouders vinden het duur; Soms zijn er te weinig taxi s, waardoor wachttijd langer wordt; Afhankelijkheid van één taxicentrale wordt als vervelend ervaren; Medewerking van taxicentrale laat soms te wensen over. Conclusie: Ondanks een flinke hoeveelheid aan mogelijke verbeteringen van het vervoer, is men over het algemeen tevreden. Opmerkingen: Ouders vinden een vaste chauffeur belangrijk en vinden het vaak prettig als een BSO-leid(st)er aanwezig is bij het vervoer. Dit laatste is financieel echter niet altijd haalbaar voor BSO en/of ouders. Ook vinden zij het belangrijk dat de instelling een vinger aan de pols houdt. Ouders zijn graag goed geïnformeerd, regelmatig evalueren met ouders is daarom zinvol.