Analyseschema Tacitus Het leven van Agricola Bron: Tacitus, P.C., Het leven van Agricola en de Germanen, vert. Vincent Hunink (Amsterdam 2000) (Voor online versie, zie: http://www.let.ru.nl/v.hunink/documents/tac_agr_germ_nl.pdf
Inhoudsopgave Religie blz. 3 Priesters blz. 3 Offeren blz. 3 Goden blz. 3 Overige blz. 3 Oorlog blz. 4-5 Tactiek blz. 4 Eenheden blz. 4 Huurlingen blz. 4-5 Overige blz. 5 Keltische samenleving blz. 6-7 Klassen blz. 6 Recht blz. 6 Zwakkeren blz. 6 Huisvesting blz. 6 Uiterlijk blz. 6 Beroepen blz. 6 Overige blz. 6-7 Keltische politiek blz. 8-9 Kelten onderling blz. 8 Romeinen blz. 8-9 Germanen blz. 9 Overige blz. 9
Keltische religie Onderdeel Deel Jaar Stam Vermelding Priesters - - - - Offeren 10-12 ±65 AD Britten Gallische rituelen en bijgeloof Goden 30-32 83/84 AD Caledoniërs Hebben meerdere goden. Overige - - - -
Keltische oorlogvoering Onderdeel Deel Jaar Stam Vermelding Tactiek 4-9 ± 65 AD Britten Nederzettingen in brand gestoken. 4-9 ±65 AD Britten Vijandelijke legers omsingeld. 18-20 77/78 AD Ordovices Voeren geen oorlog op vlak terrein. 22 79/80 AD Britten Zijn gewend s winters te vechten en maken zo de zomerverliezen weer goed. 25-28 82/83 AD Caledoniërs Groot leger. 25-28 82/83 AD Caledoniërs Vallen snel aan. 25-28 82/83 AD Caledoniërs Kennis van terrein 25-28 82/83 AD Caledoniërs Vallen s nachts aan 25-28 82/83 AD Caledoniërs Vinden dekking in moerassen en bossen. 29 83/84 AD Caledoniërs Hebben oorlogsonderscheidingen. 30-32 83/84 AD Caledoniërs Vrouwen vuren soldaten aan, familie scheldt hen uit bij vluchten. 33-34 83/84 AD Caledoniërs Rede wordt goedgekeurd door luid geroep, gezang en ordeloos rumoer 33-34 83/84 AD Caledoniërs Verschuilen zich. 35-38 83/84 AD Caledoniërs Linie op hoger gelegen terrein. 35-38 83/84 AD Caledoniërs Ruimte tussen slaglinies gevuld door ruiters op zeiswagens. 35-38 83/84 AD Caledoniërs Omsingelen. 35-38 83/84 AD Caledoniërs Gevluchte troepen omsingelen achtervolgers. 35-38 83/84 Caledoniërs Zoeken bij vlucht als ze alleen zijn onbegaanbaar terrein op. 35-38 83/84 AD Caledoniërs Steken huizen zelf in brand en verschuilen zich dan. Eenheden 10-12 ±65 AD Britten Kracht in infanterie, maar sommige stammen strijden met wagens, waarbij de edele ment en de vazallen voor hem vechten. 35-38 83/84 AD Caledoniërs Hebben wagenstrijders 36 83/84 AD Caledoniërs Hebben grote zwaarden en korte schilden. 36 83/84 AD Caledoniërs Gooien speren 35-38 83/84 AD Caledoniërs Zwaarden hebben geen punt en zijn daarom ongeschikt voor man tot man gevechten. Huurlingen 29 83/84 AD Britten Huurlingen van vreedzame stammen in Romeins leger
32 83/84 AD Galliërs en Britten Overige 10-12 ±65 AD Britten en Galliërs 10-12 ±65 AD Britten en Galliërs Huurlingen bij Rome. Tarten met onbezonnenheid gevaar en trekken terug als dat komt. Britten meer strijdlust dan Galliërs, Galliërs week door langdurige vrede en nietsdoen 12-17 ±65 AD Silures Sterk en strijdlustig 18-20 77/78 AD Anglesey Makkelijk ingenomen. 22 79/80 AD Picten Verwoesten land tot aan de Tay? 25-28 82/93 AD Caledoniërs Wisselen snel van plan. 29 83/84 AD Caledoniërs Niet gebroken na een nederlaag 30-32 83/84 AD Caledoniërs Dapper en strijdlustig 33-34 83/84 AD Caledoniërs Worden op de vlucht gejaagd door geschreeuw. 35-38 83/84 AD Caledoniërs Wagenstrijders vluchten weg. 35-38 83/84 AD Caledoniërs Kijken neer op een klein leger. 35-38 83/84 AD Caledoniërs Gewapenden vluchten, ongewapenden rennen dood tegemoet.
Keltische samenleving Onderdeel Deel Jaar Stam Vermelding Klassen 8 ±65 AD Britten Worden bestuurd door gouverneur / stadhouder. 9 ±65 AD Aquitaniërs Bestuurd door Romeinse stadhouder, deze ambt had grote omvang. 12 ±65 AD Britten Vroeger koningen, nu lokale stamhoofden. 16 ±65 AD Britten Bij leidinggevende functies letten Britten niet op geslacht. 12-17 ±65 AD Britten Houden van mild leiderschap. 29 83/84 AD Caledoniërs Hebben verschillende lagen adel. 31 83/84 AD Caledoniërs Kennen slavernij. Recht - - - - Zwakkeren 16 ±65 AD Britten Bij leidinggevende functies letten Britten niet op geslacht. 27 82/83 AD Caledoniërs Brengen vrouwen en kinderen naar veilige plaatsen voor oorlog. 31 83/84 AD Caledoniërs Kinderen en verwanten zeer belangrijk. 38 83/84 AD Caledoniërs Uit medelijden plegen sommige Caledonische mannen grof geweld tegen vrouwen en kinderen. Huisvesting 38 83/84 AD Caledoniërs Hebben plaats: Truculum aan de oostkust. Uiterlijk 11 ±65 AD Caledoniërs Rossig haar en rijzig 11 ±65 AD Silures Getinte huid en krullend haar Beroepen 12 ±65 AD Britten Goud, zilver en metaal gevonden 25 82/83 AD Britten Onder de indruk van Romeinse vloot zelf niet zo n grote vloot? 31 83/84 AD Caledoniërs Hebben geen akkers, mijnen of havens. Overige 10-12 ±65 AD Britten Taal lijkt op Gallisch 12-17 ±65 AD Britten Verdragen opgelegde lasten schijnbaar makkelijk 12-17 ±65 AD Britten Voorouders dapper 12-17 ±65 AD Britten Geven toe aan Romeinse luxe. 21 78/79 AD Britten Leven verspreid 21 78/79 AD Britten Onbeschaafd en snel geneigd tot oorlog 20-21 78/79 AD Britten Hebben Latijn een tijd afgewezen. 20-21 78/79 AD Britten Gaan over tot Romeinse
gewoonten.
Keltische politiek Onderdeel Deel Jaar Stam Vermelding Onderling 10-12 ±65 AD Britten Brittannië in verschillende delen verdeeld, in het noorden Caledonië 12 ±65 AD Britten Zelden trekken twee of drie stammen met elkaar op tegen gemeenschappelijk gevaar. 14 ±65 AD Anglesey Geeft actieve steun aan opstandelingen. 15 ±65 AD Britten Onderling contact 17 ±65 AD Brigantes Grootste stam 23 80/81 AD Britten Brittannië eindigt bij de Forth en de Clyde 25 82/83 AD Caledoniërs Verenigd tegen de Romeinen. 29 83/84 AD Caledoniërs Stammen gebundeld. 30 83/84 AD Caledoniërs Zouden andere stammen te hulp kunnen komen. 30 83/84 AD Caledoniërs Zijn de edelste Britten en wonen daarom in binnenste gebieden. 30-32 83/84 AD Caledoniërs Onduidelijke berichtgeving over Caledoniërs 25-38 83/84 AD Caledoniërs Afspraken onder Caledoniërs worden niet nagekomen. Romeinen 4-9 ±65 AD Britten Romeinse veteranen in GB gelyncht 4-9 ±65 AD Britten Worden door de Romeinen woest gevonden. 12 ±65 AD Britten Leveren troepen en belasting zonder problemen aan de Romeinen, maar niet wanneer ze oneerlijk behandeld worden. 14 ±65 AD Britten Loyale koning krijgt nederzettingen van Rome 15 ±65 AD Britten Wanneer gouverneur weg is beginnen ze te klagen 16 ±65 AD Britten Na opstand schuldbewust over afvallig gedrag 18 77/ 78 AD Ordovices Maken Romeinse legereenheid in 19 77/78 AD Britten Romeinse heffingen van graan en geld evenredig verdeeld over de stammen. 20 78/79 AD Britten Veel niet-veroverde stammen geven zich over met gijzelaars door genade. 25 82/83 AD Picten Noordelijke Picten anti-
Romeins. 25 82/83 AD Caledoniërs Romeinen bang voor Caledonische aanval. 30-32 83/84 AD Caledoniërs Geven belasting en graan aan Rome en leggen voor hun wegen aan? 32 83/84 AD Galliërs en Britten Niet toegewijd aan Rome, maar getrokken door succes. 35-38 83/84 AD Boresti Geven gijzelaars aan Rome 38 83/84 AD Caledoniërs Langzaam marcherende legioenen moeten Caledoniërs schrik aanjagen 39-40 83/84 AD Britten Rustig Germanen - - - - Overige - - - -