Operatie bij blaaskanker met aanleggen stoma



Vergelijkbare documenten
A12 KANKERCENTRUM Operatie bij blaaskanker met aanleggen stoma

Adviezen na operatie bij blaaskanker met stoma

Operatie bij blaaskanker met aanleggen vervangblaas

A12 KANKERCENTRUM Operatie bij blaaskanker met aanleggen vervangblaas

Adviezen na operatie bij blaaskanker met vervangblaas

Belangrijkste punten van deze folder:

Adviezen na een operatie aan de baarmoeder

Belangrijkste punten van deze folder:

A12 KANKERCENTRUM Adviezen na operatie bij blaaskanker met aanleggen stoma

Een operatie voor het verwijderen van de blaas

Operatie bij eierstokkanker

Verwijderen van prostaatweefsel via de urinebuis (TURP)

Intra-Operatieve Radiotherapie bij endeldarmkanker

A12 KANKERCENTRUM Adviezen na operatie bij blaaskanker met aanleggen vervangblaas

Verwijderen van prostaatweefsel via de urinebuis (TURP)

Adviezen na een operatie aan de darm

Verwijderen van een blaastumor via de urinebuis

Kromstand van de penis Voorbereiding Medicijnen Preoperatief spreekuur Nuchter zijn De opname

Belangrijkste punten van deze folder:

Verwijderen van een nier via een kijkoperatie. Laparoscopische operatie

Operatie bij vernauwing van de plasbuis

Het verwijderen van een nier

Operatie voor het verwijderen van de blaas

Intra- Operatieve Radiotherapie. Eenmalige bestraling bij borstkanker

Een operatie voor het verwijderen van de blaas en het aanleggen van een Hautmannblaas

Prostaatoperatie via de buik

Endeldarm operatie Abdomino-Perineale Rectumextirpatie (APR)

Adviezen na een operatie aan de baarmoeder

Verwijderen van een steen uit de urineleider

Oncologie. Operatie bij eierstokkanker

A12 KANKERCENTRUM Longoperatie

Blaasoperatie (Bricker-operatie)

Verwijderen van de lymfeklieren van de prostaat Pelviene lymfeklierdissectie

Verwijderen van prostaat weefsel via de buik (Millin)

Verwijderen van een blaassteen

Operatie aan de dikke darm

Operatie bij vernauwing plasbuis

Behandeling met botulinetoxine bij overactieve blaas

Verwijderen van een nier via een kijkoperatie

Prostaatoperatie via de buik

Intra-Operatieve Radiotherapie

Een operatie voor het opheffen van een vernauwing van de urineleider Pyelumplastiek

Verwijderen van de lymfeklieren in het kleine bekken

Gedeeltelijke verwijdering van een nier

VERWIJDERING VAN EEN NIER VIA EEN OPEN OPERATIE

Verwijdering van een nier

Verwijderen van een deel van de lever

Millin prostaatoperatie

Bricker operatie (aanleg van een urinestoma) Afdeling Urologie

Nefrectomie (nierverwijdering) Afdeling Urologie

Patiënteninformatiedossier (PID) PROSTAATKANKER. onderdeel VERWIJDEREN LYMFKLIERWEEFSEL PROSTAATKANKER. Verwijderen lymfklierweefsel

Lage rughernia Neurochirurgische behandeling

Spermatocele Zwelling van het scrotum

Verwijderen van een nier of een deel van de nier via een kijkoperatie

Prostaatoperatie via de buik

Verwijderen van een niertumor via een kijkoperatie (laparoscopische nefrectomie)

Littekenbreukoperatie

Verwijderen niertumor

Informatie over het verwijderen. vanwege kanker

Verwijderen van een nier via een kijkoperatie. Laparoscopische nefrectomie

Urologie Het verwijderen van een tumor uit de blaas

Verwijderen van de zaadbal

Besnijdenis (circumcisie)

Littekenbreukoperatie

Prostatectomie volgens Hryntschak

Het opheffen van een darmstoma

Verwijderen van de sternumdraden

Verwijdering van lymfeklieren via een kijkoperatie

Opheffen van een darmstoma

Besnijdenis. Informatie voor patiënten. F december Medisch Centrum Haaglanden

Een hersentumor Symptomen Doel van de operatie

Het verwijderen van een poliep in de blaas middels de Tur methode

Nekhernia Neurochirurgische behandeling

Ook heeft u een gesprek met de anesthesioloog. De anesthesioloog beoordeelt of u de operatie lichamelijk aankunt.

Hersenbiopsie. Informatie voor patiënten. Medisch Centrum Haaglanden

Lymfeklieren verwijderen in het bekken

Nierbekkenplastiek. Kijkoperatie

Prostatectomie. Zorpad in stappen. Stap 1: Preklinische Screening. Stap 2: Voor de operatie

Verwijdering van een deel van de nier via een kijkoperatie met de da Vinci-robot

Transurethrale resectie van een

Een operatie bij eierstokkanker

Nieroperatie met een kijkbuis

De prostaatoperatie (TURP)

Verwijderen van de prostaat met de Da Vinci-operatierobot

Hernia in de borstwervelkolom

Hersenoperatie. Informatie voor patiënten. Medisch Centrum Haaglanden

Urologie. Een urinestoma volgens Bricker

Penoplicatie. Naar het ziekenhuis? Lees eerst de informatie op

Operatieve ingreep in de blaas

Operatie aan de plasbuis

Borstamputatie. Ablatio

Prostaatoperatie (TURP)

Verwijdering blaastumor via de plasbuis

Operatie aan de plasbuis

Behandeling van hydrocefalus met drain

Inleiding. Een penoplicatie. Pré-operatieve screening

Vernauwing van het wervelkanaal in de onderrug Neurochirurgische behandeling

Inleiding De operatie Voorbereiding De operatie Na de operatie Bloedverdunners... 4

Een poliep in de blaas moet altijd worden verwijderd. De poliep kan groter worden, bloedingen veroorzaken en doorgroeien in de spierwand.

aanleggen van een pouch (IPAA)

Transcriptie:

Operatie bij blaaskanker met aanleggen stoma

Belangrijkste punten van deze folder: U wordt geopereerd in het A12 Oncologisch Centrum, locatie Antoniushove in Leidschendam. Tijdens deze operatie wordt uw blaas verwijderd, waarna een kunstmatige urine- uitgang (stoma) wordt aangelegd. Na de operatie blijft u twee tot drie weken opgenomen op de verpleegafdeling Oncologische Chirurgie in het A12 Oncologisch Centrum in Leidschendam. Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. De blaas 3. Opereren in het A12 Oncologisch Centrum 4. Voorbereiding op de operatie 5. De operatie 6. Complicaties tijdens en na de operatie 7. Opname na de operatie 8. Ontslag 9. Adviezen 10. Contact opnemen 11. Afspraak voor controle 12. Casemanager voor verdere vragen 13. Meer informatie en lotgenotencontact

1. Inleiding Uit onderzoek is gebleken dat u blaaskanker (blaascarcinoom) heeft. Daarom is in overleg met uw arts besloten om uw blaas te verwijderen. Dit gebeurt met een operatie (cystectomie). Soms zijn er andere oorzaken om de blaas te verwijderen, bijvoorbeeld chronische ontstekingen van de blaas of urine- incontinentie. Omdat uw blaas verwijderd wordt, krijgt u een kunstmatige urine- uitgang. Dit heet een urinestoma. De operatie vindt plaats onder algehele verdoving. Na de operatie blijft u twee tot drie weken opgenomen in het A12 Oncologisch Centrum. Deze folder geeft informatie over de voorbereiding, de opname in het ziekenhuis, de operatie en het herstel. 2. De blaas De functie van de blaas is de opslag van urine. Deze urine wordt door de nieren geproduceerd en via de urineleiders (ureters) naar de blaas getransporteerd. De blaas is bolvormig en ligt onder in het bekken (zie onderstaand plaatje). Bij volwassenen kan de blaas gemiddeld 400 ml urine bevatten. Wanneer de blaas gevuld is, ontstaat door de rekking van de blaaswand een prikkel tot plassen. De sluitspier van de blaas verslapt en vervolgens wordt de urine door samentrekking van de blaasspier via de plasbuis (urethra) uit het lichaam afgevoerd. A. Nieren B. Urineleiders C. Blaas D. Plasbuis Afbeelding: De blaas Bron: KWF Kankerbestrijding

3. Opereren in het A12 Oncologisch Centrum Bronovo, het Groene Hart Ziekenhuis en Medisch Centrum Haaglanden werken sinds enkele jaren intensief samen binnen het A12 Oncologisch Centrum. De belangrijkste reden hiervoor is om kennis en ervaring te bundelen en de kwaliteit van de zorg nog verder te verbeteren. Binnen het A12 Oncologisch Centrum is er een gezamenlijk gespecialiseerd behandelteam van artsen en verpleegkundigen op het gebied van blaaskanker. Het gespecialiseerde behandelteam bespreekt de resultaten van uw onderzoeken en is verantwoordelijk voor het uitvoeren van de operatie en andere behandelingen. De belangrijkste reden om de blaaskankeroperaties te concentreren, is het verhogen van de kwaliteit. Een select aantal gespecialiseerde urologen voert de blaaskankeroperaties uit. Uit onderzoek blijkt dat dit leidt tot minder complicaties en een betere kans op herstel. U wordt de dag voor de operatie opgenomen op de verpleegafdeling Oncologische Chirurgie in het A12 Oncologisch Centrum. Na de operatie blijft u twee tot drie weken opgenomen op dezelfde afdeling om te herstellen van de operatie. Hierna mag u met ontslag naar huis. U krijgt een afspraak voor controle bij de uroloog mee. Uw uroloog informeert u over de eventuele vervolgbehandelingen. Deze zullen zo mogelijk in uw eigen ziekenhuis plaatsvinden. 4. Voorbereiding op de operatie Als voorbereiding op de operatie komt u allereerst naar het preoperatieve spreekuur. Dit vindt plaats in het A12 Oncologisch Centrum, locatie Antoniushove in Leidschendam. Tijdens dit spreekuur worden uw gegevens die van belang zijn voor de operatie verzameld en vastgelegd. Ook wordt alle informatie over de voorbereiding op uw operatie met u besproken. 4.1 Opname Op de dag van de operatie meldt u zich rond 14.00 op de verpleegafdeling Oncologische Chirurgie, locatie Antoniushove in Leidschendam waar u wordt opgenomen. Het Opnamebureau informeert u over het exacte tijdstip waarop u op de afdeling wordt verwacht. Op de afdeling informeert de verpleegkundige u over de gang van zaken op de afdeling. Heeft u nog vragen over uw operatie, aarzelt u dan niet om deze te stellen. 4.2 Medicijnen Voor uw gezondheid en uw veiligheid is het nodig dat u alle medicijnen die u thuis gebruikt, in de originele verpakking meeneemt naar het ziekenhuis. Als u bloedverdunnende medicijnen gebruikt, bespreekt de chirurg of de anesthesist met u hoeveel dagen voor de operatie u moet stoppen met deze medicijnen. Is dit niet met u besproken of heeft u hier vragen over, neemt u dan telefonisch

contact op met de Preoperatieve polikliniek van het A12 Oncologisch Centrum, locatie Antoniushove via 070 357 42 50. Als u diabetes (suikerziekte) heeft en insuline gebruikt, wordt er s ochtends voor de operatie een klein infuusnaaldje bij u ingebracht voor het aansluiten van een glucose- infuus en een pompje voor de continue insulinetoediening. 4.3 Eten en drinken Uw darmen moeten schoon zijn voor de operatie. Om uw darmen schoon te spoelen, krijgt u een zogenaamd klysma. Verder moet u voor deze operatie nuchter zijn. Nuchter zijn betekent dat u voor de operatie niet mag eten en drinken. De anesthesist maakt met u tijdens het preoperatieve spreekuur de precieze afspraken over het nuchter zijn. Ook mag u niet meer roken vanaf het moment van opname. 4.4 Verschillende hulpverleners Op de dag van uw opname komen er verschillende hulpverleners bij u langs: Verpleegkundige: Deze voert met u het opnamegesprek en zal uw vragen beantwoorden. Zaalarts: Deze komt zo mogelijk kennis maken. De zaalarts is verantwoordelijk voor de zorg op de afdeling (en overlegt indien nodig met de uroloog). Stomaverpleegkundige: Deze bepaalt de plaats van de stoma en zal hier een stip op uw buik zetten. Lab- medewerker: Door een medewerker van het laboratorium wordt bij opname nog een keer bloed bij u afgenomen. 4.5 Naar de operatiekamer U wordt in uw bed naar de voorbereidingskamer gebracht. Daar ontmoet u de anesthesist die u onder narcose brengt. Tijdens de operatie bent u onder volledige narcose (algehele anesthesie). 5. De operatie Bij deze operatie wordt een snee (incisie) gemaakt van vlak boven uw navel tot aan uw schaambeen. De uroloog verwijdert eerst de klieren rondom uw blaas. Stukjes van deze klieren worden tijdens de operatie onder de microscoop onderzocht (een vriescoupe). Dit gebeurt door de patholoog. Afhankelijk van de bevindingen wordt de operatie voortgezet.

De volgende stap is het losmaken van de urineleiders van uw blaas en het verwijderen van de blaas. Daarna maakt de uroloog een gedeelte van uw dunne darm los. De twee uiteinden van de darm worden weer met elkaar verbonden. De urineleiders worden herplaatst in losgemaakte stuk darm. Dit stukje darm wordt door de huid naar buiten gebracht: dit is de stoma. Op de stoma wordt een opvangzakje aangesloten. Afbeelding: Stoma Bron: KWF Kankerbestrijding Om de kanker in zijn geheel te kunnen verwijderen, wordt bij mannen over het algemeen ook de prostaat verwijderd tijdens de operatie. Bij vrouwen worden over het algemeen de baarmoeder en de voorwand van de schede verwijderd. Soms kan het nodig zijn om ook de eierstokken te verwijderen. De uroloog zal van tevoren met u bespreken of het bij u nodig is om meer weefsel weg te nemen dan alleen de blaas. Gemiddeld duurt deze operatie drie à vier uur. Afwijken van het operatieplan Ondanks dat het operatieplan vooraf wordt vastgesteld aan de hand van alle onderzoeken die gedaan zijn voorafgaande aan de operatie, zijn wijzigingen in het operatieplan niet altijd te vermijden. Mocht de operatie anders verlopen dan met u is afgesproken, dan informeert de uroloog u hierover na de operatie. Weefselonderzoek na de operatie Het weefsel dat tijdens de operatie is verwijderd, wordt altijd onderzocht in het laboratorium. Zodra de uitslag hiervan bekend is (zeven à tien werkdagen na uw operatie), bespreekt de uroloog deze met u. Dan kan er ook worden afgesproken hoe de behandeling verder zal verlopen.

6. Complicaties tijdens en na de operatie Bij iedere operatie worden uitgebreide voorzorgsmaatregelen getroffen om de kans op complicaties te verminderen. Toch is geen enkele operatie zonder risico s en kunnen er complicaties optreden. Hoewel zeer zeldzaam, komt het voor dat patiënten tijdens of na een operatie overlijden. Tijdens of na de operatie kunnen er verschillende complicaties optreden: Bloeding: Bij blaasoperaties zijn verschillende bloedvaten betrokken. Er bestaat altijd een kans op een bloeding tijdens de operatie, hoewel dit zelden voorkomt. Nabloeding: Hoewel zeldzaam, kan het gebeuren dat er een nabloeding optreedt. Een tweede operatie kan dan nodig zijn. Infectie van de operatiewond: Hierdoor kan de wond toenemend rood, warm, opgezwollen en pijnlijk aanvoelen. Door de wond goed schoon te houden tijdens en na de operatie, kan een infectie vaak worden voorkomen. Een wondinfectie kan met antibiotica worden bestreden. Lekkage: Na de operatie kan de stoma of de darm lekken. Gelukkig komt deze complicatie niet vaak voor. Longontsteking: Er is een licht verhoogde kans op het krijgen van een infectie. Bij een ontsteking krijgt u antibiotica voorgeschreven. Trombose: Bij trombose ontstaan er bloedstolsels in uw vaten die uw vaten kunnen verstoppen. Om het risico op deze complicatie te verminderen, krijgt u tijdens de ziekenhuisopname dagelijks een injectie met het bloedverdunnende medicijn Fraxiparine. Buikwandbreuk (hernia): Bij een buikwandbreuk puilt er door het gat in de buikwand meer buikinhoud dan alleen het darmdeel dat de stoma vormt. Bij veel klachten en indien technisch mogelijk, zal dit operatief hersteld moeten worden. Het kan zijn dat de stoma dan moet worden verplaatst. 7. Opname na de operatie Uw darmen, buikwand en de stoma moeten genezen van de operatie. Dit duurt ongeveer zes weken. Daarvan bent u de eerste twee tot drie weken in het ziekenhuis opgenomen. 7.1 Meteen na de operatie Na de operatie komt u eerst bij op de verkoeverkamer (uitslaapkamer). Ondertussen belt de uroloog met uw contactpersoon om te vertellen hoe de operatie is verlopen. Na de operatie gaat u naar de verpleegafdeling Oncologische Chirurgie. Soms kan het nodig zijn om eerst tijdelijk naar de afdeling Intensive Care (IC) te gaan. Op de IC staat meer apparatuur om uw bed dan op een gewone verpleegafdeling. Op deze afdeling worden al uw lichaamsfuncties nauwkeurig bewaakt. Zodra u voldoende hersteld bent, wordt u overgeplaatst naar de verpleegafdeling Oncologische Chirurgie.

7.2 Slangetjes in uw lichaam. Na de operatie heeft u verschillende slangetjes in uw lichaam. Deze worden in overleg met de arts verwijderd. Het betreft de volgende slangetjes: Katheters: In de stoma is in beide urineleiders een dun slangetje (katheter) ingebracht. Deze zorgen ervoor dat de urine vanzelf afloopt via deze slangetjes. Daardoor krijgt de aanhechting van uw urineleiders aan de dunne darm rust en tijd om te genezen. Rond de tiende dag worden deze verwijderd. Epiduraal katheter: Een slangetje onder in uw rug voor de pijnbestrijding. Via deze epiduraal katheter krijgt u continu medicijnen tegen de pijn. Als u toch nog pijn heeft, geeft u dit dan door aan de verpleegkundige. Wonddrains: Tijdens de operatie worden één à twee slangetjes geplaatst in het operatiegebied om wondvocht af te voeren. Als de wond niet meer lekt, wordt de drain verwijderd. Voedingssonde: Na de operatie werkt uw maag- darmkanaal niet optimaal vanwege de narcose en omdat een stukje darm is weggenomen. Via de voedingssonde, die via de neus naar de maag loopt, krijgt u na de operatie vloeibare sondevoeding toegediend. De voedingssonde wordt reeds voor de operatie bij u ingebracht. Doordat u eet, schuift deze door naar het eerste deel van de dunne darm. Om uw darmen na de operatie op gang te helpen, kan indien nodig een klysma gegeven worden. Infuus: Via het infuusnaaldje in uw arm worden vocht en medicijnen toegediend. Zuurstofslangetje: Soms heeft u nog een slangetje in uw neus waardoor u extra zuurstof krijgt toegediend. 7.3 Wie komt er bij u langs Zaalarts: Deze komt dagelijks bij u langs om te kijken hoe het met u gaat. De zaalarts bespreekt onder andere met u wanneer u weer mag gaan eten en wanneer de verschillende slangetjes verwijderd mogen worden. De zaalarts beslist dit alles in overleg met de verantwoordelijk uroloog. Verpleegkundige: Deze zal regelmatig uw bloeddruk, pols en temperatuur meten. Ook zal zij u helpen bij de dagelijkse verzorging en het uit bed komen, tot u dit zelf kunt. Stomaverpleegkundige: Deze komt regelmatig bij u langs op de afdeling voor advies over verzorging van het stoma en materiaalgebruik. Diëtist: Deze komt zo nodig langs om u te adviseren over het opbouwen van de maaltijden. Na de operatie moeten de darmen voorzichtig weer op gang komen. Daarom wordt er per dag gekeken wat u mag eten en drinken. Fysiotherapeut: Deze komt zo nodig langs om u te helpen bij het weer gaan bewegen na de operatie.

In het begin heeft u nog ondersteuning nodig bij uw dagelijkse activiteiten zoals wassen, in en uit bed komen en naar het toilet gaan. In de loop van de opname zult u steeds meer activiteiten zelf kunnen ondernemen. 7.4 Stoma verzorgen De stomaverpleegkundige begeleidt u van opname tot ontslag voor wat betreft de stoma. Enkele dagen na de operatie gaat u starten met het zelf leren verzorgen van de stoma. Hierbij wordt u geholpen door de verpleegkundige van de afdeling. Eventueel is het mogelijk om uw partner en/of familie daarbij te betrekken. 8. Ontslag Wanneer uw herstel spoedig verloopt, kunt u met ontslag. Meestal is dit twee à drie weken na de operatie. De stomaverpleegkundige bestelt de stomamaterialen en deze worden bij u afgeleverd. Een medewerker van het Transferpunt zal voor u de zorg regelen die u eventueel nodig heeft na ontslag uit het ziekenhuis. Dit kan zijn thuiszorg, een tijdelijk verblijf in een verzorgingshuis ter herstel of een tijdelijk verblijf in een verpleeghuis ter revalidatie. De zorg wordt bepaald door te kijken naar uw geestelijke en lichamelijke conditie na de operatie, uw mobiliteit, uw gezinssituatie en uw woonsituatie. De medewerker van het Transferpunt kijkt met u naar de mogelijke wachtlijsten, hulpmiddelen en financiële aspecten van de zorg die u nodig heeft. 9. Adviezen U heeft een grote operatie ondergaan en uw lichaam heeft tijd nodig om te herstellen. Uw arts bespreekt met u welke activiteiten u wel en nog niet mag ondernemen. Om de kans op complicaties te beperken adviseren wij u: Ongeveer twee tot twee en een halve liter per dag te drinken. Zware inspannende arbeid of sport te vermijden gedurende de eerste zes tot acht weken na ontslag uit het ziekenhuis. Niet te fietsen gedurende drie weken na de ingreep. Alcohol alleen in beperkte mate te gebruiken. De eerste zes weken na de operatie geen geslachtsgemeenschap te hebben.

10. Contact opnemen In noodgevallen kunt u terecht bij de dichtstbijzijnde Spoedeisende Hulp. Geef daarbij aan dat u bent geopereerd in het A12 Oncologisch Centrum, locatie Antoniushove in Leidschendam. Voor vragen over praktische zaken en wanneer u zich zorgen maakt over lichamelijke verschijnselen kunt u de eerste 48 uur na ontslag uit het A12 Oncologisch Centrum bellen met de afdeling Oncologische Chirurgie: 070 357 44 10 (24 uur per dag bereikbaar). Daarna kunt u contact opnemen met uw casemanager of uw behandelend uroloog via de polikliniek. We adviseren u de eerste 30 dagen na de operatie direct contact op te nemen met uw uroloog als: U koorts heeft boven 38,5 C of langer dan 24 uur 38,0 C. U plotseling toenemend kortademig wordt. U hevige en/of toenemende buikpijn heeft, die niet vermindert na het innemen van medicijnen tegen de pijn. U roodheid of zwelling van de operatiewond heeft die niet eerder aanwezig was, of als er plotseling helderrood bloed of pus uit de wond komt. Er veel bloed of bloedstolsels bij de ontlasting zitten. U een sterk verminderde urineproductie heeft, terwijl u goed drinkt. Uw been rood, dik, gezwollen en / of pijnlijk wordt (dit kan wijze op een verstopping van de diepe afvoerende aderen door gestold bloed; trombose). 11. Afspraak voor controle Bij uw ontslag uit het ziekenhuis krijgt u eventuele recepten voor medicijnen mee. Er zijn voor u controleafspraken gemaakt bij de uroloog en bij de stomaverpleegkundige in uw eigen ziekenhuis. De uroloog controleert de wond en de stoma en bespreekt hoe het met u gaat. De stomaverpleegkundige bespreekt de verzorging van de stoma.

12. Casemanager voor verdere vragen De diagnose kanker kan veel bij u losmaken en de behandeling kan ingrijpende gevolgen hebben voor u en de mensen om u heen. Daarom zorgen wij er voor dat u goed begeleid wordt, zowel tijdens het behandeltraject als wanneer het behandeltraject is afgerond. Tijdens het gehele behandeltraject is er een gespecialiseerde verpleegkundige die voor u de rol van casemanager zal vervullen. Deze verpleegkundige is speciaal geschoold in de zorg voor en begeleiding van patiënten met kanker. Hij of zij weet alles over u en uw behandeling, fungeert als uw eerste aanspreekpunt en coördineert samen met u uw behandeltraject. U en uw naasten kunnen op elk moment bij de casemanager terecht met vragen. Dit kunnen vragen zijn over praktische zaken, over de operatie en over eventuele andere vormen van behandeling. De casemanager heeft doorlopend nauw contact met uw andere zorgverleners. U kunt tijdens werkdagen altijd telefonisch contact opnemen met uw casemanager tijdens kantooruren (9.00 17.00). Bronovo Maria Schellart Simone van de Leur Tel: 070 312 53 60 Groene Hart Ziekenhuis Anita de Bruijn Pauline Elffers Tel: 0182 50 50 66 Medisch Centrum Haaglanden Annemiek Verheij Gerda Scheffer Tel: 070 330 30 56 (MCH Westeinde) 070 357 43 92 (MCH Antoniushove) E- mail: blaasoperatie@mchaaglanden.nl Bij vragen over de stoma kunt u contact opnemen met de stomaverpleegkundigen in MCH Antoniushove via 070 357 42 95.

13. Meer informatie en lotgenotencontact Kijk voor meer informatie over onze zorg voor patiënten met blaaskanker op de website van uw ziekenhuis en klik door naar A12 Oncologisch Centrum: www.bronovo.nl: website Bronovo (klik op Specialismen en afdelingen en dan op Oncologie - Kanker ) www.ghz.nl/a12oncologie: website Groene Hart Ziekenhuis www. mchaaglanden.nl/a12oncologie: website Medisch Centrum Haaglanden Op de websites van de Vereniging voor mensen met blaaskanker en nierkanker en de Vereniging Nederlandse Kankerbestrijding (KWF) kunt u meer informatie vinden over blaaskanker. Ook staat er op deze websites informatie over contact met lotgenoten. Het kan zijn dat u tijdens de periode van onderzoek en behandeling, maar ook daarna behoefte heeft aan contact met medepatiënten. Mogelijk heeft u er baat bij uw angst en verdriet te kunnen delen met lotgenoten. Ook kunnen deze ervaringsdeskundigen u allerlei praktische informatie geven. Op de website van de Nederlandse Stomavereniging staat meer informatie over het gebruik van en omgaan met een stoma. Voor informatie kunt u terecht bij de onderstaande verenigingen: www.kankerpatient.nl/waterloop: Vereniging voor mensen met blaaskanker en nierkanker. www.kwf.nl: Vereniging Nederlandse kankerbestrijding. www.stomavereniging.nl: Nederlandse Stomavereniging

Ruimte voor aantekeningen

OC0006-2124 juni 2014 De A12 Ziekenhuizen werken samen om u betere zorg te kunnen bieden. Dat doen we door specialistische kennis en ervaring te bundelen. Naast complete zorg in uw eigen ziekenhuis, staan binnen het hele samenwerkingsverband gespecialiseerde behandelteams voor u klaar. U blijft als patiënt altijd nauw betrokken bij de keuzes in uw behandelproces. Zo halen we het beste uit onszelf voor uw gezondheid. Bronovo Bronovolaan 5 2597 AX Den Haag 070 312 41 41 www.bronovo.nl Groene Hart Ziekenhuis Bleulandweg 10 2803 HH Gouda 0182 50 50 50 www.ghz.nl/a12oncologie Medisch Centrum Haaglanden Locatie Westeinde Lijnbaan 32 2512 VA Den Haag 070 330 20 00 Locatie Antoniushove Burgemeester Banninglaan 1 2262 BA Leidschendam 070 357 44 44 www.mchaaglanden.nl/a12oncologie