Enkel man van het jaar? Nieuwjaarsgroet 2014 vzw VicOG Michelbeke, 9 januari Goede vrienden, mijn nieuwjaarsbrieven zijn steeds een collage van her en der opgestoken dingen die mij in de loop van het voorbije jaar aangesproken en/of getroffen hebben. Toen ik leraar was moest ik daarvoor geen jaar wachten; elke dag had je dan wel een tussendoortje: dingen die ik de dag voorheen gelezen of gezien had en die ik met mijn leerlingen wou delen tussendoortje noemde ik het, omdat het misschien niet steeds echt bij de les aansloot, maar daarom toch niet onbelangrijk was. Jullie hebben het begrepen, ook dit jaar wordt mijn nieuwjaarsgroet een compilatie van andermans inhoud maar waardoor ik jullie tevens kan laten aanvoelen waar het mij eigenlijk om gaat. BUONA SERA Begin 2013 wist ik dat tijdens dat jaar de 50 ste verjaardag van de opening van het 2 de Vaticaans Concilie 1 zou plaatsvinden en ik begon mij daarop voor te bereiden door de lectuur van wat historische werken hierover en natuurlijk ook door het herlezen van de concilieteksten zelf. Het zal u misschien verbazen dat ik aan dit gebeuren zo n grote betekenis gaf, maar ja daarvoor moet je die jaren meegemaakt hebben ; het was alsof ik ze opnieuw wou (en zou) beleven. U moet weten: in die jaren zat ik in het seminarie voor mijn priesteropleiding. Het was dan ook met herkenning dat ik in het laatste nummer van De Kovel 2 het getuigenis 3 las van ENZO BIANCHI, de prior van de monastieke gemeenschap van Bose in Noord-Italië. Toevallig een leeftijdsgenoot van mij. Als ik terugblik op mijn leven schrijft Bianchi - mag ik zeker niet nalaten de Heer te danken om een lente die ik heb mogen kennen in mijn jeugd: de lente van paus Johannes XXIII en van het Tweede Vaticaans Concilie, een lente die heel mijn leven bepaald heeft. In mijn ouderdom wil ik de Heer danken om die nieuwe lente waarvan ik merk dat zij zich opnieuw aftekent in de kerk, ingezet door paus Franciscus en zeker voorbereid door Benedictus XVI. Ik beken het, mijn droefheid om de zekerheid van mijn nakende exodus is er minder bij geworden. Want ik zie dat datgene waarin ik geloofd heb, mogelijk is: jawel, de kerk kan hervormd worden. Goede vrienden, ik wil het in mijn nieuwjaarsboodschap niet over de kerk hebben, evenmin als over de hervorming ervan. Maar ik kan niet nalaten even net zoals Bianchi - op die figuur van PAUS FRAN- CISCUS te wijzen. Verschillenden onder ons waren in Houffalize (BaO) toen het nieuws bekend werd: Jorge Mario Bergoglio, de aartsbisschop van Buenos Aires tot paus verkozen! Op het eerste zicht (en ik bedoel letterlijk zicht, want we zaten in de refter voor het avondmaal en enkelen beschikten over een ipad waardoor terstond foto s beschikbaar waren) op het eerste zicht niet zo n openbarend beeld: niet onmiddellijk een man die kracht en jeugdigheid uitstraalt. 1 11 oktober 1963. 2 De Kovel. Monastiek Tijdschrift voor Vlaanderen en Nederland. nr. 30, november 2013. 3 IVO DUJARDIN ocso, Vaticanum II en Bose: conspiratie van de beste soort. In: De Kovel, nr. 30, p. 64-72. (Enzo Bianchi, fragment uit een interview bij de viering van zijn zeventigste verjaardag, 2 mei 2013). 1
Maar dan de eerste verrassing: hij kiest de naam Franciscus. Neen, niet de grote jezuiëtenmissionaris Franciscus Xaverius die in de 16 de eeuw een belangrijke rol speelde in de opbouw van de missie in Zuid- en Oost-Azië. Nee, hij kiest de naam van de kleine arme van Assisi, il Poverello, Franciscus van Assisi En dan die eerste verschijning op de loggia van de Sint-Pietersbasiliek: 'Buona sera'. Met deze alledaagse begroeting vanaf het balkon van de Sint Pieter zette de kersverse paus Franciscus op de avond van 13 maart de toon: hier stond een man die het anders ging doen. Zijn stijl is sober, menselijk. Sympathiek, vinden veel gelovigen en niet-katholieken hem. Misschien zal hij bij het gewone volk getypeerd blijven door die eenvoudige begroeting Buona sera'. En dan die geladen stilte, toen hij de massa vroeg om, voorafgaand aan de zegen, voor hem te bidden. Het zijn beelden die bij velen blijven hangen als belofte van zoveel meer. Zoals voor mij ook, jaren geleden, la luna van JO- HANNES XXIII op de avond van de opening van het concilie. De politie schatte dat er zo n half miljoen mensen aanwezig waren. De jongeren van de katholieke actie, die fakkels droegen, vormden een reusachtig kruis rond de obelisk in het midden. Er was veel geroep en gezang. De bedoeling was paus Johannes op deze grootste dag van zijn leven aan het venster te laten verschijnen. Het lukte. Johannes kwam naar het raam en riep: Lieve kinderen, lieve kinderen, ik hoor jullie stemmen. In heel eenvoudige taal vertelde hij hun over zijn hoop voor het concilie. Hij wees erop dat de maan boven hen het schouwspel bezag. Mijn stem is slechts een enkele stem - zei hij maar daarin weerklinkt de hele wereld. Hij besloot met: Ga nu allemaal terug naar huis en geef jullie kindertjes een zoen zeg hun dat die van paus Johannes is. De emotie was bijna voelbaar. 4 4 PETER HEBBLETHWAITE, Johannes XXIII. De paus van het concilie. Uitgeverij J. H. Gottmer, Haarlem, 1985, p. 517. Volledige toespraak: Beste kindertjes, ik hoor jullie stem. Mijn stem is er maar één, maar vat de stem van de hele wereld samen: hier is de hele wereld vertegenwoordigd. Men zou zeggen dat zelfs de maan zich vanavond gehaast heeft, zie hem daarboven staan, om naar dit schouwspel te kijken. Wij sluiten een grote dag van vrede af... van vrede. Ere aan God en vrede aan de mensen van goede wil. Laten wij deze wens vaak herhalen. En wanneer wij kunnen zeggen dat de straal, de lieflijkheid van de vrede van de Heer ons verenigt en ons bevangt, zeggen wij: zie hier een proeve van wat altijd het leven van alle eeuwen en van het leven dat ons voor de eeuwigheid wacht, zou moeten zijn. Zeg eens. Als ik zou vragen, als ik ieder zou kunnen vragen: Waar kom je vandaan?. De kinderen van Rome die hier bijzonder zijn vertegenwoordigd, zouden antwoorden; O, wij zijn uw dichtstbijzijnde kinderen; u bent de bisschop van Rome. Maar jullie, kindertjes van Rome, zijn jullie werkelijk in staat Rome, caput mundi, zoals het in de voorzienigheid geroepen is te zijn, te vertegenwoordigen voor de verspreiding van de waarheid en de christelijke vrede? In deze woorden ligt het antwoord op uw eer. Mijn persoon telt in het geheel niet; het is een broer die tot jullie spreekt, vader geworden door de wil van onze Heer... Maar allen tezamen, vaderschap en broederschap, en genade van God, alles, alles... Laten wij elkaar dus zo blijven liefhebben, elkaar zo aankijkend, als wij elkaar ontmoeten; oppakken wat ons verenigt, terzijde laten wat ons het leven een beetje moeilijk kan maken, als dat er is. Vanmorgen is het een schouwspel geweest dat zelfs de Sint-Pietersbasiliek, die een geschiedenis van vier eeuwen heeft, nooit heeft kunnen aanschouwen. Wij behoren derhalve tot een tijd waarin wij gevoelig zijn voor de stemmen van boven; en wij willen trouw zijn en blijven volgens de richting die de gezegende Christus ons heeft gegeven. Ik eindig met jullie te zegenen. Ik wil naast mij graag de heilige en gezegende Maagd Maria uitnodigen, van wie wij vandaag het grote mysterie gedenken; ik heb vandaag iemand van jullie Efese horen gedenken en de lampen die daar rondom de basiliek zijn ontstoken; ik heb ze gezien met mijn eigen ogen (natuurlijk niet toen, maar kort geleden) en dat herinnert aan de afkondiging van het dogma van het goddelijke moederschap van Maria. Vanavond is het mij geboden schouwspel zodanig dat het in mijn herinnering blijft, zoals dat ook in jullie herinnering zal blijven. Laten wij de indrukken van deze avond eer aandoen! Mogen onze gevoelens altijd zijn, zoals nu, laten wij er voor de hemel en de aarde uitdrukking aan geven. Geloof, hoop, liefde, liefde voor God, liefde voor onze broeders en zusters; en vervolgens allen tezamen, die zo in de heilige vrede van de Heer worden geholpen, tot de werken van het goede. Wanneer jullie naar huis teruggaan, zullen jullie de kinderen aantreffen, geef je kinderen een knuffel en zeg tegen hen: dit is een knuffel van de paus. Jullie zullen enkele tranen aantreffen... om te drogen: spreek een lief woord. De paus is met ons, vooral in de uren van droef- 2
De volkse aanhankelijkheid voor Johannes XXIII is opnieuw te herkennen bij paus Franciscus. Zijn eenvoudige woorden raken de mensen, zijn sobere daden vertolken een Blijde Boodschap. Ook de wereld ziet met verwondering naar deze herder. Het Amerikaanse tijdschrift Time Magazine heeft paus Franciscus aangeduid als persoon van 2013. Franciscus is er - volgens de redactie - in korte tijd en op buitengewone manier in geslaagd om de stem en het beeld van de kerk te veranderen. "Hij nam de naam van een bescheiden heilige aan en wil een helende kerk aanvoeren. De eerste niet-europese paus in 1200 jaar heeft de kracht om de wereld te veranderen - zegt hoofdredactrice van Time Nancy Gibbs. En alsof al die wereldse lof nog niet genoeg is, meldden de media dat de naam van paus Franciscus werd uitgeroepen tot topnaam van het internet, hij is de meest besproken persoon van 2013 op Facebook; hij kreeg meer dan tien miljoen volgelingen op Twitter en volgens een internationale opiniepeiling van CNN krijgt hij een goedkeuringsgraad van 88 procent. Tevens, ongelooflijk maar waar: het mannenblad Esquire heeft hem uitgeroepen tot 'Best Dressed Man of 2013'; daarmee klopt hij binken als Bradley Cooper, Chris Pine en Joseph Gordon-Levitt. Zo kijkt de wereld naar die merkwaardige man. Maar ernstiger en van een totaal ander gehalte is het getuigenis dat de heer FRANK VAN MASSENHOVE 5 op 16 december bracht in Terzake. Als beeld van 2013 kiest deze vrijzinnige voor de figuur van de paus. Zijn motivering daarvoor is ontroerend indrukwekkend: een hoopvol teken voor de wereld. En ook in de Kerstspecial van Tertio 6 getuigt LUC VAN DER KELEN, die zich een twijfelende zoeker, een christelijke agnost noemt. Op de vraag waarom hij de paus die hij de man van het jaar noemt, antwoordt hij al volgt. Wegens zijn oprechtheid. Zijn ongekunstelde eenvoud. Hij is een prediker die rondgaat zoals Christus in Galilea. Hij zoekt de armen op. Dat is wat priesters moeten doen. Volgens geruchten verlaat hij s nachts het Vaticaan om de daklozen op te zoeken. In een wereld waar iedereen vooral geld wil verdienen, brengt hij de andere boodschap: een van solidariteit en soberheid. Deze paus gaat recht naar de essentie van het evangelie. Zijn naamkeuze houdt een heel programma in en hij voert het uit. Alle witgekalkte graven krijgen een schop onder hun achterste en worden aangemaand zich opnieuw met de essentie bezig te houden. Dat schept hoop. En je ziet dat in de cijfers. Ik lees dat het kerkbezoek her en der weer toeneemt. Ik hoor buiten de kerk dat er positief over hem wordt gesproken. Franciscus geeft een ongelooflijke nieuwe dynamiek. Ik vind dat bijzonder hoopgevend. DE VREUGDE VAN HET EVANGELIE Hoopgevend, ook als men de eerste exhortatie van de paus leest, Evangelii Gaudium (De vreugde van het evangelie) 7. Het woord vreugde is een van de kernbegrippen. heid en bitterheid. En laten wij vervolgens elkaar beminnen: zingend, zuchtend, huilend, maar altijd vol vertrouwen in Christus, die ons helpt en naar ons luistert, laten wij onze weg blijven hernemen. (Vertaald uit het Italiaans door Drs. H.M.G. Kretzers); bron: http://www.papagiovanni.com/index.htm 5 Voorzitter van het directiecomité Federale Overheidsdienst Sociale Zekerheid. 6 Tertio 24 december 2013, nr 724-725. 7 http://www.vatican.va/holy_father/francesco/apost_exhortations/index_en.htm. De officiële Nederlandse vertaling is nog niet beschikbaar. Zie ook: http://www.rkdocumenten.nl/rkdocs/index.php?mi=600&doc=4984. 3
Hij voelt de hartslag van de tijd feilloos aan. In dit eerste officiële schrijven draait hij er niet omheen. Hij legt de vinger op de zere plek. Hoe kan het zo zegt hij dat het sterven van een dakloze geen nieuws is, maar dat een daling van twee punten van de aandelenbeurs in chocoladeletters op de voorpagina staat? Dergelijke directe en persoonlijke uitspraken zijn exemplarisch. Hij spreekt in scherpe bewoordingen over een economie die geld plaatst boven mensen. Uiteindelijk ondermijnt een systeem dat mensen als middel ziet en niet als centrum en doel, iedere samenleving. Hiermee spreekt Franciscus zich onomwonden uit tegen de schaduwzijden van het doorgestoken vrijemarktdenken. In plaats daarvan benadrukt hij hoe belangrijk het is om onze naasten te zien, in het bijzonder de armen. Daarom zo zegt hij wil ik een arme kerk die er voor de armen is. Paus Franciscus pleit dan ook voor een kerk van de straat, vuil en gewond, in plaats van een kerk die ongezond is door een krampachtig vasthouden aan haar eigen veiligheid. 8 Deze Exhortatie ligt in de lijn van de boodschap waarmee velen enigszins vertrouwd geworden zijn via zijn begrijpbare toespraken en via zijn beeldrijke evangelische oproepen, gekruid met ervaringen uit het dagelijkse leven, zoals ooit Jezus deed toen hij het volk onderwees. Enkele citaten uit een interview 9 met de Italiaanse jezuïet ANTONIO SPADARO, hoofdredacteur van La Civiltà Cattolica (Katholieke Cultuur): Wat de Kerk vandaag het meest nodig heeft, is het vermogen om wonden te helen en om de harten van de gelovigen aan te wakkeren, dit te samen met nabijheid en medevoelen. Ik beschouw de Kerk een beetje als een veldhospitaal net na een slag. Het heeft geen zin om aan een zwaargewonde te vragen hoe hoog zijn cholesterolgehalte is en hoe het zit met zijn suikergehalte. Men moet eerst zijn wonden helen, pas nadien kan men over de rest praten. Wonden helen, wonden verzorgen en men moet van onderuit beginnen. De Kerk heeft zich soms laten inkapselen in details en kleine voorschriftjes. Het belangrijkste is nochtans de Blijde Boodschap: Jezus Christus heeft je gered! ( ) Laat ons, in plaats van enkel een Kerk te zijn die verwelkomt en ontvangt met open deuren, veeleer een Kerk proberen te zijn die nieuwe wegen bewandelt, die in staat is zichzelf te overstijgen en de hand uit te steken naar degenen die haar niet kennen, of die weggegaan zijn of onverschillig geworden zijn. Wie weggegaan is, doet dit vaak uit redenen die, wanneer men die goed begrijpt en inschat, niet noodzakelijk een terugkeer verhinderen. Maar daar is durf voor nodig, en moed. Ik moet hierbij denken aan een interview 10 in Tertio met TOMÁŠ HALÍK 11 rond het thema Middagmoeheid in kerk en samenleving. 8 THIJS CASPERS en PIETER KOHNEN in Branbants dagblad 9 ANTONIO SPADARO, Interview met paus Franciscus. In: Streven, 10 september 2013. Zie: http://www.streventijdschrift.be/artikels/13/spadarointerviewfranciscus.htm. 10 EMMANUEL VAN LIERDE, Drastisch intellectueel en spiritueel vernieuwen dringt zich op. In: Tertio 2 mei 2013. 4
Bij het grondplan (van de Sint-Pietersbasiliek in Rome) hoort de colonnade. Dat zijn als het ware armen rond het voorplein. Ook wie de basiliek niet binnengaat, bevindt zich op dat plein al in de kerk en hoort erbij. Ook wie niet voor de volle honderd procent meedoet, is welkom. Als de kerk zich alleen op de volmaakte gelovigen richt, wordt ze een sekte. De kerk moet zich ook bezighouden met wie zich niet helemaal met haar identificeert en ruimte bieden voor de zoekers. De kerk ziet vooral wie langs de weg voor haar applaudisseert of tegen haar is, maar ze merkt niet dat de bomen vol zitten met nieuwsgierige Zacheüssen die vanuit hun plek overzicht op de situatie willen hebben en wat afstand willen bewaren. Jezus sprak Zacheüs met zijn naam aan, maar dat vergeet de kerk te doen. Zo verwoordde Tomáš Halík het nog in de meimaand. Sindsdien heb ik meer dan de indruk dat paus Franciscus dit Zacheüsverhaal niet vergeten is. Ik vermoed trouwens ook dat we in ons onderwijs ook met veel nieuwsgierige Zacheüssen zitten, ja meermaals erken ik er mijzelf in. NAASTE WORDEN Ik zei dat ik het vandaag niet over de kerk zou hebben, evenmin als over de hervorming ervan. Ik heb mij blijkbaar niet aan die belofte kunnen houden. Maar als ik vandaag de paus centraal stel, is het allereerst omdat hij mensen beroert, ook mij beroert. Hij spreekt niet enkel de taal van het evangelie; hij is evangelie en verwijst ook mij naar de kern ervan. Het is dank zij de figuur van paus Franciscus dat ik opnieuw geïnteresseerd ben geworden in Il Poverello uit Assisi en in de Franciscaanse spiritualiteit 12 en via, via ook met de figuur en het engagement van Jean Vanier. Christenen moeten niet enkel verkondigers van de Blijde Boodschap zijn; zij moeten vooral verkondigen door de Blijde Boodschap te doen, te zijn! En daarom spreekt die paus mij zo aan, omdat hij mij niet ongemoeid laat. Zijn doen en zijn doorprikken mijn zelfbeeld, raken mijn geweten. De arme, de vreemde, de persoon met een functiebeperking, de langdurige zieke Ik ken ze niet, ik ken ze eigenlijk niet. Als christen weet ik dat wij allen evenwaardig zijn en wil ik ongetwijfeld grootmoedig de naastenliefde beoefenen, maar durf ik er de naaste van worden? Naastenliefde via de bankrekening - niet mis, maar zo afstandelijk veraf! Franciscus laat zich niet verstoren: hij raakt de zieken, de gewonden en laat zich raken. Hij gaat niet in een omweg om hen heen; neen, hij wordt hun naaste. Naaste, een christelijke term die ongetwijfeld bij iedereen nog de herinnering oproept van de parabel van de barmhartige Samaritaan. Menigmaal verteld in school- en kerkverband en misschien voor vele oren niet meer zo scherp, zo waarden-omkerend als toen Jezus het vertelde, mij vergapend op het verhaaltje i.p.v. op het revolutionaire perspectief dat Jezus zijn toehoorders voorhoudt: Jezus vraagt hen bij het einde wie er voor de gewonde Samaritaan naaste is geweest. De Samaritaan is dus niet bij voorbaat mijn naaste. Iemand is dus niet zomaar mijn naaste, niet diegene die mij nabij is, die naast mij is, maar diegene die zomaar mijn pad doorkruist en aan wie ik ongenode - goed doe. Van die word ik de naaste! En meteen wijst die parabel wat het perspectief 11 TOMÁŠ HALÍK (Praag, 1948) studeerde sociologie, filosofie en psychologie aan de Karls-Universiteit in Praag. Daarnaast volgde hij clandestien theologie en werd in het geheim in 1978 tot priester gewijd in Erfurt. De geheime politie zag hem als een vijand van het regime en verbood hem te doceren aan de universiteit. Naast zijn activiteiten als psychotherapeut was Halík betrokken bij de ondergrondse kerk waar hij samenwerkte met kardinaal František Tomášek en Václav Havel, de latere president. Na de val van het communisme trok hij naar de pauselijke universiteit van Lateranen in Rome en behaalde bijkomende doctoraten in sociologie en theologie. Van 1990 tot 93 was hij secretaris van de Tsjechische bisschoppenconferentie. Als pastoor van de universitaire parochie is hij een luisterend oor voor velen. In zijn boek Nachtgedanken eines Biechtvaters. Glaube in Zeiten der Ungewissheit distilleert hij uit zijn vele biechtgesprekken de tekenen van deze tijd, de levensproblemen en de geloofstwijfel van de moderne mens, en helpt te onderscheiden waar het op aan komt. 12 Ik ontdekte de werken van theoloog Michel Hubaut, en o.a.: MICHEL HUBAUT, Accueillir la Parole de Dieu avec François d Assise. Les éditions franciscaines, Paris, 2007. ISBN 978-2-85020-217-9. MICHEL HUBAUT, Chemins d interiorité avec saint François. Les éditions franciscaines, Paris 2012. ISBN 978-2-85020-278-0. MICHEL HUBAUT, Quand Dieu prend visage d homme. Approche franciscaine. Les éditions franciscaines, Paris 2013. ISBN 978-2-85020-303-9. 5
is van het Rijk Gods : barmhartig zijn, goed doen aan wie nood-behoevend mijn pad doorkruist en die mij aldus de kans geeft om diens naaste te worden. Als maatschappij zijn we zeker zo ver niet, evenmin in het onderwijs. Maar hier en daar zijn er die hierin voorop gaan. Wij moeten nog vele stappen zetten. Niet hals over kop vanuit een van boven opgelegde strategie. We moeten er vanuit het hart naar toe groeien. Voorbeelden (die geen voorbeelden willen zijn) wijzen ons een weg, maken in ons iets los. Zij verbranden zich aan mensen met minder kansen. Soms zijn het ook levende verhalen die in ons iets in beweging brengen. Ik denk hier aan een prachtig werkje van de VIERDEWERELDGROEP MENSEN VOOR MENSEN uit Aalst, Waar zal ik mijn verhaal beginnen? 13. Aangrijpend begrijpelijk In een opiniestuk in De Standaard schreef MIA DOORNAERT in dat verband: Het allerbelangrijkste, zeker voor kinderen uit maatschappelijk zwakke gezinnen, is dan ook onderwijzers en leraars die bij hen de vlam van nieuwsgierigheid aanwakkeren, van leergierigheid, van drang naar steeds verdere ontdekkingen. Lees de biografieën van mensen die zich uit kansarmoede hebben omhooggewerkt en je vindt er meestal de herinnering terug aan een dergelijke onderwijzer of leraar die hen voorhield dat plus est en vous. Het onderwijs heeft dan ook in de eerste plaats de passie nodig van onderwijskrachten. Een grote uitdaging voor het onderwijs is eveneens de stap naar inclusiever onderwijs. Voor velen in het gewone onderwijs is het niet evident om een kind of een jongere niet allereerst te zien als de persoon met een handicap. Ook al weet men wel dat elkeen evenwaardig is; men moet een lijfelijke grens doorbreken om evenwaardig aan hen te worden. Ook hier zijn schitterende voorgangers, niet in het minst in het Buitengewoon Onderwijs. Dit jaar op Eén is er dagelijkst het tv-programma Iedereen Beroemd. Hierin zit ook wekelijks een item waarbij twee schoolverlaters 40 weken lang ander werk testen. Op een avond zag ik een fragmentje over BRECHT HERTELEER als begeleider van mensen met een beperking 14. Aansprekend mooi 13 Waar zal ik mijn verhaal beginnen? 10 mensen vertellen over hun leven in genaratiearmoede. Aalsterse Vierdewereldgroep Mensen voor Mensen vzw vereniging waar armen het woord nemen ISBN 9789090278933 14 http://www.roadies.be/job/begeleider-mensen-beperking/. http://www.youtube.com/watch?v=2zhia3m2hls&list=plvenmfsipvtwnzxufpbgfepwtox_ujod1&index=1 6
Op de website van de VRT las is het volgende: Brecht Herteleer werd op 28 juni 19 jaar, en woont midden in de velden van Zomergem, op een half uur fietsen van Gent. Brecht is de oudste van vier broers, en z n ouders runnen een boerderij. In de linkse stal staan de varkens, rechts staan koeien. Brecht denkt er niet aan om landbouwer te worden: een onzekere toekomst, vreest hij. Het afgelopen jaar volgde hij de richting Wiskunde-Wetenschappen in OLV-Ten Doorn in Eeklo. Hij deed er zijn zesde jaar over De eerste drie jaren van het secundair verliepen prima, maar toen begon het mis te lopen. Steeds meer tijd voor hobby s (de plaatselijke KLJ is dé plek waar Brecht het liefst rondhangt) en minder motivatie om te studeren brachten hem in het zesde jaar serieus in de problemen. Ook in dat laatste bisjaar bleken Frans en Chemie nog lastige brokken. Roadies kwam dus als geroepen: Brecht had nog geen flauw idee in welke job hij wil terechtkomen. De leraren waren verrast toen ze hoorden dat Brecht de selecties overleefd had, maar ze bevestigden dat het voor hem net ideaal was dat hij zoveel jobs eens mocht uitproberen. In zijn school bevestigen ze dat hij een gouden hart heeft en écht in de spiegel durft kijken. Z n vader zag dat Brecht absoluut niet vies is van hard werk, maar hij maakte zich ook zorgen over het studietraject van z n zoon. En Brecht zelf? Die heeft er geweldig veel zin in. Een gast met een moeilijke schoolcarrière, maar met het hart op de tong, weinig angst en een heel open blik op de wereld: dat is alvast één perfecte helft van de Roadies. Brecht heeft nul ervaring met deze doelgroep (mensen met een beperking). Meer zelfs, hij is bang van dit soort mensen. Toch gaat hij heel spontaan om met de cliënten. Hij smijt zich in de job zonder er al te veel bij na te denken. Spontaan blijven, het is zo dat het moet. Eén van de voortrekkers van een nieuw samenleven op basis van evenwaardigheid van mensen met een beperking, is JEAN VANIER 15. Zelf getuigt hij hierover. Sinds meer dan dertig jaar leef ik in "De Ark" samen met mannen en vrouwen met een mentale handicap. Daarvoor was ik marineofficier en professor in de filosofie. Het avontuur van de Ark is begonnen in 1963 toen een dominicaan, pater Thomas Philippe, mij uitnodigde hem te bezoeken in Trosly-Breull, een klein dorpje dicht bij Compiègne, honderd kilometer ten noorden van Parijs. Hij wou mij laten kennismaken met zijn nieuwe vrienden, personen met een mentale handicap, die in een groot huis woonden waar hij aalmoezenier was. Deze zwakke en kwetsbare mensen waren gekwetst door een ongeval of een ziekte, maar meer nog door het misprijzen en de verwerping. Ik ben er op bezoek geweest en heb hen ontmoet met een zekere angst, een beetje gegeneerd. Dit bezoek heeft me tevens ontroerd. Iedereen leek te hongeren naar vriendschap en genegenheid. De mensen klampten zich aan mij vast terwijl ze me met woorden of met hun blik de vraag stelden: 'Houd je van mij? Wil je mijn vriend worden?' 15 JEAN VANIER, In elke mens schrijft God geschiedenis. (Omgang met de mentaal gehandicapte mens). Uitgeverij Altiora, Averbode, 1998, p. 5-11. Arkgemeenschappen zijn plaatsen waar mensen met en zonder beperking samen gemeenschap vormen. Zulk uniek project is er ook in Oude Abdij te Drongen (Drongenplein 26, 9031 Drongen). 7
In een asiel dicht bij Parijs, ontmoette ik twee mannen met een mentale handicap, Raphaël en Philippe. Raphaël, klein, had hersenvliesontsteking gehad waardoor hij spraakgestoord was en zijn lichaam evenwicht miste. Philippe kon praten, maar ten gevolge van een hersenbeschadiging bleef een arm en een been verlamd. Toen hun ouders stierven, waren ze allebei in dit asiel geplaatst zonder dat iemand naar hun mening vroeg. Ik had een klein huisje kunnen kopen in het dorp Trosly, en nadat ik alle vereiste toestemmingen van de overheid had bekomen, heb ik Raphaël en Philippe uitgenodigd om er met mij te komen leven. Zo begon het avontuur van de Ark. Wij leefden samen. Wij deden alles samen: de keuken, het huishouden, de tuin, wandelingen... Wij leerden elkaar kennen. Ik werd mij bewust van hun diepe pijn, vooral omdat ze voor hun ouders en omgeving steeds een ontgoocheling waren geweest en nooit erkend of gewaardeerd waren als menselijk waardevol. Ik begreep dat hun diepste verlangen erin bestond vrienden te hebben en te leven zoals anderen, volgens hun mogelijkheden. In de Ark trachten wij aan de personen met een handicap hun eigen menselijke waardigheid terug te geven, waardigheid die hen afgenomen werd. Het komt er op aan een familiaal en warm milieu te scheppen waar elke persoon zich kan ontplooien volgens zijn mogelijkheden, waar hij zo gelukkig mogelijk kan leven en zichzelf worden. Het leven in de Ark is voor mij een diepe menselijke en geestelijke ervaring geweest. Zij heeft mij doen ontdekken hoezeer het Evangelie werkelijk goed nieuws is voor de armen en hoe de psychologie en de psychiatrie personen met moeilijkheden kunnen helpen hun evenwicht terug te vinden, vooral als zij in een echt menselijke omgeving wonen. In die context wordt bij mij opnieuw het beeld opgeroepen van Lou Boland. Op nieuwjaar 2007 was hij te zien op de Nederlandse televisie. De blog van Nicolaas Sintobin s.j. 16 die mij daar opnieuw aan herinnert, verwijst naar een recenter filmpje JE M APPELLE LOU over die ondertussen 14-jarige jongeling De vader vertelt: "Lou wordt blind geboren. Die vaststelling veroorzaakt complete verwarring. Zijn komst stelt heel wat in vraag. Dat mag duidelijk wezen. Een blind kind hebben en opvoeden is het 'anders-zijn' van dat kind omarmen; het is overstappen van de logica van de zienden naar een wereld waarin alles opnieuw te leren valt. Meer dan met eender welk ander kind en omdat er geen enkele visuele informatie beschikbaar is, moet geduldig stukje per stukje in elkaar gepast worden, om dan een volgende stap te zetten en uit te leggen, telkens opnieuw uit te leggen want niets is nog vanzelfsprekend: de hemel, wat is dat, en de zon, de zee, de regen, een auto, de dagen van de week en de tijd die voorbijgaat (...). Lou is een uitdaging en de gevolgen en implicaties voor het dagelijks leven zijn niet altijd te overzien, te meer daar hij alle kenmerken ontwikkelde die bepaalde blindgeborenen ook hebben: blindisme en verbalisme die autistische gedragingen zijn. 16 11 december 2013 http://nikolaassintobin.blogspot.be/2012/12/lou-je-mappelle-lou.html 8
Het is een dagelijkse strijd om hem uit zijn cocon te halen en hem zin te geven om de wereld te omhelzen. Het is ook een strijd tegen gelatenheid en ontmoediging, tegen zwartkijkerij, het is inzien dat mensen die zogenaamd in dergelijke handicaps gespecialiseerd zijn, er niets mee aan kunnen. Lou is een gelukkig, vrolijk, woelig en grappig kereltje. Zijn levenslust is de mooiste aanmoediging die er bestaat. Net zoals vice versa en vanzelfsprekend de aanmoedigingen en de felicitaties hem zelf trots maken en veel moed geven om deze onbekende wereld aan te pakken." Goede vrienden, de ontmoeting met de arme, de vreemde, de persoon met een functiebeperking, de langdurige zieke, de échte ontmoeting met zo n ander kan mij veranderen, mijn ware mens-zijn laten openbloeien en mij mijn echte waardigheid schenken: naaste te kunnen worden. In deze nadagen van kerstmis en nieuwjaar laat ik graag ter bezinning KRIS GELAUDE aan het woord: Het wonder van de menswording gebeurt niet in een zee van licht, niet in straten vol glitter, niet in de verblindende veelheid en ver van wie uit is op macht. Maar naamloos, geborgen, misschien in het holst van de nacht. Op plaatsen, ontelbaar, waar leven wordt doorgegeven, waar het brood van vertrouwen vanzelfsprekend met ieder gedeeld wordt, waar niemand te min is, geen levende ziel onbelangrijk. Waar je als vreemde een thuis vindt, waar eenzaamheid wordt geheeld en pijn niet vergeten, angst niet meer hoeft. Waar men grootmoedig een stap zet, en nog één en nog één, naar verzoening en eindelijk vrede. Het kind van de hoop wordt steeds weer geboren uit mensen, God, wat een wonder. 9
Tot slot - eveneens met woorden van Kris Gelaude - aan u allen nog een zalig en voorspoedig nieuwjaar gewenst! Het kan gebeuren dat je een engel op je weg ontmoet onverwacht en nooit meteen herkenbaar. Ik wens dat het je overkomt in het stille verloop van dagelijkse dingen. Ik wens dat je vrede in je huis vindt. Ik wens dat zijn licht je hele wereld met innigheid doordringt. Ik wens dat zijn aanraking je angst kan uitwissen. Ik wens dat zijn woord je wijst op het onzichtbare. Ik wens dat zijn schaduw je aandachtig maakt voor de toevallige voorbijganger. Ik wens vooral dat hij voor jou nooit ongewenst komt. En God weet, zal iemand op een dag in jou een engel zien: boodschapper van mensgeworden goedheid. 10