AMSTERDAM. T.a.v. Dhr. R. Loots MK Halfweg

152975 Kistdamgarage Pontsteiger Betreft Bemalingsadvies aanleg Kistdamgarage Pontsteiger te AMSTERDAM gever Mos Grondwatertechniek b.v. T.a.v. Dhr. R. Loots Haarlemmerstraatweg 149B 1165 MK Halfweg Behandeld door ir. H.W. Thijssen (88-513239) Kenmerk R152975-RH_6 14 december 215 Correspondentieadres Postbus 81, 316 AA Rhoon Centraal telefoonnummer +31()88-5132 Hoofdkantoor Rhoon Kleidijk 35 3161 EK Rhoon Vestiging Helmond Vossenbeemd 9B 575 CL Helmond Vestiging Almelo Het Wendelgoor 13 764 PJ Almelo Vestiging Halfweg Haarlemmerstraatweg 149B 1165 MK Halfweg Vestiging Suriname Ds Martin Luther Kingweg 15 District Wanica Suriname Tel. +597-488188

152975 Kistdamgarage Pontsteiger Inhoudsopgave Pagina 1. INLEIDING... 4 2. PROJECTINFORMATIE... 4 3. UITGEVOERD GRONDONDERZOEK... 6 3.1 Sonderingen... 6 3.2 Boring... 6 3.3 Waterkwaliteit... 6 4. SCHEMATISERING VAN DE ONDERGROND... 7 4.1 Opbouw van de ondergrond... 7 4.2 Geohydrologische schematisering... 7 4.3 Grondwaterstanden en stijghoogten... 8 5. STABILITEIT VAN DE BODEM VAN DE BOUWKUIP... 11 5.1 Algemeen... 11 5.2 Hoge zijde... 11 5.3 Lage zijde... 12 5.4 Maximaal ontgravingsniveau zonder spanningsbemaling... 14 5.5 Samenvatting stabiliteit... 14 6. BEMALINGSADVIES... 16 6.1 Algemeen... 16 6.2 Bemalingssysteem... 16 6.3 Prognose van het debiet... 17 6.4 Totaal waterbezwaar... 17 7. INVLOED OP DE OMGEVING... 19 7.1 Algemeen... 19 7.2 Verlaging van de stijghoogte... 19 7.3 Zettingen... 2 7.4 Invloed op waterkering... 2 7.5 Landbouw, natuur en stedelijk groen... 21 7.6 Verplaatsen van grond(water)verontreinigingen... 21 7.7 Invloed op het zoet/zout grensvlak... 22 7.8 Overige grondwateronttrekkingen... 22 8. MONITORING... 23 Postbus 81, 316 AA Rhoon - Telefoon 88-51 3 2 - URL www.mosgeo.com

152975 Kistdamgarage Pontsteiger 9. REGELGEVING BOUWPUTBEMALING... 24 9.1 Waterwet... 24 9.2 Onttrekken van grondwater... 24 9.3 Lozen van bronneringswater... 25 1. CONCLUSIE EN AANBEVELINGEN... 26 Bijlage A Bijlage B Bijlage C Sonderingen Boring en peilbuisgegevens Volumegewichten Bijlage D Situatietekening Postbus 81, 316 AA Rhoon - Telefoon 88-51 3 2 - URL www.mosgeo.com

152975 Kistdamgarage Pontsteiger - 4-1. INLEIDING Dit rapport betreft het bemalingsadvies voor de aanleg van de Kistdamgarage aan de Pontsteiger te. Voor dit plan heeft Mos Grondmechanica de volgende rapporten uitgebracht - Rapportage grondonderzoek (R152975-RH_1, d.d. 2 november 215), betreft de sonderingen voor de kistdamgarage. - Rapportage grondonderzoek (R143543-AM_1, d.d. 24 november 214), betreft een boring op het land met peilbuizen en ongeroerde monsters en bepaling volumegewichten. 2. PROJECTINFORMATIE Door de opdrachtgever is de volgende projectinformatie aangeleverd - Tekening 'Kistdam garage, overzichtstekening casco kistdamgarage'; getekend door Van Rossum Infra; kenmerk 9564-T-IP-D-PO-1-2.1; datum 24-11-215; - Tekening 'Kistdam garage, schetsontwerp damwandtekening'; getekend door Van Rossum Infra; kenmerk 9564-T-IP-D-SO-5-A; datum 28-4-215; - Fasering, opgesteld door Hektec, kenmerk 15.372 1a tot en met 15a, d.d. 18-11-215; - Notitie '3 de Pontsteiger en Dooslandhoofd'; opgesteld door Gemeente ; kenmerk 1992; datum 29 april 215; - Rapport 'Milieuhygiënisch waterbodemonderzoek Pontsteiger Tasmanstraat'; opgesteld door BK Ingenieurs; kenmerk 151774; datum 28 april 215; - Rapport 'Resultaten waterbodemonderzoek Kistdamgarage te ', opgesteld door grondslag; kenmerk 23344; datum 2 november 215. Daarnaast is diverse informatie aangeleverd betreffende de woontoren dat aan de kop van de Pontsteiger wordt gerealiseerd (momenteel in uitvoering). De Kistdamgarage zal uiteindelijk aansluiten op de parkeergarage onder de woontoren. De ligging van de Kistdamgarage ten opzichte van de woontoren is aangegeven in figuur 2-1. Postbus 81, 316 AA Rhoon - Telefoon 88-51 3 2 - URL www.mosgeo.com

152975 Kistdamgarage Pontsteiger - 5 - Figuur 2-1 Ligging Kistdamgarage (groen) ten opzichte van woontoren (lichtgroen) Uit de projectinformatie en uit mondelinge mededelingen van de opdrachtgever zijn de volgende projectgegevens afgeleid - kelder wordt volledig omsloten door (deels tijdelijke) damwanden, damwanddiepte NAP -18 m; - afmetingen van de bouwkuip circa 33 m bij 16 m; - bovenkant vloer -2 verloop van NAP -4,57 m naar NAP -5,22 m; - dikte vloer,3 m; - dikte poeren 1,5 m; - diepte liftput 1,4 m; - dikte grondverbetering,4 m. Gezien de positie van de trapopgangen zitten de liftputten op 2%, 6% en 1% afstand gerekend vanaf het diepste punt. Onderkant liftput wordt dan afgeleid op circa NAP -6,5 m, NAP -6,25 m en NAP -6, m. Voor de poeren wordt uitgegaan van poeren voor 6 paals prefab palen, mogelijk wordt dit een doorgaande sloof. De locaties van de poeren wordt verspreid over de put aangenomen; onderkant poer verloopt dan van circa NAP -6,1 m naar NAP -6,7 m. Postbus 81, 316 AA Rhoon - Telefoon 88-51 3 2 - URL www.mosgeo.com

152975 Kistdamgarage Pontsteiger - 6-3. UITGEVOERD GRONDONDERZOEK 3.1 Sonderingen In de periode van 12-1-215 tot en met 23-1-215 zijn de sonderingen 2 tot en met 2 uitgevoerd tot een diepte van circa maaiveld/steiger -35 m. Naast de conusweerstand (q c) is de plaatselijke wrijving (f s) gemeten. Uit de plaatselijke wrijving en de conusweerstand is het wrijvingsgetal (R f) berekend. Dit getal geeft nader inzicht in de aanwezige grondsoorten. De sondeergrafieken zijn gerapporteerd onder kenmerk R152975-RH_1, d.d. 2 november 215. In bijlage A zijn de sondeergrafieken opgenomen. 3.2 Boring In het verleden is nabij de locatie op het land door Mos Grondmechanica een geotechnische boring uitgevoerd. De boring is gerapporteerd onder kenmerk R143543-AM_1, d.d. 24 november 214. Het boorgat is afgewerkt tot een peilbuis. Ter volledigheid is de boorstaat tevens in bijlage B opgenomen. Tijdens het boren is een aantal geroerde grondmonsters genomen. Van deze grondmonsters is in het grondmechanisch laboratorium van Mos Grondmechanica de initiële en de droge volumegewichten bepaald. De resultaten hiervan zijn tevens opgenomen in bijlage C. 3.3 Waterkwaliteit Voor zover bekend is de waterkwaliteit voor dit project niet bepaald. Voor het nu in aanbouw zijnde woontoren aan de Pontsteiger is een bepaling van ijzergehalte en zwevend stofgehalte uitgevoerd van het lozingswater; deze bedroegen op d.d. 11-11-215 respectievelijk 1,7 mg/l en <1 mg/l. Tevens is voor de nu in uitvoering zijnde Spaarndammertunnel het ijzergehalte en zwevend stofgehalte bepaald van het lozingswater, deze bedroegen d.d. 11-11-215 respectievelijk 3,6 mg/l en 63 mg/l. Postbus 81, 316 AA Rhoon - Telefoon 88-51 3 2 - URL www.mosgeo.com

152975 Kistdamgarage Pontsteiger - 7-4. SCHEMATISERING VAN DE ONDERGROND 4.1 Opbouw van de ondergrond De huidige locatie betreft deels de bestaande steiger en verder open water. Door BK is een waterbodemonderzoek uitgevoerd. Hierbij is de waterbodem aangetroffen tussen,6 en 4,7 m onder het waterniveau (gemiddeld waterniveau NAP -,4 m). De aangetroffen slibdikte bedraagt,6 à 2,3 m. In het algemeen is onder het slib een veenlaag aangetroffen en vervolgens een kleilaag. Tijdens het sonderen zijn steunbuizen gebruikt, deze zijn gedeeltelijk in de slibbodem gezakt; de sondeerwaarden worden pas geregistreerd vanaf onderkant steunbuis, start van de sondeergrafiek komt dus niet overeen met bovenkant slibbodem. Uit de sonderingen blijkt dat onderkant veen op NAP -4,5 à -5, m ligt. Hieronder wordt tot circa NAP -12 m zandige klei aangetroffen; onderin deze laag gaat de zandige klei mogelijk over in kleiig zand. Tot circa NAP -12,5 à -13, m is de basisveenlaag aanwezig (minder goed herkenbaar/aanwezig in sondering 2 en 3). Tussen NAP -12,5 à -13, m en circa NAP -28 m is een zandpakket aanwezig met tussen NAP -16 m en NAP -19 m terugvallen in de conusweerstand als gevolg van kleiige afzettingen. Onder het zandpakket is tot de maximaal verkende diepte van NAP -32 m een kleilaag aangetroffen. In diepere sonderingen in de omgeving is de kleilaag tot circa NAP -37 m aangetroffen, waarna weer een zandpakket aanwezig is. In figuur 4-1 is een doorsnede gemaakt van beschikbare sonderingen in de omgeving, gebaseerd op de conusweerstand; de sonderingen uitgevoerd voor dit project betreffen de sonderingen met label, rechts daarvan komt de woontoren. De sonderingen meest rechts in het plaatje liggen op grotere afstand (zijn geprojecteerd op profiel). Figuur 4-1 Doorsnede grondopbouw op basis van conusweerstand 4.2 Geohydrologische schematisering Uit het uitgevoerde grondonderzoek, uit de grondwaterkaart van Nederland (TNO) en uit RegisII.1 is de geohydrologische schematisering afgeleid. Postbus 81, 316 AA Rhoon - Telefoon 88-51 3 2 - URL www.mosgeo.com

152975 Kistdamgarage Pontsteiger - 8 - Vanaf de slibbodem tot NAP -12,5 à -13, m is de slecht doorlatende deklaag aanwezig. Hieronder is tot circa NAP -16 m de 1 e zandlaag aanwezig. Volgens Regis heeft dit pakket een gemiddelde doorlaatfactor van circa 15 m/d. Tussen NAP -16 m en NAP -19 m zijn waterremmende stoorlagen aanwezig. Van deze lagen is in de literatuur geen weerstand bekend; de weerstand (c-waarde) wordt ingeschat op circa 4 dagen, mede gebaseerd op de 'slechtste' sonderingen. Tussen NAP -19 m en NAP -28 m is de 2 e zandlaag aanwezig. De kd-waarde van dit pakket bedraagt volgens Regis 32 m²/d. In tabel 4-1 is de gehanteerde geohydrologische schematisering aangegeven. Tabel 4-1 Gehanteerde geohydrologische schematisering grondlaag geohydrologische eenheid geohydrologische parameter van tot doorlaatvermogen weerstand [m + NAP] [m + NAP] [m²/d] [d] bodem -12,5 deklaag 15-12,5-16 1 e zandlaag 5-16 -19 stoorlagen 4-19 -28 2 e zandlaag 32-28 -37 eerste scheidende laag (1) 1. (1) De eerste scheidende laag wordt in deze situatie beschouwd als de geohydrologische basis Opgemerkt wordt dat op korte afstand de Spaarndammertunnel wordt aangelegd in/bij de waterkering. De wand aan de zuidzijde van de moten 7 tot en met 26 betreft een permanente damwand, ingebracht tot circa NAP -17 m. Deze wand is tevens in de schematisering opgenomen. Aan de noordzijde wordt de woontoren aan de Pontsteiger gebouwd binnen damwanden. Op de tekening staat alleen bij de verbinding met de Pontsteiger dat de damwand verloren is; uitgegaan wordt van het (ongunstige) scenario dat de overige damwanden getrokken zijn. 4.3 Grondwaterstanden en stijghoogten Het waterpeil van het IJ wordt gehandhaafd op NAP -,4 m. Op 14 november 214 is door Mos Grondmechanica net op de rand van het IJ een boring uitgevoerd tot circa NAP -22 m. In het boorgat zijn drie filters afgesteld, namelijk freatisch, in de 1 e zandlaag en in de 2 e zandlaag. Voor zover bekend zijn de peilbuizen alleen op 21 november 214 afgelezen. In het freatisch pakket is een grondwaterstand gemeten van NAP -,4 m, in de 1 e en 2 e zandlaag een stijghoogte van NAP -2, m. Op dit moment zijn de werkzaamheden voor de woontoren op de kopse kant van de Pontsteiger in gang, echter nog zonder spanningsbemaling. Uit de monitoring blijkt dat de actuele stijghoogte circa NAP -2,2 m bedraagt. Postbus 81, 316 AA Rhoon - Telefoon 88-51 3 2 - URL www.mosgeo.com

152975 Kistdamgarage Pontsteiger - 9 - In de omgeving (ten zuiden van het IJ) zijn drie peilbuizen aanwezig met het filter in de 2 e zandlaag; in de 1 e zandlaag zijn geen naburige peilbuizen aanwezig. De locaties zijn aangegeven in figuur 4-2 en de beschikbare metingen in figuur 4-3. Figuur 4-2 Locaties peilbuizen Waternet in 2 e zandlaag (lichtblauwe stippen) Figuur 4-3 Stijghoogtemetingen in peilbuizen Waternet in 2 e zandlaag Alleen van peilbuis C5111 zijn recente metingen beschikbaar; de stijghoogte in de afgelopen jaren bedroeg circa NAP -2, à -2,2 m. Postbus 81, 316 AA Rhoon - Telefoon 88-51 3 2 - URL www.mosgeo.com

152975 Kistdamgarage Pontsteiger - 1 - Ten behoeve van de berekeningen voor het maximale debiet wordt in dit advies uitgegaan van een maatgevend hoge grondwaterstand en open waterstand van NAP -,4 m. Ten behoeve van de berekeningen voor het maximale debiet en het opbarstrisico wordt in dit advies uitgegaan van een maatgevend hoge stijghoogte van NAP -2, m in zowel de eerste als de tweede zandlaag. De actuele stijghoogte dient voorafgaand aan de uitvoering te worden vastgesteld. Postbus 81, 316 AA Rhoon - Telefoon 88-51 3 2 - URL www.mosgeo.com

152975 Kistdamgarage Pontsteiger - 11-5. STABILITEIT VAN DE BODEM VAN DE BOUWKUIP 5.1 Algemeen De werkzaamheden vinden plaats binnen een gesloten damwandkuip. De damwandplanken zijn voorzien tot NAP -18, m. Door deze damwanden wordt de eerste zandlaag afgesloten. Gezien de neerwaarste belasting zal bij het ontgraven tot maximaal NAP -7 m geen risico van opbarsten aanwezig zijn vanuit de tweede zandlaag. Onderstaand wordt het evenwicht beschouwd voor het risic van opbarsten vanuit de (afgesloten) eerste zandlaag. Volgens de fasering van HekTec wordt binnen de damwanden eerst in den natte ontgraven tot NAP -4,4 m. Vervolgens wordt in den natte met zand aangevuld tot NAP -3,4 m. Vanaf dat niveau worden palen geplaatst. Voor dit niveau geldt geen opbarstrisico. Na het plaatsen van de palen wordt dieper ontgraven en,4 m zand aangebracht. 5.2 Hoge zijde Keldervloer De onderkant van de keldervloer aan de hoge zijde is voorzien op NAP -4,9 m. Op dit niveau is veen aanwezig. Ten behoeve van het aanbrengen van een grondverbetering bestaande uit zand wordt,4 m dieper ontgraven (tot NAP -5,3 m). Indien de bouwput in den droge wordt ontgraven tot NAP -5,3 m bestaat het gevaar dat de voor water slecht doorlatende laag tussen ontgravingsniveau en NAP -12,3 m opbarst. Aan de hand van sondering 17 is een berekening gemaakt ten behoeve van de stabiliteit van de bouwputbodem. Allereerst wordt de neerwaartse gronddruk bepaald. Vervolgens kan de maximaal toelaatbare stijghoogte onder het evenwichtsniveau worden bepaald. Maatgevende sondering 17 Ontgravingsniveau NAP -5,3 m (onderkant grondverbetering); Evenwichtsniveau NAP -12,3 m; Neerwaartse gronddruk 6,7 m zandige klei (γ=17 kn/m³) 113,9 kn/m²,3 m basisveen (γ=12 kn/m³) 3,6 kn/m² totale neerwaartse gronddruk 117,5 kn/m² Gecorrigeerd met de partiële belastingfactor van,9 (Eurocode 7 partiële factor voor weerstandbiedende, gunstig werkende blijvende belasting) bedraagt de rekenwaarde van de neerwaartse gronddruk 16 kn/m². De maximaal toelaatbare stijghoogte onder het evenwichtsniveau bedraagt NAP -1,5 m. Als de stijghoogte in de eerste zandlaag tijdens de uitvoering hoger is dan NAP -1,5 m bestaat er gevaar dat de bouwputbodem opbarst. Na het aanbrengen van de,4 m grondverbetering bedraagt de maximaal toelaatbare stijghoogte NAP -,9 m. Postbus 81, 316 AA Rhoon - Telefoon 88-51 3 2 - URL www.mosgeo.com

152975 Kistdamgarage Pontsteiger - 12 - De te verwachten hoge stijghoogte bedraagt NAP -2, m. Geconcludeerd wordt dat op het beschouwde punt geen risico van opbarsten vanuit de 1 e zandlaag aanwezig is voor de aanleg van de grondverbetering en het algemene bouwputniveau. Poeren en liftput De poeren en liftput worden gemaakt na aanleg van de grondverbetering. Aangenomen wordt dat deze worden ontgraven onder talud of binnen een sleufbekisting met een maximale bodembreedte van 4 m. Onder de vloer van de liftputten en poeren wordt,3 m grondverbetering als voldoende beschouwd. Diepste ontgravingsniveau voor de poeren en liftput bedraagt dan NAP -6,4 m. In dat geval mag door spanningsspreiding 48% van de naastgelegen grond worden meegeteld. Maatgevende sondering 17 Algemeen bouwputniveau NAP -4,9 m (bovenkant grondverbetering); Verdiept ontgravingsniveau NAP -6,4 m (onder talud, maximale bodembreedte 4 m); Evenwichtsniveau NAP -12,3 m; Neerwaartse gronddruk,4 m droog zand (γ=18 kn/m³) * 48% 3,5 kn/m² 1,1 m zandige klei (γ=17 kn/m³) * 48% 9, kn/m² 5,6 m zandige klei (γ=17 kn/m³) 95,2 kn/m²,3 m basisveen (γ=12 kn/m³) 3,6 kn/m² totale neerwaartse gronddruk 17,8 kn/m² Gecorrigeerd met de partiële belastingfactor van,9 (Eurocode 7 partiële factor voor weerstandbiedende, gunstig werkende blijvende belasting) bedraagt de rekenwaarde van de neerwaartse gronddruk 97 kn/m². De maximaal toelaatbare stijghoogte onder het evenwichtsniveau bedraagt NAP -2,4 m. Als de stijghoogte in de eerste zandlaag tijdens de uitvoering hoger is dan NAP -2,4 m bestaat er gevaar dat de bouwputbodem opbarst. Na aanbrengen grondverbetering (,3 m zand) bedraagt de maximaal toelaatbare stijghoogte NAP -1,9 m. 5.3 Lage zijde Keldervloer De onderkant van de keldervloer aan de lage zijde (aansluiting met parkeergarage woontoren) is voorzien op NAP -5,5 m. Op dit niveau is zandige klei aanwezig. Ten behoeve van het aanbrengen van een grondverbetering bestaande uit zand wordt,4 m dieper ontgraven. Conform faseringstekening van HekTec wordt uitgegaan van een maximaal ontgravingsniveau van NAP -6, m. Indien de bouwput in den droge wordt ontgraven tot NAP -6, m bestaat het gevaar dat de voor water slecht doorlatende laag tussen ontgravingsniveau en NAP -12,3 m opbarst. Aan de hand van sondering 17 is een berekening gemaakt ten behoeve van de stabiliteit van de bouwputbodem. Allereerst wordt de Postbus 81, 316 AA Rhoon - Telefoon 88-51 3 2 - URL www.mosgeo.com

152975 Kistdamgarage Pontsteiger - 13 - neerwaartse gronddruk bepaald. Vervolgens kan de maximaal toelaatbare stijghoogte onder het evenwichtsniveau worden bepaald. Maatgevende sondering 17 Ontgravingsniveau NAP -6, m (onderkant grondverbetering); Evenwichtsniveau NAP -12,3 m; Neerwaartse gronddruk 6, m zandige klei (γ=17 kn/m³) 12, kn/m²,3 m basisveen (γ=12 kn/m³) 3,6 kn/m² totale neerwaartse gronddruk 15,6 kn/m² Gecorrigeerd met de partiële belastingfactor van,9 (Eurocode 7 partiële factor voor weerstandbiedende, gunstig werkende blijvende belasting) bedraagt de rekenwaarde van de neerwaartse gronddruk 95 kn/m². De maximaal toelaatbare stijghoogte onder het evenwichtsniveau bedraagt NAP -2,6 m. Als de stijghoogte in de eerste zandlaag tijdens de uitvoering hoger is dan NAP -2,6 m bestaat er gevaar dat de bouwputbodem opbarst. Na aanbrengen van de,4 m grondverbetering bedraagt de maximaal toelaatbare stijghoogte NAP -1,9 m. De te verwachten hoge stijghoogte bedraagt NAP -2, m. Geconcludeerd wordt dat aan deze zijde van de bouwput risico van opbarsten vanuit de 1 e zandlaag aanwezig is voor het aanbrengen van de grondverbetering. Poeren en liftput De poeren en liftput worden gemaakt na aanleg van de grondverbetering; aangegeven is dat aan deze zijde geen liftput wordt toegepast. Aangenomen wordt dat de poeren worden ontgraven onder talud of binnen een sleufbekisting met een maximale bodembreedte van 3 m. Onder de vloer van de liftputten en poeren wordt,3 m grondverbetering als voldoende beschouwd. Diepste ontgravingsniveau voor de poeren bedraagt NAP -7, m bij een algemeen bouwputniveau van NAP -5,5 m. In dat geval mag door spanningsspreiding 52% van de naastgelegen grond worden meegeteld. Postbus 81, 316 AA Rhoon - Telefoon 88-51 3 2 - URL www.mosgeo.com

152975 Kistdamgarage Pontsteiger - 14 - Maatgevende sondering 17 Algemeen bouwputniveau NAP -5,5 m (bovenkant grondverbetering); Verdiept ontgravingsniveau NAP -7, m (onder talud, maximale bodembreedte 3 m); Evenwichtsniveau NAP -12,3 m; Neerwaartse gronddruk,4 m droog zand (γ=18 kn/m³) * 52% 3,7 kn/m² 1,1 m zandige klei (γ=17 kn/m³) * 52% 9,7 kn/m² 5, m zandige klei (γ=17 kn/m³) 85, kn/m²,3 m basisveen (γ=12 kn/m³) 3,6 kn/m² totale neerwaartse gronddruk 12, kn/m² Gecorrigeerd met de partiële belastingfactor van,9 (Eurocode 7 partiële factor voor weerstandbiedende, gunstig werkende blijvende belasting) bedraagt de rekenwaarde van de neerwaartse gronddruk 92 kn/m². De maximaal toelaatbare stijghoogte onder het evenwichtsniveau bedraagt NAP -2,9 m. Als de stijghoogte in de eerste zandlaag tijdens de uitvoering hoger is dan NAP -2,9 m bestaat er gevaar dat de bouwputbodem opbarst. Na aanbrengen grondverbetering (,3 m zand) bedraagt de maximaal toelaatbare stijghoogte NAP -2,4 m. 5.4 Maximaal ontgravingsniveau zonder spanningsbemaling Beoordeeld is tot welk niveau kan worden ontgraven zonder spanningsbemaling in de eerste zandlaag. Hierbij wordt uitgegaan van een hoge stijghoogte van NAP -2, m. Het maximale uniforme ontgravingsniveau bedraagt dan NAP -5,6 m. Gezien het verloop in het vloerniveau, is voor de aanleg van de grondverbetering aan de diepe zijde een geringe spanningsbemaling nodig. Voor de fase na aanbrengen van,4 m grondverbetering en geen aanleg poeren of liftputten is geen spanningsbemaling nodig. 5.5 Samenvatting stabiliteit De resultaten van de beoordeling van de stabiliteit van de bodem van de bouwkuip zijn in tabel 5-1 samengevat. Postbus 81, 316 AA Rhoon - Telefoon 88-51 3 2 - URL www.mosgeo.com

152975 Kistdamgarage Pontsteiger - 15 - Tabel 5-1 Samenvatting stabiliteit van de bodem van de bouwkuip fase aanbrengen grondverbetering na voltooiing grondverbetering aanleg poeren en liftputten na aanbrengen -2 vloer ontgravingsniveau of bouwputbodem maximaal toelaatbare stijghoogte [m + NAP] [m + NAP] hoog -5,3-1,5 diep -6, -2,6 hoog -4,9 -,9 diep -5,6-1,9 hoog -6,4-2,4 diep -7, -2,9 hoog -4,6 -,3 diep -5,2-1,3 opmerkingen maximale bodembreedte liftput 4 m, poeren 3 m Uitgaande van een algemene grondverbetering van,4 m, en een maximale grondverbetering van,3 m onder poeren en liftputten, is bij een maximale stijghoogte van NAP -2, m een spanningsbemaling in de eerste zandlaag nodig voor de aanleg van de grondverbetering en de aanleg van de poeren en de liftputten. De maximale stijghoogteverlaging bedraagt dan,9 m. Vanuit de tweede zandlaag is geen risico van opbarsten aanwezig. Postbus 81, 316 AA Rhoon - Telefoon 88-51 3 2 - URL www.mosgeo.com

152975 Kistdamgarage Pontsteiger - 16-6. BEMALINGSADVIES 6.1 Algemeen Rondom de bouwkuip wordt een damwand toegepast; de damwand wordt tot NAP -18 m geplaatst, hiermee wordt de eerste zandlaag afgesloten waardoor een forse reductie in debiet optreedt. Het algemeen bouwputniveau voor de aanleg van de keldervloer bedraagt circa NAP -4,9 à -5,6 m. Ten behoeve van een goed begaanbare bodem van de bouwput dient de grondwaterstand circa,5 m onder de bouwputbodem te worden verlaagd (tot NAP -5,4 à -6,1 m). Uitgaande van een maatgevend hoge grondwaterstand van NAP -,4 m bedraagt de benodigde verlaging circa 5, à 5,7 m. Voor de aanleg van poeren en liftputten dient maximaal tot NAP -7, m te worden verlaagd (6,6 m verlaging). Als de bouwput ontgraven wordt voor de aanleg van de grondverbetering en de poeren en liftputten bestaat het risico dat (lokaal) de bodem van de bouwput opbarst van de (afgesloten) eerste zandlaag. Uitgaande van een algemene grondverbetering van,4 m, en een maximale grondverbetering van,3 m onder poeren en liftputten, is bij een maximale stijghoogte van NAP -2, m een spanningsbemaling nodig voor de aanleg van de grondverbetering en voor de aanleg van poeren en liftputten. De maximale stijghoogteverlaging bedraagt dan,9 m. 6.2 Bemalingssysteem Bouwkuipbemaling Tijdens het ontgraven binnen de gesloten damwandkuip kan gebruik worden gemaakt van een open bemaling (klokpompen in verdiepte delen). Aanbevolen wordt om een grondverbetering van,4 m dikte toe te passen onder de keldervloer; voorafgaand aan het aanbrengen van de grondverbetering kunnen in verdiepte sleuven (,1 m diep) horizontale drains worden aangebracht. Deze horizontale drains kunnen (op het diepste punt) uitmonden in pompputten, vanwaar het water met klokpompen kan worden verpompt. Spanningsbemaling Vanaf een ontgravingsniveau van NAP -5,6 m is een spanningsbemaling vereist. De spanningsbemaling dient echter al eerder, vanaf een hoger niveau (NAP -1,5 m of hoger), worden aangebracht in verband met de heersende waterdruk in de 1 e zandlaag. De spanningsbemaling kan plaatsvinden met behulp van ontlastbronnen; tijdens het ontgraven dient de stijgbuis van de bron steeds te worden ingekort zodat het water uit de bron loopt. De filters van de bronnen kunnen worden afgesteld tussen NAP -13,5 m en NAP -15,5 m. Boven het filtergedeelte dient de bron degelijk te worden afgedicht. Verwacht wordt dat een 15-tal ontlastbronnen volstaat. Ten zeerste wordt aanbevolen om de bereikte verlagingen te verifiëren door middel van minimaal twee peilbuizen binnen de bouwkuip met het filter in de 1 e zandlaag (waarvan een peilbuis nabij het kopscherm aan de diepste zijde). Mocht onvoldoende verlaging optreden, en de ontlastfilters niet verder kunnen worden ingekort, kan worden overwogen deze via een zuigleiding op een pomp aan te sluiten. De bronnen dienen te voldoen aan de BRL21 (mechanisch boren); door het plaatsen van de bronnen door middel van zuigboren kan hieraan worden voldaan. Postbus 81, 316 AA Rhoon - Telefoon 88-51 3 2 - URL www.mosgeo.com

152975 Kistdamgarage Pontsteiger - 17-6.3 Prognose van het debiet Met behulp van het eindige elementenprogramma MicroFEM is een model voor de grondwaterstroming gemaakt waarin de parameters uit paragraaf 4.2 zijn verwerkt. De straal van het model bedraagt circa 2. meter. Met dit model zijn stationaire berekeningen uitgevoerd. Op basis van de genoemde uitgangspunten en de nu bekende projectgegevens is het noodzakelijke debiet berekend. In tabel 6-1 zijn de berekeningsresultaten opgenomen; hierbij is uitgegaan van een gesloten damwandkuip met planken tot NAP -18 m. Tabel 6-1 Prognose stationair debiet fase verlaging grondwaterstand verlaging stijghoogte prognose debiet bouwputbemaling prognose debiet spanningsbemaling [m] [m] [m³/u] [m³/u] ontgraven en aanleg grondverbetering 5, à 5,7, à,6 1 2 1) 5 aanleg poeren en liftputten 5,9 à 6,6,4 à,9 1 2 1) 5 à 1 aanleg vloer 5, à 5,5, 1 2 1) na storten vloer 4,5 à 5,1, 1 2 1) 1) Aangezien damwanden in open water staan, is uitgegaan van een hoger (initieel) lekdebiet Tijdens het ontgraven zal een niet-stationair debiet optreden. Het benodigde waterbezwaar is afhankelijk van de mate waarin water met de grond mee wordt ontgraven. Als bovengrens kan in deze fase een eenmalig waterbezwaar van 7. m³ worden aangehouden. Bij een ontgravingsperiode van circa 2 weken kan dit een tijdelijk aanvullend debiet opleveren van 2 m³/u. In totaal kan het debiet van de bouwputbemaling in de aanvangsfase dus 4 m³/u bedragen; verwacht wordt een debiet in de orde van grootte van 2 m³/u. Indien (aanzienlijk) hogere debieten optreden, is er sprake van een onacceptabel lek door de damwanden; in dat geval wordt ervan uitgegaan dat corrigerende maatregelen worden genomen. Er wordt benadrukt dat de berekende debieten prognoses betreffen op basis van geschatte parameters. In de praktijk kunnen afwijkingen van het berekende debiet optreden. 6.4 Totaal waterbezwaar Aangegeven is dat half mei 216 de bemaling start. De bemaling wordt beëindigd op eind februari 217. De totale duur bedraagt daarmee circa 1 maanden. De duur van de diverse subfasen is niet aangegeven. Voor de berekening van het totaal waterbezwaar wordt uitgegaan van een duur van aanleg poeren en liftputten van 2 maanden. Postbus 81, 316 AA Rhoon - Telefoon 88-51 3 2 - URL www.mosgeo.com

152975 Kistdamgarage Pontsteiger - 18 - Tabel 6-2 Totaal waterbezwaar fase duur prognose debiet prognose debiet waterbezwaar bouwputbemaling spanningsbemaling [maanden] [m³/u] [m³/u] [m³] ontgraven en aanleg grondverbetering 1 1 4 5 21.6 aanleg poeren en liftputten 2 1 2 5 à 1 43.8 aanleg vloer 5 1 2 73. na storten vloer 2 1 2 29.2 totaal 1 167.6 Het waterbezwaar betreft voor het grootste gedeelte lekwater door de damwanden (vanuit het IJ) en neerslag. Slechts een zeer gering gedeelte betreft toestromend grondwater. Voor de aanvraag van de watervergunning wordt aanbevolen uit te gaan van de volgende kentallen Maximaal uurdebiet 4 m³/u Maximaal dagdebiet 96 m³/dag Maximaal maanddebiet 21.6 m³/maand Maximale onttrekking binnen 1 jaar 167.6 m³ Postbus 81, 316 AA Rhoon - Telefoon 88-51 3 2 - URL www.mosgeo.com

152975 Kistdamgarage Pontsteiger - 19-7. INVLOED OP DE OMGEVING 7.1 Algemeen Ten gevolge van de bemaling kunnen ook de grondwaterstanden in de omgeving worden beïnvloed. Beoordeeld dient te worden of dit kan leiden tot negatieve effecten, zoals het optreden van (maaiveld)zettingen, invloed op waterkeringen, invloed op landbouw, natuur of stedelijk groen, het verplaatsen van verontreinigingen of het verplaatsen van het zoet/zout grensvlak. In onderstaande paragrafen worden deze zaken behandeld. 7.2 Verlaging van de stijghoogte De verlaging van de stijghoogte in de omgeving is berekend met behulp van hetzelfde grondwatermodel in MicroFEM waarmee ook het debiet is berekend (zie ook paragraaf 6.3). In tabel 7-1 staat een prognose van de verlaging van de stijghoogte in de omgeving bij een verlaging van,6 m ter plaatse van de noordelijke kopse kant van de bouwput. De vermelde verlagingen betreffen de stationaire situatie. Opgemerkt wordt dat de bouwkuip vrijwel geheel in het water is gesitueerd. Hierdoor en door het toepassen van damwanden treedt buiten de bouwput geen verlaging van betekenis van de grondwaterstand op (op landgedeelte verlaging ruim kleiner dan,5 m). Tabel 7-1 Prognose van de verlagingen van de stijghoogte in de omgeving Verlaging Afstand tot rand bouwput [m] [m],6,1 3,5 28 à 33 1) 1) Verlagingen in omgeving niet regelmatig door aanwezigheid open water en damwanden Spaarndammertunnel In figuur 4-4 zijn de verlaginglijnen op een topografische ondergrond weergegeven. De verlagingen in het freatische pakket zijn niet weergegeven want ruim kleiner dan,5 m buiten de bouwkuip. Postbus 81, 316 AA Rhoon - Telefoon 88-51 3 2 - URL www.mosgeo.com

152975 Kistdamgarage Pontsteiger - 2 - Figuur 4-4 Verlagingslijnen [m] in 1 e zandlaag (zwart) en 2 e zandlaag (rood) 7.3 Zettingen Door het verlagen van de grondwaterstand neemt de korrelspanning in de ondergrond toe. Dit kan in samendrukbare lagen leiden tot zettingen. In het algemeen treden pas zettingen op indien de grondwaterstand of stijghoogte wordt verlaagd tot onder het niveau van de gemiddeld laagste grondwaterstand (GLG) of stijghoogte (GLS). Door de zeer geringe verlagingen buiten de bouwkuip worden ten gevolge van de bemaling geen merkbare zettingen verwacht. Opgemerkt wordt dat in dit advies alleen de zetting als gevolg van de bemaling is beschouwd. Ook zonder bemaling kunnen zettingen optreden ten gevolge van bijvoorbeeld zwaar bouwverkeer of het intrillen van damwanden. 7.4 Invloed op waterkering In figuur 4-5 is een gedeelte van de legger van Amstel, Gooi en Vecht weergegeven. De bemaling binnen de damwanden vindt deel plaats in de buitenbeschermingszone. Daarnaast wordt de stijghoogte in de eerste zandlaag onder de waterkering verlaagd. De verlaging in de 1 e en 2 e zandlaag onder de waterkering bedraagt maximaal,1 m. De verlaging in het freatische pakket is ruim kleiner dan,5 m (volgens stationaire berekening,2 m). Gezien de verlagingen en de heersende korrelspanningen zorgt de verlaging van stijghoogte en grondwaterstand niet tot merkbare zettingen. Ook wordt in andere opzichte de waterkering niet nadelig beïnvloed. Postbus 81, 316 AA Rhoon - Telefoon 88-51 3 2 - URL www.mosgeo.com

152975 Kistdamgarage Pontsteiger - 21 - Figuur 4-5 Gedeelte uit legger Amstel, Gooi en Vecht; groen betreft buitenbeschermingszone, blauw binnenbeschermingszone en rood kernzone 7.5 Landbouw, natuur en stedelijk groen De locatie is gelegen in het IJ. Ten zuiden van de locatie is bebouwd gebied aanwezig. Landbouw- en natuurgebieden liggen op grote afstand. Doordat de freatische grondwaterstand niet wordt beïnvloed door de bemaling, treden geen negatieve effecten voor stedelijk groen op. 7.6 Verplaatsen van grond(water)verontreinigingen Ten aanzien van het verplaatsen van eventueel aanwezige (grondwater)verontreinigingen wordt aanbevolen bij de gemeente en de provincie na te vragen of binnen een straal van 5 m tot het project grondwaterverontreinigingen in het watervoerende pakket bekend zijn. Gezien de zeer beperkte invloedssfeer van de bemaling, zijn feitelijk alleen potentiele verontreinigingen op de locatie zelf van belang. In het algemeen mag een grondwateronttrekking geen (negatieve) invloed hebben op bekende verontreinigingen. Indien binnen het invloedsgebied grondwaterverontreinigingen aanwezig zijn, dienen mogelijk aanvullende maatregelen te worden genomen of dient de bemalingswijze te worden aangepast. Uit het waterbodemonderzoek blijkt dat het slib op de bodem van het IJ verhogingen aan zware metalen, minerale olie en PAK heeft. Door de bemaling treedt nagenoeg geen toename in verhang Postbus 81, 316 AA Rhoon - Telefoon 88-51 3 2 - URL www.mosgeo.com

152975 Kistdamgarage Pontsteiger - 22 - plaats waardoor vrijwel geen toename plaatsvindt in de neerwaartse stroming. De bemaling heeft daardoor geen effect op verontreinigingen in de slibbodem. 7.7 Invloed op het zoet/zout grensvlak Volgens de grondwaterkaart is vanaf maaiveld brak grondwater aanwezig (chloridegehalte tussen 15 mg/l en 1. mg/l). Het brak/zout grensvlak wordt aangetroffen op circa NAP -7 m. Onder het niveau van NAP -7 m wordt zout grondwater aangetroffen (chloridegehalte groter dan 1. mg/l). Volgens Regis II ligt het brak/zout grensvlak (1. mg/l) op een diepte van NAP -15 m. Door de bemaling zal het zoet/zout grensvlak nagenoeg niet worden beïnvloed. 7.8 Overige grondwateronttrekkingen In het kader van deze opdracht is niet specifiek navraag gedaan naar andere grondwateronttrekkingen in het gebied. Deze kunnen worden opgevraagd bij de provincie en/of het Hoogheemraadschap. Gezien de beperkte verlagingen, het geringe invloedsgebied en de tijdelijke aard wordt geen invloed op eventuele aanwezige andere grondwateronttrekkingen verwacht. De bij ons bekende naburige onttrekkingen betreffen de actuele bemaling voor de parkeergarage onder de woontoren (is aansluitend op dit werk) en de mogelijke bemaling voor de aanleg van de Spaarndammertunnel. Voor beide werken betreft dat, indien de bemalingen gelijktijdig zijn, dit voor de bemalingen zelf eerder gunstig dan ongunstig is. De effecten op de omgeving nemen, gezien de configuratie, ook nagenoeg niet toe bij gelijktijdige uitvoering. Verder is in het kader van de vergunningsaanvraag voor de Spaarndammertunnel in juni 214 een inventarisatie uitgevoerd van onttrekkingen zoals WKO's. Al deze inrichtingen liggen buiten het huidige invloedsgebied. Postbus 81, 316 AA Rhoon - Telefoon 88-51 3 2 - URL www.mosgeo.com

152975 Kistdamgarage Pontsteiger - 23-8. MONITORING Waterbezwaar De hoeveelheid water die wordt onttrokken, moet worden bijgehouden. Hiervoor dienen één of meer goedgekeurde en geijkte watermeters te worden gebruikt. De standen (inclusief datum en tijdstip) van de watermeters dienen te worden afgelezen en geregistreerd, volgens onderstaand schema - Voor aanvang van de bemaling de nulstand van de watermeter; - Gedurende de eerste week van de onttrekking dagelijks (op werkdagen); - Vervolgens minimaal twee keer per week, tot het beëindigen van de onttrekking, en bij elke verandering in debiet; - Bij vervanging van de watermeter datum en tijdstip, eindstand van de oude watermeter en beginstand van de nieuwe. De hoeveelheid onttrokken water per tijdseenheid dient te worden getoetst aan de prognose van het debiet volgens het bemalingsadvies. Bij een afwijking dient contact met de adviseur te worden opgenomen, zodat de consequenties van de afwijking kunnen worden beoordeeld. Stijghoogten In de bouwkuip dienen twee peilbuizen te worden geplaatst met het filter in de 1 e zandlaag, waarvan één peilbuis aan de noordelijke kopse kant. De peilbuizen dienen voor de controle van het niveau van de stijghoogte ter plaatse van de bouwkuip. De bovenkant van de peilbuizen dienen te worden gewaterpast ten opzichte van NAP. De stijghoogte in deze twee peilbuizen dient minimaal dagelijks te worden gepeild tot en met de fase van aanleg poeren en liftputten; de voorkeur gaat uit naar een online meetsysteem. Nadat de grondverbetering en de poeren en liftputten zijn aangebracht, is de meting van de stijghoogte minder van belang. Gezien de zeer geringe verlagingen buiten de bouwkuip zijn metingen van de grondwaterstand of de stijghoogte buiten de bouwkuip minder zinvol. Niettemin kan ter controle ter plaatse van de waterkering een peilbuis worden geplaatst met een freatisch filter en het filter in de 1 e zandlaag. Mogelijk is de in 214 door Mos Grondmechanica geplaatste peilbuis B1 (zie ook bijlage B) nog aanwezig en kan deze gebruikt worden. Postbus 81, 316 AA Rhoon - Telefoon 88-51 3 2 - URL www.mosgeo.com

152975 Kistdamgarage Pontsteiger - 24-9. REGELGEVING BOUWPUTBEMALING 9.1 Waterwet Op 22 december 29 is de Waterwet in werking getreden. In deze wet wordt een aantal wetten met betrekking tot water samengevoegd. Ook wordt er in de Waterwet een aantal bevoegdheden herverdeeld. Eén daarvan is het bevoegd gezag ten aanzien van grondwateronttrekkingen ten behoeve van het drooghouden van bouwputten. Dit is nu een verantwoordelijkheid van de waterschappen (in plaats van de provincies). Volgens de Waterwet wordt voortaan één vergunning afgegeven voor zowel de onttrekking als de lozing. 9.2 Onttrekken van grondwater Volgens de artikelen 6.4 en 6.5 van de Waterwet is het onder andere verboden zonder vergunning grondwater te onttrekken. Voor industriële onttrekkingen boven 15. m³/jaar, voor openbare drinkwatervoorziening en bodemenergiesystemen is de provincie het bevoegd gezag. Voor de overige onttrekkingen, waaronder bouwputbemalingen, worden vergunningen verleend door het bestuur van het waterschap. De regelgeving is per waterschap vastgelegd in de Keur. Voor beperkte inrichtingen zijn voor verschillende categorieën algemene regels opgesteld. Indien de inrichting binnen deze algemene regels valt, hoeft geen vergunning te worden aangevraagd. In dat geval dient de inrichting bij het waterschap te worden gemeld. In het Hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht zijn bemalingen uitsluitend ten behoeve van bronbemaling, grondwatersanering of bodemsanering buiten een kern- of beschermingszone niet vergunningsplichtig (algemene regels), indien - Het debiet kleiner is dan 5 m³/u; - De onttrekkingshoeveelheid kleiner is dan 15. m³/maand (= gemiddeld 2 m³/u); - De onttrekking niet langer duurt dan 6 maanden. Daarnaast zijn onttrekkingen in een kern- of beschermingszone van een waterkerend dijklichaam of waterkerende constructies en debiet > 3 m 3 /uur en/of langer dan 1 maand vergunningsplichtig. Gezien de locatie en de duur van de bemaling (en het maximale maanddebiet) is de onttrekking vergunningsplichtig. De behandelingstermijn na indienen van een onderbouwde aanvraag bedraagt 8 of 26 weken, afhankelijk van de door het waterschap te volgen procedure. Provinciale heffingen Op grondwateronttrekkingen zijn 'provinciale heffingen' van toepassing. In het algemeen is sprake van een heffingsvrije voet. Ook bij projecten die onder een melding vallen, kunnen provinciale heffingen van toepassing zijn. De grondwaterheffing blijft een verantwoordelijkheid van de provincie. Ook in de Waterwet is deze bevoegdheid exclusief voor de provincie. Postbus 81, 316 AA Rhoon - Telefoon 88-51 3 2 - URL www.mosgeo.com

152975 Kistdamgarage Pontsteiger - 25-9.3 Lozen van bronneringswater Algemeen Naar verwachting kan het onttrokken water worden geloosd op het IJ. Geadviseerd wordt om vooraf een monster van het grondwater te nemen en te analyseren op de lozingsparameters om een indicatie van de waterkwaliteit van het te lozen water te verkrijgen. Vervolgens kunnen de analyseresultaten ter beoordeling aan de waterkwaliteitsbeheerder worden voorgelegd. Regelgeving ten aanzien van de lozing De voorgenomen bronbemaling wordt niet gezien als een inrichting in de zin van de Wet Milieubeheer. Derhalve valt de bij de bronbemaling behorende lozing onder het Besluit Lozen buiten inrichtingen. Dit besluit is per 1 juli 211 in werking getreden. Dit besluit geldt voor zowel voor lozing op riolering als voor lozing op oppervlaktewater. Bevoegd gezag voor lozing op oppervlaktewater is het waterschap. Voor lozing op de riolering zijn zowel de gemeente (kwantiteit) als het waterschap (kwaliteit) bevoegd gezag. De proceduretijd voor het verkrijgen van toestemming om het bronneringswater te mogen lozen bedraagt volgens het Besluit Lozen Buiten Inrichtingen 4 weken. Kosten lozen bronneringswater Aan het lozen van bronneringswater zijn in het algemeen kosten verbonden. Postbus 81, 316 AA Rhoon - Telefoon 88-51 3 2 - URL www.mosgeo.com

152975 Kistdamgarage Pontsteiger - 26-1. CONCLUSIE EN AANBEVELINGEN Voor de aanleg van een parkeergarage binnen damwanden is een bemaling noodzakelijk. De bemaling betreft voornamelijk het verpompen van lekwater dat door de damwanden vanuit het IJ komt toestromen. Tijdens de fase van aanleg van poeren en liftputten is een beperkte spanningsbemaling nodig; deze spanningsbemaling kan worden uitgevoerd als een ontlastbemaling. Gezien de locatie en de duur van de bemaling (en het maximale maanddebiet) is de onttrekking vergunningsplichtig. Belangrijkste aandachtspunten - Het nemen van een monster van het grondwater voor het bepalen van de waterkwaliteit (analyse op het standaard pakket voor water en op de lozingsparameters); - Mogelijkheden onderzoeken voor het lozen van bronneringswater (naar verwachting op het IJ). In een aanvullende opdracht kunnen de bovenstaande punten door Mos Grondmechanica worden uitgevoerd. ir. H.W. Thijssen (88-513239) Rhoon, 14 december 215 Mos Grondmechanica B.V. Contr. d.o. Postbus 81, 316 AA Rhoon - Telefoon 88-51 3 2 - URL www.mosgeo.com

152975 Kistdamgarage Pontsteiger Bijlage A Sonderingen Postbus 81, 316 AA Rhoon - Telefoon 88-51 3 2 - URL www.mosgeo.com

Sondering 2 152975 12-1-215 Kistdamgarage Pontsteiger Conus nummer S15-CFI1245 Soort conus Elektrisch Opp. conuspunt 15 mm 2 NEN-EN-ISO-22476-1 Klasse 3, type TE1 Sondeerunit SW Blad 1 van 2 5 Conusweerstand q c [MPa] 1 2 3 α [ ] 1 Wrijvingsgetal R f [%] 8 6 4 2 MV = NAP + 2.82 m 2.32 Zand, matig fijn, zwak siltig, sterk puinhoudend 3.6 m voorgeboord Zand, matig fijn, zwak siltig NAP -.8 -.68 -.78 Klei, zwak schelphoudend Klei, zwak veenhoudend 1.7 1.7 1.7 2. -5 2. 2.2 2.2 2.2 2.3 Hoogte z [m] t.o.v. NAP -1 31 2.3 2.4 2.4 2.5 2.8-15 3. 3.1 3.2 3.3 3.6-2 3.6 3.9 3 4.3 4.5 4.6-25 4.9.75.5.25 elijke wrijving f s [MPa] 5. 34 3 ----31 5.1. 5.3 Coördinaten RD-stelsel X = 1282.6 Y = 489327.51 2 MRSV v3. (c) 212 Postbus 81, 316 AA Rhoon - Tel 88 51 3 2 - www.mosgeo.com

Sondering 2 152975 12-1-215 Kistdamgarage Pontsteiger Conus nummer S15-CFI1245 Soort conus Elektrisch Opp. conuspunt 15 mm 2 NEN-EN-ISO-22476-1 Klasse 3, type TE1 Sondeerunit SW Blad 2 van 2 Conusweerstand q c [MPa] 1 2 3 α [ ] 5.4 1 Wrijvingsgetal R f [%] 8 6 4 2-3 5.6 5.8-35 -4 Hoogte z [m] t.o.v. NAP -45-5 -55-6 Coördinaten.75.5.25 elijke wrijving f s [MPa]. RD-stelsel X = 1282.6 Y = 489327.51 2 MRSV v3. (c) 212 Postbus 81, 316 AA Rhoon - Tel 88 51 3 2 - www.mosgeo.com

Sondering 3 152975 16-1-215 Kistdamgarage Pontsteiger Conus nummer S15-CFI1245 Soort conus Elektrisch Opp. conuspunt 15 mm 2 NEN-EN-ISO-22476-1 Klasse 3, type TE1 Sondeerunit SW Blad 1 van 2 5 Conusweerstand q c [MPa] 1 2 3 α [ ] 1 Wrijvingsgetal R f [%] 8 6 4 2 MV = NAP + 2.61 m Steuncasing NAP 1.6 1.1 2.3 2.4-5 2.4 2.4 2.4 2.4 2.3 Hoogte z [m] t.o.v. NAP -1 3 2.3 2.3 2.5 2.6 2.6-15 2.5 2.5 2.4 2.4 2.3-2 2.2 2.5 2.5 2.5 2.4-25 2.4 2.2 Coördinaten.75.5.25 elijke wrijving f s [MPa]. 2.2 2.2 2.3 RD-stelsel X = 12813.32 Y = 489355.25 3 MRSV v3. (c) 212 Postbus 81, 316 AA Rhoon - Tel 88 51 3 2 - www.mosgeo.com

Sondering 4 152975 23-1-215 Kistdamgarage Pontsteiger Conus nummer S15-CFI1245 Soort conus Elektrisch Opp. conuspunt 15 mm 2 NEN-EN-ISO-22476-1 Klasse 3, type TE1 Sondeerunit SW Blad 1 van 2 5 Conusweerstand q c [MPa] 1 2 3 α [ ] 1 Wrijvingsgetal R f [%] 8 6 4 2 MV = NAP + 2.66 m NAP Steuncasing.2.2.2-5.4.7 1.2 1.3.8 Hoogte z [m] t.o.v. NAP -1 38 32.3.2.8 1.5 2.1-15 3. 3.8 4.3 4.5 4.6-2 4.7 4.9 5.1 5.4 5.7-25 6.1 6.5 Coördinaten.75.5.25 elijke wrijving f s [MPa]. 6.9 7.5 RD-stelsel X = 12823.5 Y = 48935.25 4 MRSV v3. (c) 212 Postbus 81, 316 AA Rhoon - Tel 88 51 3 2 - www.mosgeo.com

Sondering 4 152975 23-1-215 Kistdamgarage Pontsteiger Conus nummer S15-CFI1245 Soort conus Elektrisch Opp. conuspunt 15 mm 2 NEN-EN-ISO-22476-1 Klasse 3, type TE1 Sondeerunit SW Blad 2 van 2 Conusweerstand q c [MPa] 1 2 3 α [ ] 8. 1 Wrijvingsgetal R f [%] 8 6 4 2-3 1. 1. -35-4 Hoogte z [m] t.o.v. NAP -45-5 -55-6 Coördinaten.75.5.25 elijke wrijving f s [MPa]. RD-stelsel X = 12823.5 Y = 48935.25 4 MRSV v3. (c) 212 Postbus 81, 316 AA Rhoon - Tel 88 51 3 2 - www.mosgeo.com

Sondering 5 152975 23-1-215 Kistdamgarage Pontsteiger Conus nummer S15-CFI1245 Soort conus Elektrisch Opp. conuspunt 15 mm 2 NEN-EN-ISO-22476-1 Klasse 3, type TE1 Sondeerunit SW Blad 1 van 2 5 Conusweerstand q c [MPa] 1 2 3 α [ ] 1 Wrijvingsgetal R f [%] 8 6 4 2 MV = NAP + 2.57 m NAP Steuncasing 1.2 1.4-5 1.5 1.7 1.9 1.6 1.3 Hoogte z [m] t.o.v. NAP -1-15 1. 1.1 1.3 1.6 2. 2.5 3.1 3.7 4.3 4.8-2 38 36 34 3 5.4 5.9 6.6 7. -25 34 34 7.7 1. 1. Coördinaten.75.5.25 elijke wrijving f s [MPa]. 1. 1. RD-stelsel X = 12815.82 Y = 489374.13 5 MRSV v3. (c) 212 Postbus 81, 316 AA Rhoon - Tel 88 51 3 2 - www.mosgeo.com

Sondering 5 152975 23-1-215 Kistdamgarage Pontsteiger Conus nummer S15-CFI1245 Soort conus Elektrisch Opp. conuspunt 15 mm 2 NEN-EN-ISO-22476-1 Klasse 3, type TE1 Sondeerunit SW Blad 2 van 2 Conusweerstand q c [MPa] 1 2 3 α [ ] 1. 1 Wrijvingsgetal R f [%] 8 6 4 2-3 1. 1. -35-4 Hoogte z [m] t.o.v. NAP -45-5 -55-6 Coördinaten.75.5.25 elijke wrijving f s [MPa]. RD-stelsel X = 12815.82 Y = 489374.13 5 MRSV v3. (c) 212 Postbus 81, 316 AA Rhoon - Tel 88 51 3 2 - www.mosgeo.com

Sondering 6 152975 23-1-215 Kistdamgarage Pontsteiger Conus nummer S15-CFI1245 Soort conus Elektrisch Opp. conuspunt 15 mm 2 NEN-EN-ISO-22476-1 Klasse 3, type TE1 Sondeerunit SW Blad 1 van 1 5 Conusweerstand q c [MPa] 1 2 3 α [ ] 1 Wrijvingsgetal R f [%] 8 6 4 2 MV = NAP + 2.65 m NAP Steuncasing 2.2 6.1-5 Hoogte z [m] t.o.v. NAP -1-15 -2-25 Coördinaten.75.5.25 elijke wrijving f s [MPa]. RD-stelsel X = 12828.58 Y = 48937.88 6 MRSV v3. (c) 212 Postbus 81, 316 AA Rhoon - Tel 88 51 3 2 - www.mosgeo.com

Sondering 7 152975 16-1-215 Kistdamgarage Pontsteiger Conus nummer S15-CFI1245 Soort conus Elektrisch Opp. conuspunt 15 mm 2 NEN-EN-ISO-22476-1 Klasse 3, type TE1 Sondeerunit SW Blad 1 van 2 5 Conusweerstand q c [MPa] 1 2 3 α [ ] 1 Wrijvingsgetal R f [%] 8 6 4 2 MV = NAP + 2.45 m NAP Steuncasing.5.4-5.4.4.5.5.4 Hoogte z [m] t.o.v. NAP -1-15.4.5.6.6.7.8 1. 1.1 1.1 1. -2 1.2 1.4 1.5 1.7 1.6-25 1.8 1.8 Coördinaten.75.5.25 elijke wrijving f s [MPa]. 1.9 1.9 RD-stelsel X = 12818.86 Y = 489384.7 7 MRSV v3. (c) 212 Postbus 81, 316 AA Rhoon - Tel 88 51 3 2 - www.mosgeo.com

Sondering 8 152975 12-1-215 Kistdamgarage Pontsteiger Conus nummer S15-CFI1245 Soort conus Elektrisch Opp. conuspunt 15 mm 2 NEN-EN-ISO-22476-1 Klasse 3, type TE1 Sondeerunit SW Blad 1 van 2 5 Conusweerstand q c [MPa] 1 2 3 α [ ] 1 Wrijvingsgetal R f [%] 8 6 4 2 MV = NAP + 2.56 m NAP Steuncasing.3.1-5..1.2.3.3 Hoogte z [m] t.o.v. NAP -1-15.4.5.6.6.7.8 1. 1.2 1.5 1.6-2 31.7.6.7.7.6-25.5.4 Coördinaten.75.5.25 elijke wrijving f s [MPa]..3.5.6 RD-stelsel X = 12831.36 Y = 489381.94 8 MRSV v3. (c) 212 Postbus 81, 316 AA Rhoon - Tel 88 51 3 2 - www.mosgeo.com

Sondering 8 152975 12-1-215 Kistdamgarage Pontsteiger Conus nummer S15-CFI1245 Soort conus Elektrisch Opp. conuspunt 15 mm 2 NEN-EN-ISO-22476-1 Klasse 3, type TE1 Sondeerunit SW Blad 2 van 2 Conusweerstand q c [MPa] 1 2 3 α [ ].6 1 Wrijvingsgetal R f [%] 8 6 4 2-3.6.7-35 -4 Hoogte z [m] t.o.v. NAP -45-5 -55-6 Coördinaten.75.5.25 elijke wrijving f s [MPa]. RD-stelsel X = 12831.36 Y = 489381.94 8 MRSV v3. (c) 212 Postbus 81, 316 AA Rhoon - Tel 88 51 3 2 - www.mosgeo.com

Sondering 9 152975 15-1-215 Kistdamgarage Pontsteiger Conus nummer S15-CFI1245 Soort conus Elektrisch Opp. conuspunt 15 mm 2 NEN-EN-ISO-22476-1 Klasse 3, type TE1 Sondeerunit SW Blad 1 van 1 5 Conusweerstand q c [MPa] 1 2 3 α [ ] 1 Wrijvingsgetal R f [%] 8 6 4 2 MV = NAP + 2.32 m NAP Steuncasing 3.9 3.9 3.9-5 4. 4.1 4.3 4.2 4.3 Hoogte z [m] t.o.v. NAP -1-15 4.3 4.4 4.5 4.1 3.9 3.9 3.9 3.8 3.9 3.7-2 -2.16m Laatste waarneming 35 33 3.8-25 Coördinaten.75.5.25 elijke wrijving f s [MPa]. RD-stelsel X = 12823.58 Y = 48941.73 9 MRSV v3. (c) 212 Postbus 81, 316 AA Rhoon - Tel 88 51 3 2 - www.mosgeo.com

Sondering 1 152975 21-1-215 Kistdamgarage Pontsteiger Conus nummer S15-CFI1245 Soort conus Elektrisch Opp. conuspunt 15 mm 2 NEN-EN-ISO-22476-1 Klasse 3, type TE1 Sondeerunit SW Blad 1 van 2 5 Conusweerstand q c [MPa] 1 2 3 α [ ] 1 Wrijvingsgetal R f [%] 8 6 4 2 MV = NAP + 2.44 m NAP Steuncasing 1.8 2.3-5 2.5 2.5 2.4 2.4 2.4 Hoogte z [m] t.o.v. NAP -1-15 2.4 2.4 2.4 2.1 2. 1.9 1.9 1.9 1.9 1.9-2 39 36 36 37 33 32 2. 2. 2. 2.1 2. -25 2.1 2.1 Coördinaten.75.5.25 elijke wrijving f s [MPa]. 2.2 2.3 RD-stelsel X = 12836.36 Y = 489398.1 1 MRSV v3. (c) 212 Postbus 81, 316 AA Rhoon - Tel 88 51 3 2 - www.mosgeo.com

Sondering 11 152975 14-1-215 Kistdamgarage Pontsteiger Conus nummer S15-CFI1245 Soort conus Elektrisch Opp. conuspunt 15 mm 2 NEN-EN-ISO-22476-1 Klasse 3, type TE1 Sondeerunit SW Blad 1 van 2 5 Conusweerstand q c [MPa] 1 2 3 α [ ] 1 Wrijvingsgetal R f [%] 8 6 4 2 MV = NAP + 2.21 m NAP Steuncasing 3.7 3.2 3.3-5 3.2 3.1 3.1 3.2 3.2 Hoogte z [m] t.o.v. NAP -1-15 3.2 3.2 3.2 3.3 3.1 3.1 3.1 3.2 3.3 3.5-2 36 32 3.7 35 37 35 1.5 1.7 32 32 2.1 2.5-25 3. 3.2 Coördinaten.75.5.25 elijke wrijving f s [MPa] 38. 3.4 3.6 RD-stelsel X = 12828.25 Y = 489418.9 11 MRSV v3. (c) 212 Postbus 81, 316 AA Rhoon - Tel 88 51 3 2 - www.mosgeo.com

Sondering 11 152975 14-1-215 Kistdamgarage Pontsteiger Conus nummer S15-CFI1245 Soort conus Elektrisch Opp. conuspunt 15 mm 2 NEN-EN-ISO-22476-1 Klasse 3, type TE1 Sondeerunit SW Blad 2 van 2 Conusweerstand q c [MPa] 1 2 3 α [ ] 3.6 1 Wrijvingsgetal R f [%] 8 6 4 2-3 3.8-35 -4 Hoogte z [m] t.o.v. NAP -45-5 -55-6 Coördinaten.75.5.25 elijke wrijving f s [MPa]. RD-stelsel X = 12828.25 Y = 489418.9 11 MRSV v3. (c) 212 Postbus 81, 316 AA Rhoon - Tel 88 51 3 2 - www.mosgeo.com

Sondering 12 152975 2-1-215 Kistdamgarage Pontsteiger Conus nummer S15-CFI1245 Soort conus Elektrisch Opp. conuspunt 15 mm 2 NEN-EN-ISO-22476-1 Klasse 3, type TE1 Sondeerunit SW Blad 1 van 2 5 Conusweerstand q c [MPa] 1 2 3 α [ ] 1 Wrijvingsgetal R f [%] 8 6 4 2 MV = NAP + 2.28 m NAP Steuncasing 1. -5.4.4.5.4.5 Hoogte z [m] t.o.v. NAP -1-15.6.6.7.9.9 1.1 1.2 1.4 1.4 1.2-2 35 37 36 32 31 32 31 1.2 1.4 1.6 35 1.9 2.3-25 2.7 3. Coördinaten.75.5.25 elijke wrijving f s [MPa]. 3.4 3.5 3.6 RD-stelsel X = 1284.81 Y = 489414.85 12 MRSV v3. (c) 212 Postbus 81, 316 AA Rhoon - Tel 88 51 3 2 - www.mosgeo.com

Sondering 12 152975 2-1-215 Kistdamgarage Pontsteiger Conus nummer S15-CFI1245 Soort conus Elektrisch Opp. conuspunt 15 mm 2 NEN-EN-ISO-22476-1 Klasse 3, type TE1 Sondeerunit SW Blad 2 van 2 Conusweerstand q c [MPa] 1 2 3 α [ ] 3.6 1 Wrijvingsgetal R f [%] 8 6 4 2-3 3.8 4. -35-4 Hoogte z [m] t.o.v. NAP -45-5 -55-6 Coördinaten.75.5.25 elijke wrijving f s [MPa]. RD-stelsel X = 1284.81 Y = 489414.85 12 MRSV v3. (c) 212 Postbus 81, 316 AA Rhoon - Tel 88 51 3 2 - www.mosgeo.com

Sondering 13 152975 14-1-215 Kistdamgarage Pontsteiger Conus nummer S15-CFI1245 Soort conus Elektrisch Opp. conuspunt 15 mm 2 NEN-EN-ISO-22476-1 Klasse 3, type TE1 Sondeerunit SW Blad 1 van 2 5 Conusweerstand q c [MPa] 1 2 3 α [ ] 1 Wrijvingsgetal R f [%] 8 6 4 2 MV = NAP + 2.8 m NAP Steuncasing.5.4.5-5.5.7.7.9 1.1 Hoogte z [m] t.o.v. NAP -1-15 1.2 1.3 1.4 1.7 1.9 2. 2.1 2.1 2.1 2.5-2 36 39 4 34 2.7 2.9 32 3. 35 3.1 3.3-25 3.5 3.6 Coördinaten.75.5.25 elijke wrijving f s [MPa]. 3.7 3.9 4.2 RD-stelsel X = 12833.8 Y = 489435.37 13 MRSV v3. (c) 212 Postbus 81, 316 AA Rhoon - Tel 88 51 3 2 - www.mosgeo.com

Sondering 14 152975 2-1-215 Kistdamgarage Pontsteiger Conus nummer S15-CFI1245 Soort conus Elektrisch Opp. conuspunt 15 mm 2 NEN-EN-ISO-22476-1 Klasse 3, type TE1 Sondeerunit SW Blad 1 van 2 5 Conusweerstand q c [MPa] 1 2 3 α [ ] 1 Wrijvingsgetal R f [%] 8 6 4 2 MV = NAP + 2.16 m NAP Steuncasing.5.3-5.8 1. 1.2 1.2 1.3 Hoogte z [m] t.o.v. NAP -1-15 1.3 1.4 1.5 1.7 1.8 1.7 2. 2.1 2.2 2.2-2 43 41 43 38 35 33 33 2.2 2.7 2.9 32 3 3.2 3.6-25 4. 4.3 Coördinaten.75.5.25 elijke wrijving f s [MPa]. 4.8 5. RD-stelsel X = 12845.51 Y = 489432.12 14 MRSV v3. (c) 212 Postbus 81, 316 AA Rhoon - Tel 88 51 3 2 - www.mosgeo.com

Sondering 15 152975 13-1-215 Kistdamgarage Pontsteiger Conus nummer S15-CFI1245 Soort conus Elektrisch Opp. conuspunt 15 mm 2 NEN-EN-ISO-22476-1 Klasse 3, type TE1 Sondeerunit SW Blad 1 van 2 5 Conusweerstand q c [MPa] 1 2 3 α [ ] 1 Wrijvingsgetal R f [%] 8 6 4 2 MV = NAP + 1.92 m NAP Steuncasing.3.4.4-5.4.4.4.5.5 Hoogte z [m] t.o.v. NAP -1-15.6.6.8 1. 1. 1.2 1.3 1.3 1.4 1.6-2 34 36 34 1.7 35 33 32 1.6 1.7 1.8 1.9-25 1.9 2. Coördinaten.75.5.25 elijke wrijving f s [MPa]. 2.1 2.2 RD-stelsel X = 12837.7 Y = 489451.29 15 MRSV v3. (c) 212 Postbus 81, 316 AA Rhoon - Tel 88 51 3 2 - www.mosgeo.com

Sondering 15 152975 13-1-215 Kistdamgarage Pontsteiger Conus nummer S15-CFI1245 Soort conus Elektrisch Opp. conuspunt 15 mm 2 NEN-EN-ISO-22476-1 Klasse 3, type TE1 Sondeerunit SW Blad 2 van 2 Conusweerstand q c [MPa] 1 2 3 α [ ] 2.2 1 Wrijvingsgetal R f [%] 8 6 4 2-3 2.3 2.4 2.5-35 -4 Hoogte z [m] t.o.v. NAP -45-5 -55-6 Coördinaten.75.5.25 elijke wrijving f s [MPa]. RD-stelsel X = 12837.7 Y = 489451.29 15 MRSV v3. (c) 212 Postbus 81, 316 AA Rhoon - Tel 88 51 3 2 - www.mosgeo.com

Sondering 16 152975 19-1-215 Kistdamgarage Pontsteiger Conus nummer S15-CFI1245 Soort conus Elektrisch Opp. conuspunt 15 mm 2 NEN-EN-ISO-22476-1 Klasse 3, type TE1 Sondeerunit SW Blad 1 van 2 5 Conusweerstand q c [MPa] 1 2 3 α [ ] 1 Wrijvingsgetal R f [%] 8 6 4 2 MV = NAP + 2.3 m NAP Steuncasing 2.1 2.2-5 2.2 2.2 2.2 2.2 2.3 Hoogte z [m] t.o.v. NAP -1-15 2.3 2.4 2.5 2.7 2.9 3.1 3.3 3.5 3.7 3.7-2 34 37 35 31 4.1 4.3 33 4.5 4.9 5. -25 5.2 5.4 Coördinaten.75.5.25 elijke wrijving f s [MPa]. 5.7 5.9 RD-stelsel X = 1285.12 Y = 489447.83 16 MRSV v3. (c) 212 Postbus 81, 316 AA Rhoon - Tel 88 51 3 2 - www.mosgeo.com

Sondering 17 152975 13-1-215 Kistdamgarage Pontsteiger Conus nummer S15-CFI1245 Soort conus Elektrisch Opp. conuspunt 15 mm 2 NEN-EN-ISO-22476-1 Klasse 3, type TE1 Sondeerunit SW Blad 1 van 2 5 Conusweerstand q c [MPa] 1 2 3 α [ ] 1 Wrijvingsgetal R f [%] 8 6 4 2 MV = NAP + 1.76 m NAP Steuncasing.5.5.5-5.6.6.7.8.9 Hoogte z [m] t.o.v. NAP -1-15 1. 1. 1.2 1.3 1.2 1.2 1.2 1.2 1.1.8-2 35 35 36 35 34 32.8.8.9 1.1 1.1-25 1.2 1.3 Coördinaten.75.5.25 elijke wrijving f s [MPa]. 1.4 1.4 1.6 RD-stelsel X = 12844.6 Y = 489473.74 17 MRSV v3. (c) 212 Postbus 81, 316 AA Rhoon - Tel 88 51 3 2 - www.mosgeo.com

Sondering 17 152975 13-1-215 Kistdamgarage Pontsteiger Conus nummer S15-CFI1245 Soort conus Elektrisch Opp. conuspunt 15 mm 2 NEN-EN-ISO-22476-1 Klasse 3, type TE1 Sondeerunit SW Blad 2 van 2 Conusweerstand q c [MPa] 1 2 3 α [ ] 1.6 1 Wrijvingsgetal R f [%] 8 6 4 2-3 1.8 1.8 2. -35-4 Hoogte z [m] t.o.v. NAP -45-5 -55-6 Coördinaten.75.5.25 elijke wrijving f s [MPa]. RD-stelsel X = 12844.6 Y = 489473.74 17 MRSV v3. (c) 212 Postbus 81, 316 AA Rhoon - Tel 88 51 3 2 - www.mosgeo.com

Sondering 18 152975 14-1-215 Kistdamgarage Pontsteiger Conus nummer S15-CFI1245 Soort conus Elektrisch Opp. conuspunt 15 mm 2 NEN-EN-ISO-22476-1 Klasse 3, type TE1 Sondeerunit SW Blad 1 van 2 5 Conusweerstand q c [MPa] 1 2 3 α [ ] 1 Wrijvingsgetal R f [%] 8 6 4 2 MV = NAP + 1.87 m NAP Steuncasing.5.5.6-5.6.8.8.9.9 Hoogte z [m] t.o.v. NAP -1-15 1. 1. 1.2.8.9 1. 1.1 1.2 1.3 1.4-2 37 4 4 39 37 35 3 33 1.5 1.8 1.9 37 32 2. 2.1-25 2.3 2.5 Coördinaten.75.5.25 elijke wrijving f s [MPa]. 2.7 2.8 RD-stelsel X = 12856.65 Y = 48947.92 18 MRSV v3. (c) 212 Postbus 81, 316 AA Rhoon - Tel 88 51 3 2 - www.mosgeo.com

Sondering 18 152975 14-1-215 Kistdamgarage Pontsteiger Conus nummer S15-CFI1245 Soort conus Elektrisch Opp. conuspunt 15 mm 2 NEN-EN-ISO-22476-1 Klasse 3, type TE1 Sondeerunit SW Blad 2 van 2 Conusweerstand q c [MPa] 1 2 3 α [ ] 2.9 1 Wrijvingsgetal R f [%] 8 6 4 2-3 3. 3.2 3.4-35 -4 Hoogte z [m] t.o.v. NAP -45-5 -55-6 Coördinaten.75.5.25 elijke wrijving f s [MPa]. RD-stelsel X = 12856.65 Y = 48947.92 18 MRSV v3. (c) 212 Postbus 81, 316 AA Rhoon - Tel 88 51 3 2 - www.mosgeo.com

Sondering 19 152975 22-1-215 Kistdamgarage Pontsteiger Conus nummer S15-CFI1245 Soort conus Elektrisch Opp. conuspunt 15 mm 2 NEN-EN-ISO-22476-1 Klasse 3, type TE1 Sondeerunit SW Blad 1 van 2 5 Conusweerstand q c [MPa] 1 2 3 α [ ] 1 Wrijvingsgetal R f [%] 8 6 4 2 MV = NAP + 1.65 m NAP Steuncasing 1.2-5 1.5 1.4 1.3 1.3 1.4 Hoogte z [m] t.o.v. NAP -1-15 1.4 1.3 1.3 1.3 1.3 1.2.9.9 1.1 1.5-2 2.1 2.9 3.4 3 3.5 3.6-25 3.6 3.6 Coördinaten.75.5.25 elijke wrijving f s [MPa]. 3.6 3.6 3.5 RD-stelsel X = 12847.68 Y = 489486.23 19 MRSV v3. (c) 212 Postbus 81, 316 AA Rhoon - Tel 88 51 3 2 - www.mosgeo.com

Sondering 2 152975 22-1-215 Kistdamgarage Pontsteiger Conus nummer S15-CFI1245 Soort conus Elektrisch Opp. conuspunt 15 mm 2 NEN-EN-ISO-22476-1 Klasse 3, type TE1 Sondeerunit SW Blad 1 van 2 5 Conusweerstand q c [MPa] 1 2 3 α [ ] 1 Wrijvingsgetal R f [%] 8 6 4 2 MV = NAP + 1.77 m NAP Steuncasing.4.4-5.3 1..9 1. 1.1 Hoogte z [m] t.o.v. NAP -1-15 1.1 1.1 1.2 1. 1.1 1. 1.1 1.2 1.7 1.8-2 36 37 1.8 1.9 2.2 2.4 2.3-25 2.5 2.7 Coördinaten.75.5.25 elijke wrijving f s [MPa] 38. 3.1 3.2 3.2 RD-stelsel X = 1286.2 Y = 489483.19 2 MRSV v3. (c) 212 Postbus 81, 316 AA Rhoon - Tel 88 51 3 2 - www.mosgeo.com

Legenda (conform NEN 514) Grind Leem Grind, siltig Leem, zwak zandig Grind, zwak zandig Leem, sterk zandig Grind, matig zandig Grind, sterk zandig Grind, uiterst zandig Overige toevoegingen Zwak humeus Matig humeus Zand Sterk humeus Zand, kleiïg Zwak grindig Zand, zwak siltig Matig grindig Zand, matig siltig Sterk grindig Zand, sterk siltig Zand, uiterst siltig Overig Hout Klei Puin Klei, zwak siltig Slib Klei, matig siltig Water Klei, sterk siltig Klei, uiterst siltig lege monsterbus Klei, zwak zandig Klei, matig zandig bus met ongeroerd monster Klei, sterk zandig grondwaterstand tijdens boren stijghoogte in peilbuis Veen Veen, mineraalarm peilbuisfilter Veen, mineraalarm, zwak kleiïg Veen, mineraalarm, matig kleiïg Veen, mineraalarm, sterk kleiïg Veen, mineraalarm, uiterst kleiïg Postbus 81, 316 AA Rhoon - Tel 88 51 3 2 - www.mosgeo.com

152975 Kistdamgarage Pontsteiger Bijlage B Boring en peilbuisgegevens Postbus 81, 316 AA Rhoon - Telefoon 88-51 3 2 - URL www.mosgeo.com

143543 Realisatie Pontsteigergebouw BORING GWS Maaiveld Opmerking 1 14-11-214 NAP -.7 m NAP +.2 m X Y 12783.34 489381.45 Boormeester Beschrijver Norm sd sd/gb NEN514 Boorprofiel Laag nr. Diepte [m t.o.v. NAP] Omschrijving grondlaag Kleur van tot. -1. 1 1 +.2 -.4 Stab. laag 2 2 -.4 -.9 Klei, zwak siltig, sterk humeus bruin 3 -.9-4.3 Veen, mineraalarm bruin 4-4.3-5.3 Klei, matig zandig, matig schelphoudend grijs -2. -3. 3 5-5.3-5.53 Monster nr. 221 6-5.53-5.8 Klei, matig zandig, matig schelphoudend grijs 7-5.8-6.3 Klei, sterk zandig, zwak humeus grijs 8-6.3-6.68 Monster nr. 222 9-6.68-7.3 Klei, sterk zandig, zwak humeus grijs -4. 1-7.3-7.6 Monster nr. 223-5. 4 11-7.6-8.3 Klei, matig zandig, zwak humeus grijs 12-8.3-8.56 Monster nr. 224-6. -7. -8. 221 222 223 224 5 6 7 8 9 1 11 12 13-8.56-9.3 Klei, matig zandig, zwak humeus grijs 14-9.3-9.61 Monster nr. 225 15-9.61-1.3 Klei, matig zandig, zwak humeus grijs 16-1.3-1.66 Monster nr. 226 17-1.66-11.3 Klei, matig siltig, sterk humeus grijs 18-11.3-11.66 Monster nr. 227 19-11.66-12.1 Klei, matig siltig, sterk humeus grijs 2-12.1-12.3 Zand, zeer fijn, matig siltig grijs -9. 13 21-12.3-12.56 Monster nr. 228 225 14 22-12.56-13.3 Zand, zeer fijn, matig siltig grijs -1. -11. -12. -13. 226 227 228 15 16 17 18 19 2 21 22 23-13.3-13.58 Monster nr. 229 24-13.58-14.3 Zand, zeer fijn, matig siltig grijs 25-14.3-15.3 Zand, zeer fijn, matig siltig, sterk humeus grijs 26-15.3-15.68 Monster nr. 23 27-15.68-15.8 Zand, zeer fijn, matig siltig, sterk humeus grijs 28-15.8-16.3 Zand, zeer fijn, sterk siltig, matig humeus grijs 29-16.3-16.65 Monster nr. 231 3-16.65-17.2 Zand, zeer fijn, sterk siltig, matig humeus grijs 229 23 31-17.2-17.3 Zand, zeer fijn, matig siltig, matig humeus grijs -14. 24 32-17.3-17.6 Monster nr. 232 33-17.6-18.3 Zand, zeer fijn, matig siltig, matig humeus grijs -15. -16. 23 231 25 26 27 28 29 34-18.3-18.52 Monster nr. 233 35-18.52-18.8 Zand, zeer fijn, matig siltig, matig humeus grijs 36-18.8-19.5 Klei, matig siltig grijs 37-19.5-21.8 Zand, matig fijn, matig siltig, zwak humeus grijs -17. 232 3 31 32.2-1.8 Kleistop 1-18. 33-2.8-13.8 Kleistop 2 233 34 35-14.8-2.8 Kleistop 3-19. 36-2. 37-21. Postbus 81, 316 AA Rhoon - Tel 1 5 3 2 - www.mosgeo.com

143543 Realisatie Pontsteigergebouw BORING GWS Maaiveld Opmerking 1 - vervolg - 14-11-214 NAP -.7 m NAP +.2 m X Y 12783.34 489381.45 Boormeester Beschrijver Norm sd sd/gb NEN514 Boorprofiel Monsternr. 221 Diepte [m t.o.v. NAP] Omschrijving grondlaag Kleur van tot -5.3-5.53 Zand, zeer fijn, sterk kleiïg grijs 222-6.3-6.68 Klei, sterk zandig, zwak schelphoudend grijs 223-7.3-7.6 Klei, zwak zandig, zwak humeus, schelpengruis grijs 224-8.3-8.56 Klei, matig zandig, zwak humeus, schelpengruis grijs 225-9.3-9.61 Klei, sterk zandig, schelpengruis, bevat sporen van veen grijs 226-1.3-1.66 Klei, sterk zandig, schelpengruis grijs 227-11.3-11.66 Zand, zeer fijn, matig siltig, schelpengruis grijs 228-12.3-12.56 Zand, zeer fijn, matig siltig, matig humeus bruin 229-13.3-13.58 Zand, matig fijn, zwak siltig grijsbruin 23-15.3-15.68 Zand, zeer fijn, matig siltig grijs 231-16.3-16.65 Zand, uiterst fijn, sterk siltig, zwak humeus bruingrijs Postbus 81, 316 AA Rhoon - Tel 1 5 3 2 - www.mosgeo.com

143543 Realisatie Pontsteigergebouw BORING GWS Maaiveld Opmerking 1 - vervolg - 14-11-214 NAP -.7 m NAP +.2 m X Y 12783.34 489381.45 Boormeester Beschrijver Norm sd sd/gb NEN514 Boorprofiel Monsternr. 232 Diepte [m t.o.v. NAP] Omschrijving grondlaag Kleur van tot -17.3-17.42 Veen, mineraalarm bruin -17.42-17.6 Veen, sterk zandig bruin 233-18.3-18.35 Klei, matig zandig, matig humeus grijsbruin -18.35-18.49 Klei, sterk siltig, matig humeus grijs -18.49-18.52 Zand, matig fijn, zwak siltig grijs Postbus 81, 316 AA Rhoon - Tel 1 5 3 2 - www.mosgeo.com

152975 Kistdamgarage Pontsteiger Bijlage C Volumegewichten Postbus 81, 316 AA Rhoon - Telefoon 88-51 3 2 - URL www.mosgeo.com

MOS GRONDMECHANICA BV Postbus 81, 316 AA Rhoon - Telefoon 1 5 3 2 - Fax 1 5 13 656 boring bus diepte t.o.v. volumieke gewichten water- verzadigings- porien- porien- torvane nummer NAP initieel droog verzadigd gehalte graad gehalte getal [m] γ [kn/m 3 ] γ dr [kn/m 3 ] γ s [kn/m 3 ] W [%] S [%] n [%] e [-] f undr [kpa] B1 221-5,53 17,1 12,38 17,53 38,2 91,9 52,4 1,1 B1 222-6,6 16,61 11,54 17, 43,9 93, 55,6 1,3 B1 223-7,6 16,9 1,95 16,64 46,9 9,5 57,9 1,4 B1 224-8,48 17,13 12,51 17,61 36,9 9,8 51,9 1,1 B1 225-9,61 17,24 12,79 17,79 34,7 89,2 5,8 1, B1 226-1,56 16,8 11,86 17,2 41,7 92,7 54,4 1,2 B1 227-11,66 16,74 11,95 17,26 4,1 9,4 54, 1,2 B1 228-12,56 18,52 15,19 19,28 21,9 81,7 41,6,7 B1 229-13,58 2,4 17,25 2,56 16,1 84,4 33,6,5 B1 23-15,56 19,25 15,76 19,63 22,2 9,4 39,4,6 B1 231-16,65 17,4 13,18 18,3 32, 87,3 49,3 1, B1 232-17,53 15,17 1,5 16,8 51, 85,2 61,3 1,6 B1 233-18,47 16,11 11,16 16,77 44,4 88,5 57,1 1,3 Realisatie Pontsteigerge Versie 1.2 143543

152975 Kistdamgarage Pontsteiger Bijlage D Situatietekening Postbus 81, 316 AA Rhoon - Telefoon 88-51 3 2 - URL www.mosgeo.com

H\projecten\215\152975 - - Kistdamgarage Portsteiger\S-152975-.dwg, 2-11-15 11445, cs, ISO full bleed A2 (594. x 42. MM), 11 19 2 17 18 15 16 13 14 11 12 9 1 7 8 5 6 3 4 1 2

Hieronder treft u de dienstverlening van Mos Grondmechanica B.V. aan. Voor specifieke diensten die niet direct in het overzicht terug zijn te vinden kunt u uiteraard vrijblijvend contact met ons opnemen. VELDWERK Sonderen op land, water en in beperkte ruimte, elektrisch, met waterspanning, dissipatie, seismisch, magnetisch, geleidbaarheid, videoconus, bolconus, T-bar en slagsonderen Geotechnisch boren en (on)geroerde monstername Sonisch boren Peilbuizen en waterspanningsmeters plaatsen X, Y en Z metingen en Lintvoegmetingen Plaatdruk- en CBR-proeven In situ doorlatenheidsproeven LABORATORIUM Classificatie proeven (o.a. vol. gewicht, KVD, PI) Samendrukkingsproeven (Oedometer en CRS) Triaxiaalproeven DS en DSS-proeven Doorlatendheidsproeven Dichtheidsbepaling (Proctor en CBR) Cementbentoniet onderzoek GEOMONITORING Deformatiemeting (inclino- en extensometing) (Grond)waterspanningsmeting Zettingsmonitoring Trillingsmonitoring (SBR) Akoestische doormeten van palen (CUR 19) Online meetgegevens via portal Tankmonitoring (conform EEMUA 159) OVERIG Funderingsonderzoek (F3O) Heitoezicht Uitvoeringsbegeleiding GEOTECHNISCH ADVIES Paalfundering Fundering op staal Grondkerende constructies Bouwputontwerp Omgevingsbeïnvloeding (Plaxis) Zettingsanalyse (bouwrijp maken, opslagtanks) Taludstabiliteit Tankbouwadvies Trillingsprognose Schade expertise Review en 2nd Opinion GEOHYDROLOGISCH ADVIES Bemalingen (incl. retourbemalingen) Vergunningsaanvragen Pompproeven Warmte Koude Opslag Omgekeerde Osmose Barrièrewerking Drainage Infiltratie hemelwater MILIEU (MOS MILIEU B.V.) Verkennend-, nader- en saneringsonderzoek Partijkeuringen besluit bodemkwaliteit (Bbk) Saneringsbegeleiding Waterbodem onderzoek. Vergunning aanvragen. 2nd Opinion / Contra-Expertise Bodemonderzoeken. Mos Grondmechanica opereert structureel vanuit 4 vestigingen in Nederland en 1 in Suriname. Via het zusterbedrijf Mosgeo B.V. worden wereldwijd projecten uitgevoerd, daar waar onze specifieke kennis en ervaring wordt gevraagd. In Liberia heeft Mosgeo B.V. een dochtermaatschappij Mosgeo Liberia Inc. Meer weten? Vragen? Bezoek onze website www.mosgeo.com Mail ons op info@mosgeo.com of voor een offerte op offerte@mosgeo.com Correspondentieadres Postbus 81, 316 AA Rhoon Centraal telefoonnummer +31()88-5132 Hoofdkantoor Rhoon Kleidijk 35 3161 EK Rhoon Vestiging Helmond Vossenbeemd 9B 575 CL Helmond Vestiging Almelo Het Wendelgoor 13 764 PJ Almelo Vestiging Gyroscoopweg 12 142 AZ Vestiging Suriname Ds Martin Luther Kingweg 15 District Wanica Suriname Tel. +597-488188 Mosgeo B.V. Kleidijk 35 3161 EK Rhoon +31()88-5132