Notitie zienswijze projectuitvoeringsbesluit project 61, 62 Caleido

Vergelijkbare documenten
Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmc

Verantwoording van het groepsrisico

Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond

. Veiligheidsregio Rotterdam-Rijr 1

3 1 MAM Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond. Risico- en Crisisbeheersing

Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond

Directie Risico- en Crisisbeheersing. Rozenburg. Postbus AA ROZENBURG. Geacht bestuur,

Op 23 juni 2010 hebben burgemeester en wethouders van Rotterdam bekend gemaakt dat met ingang van 25 juni 2010 gedurende een periode van zes weken 1

Bijlagen bij de toelichting

Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond

11 juni L.C. Luijendijk. Onderwerp Verantwoording groepsrisico bestemmingsplannen Bergweg Zuid e.o. en Boterdorp Zuidwest/Oosthoeck

Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond

Bijlage 1 Advies brandweer Veiligheidsregio Haaglanden

Gemeente Lansingerland 01 Inkomende Post d.d. 11/04/2012

Veiligheidsregío Rotterdam-Rijnmond

Nota overlegreacties bestemmingsplan Hoefweg

Rapportage advies externe veiligheid

Figuur 1, indicatieve weergave van de school in plangebied Wetpolder/Bolwerk.

Mail, Beste Irene (en Walter),

Verantwoording groepsrisico

Van : M.H. van der Wielen Paraaf : MW

BEOORDELING EXTERNE VEILIGHEID. Plan nieuwbouw school Plein. Gemeente Kerkrade

Gemeente Lansingerland 01 Inkomende Post d.d. 01/11/ /III IIII IIIII IIII IIIIII IIIII IIIII IIIII IIIII IIII IIII 116.

Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond

Verantwoording groepsrisico Hogedruk aardgastransportleidingen. Bestemmingsplan 'Bedrijventerrein 2013' d.d. 14 november 2012

Notitie verantwoording groepsrisico bestemmingsplan Maasboulevard.

.-.NIL BRIELLE. ' ļ-;.-.-." í'i'ľoib. ì f! 1 ' 1. Telefoonnummer

Datum : 16 april 2015 : Externe veiligheid aanzet verantwoording groepsrisico

COMMENTAARNOTA OVERLEGREACTIES KERN RAALTE

Datum : 24 januari : Frederik Stouten. : Marcel Scherrenburg. Betreft : Paragraaf externe veiligheid BP Valburg Zuid.

Nota overlegreacties bestemmingsplan Kerkstraat 31 - Bleiswijk

: RUD Utrecht. Externe Veiligheid Omgevingsplan Laak 2B en Velden1F. : Gemeente Amersfoort, mevrouw C. Heezen. : de heer R. Polman

ANALYSE EXTERNE VEILIGHEID HEIDELAAN A ERMELO

Externe veiligheid, advies Regionale brandweer

Quickscan externe veiligheid Centrum Vught e.o. Kwalitatieve beschouwing relevante risicobronnen

Nota beantwoording Overlegreacties ex art Bro concept ontwerpbestemmingsplan Wattstraat 64-68

Externe veiligheidsrisico s transport gevaarlijke stoffen over het spoor. DWI-locatie, Polderweg 1 te Amsterdam

Datum : 25 november 2014 : Externe veiligheid aanzet verantwoording groepsrisico

Memo. Inleiding. memonummer datum 11 mei 2016 Lisette Groen Maayke Houtman Louis de Nijs

Externe veiligheid en 20 woningen Noordwolderweg te Bedum

Externe Veiligheid: de Basis Beginselen. Ir. D.J. de Boer

Uw kenmerk Ons kenmerk Datum

DCMR milieudienst. wmmm. Rijnmond

Datum Referentie Uw referentie Behandeld door 17 september P. Coenen-Stalman

BRANDWEER Kermemerland

Geachte heer Heijnen,

Memo. memonummer 1 datum 26 februari J. Eskens. Bestemmingsplan Roodeschool Eemshaven projectnr Notitie Externe veiligheid

Datum : 24 januari : Frederik Stouten. : Marcel Scherrenburg. Betreft : Paragraaf externe veiligheid BP Hoge Wei II.

Waterschapsbeleid. De visie is uitgewerkt in een concreet maatregelenplan:

College van Burgemeester en Wethouders Gemeente Echt-Susteren Postbus AL Echt. Geacht College,

Voorstel EV Ruimtelijke onderbouwing Harderweide deelplan 2

Onderstaand advies heeft betrekking op het onderdeel externe veiligheid inzake het bestemmingsplan Tonselseveld Ermelo.

Verantwoording groepsrisico

Verantwoording van het groepsrisico

Bijlage Verantwoording externe veiligheid behorende bij het projectbesluit Koningin Regentesselaan te Roermond. Externe veiligheid

Besluit van Provinciale Staten

GEMEENTE PURMEREND. Verantwoording groepsrisico. Hogedruk aardgastransportleidingen Wheermolen

2 november Projectbesluit Chrysantenhof 20a, Berkel en Rodenrijs Zienswijzennota

Datum Documentnummer Project Auteur 25 mei L.C. Luijendijk

Advies Externe Veiligheid inzake bestemmingsplan Uitbreiding Feanwâlden De Bosk te Feanwâlden

1 Artikel 2.2 van de Wet ruimtelijke ordening

MPGD QD3 24, Q /3067/IdU

Datum Referentie Uw referentie Behandeld door 21 juni L. Gelissen

Verantwoording groepsrisico gemeente Roosendaal Bestemmingsplan Wouwse Plantage

Aanvullend advies externe veiligheid emplacement. Stationsstraat short stay appartementen. Servicebureau Gemeenten, dd

Brandweer Amsterdam-Amstelland

Nota overlegreacties en. staat van wijzigingen. Wijzigingsplan Nabij Anthony Lionweg 19

Bijlage Verantwoording externe veiligheid behorende bij het bestemmingsplan Oude Baan 6-8 te Swalmen

: RUD Utrecht. Externe Veiligheid Omgevingsplan De Geer. : Gemeente Amersfoort, mevrouw C. Heezen

Verantwoording groepsrisico plan Businesspark Midden-Limburg te Echt-Susteren

Gevaren De kans op een ongeval met gevaarlijke stoffen is klein, maar de gevolgen kunnen groot zijn.

Reactie Provincie Zuid-Holland: Het voorontwerpbestemmingsplan is op enkele punten niet conform provinciaal beleid:

tip BRANDWEER GHOR jfc MKA

Advies Regionale Brandweer

Verantwoording GroepsRisico oostelijke rondweg Boskoop module 3

Inleiding. Situering. De situering van het geplande asielzoekerscentrum is in onderstaande figuur weergegeven.

Verantwoording groepsrisico. Esse-Kleinpolder gemeente Zuidplas

Risico-inventarisatie Uitbreidingslocatie Golfbaan Wageningen

Nota van Beantwoording Zienswijzen Sloterdijk IV

12 mei L.C. Luijendijk

Bestemmingsplan Leidsestraatweg 229, Woerden. Bijdragen aan de paragraaf externe veiligheid

BRANDWEER. Telefoon (050) Fax (050) Telefoon (050) Bijlage(n) Ons kenmerk HV Uw kenmerk n.

Verantwoording groepsrisico bestemmingsplan Molenstraat Gemeente Best.

Ons kenmerk 2012/2842/IdU

Datum Referentie Uw referentie Behandeld door 16 maart C. Land

PZH dd Artikel 2.2 van de Wet ruimtelijke ordening

Risicoanalyse transport gevaarlijke stoffen A1 en spoor Amersfoort-Deventer t.b.v woningbouwplan Bijenvlucht te Hoevelaken

Rapportnummer: 2012/Polyplus/01

Verantwoording groepsrisico gemeente Roosendaal Bestemmingsplan Landgoed Ottermeer

Risico-inventarisatie Gebiedsontwikkeling Poelkampen Zandwinlocatie

Goirle, Vennerode. Onderzoek externe veiligheid. Auteur(s) drs. M. de Jonge. Opdrachtgever Woonstichting Leyakkers Postbus AB Rijen

Gemeente Nijmegen College van burgemeester en wethouders D.t.v. de heer Groeneweg Omgevingsdienst Regio Nijmegen Postbus BP NIJMEGEN

Notitie. 1 Inleiding. 2 Ligging van het plangebied

VEILIGE LEEFOMGEVING

Brandweer Amsterdam-Amstelland

memo betreft: Quickscan externe veiligheid, Westzijde , Zaandam, ons kenmerk

QUICKSCAN EXTERNE VEILIGHEID

Quickscan externe veiligheid Woningbouw Merellaan te Capelle aan den IJssel

Nota van beantwoording behorende bij ontwerp Facetbestemmingsplan Klazienaveen, Bedrijventerrein Pollux II en III (externe veiligheid).

Externe Veiligheid. Bestemmingsplan Aldi Zwaanplein

Transcriptie:

*T11.01033* *T11.01033* Notitie zienswijze projectuitvoeringsbesluit project 61, 62 Caleido I. Inleiding Ten aanzien van de realisatie van zestig starterswoningen is een ontwerp projectuitvoeringsbesluit (pub) op grond van artikel 2.10 Crisis- en herstelwet (Chw) op 5 augustus tot en met 15 september 2010 zes weken ter inzage gelegd. Gedurende de ter inzage termijn is een ieder in de gelegenheid gesteld om een zienswijze in te dienen. Op het ontwerp projectuitvoeringsbesluit zijn een tweetal zienswijzen binnengekomen: zienswijze A (I10.16938) en zienswijze B (I10.18783). II. Ontvankelijkheid Zienswijze A Zienswijze A is ingekomen op 2 augustus 2010. Formeel is de zienswijze te vroeg ingekomen. Gezien de gegrondheid van de zienswijze is deze zienswijze als zijnde een zienswijze op het projectuitvoeringsbesluit behandeld. De indiener van zienswijze A heeft echter per brief d.d. 7 maart 2011 (I11.07568) de zienswijze ingetrokken. De zienswijze zal daarom inhoudelijk niet behandeld worden in deze notitie. Zienswijze B Zienswijze B (VROM Inspectie) is ingekomen op 26 augustus 2010 en daarmee binnen de gestelde zienswijzentermijn. In het kader van het projectuitvoeringsbesluit is op grond van artikel 2.11 Chw de mogelijkheid tot het indienen van zienswijzen voor een ieder weggelegd. De zienswijze is ontvankelijk. IV. Inhoudelijke belangen zienswijze B De aspecten die in de zienswijze naar voren komen worden hier puntsgewijs genoemd. Vooroverleg De VROM Inspectie maakt de opmerking dat zij geen mogelijkheid hebben gehad te reageren op een voorontwerp 5.1.1 lid 1 van het Besluit ruimtelijke ordening. Reactie In de Crisis- en herstelwet zijn procedureregels bepaald ten aanzien van een procedure inzake een projectuitvoeringsbesluit. De procedureregels die van toepassing zijn ten aanzien van een projectuitvoeringsbesluit zijn terug te vinden in artikel 2.11 Chw: Op de voorbereiding van de beslissing tot vaststelling van het projectuitvoeringsbesluit is afdeling 3:4 Algemene wet bestuursrecht van toepassing. Zienswijze kunnen naar voren worden gebracht door een ieder. In de Chw zijn geen nadere procedurele zaken opgenomen ten aanzien van wettelijk verplicht vooroverleg zoals dat ten aanzien van een bestemmingsplanprocedure op grond van de Wet ruimtelijke ordening bijvoorbeeld wel het geval is. Buisleidingen De VROM inspectie verzoekt het advies van de Veiligheidsregio Rotterdam Rijnmond inzake de ten noorden van het plangebied aanwezige DPO-leiding in het besluit te verwerken. Tevens verzoekt de VROM Inspectie het besluit te wijzigen indien voor de vaststelling van het plan de veiligheidssituatie wijzigt als gevolg van het verzoek van NATO om de leiding als K2-leiding aan te merken in plaats van K1- leiding. Corsanummer: T11.01033 Pagina 1/2

Reactie Het advies van Veiligheidsregio Rotterdam Rijnmond (VRR) is opgenomen in de bijlagen van de ruimtelijke onderbouwing van het projectuitvoeringsbesluit. Tevens is dit advies verwerkt in de toelichting van de betreffende onderbouwing. Ten aanzien van de adviezen van de VRR (zie pagina 4 van het VRR advies in de bijlage) om de zelfredzaamheid en de mogelijkheden tot hulpverlening te vergroten kan het volgende worden opgemerkt: 1) Kans op leidingbreuk verkleinen Er heeft overleg plaatsgevonden tussen de leidingbeheerder (Ministerie van Defensie) om maatregelen te treffen om de ongestoorde ligging van de buisleidingen te garanderen en daarmee de kans op een leidingbreuk te verkleinen. De leidingbeheerder heeft aangegeven dat de betreffende buisleiding dieper in de grond ligt dan wettelijk vereist (1,20 meter in plaats van 0,80 meter). Dit maakt de kans op een leidingbreuk kleiner. Uit het overleg met de leidingbeheerder is gebleken dat gezien het feitelijke gebruik als een K2 leiding en de genoemde ligging van de leiding geen verdere maatregelen nodig zijn. Ter informatie: de leidingbeheerder heeft aangegeven dat zij een brief van de NATO hebben ontvangen waarbij gesteld wordt dat de K1 capability kan vervallen. Concreet houdt dit in dat de buisleiding minder brandbare vloeistof gaat transporteren en dat daarmee het risico op het aantal calamiteiten en de omvang van deze calamiteiten lager is. De leiding zal daarom in de tussentijd nog steeds formeel aangemerkt dienen te worden als K1-leiding en is als zodanig in de bepaling van het groepsrisico en de ruimtelijke onderbouwing opgenomen. 2) Branddoorslag en brandoverslag Ten aanzien van de woningen die binnen 40 meter van de DPO-leiding worden gesitueerd kan worden opgemerkt dat er sprake is van een beperkt glasoppervlak van de gevels die gericht zijn naar de DPOleiding. Gezien dit feit, almede het lage berekende groepsrisico en de diepere ligging van de DPO-leiding dan wettelijk verplicht, achten wij het verantwoord om op dit aspect af te wijken van het VRR advies en geen nadere eisen te stellen. 3)Bereikbaarheid, ontsluiting, blusvoorzieningen Ten aanzien van bluswatervoorzieningen is reeds contact geweest met de afdeling Brandveiligheid van de Regionale Brandweer Rotterdam-Rijnmond District Noord. De brandweer merkt ten aanzien van het plangebied op dat er geen brandkranen in het plangebied nodig zijn. Er zijn geen knelpunten geconstateerd ten aanzien van de bereikbaarheid en bluswatervoorzieningen. 4) Risicocommunicatie Ten behoeve van een goede risicocommunicatie heeft de gemeente Lansingerland op haar website een link geplaatst naar de website www.nederlandveilig.nl. Op deze website staat informatie over hoe te handelen in noodsituaties en de campagne Goed voorbereid zijn heb je zelf in de hand. Daarnaast is de genoemde informatie ook geplaatst in de gemeentegids van Lansingerland. Wat betreft het verzoek van de VROM Inspectie om de leiding als K2 aan te merken indien aan het verzoek van NATO is tegemoetgekomen kan worden opgemerkt dat die situatie nog niet van toepassing is. IV. Conclusie De ruimtelijke onderbouwing zal worden aangepast aan het advies van VRR en op dit punt wordt voorgesteld de motivering van het projectuitvoeringsbesluit aan te vullen en als zodanig gewijzigd vast te stellen. Willemijn ten Cate, 7 maart 2011 Bijlage: - zienswijze A - bevestiging van intrekking van zienswijze A - zienswijze B - VRR advies Corsanummer: T11.01033 Pagina 2/2

Gemeente Lansingerland Inkomende Postd.d. 02/08/2010 3 0 JUL 701 Of Dhr. J. Voorwinden Meerweg 61 2651 KR BERKELEN RODENRIJS Tel 010 511 5812 110.16938 ZIENSWIJZE ( Ajew : Jjr.,; >: v> Gemeente Lansingerland Afd. Vergunningverlening Raadhuislaan 1 Berkel en Rodenrijs Betreft Uw kenmerk Datum Zienswijze tegen bouwplannen tussen Meerweg en Oostmeerlaan, nabij Meerweg 61 20100354 en 20100355 30 juli 2010 Geachte lezer, Hierbij treft u aan mijn zienswijze tegen het realiseren van bouwplannen binnen een afstand van 50 meter uit mijn bedrijfsbestemming. Aan de Meerweg 61 heb ik een volwaardig transportbedrijf waar, ingevolge de Wet Milieubeheer alsmede het activiteitenbesluit, een hindercirkel aanwezig is. Deze cirkel, 50 meter uit de randen van het perceel, is hier aanwezig om te voorkomen dat door mijn bedrijfsvoering omwonenden hinder kunnen ondervinden. Mijn transportbedrijf houdt zich bezig met transporteren van bloemen en perkgoed hoofdzakelijk vanuit het buitenland. Aan- en afvoer van mijn wagens is o.a. vanwege files e.d. niet altijd te voorspellen. In de toekomst zullen er, in de strook grand gelegen tussen de Meerweg en de Oostmeerlaan, woningen worden gerealiseerd waarvan waarschijnlijk een of meerdere in de nabijheid van mijn bedrijf zullen worden geprojecteerd. Voor die woningen zullen aan de toekomstige kopers, ook opties in de vorm van grondgebonden uitbreidingen van het hoofdgebouw worden aangeboden. Hierbij doel ik ook op vergunningvrije bouwwerken die ingevolge het BOR (besluit omgevingsrecht) aan een woning gerealiseerd kunnen worden. Vooralsnog wil ik u er op wijzen dat ik een beperking in mijn bedrijfsvoering, door de hierboven omschreven toekomstige woningbouw, niet toe zal staan en dat te realiseren woningen (inclusief mogelijke uitbreidingen) buiten de hierboven genoemde afstand van 50 meter gerealiseerd dienen te worden. Vooralsnog hou ik er rekening mee dat u met deze zienswijze rekening zult houden. In afwachting van uw reactie. J. Voorwinden /

Meenveg 61 2651 KR Berkel en Rodenrijs.Nederland Tel:-31(0)10-5115812 Fax:-31(0)10-512Ü321 Ing.bank:68.25.49.177. BIC: INGBNL2A Swiftcode: IBANNL31 INGB 0682 5491 77 Postbank: : 9475698. BIC:INGBN12A Swiftcode: IBAN NL14 INGB0009 4756 98 BÏW.nr.:NL 8037.87.637.B.01 Inschr.nr..K.v.K. Delft:27226832 Email: vooitvindenatransport.demon.nl Gemeente Lansingerland Inkomende Post d.d. 07/03/201 111.07568 Gemeente Lansingerland Afd. Vergunningverlening Raadhuislaan 1 Berkel en Rodenrijs Uw kenmerk: 20100354 en20100355 Berkel en Rodenrijs, 7 maart 2011 Hierbij trek ik mijn zienswijze tegen de bouwplannen tussen Meerweg en Oostmeerlaan, nabij Meerweg 61, ingediend op30 juli 2010, in. Indien er eenderde een beroep in dient, houd ik mij het recht voor ook een beroep inte dienen. Hierbij refereer ik aan de afspraken die met mij gemaakt zijn, in Uw schrijven van 6 maart2011 Uwkenmerk U11.037198 Hoogachtend, J Voorwinden C-^

Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond Gemeente Lansingerland Postadres Postbus 9154 3007 AD Rotterdam Stafdirectie Risico- en Crisisbeheersing H0.17670 Bezoekadres Telefoon Telefax E-Mail Ons kenmerk Betreft Datum Behandeld door Wilhelminakade 947 Rotterdam 010-4468 900 010-4468 699 n.spekschoor@veiligheidsregio-rr.nl louitl 1484/SRC/JT/NS/DdG Projectuitvoeringsbesluit Caleido Veiligheidsadvies: 3815/013 10 augustus 2010 N. Spekschoor Gemeente Lansingerland College van Burgemeester en Wethouder Postbus 1 2650 AA BERKEL EN RODENRIJS Geacht College, Op 23 juli 2010 heeft de heer H. Kornneef, medewerker Strategische Ontwikkeling het projectuitvoeringsbesluit Meerpolder aan de Veiligheidsregio Rotterdam Rijnmond (VRR) aangeboden en verzocht bier een reactie op uit brengen. De Stafdirectie Risico- en Crisisbeheersing (SRC) van de VRR brengt in het kader van exteme veiligheid advies uit over de verantwoording van het groepsrisico en de mogelijkheden voor hulpverlening en zelfredzaamheid. Hierbij bied ik u ons advies aan. Voor vragen of nadere toelichting kunt u contact opnemen met de heer N. Spekschoor, medewerker van de Stafdirectie Risico- en Crisisbeheersing van de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond. Zijn telefoonnummer is (010) 4468 963, e-mail: n. spekschoor@veiligheidsregio-rr.nl. Hoogachtend, het bestuur van de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond, namens deze, Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond. Kopie: Dhr. H. Kornneef, Medewerker Strategische Ontwikkeling, gemeente Lansingerland Dhr. M. Vink, Ambtenaar Rampenbestrijding Lansingerland Dhr. A.P. Groeneweg, Bureauhoofd Ruimtelijke Ontwikkeling, DCMR Dhr. W. Kooijman, Bureauhoofd Veiligheid, DCMR Dhr. R. Mekes, Hoofd Brandveiligheid Regionale Brandweer Rotterdam-Rijnmond District Noord

/eiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond VeiMgheidsadvies: projectuitvoeringsbesluit Caleido Nummer: 3815/013 10 augustus 2010 De bewustwording met betrekking tot externe veiligheidsaspecten is de laatste jaren versterkt door rampen en ongevallen die ons land en onze buurlanden hebben getroffen. De wetgeving hieromtrent heeft zich in een snel tempo ontwikkeld, en is nog steeds sterk in ontwikkeling. Zo bepaalt het Besluit exteme veiligheid inrichtingen (Bevi) dat in geval van (bij AMvB bepaalde) inrichtingen het groepsrisico moet worden verantwoord. De Circulaire Risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen (crngvs) bepaalt hetzelfde met betrekking tot vervoersbesluiten dan wel omgevingsbesluiten waarbij het vervoer van gevaarlijke stoffen een risico vormt. Naast de milieuwetgeving met betrekking tot externe veiligheid, heeft de hulpverleningsorganisatie te maken met sectorale wetgeving. Wrzo, Brandweerwet, Wghr en de Politiewet. De Wrzo bepaalt onder andere dat B&W zorg moeten dragen voor het voorkomen, beperken en bestrijden van rampen en zware ongevallen. De Brandweerwet 1985 bepaalt dat het bestuur van de Regionale Brandweer het gemeentebestuur hierover adviseert. Zo beschikt het gemeentebestuur bij de voorbereiding van een besluit over de noodzakelijke kennis en relevante feiten met betrekking tot de risico's en de benodigde hulpverleningsbehoefte in het geval van calamiteiten, ten einde een zorgvuldige belangenafweging te kunnen maken als bedoeld in afdeling 3:2 Awb. Voor u ligt het advies met betrekking tot het projectuitvoeringsbesluit Caleido. Het projectbesluit voorziet in de realisatie van zestig starterswoningen in de wijk Meerpolder in Berkel en Rodenrijs, gemeente Lansingerland. De analyse heeft geleid tot de volgende constateringen: Risicobronnen In en rond het plangebied is een relevante risicobron aanwezig: I. DPO-K1 leiding (Defensie Pijpleiding Organisatie), 12,75 inch, 80 bar Plaatsgebonden risico (PR) en groepsrisico (GR) De PR 10" 6 contour van deze Kl-leiding bedraagt 15 meter. Het projectgebied maakt woningen mogelijk op circa 18 meter van de buisleiding. Dat betekent dat de ontwikkeling buiten de PR 10~ 6 contour plaatsvindt, maar dat enkele te ontwikkelen woningen gelegen zijn binnen het invloedsgebied van het groepsrisico. Een berekening van het groepsrisico is niet noodzakelijk, omdat er gezien de beperkte aanwezige bebouwing binnen het invloedsgebied en de beperkte toename van woningen binnen het invloedsgebied sprake zal zijn van een laag GR en een kleine toename van het GR. 2-

Veiligheidsregio Rotterdam-Rsjnmond Selectie incidentscenario's Voor de DPO-leiding zijn diverse scenario's beschouwd. Voor het bepalen van het resteffect (inschatting van het aantal doden en gewonden) en mogelijke aanvullende maatregelen is het volgende relevante scenario beschouwd: 1. Plasbrandscenario (guillotinebreuk van de DPO-leiding) Zelfredzaamheid De zelfredzaamheid geeft aan in welke mate de aanwezigen in staat zijn om op eigen kracht zich in veiligheid te brengen. Voor elk incidentscenario is de mogelijkheid van zelfredding verschillend. Zelfredding kan een zeer belangrijke bijdrage leveren aan het reduceren van het aantal slachtoffers, omdar de meeste slachtoffers vooral in de eerste minuten tot half uur van het ongeval vallen. Naast verschillen per scenario zijn er andere factoren die de mate van zelfredding beinvloeden. Aanwezigheid van bijvoorbeeld vluchtwegen, mate van voorbereid zijn, het aantal mensen en hun fysieke condities en het al dan niet tijdig geven van duidelijke instructies, zijn belangrijke factoren. Ad 1) Voor het beschouwde scenario als gevolg van een plasbrand geldt dat de brand zich snel kan ontwikkelen. Dit effect is zichtbaar voor de aanwezigen in het plangebied. Mogelijkheden tot zelfredzaamheid zijn aanwezig, mits er geen beperkingen zijn ten aanzien van de zelfredzaamheid van aanwezigen en de infrastructuur in de omgeving op een juiste manier is ingericht. Beheersbaarheid Het criterium beheersbaarheid richt zich op de inzetbaarheid van de hulpverleningsdiensten en in hoeverre zij in staat zijn om hun taken goed uit te voeren en daarmee verder escalatie van het incident kunnen voorkomen. Voor een adequate inzet van de hulpverleningsdiensten zijn de volgende punten van belang: - Bereikbaarheid. - Opstelmogelijkheden. - Inzetbaarheid van middelen (o.a. bluswatervoorziening). In overleg met de afdeling Brandveiligheid van de Regionale Brandweer Rotterdam Rijnmond District Noord zijn de mogelijkheden tot optreden van de hulpverleningsdiensten bepaald. Bereikbaarheid en bluswatervoorzieningen Voor de voorziene ontwikkeling zijn er geen knelpunten geconstateerd ten aanzien van de bereikbaarheid en bluswatervoorzieningen.

/eiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond Advies In paragraaf 2.7.8 (Externe veiligheid) wordt in de alinea Buisleidingen ondenneer gesteld dat "In het vervolg wordt gesteld dat er sprake is van een Kl benzineleiding. DPO verzoekt echter aan de NATO om deze als K2-leiding vast te leggen omdat deze leiding uitsluitend dient voor het vervoer van kerosine. " Hoewel in (de toelichting van) het projeetbesluit wordt uitgegaan van een Kl leiding, en in het kader hiervan ook (de verantwoording van) de externe veiligheid is beschouwd, verzoekt de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond de toevoeging dat een verzoek tot vastlegging als K2-leiding te verwijderen. De redenen hiervoor zijn dat er (nog) geen definitieve zekerheid is dat de betreffende leiding daadwerkelijk als K2 leiding wordt vastgelegd en dat de huidige weergave mogelijk tot onduidelijkheid of verwarring kan leiden. De VRR adviseert uw College om de volgende voorzieningen te realiseren, teneinde de zelfredzaamheid en de mogelijkheden voor de hulpverlening te vergroten: 1. Om de kans op een leidingbreuk te verkleinen, geldt dat in overleg met de leidingbeheerder Defensie Pijplein Organisatie (DPO) maatregelen getroffen behoren te worden om de ongestoorde ligging van de buisleidingen te garanderen. Hierbij kan de ligging van de buisleidingen zichtbaar benadrukt worden, bijvoorbeeld door middel van bebording of een ondergronds lint. 2. De woningen die binnen 40 meter vanuit de DPO-leiding worden gesitueerd, dienen de beschermd zijn tegen branddoorslag en brandoverslag (WBDBO). Hierbij moet voor de gevels gericht naar de DPO-leiding gedacht worden aan blinde gevels of het beperken van het glasoppervlak. De gevels en of het glasoppervlak welke gericht zijn naar de DPO-leiding bestand te laten zijn tegen een warmtestralingsflux > 15 kw/m 2. 3. Het plangebied behoort te voldoen aan de bereikbaarheid, ontsluiting en bluswatervoorziening zoals gesteld conform de richtlijnen van de Nederlandse Vereniging voor Brandweerzorg en Rampenbestrijding (NVBR). Dit behoort ter goedkeuring worden voorgelegd aan de afdeling Brandveiligheid van de Regionale Brandweer Rotterdam- Rijnmond District Noord. 4. Draag zorg voor een goede voorlichting en instructie van de aanwezigen personen zodat men weet hoe te handelen tijdens een calamiteit door middel van de campagne Denk Vooruit ("Rampen vallen niet te plannen. Voorbereidingen wel") Resteffect De beschouwde risicobron kan in het voorziene plan tot een incident leiden die valt in maatrampklasse I (plasbrand DPO Kl leiding). De maatrampklasseschaal loopt op van I tot en met V, waarbij III beheersbaar wordt geacht door de hulpverleningsdiensten. De genoemde maatregelen hebben nauwelijks tot geen kwantificeerbaar effect op het berekende aantal slachtoffers. Echter, de kans op het zich catastrofaal ontwikkelen van een incident neemt af en de effecten kunnen verder teruggedrongen worden.

Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond Bestuurlijke overweging Voor het beoordelen van het ruimtelijk plan dient het bevoegd gezag een gemotiveerde afweging te maken tussen de overwegingen met betrekking tot exteme veiligheid en de toegevoegde waarde van het ruimtelijk plan. De beschouwde risicobron is een beperking voor de ruimtelijke ordering. De genoemde maatregelen leiden tot een verbetering van de veiligheidssituatie. De Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond biedt uw College aan dit advies toe te liehten alvorens een besluit wordt genomen. Graag verneemt de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond het besluit van uw College met betrekking tot de geadviseerde voorzieningen uit dit advies. -5-