Insolventienummer: Toezichtzaaknummer: Datum uitspraak: Curator: R-C: F.17/05/231 NL:TZ:0000011342:F001 24-11-2005 mr. J.H. van der Meulen mr. H.H. Kielman Algemeen Gegevens onderneming Advies- en Ingenieursbureau Viro Food BV Activiteiten onderneming de exploitatie van een adviesbureau op het gebied van voeding- en genotmiddelenindustrie, en het uitvoeren van projecten ten behoeve van deze industrie. Viro Food BV werkte nauw samen met ingenieursbureau Viro Noord BV (eveneens gefailleerd op 24 november 2005; faillissementsnummer 05/230 F). Ingenieursbureau Viro Noord BV exploiteerde een ontwerp-, advies- en constructiebureau op het gebied en engineering en computerservice ten behoeve van de zuivelindustrie. Beide bedrijven presenteerden zich in de relevante markt gezamenlijk onder de naam Viro Engineering en Consultancy. Men beoogde een multidisciplinaire projectmatige aanpak, dat wil zeggen dat men complete oplossingen op het gebied van de zuivelindustrie ontwierp, uitvoerde en begeleidde. Omzetgegevens Personeel gemiddeld aantal Saldo einde verslagperiode Het saldo van de boedelrekening per 11 november 2016 beloopt: 335.811,95. Het saldo van de boedelrekening per 24 februari 2017 beloopt: 319.902,74. Het saldo van de boedelrekening per 24 mei 2017 beloopt: 320.162,96 320.436,65 320.710,69 316.408,33 Verslagperiode 12 november 2016 t/m 24 februari 2017 Pagina 1 van 13
25 februari 2017 t/m 24 mei 2017 25 mei 2017 t/m 24 augustus 2017 25 augustus 2017 t/m 24 november 2017 25 november 2017 t/m 24 februari 2018 Bestede uren in verslagperiode 12 minuten 42 minuten 45 minuten 10 uur en 6 minuten 30 minuten Bestede uren totaal 353 uur en 57 minuten 354 uur en 39 minuten 355 uur en 24 minuten 365 uur en 30 minuten 366 uur Toelichting Pagina 2 van 13
Financiële mutaties tijdens verslagperiode Verwezen wordt naar het aangehecht tussentijds financieel verslag per 24 februari 2017 en voorts wordt verwezen naar het overzicht mutatiies tijdens verslagperiode. Tijdens de verslagperiode is ontvangen: - creditrente vierde kalenderkwartaal 2016 411,61. Tijdens de verslagperiode is voldaan: - vordering salaris curator conform beschikking d.d. 9 december 2016 16.391,10 inclusief verschotten en BTW; - kosten opslag archief 129,93. Financiële mutaties: Verwezen wordt naar het aangehecht tussentijds financieel verslag per 24 mei 2017 en voorts wordt verwezen naar het overzicht mutaties tijdens de verslagperiode. Tijdens de verslagperiode is ontvangen creditrente eerste kwartaal 2017 ad 390,15. Tijdens de verslagperiode is voldaan: - kosten opslag archief 129,93 (eerste kwartaal 2017). --- Het faillissementsverslag bevat een weergave van feiten welke de curator kenbaar zijn geworden en, voor zoveel nodig en mogelijk, diens voorlopig oordeel daarover. De curator aanvaardt geen aansprakelijkheid voor de juistheid of volledigheid. Niemand kan aan de inhoud van het verslag enig recht ontlenen. Financiële mutaties: Verwezen wordt naar het aangehecht tussentijds financieel verslag per 24 augustus 2017 en voorts wordt verwezen naar het overzicht mutaties tijdens de verslagperiode. Tijdens de verslagperiode is ontvangen creditrente tweede kwartaal 2017 ad 403,62. Tijdens de verslagperiode is voldaan: Kosten opslag archief 129,93 (tweede kwartaal 2017). Het faillissementsverslag bevat een weergave van feiten welke de curator kenbaar zijn geworden en, voor zoveel nodig en mogelijk, diens voorlopig oordeel daarover. De curator aanvaardt geen aansprakelijkheid voor de juistheid of volledigheid. Niemand kan aan de inhoud van het verslag enig recht ontlenen. Pagina 3 van 13
Financiële mutaties: Verwezen wordt naar het aangehecht tussentijds financieel verslag per 24 november 2017 en voorts wordt verwezen naar het overzicht mutatie tijdens de verslagperiode. Er is tijdens de verslagperiode ontvangen creditrente derde kwartaal 2017 ad 403,97. Tijdens de verslagperiode is voldaan kosten opslag archief 129,93 (derde kwartaal 2017). Het faillissementsverslag bevat een weergave van feiten welke de curator kenbaar zijn geworden en, voor zoveel nodig en mogelijk, diens voorlopig oordeel daarover. De curator aanvaardt geen aansprakelijkheid voor de juistheid of volledigheid. Niemand kan aan de inhoud van het verslag enig recht ontlenen. Financiële mutaties: Verwezen wordt naar het aangehecht tussentijds financieel verslag per 24 februari 2018 en voorts wordt verwezen naar het overzicht mutatie tijdens de verslagperiode. Er is tijdens de verslagperiode ontvangen creditrente vierde kwartaal 2017 ad 402,86. Tijdens de verslagperiode is voldaan salaris curator ad 4.575,29 inclusief verschotten ( 145,43) en inclusief BTW ( 794,06) over de periode van 25 november 2016 t/m 24 november 2017. Voorts is tijdens de verslagperiode voldaan een bedrag groot 129,93 voor kosten opslag archief vierde kwartaal 2017. Het faillissementsverslag bevat een weergave van feiten welke de curator kenbaar zijn geworden en, voor zoveel nodig en mogelijk, diens voorlopig oordeel daarover. De curator aanvaardt geen aansprakelijkheid voor de juistheid of volledigheid. Niemand kan aan de inhoud van het verslag enig recht ontlenen. 1 Inventarisatie 1.1 Directie en organisatie 1.2 Winst en verlies 1.3 Balanstotaal 1.4 Lopende procedures 1.5 Verzekeringen 1.6 Huur 1.7 Oorzaak faillissement 2 Personeel 2.1 Aantal ten tijde van faillissement 2.2 Aantal in jaar voor faillissement 2.3 Datum ontslagaanzegging Pagina 4 van 13
2.4 Werkzaamheden 3 Activa 3.1 Onroerende zaken: Beschrijving 3.2 Onroerende zaken: Verkoopopbrengst 3.3 Onroerende zaken: Hoogte hypotheek 3.4 Onroerende zaken: Boedelbijdrage 3.5 Onroerende zaken: Werkzaamheden 3.6 Bedrijfsmiddelen: Beschrijving 3.7 Bedrijfsmiddelen: Verkoopopbrengst 3.8 Bedrijfsmiddelen: Boedelbijdrage 3.9 Bedrijfsmiddelen: Bodemvoorrecht fiscus 3.10 Bedrijfsmiddelen: Werkzaamheden 3.11 Voorraden / onderhanden werk: Beschrijving 3.12 Voorraden / onderhanden werk: Verkoopopbrengst 3.13 Voorraden / onderhanden werk: Boedelbijdrage 3.14 Voorraden / onderhanden werk: Werkzaamheden 3.15 Andere activa: Beschrijving 3.16 Andere activa: Verkoopopbrengst 3.17 Andere activa: Werkzaamheden 4 Debiteuren 4.1 Omvang debiteuren 4.2 Opbrengst 4.3 Boedelbijdrage 4.4 Werkzaamheden 5 Bank / Zekerheden 5.1 Vordering van bank(en) 5.2 Leasecontracten 5.3 Beschrijving zekerheden 5.4 Separatistenpositie 5.5 Boedelbijdragen 5.6 Eigendomsvoorbehoud 5.7 Retentierechten 5.8 Reclamerechten 5.9 Werkzaamheden Pagina 5 van 13
6 Doorstart / voortzetten onderneming 6.1 Voortzetten: Exploitatie / zekerheden 6.2 Voortzetten: Financiële verslaglegging 6.3 Voortzetten: Werkzaamheden 6.4 Doorstart: Beschrijving 6.5 Doorstart: Verantwoording 6.6 Doorstart: Opbrengst 6.7 Doorstart: Boedelbijdrage 6.8 Doorstart: Werkzaamheden 7 Rechtmatigheid 7.1 Boekhoudplicht 7.2 Depot jaarrekeningen 7.3 Goedk. Verkl. Accountant 7.4 Stortingsverpl. Aandelen 7.5 Onbehoorlijk bestuur 7.6 Paulianeus handelen Dividendbetalingen: Ter herinnering: De curator heeft, in het jaar 2009, de vennootschappen Viro Noord Beheer BV en Rovis Holding BV gedagvaard voor de rechtbank Leeuwarden, en gevorderd dat genoemde vennootschappen aan de boedel van Viro Food BV (terug-)betalen een tweetal dividenduitkeringen ad respectievelijk 300.000,-- en 200.000,--, totaal 500.000,-- in hoofdsom, te vermeerderen met rente en kosten. Deze dividendbetalingen hadden plaatsgevonden op 31 januari 2005 ( 300.000,--) en 25 juli 2005 ( 200.000,--). De grondslag van deze vordering is, dat de betalingen in strijd zijn met het destijds geldende artikel 2:216 BW, waarin is voorgeschreven dat een dividendbetaling alleen kan plaatsvinden indien in de vennootschap voldoende vrije reserves aanwezig zijn. Daarvan was, in de visie van de curator, geen sprake. Immers: op de balans Viro Food was (als bezitting) opgenomen een vordering van Viro Food jegens de zustervennootschap Viro Noord. Die vordering beliep een bedrag ad 429.479,--. In de visie van de curator behoorde de ondernemingsleiding ten tijde van de dividenduitkeringen te voorzien dat genoemde zustervennootschap, Viro Noord BV, die vordering niet aan Viro Food zou (kunnen) voldoen. De ondernemingsleiding van zowel Viro Noord als Viro Food bestond uit de vennootschap Viro Noord Beheer BV, aan wie ook de dividenduitkering is voldaan. Viro Noord Beheer BV behoorde van deze feitelijke betalingsonmacht bij Viro Noord op de hoogte te zijn, gelet op de slechte resultaten en de slechte balanspositie van Viro Noord. Feitelijk is het faillissement ook gevolgd kort na de uitbetalingen, te weten op 24 november 2005. Het standpunt van de curator is, dat in de balans van Viro Food een voorziening oninbaarheid van voornoemde vordering had moeten worden opgenomen, dan wel dat de vordering, (nu deze onvolwaardig was) had moeten worden afgewaardeerd. Zou de ondernemingsleiding de balans van Viro Food aldus hebben ingericht, dan zou niet voldoende vrije reserve aanwezig zijn voor betaling van de dividenduitkeringen. Aldus de curator. Pagina 6 van 13
In de dagvaarding d.d. 19 juni 2009 is ook Rovis Holding BV, moedervennootschap van Viro Noord Beheer BV, betrokken. De curator heeft gevorderd dat de rechtbank Rovis Holding BV veroordeelt tot betaling van een bedrag groot 250.000,--, te vermeerderen met rente en kosten. De grondslag van deze vordering is, dat Rovis Holding BV jegens Viro Food een onrechtmatige daad gepleegd heeft door dit bedrag ten laste van Viro Noord Beheer BV aan zich te laten uitkeren. Die uitkering vond plaats zeer kort na het faillissement van Viro Food BV, te weten op 5 december 2005. De onrechtmatigheid vindt, in de visie van de curator, zijn grond in het feit dat Rovis Holding BV met deze betaling het verhaal door de curator van de aanspraak jegens Viro Noord Beheer BV onmogelijk heeft gemaakt. Na verweer, en na een deskundigenonderzoek heeft de rechtbank Noord-Nederland te Leeuwarden bij eindvonnis d.d. 25 februari 2015 de vorderingen van de curator geheel toegewezen. Er is na dit vonnis door Rovis Holding BV verhaalzekerheid gesteld voor haar betaalplicht jegens de curator. Viro Noord Beheer bleek tot het stellen van verhaalzekerheid niet in staat. Op 19 juli 2016 heeft Viro Noord Beheer en Rovis Holding BV bij het gerechtshof te Leeuwarden een memorie van grieven ingediend. Tegen de beslissing van de rechtbank ten aanzien van de uitkering ad 300.000,-- zijn tien grieven ingediend. Tegen de beslissing van de rechtbank ten aanzien van de dividendbetaling ad 200.000,-- is één grief ingediend. Tegen de beslissing inzake de dividendbetaling ad 250.000,-- door Viro Noord Beheer BV aan Rovis Holding BV ad 250.000,-- is één grief ingediend. Tenslotte is nog één grief ingediend tegen een overweging ten overvloede van de kant van de rechtbank. Tijdens de verslagperiode, op 8 november 2016, heeft de curator een memorie van antwoord ingediend. De curator geeft hierna een beknopte samenvatting van het standpunt van Viro Noord Beheer BV/Rovis Holding BV. Als volgt: a. Kern van de discussie is de vraag, of de vordering van Viro Food jegens Viro Noord volwaardig was, dat wil zeggen: door Viro Noord aan Viro Food voldaan kon worden. In de visie van Viro Noord Beheer BV was de vordering steeds volwaardig. b. De kern van het standpunt van Viro Noord Beheer en Rovis Holding is, dat de posities van Viro Noord, Viro Food en Viro Noord Beheer BV niet onafhankelijk van elkaar kunnen worden beschouwd. De vennootschappen maakten onderdeel uit van een groep, en waren in alle opzichten (fiscaal, bancair, organisatorisch) nauw met elkaar verbonden en vormden daardoor één geheel. Binnen de groep was de continuïteit gewaarborgd, konden de groepschulden op ieder moment worden voldaan en beschikte Viro Food over voldoende reserves en liquiditeiten om de dividenduitkering ad 300.000,-- te kunnen doen. Aldus Viro Noord Beheer BV. c. Viro Noord Beheer BV heeft rapportage in geding gebracht van de heer Krol, registeraccountant. De heer Krol onderschrijft het standpunt dat Viro Noord Beheer, Viro Food en Viro Noord organisatorisch en financieel één geheel vormden. De heer Krol observeert, dat de administratie binnen de groep werd gevoerd door één medewerkster die, als onderdeel van het treasury beleid, opdracht had om banksaldi zo laag mogelijk te houden ter voorkoming van debetstanden op de bankrekeningen van dochtervennootschappen om daarmee de rentelasten van de groep tot een minimum te beperken. Aldus de heer Krol. d. De heer Krol observeert verder, dat de rekening-courantverhoudingen tussen de vennootschappen binnen de groep een uitvloeisel vormden van dit treasury beleid. De rekening-couranten vormden een onderdeel van de liquide middelen bij de verschillende Pagina 7 van 13
vennootschappen en werden gebruikt voor het doorbelasten van overheadkosten en het betalen van handelscrediteuren. De conclusie van de heer Krol is weergegeven als volgt: Nu Beheer, Viro Food en Viro Noord door zowel fiscus, bank als aandeelhouder en bestuurder worden gezien als één geheel en zolang de continuïteit van deze groep als gewaarborgd kan worden beschouwd, (is) de rekening-courantverhouding volwaardig en (behoefde) het saldo niet te worden afgeboekt. De rekening-courant heeft het karakter van liquide middelen en niet van een handelsvordering. Het bovenstaande wordt uitgewerkt in een tiental grieven tegen diverse onderdelen van de motivering van de rechtbankuitspraak. e. Ten aanzien van de dividenduitkering ad 200.000,-- stelt Viro Noord Beheer BV zich op het standpunt, dat (nadat deze interim dividendbetaling plaatsvond) de ondernemingsleiding herkende dat deze dividendbetaling niet had mogen plaatsvinden, en daarom aan Food terugbetaald moest worden. Viro Noord Beheer BV stelt vervolgens, dat deze terugbetaling uitgevoerd zou zijn door middel van een verrekening. Viro Food BV zou, ter zake van een vennootschapsbelastingaanslag 2003/2004 welke op groepsniveau door Noord Beheer BV voldaan zou zijn, intern jegens Noord Beheer BV verschuldigd zijn een bedrag groot 238.500,--. Dit betrof het aandeel van Viro Food in de vennootschapsbelastingschuld van de fiscale eenheid Noord Beheer BV/Viro Food/Viro Noord (vennootschapsbelasting jaren 2003/2004). Die draagplicht bij Viro Food zou voldaan zijn aldus, dat Viro Food haar vordering tot terugbetaling van het dividend verrekend zag worden met een aanspraak van Viro Noord Beheer BV jegens haar ( 200.000,--), terwijl de resterende 38.500,-- in rekening-courant geboekt zou zijn. Aldus het standpunt van Viro Noord Beheer BV. f. Ter zake van de vordering van de curator ad 250.000,-- jegens Rovis Holding BV is, samengevat, het standpunt (van Rovis Holding BV) dat geen sprake is van onrechtmatigheid. In de visie van Rovis Holding was de dividenduitkering door Viro Noord Beheer BV aan haar niet onverantwoord. In de visie van Rovis Holding hadden, op het moment van de dividenduitkering (dat was: 5 december 2005) de crediteuren van Viro Food geen vordering op Beheer. Als de crediteuren van Viro Food of de curator een vordering ad 300.000,-- op Beheer zou hebben gehad, dan zou die gewoon kunnen worden betaald (aldus Rovis Holding BV). De curator heeft deze stellingen gemotiveerd betwist. De memorie van grieven telt 21 pagina s; er zijn zeven producties overgelegd. De memorie van antwoord omvat 27 pagina s; er is één productie overgelegd. Samengevat, is het standpunt van de curator dat de vennootschappen Viro Noord Beheer, Viro Food en Viro Noord zeker niet als één geheel beschouwd kunnen worden, maar dat er sprake is van een juridisch relevant onderscheid tussen enerzijds Beheer BV en anderzijds de gefailleerde vennootschappen. Dat juridisch onderscheid komt tot uitdrukking in de belangentegenstelling welke bestaat; Viro Noord Beheer BV heeft dividend ontvangen ten laste van Viro Food welk dividend haar rechtens niet toekomt. Ten aanzien van het standpunt met betrekking tot de verrekening (fiscale schuld tegenover terugvordering dividenduitkering 200.000,--) heeft de curator zich op het standpunt gesteld dat dit standpunt onvoldoende feitelijk is onderbouwd en niet voldoet aan de juridische voorwaarden voor een rechtsgeldige verrekening. Tot zover de procedure tussen Viro Noord Beheer BV/Rovis Holding en de curator. Er zal binnenkort een beslissing genomen worden over hoe deze procedure vervolg krijgt. Hierover zal in het komend verslag verantwoording worden gedaan. Pagina 8 van 13
Verslagperiode: Verwezen wordt naar de tekst van paragraaf 7.6 verslag nummer 44. In de appelprocedure heeft de schriftelijke stukkenwisseling plaatsgevonden. Op 22 november 2016 heeft het gerechtshof beslist dat er een comparitie zal worden gehouden. De zaak is verwezen naar de rol van 23 mei 2017 voor opgaaf verhinderdagen ten behoeve van comparitie. De zaak zal worden behandeld door de meervoudige civiele kamer van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. Tijdens de verslagperiode 46 is een datum vastgesteld voor mondelinge behandeling ter zitting van het gerechtshof. Deze datum is 12 oktober 2017. Tijdens de verslagperiode hebben zich geen ontwikkelingen voorgedaan. Van belang is, dat de mondelinge behandeling van de procedure tegen Viro Noord Beheer BV en Rovis Holding BV plaatsvindt op 12 oktober 2017 bij het gerechtshof te Leeuwarden. Tijdens de verslagperiode heeft een mondelinge behandeling (comparitie van partijen) plaatsgevonden op 12 oktober 2017 ter openbare terechtzitting van het gerechtshof te Leeuwarden. Op de comparitie zijn verschenen de heer H.A. Kroes, statutair bestuurder van Rovis, mr. N. Hijmans, adviseur van Damsté Advocaten, mr. J.M. Eringa, advocaat te Enschede, en mr. J.H. van der Meulen, faillissementscurator, optredend in hoedanigheid van advocaat voor de failliete boedel. Er zijn door beide partijen voorafgaand aan de vraagbeantwoording korte mondelinge toelichtingen op de standpunten gegeven. Daarna is van de zijde van het gerechtshof een groot aantal vragen aan beide partijen gesteld, waarop is geantwoord. Er is van de zitting proces-verbaal gemaakt (negen pagina's). In het proces-verbaal zijn de vragen en de vraagbeantwoording zakelijk weergegeven. Tijdens de zitting is gebleken dat het bezwaar tegen de dividenduitkering ad 200.000,-- (de tweede uitkering) waarschijnlijk niet houdbaar is, nu waarschijnlijk de verrekening ter zake van de betaling door Viro Beheer van vennootschapsbelasting, welke feitelijk ten laste van Viro Food behoorde te komen, aanvaardbaar is. Het bezwaar tegen de dividenduitkering ad 300.000,-- blijft voluit bestaan. Datzelfde geldt ook voor de aanspraak jegens Rovis Holding BV ad 250.000,-- ter zake van de doorbetaling van dividend aan haar. Er is kort nagegaan of een schikking mogelijk was hetgeen niet het geval bleek te zijn. De zaak is verwezen naar de roldatum van 2 januari 2018 voor arrest. Op 6 maart 2018 heeft het gerechtshof te Leeuwarden een voor de boedel teleurstellend arrest gewezen. Het hof heeft de vonnissen van de rechtbank te Leeuwarden d.d. 29 juni 2011 en 25 februari 2015 vernietigd en, opnieuw rechtdoende, de vorderingen van de curator alsnog geheel afgewezen. De curator is veroordeeld in de kosten van beide instanties, in totaal vastgesteld op een bedrag groot 35.523,98 inclusief nakosten. Het arrest is gepubliceerd op internet: http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak? id=ecli:nl:gharl:2018:2207. De curator geeft hierna een parafrasering van de uitspraak. * In het geschil draait het om de vraag of een tweetal dividenduitkeringen van Pagina 9 van 13
300.000,-- en 200.000,-- in strijd met artikel 2:216 BW (oud) zijn geschied. Dit artikel vergt de aanwezigheid van vrij uitkeerbare reserves van de uitkerende vennootschap (Viro Food). De curator heeft zich steeds op het standpunt gesteld dat die vrij uitkeerbare reserve niet aanwezig was. De grondslag van dat standpunt is, dat een vordering van Viro Food op zusterbedrijf Viro Noord ten bedrage van 421.479,--, zoals opgenomen in de balans ultimo 2004, afgeboekt diende te worden. Reden van die afboeking moest zijn, dat het aan de ondernemingsleiding duidelijk moest zijn dat deze vordering oninbaar was, gelet op de vermogenspositie van Viro Noord ultimo 2004. Deze afboeking zou, in de visie van de curator, als consequenties hebben dat in Viro Food ontoereikende vrije reserves aanwezig waren voor deze uitkering. * In het dossier bevinden zich drie deskundigenrapporten die alle zien op de vraag of de vordering van Viro Food op Viro Noord afgeboekt had moeten worden wegens oninbaarheid. * Het hof komt, de diverse (deels onderling tegenstrijdige) oordelen van de verscheiden deskundigen afwegende, het vrij uitkeerbaar vermogen gecorrigeerd had moeten worden met de vordering (ad 421.479,--) omdat de financiële positie van Viro Noord slecht was. Viro Beheer BV (niet failliet, houdstermaatschappij), over wie de door de rechtbank benoemde deskundige Noordhuis had overwogen dat deze het stellig voornemen had Viro Noord in staat te stellen haar schulden te betalen, was in feite (aldus het hof) niet in staat die schulden te voldoen. * Het hof heeft zich vervolgens de vraag gesteld of afboeking van de vordering zou hebben geleid tot een teruggaaf vennootschapsbelasting. De curator had zich op het standpunt gesteld - met de door hem ingeschakelde deskundige - dat in dat geval (dus in het geval van afboeking van de vordering) geen recht geweest zou zijn op teruggave vennootschapsbelasting. * Het hof oordeelt echter dat in dat geval wèl sprake zou zijn geweest van teruggaaf vennootschapsbelasting. * Het hof komt dan tot de volgende opstelling van de vrij uitkeerbare reserve in Viro Food: - vrij uitkeerbare reserve per ultimo 2004 810.104,-- - AF: vennootschapsbelasting 2003 en 2004 238.550,-- - AF: de vordering 421.479,-- - BIJ: teruggaaf vennootschapsbelasting 147.714,-- - BIJ: correctie vennootschapsbelasting 8.200,-- Resulteert: vrij uitkeerbare reserve 305.989,-- * De conclusie die uit deze opstelling volgt, is dat het vrij uitkeerbare vermogen toereikend was voor een uitkering ad 300.000,--. Van een nietige uitkering in de zin van artikel 2:216 BW (oud) is derhalve geen sprake, aldus het hof. Om deze reden slagen diverse grieven, en wordt de vordering van de curator op het punt van de uitkering ad 300.000,-- afgewezen. Dividenduitkering 200.000,--: Niet in geschil is, dat de uitkering ad 200.000,-- nietig is wegens strijd met artikel 2:216 BW. Viro Beheer heeft zich tegen de vordering van de curator verweerd met de stelling, dat zij een verrekenbare tegenvordering op Viro Food heeft ten bedrage van 238.550,-- uit hoofde van een interne fiscale schuld over 2003 en 2004. * De curator heeft enige formele verweren aangevoerd tegen de verrekeningsverklaring, Pagina 10 van 13
welke evenwel door het hof zijn verworpen. * De vordering van Viro Beheer ad 238.550,-- dient op zichzelf erkend te worden. Gelet op het door het hof aanvaard beroep op verrekening, slagen de tegen het vonnis van de rechtbank aangevoerde grieven en is de vordering van de curator ook op dit punt afgewezen. Onrechtmatig handelen Rovis: Aan zijn vordering jegens Rovis heeft de curator ten grondslag gelegd dat de dividenduitkering ad 250.000,-- ten laste van Viro Noord Beheer ten gunste van Rovis Holding ad 250.000,-- onrechtmatig is jegens de crediteuren van Viro Food. In dit verband is door de curator aangevoerd dat de dividenduitkering aan Rovis ad 250.000,-- direct na faillissement van Viro Food heeft plaatsgevonden en dat met die uitkering de door Viro Beheer van Viro Food ontvangen gelden zijn onttrokken aan verhaal voor de curator. Voorts heeft de curator een beroep gedaan op ongerechtvaardigde verrijking. Meer subsidiair heeft de curator aan zijn vordering jegens Rovis ten grondslag gelegd dat sprake van een benadelende onverplichte rechtshandeling. * Het hof heeft geoordeeld dat de dividenduitkeringen ad 300.000,-- en 200.000,-- niet aantastbaar zijn (zie hiervoor). De vordering uit hoofde van onrechtmatige daad jegens Rovis dient te worden afgewezen omdat van verhaalsbenadeling in de door de curator gestelde zin geen sprake is, nu er geen terugbetalingsverplichting bestaat. Ook de subsidiaire grondslagen van de vordering slagen niet. Het bovenstaande pretendeert niet een volledige weergave van het arrest te zijn. Voor kennisname van alle (relevante) overwegingen wordt uitdrukkelijk verwezen naar de volledige tekst van het arrest. De curator beraadt zich op een eventueel cassatieberoep. Reeds nu kan worden vastgesteld dat de overwegingen, waarop de uitspraak is gebaseerd sterk feitelijk van aard zijn en geen overwegingen zijn aangetroffen welke schending inhouden van toepasselijke rechtsregels. Op het punt van een eventueel cassatieberoep behoudt de curator zich nadrukkelijk alle rechten voor. 7.7 Werkzaamheden 8 Crediteuren 8.1 Boedelvorderingen Erkende boedelvorderingen belopen tot heden 145.892,74. Er is voldaan 140.967,29. 8.2 Pref. vord. van de fiscus 206.152,-- 8.3 Pref. vord. van het UWV 163.137,39 Pagina 11 van 13
8.4 Andere pref. crediteuren A.B. Wijmenga en Humana Milchunion (vordering Human Milchunion ad 11.987,-- speciaal geprivilegieerd op assurantie-uitkering 12.500,-- welk bedrag in de boedel is gevloeid (zie tussentijds financieel verslag onder de kop overige baten, schade-uitkering assuradeur Milchunion 12.500,--. 8.5 Aantal concurrente crediteuren 74 8.6 Bedrag concurrente crediteuren 448.948,13 8.7 Verwachte wijze van afwikkeling afhankelijk van uitkomst procedure tegen Viro Noord Beheer BV/Rovis Holding BV: een verificatieprocedure of een procedure ex artikel 137a Fw. 8.8 Werkzaamheden 9 Procedures 9.1 Naam wederpartij(en) 9.2 Aard procedures 9.3 Stand procedures 9.4 Werkzaamheden 10 Overig 10.1 Termijn afwikkeling faillissement Is afhankelijk van verloop procedure tegen Viro Noord Beheer/Rovis Holding BV. 10.2 Plan van aanpak zie het voorgaande De curator zal eerst een beslissing nemen over de vraag wel of niet een cassatieberoep in te stellen van het arrest d.d. 6 maart 2018. Hierop wordt in het komend verslag nader teruggekomen. Uiteraard is de wijze van afwikkeling van het faillissement zeer sterk afhankelijk van de slotuitkomst van de procedure tegen Viro Noord Beheer BV. Zou de vordering gehonoreerd zijn, en voldaan worden, dan zouden alle boedel- en preferente crediteuren volledig betaald krijgen, en zouden de concurrente crediteuren een substantiële betaling tegemoet kunnen zien. Bij berusting in het arrest van het hof is daarvan uiteraard geen spraken. In dat geval zou afwikkeling via 137a Fw (betaling aan de boedelcrediteur en deelbetaling aan preferente crediteuren) plaatsvinden. Een en ander komt terug in het verslag over de komende verslagperiode. Pagina 12 van 13
10.3 Indiening volgend verslag 24 mei 2017 24 augustus 2017 24 november 2017 24 februari 2017 24 mei 2018 10.4 Werkzaamheden Het faillissementsverslag bevat een weergave van feiten welke de curator kenbaar zijn geworden en, voor zoveel nodig en mogelijk, diens voorlopig oordeel daarover. De curator aanvaardt geen aansprakelijkheid voor de juistheid of volledigheid. Niemand kan aan de inhoud van het verslag enig recht ontlenen. Pagina 13 van 13