1 x 1 landelijke wetgeving



Vergelijkbare documenten
Aantal Toelichting. 2 Toetsterm verder gedetailleerd; met voorbeelden zodat het duidelijk moet zijn dat het hier ook om de 'bijzondere' gevallen gaat.

Toetsing, niet minder maar anders? Congres VERDERE VERSTERKING, Inspectie van het onderwijs, 20 mei 2015

Minisymposium 4 juni

Beheersplan en Overzichtsblad

1. Het werkveld 1.1 De kandidaat kan voor een beschreven situatie bepalen op welke

SPEELTOESTELLEN: BEHEER & ONDERHOUD OVER INSPECTIES, BEHEER EN ONDERHOUD VAN HET PLEIN

Speeltoestellen in de Kinderopvang

Richtlijnen High-ropes

I. Technische bepalingen

Waterglijbanen. Zie voor meer informatie over speeltoestellen ook naar de informatie over Speeltoestellen.

55% (+ correctie gokkans)

Toetsmatrijs Wettelijke Kaders Openbare Ruimte Generiek 1 april 2018

Veiligheid van speeltoestellen op het schoolplein

SSVV Opleidingengids TOETSMATRIJS THEORIE-EXAMEN: WERKEN MET TWIN FERRULE FITTINGEN

Toetsmatrijs Wettelijke Kaders Onderwijs Generiek 1 januari 2018

LEERRESULTATEN & TOETSTERMEN

Veiligheid van speeltoestellen op het schoolplein

Veiligheid van speeltoestellen op het schoolplein

Certificering (natuur) speelplaatsen VAK

TECHNISCH BEHEERDER/OPZICHTER ONDERHOUD

1. Rondom binnenspeeltoestellen in de kinderopvang hoeft geen valdempende vloer te liggen.

LOGBOEK Conform WAS (Warenwetbesluit Attractie- en Speeltoestellen)

SSVV Opleidingengids TOETSMATRIJS THEORIE-EXAMEN: WERKEN ALS BUITENWACHT (MANGATWACHT) Algemeen (basisbegrippen) Wetgeving (Arbowet)

1. Basisbegrippen K 1.1 het begrip hoogwerker omschrijven. 1

Toetsmatrijs Veiligheidsadviseur Wegvervoer - Initieel en Verlenging

1 Logboek speeltoestel LOGBOEK SPEELTOESTEL

Beleidskader speeltuinen gemeente Harlingen

code IB02-SPEC46 versie 06 Inwerkingtreding: 01 september 2017 pag. 1 van 6

Uitbating van speelterreinen

LOGBOEK Conform WAS (Warenwetbesluit Attractie- en Speeltoestellen)

Toetsmatrijs Veiligheidsadviseur wegvervoer - Initieel en Verlenging

De toetstermen voor Wettelijke Kaders Onderwijs Specifiek zijn naar aanleiding van de aangepaste versie van de MAS (september 2018)

Toetsmatrijs Veiligheidsadviseur Binnenvaart - Initieel en Verlenging

Inspectierapport Sunny Garden (KDV) Edvard Munchweg MK ALMERE Registratienummer

visuele inspectie speeltoestellen sportvelden

feitenwijzer voor ouders en MR

TYPE GOEDKEURINGSCERTIFICAAT Dit certificaat bestaat uit 3 pagina's. Afgekeurd. Hiermede wordt verklaard dat het toestel

Toezicht kermisattracties

SSVV Opleidingengids TOETSMATRIJS THEORIE-EXAMEN: WERKEN MET ONAFHANKELIJKE ADEMBESCHERMING (ADEMAUTOMAAT)

Examenomschrijving Elektrothermograaf. Bedrijfsexamen

I. Technische bepalingen

5.1. Eindtermen, toetstermen en toetsmatrijs Basis competentieprofiel Inspecteur Elektrische Arbeidsmiddelen

Toetsmatrijs Veiligheidsadviseur wegvervoer - Initieel en Verlenging

Toetsmatrijs Veiligheidsadviseur Binnenvaart - Initieel en Verlenging

Onderwerp: Eind- en toetstermen bij BRL 9161: 2017 ex bijlage 5 Kenmerk: (2) Datum: 20 juni 2017

SSVV Opleidingengids TOETSMATRIJS THEORIE-EXAMEN: WERKEN ALS BUITENWACHT (MANGATWACHT) Algemeen (basisbegrippen) Wetgeving (Arbowet)

Rijksvastgoedbedrijf Product Informatieblad ; Algemeen; Logboek versie 3.0

Algemene. Montagerichtlijnen. Elektrische Bediende. Beveiligingsrolluiken. NCP AMR augustus 2007 versie 1.0

SSVV Opleidingengids TOETSMATRIJS THEORIE-EXAMEN: WERKEN MET EEN VORKHEFTRUCK. Algemeen (basisbegrippen)

Bijscholing Speelom 2009

speelterrein zonder (aanvaardbare) risico s = speelterrein zonder spel

Kerntaak: 1. Ziet toe op orde en veiligheid in het publieke domein 2. Treedt op bij incidenten en Hulpmiddelen: geen. calamiteiten Toetsduur:

Onderwerp: Eind- en toetstermen bij BRL 9101: 2017 ex bijlage 5 Kenmerk: Datum: 4 december 2017

Eindtermen Technisch Beheerder Mechanische Beveiliging (TBMB)

Spelen in de bossen. Van natuurlijke materialen tot veilige speeltoestellen. Factsheet. Voedsel en Waren Autoriteit Regio Zuidwest

Beheerplan Spelen

SSVV Opleidingengids TOETSMATRIJS THEORIE-EXAMEN: WERKEN ALS BUITENWACHT (MANGATWACHT) Algemeen (basisbegrippen) Wetgeving (Arbowet) Cesuur: 17

Wijzigingen toetsmatrijs Wettelijke Kaders Openbare Ruimte Generiek versie > versie 2.0

VEILIG SPELEN EN HET WAS OVER HET WAS EN HET KEUREN VAN SPEELTOESTELLEN

DR-QHSE-x. Deelreglement QHSE-manager


Aantal Toepassing eindtermen

Beheerplan spelen

Toetsmatrijs Veiligheidsadviseur Spoorvervoer - Initieel en Verlenging

Toetsmatrijs Internationaal Goederen

Toetsmatrijs Wegvervoer Bus Deel 1

Toetsmatrijs Wegvervoer Bus Deel 1

Veiligheid van speeltoestellen bij speeltuinverenigingen

Toetsmatrijs certificaat A3

Speelterreinen - speeltoestellen Workshop 3.1 Risicoanalyse speeltoestellen basisschool

Besluitenlijst AKI-Overleg

Kwalificatiedossier: BOA OV Module 5 Samenwerking en assistentieverlening Toetsvorm: 20 Gesloten vragen Toetsduur: 45 minuten Cesuur: 68%

Versie: SRI_0024_2.1 januari 2010

Toetsmatrijs Veiligheidsadviseur Spoorvervoer - Initieel en Verlenging

Toetsmatrijs Veiligheidsadviseur Spoorvervoer - Initieel en Verlenging

Examenomschrijving Inspectie elektrische installaties in ATEX-gebieden. Bedrijfsexamen

PTC Praktijk Trainings Centrum

Heradesign adhesive Verwerkingsvoorschriften

Een veilig (kermis-)evenement in uw gemeente. Geachte mevrouw / heer,

Logboek (B) Inleiding

EXAMENPROGRAMMA. Vakopleiding Bedrijfsadministratie & Accountancy (VBA ) Examen Accounting Information Systems niveau 6 Niveau

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds van haar overeenkomst tussen handelaren in gewasbeschermingsmiddelen;

Verordening naamgeving en nummering (adressen) De raad van de gemeente Bergambacht;

Pagina 1 van 7 STIPEL 40150:2019 VOP TR (BEI BHS)

Rapenburgerschans TR Nieuwegein

Gebruikelijkloonregeling

Branchetoetsdocument: Beveiligingssystemen (SCM)

Gezondheid en veiligheid 1 GEZONDHEID EN VEILIGHEID 1 (CBE06.1/CREBO:50225)

Strijen, juli 2009 OWZ/an - 1 -

Certificatieschema VOP-HS VOLDOEND ONDERRICHT PERSOON HOOGSPANNING

Elementaire oefening. Opdracht A. Draaiboek : 101A-DB01 Datum : Locatie : leslokaal

Toetsmatrijs Wettelijke kaders Publieke Veiligheid 2 ingangsdatum 1 januari 2017

Certificatieschema VOP-HS VOLDOEND ONDERRICHT PERSOON HOOGSPANNING

Toetsplan MBO Adresonderzoek en adreskwaliteit I (M14)

Examenomschrijving Elektrothermograaf. Bedrijfsexamen

Concept Besluit, houdende de algemeenverbindendverklaring van een overeenkomst tussen handelaren in gewasbeschermingsmiddelen

copyright InspectDirect

Veiligheid van speelterreinen. Guy Linten preventieadviseur-coördinator Gemeenschappelijke preventiedienst

WETTELIJK KADER NEDERLAND ONDERHOUD VAN NOODVERLICHTING

Transcriptie:

Certificaat: Inspecteur speeltoestellen Niveau: 2 sterren Toetsvorm: Gesloten vragen Toetsduur: 120 minuten Cesuur: 60% met correctie voor de gokkans Hulpmiddelen: WAS, Normenbundels TOETSMATRIJS SVS 2 sterren 1. Europese en 1.3 De kandidaat kan het verschil uitleggen tussen een speeltoestel en een landelijke wetgeving attractie. (22%) 1.4 De kandidaat kan aan de hand van een gegeven situatie bepalen of een object onder het WAS (Warenwetbesluit Attractie- en speeltoestellen) valt (i.c. toepassen van de reikwijdte-notitie). 1.5 De kandidaat kan de relatie uitleggen tussen het WAS, normen en andere richtlijnen (w.o. de AKI-besluitenlijst en bijblad). 1.6 De kandidaat kan benoemen wanneer een speeltoestel voldoet aan het WAS (zoals aanwezigheid correct certificaat). 1.7 De kandidaat kan het verschil uitleggen tussen inspecteren en certificeren. 1.8 De kandidaat kan de werkzaamheden van de verschillende partijen benoemen die betrokken zijn bij de veiligheid van speeltoestellen (van ministerie tot beheerders). 1.9 De kandidaat kan de verantwoordelijkheden benoemen van de verschillende partijen die betrokken zijn bij de veiligheid van speeltoestellen. 1.10 De kandidaat kan aan de hand van een gegeven situatie de relevante gegevens voor het logboek bepalen. 1.11 De kandidaat kan de verschillende verplichte onderdelen van het logboek benoemen. 1.12 De kandidaat kan aan de hand van een foto, tekening en/of beschrijving van de onderhoudstoestand van een speeltoestel, een (deel van een) rapportage opstellen. 1.13 De kandidaat kan aan de hand van een foto, tekening en/of beschrijving vaststellen of een speeltoestel geplaatst is zoals bij certificatie is vastgelegd.

1.15 De kandidaat kan aan de hand van een foto, tekening en/of beschrijving van het gecertificeerde speeltoestel de geldigheid van het verleende certificaat beoordelen als het speeltoestel en/of de bedoelde fysieke omgeving is veranderd (w.o. modulaire of geclusterde voorzieningen). 1.16 De kandidaat kan de maatregelen benoemen die de NVWA kan nemen bij de handhaving van het WAS (i.c. aanpassen, beboeten en buiten gebruik stellen). 1.17 De kandidaat kan aan de hand van een beschreven situatie de hiërarchie tussen het WAS en overige, mogelijk relevante, lokale en andere wet- en regelgeving bepalen (met name in relatie tot het Bouwbesluit). 2. Normen en 2.1 De kandidaat kan uitleggen waarom er Europese normen bestaan (vrij richtlijnen (31%) 2.2 verkeer van goederen). De kandidaat kan uitleggen dat niet voldoen aan de norm niet automatisch leidt tot een onveilig speeltoestel. 2.3 De kandidaat kan de ratio achter de eisen van een gegeven norm uitleggen. 2.4 De kandidaat kan aan de hand van een gegeven speeltoestel dat niet voldoet aan de norm, uitleggen waarom wel wordt voldaan aan het WAS (i.c. een veilig speeltoestel). 2.8 De kandidaat kan voor een gegeven speeltoestel bepalen welke normen daar betrekking op hebben (zoals NEN-EN 1069-1 en -2:2010, NEN-EN 1176-1 t/m 11:2008, NEN-EN 1177:2008, NEN-EN 14974:2006 en A1:2010, NEN- EN 14960:2013, NEN-EN 13451-1:2011). 2.9 De kandidaat kan bij een gegeven speeltoestel beoordelen welke veiligheidsaspecten aandacht verdienen, in relatie tot plaatsing, onderhoud, gebruik en andere invloeden. 2.10 De kandidaat kan bij een gegeven speeltoestel de relevante normen toepassen die een relatie hebben met veiligheidsaspecten die worden beïnvloed door plaatsing, onderhoud, gebruik en andere invloeden. 7 x 7

2.11 De kandidaat kan bij een gegeven speeltoestel alle relevante (huidige en 5 x 5 eerder gepubliceerde) normen toepassen. 2.14 De kandidaat kan de functie van de verschillende testprobes benoemen. 3. Risicomanagement en risicobenadering (21%) 4. Technische kennis (10%) 2.15 De kandidaat kan het gebruik van de verschillende testprobes beschrijven 3.1 De kandidaat kan gevaren signaleren als gevolg van vandalisme, gebruik en/of (weers-)omstandigheden (zoals defecte onderdelen, glas e.d.). 3.2 De kandidaat kan beoordelen of een speeltoestel op juiste wijze buiten gebruik is gesteld. 3.3 De kandidaat kan beoordelen of een speeltoestel op juiste wijze is verwijderd. 3.4 De kandidaat kan het verschil uitleggen tussen risico en gevaar. 3.5 De kandidaat kan aan de hand van een gegeven speeltoestel beoordelen welke factoren invloed hebben op het gevaar. 3.7 De kandidaat kan aan de hand van een gegeven gevaar de maatregel en de 4 x 4 urgentie daarvan bepalen. 3.8 De kandidaat kan door middel van risico-analyse (bijv. de risicograaf van Fine & Kinney) de veiligheid dan wel onveiligheid van een speeltoestel vaststellen. 3.9 De kandidaat kan aan de hand van een foto, tekening en/of beschrijving gevaren signaleren als gevolg van de inrichting van de directe omgeving van een speeltoestel. 3.10 De kandidaat kan bij het wijzigen van het speeltoestel en/of de bedoelde fysieke omgeving de risico's inschatten (w.o. bij modulaire of geclusterde voorzieningen). 4.1 De kandidaat kan aan de hand van een foto of omschrijving verschillende basismaterialen (zoals hout, beton, metaal en kunststof) herkennen. 4.2 De kandidaat kan de effecten van weersinvloeden (regen, water, wind, zout, UV en temperatuur) op de verschillende basismaterialen benoemen. 4.3 De kandidaat kan de verschillen tussen de, voor speeltoestellen relevante eigenschappen van verschillende type basismaterialen (hardhout/ verduurzaamd hout, RVS/aluminium, zachte/harde/vezelversterkte kunststof) uitleggen.

4.4 De kandidaat kan aan de hand van een gegeven situatie bepalen welk materiaal in welke afmetingen toegepast kan worden ter vervanging van het oorspronkelijke onderdeel of uitbreiding van het oorspronkelijke speeltoestel. 4.5 De kandidaat kan in een gegeven situatie een verbindingstechniek (type en dimensionering) bepalen. 5. Kinderen en 5.1 De kandidaat kan de beoogde doelgroep van een speeltoestel inschatten. speelgedrag 5.2 De kandidaat kan beoordelen of een (visuele of fysieke) scheiding op een (7%) speelterrein tussen verschillende activiteiten voldoet om gevaarlijke situaties te vermijden. 5.3 De kandidaat kan de factoren benoemen die het inspectieregime bepalen. 5.4 De kandidaat kan adviseren over het noodzakelijke inspectieregime van een speeltoestel aan de hand van een beschrijving van het type gebruik en de leeftijd van de gebruikers. 6. Ondergrond (9%) 6.3 De kandidaat kan aan de hand van een gegeven valhoogte en type en dikte ondergrond bepalen of dit voldoet aan NEN-EN 1176-1:2008, tabel 4 en NEN-EN 1176-1:bijblad, tabel 1. 6.4 De kandidaat kan uitleggen dat een ondergrond die niet genoemd wordt in NEN-EN 1176-1:2008, tabel 4 en NEN-EN 1176-1:bijblad, tabel 1 niet automatisch leidt tot een onveilige ondergrond. 6.5 De kandidaat kan in een gegeven situatie op basis van testresultaten bepalen of een ondergrond toegepast mag worden. 6.6 De kandidaat kan aan de hand van een gegeven situatieschets en leginstructies beoordelen of een ondergrond conform deze instructies is aangebracht. Totaal: 90 vragen 17% K 10% B 39% Tp 34% Ti 90 punten

Per onderwerp wordt het aandeel in het tentamen tussen haakjes vermeld. Taxonomie naar Bloom: (K: Kennis, B: Begrip, T: Toepassen procedure, Ti: Toepassen inzicht). TOETSMATRIJS SVS 2 sterren Onder 'speeltoestellen' wordt ook de speelomgeving, spelaanleidingen e.d. verstaan. Stichting Veilig Spelen. Gebruik van deze gegevens en teksten is met bronvermelding vrijelijk toegestaan. Commercieel gebruik van deze gegevens is niet toegestaan.