(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

Vergelijkbare documenten
Raad van de Europese Unie Brussel, 9 januari 2015 (OR. en)

BIJLAGE. bij. Voorstel voor een verordening van de Raad

Raad van de Europese Unie Brussel, 28 oktober 2016 (OR. en)

-volle zee van de Beringzee. -Unie-wateren van ICES-deelgebieden I, II, III, IV, V, VI, VII, VIII, IX, X en XII

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

14292/18 JVB/srl/sht LIFE.2.A

Visserijquota: Commissie wil visbestanden beter beschermen om stillegging van de visserij in 2004 te voorkomen

Commissie stelt forse vangstbeperkingen voor om een totale visserijstop voor kabeljauw in 2003 te vermijden

Brussel, 4 december 2001

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op de artikelen 3 en 4 van het Reglement zee- en kustvisserij 1977;

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds De Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

VERORDENING (EU) 2017/1398 VAN DE RAAD

BIJLAGEN. bij het. voorstel voor een verordening van de Raad

Publicatieblad van de Europese Unie

BIJLAGE. bij. Voorstel voor een verordening van de Raad

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op de artikelen 3 en 4 van het Reglement zee- en kustvisserij;

Informatiebulletin. Versie oktober Datum 5 oktober 2011 Status Definitief

- LANDBOUW EN VISSERIJ -

PERSMEDEDELING. 2633e zitting van de Raad. Landbouw en Visserij. Brussel, december 2004 P E R S

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 23 augustus 2002 (26.08) (OR. fr) 11551/02 PECHE 119

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Publicatieblad van de Europese Unie. (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Binnenhof 4. Datum Betreft Haaienbrief. Geachte Voorzitter,

Gezonde visbestanden van de Belgische aanvoer

VERORDENING (EU) 2018/2025 VAN DE RAAD

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 2 mei 2003 (OR. en) 8878/03 PECHE 99

Publicatieblad van de Europese Unie

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD. tot wijziging van Verordening (EU) 2015/104, wat bepaalde vangstmogelijkheden betreft

9249/06 CS/lg DG B III

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 25 april 2005 (29.04) (OR. en) 8258/05 PECHE 78

PERS PERSMEDEDELING RAAD VAN DE EUROPESE UNIE C/06/ e zitting van de Raad Landbouw en Visserij Brussel, december 2006

Raad van de Europese Unie Brussel, 18 juni 2015 (OR. en)

Informatiebulletin. Jannuari 2014

- LANDBOUW EN VISSERIJ -

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 23 september 2009 (24.09) (OR. en) 13632/09 PECHE 231

12882/09 sd DG B III

PERSMEDEDELING. Landbouw en Visserij

Publicatieblad van de Europese Unie. (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 13 januari 2011 (OR. en) 17546/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0324 (NLE) PECHE 340

Informatiebulletin. Versie december Datum 29 december 2010 Status Definitief

Informatiebulletin. Zomer Datum september 2012

L 23/54 Publicatieblad van de Europese Unie

61e jaargang 6 december 2018

PERSMEDEDELING. 3137e zitting van de Raad. Landbouw en Visserij. Brussel, december 2011 PERS

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

RESULTATEN VAN DE ZITTING VAN DE RAAD. 3360e zitting van de Raad. Landbouw en Visserij. Brussel, 15 en 16 december 2014 PERS

Publicatieblad van de Europese Unie L 83. Wetgeving. Wetgevingshandelingen. 62e jaargang. Uitgave in de Nederlandse taal. 25 maart 2019.

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Hierbij gaat voor de delegaties document COM(2016) 698 final - Annexes 2 to 8.

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

HANDELINGEN VAN BIJ INTERNATIONALE OVEREENKOMSTEN INGESTELDE ORGANEN

Informatiebulletin. Regelgeving Visserij. Uitgave Zomer Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

PERS PERSMEDEDELING RAAD VAN DE EUROPESE UNIE C/07/ e zitting van de Raad Landbouw en Visserij Brussel, december 2007

Zittingsdocument ADDENDUM. bij het verslag. Commissie visserij. Rapporteur: Alain Cadec A8-0149/2018

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 7 april 2011 (OR. en) 8202/11 Interinstitutioneel dossier: 2010/0392 (NLE) PECHE 84

Raad van de Europese Unie Brussel, 11 februari 2015 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 28 oktober 2014 (OR. en)

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Hierbij gaat voor de delegaties een compromistekst van het voorzitterschap betreffende het in hoofde genoemde voorstel.

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

NL In verscheidenheid verenigd NL A8-0381/320. Amendement. Gabriel Mato namens de PPE-Fractie

Raad van de Europese Unie Brussel, 30 augustus 2016 (OR. en)

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD. tot wijziging van Verordening (EU) 2018/120 wat de vangstmogelijkheden voor Europese zeebaars betreft

Raad van de Europese Unie Brussel, 30 januari 2015 (OR. en)

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Publicatieblad van de Europese Unie L 27. Wetgeving. Niet-wetgevingshandelingen. 61e jaargang. Uitgave in de Nederlandse taal. 31 januari 2018.

Visvangst in de Noordzee,

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN

Publicatieblad van de Europese Unie. (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

Informatiebulletin. Regelgeving Visserij augustus Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

(Wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

3.7 De aanlandplicht in 2018

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van

11973/09 HD/lg DG B III

Raad van de Europese Unie Brussel, 21 oktober 2014 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 13 januari 2015 (OR. en)

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Visserijsterfte bij visbestanden in de Noordzee,

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

(Wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

RECHTSGROND DOELSTELLINGEN RESULTATEN

L 348/20 Publicatieblad van de Europese Unie

Transcriptie:

25.1.2013 Publicatieblad van de Europese Unie L 23/1 II (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN VERORDENING (EU) Nr. 39/2013 VAN DE RAAD van 21 januari 2013 tot vaststelling, voor 2013, van de vangstmogelijkheden voor EU-vaartuigen voor sommige visbestanden en groepen visbestanden waarvoor geen internationale onderhandelingen worden gevoerd of geen internationale overeenkomsten gelden DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE, Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 43, lid 3, Gezien het voorstel van de Europese Commissie, Overwegende hetgeen volgt: (1) Krachtens Verordening (EG) nr. 2371/2002 van de Raad van 20 december 2002 inzake de instandhouding en de duurzame exploitatie van de visbestanden in het kader van het gemeenschappelijk visserijbeleid ( 1 ) moeten, met inachtneming van het beschikbare wetenschappelijke, technische en economische advies en met name van de verslagen van het Wetenschappelijk, Technisch en Economisch Comité voor de visserij (WTECV), en van eventuele adviezen van regionale adviesraden, maatregelen inzake de toegang tot wateren en hulpbronnen en de duurzame uitoefening van visserijactiviteiten worden vastgesteld. (2) De Raad moet maatregelen voor de vaststelling en verdeling van de vangstmogelijkheden vaststellen, inclusief bepaalde voorwaarden die er functioneel verband mee houden. De vangstmogelijkheden moeten zo over de lidstaten worden verdeeld dat elke lidstaat een relatieve stabiliteit van de visserijactiviteiten per bestand of per visserij geniet en dat hierbij de doelstellingen van het gemeenschappelijk visserijbeleid in acht worden genomen die zijn vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 2371/2002. ( 1 ) PB L 358 van 31.12.2002, blz. 59. (3) De totaal toegestane vangsten (total allowable catch - TAC's) moeten worden vastgesteld op basis van de beschikbare wetenschappelijke adviezen, met inachtneming van de biologische en sociaal-economische aspecten, waarbij een gelijke behandeling van de visserijsectoren moet worden gegarandeerd, en in het licht van de standpunten die naar voren zijn gekomen tijdens de raadpleging van de belanghebbenden, met name op de bijeenkomsten van de betrokken regionale adviesraden. (4) Voor bestanden waarvoor specifieke meerjarenplannen gelden, moeten de TAC's overeenkomstig de in die plannen vervatte voorschriften worden vastgesteld. Bijgevolg moeten de TAC's voor de bestanden van zuidelijke heek, langoustine en tong in het westelijke Kanaal, van haring in de wateren ten westen van Schotland en van kabeljauw in het Kattegat, de wateren ten westen van Schotland en de Ierse Zee worden vastgesteld overeenkomstig de voorschriften van Verordening (EG) nr. 2166/2005 van de Raad van 20 december 2005 tot vaststelling van maatregelen voor het herstel van de bestanden van zuidelijke heek en langoustines in de Cantabrische Zee en ten westen van het Iberisch Schiereiland ( 2 ), Verordening (EG) nr. 509/2007 van de Raad van 7 mei 2007 tot vaststelling van een meerjarenplan voor de duurzame exploitatie van het tongbestand in het westelijk Kanaal ( 3 ), Verordening (EG) nr. 1300/2008 van de Raad van 18 december 2008 tot vaststelling van een meerjarenplan voor het haringbestand in het gebied ten westen van Schotland en de visserijen die dat bestand exploiteren ( 4 ) en Verordening (EG) nr. 1342/2008 van de Raad van 18 december 2008 tot vaststelling van een langetermijnplan voor kabeljauwbestanden en de bevissing van deze bestanden ( 5 ) (het "kabeljauwplan"). Met betrekking tot de noordelijke heekbestanden (Verordening (EG) nr. 811/2004 ( 6 )) en tong in de Golf van Biskaje (Verordening (EG) nr. 388/2006 ( 7 )) zijn de minimumdoelstellingen voor het herstel en de beheersplannen evenwel bereikt en dienen derhalve de verstrekte wetenschappelijke adviezen te worden gevolgd om de TAC's op MSYniveau te brengen of te handhaven, al naargelang van het geval. ( 2 ) PB L 345 van 28.12.2005, blz. 5. ( 3 ) PB L 122 van 11.5.2007, blz. 7. ( 4 ) PB L 344 van 20.12.2008, blz. 6. ( 5 ) PB L 348 van 24.12.2008, blz. 20. ( 6 ) Verordening (EG) nr. 811/2004 van de Raad van 21 april 2004 tot vaststelling van herstelmaatregelen voor het noordelijke heekbestand (PB L 150 van 30.4.2004, blz. 1). ( 7 ) Verordening (EG) nr. 388/2006 van de Raad van 23 februari 2006 tot vaststelling van een meerjarenplan voor de duurzame exploitatie van het tongbestand in de Golf van Biskaje (PB L 65 van 7.3.2006, blz. 1).

L 23/2 Publicatieblad van de Europese Unie 25.1.2013 (5) Voor bestanden waarvoor onvoldoende gegevens of geen betrouwbare gegevens voorhanden zijn om ramingen van de omvang te kunnen maken, moeten de beheersmaatregelen en de TAC-niveaus worden vastgesteld volgens de voorzorgsaanpak van het visserijbeheer als omschreven in artikel 3, onder i), van Verordening (EG) nr. 2371/2002, waarbij rekening wordt gehouden met bestandsspecifieke factoren, waaronder met name de beschikbare gegevens over de ontwikkelingen van de bestanden en overwegingen betreffende de gemengde visserij. (6) Overeenkomstig artikel 2 van Verordening (EG) nr. 847/96 van de Raad van 6 mei 1996 tot invoering van aanvullende voorwaarden voor het meerjarenbeheer van de TAC's en quota ( 1 ) moet worden bepaald voor welke bestanden de verschillende, in de verordening bedoelde maatregelen van toepassing zijn. (7) Wanneer voor een bepaald bestand een (TAC) aan één enkele lidstaat wordt toegewezen, is het dienstig deze lidstaat overeenkomstig artikel 2, lid 1, van het Verdrag te machtigen het niveau van deze TAC vast te stellen. Er moeten bepalingen worden vastgesteld om te garanderen dat de betrokken lidstaat bij het vaststellen van dit TACniveau volledig in overeenstemming met de beginselen en voorschriften van het gemeenschappelijk visserijbeleid handelt. ( 1 ) PB L 115 van 9.5.1996, blz. 3. (8) Voor sommige TAC's dienen de lidstaten de mogelijkheid te krijgen om aan vaartuigen die deelnemen aan proeven met betrekking tot volledig gedocumenteerde visserij, extra toewijzingen toe te kennen. Met die proeven wordt beoogd een vangstquotaregeling te testen, d.w.z. een regeling waarbij alle vangsten moeten worden aangeland en op de quota afgeboekt, teneinde teruggooi en de daarmee gepaarde gaande verspilling van anders bruikbare visbestanden te vermijden. Ongecontroleerde teruggooi van vis is een bedreiging voor de langetermijnduurzaamheid van vis als collectief goed en dus voor de doelstellingen van het gemeenschappelijk visserijbeleid. Inherent aan vangstquotaregelingen is dat zij vissers een stimulans bieden om de vangstselectiviteit van hun activiteiten te optimaliseren. Om tot een rationeel beheer van de teruggooi te komen, moet een volledig gedocumenteerde visserij betrekking hebben op elke activiteit op zee in plaats van op de aanlandingen in de haven. Daarom moeten de voorwaarden waaronder de lidstaten dergelijke extra toewijzingen verlenen, de verplichting inhouden te garanderen dat gebruik wordt gemaakt van aan een sensorsysteem gekoppelde camera's in een gesloten televisiecircuit (CCTV's) (gezamenlijk "CCTV-systeem" genoemd). Hiermee moeten alle behouden en teruggegooide delen van de vangsten in detail kunnen worden geregistreerd. Een regeling met menselijke waarnemers die in real time aan boord actief zijn, zou minder efficiënt, duurder en minder betrouwbaar zijn. Bijgevolg is het gebruik van CCTVsystemen vooralsnog een eerste vereiste voor het halen van de doelstellingen van de regelingen tot verlaging van de teruggooi, waaronder bijvoorbeeld de volledig gedocumenteerde visserij. Bij het gebruik van dit systeem dient te worden voldaan aan de eisen van Richtlijn 95/46/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 1995 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens ( 2 ). (9) Om te garanderen dat het potentieel van vangstquotaregelingen om de absolute visserijsterfte van de betrokken bestanden te beheersen, daadwerkelijk kan worden geëvalueerd aan de hand van proeven met betrekking tot volledig gedocumenteerde visserij, dienen alle in het kader van deze proeven gevangen vissen, inclusief die welke kleiner zijn dan de minimale aanlandingsmaat, in mindering te worden gebracht op de totale toewijzing voor het deelnemende vaartuig en dienen visserijactiviteiten te worden stopgezet wanneer deze totale toewijzing volledig is opgebruikt door dat vaartuig. Voorts is het passend overdrachten van toewijzingen tussen vaartuigen die deelnemen aan de proeven met betrekking tot volledig gedocumenteerde visserij en niet-deelnemende vaartuigen toe te staan mits kan worden aangetoond dat teruggooi door niet-deelnemende vaartuigen niet toeneemt. (10) De maxima voor de visserijinspanning voor 2013 moeten worden vastgesteld overeenkomstig artikel 8 van Verordening (EG) nr. 2166/2005, artikel 5 van Verordening (EG) nr. 509/2007 en de artikelen 11 en 12 van Verordening (EG) nr. 1342/2008, rekening houdend met Verordening (EG) nr. 754/2009 van de Raad van 27 juli 2009 tot uitsluiting van bepaalde groepen vaartuigen van de visserijinspanningsregeling die is vastgesteld in hoofdstuk III van Verordening (EG) nr. 1342/2008 ( 3 ). (11) Voor sommige soorten, zoals bepaalde haaisoorten, kan zelfs een beperkte vorm van visserijactiviteit een ernstig risico inhouden voor de instandhouding van de soort. Voor dergelijke soorten moet derhalve een volledige beperking van de vangstmogelijkheden worden opgelegd middels een totaalverbod op de visserij op deze soorten. (12) Aangezien de vier TAC-gebieden voor het noordelijke heekbestand overeenkomen met hetzelfde biologische bestand, is het voor een volledige benutting van de vangstmogelijkheden passend toe te staan dat er een flexibele regeling wordt toegepast voor de bij die visserij betrokken lidstaten tussen de TAC voor IIIa, EU-wateren van deelsectoren 22-32 en de TAC voor EU-wateren van IIa en IV. (13) De vangstmogelijkheden moeten in volledige overeenstemming met het toepasselijke recht van de Unie worden gebruikt. (14) De bij deze verordening voor EU-vaartuigen vastgestelde vangstmogelijkheden moeten worden gebruikt overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1224/2009 van de Raad van 20 november 2009 tot vaststelling van een communautaire controleregeling die de naleving van de regels van het gemeenschappelijk visserijbeleid moet garanderen ( 4 ), en met name de artikelen 33 en 34 van die verordening betreffende de registratie van de vangsten en de visserijinspanning, respectievelijk de melding van gegevens over de uitputting van de vangstmogelijkheden. Derhalve dient te worden gepreciseerd welke codes de lidstaten moeten gebruiken wanneer zij gegevens met betrekking tot de aanlandingen van onder deze verordening vallende bestanden aan de Commissie doen toekomen. ( 2 ) PB L 281 van 23.11.1995, blz. 31. ( 3 ) PB L 214 van 19.8.2009, blz. 16. ( 4 ) PB L 343 van 22.12.2009, blz. 1.

25.1.2013 Publicatieblad van de Europese Unie L 23/3 (15) Om eenvormige voorwaarden te waarborgen voor de uitvoering betreffende het verlenen aan een afzonderlijke lidstaat van de toestemming om te genieten van het systeem van beheer van de hem toegewezen visserijinspanning aan de hand van een kilowattdagensysteem, moeten aan de Commissie uitvoeringsbevoegdheden worden toegekend. bevoegdheden moeten worden uitgeoefend in overeenstemming met Verordening (EU) nr. 182/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 16 februari 2011 tot vaststelling van de algemene voorschriften en beginselen die van toepassing zijn op de wijze waarop de lidstaten de uitoefening van de uitvoeringsbevoegdheden door de Commissie controleren ( 1 ). (16) Om eenvormige voorwaarden voor de uitvoering van deze verordening te waarborgen, moeten aan de Commissie uitvoeringsbevoegdheden worden toegekend met betrekking tot de toekenning van extra zeedagen voor de definitieve beëindiging van visserijactiviteiten en voor de versterkte aanwezigheid van wetenschappelijke waarnemers, alsmede met betrekking tot de spreadsheetformaten voor het verzamelen en doorsturen van informatie betreffende de overdracht van zeedagen tussen vissersvaartuigen die de vlag van dezelfde lidstaat voeren. Die (17) Met het oog op de continuïteit van de visserijactiviteiten en om het inkomen van de vissers in de Unie veilig te stellen, dient deze verordening met ingang van 1 januari 2013 van toepassing te worden, met uitzondering van de bepalingen betreffende de beperkingen van de visserijinspanning, die van toepassing moeten worden met ingang van 1 februari 2013. Gezien de urgentie dient deze verordening onmiddellijk na de bekendmaking ervan in werking te treden, HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD: TITEL I ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1 Onderwerp 1. Bij deze verordening worden de vangstmogelijkheden vastgesteld voor EU-vaartuigen voor sommige visbestanden en groepen visbestanden waarvoor geen internationale onderhandelingen worden gevoerd of geen internationale overeenkomsten gelden. 2. De in lid 1 bedoelde vangstmogelijkheden omvatten: a) de vangstbeperkingen voor 2013; aan de in bijlage II bij het Verdrag genoemde landen en gebieden overzee; c) "totaal toegestane vangst (TAC)": de hoeveelheid die elk jaar van elk visbestand mag worden gevangen en aangeland; d) "quotum": een vast aandeel van de aan de Unie of een lidstaat toegewezen TAC; e) "internationale wateren": wateren die niet onder de soevereiniteit of jurisdictie van enige staat vallen; b) de beperkingen van de visserijinspanning voor de periode van 1 februari 2013 tot en met 31 januari 2014. f) "maaswijdte": de maaswijdte van visnetten als vastgesteld overeenkomstig Verordening (EG) nr. 517/2008 ( 2 ); Artikel 2 Toepassingsgebied Deze verordening is van toepassing op EU-vaartuigen. Artikel 3 Definities Voor de toepassing van deze verordening gelden de volgende definities: a) "EU-vaartuig": een vissersvaartuig dat de vlag van een lidstaat voert en in de Unie is geregistreerd; b) "EU-wateren": wateren onder de soevereiniteit of jurisdictie van de lidstaten, met uitzondering van wateren die grenzen g) "EU-vissersvlootregister": het register dat door de Commissie is opgesteld overeenkomstig artikel 15, lid 3, van Verordening (EG) nr. 2371/2002; h) "visserijlogboek": het logboek als bedoeld in artikel 14 van Verordening (EG) nr. 1224/2009; i) "analytische evaluaties": een kwantitatieve evaluatie van trends in een bepaald bestand, op basis van gegevens over de biologie en de exploitatie van het bestand waarvan wetenschappelijk onderzoek heeft aangegeven dat zij van toereikende kwaliteit zijn om wetenschappelijke adviezen over opties voor toekomstige vangsten te verstrekken. ( 1 ) PB L 55 van 28.2.2011, blz. 13. ( 2 ) Verordening (EG) nr. 517/2008 van de Commissie van 10 juni 2008 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 850/98 wat betreft de bepaling van de maaswijdte en de meting van de twijndikte van visnetten (PB L 151 van 11.6.2008, blz. 5).

L 23/4 Publicatieblad van de Europese Unie 25.1.2013 Artikel 4 Visserijzones Voor de toepassing van deze verordening geldt de volgende afbakening van visserijzones: a) voor de ICES-zones (International Council for the Exploration of the Sea - Internationale Raad voor het onderzoek van de zee) de in bijlage III bij Verordening (EG) nr. 218/2009 gespecificeerde geografische gebieden ( 1 ); b) voor het Skagerrak: het geografische gebied dat in het westen wordt begrensd door een lijn van de vuurtoren van Hanstholm naar die van Lindesnes, en in het zuiden door een lijn van de vuurtoren van Skagen naar die van Tistlarna en vandaar naar het dichtstbij gelegen punt op de Zweedse kust; c) voor het Kattegat: het geografische gebied dat in het noorden wordt begrensd door een lijn van de vuurtoren van Skagen naar die van Tistlarna en vandaar naar het dichtstbij gelegen punt op de Zweedse kust, en in het zuiden door een lijn van Kaap Hasenøre naar Kaap Gniben, van Korshage naar Spodsbjerg en van Kaap Gilbjerg naar Kullen; d) voor functionele eenheid 16 van ICES-deelgebied VII: het geografische gebied dat wordt begrensd door loxodromen die achtereenvolgens de punten met de volgende geografische coördinaten met elkaar verbinden: 53 30 NB 15 00 WL, 53 30 NB 11 00 WL, 51 30 NB 11 00 WL, 51 30 NB 13 00 WL, 51 00 NB 13 00 WL, 51 00 NB 15 00 WL, 53 30 NB 15 00 WL; e) voor de Golf van Cadiz: het geografische gebied van ICESsector IXa ten oosten van 7 23 48 WL; f) voor de CECAF-zones (Committee for Eastern Central Atlantic Fisheries - Visserijcommissie voor het centraaloostelijke deel van de Atlantische Oceaan): de in bijlage II bij Verordening (EG) nr. 216/2009 gespecificeerde geografische gebieden ( 2 ). TITEL II VANGSTMOGELIJKHEDEN Artikel 5 TAC's en toewijzingen De TAC's voor EU-vaartuigen in EU-wateren en bepaalde niet- EU-wateren en de toewijzing van deze TAC's aan de lidstaten, alsmede de voorwaarden die er functioneel verband mee houden, worden vastgesteld in bijlage I. b) zijn zodanig gekozen dat: i) indien er analytische evaluaties beschikbaar zijn, de exploitatie van het bestand met een zo groot mogelijke waarschijnlijkheid vanaf 2015 met de maximale duurzame opbrengst overeenstemt; Artikel 6 Door de lidstaten vast te stellen TAC's 1. Voor bepaalde visbestanden worden de TAC's door de betrokken lidstaat vastgesteld. Deze bestanden worden opgesomd in bijlage I. ii) indien er geen of onvolledige analytische evaluaties beschikbaar zijn, de exploitatie van het bestand voldoet aan de voorzorgsaanpak van het visserijbeheer. 3. Elke betrokken lidstaat verstrekt de Commissie uiterlijk op 15 maart 2013 de volgende gegevens: 2. De door een lidstaat vast te stellen TAC's: a) zijn consistent met de beginselen en voorschriften van het gemeenschappelijk visserijbeleid, en met name met het beginsel van duurzame exploitatie van de bestanden; en ( 1 ) Verordening (EG) nr. 218/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2009 inzake de verstrekking van statistieken van de nominale vangsten van lidstaten die in het noordoostelijke gedeelte van de Atlantische Oceaan vissen (PB L 87 van 31.3.2009, blz. 70). a) de vastgestelde TAC's; b) de door de lidstaat verzamelde en beoordeelde gegevens waarop de vastgestelde TAC's zijn gebaseerd; c) nadere gegevens over hoe de vastgestelde TAC's aan lid 2 voldoen. ( 2 ) Verordening (EG) nr. 216/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2009 inzake de verstrekking van statistieken van de nominale vangsten van lidstaten in bepaalde gebieden buiten de Noord-Atlantische Oceaan (PB L 87 van 31.3.2009, blz. 1).

25.1.2013 Publicatieblad van de Europese Unie L 23/5 Artikel 7 Extra toewijzingen voor vaartuigen die deelnemen aan proeven met betrekking tot volledig gedocumenteerde visserij 1. Voor bepaalde bestanden kan een lidstaat aan vaartuigen die zijn vlag voeren en die deelnemen aan proeven met betrekking tot volledig gedocumenteerde visserij, een extra toewijzing toekennen. Deze bestanden worden opgesomd in bijlage I. 2. De in lid 1 bedoelde extra toewijzing mag niet meer bedragen dan de algemene limiet die in bijlage I is bepaald als een percentage van het aan die lidstaat toegewezen quotum. 3. De aan een vaartuig toegekende extra toewijzing als bedoeld in lid 1 voldoet aan de volgende voorwaarden: a) het vaartuig maakt gebruik van aan een sensorsysteem gekoppelde camera's in een gesloten televisiecircuit (CCTV's) (gezamenlijk "het CCTV-systeem" genoemd) waarmee alle visserij- en verwerkingsactiviteiten die aan boord van de vaartuigen plaatsvinden, worden geregistreerd; b) de extra toewijzing die wordt toegekend aan een individueel vaartuig dat deelneemt aan proeven met betrekking tot volledig gedocumenteerde visserij, bedraagt niet meer dan: i) 75 % van de teruggooi van het bestand zoals die door de betrokken lidstaat is geraamd voor het vaartuigtype waartoe het betrokken vaartuig behoort; ii) 30 % van de individuele toewijzing van het vaartuig vóór de deelname aan de proeven; 4. Onverminderd lid 3, onder b), punt i), kan een lidstaat bij wijze van uitzondering aan een vaartuig dat zijn vlag voert, een extra toewijzing toekennen van meer dan 75 % van de voor het vaartuigtype waartoe het betrokken vaartuig behoort, geraamde teruggooi toekennen op voorwaarde dat: a) het voor het betrokken vaartuigtype geraamde teruggooipercentage voor het betrokken bestand minder bedraagt dan 10 %; b) de opneming van dat vaartuigtype van belang is voor het evalueren van het potentieel van het CCTV-systeem voor controledoeleinden; c) een algemeen maximum van 75 % van de geraamde teruggooi door alle vaartuigen die aan de proeven deelnemen, niet wordt overschreden. 5. Voor zover het bij de overeenkomstig lid 3, onder a), verkregen geregistreerde gegevens gaat om te verwerken persoonsgegevens in de zin van Richtlijn 95/46/EG, is deze richtlijn van toepassing op de verwerking van die gegevens. 6. Wanneer een lidstaat vaststelt dat een vaartuig dat deelneemt aan proeven met betrekking tot volledig gedocumenteerde visserij, niet voldoet aan de voorwaarden van lid 3, trekt die lidstaat de extra toewijzing voor dat vaartuig onmiddellijk in en sluit hij dat vaartuig voor de rest van het jaar 2013 uit van deelname aan de proeven. 7. Voordat een lidstaat de in de leden 1 tot en met 6 bedoelde extra toewijzing toekent, deelt hij de Commissie de volgende gegevens mee: c) alle vangsten van het vaartuig uit het bestand waarvoor de extra toewijzing is toegekend, inclusief vissen die kleiner zijn dan de minimale aanlandingsmaat zoals vastgesteld in bijlage XII bij Verordening (EG) nr. 850/98, worden in mindering gebracht op de individuele toewijzing voor het vaartuig, die resulteert uit de krachtens dit artikel toegekende aanvullende toewijzingen; d) wanneer een vaartuig de individuele toewijzing voor een bestand waarvoor een extra toewijzing is toegekend volledig heeft opgebruikt, dienen alle visserijactiviteiten van dat vaartuig in het betrokken TAC-gebied te worden stopgezet; a) de lijst van de vaartuigen die zijn vlag voeren en deelnemen aan proeven met betrekking tot volledig gedocumenteerde visserij; b) de specificaties van de elektronische systemen voor toezicht op afstand die aan boord van die vaartuigen zijn geïnstalleerd; c) de capaciteit, het type en de specificaties van het vistuig dat door die vaartuigen wordt gebruikt; e) voor de bestanden waarvoor dit artikel kan worden toegepast, kunnen de lidstaten overdrachten van de individuele toewijzing of een deel daarvan van vaartuigen die niet deelnemen aan proeven met betrekking tot volledig gedocumenteerde visserij naar deelnemende vaartuigen toestaan mits kan worden aangetoond dat de teruggooi door de niet-deelnemende vaartuigen niet toeneemt. d) de geraamde teruggooi voor elk vaartuigtype dat aan de proeven deelneemt; e) de hoeveelheden die in 2012 door aan de proeven deelnemende vaartuigen zijn gevangen uit het bestand waarvoor de betrokken TAC geldt.

L 23/6 Publicatieblad van de Europese Unie 25.1.2013 8. De Commissie kan iedere lidstaat die een beroep doet op dit artikel, verzoeken zijn beoordeling van de teruggooi per vaartuigtype ter evaluatie aan een wetenschappelijk adviesorgaan voor te leggen, teneinde toe te zien op de tenuitvoerlegging van de voorwaarden van lid 3, onder b), punt i). Bij ontstentenis van een beoordeling die deze teruggooi bevestigt, neemt de betrokken lidstaat passende maatregelen om aan die voorwaarde te voldoen en stelt hij de Commissie hiervan in kennis. Artikel 8 Voorwaarden voor het aanlanden van vangsten en bijvangsten Vis van bestanden waarvoor TAC's zijn vastgesteld, mag slechts aan boord worden gehouden of aangeland mits: a) die vis is gevangen met vaartuigen die de vlag voeren van een lidstaat die over een quotum beschikt, en dat quotum nog niet is opgebruikt; of b) de vangsten deel uitmaken van een EU-quotum dat niet in de vorm van quota aan de lidstaten is toegewezen, en dat EUquotum nog niet is opgebruikt. Artikel 9 Beperkingen van de visserijinspanning Van 1 februari 2013 tot en met 31 januari 2014 zijn de visserijinspanningsmaatregelen die zijn vastgesteld in: a) bijlage IIA, van toepassing op het beheer van kabeljauwbestanden in het Kattegat, de ICES-sectoren VIIa en VIa en de EU-wateren van ICES-sector Vb; b) nieuwe toewijzingen op grond van artikel 37 van Verordening (EG) nr. 1224/2009 of op grond van artikel 10, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1006/2008 ( 1 ); c) het aanlanden van extra hoeveelheden op grond van artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96; d) het inhouden van hoeveelheden op grond van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96; e) kortingen en verlagingen op grond van de artikelen 37, 105, 106 en 107 van Verordening (EG) nr. 1224/2009. 2. Tenzij anders vermeld in bijlage I bij deze verordening is artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 van toepassing op bestanden waarvoor voorzorgs-tac's zijn vastgesteld, en zijn artikel 3, leden 2 en 3, en artikel 4 van die verordening van toepassing op bestanden waarvoor analytische TAC's zijn vastgesteld. Artikel 11 Gesloten visseizoen 1. Van 1 tot en met 31 mei 2013 is het verboden om de volgende soorten op de Porcupine Bank te vangen of aan boord te houden: kabeljauw, scharretongen, zeeduivels, schelvis, wijting, heek, langoustine, schol, pollak, koolvis, roggen, tong en doornhaai. 2. Voor de toepassing van dit artikel omvat de Porcupine Bank het geografische gebied dat wordt begrensd door loxodromen die achtereenvolgens de punten met de volgende geografische coördinaten met elkaar verbinden: Punt Breedtegraad Lengtegraad 1 52 27 NB 12 19 WL 2 52 40 NB 12 30 WL 3 52 47 NB 12 39,600 WL 4 52 47 NB 12 56 WL b) bijlage IIB, van toepassing op het herstel van heek en langoustine in de ICES-sectoren VIIIc en IXa, met uitzondering van de Golf van Cadiz; c) bijlage IIC, van toepassing op het beheer van het tongbestand in ICES-sector VIIe. Artikel 10 Bijzondere bepalingen inzake de toewijzing van vangstmogelijkheden 1. De vangstmogelijkheden worden overeenkomstig deze verordening aan de lidstaten toegewezen onverminderd: a) het ruilen van vangstmogelijkheden op grond van artikel 20, lid 5, van Verordening (EG) nr. 2371/2002; 5 52 13,5 NB 13 53,830 WL 6 51 22 NB 14 24 WL 7 51 22 NB 14 03 WL 8 52 10 NB 13 25 WL 9 52 32 NB 13 07,500 WL 10 52 43 NB 12 55 WL 11 52 43 NB 12 43 WL 12 52 38,800 NB 12 37 WL 13 52 27 NB 12 23 WL 14 52 27 NB 12 19 WL ( 1 ) Verordening (EG) nr. 1006/2008 van de Raad van 29 september 2008 betreffende machtigingen voor visserijactiviteiten van communautaire vissersvaartuigen buiten de communautaire wateren en de toegang van vaartuigen van derde landen tot de communautaire wateren (PB L 286 van 29.10.2008, blz. 33).

25.1.2013 Publicatieblad van de Europese Unie L 23/7 3. In afwijking van lid 1 is het vaartuigen toegestaan door de Porcupine Bank te varen met de in datzelfde lid genoemde soorten aan boord overeenkomstig artikel 50, leden 3, 4 en 5, van Verordening (EG) nr. 1224/2009. Artikel 12 Verbodsbepalingen 1. Het is EU-vaartuigen verboden de onderstaande soorten te vangen, aan boord te houden, over te laden en aan te landen: a) reuzenhaai (Cetorinhus maximus) en witte haai (Carcharodon carcharias) in alle wateren; e) golfrog (Raja undulata) en witte rog (Raja alba) in de EUwateren van de ICES-deelgebieden VI, VII, VIII, IX en X; f) gitaarroggen (Rhinobatidae) in de EU-wateren van ICES-deelgebieden I, II, III, IV, V, VI, VII, VIII, IX, X en XII; g) reuzenmanta (Manta birostris) in alle wateren. 2. Bij incidentele vangsten van de in lid 1 bedoelde soorten worden de vissen ongedeerd gelaten. Zij worden onmiddellijk teruggezet. b) haringhaai (Lamna nasus) in alle wateren, tenzij in bijlage I, deel B, anders is bepaald; c) zee-engel (Squatina squatina) in de EU-wateren; d) vleet (Dipturus batis) in de EU-wateren van de ICES-sector IIa en ICES-deelgebieden III, IV, VI, VII, VIII, IX en X; Artikel 13 Gegevensverstrekking Wanneer de lidstaten overeenkomstig de artikelen 33 en 34 van Verordening (EG) nr. 1224/2009 gegevens met betrekking tot de aanlanding van hoeveelheden gevangen vis aan de Commissie doen toekomen, gebruiken zij daarvoor de in bijlage I bij deze verordening vermelde bestandscodes. TITEL III SLOTBEPALINGEN Artikel 14 Comitéprocedure 1. De Commissie wordt bijgestaan door het bij Verordening (EG) nr. 2371/2002 ingestelde Comité voor de visserij en de aquacultuur. Dat comité is een comité in de zin van Verordening (EU) nr. 182/2011. Artikel 15 Inwerkingtreding en toepassing Deze verordening treedt in werking op de dag na de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie. Zij is van toepassing met ingang van 1 januari 2013. 2. Wanneer naar dit lid wordt verwezen, is artikel 5 van Verordening (EU) nr. 182/2011 van toepassing. Artikel 9 is evenwel van toepassing met ingang van 1 februari 2013. Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat. Gedaan te Brussel, 21 januari 2013. Voor de Raad De voorzitter E. GILMORE

L 23/8 Publicatieblad van de Europese Unie 25.1.2013 LIJST VAN BIJLAGEN BIJLAGE I: TAC's voor EU-vaartuigen in gebieden waar TAC's gelden, per soort en per gebied: Deel A: Algemene bepalingen Deel B: Kattegat, ICES-deelgebieden I, II, III, IV, V, VI, VII, VIII, IX, X, XII en XIV, EU-wateren van CECAF en wateren van Frans-Guyana BIJLAGE IIA: Visserijinspanning voor vaartuigen in het kader van het beheer van de kabeljauwbestanden in het Kattegat, de ICES-sectoren VIa en VIIa en de EU-wateren van ICES-sector Vb BIJLAGE IIB: Visserijinspanning voor vaartuigen in het kader van het herstel van bepaalde zuidelijke heekbestanden en langoustinebestanden in de ICES-sectoren VIIIc en IXa, met uitzondering van de Golf van Cadiz BIJLAGE IIC: Visserijinspanning voor vaartuigen in het kader van het beheer van de tongbestanden in het westelijke Kanaal in ICES-sector VIIe

25.1.2013 Publicatieblad van de Europese Unie L 23/9 BIJLAGE I TAC's VOOR EU-VAARTUIGEN IN GEBIEDEN WAAR TAC's GELDEN PER SOORT EN PER GEBIED DEEL A Agemene bepalingen De tabellen in deel B van deze bijlage bevatten de TAC's en quota (in ton levend gewicht, tenzij anders vermeld) per bestand en, in voorkomend geval, de voorwaarden die er functioneel verband mee houden. Alle in deze bijlage vastgestelde vangstmogelijkheden vallen onder het bepaalde in Verordening (EG) nr. 1224/2009, met name de artikelen 33 en 34 van die verordening. Tenzij anders bepaald zijn de verwijzingen naar visserijzones verwijzingen naar ICES-zones. Per gebied staan de visbestanden vermeld in alfabetische volgorde op de Latijnse naam van de vissoort. Met het oog op de toepassing van deze verordening staat in de volgende tabel naast de Latijnse naam de gewone naam vermeld: Wetenschappelijke naam Drielettercode Gewone naam Amblyraja radiata RJR Sterrog Ammodytes spp. SAN Zandspieringen Argentina silus ARU Grote zilvervis Beryx spp. ALF Beryx spp. Brosme brosme USK Lom Caproidae BOR Evervissen Centrophorus squamosus GUQ Schubzwelghaai Centroscymnus coelolepis CYO Portugese ijshaai Chaceon spp. GER Rode diepzeekrabben Champsocephalus gunnari ANI IJsvis Chionoecetes spp. PCR Pacifische sneeuwkrabben Clupea harengus HER Haring Coryphaenoides rupestris RNG Grenadiervis Dalatias licha SCK Zwarte haai Deania calcea DCA Spitssnuitsnavelhaai Dipturus batis RJB Vleet Dissostichus eleginoides TOP Zwarte Patagonische ijsheek Dissostichus mawsoni TOA Antarctische ijsheek Engraulis encrasicolus ANE Ansjovis Etmopterus princeps ETR Grote lantaarnhaai Etmopterus pusillus ETP Gladde lantaarnhaai Euphausia superba KRI Antarctisch krill Gadus morhua COD Kabeljauw Galeorhinus galeus GAG Ruwe haai

L 23/10 Publicatieblad van de Europese Unie 25.1.2013 Wetenschappelijke naam Drielettercode Gewone naam Glyptocephalus cynoglossus WIT Witje Hippoglossoides platessoides PLA Lange schar Hippoglossus hippoglossus HAL Heilbot Hoplostethus atlanticus ORY Atlantische slijmkop Illex illecebrosus SQI Kortvinpijlinktvis Lamna nasus POR Haringhaai Lepidonotothen squamifrons NOS Grijze zuidpoolkabeljauw Lepidorhombus spp. LEZ Scharretongen Leucoraja naevus RJN Grootoogrog Limanda ferruginea YEL Geelstaartschar Limanda limanda DAB Schar Lophiidae ANF Zeeduivels Macrourus spp. GRV Grenadiervissen Makaira nigricans BUM Blauwe marlijn Mallotus villosus CAP Lodde Manta birostris RMB Reuzenmanta Martialia hyadesi SQS Inktvis Melanogrammus aeglefinus HAD Schelvis Merlangius merlangus WHG Wijting Merluccius merluccius HKE Heek Micromesistius poutassou WHB Blauwe wijting Microstomus kitt LEM Tongschar Molva dypterygia BLI Blauwe leng Molva molva LIN Leng Nephrops norvegicus NEP Langoustine Pandalus borealis PRA Noorse garnaal Paralomis spp. PAI Krabben Penaeus spp. PEN Peneïde garnalen Platichthys flesus FLE Bot Pleuronectes platessa PLE Schol Pleuronectiformes FLX Platvissen

25.1.2013 Publicatieblad van de Europese Unie L 23/11 Wetenschappelijke naam Drielettercode Gewone naam Pollachius pollachius POL Witte koolvis Pollachius virens POK Koolvis Psetta maxima TUR Tarbot Raja alba RJA Witte rog Raja brachyura RJH Blonde rog Raja circularis RJI Zandrog Raja clavata RJC Stekelrog Raja fullonica RJF Kaardrog Raja (Dipturus) nidarosiensis JAD Noorse rog Raja microocellata RJE Kleinoogrog Raja montagui RJM Gevlekte rog Raja undulata RJU Golfrog Rajiformes SRX Roggen Reinhardtius hippoglossoides GHL Groenlandse heilbot/zwarte heilbot Scomber scombrus MAC Makreel Scophthalmus rhombus BLL Griet Sebastes spp. RED Roodbaarzen Solea solea SOL Tong Solea spp. SOO Tongen Sprattus sprattus SPR Sprot Squalus acanthias DGS Doornhaai Tetrapturus albidus WHM Witte marlijn Thunnus maccoyii SBF Zuidelijke blauwvintonijn Thunnus obesus BET Grootoogtonijn Thunnus thynnus BFT Blauwvintonijn Trachurus murphyi CJM Chileense horsmakreel Trachurus spp. JAX Horsmakrelen Trisopterus esmarkii NOP Kever Urophycis tenuis HKW Witte heek Xiphias gladius SWO Zwaardvis

L 23/12 Publicatieblad van de Europese Unie 25.1.2013 De onderstaande concordantietabel van gebruikelijke Nederlandse namen en Latijnse namen wordt uitsluitend ter verduidelijking gegeven: Ansjovis ANE Engraulis encrasicolus Antarctische ijsheek TOA Dissostichus mawsoni Antarctisch krill KRI Euphausia superba Atlantische slijmkop ORY Hoplostethus atlanticus Beryx ssp. ALF Beryx spp. Blauwe leng BLI Molva dypterygia Blauwe marlijn BUM Makaira nigricans Blauwe wijting WHB Micromesistius poutassou Blauwvintonijn BFT Thunnus thynnus Blonde rog RJH Raja brachyura Bot FLE Platichthys flesus Chileense horsmakreel CJM Trachurus murphyi Doornhaai DGS Squalus acanthias Evervissen BOR Caproidae Geelstaartschar YEL Limanda ferruginea Gevlekte rog RJM Raja montagui Gladde lantaarnhaai ETP Etmopterus pusillus Golfrog RJU Raja undulata Grenadiervis RNG Coryphaenoides rupestris Grenadiervissen GRV Macrourus spp. Griet BLL Scophthalmus rhombus Grijze zuidpoolkabeljauw NOS Lepidonotothen squamifrons Groenlandse heilbot/zwarte heilbot GHL Reinhardtius hippoglossoides Grootoogrog RJN Leucoraja naevus Grootoogtonijn BET Thunnus obesus Grote lantaarnhaai ETR Etmopterus princeps Grote zilvervis ARU Argentina silus Haring HER Clupea harengus Haringhaai POR Lamna nasus Heek HKE Merluccius merluccius Heilbot HAL Hippoglossus hippoglossus Horsmakrelen JAX Trachurus spp. IJsvis ANI Champsocephalus gunnari Inktvis SQS Martialia hyadesi

25.1.2013 Publicatieblad van de Europese Unie L 23/13 Kaardrog RJF Raja fullonica Kabeljauw COD Gadus morhua Kever NOP Trisopterus esmarkii Kleinoogrog RJE Raja microocellata Koolvis POK Pollachius virens Kortvinpijlinktvis SQI Illex illecebrosus Krabben PAI Paralomis spp. Lange schaar PLA Hippoglossoides platessoides Langoustine NEP Nephrops norvegicus Leng LIN Molva molva Lodde CAP Mallotus villosus Lom USK Brosme brosme Makreel MAC Scomber scombrus Noorse garnaal PRA Pandalus borealis Noorse rog JAD Raja (Dipturus) nidarosiensis Pacifische sneeuwkrabben PCR Chionoecetes spp. Peneïde garnalen PEN Penaeus spp. Platvissen FLX Pleuronectiformes Portugese ijshaai CYO Centroscymnus coelolepis Reuzenmanta RMB Manta birostris Rode diepzeekrabben GER Chaceon spp. Roggen SRX Rajiformes Roodbaarzen RED Sebastes spp. Ruwe haai GAG Galeorhinus galeus Schar DAB Limanda limanda Scharretongen LEZ Lepidorhombus spp. Schelvis HAD Melanogrammus aeglefinus Schol PLE Pleuronectes platessa Schubzwelghaai GUQ Centrophorus squamosus Spitssnuitsnavelhaai DCA Deania calcea Sprot SPR Sprattus sprattus Stekelrog RJC Raja clavata Sterrog RJR Amblyraja radiata

L 23/14 Publicatieblad van de Europese Unie 25.1.2013 Tarbot TUR Psetta maxima Tong SOL Solea solea Tongen SOO Solea spp. Tongschar LEM Microstomus kitt Vleet RJB Dipturus batis Wijting WHG Merlangius merlangus Witje WIT Glyptocephalus cynoglossus Witte heek HKW Urophycis tenuis Witte koolvis POL Pollachius pollachius Witte marlijn WHM Tetrapturus albidus Witte rog RJA Raja alba Zandrog RJI Raja circularis Zandspieringen SAN Ammodytes spp. Zeeduivels ANF Lophiidae Zuidelijke blauwvintonijn SBF Thunnus maccoyii Zwaardvis SWO Xiphias gladius Zwarte haai SCK Dalatias licha Zwarte Patagonische ijsheek TOP Dissostichus eleginoides

25.1.2013 Publicatieblad van de Europese Unie L 23/15 DEEL B Kattegat, ices-deelgebieden I, II, III, IV, V, VI, VII, VIII, IX, X, XII en XIV, EU-wateren van CECAF en wateren van Frans Guyana Grote zilvervis Argentina silus EU-wateren en internationale wateren van I en II (ARU/1/2.) Duitsland 24 Frankrijk 8 Nederland 19 Verenigd Koninkrijk 39 Unie 90 TAC 90 Grote zilvervis Argentina silus EU-wateren van III en IV (ARU/34-C) Denemarken 911 Duitsland 9 Frankrijk 7 Ierland 7 Nederland 43 Zweden 35 Verenigd Koninkrijk 16 Unie 1 028 TAC 1 028 Grote zilvervis Argentina silus EU-wateren en internationale wateren van V, VI en VII (ARU/567.) Duitsland 329 Frankrijk 7 Ierland 305 Nederland 3 434 Verenigd Koninkrijk 241 Unie 4 316 TAC 4 316 Lom Brosme brosme IIIa; EU-wateren van de deelsectoren 22-32 (USK/3A/BCD) Denemarken 15 Zweden 7 Duitsland 7 Unie 29 TAC 29

L 23/16 Publicatieblad van de Europese Unie 25.1.2013 Evervissen Caproidae EU-wateren en internationale wateren van VI, VII en VIII (BOR/678-) Denemarken 20 123 Ierland 56 666 Verenigd Koninkrijk 5 211 Unie 82 000 TAC 82 000 Haring Clupea harengus VIaS ( 1 ), VIIb, VIIc (HER/6AS7BC) Ierland 1 364 Nederland 136 Unie 1 500 TAC 1 500 Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. ( 1 ) Bedoeld is het haringbestand in VIa ten zuiden van 56 00 NB en ten westen van 07 00 WL. Haring Clupea harengus VI Clyde ( 1 ) (HER/06ACL.) Verenigd Koninkrijk Nog vast te stellen ( 2 ) Unie Nog vast te stellen ( 3 ) TAC Nog vast te stellen ( 3 ) ( 1 ) Clyde-bestand: haringbestand in het zeegebied ten noordoosten van een lijn tussen: Mull of Kintyre en Corsewall Point. Mull of Kintyre (55 19 NB, 05 48 WL); een punt op positie (55 04 NB, 05 23 WL); en Corsewall Point (55 01 NB, 05 10 WL). ( 2 ) Artikel 6 van deze verordening is van toepassing. ( 3 ) Wordt vastgesteld op dezelfde hoeveelheid als die welke overeenkomstig voetnoot 2 is bepaald. Haring Clupea harengus VIIa ( 1 ) (HER/07A/MM) Ierland 1 300 Verenigd Koninkrijk 3 693 Unie 4 993 TAC 4 993 ( 1 ) Deze zone wordt verkleind met het gebied dat wordt begrensd: in het noorden door de breedtegraad 52 30 NB, in het zuiden door de breedtegraad 52 00 NB, in het westen door de kust van Ierland, in het oosten door de kust van het Verenigd Koninkrijk.

25.1.2013 Publicatieblad van de Europese Unie L 23/17 Haring Clupea harengus VIIe en VIIf (HER/7EF.) Frankrijk 465 Verenigd Koninkrijk 465 Unie 931 TAC 931 Haring Clupea harengus VIIg ( 1 ), VIIh ( 1 ), VIIj ( 1 ) en VIIk ( 1 ) (HER/7G-K.) Duitsland 191 Frankrijk 1 062 Ierland 14 864 Nederland 1 062 Verenigd Koninkrijk 21 Unie 17 200 TAC 17 200 ( 1 ) Deze zone wordt uitgebreid met het gebied dat wordt begrensd: in het noorden door de breedtegraad 52 30 NB, in het zuiden door de breedtegraad 52 00 NB, in het westen door de kust van Ierland, in het oosten door de kust van het Verenigd Koninkrijk. Ansjovis Engraulis encrasicolus IX en X; EU-wateren van CECAF 34.1.1 (ANE/9/3411) Spanje 4 198 Portugal 4 580 Unie 8 778 TAC 8 778 Kabeljauw Gadus morhua Kattegat (COD/03AS.) Denemarken 62 ( 1 ) Duitsland 1 ( 1 ) Zweden 37 ( 1 ) Unie 100 ( 1 ) TAC 100 ( 1 ) ( 1 ) Uitsluitend voor bijvangsten. Uit hoofde van dit quotum is gerichte visserij niet toegestaan.

L 23/18 Publicatieblad van de Europese Unie 25.1.2013 Kabeljauw Gadus morhua VIb; EU-wateren en internationale wateren van Vb ten westen van 12 00 WL en van XII en XIV (COD/5W6-14) België 0 Duitsland 1 Frankrijk 12 Ierland 16 Verenigd Koninkrijk 45 Unie 74 TAC 74 Kabeljauw Gadus morhua VIa; EU-wateren en internationale wateren van Vb ten oosten van 12 00 WL (COD/5BE6A) België 0 Duitsland 0 Frankrijk 0 Ierland 0 Verenigd Koninkrijk 0 Unie 0 TAC 0 ( 1 ) ( 1 ) De bijvangst van kabeljauw in het gebied waarvoor deze TAC geldt, mag worden aangeland op voorwaarde dat zij per visreis niet meer dan 1,5 % uitmaakt van het levend gewicht van de totale aan boord gehouden vangsten. Kabeljauw Gadus morhua België 4 Frankrijk 10 Ierland 188 Nederland 1 Verenigd Koninkrijk 82 Unie 285 TAC 285 VIIa (COD/07A.) Kabeljauw Gadus morhua VIIb, VIIc, VIIe-k, VIII, IX en X; EU-wateren van CECAF 34.1.1 (COD/7XAD34) België 456 Frankrijk 7 459 Ierland 1 479 Nederland 2 Verenigd Koninkrijk 804 Unie 10 200 TAC 10 200 Artikel 11 van deze verordening is van toepassing.

25.1.2013 Publicatieblad van de Europese Unie L 23/19 Haringhaai Lamna nasus Wateren van Frans Guyana, Kattegat; EU-wateren van het Skagerrak, I, II, III, IV, V, VI, VII, VIII, IX, X, XII en XIV; EU-wateren van CECAF 34.1.1, 34.1.2 en 34.2 (POR/3-1234) Denemarken 0 ( 1 ) Frankrijk 0 ( 1 ) Duitsland 0 ( 1 ) Ierland 0 ( 1 ) Spanje 0 ( 1 ) Verenigd Koninkrijk 0 ( 1 ) Unie 0 ( 1 ) TAC 0 ( 1 ) Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. ( 1 ) Als vissen van deze soort incidenteel worden gevangen, wordt hun geen kwaad berokkend. Zij worden onmiddellijk teruggezet. Scharretongen Lepidorhombus spp. EU-wateren van IIa en IV (LEZ/2AC4-C) België 6 Denemarken 5 Duitsland 5 Frankrijk 32 Nederland 25 Verenigd Koninkrijk 1 864 Unie 1 937 TAC 1 937 Scharretongen Lepidorhombus spp. EU-wateren en internationale wateren van Vb; VI; internationale wateren van XII en XIV (LEZ/56-14) Spanje 385 Frankrijk 1 501 Ierland 439 Verenigd Koninkrijk 1 062 Unie 3 387 TAC 3 387

L 23/20 Publicatieblad van de Europese Unie 25.1.2013 Scharretongen Lepidorhombus spp. VII (LEZ/07.) België 470 ( 1 ) Spanje 5 216 ( 1 ) Frankrijk 6 329 ( 1 ) Ierland 2 878 ( 1 ) Verenigd Koninkrijk 2 492 ( 1 ) Unie 17 385 TAC 17 385 Artikel 11 van deze verordening is van toepassing. ( 1 ) De lidstaten mogen vaartuigen die hun vlag voeren en die deelnemen aan proeven met betrekking tot volledig gedocumenteerde visserij, bovenop dit quotum een extra toewijzing toekennen voor een hoeveelheid die niet groter is dan 1 % van het aan de betrokken lidstaat toegewezen quotum, zulks overeenkomstig artikel 7 van deze verordening. Scharretongen Lepidorhombus spp. VIIIa, VIIIb, VIIId en VIIIe (LEZ/8ABDE.) Spanje 950 Frankrijk 766 Unie 1 716 TAC 1 716 Scharretongen Lepidorhombus spp. VIIIc, IX en X; EU-wateren van CECAF 34.1.1 (LEZ/8C3411) Spanje 1 121 Frankrijk 56 Portugal 37 Unie 1 214 TAC 1 214 Zeeduivels Lophiidae VI; EU-wateren en internationale wateren van Vb; internationale wateren van XII en XIV (ANF/56-14) België 177 Duitsland 202 Spanje 189 Frankrijk 2 179 Ierland 492 Nederland 170 Verenigd Koninkrijk 1 515 Unie 4 924 TAC 4 924

25.1.2013 Publicatieblad van de Europese Unie L 23/21 Zeeduivels Lophiidae VII (ANF/07.) België 2 693 ( 1 ) ( 2 ) Duitsland 300 ( 1 ) ( 2 ) Spanje 1 070 ( 1 ) ( 2 ) Frankrijk 17 282 ( 1 ) ( 2 ) Ierland 2 209 ( 1 ) ( 2 ) Nederland 349 ( 1 ) ( 2 ) Verenigd Koninkrijk 5 241 ( 1 ) ( 2 ) Unie 29 144 ( 1 ) TAC 29 144 ( 1 ) Artikel 11 van deze verordening is van toepassing. ( 1 ) Bijzondere voorwaarde: hiervan mag tot 5 % in VIIIa, VIIIb, VIIId en VIIIe worden gevangen (ANF/*8ABDE). ( 2 ) De lidstaten mogen vaartuigen die hun vlag voeren en die deelnemen aan proeven met betrekking tot volledig gedocumenteerde visserij, bovenop dit quotum een extra toewijzing toekennen voor een hoeveelheid die niet groter is dan 1 % van het aan de betrokken lidstaat toegewezen quotum, zulks overeenkomstig artikel 7 van deze verordening. Zeeduivels Lophiidae VIIIa, VIIIb, VIIId en VIIIe (ANF/8ABDE.) Spanje 1 190 Frankrijk 6 619 Unie 7 809 TAC 7 809 Zeeduivels Lophiidae VIIIc, IX en X; EU-wateren van CECAF 34.1.1 (ANF/8C3411) Spanje 2 063 Frankrijk 2 Portugal 410 Unie 2 475 TAC 2 475 Schelvis Melanogrammus aeglefinus EU-wateren en internationale wateren van Vb en VIa (HAD/5BC6A.) België 5 Duitsland 6 Frankrijk 232 Ierland 690 Verenigd Koninkrijk 3 278 Unie 4 211 TAC 4 211

L 23/22 Publicatieblad van de Europese Unie 25.1.2013 Schelvis Melanogrammus aeglefinus VIIb-k, VIII, IX en X; EU-wateren van CECAF 34.1.1 (HAD/7X7A34) België 157 ( 1 ) Frankrijk 9 432 ( 1 ) Ierland 3 144 ( 1 ) Verenigd Koninkrijk 1 415 ( 1 ) Unie 14 148 ( 1 ) TAC 14 148 Artikel 11 van deze verordening is van toepassing. ( 1 ) De lidstaten mogen vaartuigen die hun vlag voeren en die deelnemen aan proeven met betrekking tot volledig gedocumenteerde visserij, bovenop dit quotum een extra toewijzing toekennen voor een hoeveelheid die niet groter is dan 5 % van het aan de betrokken lidstaat toegewezen quotum, zulks overeenkomstig artikel 7 van deze verordening. Schelvis Melanogrammus aeglefinus VIIa (HAD/07A.) België 19 Frankrijk 86 Ierland 515 Verenigd Koninkrijk 569 Unie 1 189 TAC 1 189 Wijting Merlangius merlangus VI; EU-wateren en internationale wateren van Vb; internationale wateren van XII en XIV (WHG/56-14) Duitsland 2 Frankrijk 36 Ierland 87 Verenigd Koninkrijk 167 Unie 292 TAC 292 Wijting Merlangius merlangus VIIa (WHG/07A.) België 0 Frankrijk 3 Ierland 49 Nederland 0 Verenigd Koninkrijk 32 Unie 84 TAC 84

25.1.2013 Publicatieblad van de Europese Unie L 23/23 Wijting Merlangius merlangus VIIb, VIIc, VIId, VIIe, VIIf, VIIg, VIIh, VIIj en VIIk (WHG/7X7A-C) België 239 Frankrijk 14 700 Ierland 6 812 Nederland 120 Verenigd Koninkrijk 2 629 Unie 24 500 TAC 24 500 Artikel 11 van deze verordening is van toepassing. Wijting Merlangius merlangus VIII (WHG/08.) Spanje 1 270 Frankrijk 1 905 Unie 3 175 TAC 3 175 Wijting Merlangius merlangus IX en X; EU-wateren van CECAF 34.1.1 (WHG/9/3411) Portugal Nog vast te stellen ( 1 ) Unie Nog vast te stellen ( 2 ) TAC Nog vast te stellen ( 2 ) ( 1 ) Artikel 6 van deze verordening is van toepassing. ( 2 ) Wordt vastgesteld op dezelfde hoeveelheid als die welke overeenkomstig voetnoot 1 is bepaald. Heek Merluccius merluccius IIIa; EU-wateren van de deelsectoren 22-32 (HKE/3A/BCD) Denemarken 1 531 ( 2 ) Zweden 130 ( 2 ) Unie 1 661 TAC 1 661 ( 1 ) ( 1 ) Binnen een totale TAC van 55 105 ton voor het noordelijke heekbestand. ( 2 ) Van deze quota mogen overdrachten plaatsvinden naar EU-wateren van IIa en IV. Deze overdrachten worden evenwel vooraf aan de Commissie gemeld.

L 23/24 Publicatieblad van de Europese Unie 25.1.2013 Heek Merluccius merluccius EU-wateren van IIa en IV (HKE/2AC4-C) België 28 Denemarken 1 119 Duitsland 128 Frankrijk 248 Nederland 64 Verenigd Koninkrijk 348 Unie 1 935 TAC 1 935 ( 1 ) ( 1 ) Binnen een totale TAC van 55 105 ton voor het noordelijke heekbestand. Heek Merluccius merluccius VI en VII; EU-wateren en internationale wateren van Vb; internationale wateren van XII en XIV (HKE/571214) België 284 ( 1 ) ( 3 ) Spanje 9 109 ( 3 ) Frankrijk 14 067 ( 1 ) ( 3 ) Ierland 1 704 ( 3 ) Nederland 183 ( 1 ) ( 3 ) Verenigd Koninkrijk 5 553 ( 1 ) ( 3 ) Unie 30 900 TAC 30 900 ( 2 ) Artikel 11 van deze verordening is van toepassing. ( 1 ) Van deze quota mogen overdrachten plaatsvinden naar de EU-wateren van IIa en IV. Deze overdrachten worden evenwel vooraf aan de Commissie gemeld. ( 2 ) Binnen een totale TAC van 55 105 ton voor het noordelijke heekbestand. ( 3 ) De lidstaten mogen vaartuigen die hun vlag voeren en die deelnemen aan proeven met betrekking tot volledig gedocumenteerde visserij, bovenop dit quotum een extra toewijzing toekennen voor een hoeveelheid die niet groter is dan 1 % van het aan de betrokken lidstaat toegewezen quotum, zulks overeenkomstig artikel 7 van deze verordening. Bijzondere voorwaarde: Binnen de limieten van de bovenstaande quota mag in de onderstaande gebieden niet meer worden gevangen dan de hieronder opgegeven hoeveelheden: VIIIa, VIIIb, VIIId en VIIIe (HKE/*8ABDE) België 37 Spanje 1 469 Frankrijk 1 469 Ierland 184 Nederland 18 Verenigd Koninkrijk 827 Unie 4 004

25.1.2013 Publicatieblad van de Europese Unie L 23/25 Heek Merluccius merluccius VIIIa, VIIIb, VIIId en VIIIe (HKE/8ABDE.) België 9 ( 1 ) Spanje 6 341 Frankrijk 14 241 Nederland 18 ( 1 ) Unie 20 609 TAC 20 609 ( 2 ) ( 1 ) Van deze quota mogen overdrachten plaatsvinden naar zone IV en de EU-wateren van IIa. Deze overdrachten worden evenwel vooraf aan de Commissie gemeld. ( 2 ) Binnen een totale TAC van 55 105 ton voor het noordelijke heekbestand. Bijzondere voorwaarde: Binnen de limieten van de bovenstaande quota mag in de onderstaande gebieden niet meer worden gevangen dan de hieronder opgegeven hoeveelheden: VI en VII; EU-wateren en internationale wateren van Vb; internationale wateren van XII en XIV (HKE/*57-14) België 2 Spanje 1 837 Frankrijk 3 305 Nederland 6 Unie 5 150 Heek Merluccius merluccius VIIIc, IX en X; EU-wateren van CECAF 34.1.1 (HKE/8C3411) Spanje 9 051 Frankrijk 869 Portugal 4 224 Unie 14 144 TAC 14 144 Blauwe leng Molva dypterygia Internationale wateren van XII (BLI/12INT-) Estland 2 ( 1 ) Spanje 739 ( 1 ) Frankrijk 8 ( 1 ) Litouwen 7 ( 1 ) Verenigd Koninkrijk 7 ( 1 ) Andere 2 ( 1 ) Unie 774 ( 1 ) TAC 774 ( 1 ) ( 1 ) Uitsluitend voor bijvangsten. Uit hoofde van dit quotum is gerichte visserij niet toegestaan.

L 23/26 Publicatieblad van de Europese Unie 25.1.2013 Blauwe leng Molva dypterygia EU-wateren en internationale wateren van II en IV (BLI/24-) Denemarken 4 Duitsland 4 Ierland 4 Frankrijk 23 Verenigd Koninkrijk 14 Andere (1) ( 1 ) 4 Unie 53 TAC 53 ( 1 ) Uitsluitend voor bijvangsten. Uit hoofde van dit quotum is gerichte visserij niet toegestaan. Blauwe leng Molva dypterygia EU-wateren en internationale wateren van III (BLI/03-) Denemarken 3 Duitsland 2 Zweden 3 Unie 8 TAC 8 Leng Molva molva IIIa; EU-wateren van IIIbcd (LIN/3A/BCD) België 6 ( 1 ) Denemarken 50 Duitsland 6 ( 1 ) Zweden 19 Verenigd Koninkrijk 6 ( 1 ) Unie 87 TAC 87 ( 1 ) Dit quotum mag uitsluitend in de EU-wateren van IIIa en de EU-wateren van IIIbcd worden gevangen. Langoustine Nephrops norvegicus EU-wateren van IIa en IV (NEP/2AC4-C) België 908 Denemarken 908 Duitsland 13 Frankrijk 27 Nederland 467 Verenigd Koninkrijk 15 027 Unie 17 350 TAC 17 350