VEILIGHEIDSREGLEMENT SCHIETSPORTVERENIGING T Veen Nijverheidslaan 48 9581 EK Musselkanaal tel: 0599-412093 (alleen gedurende de openingstijden) SV t Veen Musselkanaal Blad 1 van 12 Veiligheidsreglement SV 't Veen R3
INHOUDSOPGAVE Pagina 1. Algemeen 3 2. Functionarissen 3 3. Veiligheidsregels 4 4. Baanreglement 7 BIJLAGEN I II Belangrijke telefoonnummers (accommodatiegebonden) Calamiteiten- en ontruimingsplan (accommodatiegebonden) III Bestuursreglement conform Drank- en Horecavergunning (*) IV V Uitvoeringsvoorschrift VF/BC Begrippenlijst * : conform het KNSA-model Bestuursreglement SV t Veen Musselkanaal Blad 2 van 12 Veiligheidsreglement SV 't Veen R3
1. Algemeen 1.1 Het bestuur van de Schietsportvereniging t Veen verplicht zich de veiligheid in en om de schietsportaccommodatie te allen tijde te waarborgen. 1.2 Ter handhaving van de veiligheid heeft één van de bestuursleden Veiligheid in portefeuille. 1.3 Het bestuurslid Veiligheid is belast met de volgende zaken: a. In overleg met de plaatselijke brandweer, opstellen en beheren van een calamiteitenplan, inclusief vluchtroutes, meldingen, enzovoorts. b. Aansturen en op de hoogte brengen en houden van de Verenigings- Veiligheidsfunctionarissen. c. Houden van toezicht op de correcte naleving van het Veiligheidsreglement. 2. Functionarissen 2.1 Tijdens oefen- en trainingsavonden kent SV t Veen de volgende functionarissen: a. Dienstdoend bestuurslid b. Verenigingsbeheerder/baliemedewerker c. Verenigings-Veiligheidsfunctionaris (VF/BC) d. Barbeheerder e. BHV er of EHBO er 2.2 Verantwoordelijkheden functionarissen 2.2.1 Het dienstdoend bestuurslid is namens het bestuur verantwoordelijk voor het correct en veilig verlopen van de oefen- c.q. trainingsavond en neem, indien nodig, de uiteindelijke beslissing. Alle functionarissen zijn aan hem/haar verantwoording verschuldigd. Bovendien is dit bestuurslid gemachtigd om personen de toegang tot de accommodatie te ontzeggen, dan wel te (laten) verwijderen. 2.2.2 Het dienstdoend bestuurslid van SV t Veen is tevens verenigingsbeheerder- /baliemedewerker en is als verenigingsverlofhouder verantwoordelijk voor de uitgifte van munitie, verenigingswapens en, indien van toepassing, schietkaarten 2.2.3 De Verenigings-Veiligheidsfunctionaris of Baancommandant hierna te noemen VF/BC is verantwoordelijk voor de handhaving van de veiligheid op de schietbaan en op de schietpunten. Tevens deelt deze de schietpunten in. 2.2.4 De Barbeheerder is verantwoordelijk voor de hygiëne in de kantine en ziet erop toe dat daar geen wapens en/of munitie aanwezig zijn. 2.2.5 De BHV er dan wel EHBO er past bij een ongeval eerste hulp toe en assisteert het dienstdoend bestuurslid bij calamiteiten of bij het uitvoeren van het ontruimingsplan. SV t Veen Musselkanaal Blad 3 van 12 Veiligheidsreglement SV 't Veen R3
3. Veiligheidsregels Aanwijzing veiligheidsfunctionaris/baancommandant (VF/BC) 3.1 De VF/BC is een door het bestuur aangewezen persoon, deze is als zodanig herkenbaar door middel van een bodywarmer, pet, band of badge. 3.2 De VF/BC is ten allen tijde verantwoordelijk voor wat er op de baan gebeurd, zijn wil is wet!. 3.3 Instructies van de VF/BC dienen onvoorwaardelijk te worden opgevolgd. 3.4 Beslissingen door de VF/BC genomen, worden op de baan niet! bediscussieerd. Identificatie, registratie, controle en begeleiding deelnemende schutters 3.5 Iedere schutter (lid van de vereniging) dient de door hem of haar meegenomen introducé, te melden en zich te laten identificeren bij het dienstdoende bestuurslid. De introducé moet daarbij (een kopie van) een geldig identificatiebewijs overleggen en daarvan moet een aantekening worden gemaakt in het introducéregister. 3.6 Een schutter dient een door hem of haar meegebrachte introducé tijdens het gehele verblijf in de verenigingslocatie te begeleiden en is voor deze introducé verantwoordelijk. 3.7 Beginnende schutters mogen uitsluitend schieten onder begeleiding van een daartoe bevoegde persoon (dit is minimaal een door de KNSA opgeleide Basistrainer met een geldige kaderlicentie). 3.8 Junior leden die de 16 jarige leeftijd nog niet hebben bereikt mogen geen gebruik maken van vuurwapens. 3.9 Junior leden die de 16 jarige leeftijd nog niet hebben bereikt mogen alleen met luchtwapens schieten in het bijzijn van- en onder de onmiddellijke leiding van een instructeur en/of ervaren schutter. 3.10 Junior leden die de 16 jarige leeftijd hebben bereikt mogen uitsluitend schieten in het bijzijn van- en onder de onmiddellijke leiding van een instructeur. 3.11 Gastschutters dienen zich te melden bij de VF/BC, deze zal vervolgens voor begeleiding zorgen. 3.12 Gastschutters van andere verenigingen is het niet toegestaan introducés te laten schieten. Voorbereiding op de schietoefening, wapenuitgifte en -verpakking 3.13 Het gebruik van alcohol/drugs door een schutter en functionarissen, vóór en tijdens het schieten, is verboden. 3.14 Gebruikers van medicijnen en stoffen die de schietveiligheid kunnen beïnvloeden mogen niet aan schietoefeningen deelnemen. 3.15 Indien van toepassing dient vóór aanvang van het schieten, de zandkogel-vanger stofvrij te zijn gemaakt en gecontroleerd te zijn op ricochet. 3.16 Het is niet toegestaan de verenigingswapens zonder medeweten van de VF/BC ter hand te nemen. 3.17 In principe wordt er slechts één schutter op de schietstand toegelaten. Alleen bij het geven van instructies is een tweede persoon toegestaan. 3.18 Elke schutter is verantwoordelijk voor de deugdelijkheid van wapens en (herlaad)munitie die zijn privé eigendom zijn. 3.19 Wapens mogen uitsluitend van hun verpakking worden ontdaan op het schietpunt en op de daartoe door de Baanbeheerder/Veiligheidsfunctionaris, aangegeven plaats(en). 3.20 Onder verpakking wordt verstaan, een gesloten deugdelijke tas of koffer waarbij het wapen niet voor direct gebruik gereed is. 3.21 Als een wapen verpakt is, dan is de schutter ervoor verantwoordelijk. Als een wapen van de verpakking ontdaan is, dan is dit veiligheidsreglement van toepassing en zal de VF/BC toezien op naleving van de veiligheidsregels. 3.22 Een wapen moet altijd zodanig behandeld worden alsof het geladen is. SV t Veen Musselkanaal Blad 4 van 12 Veiligheidsreglement SV 't Veen R3
Op en rond het schietpunt 3.23 Zonder toestemming van de VF/BC mogen wapens niet onbeheerd op het schietpunt achtergelaten worden. 3.24 Het is niet toegestaan een geladen wapen op de schietstand(tafel) neer te leggen. Het wapen dient in dit geval altijd naar de toestand Wapen veilig te worden gebracht volgens procedure -1. 3.25 Wapens moeten op het schietpunt te allen tijde op de kogelvanger gericht zijn ( veilige richting). 3.26 Het is verboden zich van het schietpunt te verwijderen wanneer het wapen nog geladen is. 3.27 Niemand mag het wapen van een ander aanraken; dit mag uitsluitend worden opgepakt na uitdrukkelijke toestemming hiertoe van de eigenaar. 3.28 Als een eigen wapen uitgeleend wordt aan een medeschutter, dan dient de eigenaar ervan gedurende de gehele uitleen periode aanwezig te zijn. 3.29 Een wapen oppakken ten behoeve van schietoefeningen (training) achter de schutters is altijd verboden. 3.30 Demonstraties van of met vuur-, respectievelijk luchtdrukwapens, mogen uitsluitend op de schietpunten plaatsvinden. Daadwerkelijke schietoefening: Aandachtspunten en veiligheid 3.31 Bij afwezigheid van zowel de Bestuurder als de Veiligheidsfunctionaris- /baancommandant mag er niet geschoten worden. 3.32 Er mag uitsluitend geschoten worden vanuit de schietpunten voor de desbetreffende discipline. 3.33 Men dient zich te onthouden van elke handeling die de veiligheid in gevaar kan brengen. 3.34 Indien een wapen openlijk op de baan gedragen wordt moet deze indien technisch mogelijk open ( wapen veilig ) en aan de loopgroep gedragen worden. De loopgroep dient naar het plafond gericht te zijn. 3.35 Het is ten strengste verboden wapens op personen te richten of zodanig te hanteren dat een persoon in het denkbeeldige schootsveld kan komen. 3.36 Iedere schutter dient alle elementaire en noodzakelijke vaardigheden zelfstandig te kunnen uitvoeren. Dit wil zeggen het kunnen nemen van de veiligheidsmaatregelen, de storingsreactie kunnen uitvoeren en de handelingen volgens de procedures Wapen veilig, Wapen ontladen, Er kan geschoten worden, Vast vuren en Wapen in veilige richting kunnen uitvoeren. 3.37 De veiligheid van medeschutters, baanofficials, toeschouwers en van de schutter zelf vereist een voortdurende en zorgvuldige aandacht in de omgang met het wapen en voorzichtigheid bij het zich verplaatsen daarmee over de schietbaan. Zelfdiscipline van iedereen is hierbij onontbeerlijk. 3.38 Tijdens het schieten mag een schutter, met uitzondering van de daartoe bevoegde baanofficials, niet worden gestoord. 3.39 Als de VF/BC tijdens het schieten de schutter wil aanspreken, dan zal deze diens aandacht trekken door een hand op zijn-/haar schouder te leggen. De schutter ontlaadt zijn wapen en legt het voor zich op tafel. Incidenten, storingen, problemen tijdens de schietoefening 3.40 Als er om wat voor reden iemand op de baan moet zijn is de procedure vast vuren van kracht. 3.41 Uitsluitend op bevel Er kan geschoten worden van de Veiligheidsfunctionaris- /Baancommandant mag het vuren worden hervat. 3.42 Het is verboden om zonder toestemming en/of overleg met de VF/BC de banen te betreden. 3.43 Het betreden van de (schiet)baanzool of delen daarvan mag alleen via de daarvoor bestemde ingang en aanwezige paden geschieden. 3.44 Bij weigering van een wapen dient de schutter het wapen in de veilige richting te houden (minimaal 30 seconden) en de VF/BC te waarschuwen. SV t Veen Musselkanaal Blad 5 van 12 Veiligheidsreglement SV 't Veen R3
3.45 Het is niet toegestaan op de baan reparaties aan een wapen uit te voeren. 3.46 Als de nooduitgang (de deur naar buiten) open is, is de procedure Vast vuren van kracht. 3.47 Als de alarm-/waarschuwingslampen op de baan worden geactiveerd is de procedure Vast vuren schutters wapens ontladen van kracht. Het beëindigen van de schietoefening 3.48 Na het schieten moet het wapen en magazijn(en) worden ontladen en opgeborgen. 3.49 Het is niet toegestaan met een onverpakt wapen de schietbaan te verlaten of elders in het gebouw een onverpakt wapen te hanteren. 3.50 Wapens die niet in gebruik zijn, dienen te zijn opgeborgen in een daarvoor bestemde wapenruimte. Dit kan een kast(je), een geweerrek of een kluis zijn. Evaluatie van de schietoefening, sociale controle en corrigerende maatregelen 3.51 De attitude van een sportschutter dient voorbeeldig te zijn en mag geen aanleiding geven tot verwijdering dan wel schorsing. 3.52 Iedereen die een overtreding van bovengenoemde punten of eventueel ander onveilig gedrag constateert, is verplicht de VF/BC hiervan in kennis te stellen. 3.53 Overtreding van één of meer der genoemde punten in het veiligheidsreglement kan leiden tot ontzegging van de toegang tot de schietbanen en/of de accommodatie. 3.54 In gevallen waarin dit Veiligheidsreglement niet voorziet, beslist het Bestuur, de Baanbeheerder of de VF/BC namens het bestuur. Aanvullende veiligheidsregels voor Zwartkruit schutters 3.55 Verblijf binnen het clubgebouw met een zwartkruit wapen alsook het schieten op de banen met zwartkruit wapens is uitsluitend toegestaan als het wapen, de bijbehorende munitie en alle overige vergunnings-verplichte onderdelen op het verlof zijn bijgeschreven. 3.56 Het is ten strengste verboden op de banen los kruit of kruitbussen voorhanden te hebben en/of te gebruiken. 3.57 Bij het gebruik van voorladers of revolvers mag uitsluitend geladen worden met vooraf geprepareerde ladingen voorzien van de juiste hoeveelheid zwartkruit (bijvoorbeeld ampullen). 3.58 Indien het wapen weigert of ketst dient minimaal 1 minuut na-gericht te worden, het zwartkruit kan alsnog ontsteken. 3.59 Het laden van een zwartkruit wapen is alleen toegestaan op de schietstand zelf, transport op de baan van een geladen wapen buiten de schietstand is niet toegestaan. 3.60 Het samengestelde eindresultaat op de schietstand van [percussiekap, kruit, kogel, loop] is technisch gezien te beschouwen als munitie. Als onderdeel van munitie dient het kruit op het verlof te zijn bijgeschreven. SV t Veen Musselkanaal Blad 6 van 12 Veiligheidsreglement SV 't Veen R3
4. Baanreglement 4.1 Schutters die met de inhoud van dit veiligheidsreglement niet op de hoogte zijn mogen geen gebruik maken van de schietbanen. 4.2 Het deelnemen aan schietoefeningen en het gebruik van de banen is voor eigen risico. 4.3 Schietbanen zijn overwegend gelijk qua gebruik. Daar waar er aanvullende, dan wel afwijkende bepalingen zijn is dit verwoord in een apart voorschrift. 4.4 Behoudens tijdens internationale wedstrijden, dient iedereen die zich op de schietbaan bevindt, de Nederlandse taal in woord en geschrift machtig te zijn. 4.5 Toezicht Op iedere schietbaan moet tijdens de uitvoering van schietoefeningen een door het bestuur van de vereniging aangestelde Veiligheidsfunctionaris-/baancommandant aanwezig zijn. Deze VF/BC dient duidelijk herkenbaar te zijn aan de band om de rechter bovenarm of een bodywarmer met opschrift of een pet met opschrift. 4.6 De schietsport is een individuele sport. Een schutter kan zich slecht concentreren als er overmatig veel wordt gesproken of als hij of zij persoonlijk wordt aangesproken. 4.7 Op de baan wordt gehoorbescherming gedragen, dit maakt het lastig met elkaar te communiceren. Miscommunicatie kan gemakkelijk leiden tot onveilige situaties en of ongelukken. 4.8 Veiligheid in handelen is niet alleen voor jezelf van belang maar vooral ook voor collega schutter(s). 4.9 De schutter is er van overtuigd dat zijn wapen "leeg" is als hij of zij het wapen draagt of verplaatst. Het wapen dient altijd (indien dit technisch mogelijk is) open gedragen te worden. 4.10 De VF/BC zal altijd kort en bondig laten merken wat de bedoeling is. Het is dan ook van belang dat iedere schutter op de hoogte is van de procedures. 4.11 Het schietpunt dient netjes en schoon achtergelaten worden, vrij van hulzen, reinigingsresten (zwartkruit schutters) en overige residuen. Lege hulzen dienen op de baan geveegd te worden. 4.12 Gehoor- en oogbescherming-kleding 4.12.1 Tijdens schietoefeningen is het gebruik van gehoorbescherming verplicht. 4.12.2 Tijdens schietoefeningen is op de banen het gebruik van oogbescherming in de vorm van een schietbril, veiligheidsbril of gelijkwaardig verplicht. 4.12.3 Draag geschikte kleding, voorkom dat hete onderdelen van het wapen en/of de munitie met de huid in aanraking komen. 4.13 Munitie 4.13.1 Alleen die munitie mag worden gebruikt die is toegestaan in enige, door de KNSA gereglementeerde of erkende discipline. Bovendien is het slechts toegestaan herladen munitie te gebruiken, indien is herladen volgens de bijbehorende herlaadtabellen en indien de minimale en maximale kruit-ladingen niet zijn overschreden. Het gebruik van herladen munitie in verenigingswapens is niet toegestaan. 4.14 Roken 4.14.1 Het is verboden om op de schietbaan en de schietpunten te roken en/of open vuur voorhanden te hebben. SV t Veen Musselkanaal Blad 7 van 12 Veiligheidsreglement SV 't Veen R3
4.15 Procedures 4.15.1 Wapen veilig - Pistool : Magazijn uitnemen, kamer ontladen met de loop in de richting van de kogelvanger en indien technisch mogelijk het wapen open laten staan. Een ieder kan dan zien dat het wapen leeg is. - Revolver: Een revolver dient ontladen te worden met de loop in de richting van de kogelvanger. Hierbij dient de trommel uit het wapen te worden geklapt zodat een ieder kan zien dat het wapen leeg is. - Geweer/karabijn: Indien van toepassing magazijn uitnemen, ontladen met de loop in de richting van de kogelvanger en indien technisch mogelijk het wapen open laten staan zodat een ieder kan zien dat het wapen leeg is. 4.15.2 Wapen ontladen De schutter brengt het wapen naar de toestand wapen veilig". 4.15.3 Er kan geschoten worden De schutter kan het schietpunt betreden en het schieten voortzetten 4.15.4 Vast vuren (Schutters wapens ontladen) Bij het commando vast vuren ontladen de schutters hun wapens en doen twee stappen terug van het schietpunt (wapen buiten handbereik, minimaal 1 meter). Totdat de VF/BC "er kan geschoten worden heeft gegeven is het niet toegestaan de schietstand te betreden zonder toestemming van de VF/BC. 4.15.5 Wapen in de veilige richting Tijdens het dragen of verplaatsen van het wapen op schietbaan de loop in de richting van het plafond houden, op het schietpunt in de richting van de kogel vanger. SV t Veen Musselkanaal Blad 8 van 12 Veiligheidsreglement SV 't Veen R3
BIJLAGEN I II III IV V Belangrijke telefoonnummers Calamiteiten- en ontruimingsplan Bestuursreglement conform Drank- en Horecavergunning Uitvoeringsvoorschrift VF/BC Begrippenlijst SV t Veen Musselkanaal Blad 9 van 12 Veiligheidsreglement SV 't Veen R3
Bijlage IV Uitvoeringsvoorschrift VF/BC 1. Algemeen 1.1 De Verenigings Veiligheidsfunctionaris (VF/BC) is belast met en verantwoordelijk voor de veiligheid en het naleven van het Baanreglement. 1.2 Aangekomen op de baan controleert de VF/BC meteen op orde, netheid en technische bruikbaarheid en geeft eventuele bijzonderheden door aan het dienstdoende bestuurslid. 1.3 De VF/BC is duidelijk als zodanig herkenbaar door middel van bijvoorbeeld een armband om de rechter-bovenarm, een bodywarmer of een pet. 1.4 Om redenen van efficiëntie kan de functie van VF/BC worden gecombineerd met die van Baancommandant. Het dragen van uiterlijke kenmerken wordt in dat geval gehandhaafd. 1.5 Indien de VF/BC dit wenselijk acht, kan hij/zij zich laten assisteren, om zo de veiligheid te garanderen. 1.6 De VF/BC dient vrij zicht te hebben op alle schietpunten. 1.7 Op elke schietbaan dient een VF/BC aanwezig te zijn. 1.8 De VF/BC dient kennis te hebben van het Calamiteitenplan. 1.9 De VF/BC moet de veiligheidsmiddelen en eventuele andere middelen kunnen hanteren, zoals een brandblusser en schakelingen in de elektriciteitsvoorziening. 1.10 De VF/BC moet de EHBO-kist tot zijn beschikking hebben en tevens in staat zijn deze te gebruiken. 2. Voorbereidingen 2.1 De VF/BC dient op de hoogte te zijn van de algemeen geldende veiligheidsregels, het Veiligheidsreglement en het Baanreglement. 2.2 De VF/BC moet uitleg kunnen geven over de inrichting van de schietbaan en/of de werking en de bediening van de daar opgestelde apparatuur. 2.3 De VF/BC dient op de hoogte te zijn van de bijzonderheden van de schietbaan. 2.4 De VF/BC is op de hoogte van de te voeren commando s ten aanzien van veiligheid en de daaraan gekoppelde acties. 2.5 De VF/BC dient technische kennis te hebben van de verenigingswapens. 2.6 De VF/BC dient kennis te hebben van de veiligheidshandelingen ten aanzien van de verenigingswapens. 2.7 De VF/BC moet adequaat kunnen optreden bij wapen- en munitiestoringen. 2.8 De VF/BC dient kennis te hebben van de universele commandovoering op de schietbaan. SV t Veen Musselkanaal Blad 10 van 12 Veiligheidsreglement SV 't Veen R3
3. Veiligheidsinstructie 3.1 De VF/BC dient er, vóór aanvang van het schieten, voor te zorgen dat iedere aanwezige op de baan bekend is met de voor die schietbaan geldende veiligheidsbepalingen. 3.1.1 Het betreden van de baanzool vóór de schietpunten is alleen toegestaan met toestemming van de VF/BC. 3.1.2 Iedereen die de schietbaan betreedt, dient zich te melden bij de VF/BC. 3.1.3 De VF/BC moet in staat zijn adequaat te handelen bij storingen aan elk wapen dat op de schietbaan wordt gebruikt. 3.1.4 De VF/BC dient, indien de accommodatie daarin niet voorziet, een plaats aan te wijzen waar niet gebruikte wapens en uitrusting kunnen worden neergelegd. 4. Coördinatie en activiteiten gedurende de schietactiviteiten 4.1 De VF/BC is gedurende de activiteiten op de schietbaan aanwezig, houdt toezicht op het naleven van de veiligheidsregels en handhaaft de voorschriften en reglementen. 4.2 Bij overtreding van de reglementen, corrigeert de VF/BC. De VF/BC heeft de bevoegdheid om overtreders van de schietbaan te (laten) verwijderen. 4.3 Wanneer een schutter handelingen verricht die in strijd zijn met de veiligheid, moet de VF/BC/Baancommandant het schieten onderbreken! 4.4 De VF/BC is belast met het in goede banen leiden van de bezetting van de schietpunten. 4.5 De VF/BC dient te zorgen voor orde en discipline op de baan. 4.6 De VF/BC ziet er op toe dat elk wapen dat het schietpunt verlaat, gecontroleerd wordt op ontladen. 5 Einde schieten 5.1 Tijdens het opruimen van de schietbaan houdt de VF/BC toezicht op het naleven van de veiligheidsregels. 5.2 Na afloop controleert de VF/BC de baan en rapporteert hij/zij eventuele bijzonderheden aan het dienstdoende bestuurslid. 5.3 Nadat de VF/BC de schietbaan in orde heeft bevonden, meldt hij/zij dat bij het dienstdoende bestuurslid, onder vermelding van eventuele bijzonderheden. 5.4 De VF/BC verlaat als laatste de baan. 5.5 De VF/BC dient steeds bedachtzaam te zijn op de 3 O s : Onoplettendheid Onvoorzichtigheid Ondeskundigheid SV t Veen Musselkanaal Blad 11 van 12 Veiligheidsreglement SV 't Veen R3
Bijlage V Begrippenlijst Verenigings Veiligheidsfunctionaris (VVF)- Functionaris, aangesteld door het bestuur van de schietsportvereniging, belast met en verantwoordelijk voor de handhaving van de veiligheid op de schietbaan tijdens oefenen/of trainingsactiviteiten Baancommandant - Functionaris, benoemd door de wedstrijdcommissie van een wedstrijdevenement, verantwoordelijk voor het correct, volgens het KNSA Schiet- en Wedstrijdreglement, dan wel de ISSF-reglementen, laten verlopen van een schietsportdiscipline door het geven van de juiste commando s Barbeheerder - Door het bestuur van de schietsportvereniging benoemde persoon die bardiensten verricht conform de Drank- en Horecavergunning Calamiteitenplan/ ontruimingsplan - Door het bestuur, in samenwerking met de brandweer opgesteld plan dat in werking treedt bij calamiteiten. De aanwijzingen uit dit plan dienen gevolgd te worden. Dit plan dient regelmatig te worden geoefend SV t Veen Musselkanaal Blad 12 van 12 Veiligheidsreglement SV 't Veen R3