Artikel 2.4, eerste lid, Besluit Zv bepaalt dat geneeskundige z org, z org omv at z oals medisch-specialisten die plegen te bieden.

Vergelijkbare documenten
U w ilt w eten of naaldaponeurotomie bij M. Dupuy tren als een te verzekeren prestatie krachtens de Zorgv erzekeringswet beschouw d kan w orden.

Wet- en regelgev ing Met betrekking tot deze adv iesaanv raag z ijn de v olgende bepalingen van belang.

Wet- en regelgev ing Met betrekking tot deze adv iesaanv raag z ijn de v olgende bepalingen van belang.

Wet- en regelgev ing Met betrekking tot deze adv iesaanv raag z ijn de v olgende bepalingen van belang.

Wet- en regelgev ing Met betrekking tot deze adv iesaanv raag z ijn de v olgende bepalingen van belang.

Wet- en regelgev ing Met betrekking tot deze adv iesaanv raag z ijn de v olgende bepalingen van belang.

Wet- en regelgev ing Met betrekking tot deze adv iesaanv raag z ijn de v olgende bepalingen van belang.

Onderwerp: Datum: 19 mei Onderstaand de v olledige uitspraak.

U w ilt advies omtrent de vraag of implantatie van de ReSTOR lenz en bij een cataractoperatie een gebruikelijke en doelmatige behandeling is.

Onderwerp: Datum: 20 nov ember Onderstaand de v olledige uitspraak.

Onderwerp: Datum: 1 maart Onderstaand de v olledige uitspraak.

Een sy stematische z oekstrategie v indt plaats in de internationale medisch-wetenschappelijke databases, bijv. "MEDLINE (v ia Pubmed)

Epidurale en periradiculaire injecties bij chronische rugklachten is geen te verzekeren prestatie

MRA en gebitsaanpassing

Wet- en regelgev ing Met betrekking tot deze adv iesaanv raag z ijn de v olgende bepalingen van belang.

Onderwerp: Datum: 20 nov ember Onderstaand de v olledige uitspraak.

Onderwerp: Datum: 25 maart Onderstaand de v olledige uitspraak.

Behandeling met het Newcastle disease virus is geen te verzekeren prestatie

Wet- en regelgev ing Met betrekking tot deze adv iesaanv raag z ijn de v olgende bepalingen van belang.

Onderwerp: Datum: 24 september Onderstaand de v olledige uitspraak.

Onderwerp: Datum: 19 oktober Onderstaand de v olledige uitspraak.

Onderwerp: Samenvatting:

Onderwerp: Datum: 19 mei Onderstaand de v olledige uitspraak.

Onderwerp: Datum: 25 februari 2008 Uitgebracht aan: Onderstaand de v olledige uitspraak.

Wet- en regelgev ing Zorgverzeke ringsw et Met betrekking tot deze adv iesaanv raag z ijn de v olgende bepalingen van belang.

Het behandelprogramma Vroege Intensieve Neurostimulatie

ANONIEM BINDEND ADVIES

Samenvatting. Onderwerp:

Onderwerp: Datum: 19 nov ember Onderstaand de v olledige uitspraak.

Robotarm gee n te verzekeren pre statie bij verblijf in AWBZinstelling

Onderwerp: Soort uitspraak: AaA = adv iesaanvraag AWBZ Datum: 14 december 2009 Uitgebracht aan: CIZ Zorgv orm: Begeleiding

Onderwerp: Datum: 25 februari 2008 Uitgebracht aan: Onderstaand de v olledige uitspraak.

Onderwerp: Datum: 27 augustus Onderstaand de v olledige uitspraak.

Toepasselijke zorgverzekering In dit geschil z ijn de v olgende bepalingen uit de tussen partijen afgesloten z orgverzekeringspolis

ANONIEM Bindend advies

Wet- en regelgev ing Met betrekking tot de eerste vraag z ijn de v olgende bepalingen van belang:

Onderwerp: Vergoeding nie rtranspla ntatie in het buitenland met gebruik van nie rdonatie tegen betaling af hankelijk van situatie

ANONIEM BINDEND ADVIES

Onderwerp: Datum: 23 april 2007 Uitgebracht aan: Onderstaand de v olledige uitspraak.

Onderwerp: Datum: 15 december 2008 Uitgebracht aan: Onderstaand de v olledige uitspraak.

Onderwerp: Soort uitspraak: IgA = indicatiegeschil AWBZ Datum: 19 oktober 2009 Zorgv orm: Begeleiding. Onderstaand de v olledige uitspraak.

ANONIEM BINDEND ADVIES

Onderwerp: Datum: 19 mei Onderstaand de v olledige uitspraak.

Onderwerp: Datum: 30 juni Onderstaand de v olledige uitspraak.

ANONIEM BINDEND ADVIES

Onderwerp: Datum: 26 maart Onderstaand de v olledige uitspraak.

Onderwerp: Datum: 27 augustus Onderstaand de v olledige uitspraak.

Onderwerp: Datum: 25 augustus Onderstaand de v olledige uitspraak.

Onderwerp: Datum: 4 december Onderstaand de v olledige uitspraak.

Onderwerp: Datum: 26 maart 2007 Uitgebracht aan: Onderstaand de v olledige uitspraak.

Ac htergrondrapportage beoordeling stand van de wetensc hap en praktijk Laparoscopisc he adhesiolysis bij patiënten met c hronisc he buikpijn

ANONIEM BINDEND ADVIES

ANONIEM BINDEND ADVIES

Onderwerp: Datum: 27 augustus Onderstaand de v olledige uitspraak.

Onderwerp: Bij bevalling in België gee n vergoeding voor spoedeisende zorg tijdens de à terme periode

ANONIEM BINDEND ADVIES

ANONIEM BINDEND ADVIES

Onderwerp: Datum: 7 april Onderstaand de v olledige uitspraak.

ANONIEM BINDEND ADVIES

Uitgebreid bloed- of fecesonderzoek bij maagklachten, gericht op voedselallergie is geen te verzekeren prestatie

Onderwerp: Datum: 26 maart 2007 Uitgebracht aan: Onderstaand de v olledige uitspraak.

ANONIEM BINDEND ADVIES

Onderwerp: Datum: 25 augustus 2008 Uitgebracht aan: Onderstaand de v olledige uitspraak.

Onderwerp: Datum: 23 juli 2007 Uitgebracht aan: Onderstaand de v olledige uitspraak.

Implantatie van een Auditory Brainstem Implant voor de behandeling van ernstige, enkelzijdige tinnitus

Onderwerp: Datum: 23 juli Onderstaand de v olledige uitspraak.

Datum: 11 maart Onderstaand de volledige uitspraak. Compressiekousen bij ulcus cruris venosum (dubbellaags koussysteem) Samenvatting

Onderwerp: Datum: 23 juli Onderstaand de v olledige uitspraak.

Onderwerp: Datum: 30 juni 2009 Uitgebracht aan: Onderstaand de v olledige uitspraak.

Onderwerp: Datum: 30 juni Onderstaand de v olledige uitspraak.

Evidence WWW

Onderwerp: Datum: 17 december Onderstaand de v olledige uitspraak.

Onderwerp: Datum: 21 mei Onderstaand de v olledige uitspraak.

ANONIEM BINDEND ADVIES

Onderwerp: Datum: 25 februari Onderstaand de v olledige uitspraak.

Datum: 21 september Onderstaand de v olledige uitspraak.

Dirk Ubbink. Evidence Based Surgery Workshop 2010

Onderwerp: Datum: 21 mei Onderstaand de v olledige uitspraak.

ANONIEM BINDEND ADVIES

Onderwerp: Datum: 17 nov ember 2008 Uitgebracht aan: Onderstaand de v olledige uitspraak.

Samenvatting. 11 Samenvatting

Onderwerp: Datum: 23 april Onderstaand de v olledige uitspraak.

ANONIEM BINDEND ADVIES

Wet- en regelgev ing Met betrekking tot deze adv iesaanv raag z ijn de v olgende bepalingen van belang.

die verbonden is aan een z iekenhuis.

ANONIEM BINDEND ADVIES

T ijdelijk ve rblijf met een of meer f uncties als respijtzorg aangew ezen

CVZ. Uw kenmerk G /9/G

ANONIEM BINDEND ADVIES

Datum 18 juni 2019 Betreft Definitief advies als bedoeld in artikel 114 Zorgverzekeringswet Zaaknummer Onze referentie

Onderwerp: Datum: 19 nov ember Onderstaand de v olledige uitspraak.

Hanen-ouderpro gramma. Onderwerp:

Onderwerp: Datum: 25 februari Onderstaand de v olledige uitspraak.

Onderwerp: Datum: 19 mei Onderstaand de v olledige uitspraak.

Verz oeker en verweerder hebben een geschil over de kostenvergoeding van een sy mmetrische bov enbeenverlenging.

Onderwerp: Datum: 9 mei Onderstaand de v olledige uitspraak.

Onderwerp: Datum: 23 maart 2009 Uitgebracht aan: Onderstaand de v olledige uitspraak.

Datum 12 september 2016 Betreft Definitief Advies als bedoeld in artikel 114 Zorgverzekeringswet

Onderwerp: Datum: 15 december Onderstaand de v olledige uitspraak.

ANONIEM BINDEND ADVIES

Transcriptie:

Onderwerp: Samenvatting: Brainstem implantaat is geen be handeling volgens de stand va n wetenschap e n praktijk Het plaatsen v an een Brainstem implantaat bij een kind geboren eind 2002 met een aangeboren afwez igheid v an beide cochlea s valt niet onder de basispolis. Er is onv oldoende evidence om te kunnen oordelen dat de behandeling v oldoet aan de stand van de wetenschap en praktijk. Soort uitspraak: Datum: 11 juli 2006 AaZ = adv iesaanvraag Zvw Onderstaand de v olledige uitspraak. U v raagt zich af of het plaatsen van een Brainstem implantaat bij een kind geboren eind 2002 met een aangeboren afwezigheid van beide cochlea s als een te verzekeren prestatie krachtens de Zorgv erzekeringswet beschouw d kan w orden. Het College heeft kennisgenomen van de stukken en uw vraag beoordeeld. Het College is v an oordeel dat behandeling v an kinderen met een zenuwaplasie (vergelijkbaar afwez igheid van de cochlea) met een hersenstamimplantaat op grond v an de gevonden ev idence (twee studies met 11 kinderen) niet v alt onder de omvang van de v erzekerde prestaties op grond van de Zorgv erzekeringswet. Hieronder geeft het College z ijn advies. Wet- en regelgev ing Met betrekking tot deze adv iesaanv raag z ijn de v olgende bepalingen van belang. Artikel 10, onder a Zorgverz ekeringswet. Hierin is omschrev en dat het krachtens de z orgverzekering te verzekeren risico de behoefte aan geneeskundige z org inhoudt. Artikel 11, derde lid Zorgv erzekeringswet bepaalt dat bij algemene maatregel van bestuur de inhoud en omv ang van de te verzekeren risico s nader kan worden geregeld. Deze algemene maatregel van bestuur v indt z ijn uitwerking in het Besluit z orgverzekering (hierna: Besluit Zv ). Artikel 2.1, tweede lid, Besluit Zv bepaalt dat de inhoud en omv ang van de v ormen van zorg of diensten mede worden bepaald door de stand der wetenschap en praktijk en, bij het ontbreken van z odanige maatstaf, door hetgeen in het betrokken vakgebied geldt als verantw oorde en adequate z org en diensten (gebruikelijkheidscriterium). Artikel 2.4, eerste lid, Besluit Zv bepaalt dat geneeskundige z org, z org omv at z oals medisch-specialisten die plegen te bieden. Beoordeling ge bruikelijkheid De v raag dient beantw oord te w orden of bovengenoemde behandeling als gebruikelijk in de kring van de beroepsgenoten aangemerkt kan w orden. Hierv oor moet vast komen te staan dat de behandeling v oldoet aan de v oorwaarden uit artikel 2.1, tweede lid en 2.4, eerste lid van het Besluit Zv. Bij de beoordeling of z ulks het geval is, sluit het College zich aan bij hetgeen daarover is gesteld in de uitspraak van de CRv Bvan 30 september 2004 (RZA 2004, 179), namelijk dat hierbij alle relevante gegevens in aanmerking dienen te w orden genomen, waaronder met name literatuur, w etenschappelijke onderz oeken en

gezaghebbende meningen v an specialisten. Het College laat z ich daarbij adviseren door zijn medisch adv iseur. Werkwi jze De medisch adv iseur v olgt het principe van 'evidence based medicine': een sy stematische z oekstrategie naar relevante literatuur en beoordeling van de methodologische kwaliteit van de geselecteerde onderz oeken. Een sy stematische z oekstrategie v indt plaats in - de internationale medisch-wetenschappelijke databases, bijv. "MEDLINE (v ia Pubmed) - de Cochrane library en - het "International netw ork of agencies for health technology assessment" (INAHTA). Er w ordt gez ocht met behulp v an de MESH (medical subject headings); er w ordt niet gelimiteerd gez ocht dat wil z eggen; er vindt geen uitsluiting plaats van primaire onderz oeken, editorials, letters, of case reports. Ook w ordt (daar het vaak om nieuwe behandelingen gaat) free text gez ocht naar referenties w aaraan nog geen trefw oorden z ijn toegekend. Naar gelang het onderw erp w ordt ook specifiek gez ocht naar gepubliceerde meningen van experts op het betreffende vakgebied en naar meningen/opv attingen van relevante organisaties of belangenverenigingen. Verder wordt ook altijd gezocht naar Nederlandse en buitenlandse richtlijnen en adv iezen. Via Google wordt naar opvattingen van buitenlandse (bijv. Engelse, Amerikaanse) z orgverzekeraars of andere instanties gezocht. De searches worden om de twee jaar herhaald, en zonodig eerder in geval van actuele ontw ikkelingen. Er w ordt met deze w erkw ijze z o v olledig mogelijk gez ocht naar alle literatuur, onderzoeken, artikelen en gezaghebbende gepubliceerde meningen/opvattingen betreffende de nieuw e behandeling in binnen- en buitenland. Select ie en Beoordeli ng Uit de gev onden literatuur w orden v oor verdere beoordeling die artikelen geselecteerd die betrekking hebben op de v raagstelling. De beoordeling van artikelen vindt, waar dit kan, z oveel mogelijk plaats met behulp v an controlelijsten ter beoordeling van de methodologische kwaliteit van medische artikelen. Aan de onderz oeken w ordt w aar mogelijk een level of evidence toegekend conform EBRO-richtlijnen (Ev idence Based Richtlijn Ontwikkeling). De uit eindelijke co nclusie Bij v oorkeur moeten beslissingen op basis v an 'best evidence' w orden genomen. In het kader van de toetsing van de waarde van een nieuwe behandeling dient altijd vergeleken te w orden met de bestaande 'gouden standaard behandeling' (de klassieke behandeling). De nieuwe behandeling w ordt beoordeeld in v ergelijking tot de klassieke behandeling waarbij z owel de w erking, de bijw erkingen als de lange termijn (follow-up) resultaten ten opz ichte van de 'gouden standaard' behandeling w orden meegenomen. Er moet minimaal sprake z ijn van een ingreep of behandeling met een tenminste vergelijkbare werking op v ergelijkbare harde klinische uitkomstmaten in de zin van resultaten en van v oldoende lange termijn follow-up v an patiënten om te kunnen spreken v an een gebruikelijke behandeling.

Indien uit tenminste twee kwalitatief verantwoorde studies op 'fase 3 niveau' 1 blijkt dat de behandeling in kwestie een (meer)w aarde heeft ten opz ichte van de behandeling die tot nog toe in de internationale kring van de beroepsgenoten geldend is (de z ogenaamde gouden standaard behandeling ), dan moet w orden geconcludeerd dat de behandeling in kwestie (inmiddels) een gebruikelijke behandeling is in de internationale kring van de beroepsgenoten. Indien uit tenminste tw ee kw alitatief verantw oorde studies op 'fase 3 niveau' blijkt dat de behandeling in kwestie niet tenminste vergelijkbaar is qua werkz aamheid, c.q. effectiviteit en vergelijkbare uitkomsten (in de follow-up) ten opz ichte van de gouden standaard behandeling, dan luidt de conclusie dat de behandeling in kw estie niet gebruikelijk is in de internationale kring van de beroepsgenoten. In deze gevallen z al de medisch adv iseur geen aandacht meer besteden aan onderz oeken van mindere bew ijskracht of literatuur. Deze kunnen immers de uitkomsten van de 'fase 3' onderz oeken, welke wetenschappelijk van een hogere orde z ijn, niet aantasten. Indien geen (afgeronde) studies op 'fase 3 niveau' gepubliceerd z ijn, betrekt de medisch adv iseur ook evidence van lagere orde en publicaties van gezaghebbende meningen v an medisch specialisten in z ijn beoordeling. De mate van consistentie van deze onderzoeken of publicaties is dan bepalend v oor het antwoord op de v raag of de behandeling in kwestie als v oldoende beproefd en deugdelijk moet w orden bev onden. Er is aldus sprake van een hiërarchie van evidence: sterke evidence verdringt zwakkere. Niet is uitgesloten dat een beslissing ook op basis v an evidence van een lagere orde kan w orden genomen. Het enkele, op z ichz elf staande feit dat een nieuw e behandeling w ordt verstrekt v olgens de desbetreffende regelgeving van het land waar de behandeling in kw estie w ordt verleend, z onder dat sprake is van evidence, acht het College onv oldoende om tot het standpunt over te gaan dat de behandeling gebruikelijk is in de internationale kring van de beroepsgenoten. Medische beoordeling Voor een medische beoordeling van het geschil heeft de medisch adv iseur v an het College kennisgenomen van de stukken. Op basis v an dat dossier deelt de medisch adv iseur het volgende mee. Achtergrondinformatie Het plaatsen v an cochleaire implantaten is vanaf 1999 gebruikelijke z org. In 2001 is door de Gezondheidsraad een advies uitgebracht waarin v ooral werd ingegaan op de te v erwachten ontwikkeling op het gebied v an de cochleaire implantatie, ook werd aanbevolen om CI -zorg v oor kinderen onder te brengen in centra die aan kwaliteitscriteria voldoen en dez e centra onder de werkingssfeer van de Wet op bijz ondere medische v errichtingen te brengen. Deze aanbeveling is niet overgenomen en CI-implantatie is ondanks het topklinische karakter ervan gew one z org waarvoor binnen de z iekenfondswet noch de w et op de bijz onder medische verrichtingen speciale maatregel/v oorwaarden gelden. Een hersenstamimplantaat (auditory brainstem implantation) is een soort gemodificeerd cochleair implantaat, w aarbij de elektroden niet bij het slakkenhuis w orden geplaatst maar direct in het gehoorcentrum v an de hersenstam. Vooral patiënten met een beschadiging van de gehoorz enuw of afwez igheid of ossificatie van de cochlea die geen voordeel hebben bij een cochleair implantaat zijn gebaat bij een hersenstamimplantaat. Dit omdat de gehoorskernen nu direct gestimuleerd w orden door de elektroden in de hersenstam. 1 Deze studies moeten opgezet en gerapporteerd zijn aan de hand van de internationaal geaccepteerde 'evidence based' met hodiek.

Onderz oek Om de plaats van een hersenstam implantaat te bepalen is o.a. in de internationale literatuur gez ocht naar behandeling met een hersenstam implantaat in z ijn algemeenheid en in het bijz onder bij kinderen met een aangeboren afwez igheid van de cochlea. Op 7 juni 2006 is in Medline gezocht. Zoektermen: Auditory brain stem implants [mesh] or Auditory brain stem implantation [mesh]. Inclusiecriteria; clinical trials Er w orden 2 artikelen gevonden. Omdat slechts 2 artikelen w orden gev onden met deze z oekstrategie is z onder limits gez ocht en was de opbrengst 28 artikelen. Hierv an z ijn alleen de klinische studies geselecteerd die het effect en veiligheid van een hersenstam implantaat onderz ochten en klinische studies die dez e behandeling onderz ochten bij kinderen met stoornissen/afwez igheid v an de cochlea. Resultaat: 4 artikelen, de overige artikelen z ijn v ooral beschrijv ende revieuw s, artikelen die een hersenstamimplantaat als een oplossing z ien als het cochleair implantaat faalt en technische aspecten van het hersenstamimplantaat. Omdat de Mesh trefwoorden pas in 2003 z ijn toegevoegd is ook free text gez ocht en z ijn nog eens 6 klinische studies geselecteerd. Van de in totaal twaalf geselecteerde artikelen komen slechts twee niet in het NICE rapport v oor (z ie verder). Verder is gez ocht in de Cochrane: geen sy stematische revieuw s. Ook is gez ocht naar standpunten/opv attingen van buitenlandse z orgautoriteiten, z orgverzekeraars en deskundigen. Resultaat In 2005 is een NICE rapport verschenen over de auditory brainstem implants. Het standpunt is dat er v oldoende bew ijs is over de veiligheid en effectiviteit van auditory brainstem implants (hersenstam implantaat) verricht door erv aren chirurgen. De indicatie is een beschadiging v an de gehoorz enuw door tumoren of operatief ingrijpen. Bij dez e groep met schade aan de zenuw is er geen behandeling met hoorapparaten of cochleaire implantaten mogelijk. De ev idence is beperkte tot case series bij patiënten ouder dan twaalf jaar; v ier grote en 12 kleine series, wisselende follow-up v an 6 maanden tot zeven jaar. De FDA heeft een hersenstamimplantaat in 2000 op de markt toegelaten. De indicatie is v oor personen 12 jaar of ouder die gediagnosticeerd zijn met neurofibromatosis ty pe 2. De implantatie kan gelijktijdig geschieden met het verwijderen van de tumor. Van 90 patiënten z ijn gegevens geanalyseerd, 2 patiënten overleden door oorz aken die niets met het implantaat te maken hebben. Het resultaat van de preklinische en klinische studies is v olgens de FDA v oldoende om te beoordelen dat de veiligheid en effectiviteit van de auditory brainstem implant system vast staat bij dez e selecte groep patiënten. Aetna, Cigna en Blue cross shield beoordelen op basis v an de evidence in peer-revieuw literatuur dat het implanteren van een hersenstamimplantaat bij patiënten ouder dan 12 met een beschadiging v an de gehoorz enuw door neurofibromatosis geïndiceerd is. De w etenschappelijke literatuur w ordt nog als onv oldoende voor andere indicaties beoordeeld. Ook is v ia artsennet (geraadpleegd 6-06-2006) een stukje gev onden over de eerste hersenstamimplantatie in Maastricht bij een dove patiënt. Hier is te lezen dat v ooralsnog het indicatiegebeid v oor hersenstamimplantatie beperkt is. Namelijk alleen bij patiënten met een tumor in het centrale zenuw stelsel w aardoor de gehoorz enuw is aangetast. Het plaatsen van een hersenstam implantaat is een uiterst

complexe ingreep. Het az M is het eerste Nederlandse z iekenhuis dat de operatie uitv oert. Beschouw ing De gev onden en geselecteerde artikelen die ook in het Nice rapport staan w orden niet apart hier verder besproken. Daardoor blijven er slechts twee studies over die niet in het Nice rapport staan. Dit zijn meteen ook de studies die zijn uitgev oerd bij een andere indicatie dan die van schade aan gehoorzenuw door tumoren (meestal door neurofibromatos ty pe 2). Het zijn beide case studies. Een artikel beschrijft de resultaten v an een hersenimplantaat bij 20 v olw assen en 9 kinderen waar ook andere indicaties dan een tumor aan de orde zijn namelijk in totaal 16 patiënten (8 kinderen en 8 v olwassenen). Van de 8 kinderen hadden 6 een bilaterale zenuwaplasie, 1 had een cochleaire ossificatie en 1 kind had ernstig gehoorv erlies na een hoofdtrauma. Van de 8 v olwassenen hadden 3 een cochleaire ossificatie en 5 hadden een gehoorv erlies na een hoofdtrauma. Voor de zes kinderen met een zenuwaplasie wordt v oor drie van hen verwezen naar een artikel waar ze eerder werden beschreven (zie verder). De drie overigen waren resp. 14 maanden, 4, 5 - en 6, 5 jaar. Follow-up na 6 maanden en 1 jaar; de resultaten zijn gunstig. Conclusie; de studie bewijst dat hersenstamimplantatie technisch realiseerbaar is bij kinderen met een cochleaire z enuwaplasie. Het andere artikel beschrijft hersenstam implantatie bij drie kinderen met ernstige bilaterale cochleaire malformaties en cochleaire z enuw aplasie. Leeftijd 4, 3 en 2 jaar oud. Resultaat v eelbelovend na respectievelijk 1 jaar, 8- en 1 maand na activatie. Samenvatting Het bew ijsniveau van alle gevonden studies is niet hoger dan C (niet v ergelijkende studies), maar een hoger niv o is niet goed haalbaar gezien de aard van de indicaties en de klinische situatie. Van de gev onden studies zijn er slechts twee case studies met indicatie zenuwaplasie en cochleaire ossificatie bij in totaal 11 kinderen als onderz oekgroep. De overige studies hebben als onderz oek hersenstamimplantatie bij patiënten > 12 jaar en als indicatie gehoorz enuw beschadiging door een tumor. Voor deze indicatie blijken er v oldoende case series in de literatuur met grotere aantallen patiënten en voldoende follow-up beschrev en te z ijn. In het buitenland blijkt door z orgautoriteiten (Nice, FDA) en Buitenlandse z orgverzekeraars (Aetna, Cigna, Blue cross shieldl) dat op basis van beschikbare evidence van de geanalyseerde studies de conclusie is dat hersenstamimplantatie is toegelaten bij patiënten > twaalf jaar met gehoorzenuw schade door tumoren (meestal door neurofibromatis ty pe 2). Conclusie Behandeling van een gehoorzenuw beschadiging door een tumor met een hersenstamimplantaat bij patiënten > 12 jaar moet medisch-inhoudelijk bez ien worden als een gebruikelijke behandeling op grond v an de aanwezige evidence. Voor behandeling v an kinderen met een zenuwaplasie (vergelijkbaar afwezigheid van de cochlea) met een hersenstamimplantaat is er op grond v an de gev onden ev idence (tw ee studies met 11 kinderen) nog geen sprake van een gebruikelijke behandeling. Juridische beoordeling Op basis v an de toepasselijke regelgeving en het advies van de medisch adv iseur is het College van mening dat het plaatsen van een Brainstem implantaat bij een kind geboren eind 2002 met een aangeboren afwez igheid v an beide cochlea s niet aangemerkt kan w orden als gebruikelijk in de (internationale) kring van de beroepsgenoten en daarmee niet valt onder de omv ang van de geneeskundige zorg, zoals bepaald in het Besluit Zv.

Advies van het College Het College adviseert de aanv raag v oor het plaatsen van een Brainstem implantaat bij een jong kind af te wijzen, omdat de behandeling niet v alt onder de omvang van de verzekerde prestaties op grond v an de Zorgv erzekeringswet.