14/juli/2017 Windpark De Zoom Nederweert Beoordeling principeverzoek door onafhankelijk deskundig windpanel Floris van der Veen Mark Henfling Marc Heusschen
A. Algemeen Achtergrond De gemeenten Nederweert, Leudal en Peel en Maas trekken samen op in de bevordering van windenergie. Daartoe zijn door de gemeenteraden uitgangspunten vastgesteld. In september 2016 zijn een aantal initiateven voor windparken bij de gemeenten ingediend. De gemeenten hebben in samenspraak met de provincie Limburg besloten zich door een tijdelijk adviespanel windprojecten te laten ondersteunen bij de screening en beoordeling van de ingediende plannen. Het adviespanel bestaat uit drie onafhankelijke deskundigen met de expertises omgevingsparticipatie, landschapsadviseur en financieel specialist. Het adviespanel is mogelijk gemaakt door de Provincie Limburg. De initiatiefplannen, die in september 2016 waren ingediend door de initiatiefnemers, zijn in april 2017 door het windpanel gescreend. Op basis van deze screening hebben sommige initiatiefnemers besloten het initiatief verder uit te werken tot een principeverzoek. Dit document betreft de beoordeling van het ingediende principeverzoek. Gegevens windpark Initiatief (september 2016) Principeverzoek (juni 2017) Initiatiefnemer Raedthuys Windenergie BV en grondeigenaren Lokale grondeigenaren, NEWECOOP, Raedthuys Windenergie B.V. Locatie De Zoom, Nederweert De Zoom, Nederweert Aantal windmolens 4 à 5 6 (mogelijk 5 tot 7) Ashoogte 100-140 meter 110 150 meter Rotordiameter 100-140 meter 110 150 meter Vermogen per molen Circa 3 à 4 MW Circa 3 à 4,5 MW Verwachte jaarlijkse productie WP 40.000 MWh (circa 11.500 huishoudens) 48.000 90.000 MWh Kader en methodiek beoordeling Het principeverzoek dient te voldoen aan de indieningsvereisten. Deze indieningsvereisten zijn door de gemeenten opgesteld, zodat de initiatiefnemers weten hoe het principeverzoek dient te worden ingediend. Het ingediende principeverzoek is in eerste instantie hierop op volledigheid getoetst. De beoordeling van het ingediende principeverzoek vindt verder plaats aan de hand van de door de gemeenteraden vastgestelde uitgangspunten windenergie, die zijn uitgewerkt in de Richtlijnen windenergie gemeenten Peel en Maas, Leudal en Nederweert. Deze methodiek is gelijk zoals die is gehanteerd bij de screening van april 2017. Het principeverzoek wordt per uitgangspunt gescoord, waarbij een score van 1 tot 5 wordt gehanteerd. Voor een omschrijving van de methodiek en scores wordt verwezen naar de bijlage Kaders en methodiek beoordeling Nederweert. Legenda: 1 2 3 4 5 Ondermaats Onvoldoende Minimaal Voldoende Uitstekend De score van de beoordeling van het principeverzoek (kolom Beoordeling) wordt geconfronteerd met de score van de screening van het initiatief van 11 april 2017 (kolom Screening). Op die manier wordt direct duidelijk op welke manier het initiatief verder is uitgewerkt. Voorgeschiedenis Raedthuys heeft op 30 september 2016 een initiatief voor een windpark nabij het natuurreservaat De Zoom in de gemeente Nederweert ingediend. Het ingediende idee voor het windpark behelsde feitelijk niet meer dan de aanduiding van een locatie. Het ingediende voorstel is marginaal. Raedthuys geeft aan nog in gesprek te gaan met de grondeigenaren en een communicatietraject 2
op te starten. Tevens willen ze de mogelijke samenwerking met een lokale energie coöperatie verkennen. Raedthuys heeft samen met vijf grondeigenaren zijn initiatief op 08 maart 2017 toegelicht aan het windpanel. Raedthuys heeft daarbij aangegeven binnen een aangegeven gebied de omgeving te willen informeren met keukentafelgesprekken. Grondeigenaren zijn benaderd door Raedthuys en zijn gaan samenwerken. De plannen zijn in de omgeving bekend. Er is volgens Raedthuys geen weerstand ondervonden. In de bijeenkomst van 8 maart 2017 zijn een aantal denkbare financiële participatiestructuren toegelicht. Aangegeven is dat de NWEA gedragscode in acht wordt genomen, dat een bijdrage aan een nog op te richten omgevingsfonds van EUR 0,5 per MWh kan leiden tot een bijdrage van EUR 20.000 per jaar kan leiden. Ook is aangegeven dat 50-50 verdeling van de turbines met Neweco mogelijk is. Principeverzoek Op 21 juni 2017 heeft Raedthuys samen met NEWECOOP een principeverzoek ingediend bij de gemeente. Ten opzichte van het oorspronkelijke initiatief gaat het plan uit van 6 windmolens (aanvankelijk 4/5). Daarnaast is het verzoek nu samen met NEWECOOP ingediend. In het principeverzoek wordt conform de indieningsvereisten nader ingegaan op: - Algemene projectbeschrijving; - Omgevingsmanagement, inclusief stakeholder- en krachtenveldanalyse; - Baten voor de omgeving, incuslief een menukaart participatie; - Ruimtelijke uitgangspunten en landschappelijke inpassing. B. Beoordeling Beoordeling omgeving Voor het nader uitwerken van het initiatief heeft Raedthuys nadrukkelijk de samenwerking met NEWECOOP opgezocht. Daarnaast was er al sprake van samenwerking met de grondeigenaren en Landgoed Het Kruis. Staatsbosbeheer wil volgens het plan haar medewerking aan het plan verlenen. Het gezamenlijk optrekken van verschillende betrokken partijen kan leiden tot veel draagvlak in de omgeving voor het plan, waarbij goed wordt ingezet op de coöperatieve gedachte. Het is bijzonder positief dat de betrokken grondeigenaren als uitgangspunt hanteren dat er geen onderlinge verdeeldheid mag zijn. Raedthuys en NEWECOOP zijn conform eerdere toezeggingen een 50/50 verdeling van de molens overeengekomen (bij een even aantal molens). Bij de screening van het plan in april 2017 werd aanbevolen om het plan aanzienlijk meer uit te werken en te verdiepen. De aspecten stakeholdersanalyse, samenwerking met een coöperatie samenwerking met Staatsbosbeheer zouden meer aandacht moeten krijgen. Daarnaast zouden de aspecten krachtenveldanalyse, communicatieplan en procesplanning nog helemaal opgepakt en uitgewerkt moeten worden. Het principeverzoek van 21 juni 2017 geeft een goede invulling aan de aanbevelingen uit de screening. De samenwerking met NEWECOOP is nadrukkelijk opgezocht, wat heeft geleid tot een actieve samenwerking tussen de partijen. Met Staatsbosbeheer zijn ook vergaande gesprekken over samenwerking gevoerd. Dit heeft echter nog niet geleid tot een volledige commitment van Staatsbosbeheer. Het plan is voorzien van een stakeholdersanalyse, inclusief belangen en de wijze van informeren. De krachten zijn echter slechts zeer globaal benoemd. In het plan is een procesplanning opgenomen, waarbij per fase een doorkijk is gegeven voor de komende 5 jaar. De planning lijkt haalbaar en realistisch, maar zal (uiteraard) nog verder uitgediept moeten worden. In het principeverzoek worden communicatiemiddelen omschreven die de initiatiefnemers willen inzetten. Per stakeholder is een keuze gemaakt welk communicatiemiddel wordt ingezet. Positief is dat de lokale partij NEWECOOP een belangrijke rol krijgt toegewezen bij de (omgevings)communicatie, maar ook alle grondeigenaren hebben een actieve rol. Aspect Analyse Aanbeveling Beoordeling Screening Stakeholdersanalyse Is uitgevoerd, inclusief belangen Monitoren 4 2 3
Krachtenveldanalyse Summier uitgevoerd Analyse verder uitwerken 2 1 Procesplanning Opgesteld Nader uitwerken 3 1 Communicatieplan Middelen benoemd, toegespitst per stakeholder Uitvoeren en monitoren 4 2 Het principeverzoek hanteert, herkenbaar opgenomen in het verzoek, de uitgangspunten gelijkheid, participatie en samenwerking. Raedthuys is er in geslaagd om een samenwerking aan te gaan met zowel de grondeigenaren als de coöperatie NEWECOOP. Het plan kan waarschijnlijk rekenen op veel draagvlak vanuit de omgeving. Het aspect omgeving is volgens het gemeentelijke kader voor deze fase voldoende uitgewerkt. Het principeverzoek wordt op het aspect omgeving als kansrijk beoordeeld. Beoordeling financiële participatie De informatie over financiële participatie is samengevat in hoofdstuk 4, baten voor de omgeving. Hierin wordt ingegaan op baten voor grondeigenaren, samenwerking met NEWECOOP, oprichting van een omgevingsfonds en een energiefonds. Tot slot wordt de uitgifte van obligaties beschreven. De NWEA gedragscode draagvlak en participatie wind wordt onderschreven. Het hoofdstuk bevat feitelijk een kader hoe om te gaan met baten voor de omgeving. Als uitgangspunt is benoemd dat de initiatiefnemers en grondeigenaren het belangrijk vinden dat lusten en lasten op een eerlijke manier worden verdeeld. In overleg met omwonenden kan gekomen worden tot een andere invulling van de financiële participatie. De wijze van verdelen van de grondinkomsten vanuit het windproject aan grondeigenaren is toegelicht. De hoogte van de inkomsten wordt gelijkgesteld aan de grondvergoeding die het Rijk vraagt voor windparken op rijksgronden. Bij het verdelen van de inkomsten wordt onderscheid gemaakt tussen grondeigenaren met en zonder windmolen. De verdeling is niet gekwantificeerd. Aangegeven is dat alle grondeigenaren achter de verdeling staan. Staatsbosbeheer wil dat tien procent van de grondvergoeding naar haar terugvloeit. Qua financiële participatie in het windproject is aangegeven dat 1) het aantal windmolens tussen NEWECOOP en Raedthuys in principe 50-50 wordt verdeeld. Daarnaast wordt 2) ook ingegaan op het mogelijk uitgeven van obligaties. Er is nog geen keuze gemaakt welk type financiële participatie wordt aangeboden en wat de bijbehorende kenmerken zijn (type vermogen, looptijd, hoogte rente). De hoogte van de totale baten en de mate waarin dit naar burgers terugvloeit is daarmee nog onzeker. Vanuit de exploitatie van het windpark wordt een gebiedsgebonden bijdrage gedaan. De financiële bijdrage bedraagt 0,50 cent per MWh (bovenkant bandbreedte NWEA gedragscode). Het omgevingsfonds wordt beheerd door NEWECOOP. Binnen NEWECOOP wordt hiervoor een werkgroep aangesteld die projecten formuleert en geld aan projecten toekent. Verschillende stakeholders zullen deelnemen in de werkgroep omgevingsfonds. NEWECOOP stelt bovenop het omgevingsfonds een energiefonds in, waarin revenuen van de drie burgermolens worden ingezet om de energietransitie in Nederweert gestalte te geven. Aspect Analyse Aanbeveling Beoordeling Screening Profijtplan Op hoofdlijnen aanwezig, deels gedetailleerd. Meer dan NWEA norm Nader concretiseren tijdens projectontwikkeling 4 2 Gelden voor de omgeving worden lokaal ingezet % coöperatieve ontwikkeling Voldoende info over uitgangspunten en verdeling gelden Voornemen benoemd Nader uitwerken in projectontwikkeling Nader concretiseren qua omvang, eigendomsstructuur en 4 2 3 2 4
samenwerking tussen partijen Duidelijk is dat de initiatiefnemers qua verdelen van baten voornemens zijn verder te gaan dan de NWEA gedragscode draagvlak en participatie wind. Tegelijkertijd is nu nog erg onzeker wat de baten zijn die voortvloeien aan de omgeving, specifiek het percentage coöperatieve ontwikkeling. Dit is deels gerelateerd aan de fase waarin het project zich bevindt. Deels ook doordat alle mogelijke vormen van participatie open worden gehouden. Het aspect financiële participatie is volgens het gemeentelijke kader voor deze fase voldoende uitgewerkt. We bevelen aan tijdens de projectontwikkeling financiële participatie nader te concretiseren. Beoordeling landschap Het plan bestaat uit een dubbele lijnopstelling; een lijn parallel aan de Kruisstraat en de andere lijn parallel aan de Banendijk. Aspect Analyse Advies Beoordeling Screening POL Initiatief is gelegen 5 5 binnen voorkeursgebied windturbines. Ontwerpprincipe 1. Initiatief is gelegen op Verplaats locatie in 3 3 Plaatsing de rand van de jonge noordelijke richting, windturbines alleen in ontginningen. de grootschalige, parallel aan Kruisstraat open jonge ontginningen. Ontwerpprincipe 2. Alleen lijnopstellingen met heldere ritmiek, minimaal 3 en maximaal 7 turbines. Ontwerpprincipe 3. Gepaste afstand aanhouden tussen opstellingen onderling, ca. 3 tot 4 kilometer i.v.m. interferentie. Ontwerpprincipe 4. De turbineopstelling is landschapsversterken d. Lijnopstelling van 4 turbines met heldere ritmiek parallel aan de Kruisstraat en een tweede lijnopstelling parallel aan de Banendijk van 2 turbines. Het ontwerpprincipe gaat uit van minimaal 3 turbines in lijn. De tweede lijn voldoet niet aan de spelregels. Er is geen samenhang tussen beide lijnen Ruimte wordt bepaald door de kleinschalige boscomplexen met coulisse werking. Omgeving heeft een natuurlijk karakter door de directe nabijheid van natuurgebied De Zoom. Beide lijnen samen zorgen voor een onrustig beeld.de lijn aan de Banendijk doet afbreuk aan de heldere opstelling parallel aan de Kruisstraat. Kies voor een duidelijke opstelling en ga alleen voor de lijn van 4 turbines parallel aan de Kruisstraat. Regionale afstemming Houdt meer afstand tot natuurgebied de Zoom. Dit geldt voor beide lijnen. De huidige opstelling klemt als het ware het natuurgebied aan twee zijden in. De Kruisstraat ligt midden in een agrarisch gebied met een duidelijke 1 5 1 3 5
Ontwerpprincipe 5. Niet kruisen van landschappelijke structuren. De lijn kruist 3 kleinschalige boscomplexen (haaks op de richting). grootschalige rationele verkaveling Dit gebied is vanuit landschappelijk perspectief geschikt voor de plaatsing van windturbines. Zie boven. 4 4 Beoordeling Het ingediende plan is een combinatie van de twee eerdere varianten; een zuivere lijnopstelling en een kleine zwerm in de vorm van een carré opstelling. Resultaat hiervan is een dubbele lijnopstelling die geen relatie met elkaar hebben. De twee lijnen samen klemmen als het ware het natuurgebied De Zoom in. Het concept voor de positionering is aan de hand van de ontwerpprincipes uit de Landschapsvisie Windenergie Peelland Zuid beschreven. Alleen de lijn van 4 turbines parallel aan de Kruisstraat voldoet in enige mate aan de ontwerpuitgangspunten. Het realiseren van de tweede lijn die slechts uit 2 turbines bestaat zorgt voor afbreuk van de heldere opstelling van de eerste lijn. Raedthuys geeft aan ideeën te hebben voor de versterking van het landschap. Een concreet voorbeeld hiervan is de samenwerking met Staatsbosbeheer. Staatsbosbeheer wil meewerken aan dit initiatief en beschikbare gelden investeren in het natuurreservaat De Zoom (bijvoorbeeld de aanleg van een grondwaterscherm). Deze kansen leveren alleen substantiële meerwaarde als er geen afbreuk gedaan wordt aan de landschappelijke kwaliteit. Dit is nu het geval door een verkeerde positionering. Raedthuys geeft aan verder onderzoek te doen naar de visuele aspecten en landschappelijke inpassing op het moment dat er een positief besluit genomen is op het ingediende principeverzoek. Hieronder wordt hiervoor een eerste suggestie gedaan om te komen tot een beter plan. Het principeverzoek wordt op het aspect landschap als niet kansrijk beoordeeld. Advies ter verbetering Bij de screening is al aangegeven dat een opstelling die meer afstand houdt tot natuurgebied De Zoom meer respect toont voor de landschappelijke kwaliteit. Een mogelijkheid hiervoor is het verplaatsen van het windpark in noordwestelijke richting en de turbines te positioneren langs de Kruisstraat. In het principeverzoek is niet beschreven dat dit alternatief onderzocht is. Wil het initiatief op het onderdeel landschap tot een betere score komen dan is het aan te bevelen de mogelijkheden in de directe nabijheid van de Kruisstraat te onderzoeken. 6