Leeswijzer Jeugdgezondheidszorg Utrecht tabellen In de volgende werkblad(en) staan tabellen behorend bij een bepaald thema. De tabellen zijn toegespitst op de door u opgevraagde leeftijdscategorie. In de tabellen staan telkens de totaalpercentages gevolgd door een verdeling naar een aantal specifieke achtergrondkenmerken, zoals: geslacht, leeftijd, achtergrond, opleidingniveau en wijk. Ook zijn er, waar mogelijk, tabellen die weergeven of er verschillen zijn gevonden ten opzichte van eerdere metingen (trends). De gegevens in de tabellen kunnen afkomstig zijn uit registratiedata of uit vragenlijstonderzoek. Afhankelijk van het type databron is de achtergrond op een andere manier berekend. Extra toelichting achtergrondkenmerken: Achtergrond op basis van registratiegegevens: Hierbij zijn de Utrechtse kinderen verdeeld naar etnische achtergrond aan de hand van de geboortelanden van de ouders. Autochtone kinderen zijn kinderen van wie beide ouders in Nederland zijn geboren. Kinderen van wie ten minste één ouder niet in Nederland is geboren hebben een andere etnische achtergrond; in de tabellen is uitgesplitst naar Surinaams/Antilliaans/Arubaans, Marokkaans, Turks en overig. Achtergrond op basis van antwoorden op vragenlijst (tabellen over adolescenten): Hierbij zijn de Utrechtse kinderen verdeeld naar etnische achtergrond aan de hand van de CBS-criteria. Op basis van het geboorteland van het kind zelf en van de ouders wordt de achtergrond bepaald. Autochtone kinderen zijn kinderen van wie beide ouders in Nederland zijn geboren, ongeacht het geboorteland van het kind zelf. Kinderen van wie ten minste één ouder niet in Nederland is geboren hebben een andere etnische achtergrond; in de tabellen is uitgesplitst naar Surinaams/Antilliaans/Arubaans, Marokkaans, Turks en overig. Opleidingsniveau ouders: Het opleidingniveau van ouders wordt bepaald op basis van de hoogste opleiding die door één van beide ouders is voltooid. Ouders worden gekwalificeerd als laagopgeleid wanneer de hoogst voltooide opleiding op het niveau is van basisonderwijs, lbo of mavo. Tot de middencategorie behoren ouders met een havo, vwo of mbo diploma. Hoogopgeleide ouders zijn ouders waarvan ten minste één van beiden een opleiding op hbo of universitair niveau heeft afgerond. Opleidingsniveau leerlingen: Het opleidingsniveau van de leerlingen is het niveau van het onderwijssoort dat zij ten tijde van de registratie of het onderzoek volgden. Indien mogelijk zijn er statistische toetsen uitgevoerd om na te gaan of er verschillen in gezondheid bestaan naar de specifieke achtergrondskenmerken. Met behulp van deze toetsen kan de kans berekend worden in hoeverre een gevonden verschil op toeval berust. Bij de uitgevoerde volgende: als de kans dat het gevonden resultaat/verschil op toeval berust kleiner is dan 5%, is het een werkelijk verschil (significant verschil). Alle toetsen zijn uitgevoerd met behulp van SPSS (Complex samples-likehood-toets, Chi-kwadraat-toets). Een niet-significant verschil wordt aangegeven met een lichtrode arcering van de cellen: Een significant verschil (kans op toeval kleiner dan 5%) wordt aangegeven met een donkerrode arcering van de cellen: Een significant verschil (kans op toeval kleiner dan 1%) wordt aangegeven met een oranje arcering van de cellen: De oranje arcering geldt alleen voor de tabellen over adolescenten.
Daarnaast is een post-hoc toets (Pearson residual) uitgevoerd om te bepalen of groepen hoger of lager scoren ten opzichte van het gemiddelde percentage, zo wordt zichtbaar waar zich het verschil bevindt. Groepsverschillen worden aangeduid met pijltjes: significant hoger dan het gemiddelde significant lager dan het gemiddelde Extra toelichting trends: De resultaten worden waar mogelijk vergeleken met de resultaten van eerdere metingen. Trends zijn multivariaat getoetst met behulp van een logistische regressie om voor verschillen naar geslacht, leeftijd, achtergrond en wijk te corrigeren. Er is een significant verschil tussen twee metingen wanneer het geobserveerde verschil met een zekerheid van 95% niet op toeval berust. Dit wordt aangeduid met pijltjes of een gelijkheidsteken: significant hoger dan de huidige meting = geen verschil t.o.v. de huidige meting significant lager dan de huidige meting Let op: in het CSV-bestand zijn toetsresultaten (arcering en pijltjes) helaas niet zichtbaar, open hiervoor het XLS- of PDF-bestand. Voor de tabellen over adolescenten geldt het volgende: Wanneer het totaal aantal leerlingen waarop het percentage in de cel is gebaseerd lager is dan 50, is dit aangegeven met een * achter de waarde. Hierdoor zijn de uitkomsten mogelijk minder betrouwbaar. De gegevens afkomstig van de Jeugdgezondheidszorg Utrecht zijn afkomstig uit registraties van de Jeugdgezondheidszorg en door ouders en jongeren ingevulde vragenlijsten. Alle gegevens uit deze bronnen worden anoniem verwerkt en alleen gerapporteerd wanneer zij niet-herleidbaar zijn tot individuen. De Jeugdgezondheidszorg sluit in haar contacten met ouders en jongeren waar mogelijk aan bij de thema's die voor ouder of jongere op dat moment belangrijk zijn. Hierdoor kan sprake zijn van onderregistratie op andere thema's. Bij de gegevens op basis van antwoorden op vragenlijsten kan door sociaal-wenselijke beantwoording in sommige gevallen sprake zijn van een onderschatting van de werkelijkheid (bijvoorbeeld bij gevoelige onderwerpen, zoals alcoholgebruik of de situatie thuis) en in andere gevallen van overschatting(bijvoorbeeld wanneer jongeren stoer willen overkomen, zoals bij grensoverschrijdend gedrag).
Discriminatie Tabel 1a Aantal keren dat leerlingen zich gediscrimineerd hebben gevoeld in de afgelopen drie maanden, naar klas Nooit 1817 89% 1712 89% 3529 89% Minder dan 2 keer per maand 109 5% 128 7% 237 6% 2 of 3 keer per maand 45 2% 35 2% 80 2% Ongeveer 1 keer per week 34 2% 14 1% 48 1% Meerdere keren per week 26 1% 30 2% 56 1% Tabel 1b Percentage leerlingen dat zich in de afgelopen drie maanden wel eens gediscrimineerd heeft gevoeld TOTAAL 214 11% 207 11% 421 11% GESLACHT Jongen 122 12% 104 11% 226 12% Meisje 92 9% 103 11% 195 10% ACHTERGROND Autochtoon 33 3% 35 3% 68 3% Surinaams/Antilliaans/Arubaans 22 26% 16 24% 38 25% Marokkaans 76 20% 91 31% 167 25% Turks 29 19% 20 17% 49 18% Overig 50 20% 43 19% 93 20% OPLEIDINGSNIVEAU vmbo 137 15% 114 16% 251 16% havo/vwo 77 7% 93 8% 170 7% WOONACHTIG IN UTRECHT 188 11% 174 11% 362 11% WIJK West 18 12% 12 11% 30 11% Noordwest 23 11% 25 15% 48 13% Overvecht 42 20% 38 23% 80 21% Noordoost 12 6% 15 7% 27 6% Oost 2 2% 8 6% 10 5% Binnenstad 1 2%* 1 4%* 2 3% Zuid 13 13% 14 14% 27 14% Zuidwest 30 14% 29 18% 59 16% Leidsche Rijn 28 13% 17 10% 45 12% Vleuten-De Meern 19 8% 15 7% 34 7%
Tabel 2 Percentage leerlingen dat aangeeft nog last te hebben van het feit dat hij/zij gediscrimineerd is TOTAAL 58 3% 49 3% 107 3% GESLACHT Jongen 31 3% 23 2% 54 3% Meisje 27 3% 26 3% 53 3% ACHTERGROND Autochtoon 4 <1% 6 <1% 10 <1% Surinaams/Antilliaans/Arubaans 2 2% 3 4% 5 3% Marokkaans 33 9% 27 9% 60 9% Turks 7 5% 4 3% 11 4% Overig 11 5% 9 4% 20 4% OPLEIDINGSNIVEAU vmbo 42 5% 27 4% 69 4% havo/vwo 16 1% 22 2% 38 2% WOONACHTIG IN UTRECHT 55 3% 41 3% 96 3% WIJK West 3 2% 4 3% 7 3% Noordwest 8 4% 3 2% 11 3% Overvecht 12 6% 11 6% 23 6% Noordoost 7 4% 3 1% 10 2% Oost 1 1% 2 2% 3 1% Binnenstad 0 0%* 0 0%* 0 0%* Zuid 3 3% 3 3% 6 3% Zuidwest 10 4% 4 2% 14 3% Leidsche Rijn 7 3% 4 2% 11 3% Vleuten-De Meern 4 2% 7 3% 11 2%
Tabel 3a Denkt dat homoseksuele leerlingen op school eerlijk kunnen uitkomen voor hun seksuele geaardheid, naar klas Ja, voor iedereen op school 279 14% 455 24% 734 19% Ja, alleen voor zijn/haar vrienden 647 32% 683 36% 1330 34% Nee 346 17% 319 17% 665 17% Weet het niet 760 37% 462 24% 1222 31% Tabel 3b Percentage leerlingen dat denkt dat iedereen op school eerlijk kan uitkomen voor zijn/haar seksuele geaardheid TOTAAL 279 14% 455 24% 734 19% GESLACHT Jongen 127 13% 198 21% 325 17% Meisje 152 15% 257 26% 409 20% ACHTERGROND Autochtoon 186 16% 337 28% 523 22% Surinaams/Antilliaans/Arubaans 12 14% 14 21% 26 17% Marokkaans 35 9% 35 12% 70 10% Turks 11 7% 13 11% 24 9% Overig 34 14% 55 24% 89 19% OPLEIDINGSNIVEAU vmbo 84 9% 77 11% 161 10% havo/vwo 195 17% 378 32% 573 25% WOONACHTIG IN UTRECHT 206 13% 330 22% 536 17% WIJK West 25 15% 28 20% 53 17% Noordwest 16 9% 26 18% 42 13% Overvecht 10 6% 24 15% 34 10% Noordoost 20 13% 73 36% 93 26% Oost 13 15% 45 34% 58 27% Binnenstad 6 23%* 7 28%* 13 26% Zuid 15 14% 28 28% 43 21% Zuidwest 20 8% 37 22% 57 14% Leidsche Rijn 37 17% 28 18% 65 17% Vleuten-De Meern 44 17% 34 15% 78 16%
Tabel 4a Zou rustig vriendschap sluiten met een homoseksuele klasgenoot, naar klas Zeker wel 408 20% 466 24% 874 22% Wel 542 27% 513 27% 1055 27% Misschien wel/misschien niet 707 35% 620 32% 1327 34% Niet 155 8% 169 9% 324 8% Zeker niet 220 11% 151 8% 371 9% Tabel 4b Percentage leerlingen dat vriendschap zou sluiten met een homoseksuele klasgenoot TOTAAL 950 47% 979 51% 1929 49% GESLACHT Jongen 359 36% 345 36% 704 36% Meisje 591 57% 634 65% 1225 61% ACHTERGROND Autochtoon 668 58% 724 60% 1392 59% Surinaams/Antilliaans/Arubaans 37 43% 32 47% 69 45% Marokkaans 82 21% 72 25% 154 23% Turks 37 25% 34 29% 71 27% Overig 124 51% 116 50% 240 51% OPLEIDINGSNIVEAU vmbo 288 33% 264 36% 552 34% havo/vwo 662 58% 715 60% 1377 59% WOONACHTIG IN UTRECHT 715 45% 701 48% 1416 46% WIJK West 84 49% 77 56% 161 52% Noordwest 65 38% 54 37% 119 38% Overvecht 60 32% 44 27% 104 30% Noordoost 92 59% 119 59% 211 59% Oost 54 62% 79 59% 133 60% Binnenstad 17 62%* 17 67%* 34 65% Zuid 49 47% 54 53% 103 50% Zuidwest 57 27% 65 39% 122 32% Leidsche Rijn 92 41% 70 44% 162 42% Vleuten-De Meern 145 54% 122 50% 267 52%
Tabel 5a Zou aan een homoseksuele klasgenoot laten merken dat hij/zij van hem/haar af moet blijven, naar klas Zeker wel 432 21% 313 16% 745 19% Wel 347 17% 333 17% 680 17% Misschien wel/misschien niet 487 24% 514 27% 1001 25% Niet 419 21% 414 22% 833 21% Zeker niet 347 17% 345 18% 692 18% Tabel 5b Percentage leerlingen dat aan een homoseksuele klasgenoot zou laten merken dat hij/zij van hem/haar af moet blijven TOTAAL 779 38% 646 34% 1425 36% GESLACHT Jongen 498 50% 406 43% 904 47% Meisje 281 27% 240 25% 521 26% ACHTERGROND Autochtoon 324 28% 322 27% 646 27% Surinaams/Antilliaans/Arubaans 37 43% 30 44% 67 43% Marokkaans 239 62% 167 57% 406 60% Turks 89 59% 68 59% 157 59% Overig 88 36% 57 25% 145 31% OPLEIDINGSNIVEAU vmbo 500 57% 373 51% 873 54% havo/vwo 279 24% 273 23% 552 24% WOONACHTIG IN UTRECHT 658 41% 515 35% 1173 38% WIJK West 57 38% 38 30% 95 35% Noordwest 84 45% 69 44% 153 44% Overvecht 109 58% 87 53% 196 56% Noordoost 43 25% 45 20% 88 22% Oost 26 32% 29 23% 55 26% Binnenstad 9 31%* 6 19%* 15 25% Zuid 38 37% 31 32% 69 35% Zuidwest 115 56% 67 43% 182 51% Leidsche Rijn 103 46% 67 40% 170 43% Vleuten-De Meern 74 30% 76 34% 150 32%
Tabel 6a Zou in de pauze naast een homoseksuele klasgenoot gaan zitten, naar klas Zeker wel 306 15% 221 12% 527 13% Wel 264 13% 224 12% 488 12% Misschien wel/misschien niet 577 28% 453 24% 1030 26% Niet 468 23% 511 27% 979 25% Zeker niet 416 20% 510 27% 926 23% Tabel 6b Percentage leerlingen dat in de pauze liever niet naast een homoseksuele klasgenoot gaat zitten TOTAAL 570 28% 445 23% 1015 26% GESLACHT Jongen 383 38% 324 34% 707 36% Meisje 187 18% 121 12% 308 15% ACHTERGROND Autochtoon 165 14% 177 15% 342 14% Surinaams/Antilliaans/Arubaans 32 37% 17 25% 49 32% Marokkaans 229 60% 150 52% 379 56% Turks 87 58% 59 51% 146 55% Overig 53 22% 40 17% 93 20% OPLEIDINGSNIVEAU vmbo 407 46% 299 41% 706 44% havo/vwo 163 14% 146 12% 309 13% WOONACHTIG IN UTRECHT 494 30% 368 25% 862 28% WIJK West 38 25% 28 21% 66 23% Noordwest 68 36% 57 35% 125 35% Overvecht 98 51% 71 44% 169 48% Noordoost 29 16% 25 11% 54 13% Oost 9 12% 15 12% 24 12% Binnenstad 6 19%* 5 15%* 11 17% Zuid 28 27% 16 17% 44 22% Zuidwest 107 52% 59 39% 166 47% Leidsche Rijn 67 30% 45 27% 112 29% Vleuten-De Meern 44 18% 47 22% 91 20%
Definities Discriminatie: Gemeten met de vraag 'Hoe vaak heb jij je de afgelopen drie maanden gediscrimineerd gevoeld (bijvoorbeeld vanwege je afkomst of geloof)?'.