Tekst & U!tleg 2012/62 PC 331 2012/54 06/12/2012 CAO eindejaarspremie afgesloten in Paritair Comité 331 In het Paritair Comité voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector (331) werd de collectieve arbeidsovereenkomst inzake de toekenning van een eindejaarstoelage afgesloten. In bijlage vindt u de integrale tekst van de CAO. Het Verbond Sociale Ondernemingen vzw bestaat uit: Federatie Sociale Ondernemingen vzw Pluralistisch Platform Jeugdzorg vzw Samenwerkingsverband Sociale Tewerkstelling vzw Vlaams HuurdersPlatform vzw HUURpunt vzw VSO-Gezondheid vzw Deze CAO is van toepassing op alle werkgevers en werknemers die ressorteren onder Paritair Comité 331, met uitzondering van de werkgevers en werknemers van de voorzieningen voor kinderopvang die onder toezicht van Kind & Gezin staan (de zgn. "zelfstandige kinderopvang"). Deze CAO wordt gesloten in uitvoering van het Vlaams intersectoraal sociaal akkoord 2011-2015 (VIA 4) en herneemt derhalve de bedragen en percentages waarvan de financiële afdekking voorzien is door de Vlaamse regering en uitgevoerd wordt door de betrokken agentschappen en administraties. In de CAO wordt een onderscheid gemaakt tussen 1. de eindejaarstoelage voor alle werknemers, met uitzondering van de werknemers die uitsluitend gefinancierd worden met middelen van het Fonds voor Collectieve Uitrustingen en Diensten (FCUD) en waarvan deze middelen ontoereikend zijn om een volledige eindejaarstoelage uit te betalen: voor het jaar 2012 bedraagt het vast geïndexeerd gedeelte 603,48 euro (basisindex oktober 2011). Het procentueel gedeelte bedraagt 4,61 %. vanaf het jaar 2013 bedraagt het vast geïndexeerd gedeelte 124,15 euro (basisindex oktober 2011). Het procentueel gedeelte bedraagt 7,57 %. 2. de eindejaarstoelage voor de werknemers die uitsluitend gefinancierd worden met middelen van het Fonds voor Collectieve Uitrustingen en Diensten (FCUD) en waarvan deze middelen ontoereikend zijn om een volledige eindejaarstoelage uit te betalen: voor het jaar 2012 bedraagt het vast geïndexeerd gedeelte 328,84 euro (basisindex oktober 2011). Het procentueel gedeelte bedraagt 3,59 %. De som van beide bedragen wordt verminderd met 120,98 euro (niet-geïndexeerd). vanaf het jaar 2013 bedraagt het vast geïndexeerd gedeelte 328,84 euro (basisindex oktober 2011). Het procentueel gedeelte bedraagt 6,55 %. De som van beide bedragen wordt verminderd met 600,31 euro (niet-geïndexeerd). Deze afwijkende berekening voor de werknemers gefinancieerd door het FCUD was noodzakelijk omdat de eindejaarstoelage enkel gefinancieerd wordt door middelen vanuit VIA 2 en VIA 4. In VIA 3 werden voor deze personeelcategorie geen middelen ter verhoging van de eindejaarstoelage voorzien. Met eventuele vragen kunt u steeds terecht bij helpdesk.sociaalrecht@vso.be. Luc Jaminé directeur U vindt alle verschenen nummers van Tekst & U!tleg op www.vso.be Ledenservice T&U Diksmuidelaan 50 2600 Berchem tel. 03/366.02.53 fax 03/366.11.58 post@vso.be Tekst & U!tleg is een uitgave van vzw Verbond Sociale Ondernemingen i.s.m. vzw Pluralistisch Overleg Welzijnswerk
PARITAIR COMITÉ VOOR DE VLAAMSE WELZIJNS- EN GEZONDHEIDSSECTOR (331) Collectieve arbeidsovereenkomst van 3 december 2012 inzake de toekenning van een eindejaarstoelage Hoofdstuk 1 - Toepassingsgebied Artikel 1 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op alle werkgevers en op alle werknemers die ressorteren onder het paritair comité voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector (331). Onder werknemers wordt verstaan: het mannelijk en vrouwelijk werklieden- en bediendepersoneel. 2. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is niet van toepassing op de werkgevers en op de werknemers van de voorzieningen voor kinderopvang onder toezicht van de bevoegde instelling van de Vlaamse Gemeenschap of van de Vlaamse Gemeenschapscommissie. Hoofdstuk 2 - Vaststelling van het bedrag voor alle werknemers, met uitzondering van de werknemers die uitsluitend gefinancierd worden met FCUD-middelen en waarvan deze middelen ontoereikend zijn om hoofdstuk 2 toe te passen Artikel 2 Het bedrag van de eindejaarstoelage is samengesteld uit een vast geïndexeerd gedeelte en een procentueel gedeelte op het brutojaarloon van de werknemer. Artikel 3 De startcijfers van het vast geïndexeerd gedeelte en het procentueel gedeelte worden vastgesteld overeenkomstig punt 3.2 van het Vlaams Intersectoraal Akkoord voor de social-/non-profitsectoren van 2 december 2011 ( VIA 4 ). Artikel 4 1. Voor het jaar 2012 bedraagt het vast geïndexeerd gedeelte 603,48 euro (basisindex van de maand oktober 2011). Dit bedrag wordt voor de effectieve uitbetaling in 2012 verhoogd met een percentage dat wordt bekomen door het indexcijfer van de consumptieprijzen dat van kracht is in de maand oktober van het jaar 2012 te delen door het indexcijfer dat van kracht is in de maand oktober van jaar 2011. Het percentage wordt berekend tot op vier decimalen en afgerond volgens de wiskundige regels. 2. Vanaf het jaar 2013 bedraagt het vast geïndexeerd gedeelte 124,15 euro (basisindex van de maand oktober 2011). Dit bedrag wordt voor de effectieve uitbetaling in 2013 verhoogd met een percentage dat wordt bekomen door het indexcijfer van de consumptieprijzen dat van kracht is in de maand oktober van het jaar 2013 te delen door het indexcijfer dat van kracht is in de maand oktober van jaar 2011. Het percentage wordt berekend tot op vier decimalen en afgerond volgens de wiskundige regels. 1
3. Het bedrag voor het jaar 2013, vastgesteld in toepassing van 2 van dit artikel, wordt met ingang van het jaar 2014, jaarlijks aangepast door toepassing van het volgende indexeringsmechanisme. Het bedrag van het vast geïndexeerde gedeelte van het in aanmerking genomen jaar wordt bekomen door het te verhogen met een percentage dat afhangt van de evolutie van het indexcijfer van de consumptieprijzen. Dit percentage wordt bekomen door het indexcijfer dat van kracht is in de maand oktober van het in aanmerking genomen jaar te delen door het indexcijfer dat van kracht was in de maand oktober van het voorafgaande jaar. Het percentage wordt berekend tot op vier decimalen en afgerond volgens de wiskundige regels. 4. Het bedrag van het vast geïndexeerd gedeelte van de eindejaarstoelage wordt jaarlijks vastgesteld en als bijlage aan deze collectieve arbeidsovereenkomst opgenomen. Artikel 5 1. Voor het jaar 2012 bedraagt het procentueel gedeelte 4,61 % van het 2. Vanaf het jaar 2013 bedraagt het procentueel gedeelte 7,57 % van het 3. Onder geïndexeerd brutojaarloon wordt verstaan: de vermenigvuldiging met twaalf van het geïndexeerd baremieke brutomaandloon van de maand oktober van het kalenderjaar, met inbegrip van de haard- of standplaatstoelage, maar met uitsluiting van de toeslagen. Hoofdstuk 3 - Vaststelling van het bedrag voor de werknemers die uitsluitend gefinancierd worden met FCUD-middelen en waarvan deze middelen ontoereikend zijn om hoofdstuk 2 toe te passen Artikel 6 Het bedrag van de eindejaarstoelage is samengesteld uit een vast geïndexeerd gedeelte en een procentueel gedeelte op het brutojaarloon van de werknemer. Artikel 7 1. Voor het jaar 2012 bedraagt het vast geïndexeerd gedeelte 328,84 euro. 2. Vanaf het jaar 2013 bedraagt het vast geïndexeerd gedeelte 328,84 euro (basisindex van de maand oktober 2012). Dit bedrag wordt voor de effectieve uitbetaling in 2013 verhoogd met een percentage dat wordt bekomen door het indexcijfer van de consumptieprijzen dat van kracht is in de maand oktober van het jaar 2013 te delen door het indexcijfer dat van kracht is in de maand oktober van jaar 2012. Het percentage wordt berekend tot op vier decimalen en afgerond volgens de wiskundige regels. 3. Het bedrag voor het jaar 2013, vastgesteld in toepassing van 2 van dit artikel, wordt met ingang van het jaar 2014, jaarlijks aangepast door toepassing van het volgende indexeringsmechanisme. 2
Het bedrag van het vast geïndexeerde gedeelte van het in aanmerking genomen jaar wordt bekomen door het te verhogen met een percentage dat afhangt van de evolutie van het indexcijfer van de consumptieprijzen. Dit percentage wordt bekomen door het indexcijfer dat van kracht is in de maand oktober van het in aanmerking genomen jaar te delen door het indexcijfer dat van kracht was in de maand oktober van het voorafgaande jaar. Het percentage wordt berekend tot op vier decimalen en afgerond volgens de wiskundige regels. 4. Het bedrag van het vast geïndexeerd gedeelte van de eindejaarstoelage wordt jaarlijks vastgesteld en als bijlage aan deze collectieve arbeidsovereenkomst opgenomen. Artikel 8 1. Voor het jaar 2012 bedraagt het procentueel gedeelte 3,59 % van het 2. Vanaf het jaar 2013 bedraagt het procentueel gedeelte 6,55 % van het 3. Onder geïndexeerd brutojaarloon wordt verstaan: de vermenigvuldiging met twaalf van het geïndexeerd baremieke brutomaandloon van de maand oktober van het kalenderjaar, met inbegrip van de haard- of standplaatstoelage, maar met uitsluiting van de toeslagen. Artikel 9 Het bedrag van de eindejaarstoelage, bekomen door toepassing van artikel 7 en artikel 8, wordt verminderd met: Voor het jaar 2012 met 120,98 euro (niet-geïndexeerd). Vanaf het jaar 2013 met 600,31 euro (niet-geïndexeerd). Hoofdstuk 4 - Toekenning van de eindejaarstoelage Artikel 10 Aan de werknemer wordt een eindejaarstoelage uitbetaald overeenkomstig de effectieve en/of gelijkgestelde prestaties in de referteperiode van 1 januari tot en met 30 september van het betrokken kalenderjaar, in die betekenis dat een volledige referteperiode overeenkomt met een volledige eindejaarstoelage. Bij een onvolledige referteperiode staat de eindejaarstoelage in verhouding tot deze referteperiode. Artikel 11 Voor de deeltijdse werknemers wordt het bedrag van de eindejaarstoelage dat de werknemer zou hebben genoten indien hij voltijds was geweest, berekend in verhouding tot de contractuele arbeidstijd, effectief en/of gelijkgesteld, tijdens de referteperiode. Artikel 12 Wanneer een werknemer tijdens de referteperiode in dienst of uit dienst van de onderneming is getreden, wordt de eindejaarstoelage berekend en uitbetaald volgens de effectieve en/of gelijkgestelde arbeidsprestaties tijdens de referteperiode. 3
Hoofdstuk 5 - Berekeningswijze Artikel 13 Iedere gewerkte, of daarmee geheel of gedeeltelijk gelijkgestelde maand, tijdens de referteperiode, geeft recht op 1/9de van het bedrag van de eindejaarstoelage, berekend overeenkomstig deze collectieve arbeidsovereenkomst. Elke arbeidsovereenkomst ingegaan voor de dertiende dag van de maand wordt, voor de berekening van de eindejaarstoelage, beschouwd als een tewerkstellingsperiode voor een volledige maand. Artikel 14 Wanneer de betrokken werknemer niet het normale loon heeft genoten voor de maand oktober van betrokken jaar, komt voor de berekening van het procentueel gedeelte van de eindejaarstoelage op basis van het geïndexeerd brutojaarloon, zoals voorzien in artikel 5 3 van deze collectieve arbeidsovereenkomst, het fictief loon van de maand oktober in aanmerking voor de berekening. Onder fictief loon wordt hierbij verstaan het normale loon zoals het voor de maand oktober van het betrokken jaar zou hebben bestaan. Hoofdstuk 6 - Betalingsmodaliteit Artikel 15 De eindejaarstoelage is betaalbaar in de maand december van het jaar waarvoor ze wordt toegekend. In geval van uitdiensttreding is de verschuldigde eindejaarstoelage betaalbaar bij de eindafrekening. Hoofdstuk 7 - Slotbepalingen Artikel 16 Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2012 en is gesloten voor onbepaalde tijd. Zij kan worden opgezegd door elk van de partijen, mits een opzeggingstermijn van zes maanden, gericht bij een ter post aangetekend schrijven aan de voorzitter van het paritair comité voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector. Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt vanaf haar ingangsdatum de collectieve arbeidsovereenkomst van 16 oktober 2007 en 2 maart 2009 inzake de toekenning van een eindejaarstoelage (KB 18.11.2009, BS 16.3.2010). 4
PARITAIR COMITE VOOR DE VLAAMSE WELZIJNS- EN GEZONDHEIDSSECTOR (331) Collectieve arbeidsovereenkomst van 3 december 2012 tot vaststelling van de bijlage in uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 december 2012 inzake de toekenning van een eindejaarstoelage Artikel 1 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de werknemers van de inrichtingen en diensten die ressorteren onder het Paritair Comité voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector. Onder werknemers wordt verstaan: het mannelijk en vrouwelijk werklieden- en bediendepersoneel. 2. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is niet van toepassing op de werkgevers en op de werknemers van de voorzieningen voor kinderopvang onder toezicht van de bevoegde instelling van de Vlaamse Gemeenschap of van de Vlaamse Gemeenschapscommissie. Artikel 2 Deze collectieve arbeidsovereenkomst stelt de bijlage vast in uitvoering van artikel 4 4 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 december 2012 inzake de toekenning van een eindejaarstoelage en bepaalt het vast geïndexeerde gedeelte van de eindejaarstoelage en het percentage voor het procentueel gedeelte van de eindejaarstoelage: 1. Jaar 2012: Vast geïndexeerd gedeelte: 618,51 euro Procentueel gedeelte: 4,61 % Artikel 3 Deze collectieve arbeidsovereenkomst stelt de bijlage vast in uitvoering van artikel 7 4 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 december 2012 inzake de toekenning van een eindejaarstoelage en bepaalt het vast geïndexeerde gedeelte van de eindejaarstoelage en het percentage voor het procentueel gedeelte van de eindejaarstoelage: 1. Jaar 2012: Vast geïndexeerd gedeelte: 328,84 euro Procentueel gedeelte: 3,59 % Artikel 4 Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2012 en is gesloten voor onbepaalde tijd. Zij kan worden opgezegd door elk van de partijen, mits een opzeggingstermijn van zes maanden, gericht bij een ter post aangetekend schrijven aan de voorzitter van het paritair comité voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector 1.