Het Geslacht van Sem en Terach

Vergelijkbare documenten
Abraham & Sara Gods beloften. God roept Abraham om te gaan naar een land dat hij niet kent, en belooft hem een groot nageslacht.

- 1 - Abraham: zijn roeping. 30 Sarai nu was onvruchtbaar; zij had geen kinderen.

Het heilsplan van God

- 1 - Abraham: zijn roeping

Ontmoeting met God. Abram/Abraham

De roeping van Abraham

In welk Bijbelverhaal lezen wij over de geboorte van Izak? Waar kunnen wij in de Bijbel vinden dat Sara onvruchtbaar was?

Gods verbond met Abraham

De roeping van Abraham 2 Tent en Altaar. Gen.12:1-8

Het heilsplan van God

Zondag 28 september 2014, tweede zondag van de herfst Hoflaankerk

Arie Jacob de Groot. Janine Francina Estella Klaassen

Preek over Genesis 12:1-9, Hebreeën 11:8-10. Broeders en zusters,

zondag 27 augustus 2017

De beloften voor het nageslacht van Abraham

INHOUD - 1. Wat voor boek is de Bijbel? Hoe kun je de Bijbel lezen? Tips bij het gebruik van de Bijbel in Gewone Taal 17

De roeping van Abram (Gn 11,27-12,9)

dat hij geboren zou worden, was er al voor die tijd. Hebreeën 11 (deel 1) 2 Hierdoor immers hebben de ouden een goed getuigenis gekregen.

LEVEN MET LEF. Bijbelstudie 1: Abraham

Abram 1 - Op de bonnefooi!

Het evangelie van Mattheüs

Bijbelstudie Door het geloof I

Verenigd en verdeeld Israël

1 e zondag van de herfst Geroepen als Abraham? Bij Genesis 11 : 27 12, 9

Protestantse wijkgemeente De Lichtkring, Hoofddorp. Zondag 19 november Ouderling van dienst is Marian Veerman Diaken is Alma van Hengel

12 augustus uur AA Kramer orgel/piano: Jannes Munneke schriftlezing: Biny Blijdorp

Geloof omwille van de ander. Evert Jan Ouweneel Meerkerk, 3 april 2013

INHOUD. Citaten : Statenvertaling 1977 Aanbevolen websites: www:mybrethren.org/index.html

Lech Lecha Genesis 12:1 17:27

Genesis 11 : : 9 GWK, 14 september 2014

GODS BELOFTE AAN ABRAHAM

Israël-avond Lezing door: Jeep van der Schoot

GODS BELOFTE AAN ABRAHAM

"En Kaïn sprak met zijn broer Abel. En het gebeurde, toen zij op het veld waren, dat Kaïn zijn broer Abel aanviel en hem doodde.

Babel. Babel Pagina 1

Terach en? Abram en Sarai Haran en? Nachor en zijn nicht Milka. Lot en? Jiska Milka en haar oom Nachor

het boek Openbaring enkele sleutels Amos 3 : 7 Voorzeker, de Here HERE doet geen ding, of Hij openbaart zijn raad aan zijn knechten, de profeten.

een profeet! Waar in de Bijbel wordt Abraham genoemd als profeet?

Abraham en het verbond

Filippenzen 3: 20 NBG 20 Want wij zijn burgers van een rijk in de hemelen, waaruit wij ook de Here Jezus Christus als verlosser verwachten, Efeziërs

Genesis 12:1-5: Dit gebeurde ook zo bij Abram. Hij woonde in Ur der Chaldeeën, in Mesopotamië, en Hij geloofde God op Zijn Woord, want:

Waarom ging Abram naar Egypte en welk klein geloof toonde hij?

Zoals het was in de dagen van Noach

Gods verbondsbeloften aan Abraham deel 1

BIJBEL SEMINAR G 0 D S F I N A N C 1 E R I N G S P L A N

Genesis 11:1-9 1 De gehele aarde nu was één van taal en één van spraak. 2 Toen zij oostwaarts trokken, vonden zij een vlakte in het land Sinear, waar

Wat is zegen(en)? OT: barach heilzame kracht geven, het goede toezeggen vaak zichtbaar in voorspoed/gezondheid/vrede

Een geopende hemel. Opb. 4:1 Hierna had ik een visioen. Er stond een deur open in de hemel.

Les 13: Geboorte van Jezus.

Parasja Bo (Kom) Sjemot (Exodus) 10:1-13:16

GODS BELOFTE AAN ABRAHAM

Sterzingen 2016 Viering

Wie zorgde er voor dat de zondvloed ten einde kwam

Adventsproject Doel Voorbereiding Hoe Tips >> >> >> >> >> >>

Wat betekent volgens jou het woord kerk?

land, verlaat je familie, verlaat ook je naaste verwanten, en ga naar het land dat ik je zal wijzen.

Maand 10 week 1: Mozes sterft.

3. Jezus is een Jood Romeinen 15:7-13, Mattheüs 5: De verwachting van de Messias in het Oude Testament...

Pesach / Feest der Ongezuurde broden. Sjemot 12: Jozua 5: 2 6: 1 Johannes 12: 20 28a

De opkomst van het christendom

Mozes, openbaart De Engel des Heren (Jezus?) openbaarde zich (2) Ongerechtigheid..(7,9). onbekwaam geen spraakvaardigheid Kende God dan Mozes niet?

Kruispunt Kruiskerk. Openingsdienst Nieuwe Kruiskerk Zondag 17 september 2017 om 9.30 uur. Voorganger: ds. J.W. Overvliet Organist: dhr. H.

Dat de slang de hiel van de Verlosser zou vermorzelen betekent, dat Hij de Verlosser lijden zou berokkenen. Maria, voorbeeld christenjeugd

Waar ging Mozes heen en wat was het verzoek?

Ga uit uw land, uit uw familie naar het land dat Ik u wijzen zal. Ik zal u tot een groot volk maken; en u zult tot een zegen zijn. Ik zal zegenen wie

Matteüs 1: 1-17 Fan wa bisto ien?

De brief aan de Hebreeën. C. Noorlander

De Koning en Zijn koninkrijken

28 oktober 2018 Zeewolde

Bijbelrooster bij Hoor het Woord (groep 1 en 2)

Het pauselijke Rome heeft. 1. het 2e gebod weggelaten, 2. het vierde gebod grondig gewijzigd 3. het 10e gebod gesplitst

UITZICHT OP DE NIEUWE HEMEL EN AARDE VANUIT HET OUDE TESTAMENT. Mart-Jan Paul 16 sept 2017

Gods volkeren tafel van 70

Maleachi en de joodse priesters. Tot elke dienaren van God richt onze Schepper zich rechtstreeks? Maleachi 2:1. 1 Wat volgt, priesters, mijn besluit.

December-januari Weekthema: Op reis naar de eeuwigheid. Maandag 28 december. Gedane zaken nemen geen keer. Lezen: Hebreeën 9: 23-28

Hee# God ook een geldpers?

Verbonden met Israël!? Verbonden met Israël!?

Het leven van Rebecca (1)

Noordhorn. februari Gods 12 toekomstplannen Het boek Openbaring

Jezus, de Leidsman van ons geloof

En waarom zegent Paulus onze God en Vader. De eerste reden is deze (Staten-Vertaling): Efeze 1

Kringstudie 3: Heersen als Koningen

De Bijbel Open (22-12)

Één Herder en één kudde. Johannes 10:1-11. Één lichaam. 1 Korinthe 12: Één. tempel. 1 Korinthe 3: Één

VAJERA (En Ik verscheen) Sjemot 6:2-9:35

Hervormde Gemeente Ouderkerk aan den IJssel

Liturgie voor de vierde zondag van Advent en bevestigingsdienst

Welke ervaring overkwam Abraham & Sara als Izak & Rebekka?

De Bijbel wijst God als de schrijver ervan.

Dit is overigens geen majesteits-meervoud, zoals onze koningin toepast. Die taal-vorm kent het Hebreeuws niet.

Dagboek. De brief van Paulus aan Efeze

Het belang van het profetisch woord. De Bijbel open

3 Aangaande zijn Zoon, gesproten uit het geslacht van David naar het vlees. De boekenlegger in het Boek

EEN PRINS WORDT EEN HERDER


JEREMIA, DE MAN VAN TRANEN

Hoe oud was Ismaël toen Izak werd geboren? Ismaël was ongeveer 14 jaar toen Izak werd geboren. toen Hagar Ismaël bij Abram baarde. Ismaël.

Welke plaats bekleedde Gideon in Israël?

De koning van het koninkrijk van God. les 3. de wereld is in de macht van het kwade satan beschikt over macht satan misleidt

Bijbelonderwijs voor de basisschool. Groep 5. Memootjes

Transcriptie:

Het Geslacht van Sem en Terach Gen.11:10-32 Dit zijn de nakomelingen van Sem. Toen Sem honderd jaar oud was, verwekte hij Arpaksad, twee jaar na de vloed. 11 En Sem leefde, nadat hij Arpaksad verwekt had, vijfhonderd jaar, en hij verwekte zonen en dochteren. 12 Toen Arpaksad vijfendertig jaar geleefd had, verwekte hij Selach. 13 En Arpaksad leefde, nadat hij Selach verwekt had, vierhonderd drie jaar, en hij verwekte zonen en dochteren. 14 Toen Selach dertig jaar geleefd had, verwekte hij Eber. 15 En Selach leefde, nadat hij Eber verwekt had, vierhonderd drie jaar, en hij verwekte zonen en dochteren. 16 Toen Eber vierendertig jaar geleefd had, verwekte hij Peleg. 17 En Eber leefde, nadat hij Peleg verwekt had, vierhonderd dertig jaar, en hij verwekte zonen en dochteren. 18 Toen Peleg dertig jaar geleefd had, verwekte hij Reü. 19 En Peleg leefde, nadat hij Reü verwekt had, tweehonderd negen jaar, en hij verwekte zonen en dochteren. 20 Toen Reü tweeëndertig jaar geleefd had, verwekte hij Serug. 21 En Reü leefde, nadat hij Serug verwekt had, tweehonderd zeven jaar, en hij verwekte zonen en dochteren. 22 Toen Serug dertig jaar geleefd had, verwekte hij Nachor. 23 En Serug leefde, nadat hij Nachor verwekt had, tweehonderd jaar, en hij verwekte zonen en dochteren. 24 Toen Nachor negenentwintig jaar geleefd had, verwekte hij Terach. 25 En Nachor leefde, nadat hij Terach verwekt had, honderd negentien jaar, en hij verwekte zonen en dochteren. 26 Toen Terach zeventig jaar geleefd had, verwekte hij Abram, Nachor en Haran. 27 En dit zijn de nakomelingen van Terach: Terach verwekte Abram, Nachor en Haran, en Haran verwekte Lot. 28 En Haran stierf bij het leven van zijn vader Terach in zijn geboorteland, in Ur der Chaldeeën. 29 En Abram en Nachor namen zich vrouwen; de naam van Abrams vrouw was Sarai, en de naam van Nachors vrouw was Milka, de dochter van Haran, de vader van Milka en Jiska. 30 Sarai nu was onvruchtbaar; zij had geen kinderen. 31 En Terach nam zijn zoon Abram en Lot, de zoon van Haran, zijn kleinzoon, en Sarai, zijn schoondochter, de vrouw van zijn zoon Abram; en hij deed hen wegtrekken uit Ur der Chaldeeën om te gaan naar het land Kanaän, en zij kwamen te Haran en bleven daar. 32 En de dagen van Terach waren tweehonderd vijf jaar, en Terach stierf te Haran. Gen.12:1-4 De Here nu zeide tot Abram: Ga uit uw land en uit uw maagschap en uit uws vaders huis naar het land, dat Ik u wijzen zal; 2 Ik zal u tot een groot volk maken, en u zegenen, en uw naam groot maken, en gij zult tot een zegen zijn. 3 Ik zal zegenen wie u zegenen, en wie u vervloekt zal Ik vervloeken, en met u zullen alle geslachten des aardbodems gezegend worden. 4 Toen ging Abram, zoals de Here tot hem gesproken had, en Lot ging met hem; en Abram was vijfenzeventig jaar oud, toen hij uit Haran trok. Hier volgt de volgende fase van Gods plan. Gen 11 vers 1-9, waar je leest over Babel en over de torenbouw van Babel en over de spraakverwarring, is heel suggestief, het beeldt iets uit. Wat we hier lezen is eigenlijk in tegenstelling met het eerste gedeelte in Gen.11:1-9: Het Geslacht van Sem en Terach Pagina 1

Ook zeiden zij: Welaan, laten wij ons een stad bouwen met een toren, waarvan de top tot de hemel reikt, en laten wij ons een naam maken, opdat wij niet over de gehele aarde verstrooid worden. Laten wij ons een naam maken. Dit lukt hen uiteindelijk niet, omdat ze verstrooid worden over deze aarde en helemaal geen naam maken. Dit staat in schril contrast tot de verkiezing van Abraham door God, Die aan Abraham belooft in vers 2 van Gen.12: Ik zal u tot een groot volk maken en ze zegenen en uw naam groot maken. Precies wat Babel zo verlangde, ontvangt Abraham. Daarom staan deze zaken expres tegenover elkaar in Gen. 11 en 12. De Bijbelgedeelten die we hier lezen in Gen.10, 11 en 12 zijn heel opmerkelijk, want ze geven ons niet de chronologische volgorde weer in de tijd gezien. Dat kan je heel gemakkelijk ontdekken, als je bijvoorbeeld kijkt naar Gen. 11:1-9 en je leest dan vers 1: En de gehele aarde was één van taal en één van spraak. Als je dit vergelijkt met hoe de toestand is in Gen.11 en Gen.10 en je leest vers 5: Naar dezen zijn de kustlanden der volken in hun landen verdeeld, elk naar zijn taal, naar hun geslachten, onder hun volken. Ze zijn al verdeeld elk naar zijn taal en ga je naar vers 20 van Gen.10 en je leest daar over dat andere geslacht die zonen van Cham. Dan lees je aan het eind: Dit waren de zonen van Cham naar hun geslachten naar hun talen in hun landen in hun volken. Als je dan nog leest in vers 31, aan het eind van het geslachtsregister van Sem, dan staat er: Dit waren de zonen van Sem naar hun geslachten, naar hun taal in hun landen naar hun volken. Daar volgt dus uit, dat je met Gen. 11:1-9 weer zit in de tijd van Gen.10 en toch heeft de Bijbelschrijver Mozes het zo niet genoteerd. Je leest niet eerst Gen.11:1-9 en dan na de verstrooiing, de volkerentafel van Gen.10. Je leest het andersom, dat is opmerkelijk. Het is net zo opmerkelijk, dat je ook leest, dat niet Abraham optrok uit Ur der Chaldeeën, maar Terach, de vader van Abraham. Dat lezen we in Gen.11:31: En Terach nam zijn zoon Abram en Lot, de zoon van Haran, zijn kleinzoon, en Sarai, zijn schoondochter, de vrouw van zijn zoon Abram; en hij deed hen wegtrekken uit Ur der Chaldeeën om te gaan naar het land Kanaän, en zij kwamen te Haran en bleven daar. Pas later lees je in Gen. 12, dat Abraham moest wegtrekken uit zijn familiekring, uit zijn vaders huis naar het land dat God hem wijzen zou. Wat vond daar eerst plaats? Het lijkt wel of alles gemixt is, dat wordt gedaan om één en ander tegenover elkaar te plaatsen, in een schril contrast te plaatsen. Wij weten niet in de tijd gezien wanneer de torenbouw exact werd gebouwd. Wij weten wel dat onmiddellijk na zijn oprichting, God polshoogte kwam nemen, met het gevolg, Gen.11:7-9: Welaan, laat Ons nederdalen en daar hun taal verwarren, zodat zij elkanders taal niet verstaan. 8 Zo verstrooide de Here hen vandaar over de gehele aarde, en zij staakten de bouw van de stad. 9 Daarom noemt men haar Babel, omdat de Here daar de taal der gehele aarde verward heeft en de Here hen vandaar over de gehele aarde verstrooid heeft. Het Geslacht van Sem en Terach Pagina 2

Over dat moment van verstrooiing, vind je een opmerking in Gen.10:25. Daar lees je in het geslachtsregister van Sem: En aan Eber werden twee zonen geboren; de naam van de ene was Peleg, want in zijn dagen werd de aarde verdeeld, en de naam van zijn broeder was Joktan. In de dagen van Peleg vond dus de verstrooiing plaats. Dat is niet hetzelfde woord, als wat gebruikt wordt in Gen.10:5, waar gesproken wordt over het verdelen in hun kustlanden. Daar wordt het woord palach gebruikt en dat woord vind je verder in het O.T. soms vertaalt met indelen. Zoals de priesters werden ingedeeld of zo het elders wordt vertaald met ingedeeld. Dus toen in de dagen van Peleg de aarde verdeeld werd, werd de aarde ingedeeld. Het is ook heel bijzonder hoe ook Deut. 32:8 daarop ingaat: Toen de Allerhoogste aan de volken hun erfenis toedeelde, toen Hij de mensenkinderen van elkander scheidde, heeft Hij de grenzen der volken vastgesteld naar het aantal der zonen van Israël. In heel die verstrooiing, in heel die indeling van de aarde in de dagen van Peleg (zijn naam betekent ook verdelen) is er reeds rekening gehouden met het aantal zonen van Israël, dat zijn de 70 geslachten van Israël. Die corresponderen met de 70 volken van Gen. 10. Bovendien is die indeling eigenlijk, zoals je een testament opmaakt. Dat staat hier ook bij vers 8, toen de Allerhoogste aan de volken hun erfenis toedeelde. Het is een erfenis, een verdelen, zoals dat na elke nalatenschap je een testament neemt en daarin wordt dan duidelijk hoe de erfenis is verdeeld. Zo zie je, dat in de dagen van Peleg die erfenis aan de volken werd gegeven, met het grote idee, dat het werd gedaan naar het getal der kinderen Israëls. In die dagen dat de verdeling plaatsvond, bestond helemaal dat volk Israël nog niet. Ze waren te vinden in de lendenen van deze Peleg. Dan lees je verder van deze Peleg in Gen.11:16-18 in het geslachtsregister van Sem. Toen Eber vierendertig jaar geleefd had, verwekte hij Peleg. 17 En Eber leefde, nadat hij Peleg verwekt had, vierhonderd dertig jaar, en hij verwekte zonen en dochteren. 18 Toen Peleg dertig jaar geleefd had, verwekte hij Reu. Hier zie je dezelfde Peleg in het geslachtsregister van Sem en dat leidt tot hiertoe, want bij Eber, de vader van Peleg, vindt er een splitsing plaats. Als je die twee geslachtsregisters gaat vergelijken, van Gen.10 van Sem met het geslachtsregister van Gen.11, dan zie dat alles parallel loopt, maar dat bij Eber er twee richtingen worden ingeslagen. Het geslachtsregister van Gen.10 gaar door tot Joktar de andere zoon van Eber, de broer van Peleg. Dat lees je in Gen.10:25-29 En aan Eber werden twee zonen geboren; de naam van de ene was Peleg, want in zijn dagen werd de aarde verdeeld, en de naam van zijn broeder was Joktan. 26 En Joktan verwekte Almodad, Selef, Chasarmawet, Jerach, 27 Hadoram, Uzal, Dikla, 28 Obal, Abimael, Seba, 29 Ofir, Chawila en Jobab; deze allen waren de zonen van Joktan. Het Geslacht van Sem en Terach Pagina 3

Waarom wordt nu in het ene geslachtsregister doorgegaan tot op Joktar en in het andere geslachtsregister tot op Peleg en zijn zonen? Omdat via Joktar de Semieten kwamen en zij worden gerekend de volken van de volkeren tafel. Maar via Peleg zie je dat de geslachtsregisterlijn voortgaat uit de natie en wordt geroepen en daaruit voortkomt de persoon Terach en zijn zonen; Abraham, Izak en Jakob en daaruit de 12 zonen Israëls en daaruit later de Messias. Dát is de lijn van het beloofde vrouwenzaad. Wat hier gebeurt in hoofdstuk 10,11 en 12, dat na de torenbouw van Babel er een afgodsdienst onder het bewind van Nimrod de eerste machthebber op aarde werd gesticht. Dat was eigenlijk het roven van de belofte van Gen. 3:15, namelijk het beloofde vrouwenzaad, van de Verlosser, dat Nimrod er een eigen verlossing door die afgodendienst inweefde. Dan zien we dat God heel de mensheid niet aan zijn lot overlaat, maar dat Hij één mens verkiest, namelijk Abraham en dat Hij daarmee voortgaat, zodat Hij uiteindelijk die volkeren niet aan hun lot overlaat, daarom staat er in Gen.12:2 en 3 aan het eind: Ik zal u tot een groot volk maken, en u zegenen, en uw naam groot maken, en gij zult tot een zegen zijn. 3 Ik zal zegenen wie u zegenen, en wie u vervloekt zal Ik vervloeken, en met u zullen alle geslachten des aardbodems gezegend worden. Al die volkeren die testamentair ingedeeld zijn naar het aantal van het geslacht van Israël. Hier zie je Gods plan in uitkomen, Hij laat die volkeren aan de ene kant los, maar laat ze niet aan hun lot over. Hij deelt ze in met het oog op die ene man, die man Abraham, toen nog niet bekend, uit wie Hij die 70 geslachten formeert. Die geslachten van Israël worden gesteld tot een zegen voor de hele mensheid, voor al die 70 volken. Het is wel opmerkelijk dat volgens het geslachtsregister Peleg 101 jaar na de vloed werd geboren en dat in zijn dagen de aarde zijn indeling kreeg en die verstrooiing plaats vond. Hier zie je hoe snel, nadat Noach uit de ark kwam, die stad Babel al is ontstaan. Dat was dus maar heel kort. Ongeveer in het midden van zijn leeftijd is dat gebeurd, hij werd 101 jaar na de vloed geboren. Terach werd 121 jaar later dan Peleg geboren, je ziet dat het allemaal kort op elkaar gebeurde. Het is wel heel bijzonder, dat Babel met zijn toren zo snel na de vloed is gebouwd. Het is ook bijzonder, dat Terach hier centraal staat met zijn geslacht. Terach is de link tussen de volkeren aan de ene kant en het volk Israël aan de andere kant. Vreemd genoeg heeft Abraham geen afzonderlijk geslachtsregister in de Bijbel. Hij wordt vermeld in het geslachtsregister van Sem, in het geslachtsregister van zijn vader Terach. Terach staat zelfs in dat geslachtsregister op de voorgrond, want hij is degene geweest die zijn zoon Abraham en Lot neemt en Sarai. Terach is degene die hun deed wegtrekken uit Ur der Chaldeeën, om te gaan naar het land Kanaän. Die Terach had dus 3 zoons, Abraham, Nahor en Haran. Abraham trouwde met zijn halfzuster Sarai. Later wordt dat in de Bijbel duidelijk. Hij loog dus niet tegen de Farao van Egypte, toen hij zei: Zij is mijn zuster. Nahor, een van de drie zoons, die trouwde met zijn Het Geslacht van Sem en Terach Pagina 4

nichtje, met Milka de dochter van zijn broer Haran. Haran die vermoedelijk op jonge leeftijd stierf, in zijn geboorte land, in Ur der Chaldeeën. Nahor werd zo, toen hij trouwde met zijn nichtje, de grootvader van Rebekka, als je dat geslachtsregister volgt. Dit lees je in Gen.11:26-29, toen Terach uit Ur der Chaldeeën was weggetrokken, stierf Haran daar. Toen Terach zeventig jaar geleefd had, verwekte hij Abram, Nachor en Haran. 27 En dit zijn de nakomelingen van Terach: Terach verwekte Abram, Nachor en Haran, en Haran verwekte Lot. 28 En Haran stierf bij het leven van zijn vader Terach in zijn geboorteland, in Ur der Chaldeeen. 29 En Abram en Nachor namen zich vrouwen; van Nachors vrouw was Milka, de dochter van Haran, de vader van Milka en Jiska. Je weet dat eerst in Ur de Chaldeeën, Haran en Nahor zich vrouwen namen. Hier zie je dat Nahor trouwde met zijn nichtje Milka, de dochter van Haran. Jiska was nog een andere dochter van Haran. We lezen verder in Gen 11:30: Sarai nu was onvruchtbaar; zij had geen kinderen. 31 En Terach nam zijn zoon Abram en Lot, de zoon van Haran, zijn kleinzoon, en Sarai, zijn schoondochter, de vrouw van zijn zoon Abram; en hij deed hen wegtrekken uit Ur der Chaldeeën om te gaan naar het land Kanaän, en zij kwamen te Haran en bleven daar. 32 En de dagen van Terach waren tweehonderd vijf jaar, en Terach stierf te Haran. Vers 31 laat zien dat Ur der Chaldeeën, de stad was waar Abraham woonde, want in vers 31 lazen we dat Terach o.a. zijn zonen allemaal deed wegtrekken uit Ur der Chaldeeën. Die stad was ten tijde van Abraham een heel welvarende stad, het was het centrum van onderwijs, van wetenschap en kunst. De levenswijze stond daar op een hoog peil. Het is bekend, dat men rijk was en zeer luxe leefde. Dat blijkt allemaal uit de opgravingen die men heeft gedaan. Alles wat men weet over Ur der Chaldeeën en die geschiedenis is daar naar boven gekomen. Het is belangrijk om dat je te realiseren, omdat helaas de meeste mensen, als ze aan Abraham denken, altijd denken dat hij een nomade is, dat hij een herdersvorst is, daar gaat de aandacht meestal alleen maar naar uit. Men veronderstelt vaak dat Abraham gewend was om te trekken, en bij de kudde te zijn, te overnachten bij de kudde in het open veld, dat dat gewoon was voor deze man. Maar niets is minder waar, Abraham is niet een jongen van het platte land. Hij is een jongen van de stad, daarin is hij opgeleid. Hij woonde in een normaal huis, met zijn familie in een zeer hoog ontwikkelde stad. Dan wordt het zo bijzonder, dat deze Abraham er voor koos om weg te trekken en voortaan te leven in een tent en een pelgrim te worden op aarde, niet meer te vertrouwen op een stad en alles waar de stad in de Bijbel voor staat, om die de rug toe te keren. Kaïn bouwde een stad, Nimrod bouwde een stad, dat is de situatie. Abraham die door God geroepen wordt, die kiest ervoor om de Here te volgen. Hij wordt een vreemdeling op aarde. Dat is het bewijs zegt het N.T. van het geloof en daarin is Abraham een prachtig voorbeeld. Hij gaat buiten de legerplaats, buiten de stad om de smaad van Christus te dragen, wat de Hebreeën-schrijver ons vermeld. Want ondanks al die luxe en al die rijkdom van Ur der Chaldeeën, ondanks alle wetenschap om al die verlichting, was de situatie wel Het Geslacht van Sem en Terach Pagina 5

zo, dat er duisternis heerste en dat men onwetend was ten opzichte van de ware God en dat is in onze dagen niet anders. Jozua geeft ons daar wat inzicht in, Jozua 24:2-3a En Jozua zeide tot het gehele volk: Zo zegt de Here, de God van Israël: aan de overzijde der Rivier hebben oudtijds uw vaderen gewoond, Terach, de vader van Abraham en de vader van Nachor, en zij hebben andere goden gediend. 3 Maar Ik nam uw vader Abraham van de overzijde der Rivier, en leidde hem door het gehele land Kanaän. Welke rivier is dat? Dat is de rivier de Eufraat. Er is maar één over de rivier de Eufraat geleid, die kwam van de overzijde, daar zit ook het woord Hebreeën in. Abraham leefde midden in een afgodische wereld van de Chaldeeërs, van de Babyloniërs, van Babel. Die stad was in zijn tijd niet ver van Ur der Chaldeeën en God leidde Abraham uit en maakte hem in zijn leven, eigenlijk tot de vader der gelovigen. Abraham is een eersteling, is een belofte van hetgeen nog komen zal. God had hier a.h.w. de volkeren opgegeven, als antwoord op een afkeren van God en van de oprichting van Babylonische afgoderij. Hij had ze aan hun lot kunnen overlaten, maar dat deed God niet. Hij riep Abraham, zodat met deze Abraham en in deze Abraham, in het zaad van deze Abraham, eindelijk door Jezus Christus alle geslachten des aardbodems gezegend zullen worden. Hij maakte daarom Abraham tot vader der volken, zo zegt de Bijbel. Afgoderij vierde hoogtij in de dagen van Abraham, toen hij werd geboren. Dat moeten we ons goed realiseren. Het is zo dat aan het begin van deze aioon, direct na de zondvloed, amper 100 jaar daarna dit alles ontstond en dat tijdens heel deze aioon deze afgoderij voortwoekert. Deze afgoderij is er tot op de dag van vandaag. Heel die godsdienst, die door Nimrod en zijn vader tot ontwikkeling was gebracht, was een complete godsdienst, inclusief alle rituelen, inclusief een priesterschap met een altaar, met een tempel, met vele goden en heren die werden vereerd, met zijn pontifex en zijn kardinalen. Deze zijn er tot op de huidige dag. Als u de pontifex wil zien, hoeft u alleen maar de t.v. aan te zetten, om te zien hoe de pontifex in Rome omringd door zijn kardinalen met Pasen zijn zegen geeft. Via Pergamum verhuisde de Babylonische pontifex met zijn kardinalen naar Rome. Pontifex-maximus is de officiële titel van de paus. De ambtstermijn van de paus is na een tijd pontificaat voorbij en treed er een andere pontifex aan en krijgt hij zijn ambtstermijn. Pontifex is ook de officiële titel van de Babylonische hogepriester, met zijn college van kardinalen. Het woord kardinaal is ook bijzonder, want het heeft dezelfde herkomst van een ander woord, namelijk kannibaal. In beide woorden zit het woord karne, dat is een ander woord voor vlees. Ook beide woorden zit het woord baal. Een kardinaal is een priester van Baäl, die het offervlees eet, menselijk vlees, de zonen en dochters die geofferd werden aan Baäl. Dus echt een kannibaal, hij eet offervlees, mensenvlees. Hoe kwam nou die Babylonische godsdienst in Rome terecht? Velen beseffen dat niet en weten dat niet. Daarvoor moeten we lezen Opb. 2:12-13: En schrijf aan de engel der gemeente te Pergamus: Dit zegt Hij, die het tweesnijdende scherpe zwaard heeft: 13 Ik weet, waar gij woont, daar waar de troon Het Geslacht van Sem en Terach Pagina 6

des satans is; en gij houdt vast aan mijn naam en hebt het geloof in Mij niet verloochend, ook niet in de dagen van Antipas, mijn getuige, mijn getrouwe, die gedood werd bij u, waar de satan woont. Waarom zegt Christus dat? Daar waar de troon van satan is? Omdat Pergamus het centrum was geworden van de aanbidding van de slang, van eskulapios. Toen Babel in verval raakte, verhuisde de pontif, de Babylonische hogepriester met zijn college van kardinalen naar Pergamus. Zij waren de ingewijden in de Babylonische mysteriën en ze namen met zich mee, alle heilige boeken, waar de occulte leer van Nimrod en zijn vrouw in waren vastgelegd. Die boeken hebben ze opgeborgen in de bibliotheek, die ze daarvoor bouwden, de beroemde bibliotheek van Pergamus. Die kon wedijveren met alle andere bibliotheken in de wereld. In Pergamus werd ook het perkament uitgevonden. Hieraan dankt de stad ook zijn naam aan. Perkament (papier), hier zit het woord pergamus in. Bovenop de rots van de stad Pergamus, de zogenaamde Akropolis, richtte de Babylonische pontif en zijn kardinalen hun monumentale slangentroon op, ter ere van Zeus. Een deel van deze troon kun je nu nog vinden in het museum van Berlijn en vertoont een voorstelling van de strijd der giganten. De troon die deed daar dienst als altaar en die troon, die daar als een altaar stond, die wordt hier in het boek Openbaringen genoemd. Ik weet waar gij woont, waar de troon des satans is. Door de verhuizing van de Babylonische pontif, met zijn kardinalen van Babel naar Pergamus. De beeltenis van de slang, was hun symbool en hun afgod. Het hele Babylonische mysterie was gericht op de fabel, dat de slang, satan niet de tegenstander van de mens is, maar dat hij juist de heil brenger is, dat hij de genezer is van de mensheid. Daarom zie je hem ook nog steeds terug als de slang, esculapios, het herkenningsteken en embleem van de artsen en doctoren. De slang bood namelijk de mens in de hof, als lichtdrager, als de lucifer zogenaamd de kennis aan, via de boom der kennis. Waarvan men at, waardoor mensen het goddelijke in zichzelf ontdekte en via Babylonische mysteries men zichzelf kan bevrijden en zichzelf kan verlossen. Dit geschiedde allemaal een paar 100 jaar voordat Christus geboren werd. Op een gegeven ogenblik zijn de Etrusken vanuit het woongebied van Pergamum naar Italië getrokken. Zij brachten ook de Babylonische afgodendienst met al hun rituelen mee naar Rome. In Rome stelden de Etrusken ook een pontifex aan. Er waren op een gegeven moment dus twee, één in Pergamum en ook één pontifex in Rome. Toen Attila, de koning van Pergamum stierf in 133 jaar voor Christus, liet hij dat leiderschap van dat Babylonische priesterschap na aan de pontif van Rome. Niet lang daarna verenigden de Romeinen, het pontifschap met het koningschap in één en dezelfde persoon. Dat deden ze in de persoon van Julius Caesar. Deze caesar werd de pontifex maximus van de Babylonische orde. Hij erfde ook op die wijze, de rechten en titel van Attila. Via deze weg werd de eerste Romeinse keizer, Julius Het Geslacht van Sem en Terach Pagina 7

Caesar hoofd van het Babylonische priesterschap, hij was de hogepriester, maar hij was ook keizer. Zo werd Rome via Pergamus de opvolger van Babylon. Zo ontstond de zo geheten keizerlijke cultus. Julius Caesar bekleedde zichzelf met goddelijke eer. Van hem zijn de beroemde woorden venus genetrix, dat betekent dat Venus de moeder was van zijn geslacht, van Julius geslacht. Dit maakte Julius Caesar tot de zoon van de grote godin en op deze wijze werd de Romeinse keizer vergoddelijkt en al die Romeinse keizers werden vergoddelijkt en met goddelijke eer bekleed. Ze waren voortgebracht vanuit Venus, een zoon van Venus. Een imitatie van het beloofde vrouwenzaad. Het is ook bijzonder, dat voordat Christus geboren werd, zien wij dat in Rome een vredevorst komt, die daar de romeinse keizer is, die met goddelijke eer wordt bekleed. Die zegt ook dat hij de zoon is en tevens die pontifex is uit Babel. Die vergoddelijking van de romeinse keizer ging vanaf de dagen van Tifius Julius, de vergoddelijkte Julius, in successie voort van keizer op keizer. Eerst Julius Ceasar, vervolgens de tweede keizer Augustus, de keizer die we in de Bijbel tegenkomen, verder Tiberius, Galius, Claudius en Nero enz. Een van de grootste centra van de keizerlijke cultus, waar de keizer werd aanbeden als god dat was in Pergamus. Heel veel tempels zijn in de wereld opgericht voor de Caesar-verering, maar de belangrijkste was in Pergamus. Toen Constantijn de grote, ook een keizer van Rome, waarop ook die goddelijke eer doorging, als de pontif naar Babylonische orde, in het begin van de 4e eeuw christen werd en het christendom tot staatsgodsdienst verhief, werd hij als hoofd van de staat, dan ook automatisch het hoofd van de kerk. Die keizers van Rome hebben toen die functie van pontifex maximus uitgeoefend tot 376 na Christus. Keizer Gratianus weigerde in dat jaar, uit christelijke overgingen om dat pontifexschap op zich te nemen. Als gevolg werd Damascus, zo hete die man, bisschop van Rome tot pontif verkozen. Zo werd in 378 na Christus de pontif van de Babylonische orde, hoofd van kerk van Rome, met als gevolg dat Rome en Babel vanaf die dag beëdigd zijn in een religieus systeem. Als je nu tv gaat kijken en naar de pontif van de Babylonische orde gaat kijken, dan zie je dat de paus van Rome de wereld zegent. Toen die orde via de keizers door was gegaan, naar de bisschop van Rome en zo in het christendom was doorgedrongen, dan zie direct daarna dat alle riten van Babel op de voorgrond beginnen te treden. De aanbidding van de maagd Maria, de verering van engelen en z.g. heiligen. De mis als dagelijkse viering, het houden van processies, het houden van Pasen en de vastentijd daaraan verbonden. Wij vieren ook Pasen, maar welke Pasen vieren we nu eigenlijk, vieren we het Pasen van de Bijbel? In de Bijbel, dat is het Pascha, dat staat in de Bijbel aangegeven, dat Israël dat moest vieren. In de geschiedenis zijn er twee paasvieringen, het joodse Paasfeest en het heidense Paasfeest. Wij vieren het heidense Paasfeest, met zijn heidense paasei. Semiramis, die in een ei in de Eufraat was geworpen door de goden, na de zondvloed, om deze wereld te redden en om de zoon voort te brengen. Zij was de vrouw die het vrouwenzaad zogenaand voortbracht, door haar zoon Nimrod die ze zelf verwekte. Het Geslacht van Sem en Terach Pagina 8

Hier zie je hoe een verwarring, een vermenging ontstaat, ook in onze dagen tot op de dag van vandaag. Wat doet God? Hij roept eruit, God riep Abraham eruit, Hij roept ook ons eruit en dat wij ontdekken en gaan inzien, dat wij het niet moeten hebben van de stad, met alles wat daar in die stad te vinden is. Ook die hele godsdienst die daar in die steden in Ur der Chaldeeën, in Babel zo omarmt werd, die verkondiging van de leugen. Wat moet je dan doen? Dan moet je je realiseren, dat wij heel anders zijn, dat wij van de Heere zijn, dat wij verlosten zijn. Dat wij als vreemdeling hier op aarde zijn, dat wij pelgrims zijn, samen met deze Abraham. Dat je je hart niet stelt op wat alles deze wereld je biedt. Dat je met onderscheid in het godsdienstig leven staat en dat je ziet wat van de Heere is en wat niet van de Heere is, dat alles wat op je afkomt dat je dat toetst aan Gods Woord, dat je de weg vervolgt, alleen met de Heere. Abraham woonde in tenten, dat was niet gewoon voor hem, hij kwam uit een stad. Wij volgen ook de Heere, van nature zijn wij dat ook niet gewoon, maar de Heere geeft ons moed om de weg met Hem te vervolgen, zo Hij Abraham ook bij tijd en wijle moed gaf. Laten wij daaraan een voorbeeld nemen. Laten wij dat geloof van Abraham navolgen en ook ons zo beschouwen dat wij ook zijn in deze wereld, maar dat wij niet zijn van deze wereld en dat wij ons van deze zaken verre houden. Laten wij naar buiten gaan, buiten de legerplaats en daar de smaadheid van Christus dragen, Amen. Dit is een overzetting van een Bijbelstudie van wijlen broeder Denijs van Zuijlekom door broeder Wieb Rodenhuis. Februari 2018 Het Geslacht van Sem en Terach Pagina 9