Schooljaar 2018-2019 EXAMENKATERN 2018-2019 SAENREDAM COLLEGE VMBO Basisberoepsgerichte leerweg VMBO Kaderberoepsgerichte leerweg 1
Inhoudsopgave Blz. 2 Blz. 3 Blz. 4 Blz. 7 Blz. 9 Blz. 18 inhoudsopgave Beste examenkandidaat Schoolexamen, Centraal Examen en de rekentoets Indeling examenjaar 2018-2019 4 e leerjaar Schoolexamenreglement OVO Examenreglement VMBO (ook op de website) 2
Beste examenkandidaat Zaandijk, september 2018 Hierbij ontvang je het examenkatern voor het schooljaar 2018-2019. In dit katern zijn alle afspraken en voorschriften opgenomen voor het Eindexamen vmbo. Het eindexamen vmbo bestaat voor de meeste vakken uit een Schoolexamen (SE) en een Centraal Examen (CE). Voor enkele vakken wordt alleen een Schoolexamen afgenomen. In het eerste deel van dit katern vind je alle informatie over het Schoolexamen, het Centraal Examen en de rekentoets. Daarna volgt een overzicht op datum van alle activiteiten die met het examen te maken hebben. In het tweede deel vind je het Schoolexamenreglement. Lees dit goed door zodat je weet hoe het allemaal gaat tijdens een examenjaar. Het OVO eindexamenreglement vind je op blz. 18 en verder. In dit reglement staat alle informatie over het Centraal Examen en is de informatie opgenomen die door de overheid is voorgeschreven. Wij hopen dat het schooljaar 2018-2019 een goed jaar mag worden voor jou en dat dit katern een bijdrage levert aan het te verwachten succes. Mede namens alle collega s wensen wij je veel succes bij de studie en het eindexamen. Mevr. M. Hendriks dhr. E.J. Inja dhr. R. de Vries Directeur Examensecretaris Lid Examencommissie 3
Schoolexamen, Centraal Examen en de rekentoets. Een leerling in de beroepsgerichte afdeling (B/K) doet examen in 7 vakken: 1) Nederlands; 2) Engels; 3) wiskunde; 4) economie of biologie of nask 1; 5) Profielvak Dienstverlening en Producten; 6) Maatschappijleer; 7) Keuzevakken die de school aanbiedt in het beroepsgerichte programma. Het Eindexamen is verdeeld in het Schoolexamen (SE) en het Centraal Examen (CE). Het CE voor de algemeen vormende vakken gaat digitaal. Het CE voor het profielvak is een praktijkexamen verspreid over enkele dagen (CSPE). Het Schoolexamen. Het Schoolexamen wordt door de school vastgesteld en begint in leerjaar 3. Het Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA) geeft een overzicht per vak wat de kandidaat moet leren voor een toets. In het PTA staat ook wanneer de toets plaatsvindt, hoe lang de toets duurt, welke weging de toets heeft, wat voor soort toets het is en of de toets herkansbaar is. Het Schoolexamen bevat schriftelijke, digitale of mondelinge toetsen, praktijk opdrachten, kijk- luistertoetsen en handelingsdelen. Het SE bevat ook onderdelen die niet vakgebonden zijn maar wel door elke kandidaat voldoende moet worden afgesloten. Voorbeelden hiervan zijn de CKV week en de stage in het derde leerjaar. Ook het PTA voor Lichamelijke Opvoeding (LO), moet voldoende worden afgesloten. LOB is geïntegreerd in het profielvak D&P. Toetsweken. Het Schoolexamen is over het schooljaar verdeeld in drie perioden. Elke periode wordt afgesloten met een toetsweek. Een week voordat de toetsweek plaatsvindt, wordt het rooster bekend gemaakt. Een kandidaat kan maximaal drie toetsen op een dag krijgen. Kandidaten met recht op tijdverlenging maken de toetsen in een apart lokaal. Inhalen schoolexamentoetsen. Als je een toets gemist hebt in de toetsweek (en je hebt je met een geldige reden op tijd afgemeld) kun je de gemiste toets(en) inhalen. Dit vindt meestal plaats in de week na de toetsweek. Herkansen. Na elke toetsweek kun je één toets uit die toetsweek herkansen. Je moet een herkansing schriftelijk aanvragen bij de examensecretaris. Het hoogste cijfer telt. 4
Afsluiting Schoolexamen. Het Schoolexamen wordt na de laatste toetsweek afgesloten. Voor elk vak wordt een eindcijfer berekend, afgerond op één decimaal. Het SE cijfer voor elk vak (behalve Maatschappijleer en de Keuzevakken) telt voor 50% mee in de bepaling van het eindcijfer. De kandidaat of een van zijn ouders / wettelijke verzorgers als de kandidaat nog minderjarig is, tekent voor de eindcijfers in april. Maatschappijleer en de keuzevakken (D&P). Het vak Maatschappijleer kent alleen een schoolexamen cijfer, dat tevens het eindcijfer is. De keuzevakken. In het derde en vierde leerjaar volg je in het beroepsgerichte programma een aantal keuzevakken (minimaal vier), die de school aanbiedt. De beroepsgerichte keuzevakken worden afgesloten met een schoolexamen. Het gemiddelde van je vier beste keuzevakken vormt een apart cijfer op je diploma. Je doet geen Centraal Examen in de keuzevakken, wel in het Profielvak. Het Centraal Examen. Het Centraal Examen wordt door de overheid vastgesteld en aangeleverd. Dit is voor alle leerlingen in het land voor het betreffende vak hetzelfde. De kandidaten van de B/K afdeling doen voor het beroepsgerichte Profiel vak Dienstverlening en Producten een Centraal Praktisch en Schriftelijk Examen(CPSE), ook wel praktijk examen genoemd. Dit examen wordt in enkele dagen afgenomen in mei 2019. De algemeen vormende vakken (AVO) zoals Nederlands, wiskunde, Engels, Nask 1, biologie en economie worden in de B/K afdeling digitaal afgenomen in mei 2019 (1 e Tijdvak). Het moment van afname van digitale examens kan door de school worden vastgesteld. Het cijfer voor het CE telt ook voor 50% mee in de bepaling van het eindcijfer. Herexamen (2 e Tijdvak). Als je na het 1 e Tijdvak niet geslaagd bent, mag je één AVO vak herkansen. Tevens mag je onderdelen van het CPSE herkansen. De rekentoets Elke kandidaat is verplicht de rekentoets te maken. Het cijfer komt bij de Kader leerlingen op de cijferlijst bij het diploma, de Basis leerlingen krijgen een apart certificaat met het resultaat van de rekentoets. Je hebt de rekentoets gehaald als je het cijfer 5 of hoger hebt behaald. Het resultaat van de rekentoets is niet van invloed op de zak / slaagregeling (zie: Schoolexamenreglement artikel 12.1 op blz. 15). 5
Een leerling op het VMBO maakt de toets op het niveau 2F. Dit is het niveau voor de rekenvaardigheden dat de overheid heeft vastgesteld en waar een leerling aan moet voldoen als hij het VMBO na vier jaar verlaat. De toets wordt digitaal afgenomen en de leerling mag geen eigen rekenmachine gebruiken. De leerling maakt de rekentoets eind derde leerjaar en mag in het vierde leerjaar de rekentoets nog drie keer herkansen. De afnameperiodes worden landelijk vastgesteld. In het MBO moeten de kandidaten aan het eind van de opleiding de rekentoets afleggen op niveau 3F. Een leerling van de Basisberoepsgerichte leerweg kan ook de rekentoets op een lager niveau (2A) afleggen. Wel moet hij één keer de toets 2F gemaakt hebben. Voor kandidaten met ernstige rekenproblemen (dyscalculie), bestaat de mogelijkheid een aangepaste rekentoets te maken. Dit is de ER toets. Een kandidaat kan hier aan deelnemen als een dyscalculieverklaring kan worden overlegd of als aangetoond kan worden dat de school al enige jaren actief remediërende rekenprogramma s aan deze kandidaat heeft aangeboden. Een kandidaat die een voldoende heeft gehaald voor de rekentoets 2F kan proberen de rekentoets 3F te halen. Hij moet zich hiervoor van te voren opgeven bij de examensecretaris. B= Basisberoepsgerichte leerweg K= Kaderberoepsgerichte leerweg TL = Theoretische leerweg 6
Overzicht Examenjaar 2018-2019 4 e leerjaar B/K 2018 Ma 15 oktober Do 18 oktober Ma 22 t/m 26 oktober Maatschappijleer dag Beroepenavond Saenredam Herfstvakantie 1+2 november Leerlingbezoekdagen Ma 5 t/m 7 november Toetsweek 1 Do 15 november Inhaalmoment gemiste toetsen uit toetsweek1 Do 22 november Herkansingen toetsweek 1 Vr 14 december Do 20 december Ma 24 dec-4 jan Luistertoets Nederlands Kerstgala Kerstvakantie 2019 Ma 14 t/m 16 januari Toetsweek 2 Ma 21 januari Do 24 januari Engels Kijk- luistertoets 4 Basis Engels Kijk- luistertoets 4 Kader Ma 28 januari Inhalen gemiste toetsen uit toetsweek 2 Do 7 februari Herkansingen toetsweek 2 Ma 11 t/m 14 februari Ma 18 feb t/m 22 feb Ma 4 maart Inleveren fictiedossier Voorjaarsvakantie Alle leerlingen moeten zich ingeschreven hebben voor een vervolgopleiding bij een ROC (Regionaal Opleiding Centrum) Ma 25 t/m 27 maart Toetsweek 3 Wo 27 maart Taaldorp Engels Do 4 april Inhalen gemiste toetsen uit toetsweek 3 Do 11 april Herkansingen toetsweek 3 Wo 17 april Kandidaten tekenen voor eindcijfers SE AVO vakken 22 april t/m 3 mei Meivakantie (inclusief Koningsdag) Ma 6 mei start Ramadan Di 7 t/m 10 mei CSPE 7
Ma 13 t/m 17 mei Ma 27 mei t/m 7 juni Ma 27 mei t/m 7 juni Do 30 + vr 31 mei Examentraining Rekentoets 2A, 2F en 3F 3 e afnameperiode Rekentoets 2ER en 3ER 3 e afnameperiode Hemelvaartsdag 20 t/m 23 mei Centrale Examens B/K mei 2019 Ma 20 mei Digitaal CE B/K Economie Ma 20 mei Digitaal CE B/K Nask1 Ma 20 mei Digitaal CE B/K Biologie Di 21 mei Digitaal CE B/K Nederlands Wo 22 mei Digitaal CE B/K Engels Do 23 mei Digitaal CE B/K Wiskunde Wo 5 juni Wo 12 juni Vanaf 12 14 juni Ma 17 t/m Wo 19 juni Vrij 28 juni Di 9 juli Normering CSPE Uitslag 1 e tijdvak Herkansen CSPE 2 e Tijdvak digitale examens (herexamens) Uitslag 2 e tijdvak Diploma-uitreiking 19.00 uur 8
Schoolexamenreglement Artikel 1. Begrippenlijst 1. Toetsen: Schriftelijke toetsen, mondelinge toetsen, ICT-toetsen, kijken/of luistertoetsen, praktische opdrachten, handelingsdeel (handelingsopdrachten). 2. Kandidaat: Een leerling die door het bevoegd gezag tot het eindexamen wordt toegelaten. 3. Ouders: Hieronder wordt verstaan: ouders en/of wettelijk vertegenwoordiger van de kandidaat. 4. Afronden: Een cijfer met twee decimalen wordt teruggebracht tot een cijfer met één decimaal, waarbij de hoogte van de tweede decimaal bepaalt of de eerste decimaal met één wordt verhoogd. Is de tweede decimaal gelijk aan of hoger dan 5, dan wordt de eerste decimaal met één verhoogd. Is de tweede decimaal kleiner dan 5, dan wordt de eerste decimaal niet gewijzigd. 5. Afkappen: Een cijfer met twee decimalen wordt teruggebracht tot een cijfer met een decimaal door de tweede decimaal weg te laten. De tweede decimaal telt dus niet mee. 6. Inhalen: Het maken van een toets die door absentie is gemist. 7. Herkansen: Het opnieuw maken van een toets om een hoger resultaat te bereiken. 8. Handelingsdeel: Verplicht onderdeel van het examen dat met een voldoende resultaat moeten worden afgesloten. Het voldoende resultaat heet hier naar behoren Afkortingen: AVO= BB= B/K= CE= CPE = CSPE= D&P= KB= Mo= PTA = SE= TL= Algemeen Vormend Onderwijs Basisberoepsgerichte leerweg Basis- en Kaderberoepsgerichte leerweg Centraal Examen Centraal Praktijk Examen Centraal Schriftelijk en Praktijk Examen Dienstverlening en Producten Kaderberoepsgerichte leerweg mondeling Programma van Toetsing en Afsluiting; een document betrekking hebbend op een schooljaar in de examenperiode, waarin per vak het jaarprogramma wordt beschreven School Examen Theoretische leerweg 9
Artikel 2. Algemene bepalingen 1. Het schoolexamen bestaat uit een aantal toetsen. Deze toetsen staan beschreven in het Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA). Alle toetsen samen vormen het examendossier. De aanvang en de afsluiting van het schoolexamen staan per vak vermeld in het PTA. 2. De directeur stelt jaarlijks een PTA voor het schoolexamen vast. Het PTA wordt voor 1 oktober verstrekt en staat ook op de website van de school. Zie Art. 15 Eindexamenreglement VMBO. 3. Kandidaten zijn verplicht om alle onderdelen van het PTA af te leggen. Indien nodig kan de directeur een afwijkende regeling vaststellen in overleg met de betrokken docenten en de kandidaat. 4. Het schoolexamen wordt tenminste één week voor de aanvang van het centraal examen afgesloten. 5. Het schoolexamen kan pas worden afgesloten als voor alle onderdelen van het schoolexamen een cijfer dan wel de waardering voldoende of goed, overeenkomstig het PTA, is vastgesteld; alle handelingsopdrachten, het vak LO, kunstvakken 1 en het profielwerkstuk in de theoretische leerweg moeten met de waardering voldoende of goed zijn afgesloten. Zie ook Art. 6 Eindexamenreglement VMBO. 6. De directeur stelt de kandidaat en de ouders voor aanvang van het centraal examen schriftelijk in kennis van de beoordeling van het schoolexamen: a. welke cijfers zijn behaald voor het schoolexamen; b. de beoordeling van vakken, waarvoor geen cijfer wordt vastgesteld; c. de beoordeling van het profielwerkstuk in de theoretische leerweg. 7. De directeur kan toestaan dat een kandidaat met beperkingen het schoolexamen geheel of gedeeltelijk aflegt op een wijze die is aangepast aan de mogelijkheden van die kandidaat. In dat geval bepaalt de directeur de wijze waarop het schoolexamen zal worden afgelegd. De directeur meldt dit zo spoedig mogelijk aan de Inspectie. Zie Art. 4.6 Eindexamenreglement VMBO. Artikel 3 Afwezigheid tijdens het schoolexamen 1. Als een kandidaat verhinderd is of niet in staat is deel te nemen aan een toets, meldt een ouder van de kandidaat dit voor aanvang van de toets schriftelijk of telefonisch bij de receptie van de school. Daarna stelt een ouder binnen 2 werkdagen na het herstel schriftelijk de secretaris van het eindexamen op de hoogte van de afwezigheid en de reden waarom hij of zij afwezig is geweest. 2. Indien de kandidaat in de loop van de dag ziek naar huis gaat voordat de toets is gemaakt, meldt hij zich af bij de afdelingsleider. 10
3. Zonder telefonische melding en schriftelijke bevestiging wordt het verzuim als een onregelmatigheid beschouwd. Zie Art.10 Eindexamenreglement VMBO. 4. De leerling is zelf verantwoordelijk voor het inhalen van een toets. De toets wordt (centraal) ingehaald en dit gebeurt zo snel mogelijk na de toetsweek. Bij meerdere gemiste toetsen neemt de leerling contact op met de afdelingsleider en de examensecretaris. Artikel 4 Te laat komen bij een schoolexamen 1 Een kandidaat mag uiterlijk een half uur te laat komen voor een toets. Hij levert zijn werk echter in uiterlijk op het tijdstip dat voor de andere kandidaten geldt. 2 Bij een kijk- of luistertoets of een mondelinge toets (inclusief een presentatie) mag een kandidaat, nadat de toets is gestart, niet meer aan de toets deelnemen. In dat geval wordt door de directeur of afdelingsleider vastgesteld of er voor het te laat komen een geldige reden is. Als er sprake is van een geldige reden, dan wordt een afspraak gemaakt voor het inhalen van de toets. Als er geen sprake is van een geldige reden, dan kan een maatregel worden genomen zoals vermeld in Art. 10 Eindexamenreglement VMBO. Artikel 5 Onregelmatigheid Dit is hetzelfde artikel als Art. 10 van het Eindexamenreglement VMBO. 1. Indien een kandidaat zich ten aanzien van enig deel van het eindexamen aan enige onregelmatigheid schuldig maakt of heeft gemaakt, dan wel zonder opgave van geldige reden afwezig is (dit ter beoordeling van de directeur) dan wel aanleiding heeft gegeven voor onregelmatigheden, kan de directeur maatregelen nemen. 2. De maatregelen, bedoeld in artikel 10.1., die afhankelijk van de aard van de onregelmatigheid ook in combinatie met elkaar genomen kunnen worden, zijn: a. het toekennen van het cijfer 1 voor een toets of een onderdeel van een toets van het SE of het CE, of de rekentoets; b. het ontzeggen van de deelname of de verdere deelname aan één of meer toetsen of onderdelen van toetsen van het SE of het CE, of de rekentoets; c. het ongeldig verklaren van één of meer toetsen of onderdelen van toetsen van het reeds afgelegde deel van het SE of het CE, of de rekentoets; d. het bepalen dat het diploma en de cijferlijst slechts kunnen worden uitgereikt na een hernieuwd examen in door de directeur aan te wijzen onderdelen. Indien het hernieuwd examen, bedoeld in de vorige zin, betrekking heeft op één of meer onderdelen van het CE, legt de kandidaat dat examen af in het volgend tijdvak van het CE, dan wel ten overstaan van de staatsexamencommissie. 11
3. Voordat de directeur een besluit neemt, hoort de directeur binnen vijf schooldagen de kandidaat. De kandidaat kan zich daarbij door een meerderjarige laten bijstaan. De directeur deelt zijn besluit binnen één schooldag mee aan de kandidaat, zo mogelijk mondeling en in ieder geval schriftelijk. In de schriftelijke mededeling wordt tevens gewezen op de mogelijkheid om in beroep te gaan tegen het besluit en de termijn die daarbij wordt gehanteerd. De schriftelijke mededeling wordt tegelijkertijd in afschrift toegezonden aan de ouders van de kandidaat, indien deze minderjarig is, en aan de inspectie. De directeur kan deze procedure mandateren aan de adjunct-directeur of betreffende afdelingsleider van de kandidaat. De afdelingsleider informeert de directeur over het verloop van de procedure. 4. De kandidaat kan tegen een besluit van de directeur in beroep gaan bij de Commissie van Beroep als bedoeld in artikel 11. Indien de kandidaat beroep wil aantekenen bij de Commissie van Beroep, doet hij dit schriftelijk binnen vijf schooldagen nadat het besluit aan hem is bekend gemaakt. 5. Door het instellen van beroep wordt de werking van het besluit bedoeld in artikel 10.2. niet geschorst. 6. Indien na afloop van het eindexamen onregelmatigheden worden ontdekt, kan de directeur de kandidaat het diploma onthouden. Artikel 10.3. t/m 10.5. zijn ook hier van toepassing. 7. Als een in artikel 10.2. genoemde maatregel is genomen door de gemandateerde adjunct-directeur of afdelingsleider en die betrekking heeft op (een onderdeel van) het SE, kan de kandidaat tegen het besluit van de adjunct-directeur of afdelingsleider in beroep gaan bij de directeur. (zie OVO reglement artikel 11). De handelwijze is verder gelijk aan die zoals in artikel 10.3 beschreven, waarbij als postadres voor de indiening van het beroep het schooladres van de directeur van toepassing is. Artikel 6 Inleveren werkstukken / (praktische) opdrachten Werkstukken en/of praktische opdrachten worden vóór of op de uiterste inleverdatum bij de docent ingeleverd. De docent en de leerling maken een afspraak over de datum, tijd en plaats van het inlevermoment. Inleveren bij de administratie of in een postvakje is niet toegestaan. De opdracht moet persoonlijk ingeleverd worden bij de docent. Zie Art. 10 van het Eindexamenreglement VMBO. Artikel 7 Procedure afname van een schoolexamen 1. Van elk schoolexamen wordt een proces verbaal opgemaakt (dit geldt niet voor de deeltoetsen met een school specifieke regeling). 2. In het lokaal waar het schoolexamen wordt afgenomen mag een kandidaat alleen de toegestane hulpmiddelen meenemen. 12
3. Toetsen mogen niet met potlood gemaakt worden, met uitzondering van grafieken en tekeningen. Alleen blauwe of zwart inkt of balpen mogen worden gebruikt. Er mag geen correctielak, -lint of -band worden gebruikt. 4. Voor bijzondere ziektegevallen wordt voor de afname van de toetsen in overleg met de kandidaat een aparte regeling gemaakt. 5. Een kandidaat mag pas na een halfuur na aanvang van een SE-toets het werk bij een surveillant inleveren. Daarna mag hij het examenlokaal verlaten. Artikel 8 Herkansing schoolexamen Na elke toetsweek in het vierde leerjaar mag de kandidaat één toets uit de betreffende toetsweek herkansen. Het hoogste cijfer telt. De herkansingen vinden plaats in de 1 e of 2 e week na de toetsweek. De school specifieke herkansingsregeling van het schoolexamen is ook bij elk vak opgenomen in het PTA. De kandidaat vraagt een herkansing aan bij de examensecretaris middels een herkansingsformulier. De herkansingsformulieren zijn aan het eind van iedere toetsweek beschikbaar bij de receptie van de school. Te laat ingediende aanvragen worden niet in behandeling genomen. Artikel 9 Herexamen voor afgesloten vakken zonder CE 1. Het bevoegd gezag kan bepalen dat de kandidaat die eindexamen of deeleindexamen aflegt, voor één of meer vakken waarin geen centraal examen wordt afgenomen (LO, kunstvakken 1, maatschappijleer en het profielwerkstuk), het schoolexamen opnieuw kan afleggen. Het bevoegd gezag verleent dit recht in elk geval voor het vak maatschappijleer behorend tot het gemeenschappelijk deel van de leerwegen, indien de kandidaat voor dat vak een eindcijfer heeft behaald lager dan 6. Het herexamen omvat door het bevoegd gezag aangegeven onderdelen van het examenprogramma. 2. Het bevoegd gezag stelt vast hoe het cijfer van het in artikel 9.1 bedoelde herexamen wordt bepaald. Het hoogste van de cijfers behaald bij het herexamen in een vak en bij het eerder afgelegde schoolexamen in dat vak geldt als het definitieve cijfer van het schoolexamen in dat vak. Artikel 10 Beoordelingsnormen schoolexamens 1. Het resultaat van elke toets wordt zo spoedig mogelijk doch uiterlijk binnen vijf schooldagen na het afleggen van de toets aan de kandidaat bekendgemaakt. 2. Tijdens deze bekendmaking hebben de kandidaten het recht het door hen gemaakte werk in te zien, echter uitsluitend op school. De kandidaten mogen 13
in het werk niets wijzigen of aanvullen. Het gemaakte werk wordt op school bewaard. 3. Een kandidaat die niet instemt met een toegekende beoordeling kan zich binnen één week nadat het werk besproken is, schriftelijk wenden tot de directeur. Zie Art. 6.4 Eindexamenreglement VMBO. 4. Het eindcijfer van het schoolexamen voor een vak met een centraal examen, is het gewogen gemiddelde van de cijfers voor de afgelegde toetsen in leerjaar drie en/of leerjaar vier. Alleen resultaten voor toetsen die genoemd worden in het PTA, tellen mee bij het bepalen van het eindcijfer voor het schoolexamen. Deze resultaten worden vermeld op de cijferlijst, op 1 decimaal nauwkeurig. Als het gemiddelde een getal met twee of meer decimalen achter de komma is, wordt dit afgerond op een getal met één decimaal achter de komma, met dien verstande dat als de tweede decimaal achter de komma 5 of hoger is, de eerste decimaal achter de komma met één wordt verhoogd. Voorbeeld 1: 6,55 wordt 6,6. Voorbeeld 2: 6,54 wordt 6,5. 5. Bij vakken zonder centraal examen (maatschappijleer) is het cijfer voor het schoolexamen na afronding een geheel cijfer uit de reeks van 1 t/m 10. Als het gemiddelde cijfer eindigt op 2 decimalen, dan wordt het cijfer eerst afgekapt na de eerste decimaal en daarna afgerond. Voorbeeld 1: 6,53 wordt eerst afgekapt naar 6,5 en daarna afgerond naar een 7. Voorbeeld 2: 6,49 wordt eerst afgekapt naar 6,4 en daarna afgerond naar een 6. 6. Het vak kunstvakken 1 wordt afgesloten in leerjaar drie. Het vak kunstvakken 1 moet worden afgesloten met minimaal het resultaat voldoende. De beoordeling gaat uit van de mogelijkheden van de leerling. 7. Het vak maatschappijleer 1 wordt afgesloten in leerjaar vier. Het vak maatschappijleer 1 telt volledig mee in de zak-/slaagregeling en kent alleen een schoolexamen. 8. Het vak lichamelijke opvoeding wordt in leerjaar vier afgesloten, het resultaat moet minimaal voldoende zijn. De beoordeling gaat uit van de mogelijkheden van de leerling. 9. Handelingsopdrachten moeten worden afgesloten met minimaal de beoordeling voldoende. Bij de basis- en kaderberoepsgerichte leerweg volgt de leerling een tweewekelijkse stage in leerjaar 3. Deze stage opdracht geldt als een verplicht onderdeel van het PTA voor het examen en moet minimaal voldoende zijn afgesloten. 10. Het profielwerkstuk in leerjaar 4 van de theoretische leerweg wordt beoordeeld met voldoende of goed. Het profielwerkstuk wordt beoordeeld 14
door ten minste twee examinatoren die de kandidaat hebben begeleid bij de totstandkoming van het profielwerkstuk. 11. De beoordeling van de diverse toetsen van het schoolexamen wordt uitgedrukt in een cijfer 1 tot en met 10, afgerond op één decimaal. Artikel 11 Rapportage en controle van schoolexamencijfers 1. Er wordt gewerkt met een doorlopend cijfer. Dat betekent dat alle behaalde resultaten gedurende het schoolexamen blijven meetellen bij de totstandkoming van het periode- en eindcijfer. 2. De ouder kan de resultaten inzien in magister. De ouder kan, binnen 5 werkdagen na uitreiking van het cijfer, schriftelijk in beroep gaan tegen het vermelde resultaat; daarna worden de behaalde resultaten definitief. Het eventuele schriftelijke beroep dient gericht te zijn aan de secretaris van het eindexamen. Artikel 12.1 De Zak / slaagregeling 4B/K en overgangsnormen 3B/K 4B/K De Zak / Slaagregeling 2018-2019 voor 4B/K De zak / slaag regeling VMBO Basis- en Kaderberoepsgerichte leerweg gaat over 7 vakken: 1) Nederlands, 2) Engels, 3) Maatschappijleer, 4) wiskunde, 5) economie / nask1 / biologie, 6) het profielvak D&P en 7) het gemiddelde van de (beste 4) keuzevakken. Je bent geslaagd als: 1) De rekentoets is gemaakt 2) Het rekenkundig gemiddelde van de cijfers behaald op het CE en CSPE ten minste 5,5 is 3) Het eindcijfer voor Nederlands 5 of hoger is 4) Geen enkel eindcijfer of keuzevakcijfer waarmee het gemiddelde van de (beste 4) keuzevakken wordt bepaald 3 of lager is 5) De eindcijfercombinatie op de cijferlijst voldoet aan de volgende eisen: o Alle eindcijfers voldoende o 1x5 en de rest 6 of hoger o 2x5 en de rest 6 of hoger met ten minste 1x7 o 1x4 en de rest 6 of hoger met ten minste 1x7 15
Overgangsnormen 2018-2019, 3BB 4 BB en 3KB 4 KB 1. Voor de overgangsnorm tellen 6 cijfers mee: Nederlands Engels Wiskunde, Het gekozen sector vak (economie, biologie, Nask 1) Het profielvak (dubbelklik) Het gemiddelde van de keuzevakken Een leerling wordt bevorderd naar leerjaar 4 als: Het vak Nederlands een 5 of hoger is alle eindcijfers een 6 of hoger zijn hij/zij een 5 heeft en de overige cijfers een 6 of hoger zijn hij/zij een 4 heeft en de overige cijfers een 6 of hoger zijn, waarvan er een minimaal een 7 is hij/zij twee 5-en heeft en de overige cijfers een 6 of hoger zijn, waarvan er een minimaal een 7 is 2. De twee stageperiodes, de LOB opdrachten, kckv (CKV) en LO moeten met een voldoende worden afgerond. Als een leerling niet aan bovenstaande eisen voldoet wordt hij/zij besproken in de docentenvergadering. Het besluit van de docentenvergadering is bindend. Als er geen consensus is dan is de stem van de afdelingsleider doorslaggevend. Uit de bespreking kunnen 2 besluiten volgen: Voorwaardelijke bevordering naar het 4 e leerjaar. De voorwaarde kan zijn dat de cijfers op het eerste rapport voldoen aan bovenstaande normen of dat een remediërende taak is afgerond. Doubleren van het 3 e leerjaar. Leerlingen in de basisberoepsgerichte leerweg die vakken op kaderniveau volgen, kunnen dit in het 4 e leerjaar voortzetten als het eindcijfer op kaderniveau een 6 of hoger is. 16
Artikel 12.2 De Zak / slaagregeling 4TL en overgangsnormen 3TL 4TL De Zak / Slaagregeling 2018-2019 voor 4TL Je bent geslaagd als: 1) De rekentoets is gemaakt 2) Het rekenkundig gemiddelde van de cijfers behaald op het CE ten minste 5,5 is 3) Het eindcijfer voor Nederlands 5 of hoger is 4) De eindcijfercombinatie op de cijferlijst voldoet aan de volgende eisen: -Alle eindcijfers voldoende -1x5 en de rest 6 of hoger -2x5 en de rest 6 of hoger met ten minste 1x7-1x4 en de rest 6 of hoger met ten minste 1x7 5) Je voldoende of goed hebt gehaald voor je profielwerkstuk Overgangsnormen 2018-2019, 3TL 4TL 1. Kunstvakken inclusief ckv moet met voldoende zijn afgerond. 2. Bij de bevordering wordt uit gegaan van de 6 vakken die de leerling kiest in het vakkenpakket voor het 4 e leerjaar. Het 7 e cijfer is het gemiddelde van de overige (niet gekozen) vakken. Een leerling is bevorderd als: alle eindcijfers een 6 of hoger zijn; hij een 5 heeft en de rest van de cijfers is een 6 of hoger; hij een 4 heeft en de andere cijfers zijn een 6 of hoger, waarvan een minimaal een 7; hij twee 5-en heeft en de andere cijfers zijn een 6 of hoger waarvan er een ten minste een 7 is; de overige (niet gekozen) vakken afgerond een 6 gemiddeld zijn. Indien lager wordt de leerling besproken. Het advies van de vergadering is bindend. Als er geen consensus is dan is de stem van de afdelingsleider doorslaggevend. Artikel 13 Bewaren schoolexamenwerk Het examensecretariaat bewaart het schoolexamenwerk tot en met 31 december van het jaar, waarin het diploma is behaald. Artikel 14 Onvoorziene gevallen In onvoorziene gevallen beslist de directeur. 17