VOORSTEL AAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS & BEANTWOORDING ARTIKEL 40 VRAGEN Van: D. Loman Tel nr: 8301 Nummer: 16A.01242 Datum: 12 december 2016 Team: Concernzaken Tekenstukken: Ja Bijlagen: 2 Afschrift aan: D. Sagius, M. à Campo (A&R) N.a.v. (evt. briefnrs.): 16.025217 Onderwerp: Beantwoording art.40-vragen van de fractie Progressief Woerden over Plaatsing ondergrondse container op de Selma Lagerlöfweg. Advies: In te stemmen met de beantwoording in bijgaande RIB en deze aan de raad te sturen. Begrotingsconsequenties Nee B. en W. d.d.: Portefeuillehouder: wethouder Stolk
Extra overwegingen / kanttekeningen voor College De beantwoording is opgesteld i.s.m. team A&R en afgestemd met de portefeuillehouder. Extra overwegingen / alternatieven / argumenten Kanttekeningen: Standpunt consulenten Samenhang met eerdere besluitvorming Bijlagen 1) De raadsinformatiebrief met de antwoorden op de artikel 40 vragen met corsa nr: 16R.00779 2) De ingekomen brief met de artikel 40 vragen met corsa nr:16.025217
RAADSINFORMATIEBRIEF met beantwoording artikel 40 vragen 16R.00779 Van: : college van burgemeester en wethouders Datum : 20 december 2016 Portefeuillehouder(s) : wethouder Stolk Portefeuille(s) : Afval en reiniging Contactpersoon : D. Loman Tel.nr. : 8301 E-mailadres : loman.d@woerden.nl Onderwerp: Beantwoording vragen ex artikel 40 van het Reglement van Orde van de gemeenteraad gesteld door de heer Vierstra van de Fractie van Progressief Woerden over Plaatsing ondergrondse container Selma Lagerlöfweg. Beantwoording van de vragen: Vraag 1. Waarom is de locatie aan de achterzijde van het complex (bij de T-kruising in de Dickensweg) voor de gemeente niet bespreekbaar? Antwoord: De locatie aan de achterzijde is zeker overwogen. Plaatsen van de ondergrondse container op deze locatie zou betekenen dat de boom aldaar gekapt zou moeten worden, wat omwille van de groenstructuur in de wijk niet wenselijk is. De betreffende locatie ligt bovendien dichter (5 meter) op de gevellijn dan de huidige locatie en zou daardoor voor overlast kunnen zorgen voor de bewoners aan die kant van het gebouw. Overigens ligt de nu gekozen locatie op ca. 55 meter van de voordeur van het complex (en niet, zoals in uw vragen gesteld, een kleine 100 meter). Vraag 2. Is het college met de fractie van Progressief Woerden van mening dat het betrekken van direct betrokken inwoners bij locatiebepaling bij uitstek past bij de gedachte van Woerden, ja tenzij? Antwoord: Ja. Er is dan ook veelvuldig met betrokken bewoners overlegd. Zij zijn uitgenodigd voor de inloopavond - hiervan is helaas geen gebruikgemaakt. Per brief is daarna een mogelijke locatie (aan de voorzijde van het gebouw bij de hoofdingang) voorgesteld en zijn bewoners uitgenodigd daarop te reageren - deze locatie bleek op bezwaren te stuiten. Vervolgens is contact gezocht met de VVE en GroenWest (eigenaars van het complex) en is op locatie met hen en andere bewoners een rondgang gemaakt om een geschikt alternatief te vinden. Hierna is nog veelvuldig contact geweest met betrokkenen om dit verder af te stemmen. Geen van de mogelijke locaties kon op unanieme instemming rekenen; ook binnen de VVE waren de meningen verdeeld. Vraag 3. Waarom zijn de bewoners (verenigd in de VVE) niet betrokken in de bepaling van de locatie van de ondergrondse containers? Terwijl het juist bij een doelgroep die beperkt mobiel is zo voor de hand ligt om hen wel te betrekken? Antwoord: De bewoners zijn naar onze mening uitgebreid en voldoende betrokken bij dit traject. Zie het antwoord op vraag 2. Vraag 4. Hoe beoordeeld het college de interactie tussen ambtelijke organisatie en bewoners in deze casus? Antwoord: Wij hebben in deze casus ervaren dat er uitgebreid contact is geweest met de bewoners, zowel direct als indirect via de VVE. In deze contacten is van beide zijden veel deskundigheid en betrokkenheid ingebracht. Helaas bleven de meningen van de bewoners over de locatie van de ondergrondse container verdeeld. Na zorgvuldige afweging van alle inbreng hebben wij uiteindelijk de knoop doorgehakt. Vraag 5. Is het college van mening dat Woerden Ja tenzij ook, of eigenlijk vooral, gaat over grondhouding en bejegening van inwoners door de gemeente? En dat daar kennelijk nog wel wat te leren valt voor onze organisatie? Antwoord: Woerden zegt ja tenzij gaat over houding, bejegening, wederzijdse betrokkenheid en het samen komen tot goede keuzes. Naar onze mening heeft het hier niet aan geschort.
Bijlagen: De ingekomen brief met corsanummer: 16.025217 De secretaris De burgemeester drs. M.H.J. van Kruijsbergen MBA V.J.H. Molkenboer
Artikel 40 vragen over Plaatsing Ondergrondse container op Selma Lagerlofweg De VVE van het seniorencomplex op de hoek Selma Lagerlofweg en Eilandenkade heeft de fractie van Progressief Woerden benaderd met vragen over de plaatsing van ondergrondse containers. De nieuwe ondergrondse container is geplaatst dicht tegen de kruising aan, op een kleine honderd meter van de voordeur van het complex. Voor sommige bewoners van het complex betekent dit een afstand zo n 300 meter lopen om een afvalzak weg te kunnen brengen. Waarvan de laatste honderd meter over openbare ruimte waar in de winter niet gestrooid wordt. Dat is voor de doelgroep die hier woont niet ideaal. De VVE van dit complex heeft herhaaldelijk contact gezocht met de gemeente. En een tweetal voor de bewoners geschiktere locaties aangegeven voor deze container. Technische lijkt niets in de weg te staan om de container op de door de bewoners gewenste locatie te plaatsen. Deze locatie is dicht bij de plek waar bewoners de andere afvalstromen kwijt kunnen. En voorkomt dat bewoners in de winter ver buiten hun complex moeten met de afvalzakken. De bewoners geven aan dat de gemeente hen weinig constructief te woord heeft gestaan, in de woorden van de bewoners eerder arrogant. De fractie van Progressief Woerden heeft hierom de volgende artikel 40 vragen: 1. Waarom is de locatie aan de achterzijde van het complex (bij de T-kruising in de Dickensweg) voor de gemeente niet bespreekbaar? 2. Is het college met de fractie van Progressief Woerden van mening dat het betrekken van direct betrokken inwoners bij locatiebepaling bij uitstek past bij de gedachte van Woerden, ja tenzij? 3. Waarom zijn de bewoners (verenigd in de VVE) niet betrokken in de bepaling van de locatie van de ondergrondse containers? Terwijl het juist bij een doelgroep die beperkt mobiel is zo voor de hand ligt om hen wel te betrekken? 4. Hoe beoordeeld het college de interactie tussen ambtelijke organisatie en bewoners in deze casus? 5. Is het college van mening dat Woerden Ja tenzij ook, of eigenlijk vooral, gaat over grondhouding en bejegening van inwoners door de gemeente? En dat daar kennelijk nog wel wat te leren valt voor onze organisatie? Namens de fractie van Progressief Woerden, Jelmer Vierstra