2.2 Doelstelling van het onderwijs van de programmagroep



Vergelijkbare documenten
Arbeids- en Organisatiepsychologie. dr. Edwin A.J. van Hooft Onderwijscoördinator

2.2 Doelstelling van het onderwijs van de programmagroep

8.4 Inrichting mastertrack Training & Development

Mastertrack, Klinische Forensische Psychologie

8 Track Training & Development 8.1 Doelgroep, toelaatbaarheid, selectie

2.2 Doelstelling van het onderwijs van de programmagroep

2.1 Doelstelling van het onderwijs van de programmagroep

Hoofdstuk 6. Arbeids- en Organisatiepsychologie

: Afstudeerproject BSc KI : Bachelor Kunstmatige Intelligentie Studiejaar, Semester, Periode : semester 2, periode 5 en 6

Master Psychologie en Geestelijke Gezondheid. Voorlichting 19 Maart 2014

Bachelorproject (15 EC), BSK. Docent: MSc, Drs. C. Nagtegaal

Mastertrack Psychologische Gedragsbeïnvloeding. Georganiseerd door Sociale Psychologie. Michael Vliek. Info:

Culture, Organization and Management Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - P Culture Organization and Management -

Voorlichting specialisaties. Specialisaties Inhoud Bachelor Tracks / Aantekeningen Inhoud Master Kiezen van specialisatie Aanmelden

Onderwijsregeling VI Keuzeonderwijs Bacheloropleiding Geneeskunde Curius+

Management & Organisatie

MINORENVOORLICHTING: LEERLIJN INDIVIDUEN, RELATIES EN ORGANISATIES JANNEKE OOSTROM

Samenvatting aanvraag. Bijlage 8

BEOORDELINGSFORMULIER STAGES BACHELOR NIVEAU 3

PRAKTIJK EN STAGE JAAR 2 EN 3

EXAMENREGELING BACHELOR-PROPEDEUSE PSYCHOLOGIE

7. Track Sport- & Prestatiepsychologie 7.1 Doelgroep, toelatingseisen, selectie

Culture, Organization and Management Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - P Culture Organization and Management -

Diagnostiekbrochure Juli 2010

Deel B van de onderwijs- en examenregeling voor de duale masteropleiding Communicatie- en informatiewetenschappen, 90 EC,

Men komt in aanmerking voor toelating tot het programma Kunstgeschiedenis indien men aantoont te beschikken over de volgende competenties:

Onderwijs- en examenregeling 2010/2011 Master Gezondheidszorgpsychologie

EXAMENREGELING TWEEDE JAAR PSYCHOLOGIE

Onderwijs- en Examenregeling (OER) Bachelorprogramma Academische Opleiding Leraar Basisonderwijs. Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen

Faculteit der Geesteswetenschappen Cluster Filosofie. Bachelor scriptiereglement voor de opleiding: Wijsbegeerte

Specialisatieopleiding arbeids- en organisatiemediation

Minor Toegepaste Psychologie

EXAMENREGELING TWEEDE JAAR PSYCHOLOGIE

Hbo-minor bedrijfswetenschappen

Studiehadleiding. Opleiding: hbo-masteropleiding Islamitische Geestelijke Verzorging

STAGEHANDLEIDING Master Sociologie

Master Psychologie, Algemene Informatie. Hoofdstuk 6

In aanvulling op bovenstaande voorwaarden gelden de volgende aanvullende toelatingsvoorwaarden per track:

Management & Organisatie

EXAMENREGELING BACHELOR-PROPEDEUSE PSYCHOLOGIE

Minor Filosofie en Wetenschap Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum VU - Minoren

Studieschema bachelor Bedrijfskunde

FACULTEIT DER NATUURWETENSCHAPPEN, WISKUNDE EN INFORMATICA. ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Masterschool Life and Earth Sciences studiejaar

6. Track Psychologie van Gezondheidsgedrag 6.1 Doelgroep, toelatingseisen, selectie. 6.2 Doelstelling mastertrack Psychologie van Gezondheidsgedrag

EXAMENREGELING BACHELOR-PROPEDEUSE PSYCHOLOGIE

Artikel Tekst 2.1 Toelatingseisen opleiding Voor toelating tot de opleiding Mediastudies komt in aanmerking de bezitter van

Voor de master Psychology (uitlopende programmering) worden vanaf de OER

Studiehandleiding Ba-scriptie Kunsten, Cultuur en Media

Studiehandleiding eigen vaardigheid basistoets Nederlands (studiegidsnr: 70710P06MY)

BUITENLANDONDERZOEK

STUDIEGIDS PREMASTERPROGRAMMA ACCOUNTING & CONTROL

10 Masteropleiding Filosofie & Maatschappij

7. Track Sport- & Prestatiepsychologie 7.1 Doelgroep, toelatingseisen, selectie

Opleiding Verpleegkunde Leerondersteuning Stage (LOS)

Bijlage Onderwijs- en Examenregeling (OER) Bachelor Programma Academische Opleiding Leraar Basisonderwijs

Master your Talent lezing over de pre-master Psychologie

EXAMENREGELING BACHELOR-PROPEDEUSE PSYCHOLOGIE

Reglement voor het Honours-masterprogramma Geneeskunde Op 3 september 2018 vastgesteld door het Opleidingsteam Geneeskunde.

Bijlage Onderwijs- en Examenregeling (OER) Master Programma van Pedagogische Wetenschappen. Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen

ONDERZOEKSGROEP KLINISCHE PSYCHOLOGIE

Studiewijzer. Bachelor Informatica. Inleiding Programmeren Studiejaar en semester: jaar 1, semester 1 (blok 1)

Deze formulieren s.v.p. opsturen naar: Toelatingscommissie Psychologie t.a.v. mw. A.I. Emmen Grote Kruisstraat 2/ TS GRONINGEN

4. De bezitter van het diploma van de bacheloropleiding Liberal Arts & Sciences van de

Studiewijzer BACHELOR KUNSTMATIGE INTELLIGENTIE EXTRA KEUZENVAK VAK: C++ PROGRAMMEERMETHODEN

2. Selectie van studenten geschiedt op basis van een oordeel over de volgende kerncompetenties van belangstellenden:

Minor Goede doelen, filantropie en non-profits Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum VU - Minoren

Leerplanschema Minor Psychologie

Management & Organisatie

Bachelor Stage en Thesis. Medische Informatiekunde. Regels en Richtlijnen. Samenvatting

Toekomstwijzer Sectie Geestelijke Gezondheidszorg (GGZ) SPS-NIP

ONDERZOEKSGROEP KLINISCHE PSYCHOLOGIE

Pre-masterprogramma. Negen masterspecialisaties

Inleiding 2. Het toelatingsexamen 3. NVO examen 5. Het schakelprogramma 6. INHOLLAND met doorstroomminor 8. Studeren in deeltijd 9

Veel gestelde vragen lijst Deeltijd Human Resource Management

Toetsvormen. Onderwijsmiddag 14 februari 2012 Ferdi Engels & Gerrit Heil toetsadviescommissie

Minor in het buitenland Mogelijkheden bij de opleiding Geneeskunde

Examenreglement

MINOR SOFTWARE KWALITEIT EN TESTEN. 15 mei 2019 Maurice van Haperen

Waar leiden wij toe op?

TRAINING Professioneel adviseren voor interne adviseurs Adviseren als tweede beroep - open inschrijving -

Vrijstelling voor de bacheloropleiding of toelating tot de masteropleiding

Aanvraag tot toelating tot pre-master Psychologie Faculteit der Gedrags- en Maatschappij Wetenschappen, Rijksuniversiteit Groningen

Minor Taal en Gehoor - track voor universitaire studenten

Bachelorscriptie bijeenkomst. Sociale Geografie & Planologie 07/06/2016

Handleiding Honours Programma Wiskunde

BUITENLANDONDERZOEK

GROEPSDYNAMICA STUDIEHANDLEIDING

Bestuurskunde Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - P Bestuurskunde

3.2 Doelstelling van het onderwijsprogramma KLOP

STUDIEGIDS PREMASTERPROGRAMMA ACCOUNTING & CONTROL

PSYCHOLOGIE: BREIN EN COGNITIE

Autisme, zonder verstandelijke beperking Dr. Martine F. Delfos Cursus voor professionals

Modulebeschrijving FINSLC0108

Minor Goede doelen, filantropie en non-profits Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum VU - Minoren

Master of Psychological Research

Informatie voor docenten

Toetsplan Masteropleiding Midden-Oosten Studies

Handleiding. Bachelor eindwerk. Civiele Techniek

Transcriptie:

Masterspecialisatie, Arbeids- en Organisatiepsychologie 2. Arbeids- & Organisatiepsychologie 2.1 Doelgroep en toelatingseisen De master specialisatie Arbeids- en Organisatiepsychologie is direct toegankelijk voor studenten die in hun bachelorprogramma hebben gekozen voor de specialisatie A&O. De specialisatie Arbeids- en Organisatiepsychologie is met een schakelprogramma ook toegankelijk voor studenten die een bachelor Psychologie hebben afgerond en daarin een andere specialisatie dan A&O hebben gevolgd. Voor meer informatie kan men contact opnemen met de studieadviseur van A&O (zie 2.7 voor contactgegevens). 2.2 Doelstelling van het onderwijs van de programmagroep Algemeen geformuleerd heeft de master specialisatie Arbeids- en Organisatiepsychologie als doelstelling het ontwikkelen van: kennis van specialistische onderwerpen uit de A&O-psychologie; toepassen van de belangrijkste methoden en technieken die in de A&O-psychologie worden gebruikt; vaardigheid in het onderkennen en analyseren van A&O-psychologische problemen in de praktijk, en in het formuleren van en (mede) uitvoeren van wetenschappelijk gefundeerde oplossingen; vaardigheid als onderzoeker van theoretische en praktische problemen op het terrein van de A&O-psychologie. professionele vaardigheden (zoals samenwerken, overtuigen, argumenteren, presenteren, adviseren) van belang voor A&O-psychologen in de praktijk. Een belangrijke doelstelling van het studieprogramma A&O is het streven om studenten een relatief brede opleiding in het vakgebied te geven. Hiertoe is met name in het derde bachelorjaar een aantal vakken verplicht gesteld. Daarnaast kan men zich met behulp van de keuzeruimte in het bachelor- en masterjaar specialiseren in een van de volgende drie richtingen: Personeelsselectie en -ontwikkeling (P), Sociale processen in organisaties (O) en Psychologie van arbeid en gezondheid (PAG). Bij de PAG-route krijgt men een aantekening op het diploma-supplement bij het masterdiploma. De twee andere richtingen zijn aanbevolen studieroutes. 2.3 Beroepsmogelijkheden Afgestudeerden met Arbeids- en Organisatiepsychologie als specialisatie hebben een breed scala van beroepsmogelijkheden. Zo kunnen Arbeids- en Organisatiepsychologen in veel organisaties en instituten terecht in functies zoals organisatiedeskundige, HRMadviseur, organisatieconsultant, selectiepsycholoog, of bedrijfspsycholoog. Daarnaast komen A&O psychologen terecht in functies op onderzoeksgebied. Enkele voorbeelden van functies waarin afgestudeerden werkzaam zijn: organisatieadviseur bij verschillende organisatieadviesbureaus; zelfstandige vestiging als beleidsadviseur en onderzoeker; hoofd opleiding, training en development; hoofd of medewerker van een afdeling Personeel en Organisatie; selectiepsycholoog op een bureau voor werving en selectie; medewerker bij een Arbo dienst; beleidsmedewerker bij een overheidsinstantie; docent, supervisor, trainer op een instelling voor HBO; beleidsondersteunend onderzoeker bij grote bedrijven en de overheid; onderzoeker/docent aan een universiteit. 251

Masterspecialisatie, Arbeids- en Organisatiepsychologie 2.4 Inrichting programma specialisatie A&O Studenten A&O besteden in hun masterprogramma 24 ec aan het volgen van specialistische vakken. Van deze 24 ec is het vak Schrijven, ontwerpen, analyseren en presenteren (SOAP; 6 ec) verplicht. De andere 18 ec mag men vrij besteden binnen het aanbod aan mastercursussen van A&O. Aanwezigheid tijdens de bijeenkomsten is bij alle vakken verplicht. Vakken worden afgerond met een tentamen en in veel gevallen een/meerdere opdrachten. Bij een onvoldoende beoordeling kan een toetsonderdeel één keer herkanst worden in het lopende collegejaar. Bij verplichte vakken die in het Engels gedoceerd worden, mogen antwoorden op de tentamens in het Nederlands gegeven worden. De resterende 36 ec van het masterjaar worden besteed aan masterstage (18 ec) en masterthese (18 ec, inclusief colloquia). Studenten die de PAG-route volgen, dienen de 18 ec vrije keuzeruimte op te vullen met het vak Internaliserende stoornisssen PAG (12 ec) en een vrij te kiezen andere A&O mastercursus (6 ec). Indien men door veranderingen in het studieprogramma enkele studiepunten tekort komt bestaat de mogelijkheid van een literatuurtentamen; overleg hierover eerst met de studieadviseur van A&O. Binnen de specialisatie A&O worden drie routes onderscheiden. Per route worden de volgende cursussen aanbevolen: Personeelsselectie en -ontwikkeling: Deze route richt zich op de personeelspsychologie, het vakgebied dat onderzoekt hoe men de juiste persoon op de juiste plaats krijgt en houdt. Belangrijke thema s binnen dit vakgebied zijn recruitment, personeelsselectie, persoon-organisatie fit, socialisatie, training, mentoring, coaching, development, prestatieverbetering, en loopbaanontwikkeling. De route personeelsselectie en -ontwikkeling bereidt studenten voor op functies op het gebied van personeelsselectie, HRM, outplacement, loopbaanadvisering, training en development, etc. Dit soort functies bestaan zowel bij gespecialiseerde adviesbureaus, grote bedrijven (bijv. op een P&O-afdeling), en binnen de (semi-)overheid. Voor deze route wordt (in aanvulling op de cursus Career management in de bachelor) aanbevolen drie cursussen te kiezen uit het volgende aanbod: Personeelsselectie (6 ec), Adviesvaardigheden (6 ec), Coaching (6 ec), Prosociaal gedrag in werkrelaties (6 ec), Creativiteit in organisaties (6 ec). Sociale Processen in Organisaties: Deze route richt zich op de organisatiepsychologie, het vakgebied dat de relatie tussen werknemers en hun sociale werkomgeving (bijv. collega s, leidinggevende, team, organisatie als geheel) onderzoekt. Belangrijke thema s binnen dit vakgebied zijn samenwerking in teams, leiderschap, sociale interactie, conflict, onderhandelen, besluitvormingsprocessen, organisatiecultuur en organisatieverandering. De route sociale processen in organisaties bereidt studenten voor op functies op het gebied van organisatieadvies, consultancy, management, HRM, etc. Dit soort functies bestaat zowel bij gespecialiseerde organisatieadviesbureaus, grote bedrijven, en binnen de (semi-)overheid. Voor deze route wordt (in aanvulling op de cursus Organizational change in de bachelor) aanbevolen drie cursussen te kiezen uit de volgende cursussen: Conflict & coöperatie (6 ec), Beoordelen en beslissen in organisaties (6 ec), Prosociaal gedrag in werkrelaties (6 ec), Adviesvaardigheden (6 ec), Creativiteit in organisaties (6 ec). Psychologie van Arbeid en Gezondheid: Het werkterrein van de Psychologie van Arbeid en Gezondheid kan worden verdeeld in diagnostiek, preventieve en curatieve interventies, en research, en speelt zich af op verschillende niveaus, te weten die van de persoon, de functie, de groep of afdeling en de gehele organisatie. Naast het individuele functioneren van medewerkers gaat het hierbij om het optimaliseren van functies, loopbanen en groepsprocessen, alsook om de structuur en cultuur van de organisaties in kwestie. Belangrijke aandachtsgebieden zijn (het voorkomen van) stress en burnout, reïntegratie en problemen rondom specifieke groepen medewerkers, zoals jongeren, ouderen, vrouwen, mannen en medewerkers met een bepaald soort werk. Hierbij wordt 252

Masterspecialisatie, Arbeids- en Organisatiepsychologie gebruik gemaakt van zeer uiteenlopende methoden, zoals individuele begeleiding, coaching, groepsinterventies, functieherontwerp, loopbaaninterventies, training en allerlei andere HRM-technieken. Bij het laatste onderdeel van het werkterrein van de Psychologie van de arbeid en gezondheid, het verrichten van onderzoek, gaat het over het algemeen vooral om onderzoek in de toegepaste sfeer. Zo kunnen bijvoorbeeld de effecten van bepaalde programma s en interventies worden onderzocht. Het karakteristieke van de Arbeids- en Gezondheidspsycholoog hierbij is dat deze telkens is gericht op de verhouding tussen werknemer en werk, en de consequenties daarvan voor het welbevinden en de gezondheid. De A&G-psycholoog houdt zich bezig met vragen als: In hoeverre komen problemen van bepaalde werknemers voort uit een voortdurende overbelasting?, Kunnen we bepaalde werknemers zo leren omgaan met de eisen die hun worden gesteld, dat deze geen schadelijke effecten meer sorteren?, Hoe kan de werksituatie zo worden aangepast dat de belasting van de werknemer wordt verkleind? en Wat is er nodig om deze werknemer weer goed te laten functioneren? De studieroute wordt georganiseerd vanuit de specialisatie Arbeids- en Organisatiepsychologie en strekt zich uit over bachelor en master. Zoals in het hoofdstuk over de bachelor Arbeids- en Organisatiepsychologie beschreven, dient in de bachelor aan de volgende eisen te zijn voldaan: Voldoen aan de standaard vereisten voor de bachelor A&O. Behaald hebben van het vak Interventies in de A&G psychologie (9 ec). De bachelorthese schrijven over een onderwerp op het terrein van de psychologie van arbeid en gezondheid. Om de PAG-aantekening te verkrijgen dient daarnaast in de master Arbeids- en Organisatiepsychologie aan de volgende eisen te worden voldaan: Behaald hebben van het vak Schrijven, ontwerpen, analyseren en presenteren (SOAP; 6 ec). Behaald hebben van Internaliserende stoornissen PAG (12 ec). Dit onderdeel bestaat uit drie delen: (a) de cursus Internaliserende stoornissen: Angststoornissen verzorgd door Klinische Psychologie, (b) de cursus Internaliserende stoornissen: Stemmingsstoornissen verzorgd door Klinische Psychologie, en (c) een paper over de toepassing van angst- en stemmingsstoornissen binnen de psychologie van arbeid en gezondheid. Behaald hebben van een keuzevak (6 ec) uit het aanbod van mastervakken van A&Opsychologie. De masterstage (18 ec) lopen op het terrein van de psychologie van arbeid en gezondheid. De masterthese (18 ec) schrijven over een onderwerp op het terrein van de psychologie van arbeid en gezondheid. Voor meer informatie over de route PAG wordt aangeraden contact op te nemen met de PAG-coördinator (zie 2.8 voor contactgegevens). 253

Masterspecialisatie, Arbeids- en Organisatiepsychologie Overzicht aanbod masteronderdelen Arbeids- en Organisatiepsychologie Blok 1 12 ec *Schrijven, ontwerpen, analyseren, presenteren (6) Conflict & coöperatie (6) *Adviesvaardigheden (6) Semester 1 Semester 2 Blok 2 12 ec Creativiteit in organisaties (6) Personeelsselectie (6) Prosociaal gedrag in werkrelaties (6) Blok 3 6 ec Blok 1 12 ec *Schrijven, ontwerpen, analyseren, presenteren (6) Beoordelen en beslissen in organisaties (6) Blok 2 12 ec *Adviesvaardigheden (6) Coaching (6) Blok 3 6 ec **Internaliserende stoornissen, PAG (12) Masterstage (18) en Masterthese (18) Noot: Studenten volgen in elk blok maximaal twee cursussen. Verplichte cursussen zijn grijsgekaderd en vetgedrukt. * Deze cursussen worden twee keer per studiejaar aangeboden. Afhankelijk van de studieplanning kan de cursus in het eerste dan wel tweede semester gevolgd worden. ** Deze cursus geldt als mastercursus A&O uitsluitend voor studenten die de PAG-route volgen. Voor studenten die niet aan de PAG-vereisten voldoen, kan deze cursus niet meetellen voor het masterdiploma. 2.5 Masterstage, masterthese en colloquia Naast het cursorisch onderwijs omvat de master de masterstage (18 ec) en masterthese (18 ec, inclusief colloquia). De masterstage kan pas gestart worden indien het bachelordiploma is behaald. De masterthese kan pas gestart worden indien het bachelordiploma en de cursus Schrijven, ontwerpen, analyseren en presenteren (SOAP; 6 ec) is behaald. Voor meer informatie zie de Studenthandleiding Masterthese en Masterstage A&O op de blackboardsite Stages en Theses Arbeids- en Organisatiepsychologie en op te vragen per e-mail bij het A&O secretariaat (zie 2.7 voor contactgegevens). In de handleiding is een uitgebreid overzicht van de regelingen en richtlijnen omtrent de afstudeeropdracht en stage te vinden. Voor vragen over de masterthese kan contact opgenomen worden met de masterthesecoördinator (zie 2.7 voor de contactgegevens). Voor vragen over de masterstage kan contact opgenomen worden met de stagecoördinator (zie 2.7 voor de contactgegevens). In de masterstage worden werkzaamheden uitgevoerd die door een arbeids- en organisatiepsycholoog beroepsmatig zouden kunnen worden gedaan. Een stage kan zowel bij de programmagroep zelf als bij een externe instantie worden gelopen. In principe duurt een stage 13 weken fulltime (of langer parttime). Bij externe stages dient deskundige begeleiding ter plekke gegarandeerd te zijn. In een stageverslag wordt weergegeven welke 254

Masterspecialisatie, Arbeids- en Organisatiepsychologie activiteiten zijn verricht. Op de blackboardsite Stages en Theses Arbeids- en Organisatiepsychologie is een overzicht in te zien van mogelijke stageplaatsen. Voor de masterthese geldt dat onder begeleiding van een van de docenten van A&O de gehele empirische cyclus eenmaal doorlopen wordt teneinde een vraagstelling op het gebied van de A&O-psychologie te onderzoeken. Een masterthese kan gedaan worden aan de hand van een wetenschappelijke vraag of aan de hand van een vraag uit de praktijk. De opzet van het onderzoek wordt vastgelegd in een onderzoeksvoorstel. Als afronding van de masterthese wordt niet alleen een verslag geschreven, maar wordt ook een presentatie (masterthesebespreking) gegeven. In het kader van de masterthese dienen ook 10 colloquia te worden bijgewoond, zie voor meer informatie Hoofdstuk 6. Onderzoeksmogelijkheden binnen de specialisatie A&O Het onderzoek van de programmagroep is erop gericht om theoretisch gefundeerde en praktisch bruikbare kennis op te doen over werkgerelateerd functioneren van individuen en groepen in organisaties. Studenten kunnen hun afstudeeronderzoek doen op een van de onderzoeksgebieden van de A&O-docenten. Zie voor een beschrijving van de onderzoeksgebieden Hoofdstuk 10, de website van A&O-psychologie (www.fmg.uva.nl/workandorganizationalpsychology bij Research program ) en de homepages van de A&O docenten (www.fmg.uva.nl/workandorganizationalpsychology bij Faculty and staff). 2.6 Bijzonderheden Basisaantekening Psychodiagnostiek (BAPD) Voor studenten die geïnteresseerd zijn in werkterreinen zoals personeelsselectie, loopbaanadvies, outplacement, of arbeid en gezondheid, is de basisaantekening psychodiagnostiek in de Arbeids- en Organisatiepsychologie een interessante aanvulling. Zoals in het hoofdstuk over de bachelor Arbeids- en Organisatiepsychologie beschreven, dient in de bachelor aan de volgende eisen te zijn voldaan: Behaald hebben van het vak Testconstructie (6 ec) of Testontwikkeling en psychodiagnostiek (9 ec). Voldoen aan de standaard vereisten voor de bachelor A&O. Behaald hebben van het vak Diagnostiek I: Psychodiagnostiek (3 ec; bij Klinische Psychologie). Dit vak kan als extra keuzevak gevolgd worden. Het mag ook worden ingevuld in plaats van het keuzevak Leiderschap of Organisatiestructuur & Organisatiecultuur in het bachelorjaar van A&O. In dat geval kunnen de resterende 3 ec opgevuld worden met een Literatuurtentamen. Om de BAPD te verkrijgen dient daarnaast in de master Arbeids- en Organisatiepsychologie aan de volgende eisen te worden voldaan: Voldoen aan de standaard vereisten voor de master A&O. Behaald hebben van het vak Personeelsselectie (6 ec). Een Masterstage van minimaal 18 ec waarin ervaring wordt opgedaan op het werkterrein van de Arbeids- en Organisatiepsychologische diagnostiek, en waarin een stageverslag wordt geschreven dat onder andere een uitwerking bevat van drie casussen op het gebied van de Arbeids- en Organisatiepsychologische diagnostiek die onder supervisie zijn afgerond. Voor informatie over de BAPD, de diagnostiekstage, en de casussen A&O zie de Studenthandleiding Masterthese en Masterstage A&O op blackboardsite Stages en Theses Arbeids- en Organisatiepsychologie en op te vragen per e-mail bij het A&O secretariaat (zie 2.8 voor contactgegevens). Voor begeleiding van BAPD-stages kan men terecht bij de coördinator BAPD (zie 2.8 voor contactgegevens). 255

Masterspecialisatie, Arbeids- en Organisatiepsychologie 2.7 Nadere inlichtingen en mentoraat Studieadvisering Arbeids- & Organisatiepsychologie Voor inlichtingen met betrekking tot de specialisatie A&O-psychologie, vragen over de voortgang en planning van de studie, toelating tot de aansluitmaster A&O, en eventuele problemen die kunnen optreden tijdens de studie kan men zich wenden tot de studieadviseur van de programmagroep A&O (zie 2.8 voor contactgegevens). 2.8 Contactgegevens secretariaat, studieadviseur en coördinatoren A&O Secretariaat Mw. Joke Vermeulen kamer 4.05 telefoon 525.6860 email: aosecretariaat-fmg@uva.nl Openingstijden: ma t/m do.: 9.00-16.30 Studieadviseur A&O Dr. Edwin van Hooft kamer 4.08 telefoon: 525.6863 email: ao-studieadviseur-fmg@uva.nl Coördinator masterthese Dr. Brigitte ten Brink kamer 4.04 telefoon: 525.nnb email: ao-masterthese-fmg@uva.nl Coördinator masterstage Dr. mr. Angelique Bakker-Pieper kamer 4.03 telefoon: 525.8774 email: ao-stage-fmg@uva.nl Coördinator Honoursprogramma en Research Master Dr. Bianca Beersma kamer 4.08 telefoon 525.6754 email: B.Beersma@uva.nl Coördinator PAG-route Dr. Machteld van den Heuvel kamer 4.03 telefoon: 525.8773 email: M.vandenheuvel2@uva.nl Coördinator BAPD vacature kamer nnb telefoon: 525.nnb email: nnb Website: http://www.student.uva.nl/psychologie/home.cfm http://www.fmg.uva.nl/workandorganizationalpsychology Voorzitter van de programmagroep: Prof. dr. Annelies van Vianen Voor contactgegevens van de docenten van A&O en een overzicht van hun interessegebieden: zie Hoofdstuk 10. Op de volgende pagina s volgt een overzicht van de masteronderdelen die gevolgd kunnen worden binnen de specialisatie A&O. 256

Adviesvaardigheden Punten 6 ec SIS-code 7204MA20X Plaats in het rooster Semester 1, blok 1; Semester 2, blok 2 Toelatingsvoorwaarden Bachelor psychologie + sollicitatieprocedure Aantal deelnemers Maximaal 12 Docent Mw. drs. N. Hermans Leerdoelen en inhoud Doelstelling van de cursus is het ontwikkelen van sociale vaardigheden die nodig zijn om als adviseur in arbeidsorganisaties te kunnen optreden. De cursus kan gezien worden als een vervolg op het Gesprekspracticum, gericht op zakelijke gespreksvoering. Het gaat hierbij om vaardigheden op het gebied van reflectie, luisteren, vragen stellen, observeren, informatie geven, weerstand en dilemma s, feedback vaardigheden en presenteren. Er wordt steeds verband gelegd met relevante psychologische theorieën en begrippen. Gespreksvormen die aan de orde komen zijn onder andere het selectie- en sollicitatiegesprek, het coachingsgesprek, het functioneringsgesprek, het acquisitiegesprek en het adviesgesprek. Onderwijsvorm Het gaat om ervaringsgericht onderwijs, waarin het oefenen centraal staat. De cursus is opgezet als een training. De huiswerkopdrachten hebben behalve op het voorbereiden van een bijeenkomst en het leren van de te toetsen stof, betrekking op het uitvoeren van persoonlijke oefeningen en observatieopdrachten en het schrijven van (reflectie)verslagen. De studiebelasting bedraagt zo n twintig uur per week (inclusief onderwijsbijeenkomsten). Toetsvorm Er is sprake van verplichte aanwezigheid en huiswerkopdrachten. Beoordeling vindt plaats op basis van vier onderdelen: (reflectie)verslagen in de vorm van een logboek, actieve participatie tijdens de cursus (waaronder theorietoetsen), een individuele presentatie over een vooraf opgegeven onderwerp, en aan het einde van de cursus een praktijksimulatie (rollenspel) met acteur. Deze onderdelen hebben een gelijk gewicht in de eindbeoordeling. Studiemateriaal Berg, J. van den, & Klijs, M. (2010). Het GROTE Gesprekkenboek (1 e druk). Alphen aan den Rijn: Kluwer. ISBN: 9013079563. 45,53. (318 blz) Beek, M. van & Tijmes. (2005) Leren coachen (3 e druk). Soest: Nelissen. ISBN: 9024417171. 22,50. (168 blz.) Aanvullende literatuur in de vorm van artikelen. (circa 250 blz.) Onderwijstijden Do. 29-08-2013 t/m 24-10-2013 Di. 01-04-2014 t/m 20-05-2014 11.00-17.00 uur (geen college op 26 september) 11.00-17.00 uur Bijzonderheden Met het oog op de zeer beperkte capaciteit van dit programma, de noodzaak van aanwezigheid tijdens alle zittingen en het belang van een goede motivatie is een selectieprocedure voor de cursus ingesteld. Aanmelding voor Adviesvaardigheden via SIS is wel vereist, maar niet voldoende. Daarnaast dien je een motivatiebrief en cv te sturen 257

aan Nicoline Hermans (email: N.M.Hermans@uva.nl). Deadline hiervoor is 9 augustus 2013 voor deelname in eerste semester en 13 december 2013 voor deelname in het tweede semester. Daarna volgt mogelijk een selectiegesprek. Deze cursus staat open voor studenten uit alle specialisaties psychologie. Deze cursus is een keuzevak binnen de master Arbeids- & Organisatiepsychologie, en is relevant voor alle richtingen binnen A&O (Personeelspsychologie, Arbeids- en Gezondheidspsychologie en Sociale processen in organisaties). Studenten Arbeids- & Organisatiepsychologie hebben, mits zij aan de selectie-eisen voldoen, voorrang boven studenten van andere specialisaties/studies. 258

Beoordelen en beslissen in organisaties Punten 6 ec SIS-code 7204MA14X Plaats in het rooster Semester 2, blok 1 Aantal deelnemers Maximaal 35 Toelatingsvoorwaarden Bachelor Psychologie, specialisatie A&O Docent Mw. dr. F. S. ten Velden Leerdoelen Hoe komen individuen tot een oordeel en wat bepaalt de kwaliteit van een beslissing? Welke factoren dragen bij aan efficiënte en kwalitatief hoogwaardige besluitvorming in teams? Welke biases en heuristieken spelen een rol bij complexe beslissingen en hoe kunnen we ervoor zorgen dat individuen, groepen, en organisaties het gebruik van deze biases zoveel mogelijk vermijden? Tijdens deze cursus zoeken we antwoorden op deze en andere vragen. Hierbij kijken we naar factoren die de kwaliteit van de besluitvorming op individueel niveau beïnvloeden (zoals motivatie), maar ook naar factoren die een rol spelen op groepsniveau (samenstelling, aanwezigheid van advocaat van de duivel) en op organisatieniveau (zoals leiderschap). Inhoud Theorie en research inzake beoordelen en beslissen worden behandeld. Hierbij is de behandeling van besluitvorming bottom-up, waarbij respectievelijk gekeken wordt naar beoordeling, individuele besluitvormingsprocessen, groepsbesluitvorming, en besluitvorming van leidinggevenden. Onderwijsvorm Eén dagdeel per week een bijeenkomst; tijdens de bijeenkomsten worden leerdoelen a) en b) nagestreefd via hoorcolleges en opdrachten en leerdoel c) via simulatie en praktische oefening. Aanwezigheid is verplicht. Toetsvorm Schriftelijk tentamen met open vrgaen over de literatuur en de collegestof (60%) en groepsopdrachten (40%). Opgave voor het tentamen en voor de eventuele herkansing via SIS, is verplicht (uiterlijk één week voor de tentamendatum). Alle onderdelen (tentamen, elke opdracht) moeten ten minste met een 5.5 beoordeeld worden. Studiemateriaal en kosten Bazerman, M.H., & Moore, D.A. (2009). Judgement in managerial decision making (7 th ed.). Hoboken: John Wiley & Sons. ISBN 9780470049457 (± 50,00). (circa 180 blz.) Artikelen: Extra literatuur wordt later bekend gemaakt. (circa 300 blz.) Onderwijstijden Do. 06-02-2014 t/m 20-03-2014 10.00-13.00 uur Toetsdata Do. 27-03-2014 10.00-13.00 uur Ma. 30-06-2014 10.00-13.00 uur Herkansing 259

Bijzonderheden Deze cursus is een keuzevak binnen de master Arbeids- & Organisatiepsychologie, en wordt aanbevolen voor studenten die zich willen specialiseren in de richting Sociale processen in organisaties. 260

Coaching Punten 6 ec SIS-code 7204MA25X Plaats in het rooster Semester 2, Blok 2 Aantal deelnemers Maximaal 12 Toelatingsvoorwaarden Bachelor specialisatie A&O + Sollicitatieprocedure Docent Drs. Tim Theeboom Leerdoelen en inhoud Doelstelling van de cursus is een diepgaande theoretische en praktische kennismaking met coaching als vakgebied. Hierbij worden psychologische theorieën besproken die van belang zijn bij individuele veranderingsprocessen en maken de deelnemers kennis met veelgebruikte methodieken uit de praktijk. Ook wordt er aandacht besteed aan de manier waarop de effectiviteit van coaching kan worden vastgesteld door middel van onderzoek. Onderwijsvorm Het gaat om ervaringsgericht onderwijs. De cursus is opgezet als een serie workshops waarbij het eerste deel van de workshops zal worden verzorgd door de docent. In dit eerste deel worden relevante theorieën en onderzoeken per thema (o.a. verschillende stromingen binnen coaching) besproken. De studenten zullen steeds het tweede deel van de workshops voor hun rekening nemen waarbij de (in het eerste deel) besproken stof in de praktijk wordt gebracht door middel van door de studenten geleidde oefeningen. De huiswerkopdrachten hebben behalve het voorbereiden van deze workshops (in tweetallen en in overleg met de docent) en het leren van de te toetsen stof, betrekking op het uitvoeren van individuele oefeningen en het schrijven van individuele (reflectie)verslagen. De studiebelasting bedraagt 21 uur per week (inclusief onderwijsbijeenkomsten). Toetsvorm Er is sprake van verplichte aanwezigheid, huiswerkopdrachten en een afsluitend tentamen. Beoordeling vindt plaats op basis van vier onderdelen: het tentamen bestaande uit open vragen (50%), de beoordeling van de workshops door docent en medestudenten (20%), het cijfer voor de individuele opdrachten (20%) en actieve participatie (10%). Voor alle onderdelen dient tenminste een 5.5 behaald te worden. Studiemateriaal Wordt nog bekend gemaakt. Onderwijstijden Do. 03-04-2014 t/m 22-05-2014 11.00-15.00 uur Geen bijeenkomst op 01-05-2014 Toetsdata Di 27-05-2014 10.00-13.00 uur Datum en tijdstip herkansing wordt nader bekend gemaakt. Bijzonderheden De cursus is een keuzevak binnen de master Arbeids- en Organisatiepsychologie, en is met name relevant voor studenten die zich willen specialiseren in de richting personeelsselectie en ontwikkeling. De cursus is ook toegankelijk voor studenten in de mastertrack Training & Development. Wegens de beperkte capaciteit van de cursus is aanmelding via SIS vereist, maar niet voldoende. Daarnaast dien je een sollicitatiebrief en CV te sturen naar Tim Theeboom (email: t.theeboom@uva.nl). De sollicitatiebrieven dienen voor 12 261

december 2013 binnen te zijn bij de docent. Op basis daarvan volgt een selectieprocedure. Uiterlijk 24 januari 2014 hoor je of je wordt toegelaten tot de cursus. 262

Conflict en coöperatie Punten 6 ec SIS-code 7204MA21X Plaats in het rooster Semester 1, Blok 1 Aantal deelnemers Maximaal 35 Toelatingsvoorwaarden Bachelor Psychologie, specialisatie A&O of Sociale Psychologie Docent Mw. dr. B. Beersma Leerdoelen De drie voornaamste leerdoelen zijn: a) inzicht verwerven in de theorie en het onderzoek inzake coöperatie, conflicthantering en onderhandelen, b) inzicht verwerven in de mogelijkheden om coöperatie in groepen en organisaties te bevorderen en mogelijke conflicten op te lossen dan wel te benutten en c) opdoen van ervaring met coöperatie, conflicthantering en onderhandelen. Inhoud De mogelijkheid om samen te werken biedt individuen in organisaties veel voordelen: ze kunnen ervan leren, ze hebben toegang tot meer informatie dan wanneer ze alleen werken, en het bevredigt de menselijke behoefte aan binding met anderen. Tegelijkertijd ontstaan er bij coöperatie regelmatig fricties en zelfs conflicten, die de samenwerking belemmeren of zelfs ernstige consequenties voor het voortbestaan van de groep of organisatie kunnen hebben. In deze cursus wordt, aan de hand van wetenschappelijke onderzoeksartikelen en overzichtshoofdstukken, de psychologische theorievorming rondom coöperatie en conflict verdiept. Door middel van oefeningen en een praktijkopdracht wordt de vertaalslag naar de praktijk gemaakt. Onderwijsvorm Een dagdeel per week een bijeenkomst; tijdens de bijeenkomsten worden leerdoelen a) en b) nagestreefd via hoorcolleges en het bestuderen van de literatuur en leerdoel c) via simulatie en praktische oefening. Aanwezigheid en actieve deelname tijdens de colleges is verplicht. Studenten werken in kleine groepen gedurende de cursus aan de praktijkopdracht. Toetsvorm Schriftelijk tentamen over de literatuur en collegestof, bestaande uit essayvragen, en de praktijkopdracht. Het eindcijfer wordt voor 60% bepaald door het cijfer voor het tentamen en voor 40% door het cijfer voor de praktijkopdracht. Voor beide onderdelen dient tenminste een 5.5 te worden behaald. Opgave voor het tentamen en voor de eventuele herkansing via SIS is verplicht (uiterlijk één week voor de tentamendatum). Studiemateriaal Artikelen: Informatie bij het A&O secretariaat. Onderwijstijden Ma. 02-09-2013 t/m 14-10-2013 15.00-18.00 uur Toetsdata Ma. 21-10-2013 15.00-17.00 uur Vr. 03-01-2014 14.00-16.00 uur Herkansing 263

Bijzonderheden Deze cursus is een keuzevak binnen de master Arbeids- & Organisatiepsychologie en wordt aanbevolen voor studenten die zich willen specialiseren in de richting Sociale processen in organisaties. 264

Creativiteit in organisaties Punten 6 ec SIS-code 7204MA16X Plaats in het rooster Semester 1, blok 2 Aantal deelnemers Maximaal 30 Toelatingsvoorwaarden Bachelor psychologie, specialisatie A&O Docent Dr. M. Baas Inhoud In toenemende mate zien managers en leidinggevenden creativiteit en innovatie als cruciaal om vooruitgang te boeken, succesvol te kunnen concurreren en duurzaam beleid te ontwikkelen. Het onderwerp creativiteit is dus razend populair en overheden en bedrijven besteden veel geld en aandacht aan maatregelen om de creativiteit en innovatie te bevorderen. Deze cursus gaat over creativiteit en innovatie in organisaties. In de cursus wordt antwoord gezocht op vragen als: Wat is creativiteit en wat zijn de verschillen en overeenkomsten tussen creativiteit en innovatie? Is het mogelijk om de creatieve vermogens van mensen te bepalen voor selectiedoeleinden? Welke psychologische processen liggen ten grondslag aan creativiteit en welke factoren zorgen er voor dat de creativiteit van mensen bevorderd of belemmerd wordt? Hierbij zal gekeken worden naar factoren die de creativiteit beïnvloeden van individuele werknemers (zoals persoonlijkheid, motivatie en stemming), van groepen (zoals conflict, teamklimaat en groepssamenstelling) en van organisaties (zoals cultuur en leiderschap). Hoewel de colleges worden gegeven aan de hand van empirische artikelen is er veel aandacht voor het management van creativiteit en innovatie in de praktijk. Daarnaast zijn er twee opdrachten waarin studenten zelf een casus krijgen voorgelegd die ze moeten oplossen aan de hand van bevindingen uit empirisch onderzoek naar creativiteit. Onderwijsvorm Eén dagdeel per week een college of werkgroepbijeenkomst. Aanwezigheid is verplicht. Toetsvorm Schriftelijk tentamen bestaande uit 4 open vragen en 24 meerkeuzevragen over de literatuur en de collegestof (71.4% van het eindcijfer), plus beoordeling van twee opdrachten. Elk van de opdrachten en het tentamen moet minimaal voldoende (5.5) worden gemaakt. De opdrachten tellen ook mee voor het cijfer - beide opdrachten voor het equivalent van twee open vragen (in totaal 28.6% van het eindcijfer); voor exacte regeling zie Blackboard. Opgave voor het tentamen en de herkansing via SIS minimaal één week voor het tentamen, is verplicht. Studiemateriaal Artikelen circa 500 pagina s (informatie bij het A&O secretariaat) Onderwijstijden Do. 31-10-2013 t/m 12-12-2013 10.00-13.00 uur Toetsdata Do. 19-12-2013 10.00-13.00 uur Ma. 02-06-2014 10.00-13.00 uur herkansing 265

Bijzonderheden Deze cursus is een keuzevak binnen de master Arbeids- & Organisatiepsychologie, en wordt aanbevolen voor studenten die zich willen specialiseren in de richting Sociale processen in organisaties of personeelspsychologie. 266

Internaliserende stoornissen PAG Punten 12 ec SIS-code 7204MA23X Plaats in het rooster Semester 1, blok 1+ 2 Aantal deelnemers Maximaal 15 Toelatingsvoorwaarden Bachelor Psychologie specialisatie A&O; Interventies in de A&G psychologie; uitsluitend toegankelijk voor studenten die de PAGroute volgen Docent Mw. dr. M. van den Heuvel (coördinator) en docenten klinische psychologie Inhoud en leerdoelen Internaliserende stoornissen zoals angst- en stemmingsstoornissen zijn veelvoorkomende stoornissen waarbij vooral het lijden van de persoon zelf centraal staat. Dit onderdeel heeft tot doel om kennis op te doen over deze stoornissen, en deze kennis te kunnen toepassen op de Psychologie van Arbeid en Gezondheid. Hiertoe bestaat dit onderdeel uit drie elementen: (1) het studieonderdeel Internaliserende stoornissen: Angststoornissen, te volgen bij Klinische Psychologie, (2) het studieonderdeel Internaliserende stoornissen: Stemmingsstoornissen, te volgen bij Klinische Psychologie, en (3) het schrijven van een paper waarbij de kennis over angst- en stemmingsstoornissen wordt toegepast op een zelfgekozen onderwerp op het gebied van arbeid en gezondheid. Begeleiding en beoordeling van dit paper wordt verzorgd door Mw. dr. M. van den Heuvel. Studenten worden verzocht om begin december 2013 contact op te nemen om afspraken te maken rondom de planning van het PAG paper. Onderwijsvorm Zie de cursusomschrijving van Internaliserende stoornissen: Angststoornissen en Internaliserende stoornissen: Stemmingsstoornissen. Toetsvorm De toetsing bestaat uit drie elementen: (1) een schriftelijk tentamen + opdracht bij Internaliserende stoornissen: Angststoornissen, (2) een schriftelijk tentamen + opdracht bij Internaliserende stoornissen: Stemmingsstoornissen, en (3) het paper. Alle drie de onderdelen worden afzonderlijk beoordeeld met een deelcijfer. De cursus is behaald, en de 12 ec worden toegekend indien alle drie de onderdelen met minimaal een 5,5 zijn beoordeeld. Het eindcijfer is het gemiddelde van de drie deelcijfers. Studiemateriaal en kosten Zie de cursusomschrijving van Internaliserende stoornissen: Angststoornissen en Internaliserende stoornissen: Stemmingsstoornissen. Onderwijstijden Zie de cursusomschrijving van Internaliserende stoornissen: Angststoornissen en Internaliserende stoornissen: Stemmingsstoornissen. Toetsdata Zie de cursusomschrijving van Internaliserende stoornissen: Angststoornissen en Internaliserende stoornissen: Stemmingsstoornissen Bijzonderheden Verplicht voor studenten die de PAG-route volgen. Deze cursus is niet toegankelijk voor studenten die niet de PAG route volgen. 267

Masterstage Arbeids- en Organisatiepsychologie Punten: 18 ec SIS-Code 7204MSAOX Plaats in het rooster: gedurende het hele jaar Toelatingsvoorwaarden: Bachelor afgerond, met specialisatie A&O Coördinatie: Mw. dr. mr. A. Bakker-Pieper Inhoud Het doel van de masterstage is dat studenten de kennis en vaardigheden die zij op de universiteit hebben opgedaan in praktijk leren brengen. De stage werkzaamheden dienen van academisch niveau en A&O-psychologische aard te zijn. Na een inwerkperiode moet de student in staat zijn om de werkzaamheden met een redelijke mate van zelfstandigheid uit te voeren. Onderwijsvorm Aanmelding Voordat je aan je stage kunt beginnen, dient deze goedgekeurd te worden door de stage coördinator A&O. Goedkeuring geschiedt op basis van een stageplan (1-2 A4 tjes) dat per mail wordt ingediend bij de coördinator. Zie voor meer informatie over het stageplan en de te volgen procedure de Studenthandleiding Masterthese en Masterstage A&O op de blackboardsite Stages en Thesen Arbeids- en Organisatiepsychologie of op te vragen bij het A&O secretariaat. Begeleiding Bij interne stages heeft men met één begeleider te maken; bij externe stages moet er ook een externe begeleider zijn op de stageplek. De externe begeleider dient in principe een universitair opgeleide A&O-psycholoog te zijn. Indien er geen A&O-psycholoog aanwezig is op de stage-instelling, kan de begeleiding ook verzorgd worden door een begeleider met een aanverwante academische opleiding (bijv., een andere subdiscipline binnen de psychologie, bedrijfskunde, organisatiewetenschappen), mits deze bekend is met het werk van A&O-psychologen. Voor aanvang van de stage dienen de student en begeleider(s) afspraken te maken over de begeleiding, inhoud, werkwijze en duur van de stage. Stageverslag De werkzaamheden tijdens een stage worden na afloop van de stage gerapporteerd door middel van een stageverslag. Het door de externe begeleider ingevulde stage beoordelingsformulier en een door hem/haar goedgekeurde urenverantwoording zijn verplichte bijlagen bij het verslag. Verdere informatie betreffende het stageverslag is te vinden in de Studenthandleiding Masterthese en Masterstage. Beoordeling De eindbeoordeling wordt gedaan door de interne begeleider op basis van het stageverslag, het niveau van de verrichte werkzaamheden en het door de (externe) begeleider ingevulde stage beoordelingsformulier. Zie voor meer informatie de Studenthandleiding Masterthese en Masterstage A&O. Bijzonderheden Combinatie Combinatie van masterthese en stage is mogelijk, doch uitsluitend bij externe stages; overleg hiervoor met de stage/masterthesecoördinator. Omvang 268

Een stage moet minimaal 504 uur bedragen. Dat betekent 13 weken voltijd (504 uur) en langer indien de stage parttime plaatsvindt. De stage wordt gehonoreerd met 18 ec. Basisaantekening Psychodiagnostiek (BAPD) Een van de voorwaarden om de basisaantekening psychodiagnostiek via de Arbeids- en Organisatiepsychologie te behalen is het volgen van een diagnostiekstage. Tijdens deze stage dienen drie casussen onder supervisie te worden afgerond. Voor meer informatie betreffende de BAPD, de BAPD-stagevereisten, en het BAPD-stageverslag zie de Studenthandleiding Masterthese en Masterstage A&O op Blackboard. Aantekening Psychologie van Arbeid en Gezondheid (PAG) Een van de voorwaarden om de PAG-aantekening te behalen is dat in de stage onderwerpen aan bod te komen die direct of indirect raken aan het snijvlak van Arbeid en Gezondheid. Zie de studiegids en de Studenthandleiding Masterthese en Masterstage A&O voor meer informatie. 269

Masterthese A&O Punten 18-24 ec (nb: 18 is standaard; 24 moet apart worden aangevraagd) SIS-code 7204MWAOX Toelatingsvoorwaarden Bachelor Psychologie specialisatie A&O en SOAP Coördinatie Dr. Brigitte ten Brink Inhoud/Leerdoelen In een masterthese verricht men een (relatief) zelfstandig onderzoek, waarin de zelfstandigheid tot uiting komt in de opzet, uitvoering, analyse en rapportage. De eerste fase van de masterthese bestaat uit het schrijven van het MT-onderzoeksvoorstel. Het MT-onderzoeksvoorstel wordt na goedkeuring door de begeleider ingediend via een standaardformulier, voor goedkeuring door de tweede beoordelaar (toegewezen door de masterthesecoördinator Dr. Brigitte ten Brink). Als het MT-onderzoeksvoorstel is goedgekeurd kan het eigenlijke onderzoek beginnen. Onderwijsvorm Globaal houdt een masterthese voor een student de volgende werkzaamheden in: (a) het bedenken van een vraagstelling, òf het uitwerken van een gegeven vraag- of probleemstelling; (b) verdieping in de literatuur om op de hoogte te raken van het onderwerp; (c) het bedenken van een onderzoeksopzet; d) het schrijven van een MT-onderzoeksvoorstel; (e) het verzamelen en analyseren van de data; (f) de verslaglegging; en (g) de openbare presentatie. Daarnaast dienen 10 colloquia te worden bijgewoond, zie hoofdstuk 6 voor meer informatie. Beoordeling Zie voor de beoordeling de Studenthandleiding op Blackboard. Bijzonderheden Voor een masterthese krijgt men standaard 18 ec. Minder is niet mogelijk. In uitzonderlijke gevallen, en met een daartoe strekkende overtuigende motivatie, te beoordelen door de begeleider en de MT-coördinator van de specialisatie, kan de masterthese een omvang van 24 ec hebben. De masterthese is formeel opgesplitst in MT-onderzoeksvoorstel (4 ec) en MT-onderzoek (14 ec). Het MT-onderzoeksvoorstel moet binnen maximaal 5 weken (bij een half-time planning 10 weken) na aanvang gereed zijn. De masterthese (inclusief schrijven MT-onderzoeksvoorstel) wordt uitgevoerd in een tijdsbestek van minimaal 12 weken (full-time) en maximaal 24 weken (half-time). Het verloop van de masterthese laat zich doorgaans niet heel nauwkeurig plannen; het is verstandig rekening te houden met enkele weken uitloop voor geval van nood. Over omvang en planning worden vooraf duidelijke afspraken gemaakt met de begeleider. Deze afspraken worden vastgelegd in een MT-contract, waarin student en begeleider zich committeren aan een bepaalde planning en inspanning (het MT-contract bevat o.m. de aanvangsdatum, geplande einddatum, aantal ec, en door wie en op welke wijze de begeleiding verzorgd wordt). De inhoud van het voorgenomen onderzoek, en een nader uitgewerkte planning (waaruit de haalbaarheid moet blijken), maken deel uit van het MT-onderzoeksvoorstel. Meer informatie over de masterthese is te vinden in hoofdstuk 6 van deze studiegids en in de brochures/handleidingen die elke specialisatie biedt over de afstudeeropdracht. Daarnaast is een handleiding voor de masterthese te vinden op Blackboard. 270

Personeelsselectie Punten 6 ec SIS-code 7204MA13B Plaats in het rooster Semester 1, blok 2 Aantal deelnemers Maximaal 34 Toelatingsvoorwaarden Bachelor Psychologie, specialisatie A&O Docent Dr. J. te Nijenhuis Inhoud en leerdoelen In deze cursus zullen uitgebreid enkele onderwerpen worden behandeld die kenmerkend zijn voor de huidige theoretische en empirische ontwikkelingen op het gebied van de personeelsselectie en assessment. Blok 1: prediktoren en meta-analyse; verschillende typen prediktoren zullen in detail worden besproken, te weten: tests voor cognitieve capaciteiten, persoonlijkheidsvragenlijsten, situatiebeoordelingstests en assessment centers. Blok 2: het meten van criteria. Blok 3: de kosten en baten van een selectieprocedure. De theoretische kennis moet toegepast worden in een aantal casestudies en essays. De leerdoelen zijn het opdoen van theoretische kennis en praktische vaardigheden op het gebied van de personeelsselectie. Na het uitvoeren van de casestudies kunnen studenten meta-analytische correcties in predictieve validiteitsstudies uitvoeren en de utiliteit van een selectieprocedure berekenen. Onderwijsvorm Eén dagdeel per week een bijeenkomst, bestaand uit een werkcollege, een hoorcollege en een studentcollege. Er zijn meerdere gastsprekers uit de selectiepraktijk. Aanwezigheid verplicht. Verplichte opdrachten, casestudies en een paper moeten in groepjes van twee of drie thuis gemaakt worden en worden op het college nabesproken. Extra inzet wordt beloond: een hoger cijfer kan verdiend worden door 1) een studentcollege te geven over een relevant selectieonderwerp en/of 2) een additioneel essay te schrijven over een cutting edge onderwerp. Toetsvorm Schriftelijk tentamen bestaande uit open vragen en meerkeuzevragen over de belangrijkste aspecten van de selectieliteratuur en de empirische stand van zaken. Oefententamens worden aan het begin van de cursus uitgereikt en op het laatste college besproken. De opdrachten, casestudies en een paper moeten allemaal voldoende (d.w.z. 5.5) worden gemaakt. Het tentamen bepaalt in eerste instantie 100% van het eindcijfer, maar het geven van een studentcollege en/of het schrijven van een additioneel essay kan resulteren in een cijfer voor de cursus dat maximaal respectievelijk 1,25 dan wel 1 punt hoger is. Opgave voor het tentamen via SIS minimaal een week voor de tentamendatum, is verplicht. Studiemateriaal en kosten Evers, A., Anderson, N., & Voskuijl, O. (2005). The Blackwell handbook of personnel selection. Oxford: Blackwell Publishing. ISBN 9781405117029 ( 105,00). (Speciale prijs bij Studystore). (circa 289 blz.) Cascio, W. F., & Boudreau, J. W. (2011). Investing in people: Financial impact of human resource initiatives (2 nd ed). Upper Saddle River: Pearson Education. ISBN 0-13- 7070926 ( 35,00). (circa 320 blz.) Reader met artikelen, info secretariaat A&O (circa 104 blz.) Onderwijstijden Di. 29-10-2013 09.00-13.00 uur Vr. 01-11-2013 t/m 13-12-2013 09.00-13.00 uur 271

Toetsdatum Vr. 20-12-2013 10.00-13.00 uur Vr. 03-06-2014 10.00-13.00 uur Herkansing Bijzonderheden Deze cursus is een keuzevak binnen de master Arbeids- en Organisatiepsychologie en wordt aanbevolen voor studenten die zich willen specialiseren in de Personeels psychologische richting. De cursus is verplicht voor studenten die de BAPD in de A&O psychologie willen behalen. 272

Prosociaal gedrag in werkrelaties Punten 6 ec SIS-code 7204MA24XY Plaats in het rooster Semester 1, blok 2 Aantal deelnemers Maximaal 24 Toelatingsvoorwaarden Bachelor Psychologie, specialisatie A&O Docent Mw. prof. dr. A. Nauta Inhoud en leerdoelen Wat is prosociaal gedrag in de context van werkrelaties in organisaties? Welke factoren bepalen of mensen in organisaties zich prosociaal of juist tegengesteld daaraan (denk bijvoorbeeld aan pestgedrag) gedragen? Wat zijn gevolgen van prosociaal en antisociaal gedrag in organisaties? In deze cursus zoeken studenten in nauwe samenwerking met docenten en werkenden in organisaties naar antwoorden op deze vragen. Dit gebeurt aan de hand van korte hoorcolleges over subthema s als organizational citizenship behavior, prosociaal leiderschap, vertrouwen en rechtvaardigheid, psychologisch contract en i-deals, arbeidsverhoudingen en arbeidsrelaties, en tenslotte employability. Ook bestuderen studenten enkele, deels zelf opgezochte, wetenschappelijke en andersoortige bronnen. De belangrijkste inzichten verwerven de studenten aan de hand van een actieonderzoek in een arbeidsorganisatie, dat zij in teams van drie uitvoeren. Het actieonderzoek bestaat uit een serie observaties en interventies in een werkteam van een organisatie die uitmonden in een mondelinge presentatie en een essay. Het essay wordt beoordeeld met een cijfer. Daarnaast maken studenten wekelijks individuele huiswerkopdrachten in de vorm van blogposts op Blackboard. Deze worden met individuele rapportcijfers beoordeeld. Na afloop kennen de cursusdeelnemers de voornaamste theorieën over prosociaal gedrag in organisaties en hebben ze die deels zelf weten te bouwen aan de hand van wat ze hebben gehoord en gezien in hun actieonderzoek. Ook hebben ze een essay leren schrijven dat verslag doet van een actieonderzoek, en hebben ze inzicht gekregen in het werk van een research practitioner Onderwijsvorm Eén dagdeel per week een bijeenkomst in de vorm van een werkcollege. Aanwezigheid verplicht. Toetsvorm Een essay in de vorm van een theoretisch onderbouwde diagnose van een of meer organisatievraagstukken. Dit essay wordt in een groep van drie studenten geschreven. Beoordeling vindt plaats op grond van: Wekelijkse individuele huiswerkopdrachten (beoordeeld met een rapportcijfer; hierop moet men gemiddeld minimaal een 5,5 halen om het vak te kunnen behalen), 50 % van het eindcijfer. Groeps essay, in te leveren uiterlijk 6 januari 2014 (beoordeeld met een rapportcijfer; dit is in principe hetzelfde cijfer voor de hele groep), 50 % van het eindcijfer. Studiemateriaal en kosten Reader, informatie bij A&O secretariaat. (circa 450 blz.) Onderwijstijden Ma. 28-10-2013 t/m 16-12-2013 15.00-18.00 uur 273

N.B. Op een nader te bepalen collegedag vindt een excursie plaats naar een arbeidsorganisatie; deze excursie duurt maximaal een hele dag (dit hangt mede af van de reisafstand naar het bedrijf). Bijzonderheden Deze cursus is een keuzevak binnen de master Arbeids- & Organisatiepsychologie, en wordt aanbevolen voor studenten die zich willen specialiseren in de richting Sociale processen in organisaties of in de Personeelspsychologische richting. 274

Schrijven, ontwerpen, analyseren, presenteren (SOAP) Punten 6 ec SIS-code 7204MA22X Plaats in het rooster Semester 1, blok 1; Semester 2, blok 1 Aantal deelnemers Maximaal 40 Toelatingsvoorwaarden Bachelor Psychologie, specialisatie A&O Docenten Mw. dr. F. ten Velden, werkgroepbegeleiders Inhoud en leerdoelen Deze cursus richt zich op alle facetten van onderzoek binnen A&O psychologie: Het schrijven van een onderzoeksvoorstel, het ontwerpen van een onderzoek, het analyseren van de data en het presenteren van de resultaten. De cursus bestaat uit colleges, waarin de bovenstaande onderdelen besproken worden, en wekelijkse werkgroepbijeenkomsten, waarin studenten zelf onder begeleiding van één van de werkgroepdocenten, in werkgroepen een praktisch of theoretisch probleem ontleden en analyseren. Het probleem wordt daarbij weergegeven in een procesmodel en hieruit worden concrete en toetsbare hypothesen afgeleid. Vervolgens schrijft men een onderzoeksvoorstel voor een onderzoek waarin de houdbaarheid van het model getoetst kan worden. In de colleges wordt een aantal onderwerpen behandeld. Ten eerste staat de vraag hoe kom ik tot een relevante en onderzoekbare onderzoeksvraag voor organisatieonderzoek? centraal. Besproken wordt hoe praktijkproblemen door toepassing van theoretische inzichten uit de Arbeids- en Organisatiepsychologie ontleed kunnen worden en onderzoekbaar gemaakt kunnen worden. Tevens is er aandacht voor theoretische problemen. Daarnaast leer je algemene strategieën en tips om het onderzoeksvoorstel zodanig op te schrijven dat het interessant, overtuigend, leesbaar en aantrekkelijk is voor je publiek. De tijdens het college opgedane kennis dien je toe te passen in een individuele schrijfopdracht, waarbij je de eerste vijf paragrafen van de inleiding van een onderzoeksvoorstel schrijft. Tijdens de colleges wordt ook ingegaan op de praktische toepassing van analysetechnieken die veel worden gebruikt in onderzoek binnen de arbeids- en organisatiepsychologie. Zo zal onder andere ingegaan worden op factoranalyse en betrouwbaarheidsanalyse, correlatie en regressieanalyse, variantie-analyse, moderatoren en mediatoren. In de werkgroep wordt deze kennis toegepast door een bestaande dataset te analyseren, en rapporteren. Tenslotte leer je wat de kenmerken zijn van een interessante, overtuigende en heldere presentatie. Daarnaast wordt ingegaan op omgaan met presentatiestress en vragen naar aanleiding van een presentatie. De opgedane kennis dien je toe te passen in een individuele presentatie, waarbij je een artikel uit de kernliteratuur van je onderzoeksgroep presenteert. Tenslotte presenteert elke werkgroep het geschreven onderzoeksvoorstel tijdens het laatste college. Onderwijsvorm Wekelijkse colleges en werkgroepbijeenkomsten (in de weken dat er geen college is). De indeling van de werkgroepen wordt na het eerste college bekendgemaakt. In de werkgroepen worden de vorderingen bij de opdrachten besproken. Aanwezigheid bij alle onderdelen is verplicht. Toetsvorm De beoordeling vindt plaats op grond van a) de individuele opdracht (individuele schrijfopdracht) en b) de groepsopdrachten (het geschreven onderzoeksvoorstel, de data-analyse en rapportage, en de eindpresentatie). Voor het eindcijfer telt de individuele opdracht mee voor 20%, de individuele data-analyse en rapportage voor 20%, de individuele eind- 275