Patiënteninformatie Kraamafdeling BABY S EERSTE DAGEN
1. Inleiding Beste ouders Van harte gefeliciteerd met de geboorte van jullie kindje. Wij wensen jullie veel vreugde en geluk! Graag willen we jullie wat informatie geven over de voeding en verzorging van jullie kindje. In deze brochure zijn enkele tips op een rijtje gezet. Als er na het lezen toch nog vragen zijn, aarzel dan niet een kinderarts of de kraamafdeling te contacteren. Met vriendelijke groeten Het team van de kraam.
2. Borstvoeding Borstvoeding geeft veel voordelen voor moeder en kind. De eerste 6 levensmaanden kan de baby uitsluitend borstvoeding krijgen. Leg je baby aan telkens hij erom vraagt. De eerste dagen kan dat 8 tot 12 keer zijn, waarvan minstens 1 à 2 maal s nachts. Meestal wil een baby in de eerste weken om de 2 à 3 uur drinken. Als je baby meer honger heeft, zal hij meer willen drinken. Geef wat vaker de borst, op die manier komt de melkproductie goed op gang. Geef niet meteen een bijkomend flesje. Advies voor de moeder Eet evenwichtig en drink veel water. Rust zo veel mogelijk uit. Zorg voor rust en ontspanning tijdens het voeden. Neem geen medicatie zonder advies van de arts. Extra info vindt u in onze brochure over borstvoeding. Laat je tijdig bijstaan door een vroedvrouw. Info over de flesvoeding vindt u in onze brochure over flesvoeding. 3. Vitaminen Vitamine D Alle kinderen krijgen D-Cure vanaf dag 5. 1 maal per dag 6 druppels in het mondje, gedurende 6 jaar. Dit is belangrijk voor de botten. Vitamine K Bij de geboorte krijgen alle kindjes een dosis Konakion toegediend. Dit door middel van een inspuiting. Deze is belangrijk voor de bloedstolling.
4. Ontlasting De normale frequentie van de ontlasting kan sterk variëren: van 8x per dag tot 1x om de 3-4 dagen. De vastheid en kleur kunnen ook erg verschillen. Enkele dagen na de geboorte zal de ontlasting alle kleuren hebben, behalve zwart, wit en rood. De ontlasting van een kind dat borstvoeding krijgt, kan erg vloeibaar zijn, een geelgroene kleur hebben, met kleine korreltjes en erg frequent zijn. 5. Baby s bad Thuis kan een bad op elk moment van de dag gegeven worden. Vermijdt wel een bad onmiddellijk na de maaltijd. Uw baby zou zijn voeding kunnen teruggeven. Dagelijks baden kan, maar is zeker niet nodig. Wat klaarzetten? Zorg ervoor dat de temperatuur in de badkamer +-21 C 23 C is. Leg alles binnen handbereik, zodat je je kind nooit alleen in bad of op de luiertafel moet laten liggen. (handdoeken, washandje, kleedjes, pamper en verzorgingsproducten)
Vul het badje, best niet te diep, met water op lichaamstemperatuur +-37 c. Gebruik eventueel een badthermometer. Het badje Kleed je baby uit en was eerst het gezichtje alleen met water. Start met de oogjes en was deze van buiten naar binnen. Doe vervolgens aan beide kanten van uw washandje zeep. Zeep eerst zijn hoofdje in. De stuit komt het laatste aan de beurt (met de andere zijde van het washandje). Dompel hem nu geleidelijk onder in het water met badolie terwijl je zijn hoofdje ondersteunt. Met je vrije hand spoel je hem af. Na het badje, droog je uw kindje zorgvuldig af. Start terug aan het hoofd en doe als laatste de stuit. Vergeet de kleine plooitjes niet! Vervolgens kan je uw kindje aankleden. 6. Baby s slaap Uw baby slaapt het grootste deel van de dag. De eerste levensmaanden van uw kindje kunnen samengevat worden in 2 woorden: slapen en eten. Een goede rust is dan ook van essentieel belang. Respecteer zoveel mogelijk het slaapritme en het voedingspatroon van uw kindje. Leg je kindje te slapen op de rug en niet op de buik. Zorg voor een rustige en goed verluchte slaapomgeving. De ideale kamertemperatuur bedraagt 20 c wanneer je kindje pas van de kraamkliniek komt, en maximum 18 c vanaf de leeftijd van 2 maand. Als uw baby onrustig is en u wil uw baby bij u houden om te knuffelen/ troosten bij u in bed, zorg er dan steeds voor dat uw baby veilig ligt (bv. gebruik maken van kussens,...). Zorg voor een goed passende en stevige matras in het bedje. Je baby slaapt zonder hoofdkussen of donsdeken tot minstens 1 jaar. Let er altijd op dat het gezichtje van uw kind niet bedekt kan worden: niet te veel knuffels of doekjes rond het hoofdje, geen touwtje of ketting rond het halsje en de afstand tussen de spijlen van het bedje mag maximaal 6cm zijn.
Als je kindje stil wordt na een hevige huilbui, controleer dan het best even of alles in orde is. Houd huisdieren op een veilige afstand en rook nooit in de nabijheid van je kindje. Een vast uur voor slapen en opstaan wordt belangrijker naarmate uw kindje ouder wordt. Laat uw baby nooit alleen in de auto. Geef geen flesje mee in bed. Geef uw kindje alleen geneesmiddelen (bv. hoestsiroop, neusdruppels,...) op advies van uw arts. 7. Preventie voor afvlakking van het achterhoofdje Er wordt gevraagd om een baby zoveel mogelijk op de rug te leggen, ter preventie van wiegendood. Hierdoor zien we de laatste tijd meer en meer zuigelingen waarbij het achterhoofd duidelijk is afgeplat. Dit komt omdat de structuur van de schedelbeenderen in het begin nog zeer zacht zijn. Een baby kan in het begin ook nog niet vlot het hoofd draaien omdat de nekspieren nog te slap zijn. Preventieadviezen ter voorkoming van afvlakking Slaaphouding = rugligging, wakker = op de buik Vanaf de eerste dagen kan een kind onder toezicht voor een korte periode op de buik worden gelegd. Hierdoor zal de hoofd- en nekcontrole van uw kindje verbeteren. Wisselhouding van het hoofd tijdens de slaap. Het hoofdje wordt voorzichtig weggedraaid zodat het achterhoofdje niet continu onder druk staat. Draai bijvoorbeeld bij elke slaapperiode het hoofdje naar een andere kant. Let op: het kindje zal ook steeds zijn hoofdje draaien naar de richting van het licht. Het bedje daarom omdraaien kan ook helpen. Zorg ook voor wisselhouding tijdens de voeding. Draag uw kindje niet steeds op dezelfde arm. Afvlakking is meestal van tijdelijke aard en de ontwikkeling van de hersenfuncties worden hierdoor niet beïnvloed.
8. Tips om wiegendood te voorkomen Wiegendood komt zelden voor, toch zijn er jaarlijks nog enkele tientallen gevallen in Vlaanderen. De oorzaak is nog onduidelijk, maar ervaring en onderzoek tonen aan dat er een verband bestaat tussen wiegendood en een aantal factoren die kunnen worden vermeden. Uw arts is de geschikte persoon om daarover meer uitleg te geven. Slaaphouding Leg uw baby steeds op zijn rug te slapen. In buikligging slaapt uw kind misschien rustiger, maar er is een verhoogd risico op wiegendood. Ook wanneer uw baby in zijligging slaapt, is dit het geval. Uw baby kan immers al vanaf de eerste levensweken spontaan naar zijn buik kantelen, met als gevolg een verhoogd risico op wiegendood. Wanneer uw baby wakker is, mag u hem wel op zijn buik leggen om te spelen. Laat uw kind in z n eigen bedje slapen. Tussen mama en papa in het grote bed kan gevaarlijk zijn om te slapen. Temperatuur Een pasgeborene is zeer gevoelig voor koude en warmte; Hij koelt snel af, maar heeft het ook vlug te warm. Pas daarom de kamertemperatuur aan. Gebruik geen dekbedden en bedrandbeschermers tot uw kindje 1 jaar is, geen kussens tot 2 jaar. Laat uw baby slapen met een deken en een lakentje of gebruik een dunne slaapzak zonder mouwen en een ritssluiting, aangepast aan de leeftijd. Leg nooit een elektrisch deken of kersenpitkussentje in het bedje terwijl uw baby slaapt. Die geven te veel warmte af. Rook nooit in het bijzijn van uw baby! 9. Extra zorgen Oogjes Bij vuile oogjes, reinigt u deze met een compresje gedrenkt in rozenwater of steriel water (altijd van buiten naar binnen reinigen).
Voor elk oogje maakt u gebruik van een nieuw compresje. Temperatuur Deze is goed tussen de 36,5 en 37,5 C. Als de temperatuur tussen de 37,5 en 38 C is en hij zich over het algemeen goed voelt, doe dan het dekentje weg en controleer zijn temperatuur een half uur later nog eens. Wanneer de temperatuur hoger is dan 38 C, spreken we van koorts. Als er sprake is van koorts, kleed u kindje dan niet te warm, een onderhemdje is dan al voldoende. Raadpleeg een arts wanneer de koorts aanhoudt. Indien de temperatuur <36,5 C geef uw baby extra kleertjes aan of dek hem toe met een extra dekentje. Stuit U doet uw kindje best bij elke drinkbeurt een verse luier om. Indien de stuit rood is, dient u een beetje beschermzalf aan te brengen bij elke luierverversing. Navel Wanneer de navelstomp nog niet is afgevallen, kunt u de pamper een slagje omdraaien zodat deze bloot is en droog blijft. De navelstomp valt gewoonlijk tussen de 5de en de 8ste dag af. Tips die de baby aanbelangen Leg uw baby steeds in ruglig te slapen, gebruik geen hoofdkussen. Verwarm baby s kamertje niet hoger dan 18 C tot 20 C en gebruik geen donsdekentje om de baby toe te dekken. Verlucht de babykamer regelmatig (preventie wiegendood). Rook zeker niet in zijn nabijheid. Het is van belang uw kind te laten opgroeien in een rookvrije omgeving (preventie wiegendood). Uw kinderarts beantwoordt graag uw vragen hierover. Toediening van VIT D: 6 druppels per dag tot 6 jaar. Tips die u aanbelangen Uw baarmoeder zal steeds kleiner worden in omvang. Het bloedverlies gaat minderen, maar kan nog een 6-tal weken duren. Gebruik daarom de eerste weken maandverband. Als u daarna toch tampons wil gebruiken, verwissel deze dan vaak.
Neem eerder een douche dan een ligbad, zeker tijdens de eerste twee weken. Uw hechtingen zullen stilaan verdwijnen, maar uw bilnaad kan nog wat gevoelig blijven. Wacht dus liefst met betrekkingen 6 weken na de bevalling. Uw plas ophouden kan soms nog wat moeilijk gaan. Blijf daarom steeds bekkenbodemspieroefeningen doen (zie postnatale oefeningen). Neem op tijd uw rust, ook tijdens de dag. U moet immers s nachts regelmatig opstaan voor uw baby. Probeer een schema op te stellen van de bezoeken, om spanning en te veel volk te vermijden. Tracht uw huishoudelijk werk zo te organiseren dat er ook nog tijd voor uzelf overblijft. Een helpende hand van uw partner of familie is hier zeker welkom. De hormonale veranderingen kunnen ook lichamelijke ongemakken meebrengen. Zo is haaruitval niet uitzonderlijk gedurende een aantal weken na de bevalling. Als u vanuit de kraaminrichting een voorschrift voor contraceptie meekreeg, start hier dan mee ongeveer 2 weken na de bevalling. Uw gynaecoloog verwacht u voor een controle 6 weken na de bevalling. Maak hiervoor tijdig een afspraak. 10. Wanneer een kinderarts raadplegen? Als de baby: Een temperatuur heeft meer dan 38 C of minder dan 36 C, zonder aanwijsbare reden. Een veranderd gedrag vertoont, hij is ongewoon kalm of opgewonden. Kreunt terwijl hij slaapt en terwijl hij wakker is. De voeding weigert of overgeeft. Veel hoest of permanent een verstopte neus heeft, een moeilijke ademhaling. Bleek of blauw wordt, het bewustzijn verliest bij het wenen of een onregelmatige ademhaling met pauzes vertoont bij het slapen. Ongewoon veel zweet tijdens zijn slaap (kleertjes zijn doorweekt), zonder aanwijsbare reden. Luidruchtig ademt of snurkt zonder een infectieziekte te hebben. Gevallen is.
Contactgegevens kinderartsen In het AZ Sint-Jozef zijn werkzaam: dr. Anne Marie Roodhooft privépraktijk Oostmalle: 0477 27 67 85 dr. Lieve Claeys privépraktijk Wijnegem: 03 354 01 88 dr. Kathleen Segers privépraktijk Rijkevorsel: 03 314 14 50 dr. Ann Wouters privépraktijk Zandhoven: 03 422 61 85 dr. Karolien De Moerloose privépraktijk Nijlen: 03 383 17 28 Zij werken met een gezamenlijk patiëntendossier. Hoe een afspraak maken in het ziekenhuis? Raadplegingen van maandag tot en met vrijdag De raadpleging van maandag tot vrijdag gebeurt op afspraak tussen 8 uur en 18.30 uur. Tussen 8 uur en 18.30 uur kunt u een afspraak maken op het telefoonnummer 03 380 20 90. Na 20 uur kunt u voor dringende problemen terecht op de dienst spoedgevallen. De spoedarts contacteert de kinderarts van wacht. Raadplegingen tijdens het weekend De raadpleging tijdens het weekend is alleen mogelijk voor dringende gevallen. Liefst een afspraak maken vóór 12 uur s middags op het telefoonnummer 03 380 20 90. Voor hoogdringende problemen kunt u ook steeds terecht op de dienst spoedgevallen. 11. Verkoudheid Mensen met een verkoudheid blijven beter uit de buurt van je kindje. Wanneer je zelf een verkoudheid hebt, was je de handen voordat je je baby aanraakt. Draag eventueel een mondmaskertje. Een verstopt neusje bij je kindje, kan je regelmatig spoelen met fysiologisch serum.
12. Wandelen Wandel bij voorkeur bij droog weer. Doe in de winter korte wandelingen op de warmste uren van de dag. Zorg ervoor dat je baby goed is toegedekt, naargelang de buitentemperatuur. In de zomer moet je hoge temperaturen vermijden. Bescherm je baby met een kleine parasol en zonnecrème. Zet je baby nooit in de volle zon! 13. Veilig in de auto Zorg dat je je kind steeds goed vast maakt in de auto. Zorg dat de auto niet onverwarmd of te warm is. Geef extra drinken gedurende lange reizen. Laat je kind NOOIT achter in de auto. Jasje niet laten aanhouden in de auto (het wordt te warm als verwarming aan staat). 14. Zelfstandige vroedvrouw Om een zelfstandige vroedvrouw bij uw thuis te laten komen, raadpleeg dan de website: www.vlov.be vroedvrouwen zoek een vroedvrouw in de buurt. Hopelijk maakt deze brochure u een beetje wegwijs in de verzorging van uw baby. Wij geven u graag nog een laatste tip! Geniet intens van uw baby, neem voldoende rust en laat u de eerstvolgende dagen zoveel mogelijk helpen, zodat u met een gerust hart het ziekenhuis verlaat. De kraamafdeling
Algemeen Ziekenhuis Sint-Jozef Oude Liersebaan 4 2390 MALLE Tel. 03 380 20 11 fax 03 380 28 90 azsintjozef@emmaus.be www.azsintjozef-malle.be Het AZ Sint-Jozef maakt deel uit van de groep Emmaüs Opdrachtgever: Marijke Heymans Verantwoordelijke uitgever: algemeen directeur 2015-07-17