De toekomst van niet-natuurlijke koelmiddelen

Vergelijkbare documenten
Inhoud DE CONSEQUENTIES...3

Nieuwe duurzame koelconcepten. Rittal B.V. Elbert Raben

Nat N u at u u r u l r i l j i ke k ko k u o d u e d mi m d i de d le l n, n een n atu at u u r u l r i l j i ke k ke k uze u!

Koudemiddel: welke alternatieven zijn toekomstbestendig?: Actuele ontwikkelingen en alternatieven voor de toekomst.

Koudeproductie. Verbod op het gebruik van koelmiddelen die de ozonlaag afbreken = Euthanasie of anesthesie?

Alternatieve koudemiddelen. Western Airconditioning B.V. Anton Dijksma Product & Quality Manager

De Climalife aanbevelingen

Vlaamse regelgeving inzake lekverliezen Studiedag reductie F-gassen in de koelsector 7 juli 2016

Datacenterkoeling zonder F-gassen: uw data center het gehele (!) jaar compressorloos geklimatiseerd. Spreker: Marius Klerk

Bescherming van de ozonlaag; CFK- vrij Suriname vanaf 2010

Herziene F-gassenverordening

Axima Refrigeration. 100% cooling technology.

Geachte mevrouw, heer,

Bepalingen voor koelinstallaties met F-gassen en/of ozonlaag afbrekende stoffen -...

HSE World Event 2018 Koelinstallaties: Beter voorbereid op controles

Een fragiele wereld drijft ons naar andere koelmiddelen. De warmtepomp is het broertje van de koelmachine

Verzeker uw toekomst:

Wetgeving en beleid rond koelmiddelproblematiek

Nieuwe wetgeving koelinstallaties versnelt toepassing warmtepompen

14/12/2015. Wegwijs in de koeltechniek voor de niet koeltechnieker. Auteur: Rudy Beulens

WARMTE UIT KOUDE. Inzet van warmte uit koude (koelinstallaties) Kansen en rentabiliteit. warmte uit koude is geld waard

Programma. 13:00 uur Ontvangst 13:15 uur Aanvang programma

Veiligheidsaspecten met betrekking tot natuurlijke koudemiddelen.

CO2 als koudemiddel voor de gehele voedselketen

Roerige tijden in de wereld van koelen en verwarmen. Ir. Erik J. Hoogendoorn, ENGIE Refrigeration

Herzieningsproject van de Europese Commissie voor het aanpassen van de F-GAS regelgeving N 842/2006

Industriële koeling: Huidig en toekomstig beleid voor het gebruik van gefluoreerde broeikasgassen.

Best Practice Koudemiddelen voor Industriële Koeling

Afscheid van F-gassen: de toekomst met natuurlijke koudemiddelen. Is de warmtepomp wel klaar voor de energietransitie?

KOELING VAN DATACENTERS DOOR DE JAREN HEEN DATA CENTER

Natuurlijke koudemiddelen - actuele ontwikkelingen en trends

Innovatieve koeltechniek aan boord van visserijtrawlers

Gassen I Koudemiddelen I Propaan. Innovision. pagina 1.

Problematiek van F-gassen en opportuniteiten voor natuurlijke koelmiddelen

Fgas-Verordening (EU) No 517/2014. Ing. Harald van der Bol, Rijkswaterstaat

Vervangunits VRV RQYQ P. Daikin's oplossing voor de uitfasering van R-22. » Voordelige upgrade voor R-22 systemen

Info voor koudemiddelengebruikers 5. Leidraad voor de selectie van koudemiddelen. Een blik op de koudemiddelen van de toekomst.

Natuurlijke koudemiddelen in beweging

Western - Ontwikkeling van natuurlijke en laag GWP koudemiddelen in koelmachines en warmtepompen 29 maart 2017

Francis Altdorfer, ECONOTEC Tom Dauwe, VITO. LNE Rondetafelconferentie: F-gassen in koel- en luchtbehandelingsinstallaties 14 mei 2012.

HVAC (verwarming, ventilatie en airconditioning) en Koeling zijn essentiële elementen voor gezondheid, welzijn en comfort in ons dagelijks leven

Datum:13/12/2018 Locatie: Iov: Frigro NV Doorniksesteenweg / Kortrijk

Info voor koudemiddelengebruikers 5. Leidraad voor de selectie van koudemiddelen. Een blik op de koudemiddelen van de toekomst.

KOUDEMIDDELEN. Koudemiddelen

Koudemiddeltransitie: alle alternatieven op een rij

De volgende generatie koelmiddelen en technieken. Overwegingen en oplossingen in een dynamische tijd

Warmtepompen CONCEPTFICHE 5: Inleiding

HFO : de 4de generatie van koudemiddelen. de oplossingen van vandaag voor morgen

(EU) nr. 517/2014 (F-gassen) Wat zijn F-gassen? Europese regelgeving F-gassen Aanpassingen VLAREL Aanpassingen VLAREM II

Engineering. Let us show the way. Optimalisation. Personalization

activering van het gebruik van natuurlijke koudemiddelen zoals NH 3

Koudemiddelen en wetgeving

Pool & Spa. De Hydro-Pro warmtepompen

Warmte in de koudetechniek, een hot item

Wetgeving en beleid rond koelmiddelproblematiek

CO 2. De milieuvriendelijke koel- en vriesoplossingen van Smeva

Ontwerpcriteria moderne NH3 chiller

Bevindingen AMI omtrent Koelinstallaties

Ontwerpcriteria moderne NH3 chiller

Wetgeving en beleid rond koelmiddelproblematiek

Lekdichtheid van koelinstallaties en koelmiddelproblematiek Eddy Veraart

DE WERKING VAN DE WARMTEPOMP

Koel uw producten duurzaam én efficiënt met de ZEAS van Daikin.

Natuurlijke koudemiddelen, ontwikkelingen en trends

Voor deze afvalstoffen zie Spuitbussen Sectorplan 43: Verpakkingen van overige gevaarlijke stoffen

Extracten uit titel II van het Vlarem. Uit artikel

Vermeden CO 2 emissies door recycling van e-waste

Restwarmtebenutting in de vleesverwerkende industrie. Case. A.(Fons)M.G. Pennartz Ir. Manager team Energie KWA Bedrijfsadviseurs B.V.

D2C-Airco. Resultaten en bevindingen van project. Datum 11 april Optimair Holding BV in opdracht van Agentschap NL

De eindverantwoordelijkheid voor het naleven van de VLAREM-voorwaarden ligt bij de exploitant (of eigenaar) van de koelinstallatie.

Actuele stand van zaken

Koudemiddelen. Koudemiddelen

Informatieblad. Warmtepompen INLEIDING

WETGEVING KOELMIDDELEN - (van toepassing op )

TRENDS IN RETAIL INDUSTRY REFRIGERATION

Retrofitten van oude R12 airco systemen onnodig!

Toepassen aparte druktrappen/installaties voor koelen, vriezen en invriezen Procesefficiency Opwekken duurzame energie

Pool & Spa De Hydro-Pro warmtepompen

Pool & Spa De Hydro PRO warmtepompen

Warmtepompen en f gassen wetgeving

Pool & Spa De Duratech warmtepompen

DE EFFICIËNTE EN MILIEUVRIENDELIJKE OPLOSSING VOOR DE PRODUCTIE VAN SANITAIR WARM WATER

natuurlijke koudemiddelen Ir. Steven Lobregt Studie in opdracht van NEKOVRI en NVKL mede mogelijk gemaakt door SenterNovem

Koudemiddelen, Ecodesign & Systeem Efficiency. Ruud van Dissel BITZER Benelux

BITZER Kühlmaschinenbau GmbH Bedrijfspresentatie

Koudemiddelen voor Industriële Koeling

Milieuvriendelijke koeling in de praktijk Duurzame koudeketen Colruyt Group. Julien Meert 07/07/2016

Warmtepompen. Een introductie

Adem diep Met het vernieuwde warmtepompsysteem, dat de vervanging van oude systemen zeer eenvoudig maakt

Welkom bij de. STEK Ontbijtsessie. Stem mee via: live.voxvote.com pincode: 43811

Opleiding Duurzaam Gebouw : ENERGIE

Agenda. Algemene ontwikkelingen Warmtepomp theorie en mogelijke verbeteringen Marktvraag HFO als mogelijke oplossing Toekomstige ontwikkelingen

ONDERKOELING-OVERVERHITTING. Rudy Beulens

Specialist in warmtepompen LORIA LUCHT/WATER WARMTEPOMP DUURZAAM VERWARMEN, KOELEN EN WARM WATER VOOR ELKE WONING

AIRCONDITIONING. Cool projects, Great experience AIRCONDITIONING LUCHTBEHANDELING SERVICE & ONDERHOUD

Stichting Stimular. Energie positieve bedrijventerreinen Special van het gas af mn. inzet van Warmtepompen. De werkplaats voor duurzaam ondernemen

Opleiding Duurzaam Gebouw : ENERGIE

Warmtepomp in de. aardbeiteelt: Energie-infodag 12 maart Herman Marien.

Koudemiddel registratie. Toelichting

Transcriptie:

De toekomst van niet-e koelmiddelen Sinds 1 januari 2015 zijn koelmiddelen die chloor bevatten (HCFK s en CFK s) verboden. Koelmiddelen met chlooratomen kunnen zorgen voor een aantasting van de ozonlaag. Hierdoor mogen er geen aanpassingen meer gebeuren aan installaties met een HCFK of CFK (vb. R22) tenzij het koelmiddel vervangen wordt door een alternatief dat geen invloed heeft op de ozonlaag. De transitie naar milieuvriendelijke koelinstallaties stopt echter niet bij de uitfasering van ozonafbrekende koelmiddelen, ook het gebruik van koelmiddelen die een grote invloed hebben op het broeikaseffect en die in vele gevallen als alternatief gebruikt worden voor ozonafbrekende koelmiddelen zal in de toekomst (2018-2030) sterk ingeperkt worden. CFK-HCFK-HFK-HFO- Koudemiddelen zijn stoffen die bij een aanvaardbare druk en temperatuur kunnen overgaan van gas naar vloeistof (condenseren) en omgekeerd van vloeistof naar gas (verdampen) bij deze faseovergang zullen de koudemiddelen warmte afgeven of onttrekken aan hun omgeving. Het koelmiddel R134a bijvoorbeeld zal bij een druk (afgelezen op de manometer) van 9bar kunnen condenseren en warmte afgeven op een temperatuur van 39.5 C. Als we druk op het koelmedium verlagen tot 1 bar zal het koelmedium kunnen verdampen en warmte onttrekken op een temperatuur van -10 C. Als we bijvoorbeeld water willen laten condenseren bij 39 C moeten we de waterdamp eerst op een druk brengen van 0.925bar. Water laten verdampen bij -10 C kan bij een onderdruk van 0.997bar. Bij deze onderdruk kan water warmte opnemen en verdampen bij een temperatuur van -10 C. In de natuur zijn er vrij weinig stoffen te vinden die deze faseovergangen maken bij aanvaardbare drukken en temperaturen Vandaar wordt er veelvuldig gebruik gemaakt van e verbindingen die dit wel kunnen. Deze e stoffen kunnen we op basis van hun atoomsamenstelling onderverdelen in: CFK s (ChloorFluorKoolstoffen) Dit zijn verzadigde koolwaterstoffen waarbij de waterstof atomen tijdens een proces (halogeneren) volledig vervangen worden Chloor en Fluor HCFK (HydroChloorFluorKoolstoffen) Dit zijn verzadigde koolwaterstoffen waarbij de waterstof atomen tijdens een proces voor een deel vervangen worden door de halogenen Chloor en Fluor HFK s (HydroFluorKoolstoffen) Dit zijn verzadigde koolwaterstoffen waarbij de waterstof atomen voor een deel vervangen worden door Fluoratomen tijdens een Chemisch proces HFO s (HydroFluorOlefinen) Dit zijn onverzadigde koolwaterstoffen waarbij de waterstof atomen voor een deel vervangen zijn door fluoratomen. 1

Ozonafbrekende stoffen In de eerste twee groepen (CFK en HCFK) van de e koelmiddelen zien we dat er in het koelmiddel Chloor atomen zitten. Deze chlooratomen zorgen voor een aantasting van de ozon laag. Door de aantasting van de ozonlaag kan het schadelijke deel van de zonstraling (UV) het aardoppervlak bereiken. Een gezonde ozonlaag is belangrijk voor het milieu en de gezondheid. In het Montréal protocol (1987) werd een wet opgenomen die ervoor gezorgd heeft dat koelmiddelen met een ODP (ozondepletion potential) hoger dan 0 (CFK s en HCFK s) sinds 2015 verbannen zijn in de landen die dit verdrag hebben ondertekend. Hierdoor mogen er geen aanpassingen meer gebeuren aan installaties met een HCFK of CFK tenzij het koelmiddel vervangen wordt door een alternatief dat geen invloed heeft op de ozonlaag. Broeikasgassen Door de uitfasering van de HCFK s en CFK s werd voornamelijk overgestapt op de HFK s. Deze koelmiddelen hebben geen invloed op de ozonlaag maar door hun e samenstelling hebben ze wel een belangrijke invloed op het broeikaseffect (GWP). Als referentie voor de invloed van koelmiddelen op het broeikaseffect wordt CO 2 gebruikt. Hierbij heeft het vrijkomen van 1kg koelmiddel met een GWP van 2 000 dezelfde invloed op het broeikaseffect als 2 000kg CO 2, gezien over een periode van 100jaar. De gebruikelijke HFK s hebben een GWP dat ligt tussen 1000 en 3000. Global Warming Potential Koudemiddel (GWP) R134a 1300 R407c 1600 R407F 1800 R407A 1900 R410A 1610 R404A 3780 R507 3300 R422C 2230 In het kader van het terugdringen van de CO 2-uitstoot zal het dus belangrijk zijn om het gebruik van koelmiddelen met een hoog GWP zo veel mogelijk te minimaliseren. Voor HFO s ligt dit meestal een stuk lager (5-250). Het GWP van e koudemiddelen ligt hier nog iets onder (0-6). Het GWP van methaan bedraagt 28. Natuurlijke koelmiddelen Naast de e koelmiddelen zijn er nog e koelmiddelen zoals propaan, CO 2, of ammoniak. Natuurlijke koudemiddelen hebben geen invloed op de ozonlaag, dragen nauwelijks bij aan het broeikaseffect, en hebben dus nagenoeg geen negatief effect op het milieu. 2

Beperken van het gebruik De regelgeving omtrent HFK s in Europa wordt beschreven in verordening 517/2014. Hierin staan 3 belangrijke veranderingen om het gebruik van HFK s te beperken. Een gebruiksverbod: Dit verbod zorgt ervoor dat er vanaf een vastgelegde datum koelmiddelen met een hoog GWP niet meer gebruikt mogen worden voor herstellingen of nieuwe installaties met een groot koelmiddelvolume. De installaties mogen wel onbeperkt blijven werken zolang er geen koelmiddel bijgevuld moet worden. Concreet zullen bijvoorbeeld koelmiddelen met een GWP hoger dan 2500 vanaf 1 januari 2020 niet meer op de markt gebracht worden en dus automatisch verdwijnen. Deze koelmiddelen (bv. R404a, R507) mogen vanaf dan niet meer gebruikt worden voor het bijvullen van installaties met een koelmiddelvulling van meer dan 40 ton CO 2-equivalent (+/- 10 kg R404a/R507). Tussen 2020 en 2030 mag men nog wel geregenereerd koelmiddel gebruiken. Vanaf 2030 zal er geen onderhoud of herstelling meer kunnen gebeuren aan deze installaties tenzij de volledige koelmiddelinhoud vervangen wordt door een milieuvriendelijker alternatief. Een productiebeperking: Het totaal CO 2-equivalent aan koelmiddelen dat in Europa geproduceerd of ingevoerd mag worden, wordt bepaald door een quotaregeling voor invoerders/producenten. Door de invoering van deze quota zal de productie de vraag niet kunnen volgen en zal de prijs van HFK s sterk stijgen. Koelmiddelen met een hoog GWP krijgen strengere quota waardoor de prijs per kg koelmiddel sterker zal stijgen dan bij een koelmiddel met laag GWP. Op basis van de opgelegde quota per jaar zullen synthetische koelmiddelen die beschikbaar zijn op de markt gemiddeld een lager GWP krijgen. Figuur: geschat gemiddelde GWP van koelmiddelen op de markt als het gevolg van quotabeperkingen HFK s (bron: New EU F-gas regulation, Bitzer) 3

Een nieuwbouwverbod: Voor nieuwe installaties die op de markt worden gebracht worden er ook beperkingen opgelegd. o Hermetisch gesloten koelkasten en diepvriezers mogen vanaf 1 januari mogen geen koelmiddelen met een GWP hoger dan 2500 bevatten, vanaf 1 januari 2022 wordt deze eis verstrengd naar GWP groter dan 150. o Stationaire koelsystemen (vriescellen, koelcellen, multisplit) mogen vanaf januari 2020 enkel met koelmiddelen werken die een GWP hebben lager dan 2500 tenzij ze moeten koelen tot -50 of dieper. o Koelsystemen voor commercieel gebruik (supermarkten) met centraal opgestelde compressoren met een nominale capaciteit van 40 KW of meer mogen vanaf 1 januari 2022 een maximaal GWP hebben van 150. Tenzij het gaat om cascade systemen. Hierbij mag het primair systeem een GWP hebben van maximaal 1500. o Single split aircosystemen met een inhoud kleiner dan 3kg mogen vanaf 1 januari 2025 enkel koelmiddelen gebruiken met een GWP lager dan 750. o Verplaatsbare apparatuur voor klimaatregeling (mobiele airco s, luchtontvochtigers, mogen vanaf 1 januari 2020 enkel werken op koelmiddelen met een GWP lager dan 150. Welk koelmiddel kiezen? Op lange termijn zullen alle synthetische koelmiddelen verboden of duur worden. Voor bestaande koelinstallaties kan overwogen worden de installatie om te bouwen om te werken met een alternatief HFK of een koudemiddel. Een alternatief HFK heeft best een zo laag mogelijk GWP. Hoe hoger het GWP van het koelmiddel, hoe duurder dit koelmiddel op termijn kan worden omwille van schaarste op de markt. Vooral het bijvullen van de installatie omwille van lekverliezen zal duur worden. Bij koelmiddelen met een hoger GWP kan de Koelinstallaties met R404a en R507 (GWP groter dan 2500) kunnen vanaf 2020 enkel nog bijgevuld worden met geregenereerd koelmiddel. Dit geregenereerd koelmiddel wordt volgend decennium duurder omwille van schaarste op de markt. Vanaf 2030 is het bijvullen met deze koelmiddelen verboden. bedrijfsgarantie in gedrang komen. Ombouwen van de installatie naar een koelmiddel kan ook, afhankelijk van het type installatie en is een investering op lange termijn. Het ombouwen van een installatie kan met een beperkte kost in vergelijking tot een nieuwe installatie. Toch zal de efficiëntie van de installatie meestal afnemen. Bij plaatsing van nieuwe installaties is toepassing van e koelmiddelen aangewezen. De meerkosten van een koelsysteem op basis van e koudemiddelen zijn beperkt. Door lagere exploitatiekosten waaronder ook een lager energieverbruik is de installatie snel terugverdiend. Een koel- en vriesinstallatie die gebruik maakt van e koudemiddelen verbruikt 10 tot 30% minder energie. Ook zal er bespaard worden op de inkoop van koudemiddelen, zowel bij aankoop als onderhoud van de installatie. 4

Natuurlijke koelmiddelen: aandacht voor veiligheid Natuurlijke koelmiddelen leveren goede installatierendementen op dankzij hun gunstige thermodynamische eigenschappen. Het grote nadeel van e koelmiddelen zijn de veiligheidsaspecten waarmee rekening moet gehouden worden bij het ontwerp van de installatie. De thermodynamische eigenschappen van ammoniak zijn heel goed, maar de nadelen van ammoniak zijn de toxiciteit en hoge ontvlambaarheid. De thermodynamische eigenschappen van CO 2 liggen minder gunstig dan die van de meeste e koelmiddelen. De condensortemperatuur moet lager zijn om te kunnen condenseren bij aanvaardbare drukken. Daarom wordt er dikwijls gebruik gemaakt van boosterinstallaties of installaties met een (kleine) secundaire koelkring met HFK s. CO 2 is in voorkomende concentraties niet toxisch of brandbaar, wel is CO 2 zuurstofverdringend en moet de installatie werken onder heel hoge drukken. De thermodynamische eigenschappen van propaan zijn vergelijkbaar met die van de meest gebruikte e koelmiddelen waardoor propaan in de gebruikelijke compressiekoelmachines gebruikt kan worden zonder dat er bijzondere eisen aan het materiaal worden gesteld. Propaan heeft een hoog brand- en explosiegevaar. In onderstaande tabel zijn giftigheidsklasse en brandbaarheidsklasse van propaan, ammoniak en CO 2 samengevat. R290 (propaan) R717 (ammoniak) R744 (CO 2) giftigheidsklasse A B A brandbaarheidsklasse 3 2 1 Afhankelijk van de klassen waarin de koelmiddelen zich bevinden mogen deze koelmiddelen in verschillende ruimtes gebruikt worden. De hoeveelheid koelmiddel in welke ruimte gebruikt mag worden wordt in de norm EN 378:2016 beschreven. Over het algemeen kunnen we zeggen dat vullingen tot 150 gram overal zijn toegelaten. In de praktijk zullen koelmiddelen vaak beperkt worden tot de technische ruimte. Natuurlijke koelmiddelen vragen dus voldoende aandacht voor veiligheidsaspecten bij het ontwerp van de installatie. 5

Vergelijking mogelijke alternatieven voor koelmiddel R404a In onderstaande tabellen worden enkele koelmiddelen vergeleken per toepassing: vriezen, koelen, airco. Lage temperatuur koeling (T product: -22 C T verdamper: -32; T condensor: 45 C) R404a R22 R134a R448a referentie voorganger met ODP>0 gebruikt in industrie alternatief (HFK) R290 (propaan) explosief R717 (ammoniak) R744 (CO 2) alternatief in booster of toxisch, transkritische brandbaar opstelling GWP 3943-55% -67% -68% -100% -100% -100% COP (rendement) 1,10 +21% +18% +11% +16% +24% +13% massadebiet (kg/h) 8,67-30% -58% -26% -63% -90% 241% giftigheidsklasse A A A A A B A brandbaarheidsklasse 1 1 1 1 3 2 1 Medium temperatuur koeling (T product: 2 C T verdamper: -8; T condensor: 45 C) R404a R22 R134a R448a gebruikt in industrie alternatief (HFK) R290 (propaan) explosief R717 (ammoniak) R744 (CO 2) alternatief in booster of toxisch, transkritische brandbaar opstelling voorganger referentie met ODP>0 GWP 3943-55% -67% -68% -100% -100% -100% COP (rendement) 2,16 +14% +13% +7% +11% +17% +19% massadebiet (kg/h) 21,61-30% -53% -22% -65% -89% 205% giftigheidsklasse A A A A A B A brandbaarheidsklasse 1 1 1 1 3 2 1 Airco (T lucht: 18 C T verdamper: 8; T condensor: 45 C) R410 R22 R134a R32 referentie voorganger met ODP>0 gebruikt in industrie alternatief (HFK) R290 (propaan) explosief R717 (ammoniak) toxisch, brandbaar R744 (CO 2) alternatief in booster of transkritische opstelling GWP 1924-9% -32% -65% -100% -100% -100% COP (rendement) 4,18 +7% +8% +2% +6% +10% +39% massadebiet (kg/h) 37,82-30% -51% -29% -67% -88% 208% giftigheidsklasse A A A A A B A brandbaarheidsklasse 1 1 1 2L 3 2 1 6

Indirecte systemen overwegen Om bij toepassing van e koelmiddelen de veiligheidsrisico s te beperken zullen de e koelmiddelen meestal beperkt blijven tot de technische ruimte. Door gebruik te maken van een koudedrager zoals glycol kan de koude naar bezette ruimtes getransporteerd worden. Als er een aparte koudedrager is, spreken we van indirecte koeling. Het toepassen van een aparte koudedrager voor transport komt niet enkel de veiligheid ten goede maar ook de koudemiddelinhoud zal kleiner zijn. Door het volume van de dure HFK s te beperken, blijven de kosten van het koelmiddel beperkt. Indirecte systemen zullen in de toekomst dus aan populariteit winnen. De aanwezigheid van een aparte koudedrager biedt een bijkomend voordeel: in combinatie met hernieuwbare energie kan de koudedrager in een indirect koelsysteem ingezet worden als thermische energiebuffer. Hoe werkt dit? Bijvoorbeeld als er zonnepanelen geïnstalleerd zijn, kan deze installatie tijdens zonnige uren energie leveren aan het net. De prijs die je krijgt voor levering van elektriciteit aan het net is tot vele malen lager (tot 6X) dan de prijs voor elektriciteit die je van het net afneemt. Zelf gebruiken van de geproduceerde energie/elektriciteit is dus het meest kostenoptimaal. In plaats van een overschot aan energie van bijvoorbeeld zonnepanelen aan heel lage prijzen te injecteren in het net, kan deze energie ingezet worden om de temperatuur van de koudedrager te verlagen. De koudedrager kan zo dienen als energiebuffer. De temperatuurregeling bij de eindgebruiker zal ervoor zorgen dat er geen invloed is op comfort of productkwaliteit. Besluit In de (nabije) toekomst zal de prijs van koelmiddelen sterk afhankelijk zijn van hun impact op het milieu. Hierdoor zal er een transitie komen naar milieuvriendelijkere koelmiddelen. Het nadeel van deze koelmiddelen is dat de veiligheid een aandachtspunt is bij het ontwerp van de installatie. Het beperken van de koelmiddelinhoud zal zowel bij synthetische als e koelmiddelen voordelig zijn. Indirecte koelsystemen zijn een antwoord op de vraag naar een kleinere koelmiddelinhoud. Indirecte koelsystemen bieden de extra mogelijkheid om energie te bufferen afkomstig van overproductie uit hernieuwbare energietoepassingen. Januari 2018 Thomas More - Kenniscentrum Energie Bert De Schutter: bert.deschutter@thomasmore.be Lien Mertens: lien.mertens@thomasmore.be Kleinhoefstraat 4, 2240 Geel - 014 562310 7