1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/jenv 13 april 208 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over het Joods restaurant weer belaagd en over een 14-jarig meisje, dat vanwege haar hoofddoek van haar fiets werd geduwd en op de grond liggend het ziekenhuis in werd geslagen en geschopt Bij beantwoording de datum en ons kenmerk vermelden. Wilt u slechts één zaak in uw brief behandelen. In antwoord op uw brieven van 6 en 7 maart 2018 bericht ik uw Kamer dat de vragen van de leden Markuszower en De Graaf (beiden PVV) en van de leden Yesilgöz-Zegerius en Arno Rutte (beiden VVD) over het bericht 'Joods restaurant weer belaagd' worden beantwoord zoals aangegeven in de bijlage bij deze brief. Tevens worden de op 6 maart 2018 ingezonden vragen van het lid Azarkan (DENK) over een 14-jarig meisje, dat vanwege een hoofddoek van haar fiets werd geduwd en op de grond liggend het ziekenhuis in werd geslagen en geschopt, beantwoord. De Minister van Justitie en Veiligheid, Ferd Grapperhaus Pagina 1 van 8
2018Z03795 Vragen van de leden Markuszower en De Graaf (beiden PVV) aan de minister van Justitie en Veiligheid over het bericht Joods restaurant weer belaagd (ingezonden 6 maart 2018) Vraag 1 Kent u het bericht Joods restaurant weer belaagd? 1) Antwoord op vraag 1 Ja. Vraag 2 Bent u bereid het openbaar ministerie (OM) te instrueren om de dader(s) van deze verschrikkelijke daad te vervolgen voor vernieling met een antisemitisch motief, zodat het OM een dubbele strafmaat kan eisen? 2) Zo nee, waarom niet? Antwoord op vraag 2 Het is aan het Openbaar Ministerie de zaak te beoordelen en op basis daarvan te besluiten over een eventuele vervolging en de wijze waarop die plaatsvindt. Daarbij zal - indien vast komt te staan dat sprake is van vernieling met een discriminatoir aspect - conform de Aanwijzing Discriminatie het discriminatoire aspect door de officier van justitie in het requisitoir worden benadrukt en als strafverzwarende omstandigheid in de eis worden betrokken. Hierbij geldt, afhankelijk van de ernst van de zaak, een strafverzwaring met 50% of 100%. Vraag 3 Deelt u de mening dat de Amsterdamse waarnemend-burgemeester er niet alles aan heeft gedaan om de veiligheid van dit Joodse restaurant te waarborgen? Zo nee, waarom niet? Vraag 4 Bent u bereid maatregelen te nemen en de waarnemend-burgemeester van Amsterdam per direct te vervangen door een burgemeester die wèl voor de veiligheid van alle Amsterdammers staat? Zo nee, waarom niet? Vraag 5 Welke maatregelen gaat u nemen om het Joodse restaurant HaCarmel in Amsterdam te beschermen tegen meer antisemitisch geweld? Antwoord op vragen 3, 4 en 5 Ondernemers moeten veilig hun werk kunnen doen. Indien daartoe aanleiding is treft het lokale gezag aanvullende maatregelen ter bescherming van de ondernemer, de werknemers en aanwezigen. Beveiligingsmaatregelen worden genomen op basis van dreiging en risico. Lokaal is het beste zicht op eventuele spanningen en incidenten. Pagina 2 van 8
In deze specifieke zaak heeft waarnemend burgemeester van Amsterdam, in reactie op raadsvragen, reeds kenbaar gemaakt dat en welke maatregelen naar aanleiding van dit incident en eerdere incidenten zijn genomen. 1 De waarnemend burgemeester legt aan de gemeenteraad verantwoording af over het door hem gevoerde beleid. 1) https://www.telegraaf.nl/nieuws/1739658/joods-restaurant-weer-belaagd 2) https://www.om.nl/@88250/richtlijn-22/ 1 https://amsterdam.raadsinformatie.nl/document/6248877/2/270_18_schriftelijke%20vrag en%20poot%20inzake%20herhaaldelijke%20vernieling%20en%20intimidatie%20gericht%2 0tegen%20restaurant%20HaCarmel Pagina 3 van 8
2018Z03944 Vragen van de leden Yesilgöz-Zegerius en Arno Rutte (beiden VVD) aan de minister van Justitie en Veiligheid over het bericht Joods restaurant weer belaagd (ingezonden 7 maart 2018) Vraag 1 Bent u bekend met het bericht Joods restaurant weer belaagd waarin staat vermeld dat de politie in de ochtend na de belaging aangegeven heeft dat zij naar aanleiding van forensisch onderzoek geen aanwijzingen heeft gevonden dat er een anti-joods motief achter het vandalisme zit? 1) Klopt dit bericht? Vraag 2 Is (zijn) de dader(s) gepakt en verhoord? Zo ja, wat kunt u aangeven over het profiel en de motieven van de dader(s)? Zo nee, hoe kan de politie dan binnen een paar uur na de belaging concluderen dat de dader geen 'anti-joods motief' zou hebben? Vraag 5 Kunt u aangeven op welke wijze forensisch onderzoek kan verklaren dat juist dit restaurant in korte tijd meerdere malen doelwit is geweest van geweld en vandalisme? Zo nee, wat is dan de stand van zaken? Antwoord op vragen 1, 2 en 5 Ja, ik ben bekend met dit bericht. In het aangehaalde bericht heeft de politie slechts aangegeven forensisch onderzoek te hebben gedaan en nog geen aanwijzing te hebben dat er een anti-joods motief achter het vandalisme zit. Er is nog geen verdachte aangehouden of geïdentificeerd. Het strafrechtelijk onderzoek in deze zaak loopt nog. De politie onderzoekt daarbij ook of er een relatie is tussen de vernieling en het feit dat het een Joods restaurant betreft. Het is aan het OM om te oordelen of de zaak al dan niet discriminatie betreft of al dan niet een discriminatoir aspect bevat Zoals bij uw Kamer bekend, kan ik gedurende het onderzoek geen mededelingen doen over individuele strafzaken. Vraag 3 Kunt u beschrijven wat het protocol van de politie is op het moment dat er een dergelijke doelgerichte belaging plaatsvindt? Op welke manier wordt onderzoek gedaan naar de motieven van de dader(s) en op welke manier wordt hierover gecommuniceerd naar het slachtoffer en naar buiten toe? Antwoord op vraag 3 Bij elke belaging wordt onderzoek gedaan naar de achtergrond van het feit (het motief). De motieven van daders worden onderzocht op vele manieren, zoals het verhoren van verdachten, het bestuderen van uitingen op social media, het horen van getuigen en het bekijken van beelden. Pagina 4 van 8
Een slachtoffer zal, indien onderzoeksbelangen zich daartegen niet verzetten, binnen de juridische mogelijkheden geïnformeerd worden over het verloop van het onderzoek. Vraag 4 Wanneer wordt een belaging als deze, puur gericht op intimidatie en het wegjagen van hardwerkende Joodse ondernemers, als antisemitisch geregistreerd door de politie en wanneer niet? Wat is hierbij het afwegingskader? Kunt u aangeven welke definitie er wordt gehanteerd van antisemitisme en wat het handelingsprotocol is op het moment dat het als antisemitisch geweld wordt geregistreerd? Antwoord op vraag 4 De strafrechtelijk relevante term is discriminatie, dat in artikel 90quater van het Wetboek van Strafrecht wordt gedefinieerd als elke vorm van onderscheid, elke uitsluiting, beperking of voorkeur, die ten doel heeft of ten gevolge kan hebben dat de erkenning, het genot of de uitoefening op voet van gelijkheid van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden op politiek, economisch, sociaal of cultureel terrein of op andere terreinen van het maatschappelijk leven, wordt teniet gedaan of aangetast. Het is aan het OM om te oordelen of de zaak al dan niet discriminatie betreft of al dan niet een discriminatoir aspect bevat. Indien het OM vaststelt dat sprake is van een commuun feit met een discriminatoir aspect kan er, zoals ook aangegeven in het antwoord op vraag van 2 van de leden Markuszower en De Graaf (beiden PVV), een verhoging van de strafeis plaatsvinden van 50% of 100%. Landelijk houdt de politie mogelijke discriminatiezaken en delicten met een mogelijk discriminatoir motief bij. Er wordt een overzicht van alle discriminatiezaken gemaakt ter bevordering van een adequate afhandeling en ter bespreking in het regionaal discriminatieoverleg met het OM en antidiscriminatievoorziening. Naast de Aanwijzing discriminatie van het OM hebben het OM, de politie en de antidiscriminatievoorzieningen in mei 2017 een convenant gesloten met daarin samenwerkingsafspraken op het gebied van de aanpak van discriminatie. Vraag 6 Deelt u de mening dat als daders in de enorme hoeveelheid restaurants in Amsterdam steeds opnieuw dit openlijk Joodse restaurant aanvallen en vernielen, het zeer waarschijnlijk is dat er juist wel een anti-joodsmotief aanwezig is? Zo nee, wat moet er gebeuren voordat een dergelijk vergrijp wel gezien wordt als ingegeven door een anti-joods-motief? Antwoord op vraag 6 Zoals aangegeven in het antwoord op de vragen 2 en 5 is nog geen verdachte voor de recente vernieling van het raam geïdentificeerd en aangehouden. Het strafrechtelijk onderzoek in deze zaak loopt nog. De politie onderzoekt daarbij ook of er een relatie is tussen de vernieling en het feit dat het een Joods restaurant betreft. Het is aan het OM om te oordelen of de zaak al dan niet discriminatie betreft of al dan niet een discriminatoir aspect bevat. Pagina 5 van 8
Vraag 7 Welke veiligheidsmaatregelen zijn getroffen om deze ondernemers te beschermen tegen intimidatie en belaging? Antwoord op vraag 7 Ik verwijs uw Kamer naar het antwoord van de burgemeester van Amsterdam op raadsvragen hieromtrent 2 en het antwoord op de vragen 3, 4 en 5 van de leden Markuszower en De Graaf (beiden PVV). Vraag 8 Deelt u de mening dat het bestrijden van antisemitisme topprioriteit moet hebben en dat antisemitisme nooit gebagatelliseerd mag worden? Zo ja, welke maatregelen neemt u hiervoor? Zo nee, waarom niet? Antwoord op vraag 8 Antisemitisme is een vorm van discriminatie en het kabinet acht elke vorm van discriminatie onacceptabel. Voor de maatregelen die dit kabinet neemt om discriminatie - en dus ook antisemitisme - tegen te gaan verwijs ik u naar het Nationaal Actieprogramma Discriminatie 3 en de voorgangsrapportage 4, waarover uw Kamer reeds is ingelicht. 1) https://www.telegraaf.nl/nieuws/1739658/joods-restaurant-weer-belaagd Toelichting: Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid Markuszower (PVV), ingezonden 6 maart 2018 (vraagnummer 2018Z03795). 2 https://amsterdam.raadsinformatie.nl/document/6248877/2/270_18_schriftelijke%20vrag en%20poot%20inzake%20herhaaldelijke%20vernieling%20en%20intimidatie%20gericht%2 0tegen%20restaurant%20HaCarmel 3 Kamerstukken II 2015/16, 30950, 84 4 Kamerstukken II 2016/17, 30950, 107 Pagina 6 van 8
2018Z03793 Vragen van het lid Azarkan (DENK) aan de minister van Justitie en Veiligheid over een 14-jarig meisje, dat vanwege een hoofddoek van haar fiets werd geduwd en op de grond liggend het ziekenhuis in werd geslagen en geschopt (ingezonden 6 maart 2018) Vraag 1 Kent u de berichtgeving over een 14-jarig meisje dat in Emmeloord (Flevoland), vanwege het niet afdoen van een hoofddoek, van haar fiets werd geduwd? 1) Antwoord op vraag 1 Ja. Vraag 2 Klopt het dat dit meisje op de grond liggend het ziekenhuis in werd geslagen en geschopt, met een hersenschudding tot gevolg, vanwege het feit dat zij terecht weigerde om haar hoofddoek af te doen? Vraag 3 Heeft u contact opgenomen met het slachtoffer? Zo nee, waarom niet? Vraag 4 Op welke manier kunt u bevorderen dat de twee daders zo snel mogelijk aangehouden zullen worden? Vraag 6 Deelt u de mening dat dit soort anti-islamitisch geweld volstrekt onacceptabel is? Zo ja, wat gaat u hier specifiek aan doen? Vraag 11 Kunt u de Kamer op de hoogte houden van de voorgang van het politieonderzoek naar de twee daders in deze zaak, en daarna van de justitiële vervolging hiervan? Zo nee, waarom niet? Antwoord op vragen 2, 3, 4 en 11 Het strafrechtelijk onderzoek onder leiding van het Openbaar Ministerie naar de vermeende mishandeling van een 15-jarig meisje uit Emmeloord is afgerond. Het Openbaar Ministerie heeft met een persbericht, d.d. 19 maart jl., aangegeven dat er twijfel is over de juistheid van de aangifte en een gebrek aan aanknopingspunten voor verder onderzoek. 5 Vraag 5: Kunt u aangeven of er sprake is van een stijging van het aantal incidenten die te maken hebben met moslimhaat? Antwoord op vraag 5 Op 18 mei 2017 is het rapport Discriminatiecijfers 2016 aan uw Kamer aangeboden. 6 Daarin wordt genoemd dat de politie in 2016 352 incidenten heeft 5 https://www.om.nl/actueel/nieuwsberichten/@102487/onderzoek-vermeende/ 6 Kamerstukken II 2016/17, 30 950, 115 Pagina 7 van 8
geregistreerd waarbij (mogelijk) sprake was van discriminatie vanwege het islamitische geloof. Dat is bijna 20% minder dan in 2015. Bij de meldpunten voor discriminatie op het internet kwamen 251 meldingen binnen, bijna de helft minder dan het jaar ervoor. Alleen bij de anti-discriminatievoorzieningen was een stijging zichtbaar: deze organisaties ontvingen in 2016 250 meldingen over discriminatie vanwege het islamitische geloof, 4% meer dan een jaar eerder. De cijfers over 2017 komen dit voorjaar beschikbaar. Vraag 7 Wat doet de regering op dit moment specifiek om moslimhaat te bestrijden en wat zijn de resultaten hiervan? Vraag 8 Hoeveel budget is er door de regering specifiek vrijgemaakt om moslimhaat tegen te gaan? Vraag 9 Bent u bereid om een specifiek actieplan tegen moslimhaat op te stellen? Zo nee, waarom niet? Vraag 10 Bent u bereid om een speciale politie-eenheid in te richten tegen antiislamitisch geweld, als onderdeel van een bredere racismepolitie? Zo nee, waarom niet? Antwoord op de vragen 7 tot en met 10 Discriminatie is per definitie onacceptabel. Met het op 22 januari 2016 aan uw Kamer aangeboden Nationaal actieprogramma tegen discriminatie 7 formuleert het kabinet maatregelen om discriminatie tegen te kunnen gaan. Uw Kamer wordt dit voorjaar geïnformeerd over de voortgang van deze maatregelen en de discriminatiecijfers over 2017. Bij de aanpak van discriminatie wordt geen onderscheid gemaakt naar groepen in de samenleving waartegen de discriminatoire uiting of het discriminatoire gedrag is gericht. De overheid, dus ook de politie, is er voor alle burgers en daarmee is een doelgroepenbeleid, een specifiek actieplan of een aparte racismepolitie niet verenigbaar. Er is geen plaats voor de vraag welke discriminatiegrond het belangrijkste is. Er is dan ook geen specifiek geld vrijgemaakt voor de aanpak van moslimhaat. In de opleiding wordt aandacht gegeven aan het herkennen van en omgaan met discriminatie. Daarnaast kunnen agenten expertise inwinnen bij het Netwerk Divers vakmanschap. 1) https://www.ad.nl/binnenland/meisje-14-doet-hoofddoek-niet-af-en-wordtzwaar-mishandeld~aa714433/ 7 Kamerstukken II 2015/16, 30 950, 84 Pagina 8 van 8