TWEEDE FAILLISSEMENTSVERSLAG TEVENS EINDVERSLAG datum 2 december 2013 Inzake : J. van Bruchem Faillissementsnummers : C/05/13/711 F Datum faillissement : 16 juli 2013 Rechter-Commissaris : Mr. P.F.A. Bierbooms Curator : Mr. N. van de Gevel Datum : 2 december 2013 Activiteiten onderneming : Nvt Omzetgegevens : Nvt Personeel : Nvt Verslagperiode : 16 augustus 2013 tot en met heden Bestede uren verslagperiode : zie urenstaat Bestede uren totaal : zie urenstaat ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- Edelachtbare Heer, Ondergetekende, curator in het hier bovengenoemde faillissement, brengt u hierbij het tweede faillissementsverslag tevens eindverslag uit betreffende haar bevindingen. 1. Inventarisatie 1.1 Directie en organisatie Zie vorig verslag. 1.2 Winst en verlies 1.3 Balanstotaal 1.4 Lopende procedures 1.5 Verzekeringen
Zie vorig verslag. 1.6 Huur Zie vorig verslag. 1.7 Oorzaak faillissement Zie vorig verslag. 2. Personeel 2.1 Aantal ten tijde van faillissement 2.2 Aantal in jaar voor faillissement 2.3 Datum ontslagaanzegging 3. Activa Onroerende zaken 3.1 Beschrijving 3.2 Verkoopopbrengst 3.3 Hoogte hypotheek 3.4 Boedelbijdrage Bedrijfsmiddelen 3.5 Beschrijving 3.6 Verkoopopbrengst 3.7 Boedelbijdrage
3.8 Bodemvoorrecht fiscus Voorraden/onderhanden werk 3.9 Beschrijving 3.10 Verkoopopbrengst 3.11 Boedelbijdrage Andere activa 3.12 Beschrijving Curandus heeft een klein pensioen opgebouwd. Gebleken is dat deze niet kan worden afgekocht. 3.13 Verkoopopbrengst 4. Debiteuren 4.1 Omvang debiteuren Kennelijk heeft de ex-partner van gefailleerde een belastingteruggave bedoeld voor curandus, waarvan gefailleerde niet exact de hoogte weet en tevens weet hij niet wanneer deze exact is uitgekeerd, geheel aan zichzelf toebedeeld. Zo gaf curandus aan bij ondergetekende. Hierop is de ex-partner aangeschreven en verzocht het bedrag dat zij dan ten onrechte niet ten goede heeft laten komen aan curandus alsnog zo spoedig mogelijk over te maken op de boedelrekening. Hierop belde de ex-partner ondergetekende en gaf aan dat een en ander niet klopt, dat er in het geheel geen bedrag dat ten goede zou moeten komen aan curandus door haar in beslag zou zijn genomen. Van curandus ontving ik geen overige bewijsmiddelen of aanknopingspunten waaruit een en ander zou moeten blijken en kan hier verder daarom ook niets mee ten behoeve van de crediteuren in dit faillissement. 4.2 Opbrengst
4.3 Boedelbijdrage 5. Bank / zekerheden 5.1 Vorderingen van bank(en) 5.2 Leasecontracten 5.3 Beschrijving zekerheden 5.4 Separatistenpositie 5.5 Boedelbijdragen 5.6 Eigendomsvoorbehoud 5.7 Reclamerechten 5.8 Retentierechten 6. Doorstart / voortzetten Voortzetten 6.1 Exploitatie/zekerheden 6.2 Financiële verslaglegging Doorstart 6.3 Beschrijving 6.4 Verantwoording
6.5 Opbrengst 6.6 Boedelbijdrage 7. Rechtmatigheid 7.1 Boekhoudplicht 7.2 Depot jaarrekeningen 7.3 Goedkeuringsverklaring accountant 7.4 Stortingsverplichting aandelen 7.5 Onbehoorlijk bestuur 7.6 Paulianeus handelen 8. Crediteuren 8.1 Boedelvorderingen 8.2 Preferente vorderingen fiscus Totaal invorderbaar bedrag fiscus + openstaande kosten bedraagt 1.169,--. 8.3 Preferente vordering UWV 8.4 Andere preferente crediteuren Vordering van College voor Zorgverzekeringen bedraagt 4.780,44. 8.5 Aantal concurrente crediteuren Thans zijn er 4 concurrente crediteuren bekend.
8.6 Bedrag concurrente crediteuren 12.989,27 voorlopig erkend. 8.7 Verwachte wijze van afwikkeling Zie onderstaand. 9. Procedures 9.1 Naam wederpartij(en) 9.2 Aard procedure 9.3 Stand procedure 10. Overig 10.1 Saldo faillissementsrekening Thans bedraagt het saldo op de faillissementsrekening met rekeningnummer 43.32.66.007: 138,47. Gelieve u bijgaand(*) een afschrift van de faillissementsrekening d.d. 18 november 2013 aan te treffen, waaruit het voornoemde blijkt. 10.2 Afwikkeling faillissement, omzetting advies Bij dezen verzoekt ondergetekende u, Edelachtbare Rechter-Commissaris, de Rechtbank te verzoeken om onderhavig faillissement ex. Art. 15 Fw voor de heer Van Bruchem om te zetten in een WSNP-traject. Gefailleerde deelde ondergetekende mede dat hij dit als enige uitweg voor de thans voor hem ontstane situatie betreffende de schulden ziet. Weliswaar zijn de schulden van Van Bruchem enkel in zijn privésituatie ontstaan maar meneer is zelf te goeder trouw gebleken ten aanzien van het ontstaan van de schulden. Een en ander is reeds bij het eerste faillissementsverslag duidelijk gemaakt en hield verband met de manier waarop zijn ex-partner de administratie voerde. De schuld bij de Menzis, Unigarant en CVZ zijn ontstaan doordat er simpelweg geen mogelijkheden meer waren voor gefailleerde om zijn verzekeringen en zijn zorgverzekering te voldoen. Het krediet bij de ABN-AMRO is reeds afgesloten in 2005 en in dit kader zag gefailleerde ook geen mogelijkheden meer om aan zijn aflossingsverplichtingen te voldoen. Bezwaarlijk in het geheel is wellicht de vordering van het CJIB inzake een opgelegde boete WAHV. Het betreffen boetes voor het niet of niet op tijd verzekeren van een motorvoertuig. Gefailleerde heeft zich reeds meerdere keren bij laten staan in de tussentijd in het kader van een
aangekondigde gijzeling, omdat de boetes niet werden voldaan. Hij zegt zelf pas geconfronteerd te zijn met deze boetes op het moment dat deze al zodanig waren opgelopen en er zelfs al aangekondigd werd dat er overgegaan zou worden tot gijzeling. In zoverre wordt gesteld dat hij er geenszins van op de hoogte was dat de betreffende boetes waren opgelegd. Zijn vriendin was degene die de financiën thuis deed en totdat hij geconfronteerd werd met de achterstanden welke waren gecreëerd was hij in de veronderstelling dat de administratie en de financiën correct werden beheerd. In het kader van de doelstellingen van de WSNP, met name het doel van het voorkomen van een levenslange achtervolging van schulden, acht ondergetekende gefailleerde, geschikt voor deze regeling. De schulden niet te kwader trouw aangegaan. Gefailleerde had tijdelijk een WW-uitkering via het UWV maar heeft sinds kort een baan gevonden. Het maakt het om die reden voor hem mogelijk om zo veel mogelijk actief te vergaren en dit ten goede te laten komen aan de schuldeisers in het traject van drie jaren. Nu omzetting naar een WSNP-traject vanuit een faillissementssituatie eenvoudiger is dan via separate aanvraag bij uw Rechtbank, verzoek ik u, Edelachtbare Rechter-Commissaris, om alsnog de Rechtbank te verzoeken het faillissement om te zetten in een WSNP-traject. Ondergetekende adviseert ondanks de oneffenheid in het kader van de door de ex-partner gevoerde administratie en de boetes ook positief als het gaat om deze omzetting. Er zijn door ondergetekende in haar hoedanigheid als curator verder geen onregelmatig- en/of onrechtmatigheden geconstateerd in dit faillissement. Zoals gezegd is gefailleerde volgens ondergetekende te goeder trouw als het gaat om de thans bestaande schulden. Wanneer er geen sprake zou kunnen zijn van toelating tot de WSNP verzoekt ondergetekende onderhavig faillissement op grond van artikel 16 Faillissementswet op te heffen vanwege het feit dat der boedelkosten de waarde van het in de boedel aanwezige actief overstijgen en er geen uitkering aan preferente crediteuren kan worden gedaan, dan wel op grond van artikel 137a Faillissementswet onderhavig faillissement vereenvoudigd af te wikkelen wegens gebrek aan baten. Doetinchem, 2 december 2013 Mr. N. van de Gevel curator