Ministerie van VROM > staat voor ruimte, wonen, milieu en rijksgebouwen. Beleid maken, uitvoeren en handhaven. Nederland is klein. Denk groot.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Ministerie van VROM > staat voor ruimte, wonen, milieu en rijksgebouwen. Beleid maken, uitvoeren en handhaven. Nederland is klein. Denk groot."

Transcriptie

1 Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen 13 Ammoniak Toepassing als koudemiddel voor koelinstallaties en warmtepompen Ministerie van VROM > staat voor ruimte, wonen, milieu en rijksgebouwen. Beleid maken, uitvoeren en handhaven. Nederland is klein. Denk groot.

2 Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen 13 Ammoniak Toepassing als koudemiddel voor koelinstallaties en warmtepompen

3 Voorwoord Met ingang van 1 juni 2004 is de Adviesraad Gevaarlijke Stoffen (AGS) benoemd door het Kabinet. Tevens is de Commissie van Preventie van Rampen door gevaarlijke stoffen (CPR) opgeheven. De CPR bracht publicaties uit, de CPR-richtlijnen, die veelvuldig worden gebruikt bij vergunningverlening op grond van de Wet milieubeheer en binnen de werkterreinen van de arbeidsveiligheid, transportveiligheid en de brandveiligheid. De CPR-richtlijnen zijn omgezet naar de Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen. Het doel van deze publicaties is in hoofdlijnen dezelfde als van de CPR-richtlijnen. Alle CPR-richtlijnen zijn beoordeeld vanuit de volgende vragen: 1. is er nog een bestaansreden voor de richtlijn of kan de richtlijn vervallen; 2. kan de richtlijn ongewijzigd worden overgenomen of is actualisatie nodig. Het voorliggende advies PGS 13 is ongewijzigd ten opzichte van de voormalige CPR-richtlijn De Adviesraad Gevaarlijke Stoffen is voornemens eind 2005 een advies uit te brengen over de herziening van PGS 13. Mede namens mijn collega s van de ministeries van Verkeer en Waterstaat, Sociale Zaken en Werkgelegenheid en Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties, De staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, Drs. P.L.B.A. van Geel Den Haag, Juli 2005 Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen 13 Ammoniak Pagina 3/53

4 Ten geleide De Commissie Preventie van Rampen door Gevaarlijke Stoffen (CPR) is ingesteld door de ministers van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, van Binnenlandse Zaken, van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer en van Verkeer en Waterstaat ten einde hen te adviseren ten aanzien van technische en technisch-organisatorische maatregelen ter voorkoming van ongevallen en rampen veroorzaakt door gevaarlijke stoffen, dan wel ter beperking van de gevolgen van zodanige ongevallen en rampen. Bij de totstandkoming van richtlijnen wordt invulling gegeven aan het ALARA-principe (As Low As Reasonably Achievable). Op grond van art van de Wet Milieubeheer moeten aan een vergunning de voorschriften worden verbonden die nodig zijn ter bescherming van het milieu. Voor zover door het verbinden van voorschriften aan de vergunning de nadelige gevolgen die de inrichting voor het milieu kan veroorzaken, niet kunnen worden voorkomen, moeten aan de vergunning de voorschriften worden verbonden die de grootst mogelijke bescherming bieden tegen die gevolgen, tenzij dat redelijkerwijs niet kan worden gevergd. Toepassing van het ALARA-principe houdt in, dat in beginsel de beste technieken die beschikbaar zijn, worden voorgeschreven. Afweging van alle in het geding zijnde belangen kan er toe leiden dat met een lager beschermingsniveau genoegen wordt genomen dan met de beste beschikbare techniek bereikbaar zou zijn. Technische, economische (wat is gebruikelijk in de betrokken branche) en maatschappelijke factoren worden hierbij afgewogen tegen het milieubelang, waaronder te begrijpen ook externe veiligheid. In het kader van deze CPR-richtlijn is de keuze van het beschermingsniveau in deze belangenafweging niet alleen bepaald door het milieubelang, maar ook door de interne veiligheid en de brand- en rampenbestrijding. De maatregelen in de onderhavige richtlijn vormen het basisniveau voor de betreffende activiteit(en) zijn afgestemd op wat binnen de bedrijfstak als redelijk wordt ervaren in relatie tot de technische mogelijkheden. De richtlijn vervult daarmee een belangrijke funktie bij de toepassing van het ALARAprincipe. Omdat de maatregelen zijn gebaseerd op een (normale) industrie-omgeving, moet het bevoegd gezag voor de concrete situatie afwegen of de specifieke omgeving noodzaakt tot het voorschrijven van extra maatregelen. Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen 13 Ammoniak Pagina 4/53

5 Inhoudsopgave Ten geleide 4 Inleiding 8 1 Algemeen Toepassingsgebied Begrippen en definities Gevaaraspecten van ammoniak Inleiding Giftigheid Algemeen Ademhalingsorganen Huid Ogen Brandbaarheid Chemische eigenschappen Fysische gegevens Preventieve veiligheidsvoorzieningen en -maatregelen Instructie hoe te handelen in noodsituaties Windzak of -vaan Afstanden tot brandbare objecten binnen de inrichting Afstand ten opzichte van de omgeving 16 2 Maximaal toegestane totale hoeveelheid ammoniak in relatie tot de verblijfsruimte, de opstelling en het type koelsysteem Algemeen Classificatie van de verblijfsruimten Classificatie van de opstelling Classificatie van de koelsystemen Minimaal vereiste veiligheidsvoorzieningen in relatie tot de hoeveelheid ammoniak 19 3 Ontwerp van de koelinstallatie Algemeen Koeltechnisch ontwerp Materialen Onderdelen Drukvaten Leidingen Verbindingen Appendages 26 Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen 13 Ammoniak Pagina 5/53

6 3.4.5 Instrumentatie Elektrische installatie 26 4 Veiligheidsvoorzieningen Algemeen Noodstop- en alarmeringssysteem Ontlastorganen Ontlastkleppen Veiligheidskleppen Drukschakelaars Automatische ammoniakdetectie Uitvoeringseisen Plaatsing van detectie-apparatuur Inblokvoorzieningen Handbediende inblokvoorzieningen Automatische inblokvoorzieningen Plaatsing van inblokvoorzieningen Overige beveiligingen Beveiliging tegen hoge druk Beveiliging tegen bevriezing Beveiliging tegen vloeistofslag Beveiliging van olieaftappunten Veiligheids- en gezondheidssignalering 32 5 Machinekamer Algemeen Constructie Ventilatie Ammoniak vernietingingsinstallatie Draagbare brandblustoestellen Brandpreventie Brandgevaar 35 6 Montage, vullen en oplevering Algemeen Vullen Oplevering 36 Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen 13 Ammoniak Pagina 6/53

7 7 Beheer, controle, onderhoud en toezicht Algemeen Beheer Periodieke controle en onderhoud Toezicht Installatieboek en logboek Persoonlijke beschermingsmiddelen Noodplan Brandgevaar bij reparaties, wijzigingen en onderhoud 41 8 Keuring en inspectie Algemeen Eerste keuring Typekeuring Periodieke herkeuring Overgangsregelingen 44 Bijlage 1 Keuring van ammoniak-koelinstallaties die gebouwd zijn vóór (Staatscourant nr.72 van ) 45 Bijlage 2 Arbeidsomstandighedenregeling art t/m Bijlage 3 Normen 52 Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen 13 Ammoniak Pagina 7/53

8 Inleiding Deze richtlijn moet worden gevolgd bij het inrichten van nieuwe installaties. De vorige druk van deze richtlijn was van toepassing bij de bouw van nieuwe installaties in de voorgaande periode vanaf november Vóór deze datum zijn door de CPR geen richtlijnen uitgebracht voor de toepassing van ammoniak als koudemiddel voor koelinstallaties en warmtepompen. Het ammoniak-voerende gedeelte van een koelinstallatie, die vóór november 1988 is gebouwd, kan worden gekeurd met de intreekeuring zoals gepubliceerd in de Staatscourant nr.72 van vrijdag 12 april De intreekeuring is als bijlage aan de richtlijn toegevoegd. Voor de overige eisen die aan de koelinstallaties worden gesteld, zal bij bestaande installaties in overleg met de betrokken autoriteiten zo nodig dienen te worden overwogen op welke wijze zo goed mogelijk aansluiting bij de nieuwe richtlijnen kan wor-den gevonden. Deze richtlijnen voor koelinstallaties met ammoniak als koudemiddel zijn opgesteld door de sub-commissie Ammoniak van de CPR, die thans de volgende samenstelling heeft: A.F.M. van der Staak, vz Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid K.Posthuma, secr. Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid J.H.Berserik Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer J.van Damme Hydro Agri Sluiskil B.V. P.A.Dekker Ministerie van Binnenlandse Zaken J.E.Duiven Nederlandse Vereniging van Koel- en Vrieshuizen (NEKOVRI) R.J.M.van Gerwen TNO, Milieu, Energie en Procesinnovatie J.H.Hoogkamer Nederlandse Vereniging van Ondernemingen op het gebied van Koudetechniek en Luchtbehandeling (NVKL) K.van Heiningen NVKL H.O.van der Kooi Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid N.Koudstaal VEReniging van leveranciers van AirConditioning apparatuur (VERAC) E.A.G.van Kruijssen Arbeidsinspectie Regio Zuid C.M.Munnichs DSM, Meststoffen B.V. A.W.Peters Ministerie van Verkeer en Waterstaat A.R.Thiel Kemira Agro Rozenburg B.V. P. G.H.Uges Nederlandse Vereniging voor Koude (NVvK) H.van der Veen Regionale Inspectie Milieuhygiëne in Zuid-Holland J.H.A.Vooren Arbeidsinspectie Regio Noord/West J.P.H.Wuister Stoomwezen B.V. Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen 13 Ammoniak Pagina 8/53

9 Aan de leden van de sub-commissie Ammoniak en aan allen, die door hun bijdragen of door hun opbouwende kritiek aan het tot stand komen van deze leidraad hebben meegewerkt, betuigt de Commissie Preventie van Rampen door Gevaarlijke Stoffen haar dank. s-gravenhage, april 1999, DE VOORZITTER VAN DE COMMISSIE PREVENTIE VAN RAMPEN DOOR GEVAARLIJKE STOFFEN, Drs.H.C.M.Middelplaats Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen 13 Ammoniak Pagina 9/53

10 1 Algemeen 1.1 Toepassingsgebied De richtlijn PGS 13 heeft uitsluitend betrekking op de toepassing van ammoniak als koudemiddel in koelinstallaties en warmtepompen. Enkele voorbeelden hiervan zijn: industriële installaties voor de voedselverwerking; koel- en vrieshuizen; kunstijsbanen; klimaatbeheersingsinstallaties (airco s); koelinstallaties in winkelbedrijven; warmtepompen voor gebruik in industrie en gebouwde omgeving. Alle vormen van compressie- en absorptiesystemen vallen onder deze richtlijn, met uitzondering van koel- en vrieskasten en -kisten voor huishoudelijk gebruik. 1.2 Begrippen en definities Beoordelingsdruk De beoordelingsdruk is de door de aanvrager opgegeven maximaal optredende effectieve druk in het hoogste punt van het toestel of gedeelte van het toestel waarop de constructie wordt beoordeeld. Beproevingsdruk De druk waarbij componenten of (delen van) de koelinstallatie op sterkte worden getest. Indien de desbetreffende component is ontworpen en gebouwd in overeenstemming met de eisen van een daartoe bevoegde keuringsinstantie moet de beproevingsdruk worden toegepast die door deze instantie is voorgeschreven. Beveiligingsdruk De beveiligingsdruk is de druk waarop de veiligheidsklep is afgesteld of de druk waarbij de breekplaat bezwijkt. De beveiligingsdruk moet gelijk aan of kleiner dan de beoordelingsdruk zijn. Doorstroombegrenzer Een afsluitorgaan, dat een nagenoeg volledige afsluiting geeft in die gevallen waarbij de doorstroomhoeveelheid een bepaalde grenswaarde overschrijdt, b.v. ten gevolge van leidingbreuk. De vrijkomende hoeveelheid medium wordt hierbij tot een minimum beperkt. Druk Kracht per oppervlakte, uitgedrukt in bar, in de betekenis van overdruk, tenzij nadrukkelijk is aangegeven dat de absolute druk is bedoeld. Een onderdruk is dus een negatieve druk. Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen 13 Ammoniak Pagina 10/53

11 Drukvat Ieder koudemiddel bevattend deel van een koelsysteem anders dan: compressoren; pompen; onderdelen van hermetische absorptiesystemen; verdampers waarvan iedere aparte sectie niet meer dan 15 liter koudemiddel-bevattend volume heeft; spiralen, leidingen en bijbehorende kleppen, verbindingen en fittingen; regelapparatuur; verzamelaars en andere onderdelen met een inwendige diameter van niet meer dan 152 mm en met een netto inwendig volume van niet meer dan 100 liter. Hermetisch gesloten koelinstallatie Een koelinstallatie waarbij alle onderdelen die koudemiddel bevatten lekdicht zijn door middel van lassen, solderen of een vergelijkbare permanente verbinding. Inhoud Indien niet anders vermeld, wordt met de inhoud van een vat of reservoir het totale inwendige volume bedoeld. Met de inhoud van een installatie of systeem wordt, indien niet anders vermeld, de totale vulinhoud in kg ammoniak bedoeld. Inspectie Aktiviteit waarbij één of meer kenmerken van een entiteit (bijv. een koelinstallatie) worden onderzocht, beproefd, of gemeten. De resultaten worden vastgelegd in een inspectierapport. Keuring Vergelijking van inspectieresultaten met gespecificeerde eisen, om vast te stellen of ieder kenmerk overeenkomt met de eis. Een keuring resulteert in afkeur of een verklaring van goedkeuring. Koelinstallatie Een koelinstallatie wordt gevormd door een combinatie van met koudemiddel gevulde onderdelen die met elkaar zijn verbonden en die tezamen een gesloten koudemiddel-circuit vormen waarin het koudemiddel circuleert met het doel warmte op te nemen of af te staan (koeling, verwarming). Onder koelinstallatie wordt tevens een warmtepomp verstaan. Materiaaltemperatuur De materiaaltemperatuur voor warmtewisselaars is het rekenkundig gemiddelde van de binnen- en buitenwandtemperatuur van het toestel of een gedeelte van het toestel. De binnen- en buitenwandtemperatuur wordt bepaald door middel van warmte-overdrachtsberekeningen en/of door metingen. Wanneer dergelijke gegevens onvoldoende nauwkeurig zijn, wordt een toeslag in rekening gebracht (zie D-0103 van de Regels ). Maximaal toelaatbare werkdruk De druk in een koelinstallatie of een onderdeel daarvan die niet mag worden overschreden, noch bij een in werking zijnde, noch bij een stilstaande installatie. Deze druk kan voor het hogedrukgedeelte van de installatie verschillen van die voor het lagedrukgedeelte. De maximaal toelaatbare werkdruk moet worden bepaald rekening houdend met de optredende temperaturen, de omgevingstemperatuur, mogelijke warmtestraling (waaronder ook zonnestraling), vervuiling van de installatie etc., in combinatie met de eigenschappen van het koudemiddel ammoniak. Minimale werktemperatuur De laagste temperatuur die in een tot de koelinstallatie behorend onderdeel onder bedrijfsomstandigheden of tijdens stilstand kan optreden. Bij warmtewisselaars kan hiervoor de materiaaltemperatuur worden genomen. Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen 13 Ammoniak Pagina 11/53

12 Nominale diameter DN Een getalsaanduiding voor de afmeting van leidingstelsels, overeenkomstig de norm ISO-TC5/SC10. Nominale druk PN Een getalsaanduiding voor de druk, overeenkomstig de norm ISO-TC5/SC10. NVvK De Nederlandse Vereniging voor Koude, secr. Deventerstr.83, 7322 JL, Apeldoorn; tel Ontlastklep Een ontlastorgaan met een al dan niet vaste instelling waarvan een met een veer belaste klep zich bij een te hoog oplopende druk opent, en waarbij de afgeblazen stof binnen het systeem wordt gehouden waarop het ontlastorgaan bevestigd is. Ontlastorgaan Ontlastklep of veiligheidsklep die dient ter beveiliging van een installatie tegen een te hoog oplopende druk. Ontwerpdruk De druk waarop de desbetreffende component wordt ontworpen of geselecteerd. Deze druk is minimaal gelijk aan de maximaal toelaatbare werkdruk. Open lucht Iedere niet volledig door wanden omsloten ruimte, al dan niet voorzien van een dak. Regels Onder Regels wordt in deze richtlijn verstaan de Regels Voor Toestellen onder Druk (RToD). De Regels voor Toestellen onder Druk worden uitgegeven door Sdu Uitgevers, afdeling verkoop, postbus 20014, 2500 EA Den Haag, tel , fax Stoomwezen Dienst voor het Stoomwezen (DSW) maakt thans deel uit van de Arbeidsinspectie. Van de wettelijke taken van de DSW zijn de uitvoerende en de controlerende taken gedelegeerd aan Stoomwezen B.V. (Centrale Beoordelingsafdeling, Postbus 769, 3000 AT Rotterdam, tel , fax ). Terugslagklep Een mechanisch werkend afsluitorgaan dat het terugstromen van medium verhindert. Toebehoren Componenten of onderdelen die dienen om het gebruik van de installatie mogelijk te maken of om het veilig gebruik ervan te bevorderen. Voorbeelden hiervan zijn: afsluiters, kleppen, beveiligingen, pompen, compressoren, warmtewisselaars, manometers, meettoestellen, regelapparatuur. Veiligheidsklep Een ontlastorgaan met een al dan niet vaste instelling waarvan een met een veer belaste klep zich bij een te hoog oplopende druk opent, en waarbij de afgeblazen stof buiten het systeem wordt afgeblazen waarop het ontlastorgaan bevestigd is. Verblijfsruimte Ruimte waarin gedurende een significante periode personen verblijven. Indien ruimten, die deze verblijfsruimte omringen, in verbinding staan met de verblijfsruimte, worden deze ruimten beschouwd als onderdeel van de verblijfsruimte (bijv. valse plafonds, kruipruimten, leidingschachten, verplaatsbare wanden, deuren met ventilatieroosters). N.B. in het Bouwbesluit wordt de verblijfsruimte gedefiniëerd als een besloten ruimte, bestemd voor het verblijf van personen. Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen 13 Ammoniak Pagina 12/53

13 1.3 Gevaarsaspekten van ammoniak Inleiding Ammoniak is een kleurloos, giftig gas met een sterk prikkelende geur. Het gas is lichter dan lucht (dampdichtheid 0,6 t.o.v. lucht). Door samenpersen of afkoelen kan het gas tot vloeistof verdicht worden. Tot vloeistof verdichte ammoniak kan bij contact met de huid bijtende irritatie en ernstige brandwonden veroorzaken. Ammoniak is oplosbaar in water, hierbij komt warmte vrij. De aldus gevormde basische vloeistof wordt ammoniakwater of ammonia genoemd Giftigheid Algemeen Ammoniak-dampen zijn afhankelijk van de mate van blootstelling schadelijk voor de gezondheid. In hoge concentratie werkt het sterk bijtend op de ogen en de slijmvliezen en sterk prikkelend op de huid Ademhalingsorganen De werking op de ademhalingsorganen blijft meestal beperkt tot de bovenste luchtwegen, omdat het gas goed in water oplost en bovendien sterke reflexen opwekt waardoor men onmiddellijk de adem inhoudt. Bij zeer hoge concentraties kan de ammoniak in diepere luchtwegen geraken. De gevolgen zijn dan zeer ernstig, zoals aantasting van de longen (longoedeem). Ter beoordeling van de schadelijkheid van een stof worden onder meer de volgende begrippen gehanteerd: Reukdrempel De reukdrempel van ammoniak ligt laag; 1-5 ppm. Hierbij is echter geen rekening gehouden met individuele verschillen, gewenning en niet ideale reukomstandigheden. Bij ca. 25 ppm is de ammoniakreuk door vrijwel alle personen waarneembaar. MAC-waarde (Maximaal Aanvaarde Concentratie) De MAC-waarde geeft die concentratie aan, waarbij een doorsnee arbeidsgeschikt persoon 8 uur/dag werk (gedurende lange tijd) kan verrichten, zonder hinderlijke of schadelijke gevolgen te ondervinden. De MAC-waarde voor ammoniak is 20 ppm (14 mg/m 3 ). De Nationale MAC-commissie hanteert de volgende definitie van maximaal aanvaarde concentratie: De maximaal aanvaarde concentratie van een gas, damp, nevel of stof, is die concentratie in de lucht op de werkplek die, voor zover de huidige kennis reikt, bij herhaalde expositie ook gedurende een langere en zelfs een arbeidsleven omvattende periode in het algemeen de gezondheid van zowel de werknemers alsook hun nageslacht niet benadeelt. Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen 13 Ammoniak Pagina 13/53

14 Tabel I Schadelijke effecten van verschillende concentraties ammoniak op de mens volgens verschillende onderzoeken. Concentratie Gevolg Auteur(s), jaar 5 ppm reukherkenning Patty (1981) 25 ppm waarde waarboven Bur.Ind.Hyg.Detroit klachten ontstaan Dept.of Health. Onderzoekrapporten (niet gepubl.) 50 ppm Aanvankelijk lichte irritatie van. Verbeek (1977) neus, ogen en keel; later gewenning NIOSH (1974) 100 ppm prikkeling luchtwegen en oogbindvlies Vigliani en Zurlo (1956) 134 ppm flinke irritatie (tranenvloed, Industrial Biotest Laboratories Inc. keelirritatie enz.) (1973) 500 ppm Onmiddellijke prikkeling slijmvliezen Silverman (1949) en verdieping van de ademhaling ppm Snel dodelijk na korte blootstelling Henderson & Haggard (1943) direct huidcontact blaarvorming Frosch & Kligman (1977) (1:1 waterige verdunning, langdurig) noot: genoemde effecten treden reeds op binnen een korte periode (minuten) na aanvang van de blootstelling Huid Ammoniak werkt sterk prikkelend en bijtend op de huid, slijmvliezen, oksels, etc. Een concentratie van ppm (14000 mg/m 3 ) ammoniak in de lucht veroorzaakt bij contact met de huid direct blaren en chemische brandwonden (Patty, 1969, Industrial Hygiene and Toxicology). Vloeibare ammoniak op de huid veroorzaakt zware vrieswonden. Waterige oplossingen van ammoniak zijn sterk alkalisch en zijn derhalve voor de slijmvliezen en huid sterk irriterend of etsend. Een 20%-waterige oplossing is sterk irriterend voor de huid. Het is mogelijk dat door inwerking van ammoniak op het trommelvlies een gehoorbeschadiging optreedt Ogen Gasvormige en vloeibare ammoniak werken sterk etsend op de oogslijmvliezen en het oog en zijn voor dit zintuig buitengewoon gevaarlijk Brandbaarheid Ammoniak is niet erg brandbaar. Een koudgekookte ammoniakpoel brandt niet op een zichzelf onderhoudende manier, zoals de meeste koolwaterstoffen. Dit wordt veroorzaakt doordat er onvoldoende warmtestraling vanuit de vlammen in de poel terechtkomt. De vlammen zijn erg doorzichtig. Wanneer er op een andere manier warmte wordt toegevoerd, bijvoorbeeld uit de grond of met water, is er brand mogelijk. Een eventuele ammoniakbrand geeft slechts een beperkt gevaar, omdat slechts weinig warmte-uitstraling van de brand op de omgeving plaatsvindt. De kans op het ontstaan van brand en explosie bestaat vrijwel uitsluitend in slecht geventileerde ruimten. De explosiegrenzen in de lucht zijn 15 en 29 vol.%. De minimum ontstekingstemperatuur bedraagt 630 C (in lucht en stalen vat). Terwijl de minimum ontstekingsenergie 680 mj bedraagt (dit is ca x zo groot als voor waterstof). Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen 13 Ammoniak Pagina 14/53

15 1.3.4 Chemische eigenschappen Chemische formule: NH 3 Ammoniak is een basische stof en kan zich direct met zuren verbinden, waarbij zouten worden gevormd. De ph van een 2,5%-ige oplossing is dan ook 11,5. Gevaarlijke reacties Gasvorming NH 3 reageert met stifstof-oxiden zeer heftig onder vorming van N 2,H 2 O, NH 4 NO 3 of NH 4 NO 2. Halogenen reageren reeds bij lage temperatuur met ammoniak waarbij stikstofhalogeen-verbindingen of ammonium-halogeniden worden gevormd. De oxiden en zouten van de edele metalen geven met ammoniak explosieve verbindingen. Ook kwik en halogenen kunnen met vloeibare ammoniak aanleiding geven tot brand en explosie. Corroderende werking Vochtig ammoniak geeft geen corrosie op ijzer of staal, maar reageert wel met koper, zilver, zink en veel alliages, vooral die welke koper bevatten Fysische gegevens Omschrijving Vloeistof Gas Kleur kleurloos kleurloos Reuk stekend stekend Dichtheid t.o.v. lucht - 0,60 Soortelijke Massa (-33,4 C) 0,68 - Kookpunt -33,4 C - Smeltpunt -77,7 C - Kritische temperatuur 132,4 C Kritische druk 109,3 bar Verdampingswarmte bij -33,4 C Joule/kg (326,8 kcal/kg) Verdampingswarmte bij 15 C Joule/kg (288,3 kcal/kg) Soortelijke warmte bij -33,4 C 0, Joule/kg (1,067 kcal/kg) Soortelijke warmte bij 15 C 0, Joule/kg (1,118 kcal/kg) Dampspanning Temp. in C Absolute druk in bar -74,3 0,08-68,4 0,13-57,0 0,27-45,4 0,53-33,6 1,01-18,7 1,96 4,7 4,9 25,7 9,8 35,0 12,8 50,1 19,6 66,1 29,4 78,9 39,2 89,3 49,0 98,3 58,8 Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen 13 Ammoniak Pagina 15/53

16 Oplosbaarheid in water Temp. in C massafractie ammoniak(%) 10 40, , , , ,5 Soortelijk volume Temp. in C Soortelijk vol. in liter/kg -15 1, , , , , , , , , Preventieve veiligheidsmaatregelen en -voorzieningen Instructie hoe te handelen in noodsituaties De werkvoorschriften moeten onder andere instructies bevatten ten aanzien van: de algemene veiligheidsmaatregelen; het voorkomen van lekkages; hoe te handelen bij gasalarm; hoe te handelen bij lekkage van ammoniak; hoe te handelen bij inademing van dampen of direct contact met vloeibare ammoniak; de plaats en het gebruik van apparatuur voor noodsituaties (persoonlijke beschermingsmiddelen, gereedschap voor het vinden en dichten van lekken, enz.); noodstopprocedures; rapportage van ongevallen Windzak of -vaan Op of nabij een koelinstallaties met een ammoniakinhoud van meer dan 6000 kg moet een windzak of windvaan zijn aangebracht waarmee in geval van een lekkage van ammoniak de richting kan worden bepaald waarin de vrijkomende ammoniakwolk zich zal verplaatsen Afstanden tot brandbare objecten binnen de inrichting Bij het in brand geraken van een brandbaar object in de omgeving van een ammoniakbevattende installatie, wordt aangenomen dat de maximaal toelaatbare warmtestralingsintensiteit op deze installatie 10 kw/m 2 bedraagt. Door het bevoegd gezag kunnen daartoe nadere eisen worden gesteld aan de minimum afstanden tot brandbare objecten en aan de eventuele toepassing van brandbeschermende voorzieningen. Nomogrammen voor de bepaling van deze afstanden zijn o.a. gegeven in de verschillende CPR-richtlijnen voor opslag van (licht) ontvlambare stoffen Afstand ten opzichte van de omgeving Voor de aan te houden afstanden tot gevoelige bestemmingen buiten de inrichting zij verwezen naar het VROM-beleid voor externe veiligheid zoals beschreven in de handreiking externe veiligheid voor inrichtingen, VNG uitgeverij De aan te houden afstanden zullen worden vastgelegd in een AMvB-externe veiligheid inrichtingen. Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen 13 Ammoniak Pagina 16/53

17 2. Maximaal toegestane totale hoeveelheid ammoniak in relatie tot de verblijfsruimte, de opstelling en het type koelsysteem 2.1 Algemeen Aan de toepassing van ammoniak als koudemiddel zijn gevaren verbonden. In verband hiermee worden de toe te passen hoeveelheden gelimiteerd. De maximaal toegestane hoeveelheden ammoniak onder de diverse omstandigheden worden weergegeven in het beslismodel bij par (figuur 3) Voor de bepaling van de maximale hoeveelheid ammoniak per verblijfsruimte wordt achtereenvolgens rekening gehouden met: de aard van het gebruik van een verblijfsruimte; de plaats waar de installatie staat opgesteld; de uitvoering van het koelsysteem (direct of indirect); de toegepaste veiligheidsvoorzieningen. 2.2 Classificatie van de verblijfsruimten (klasse A, B of C) Afhankelijk van de aard van het gebruik van een verblijfsruimte wordt de volgende indeling gemaakt. Tot klasse A behoren ruimten, delen van gebouwen of gebouwen waarin personen kunnen overnachten; waarin personen zijn beperkt in hun bewegingsvrijheid; waarin een ongecontroleerd aantal personen aanwezig kan zijn of waarin personen toegang hebben die niet op de hoogte zijn van de noodzakelijke veiligheidsvoorschriften. Voorbeelden: ziekenhuizen, gevangenissen, verpleeghuizen, theaters, supermarkten, scholen, hotels, woningen, restaurants, overdekte kunstijsbanen. Tot klasse B behoren ruimten, delen van gebouwen of gebouwen waarin slechts een beperkt aantal personen verzameld kan zijn, waarvan een deel op de hoogte is van de algemene veiligheidsvoorschriften van het bedrijf of de organisatie. Voorbeelden: kantoren, laboratoria, fabriekshallen, werkruimten. Tot klasse C behoren ruimten, delen van gebouwen of gebouwen waar uitsluitend geautoriseerde personen toegang hebben die op de hoogte zijn van de algemene en speciale veiligheidsmaatregelen van het bedrijf of de organisatie, waarin fabricage, verwerking of opslag van materialen of produkten plaatsvindt. Voorbeelden: fabricagebedrijven, bijvoorbeeld voor chemicaliën, voedingsmiddelen, dranken of ijs, raffinaderijen, koel- en vrieshuizen, zuivelfabrieken, slachterijen, ruimten in supermarkten waar het publiek geen toegang heeft. NB: de lijsten met voorbeelden zijn niet-limitatief. Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen 13 Ammoniak Pagina 17/53

18 Wanneer er sprake is van meer dan een mogelijkheid, dient die categorie met de meer stringente eisen te worden gekozen. 2.3 Classificatie van de opstelling (klasse a, b of c) Een installatie behoort tot klasse: a. wanneer zij staat opgesteld in een voor personen toegankelijke ruimte, niet zijnde een machinekamer als omschreven in hoofdstuk 5; b. wanneer het hoge drukgedeelte (meestal compressoren, condensors en voorraadvaten), met uitzondering van een luchtgekoelde of verdampingscondensor, staat opgesteld in een machinekamer die voldoet aan de eisen vermeld in hoofdstuk 5, of in de open lucht; c. wanneer alle ammoniakvoerende delen zijn opgesteld in een machinekamer die voldoet aan de eisen vermeld in hoofdstuk 5, of in de open lucht. 2.4 Classificatie van de koelsystemen Er kan sprake zijn van een direct of een indirect koelsysteem. Bij een direct systeem kan in geval van een lekkage ammoniak rechtstreeks in kontakt komen met het te koelen produkt, opgenomen worden in de ventilatielucht die in een ruimte wordt ingeblazen of direct uitstromen in een ruimte. Bij een indirect koelsysteem is er altijd een tussenmedium waardoor een extra barrière aanwezig is tussen de ammoniak en het produkt c.q. de lucht. De verschillende typen koelsystemen zijn aangegeven in fig.2.1 De volgende systemen worden beschouwd als direct (DS). Direct koelsysteem (figuur I) De verdamper van het koudemiddelsysteem bevindt zich in dezelfde ruimte (inclusief eventuele luchtkanalen) als de te koelen lucht of produkten. Indirect eenzijdig open systeem (figuur II) De verdamper, uitgevoerd als gesloten vloeistofkoeler, koelt een koudedrager die in direct contact wordt gebracht met de te koelen lucht of produkten. Indirect tweezijdig open systeem (Figuur III) De verdamper, uitgevoerd als dompelverdamper en geplaatst in een open vloeistofbak, koelt een koudedrager die in direct contact wordt gebracht met de te koelen lucht of produkten. De volgende systemen worden beschouwd als indirect (IS). Indirect tweezijdig gesloten systeem (figuur IV) De verdamper, uitgevoerd als gesloten vloeistofkoeler, koelt een koudedrager, die door een gesloten koeler circuleert, die in direct contact komt met de te koelen lucht of produkten. Het koudedragercircuit moet zijn uitgerust met voorzieningen ten behoeve van vloeistofexpansie en druk-ontlasting. Indirect eenzijdig gesloten systeem (figuur V) De verdamper, uitgevoerd als dompelverdamper en geplaatst in een open vloeistofbak, koelt een koudedrager die door een gesloten koeler circuleert die in direct contact komt met de te koelen lucht of produkten. Dubbel indirect koelsysteem (figuur VI) Dit systeem is gelijk aan het onder V omschreven systeem, behalve dat de gekoelde koudedrager circuleert door een warmtewisselaar die is opgesteld buiten de ruimte waar de warmte uit de te koelen lucht of produkten wordt opgenomen, waarbij in deze warmtewiselaar een tweede koudedrager wordt gekoeld die in direct contact wordt gebracht met de te koelen lucht of produkten. In het geval van een warmtepomp zijn in bovenstaande omschrijvingen de warmtestromen omgekeerd. Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen 13 Ammoniak Pagina 18/53

19 Figuur 2.1 Installatietypen 1 = gekoelde ruimte 2 = verdamper van het koudemiddelsysteem 3 = compressor en condensor 4 = expansievat 5 = regelklep Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen 13 Ammoniak Pagina 19/53

20 2.5 Minimaal vereiste veiligheidsvoorzieningen in relatie tot de hoeveelheid ammoniak In figuur 2.2 is met behulp van het beslisschema de maximaal toegestane totale hoeveelheid ammoniak per verblijfsruimte vast te stellen. In een aantal gevallen worden naast de in de paragrafen 2.2 t/m 2.4 vermelde classificatie extra eisen betreffende de uitvoeringsvorm of het maximaal toegestane aantal personen per oppervlakte van de verblijfsruimte aangegeven. De gehanteerde grenswaarden van 2,5 en 10 kg zijn geïntroduceerd in het overleg over nieuwe Europese normen voor koelsystemen in CEN commissie TC/182 en zijn opgenomen in de norm pren 378: Veiligheids- en milieu-eisen voor koelinstallaties en warmtepompen. Tevens is hieronder aangegeven welke minimale veiligheidsvoorzieningen zijn vereist, in relatie tot de totale hoeveelheid ammoniak in het koelsysteem. De functionele en uitvoeringseisen aan deze veiligheidsvoorzieningen zijn in hoofdstuk 4 en 5 beschreven. 2,5 kg. of minder per individueel koelsysteem. Drukschakelaar (bijv. pressostaat), indien het drukverhogend element (compressor) een druk kan opbouwen die de maximaal toelaatbare werkdruk overschrijdt. Meer dan 2,5 kg. maar ten hoogste 10 kg per individueel koelsysteem. Tenminste één ontlastorgaan. Handbediende inblokafsluiters. In het geval de installatie is opgesteld volgens klasse a, dient deze te zijn geplaatst in een gasbelemmerende omhulling (omkasting of speciale uitvoering van de opstellingsruimte). Mechanische ventilatie met een capaciteit overeenkomstig paragraaf 5.3, is permanent in bedrijf of wordt gestuurd door een automatisch ammoniak detectiesysteem, waarbij kan worden volstaan met minimaal twee detectoren in de omhulde ruimte. Uitstroomopening naar buiten op een hoge, veilige plaats. Meer dan 10 kg, maar ten hoogste 400 kg per individueel koelsysteem. Tenminste één ontlastorgaan. Handbediende inblokafsluiters. In het geval de installatie is opgesteld volgens klasse a, dient deze te zijn geplaatst in een gasbelemmerende omhulling (omkasting of speciale uitvoering van de opstellingsruimte). Mechanische ventilatie met een capaciteit overeenkomstig paragraaf 5.3, is permanent in bedrijf of wordt gestuurd door een automatisch ammoniak detectiesysteem, waarbij kan worden volstaan met minimaal twee detectoren in de omhulde ruimte. Uitstroomopening naar buiten op een hoge, veilige plaats. Noodstop- en alarmeringssysteem. Meer dan 400 kg per individueel koelsysteem. Tenminste één ontlastorgaan. Automatische inblokvoorzieningen. Noodstop- en alarmeringssysteem. Automatisch ammoniak detectiesysteem. NB: Een ammoniak-vernietigingsinstallatie in de uitlaat van het ventilatiesysteem van een machinekamer kan in bijzondere situaties als additionele risicobeperkende maatregel voor de externe veiligheid worden toegepast. Deze dient te voldoen aan de in paragraaf 5.4 gestelde eisen. Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen 13 Ammoniak Pagina 20/53

21 Figuur 2.2 Maximaal toegestane hoeveelheden ammoniak in verband met uitvoering, type installatie en toepassing hermetisch gesloten absorptie systemen maximaal 2,5 kg maximaal toegestane hoeveelheid ammoniak A, B, C : classificatie ruimte a, b, c : classificatie opstelling installatie D.S. en I.S. : classificatie directe en indirecte systemen A B C Geen directe systemen (D.S.) toegestaan voor klimatisering van ruimten waar mensen beperkt zijn in hun bewegingsvrijheid a en b c a b c a b c alleen hermetisch gesloten systemen D.S. I.S. D.S. I.S. minder dan 1 persoon 10 m -2 + voldoende en duidelijke vluchtwegen geen limiet aan personendichtheid D.S. I.S. geen directe verbinding met een vertrek in categorie A. Wel uitgang naar buiten geen directe verbinding tussen technische ruimte en door personen benutte ruimte toegestaan geen koudemiddel bevattende delen in ruimten waar zich meer dan 1 persoon 10 m-2 bevinden en waar zich duidelijk aangegeven vluchtwegen bevinden maximaal 0,00035 kg m-3 ruimte-inhoud maximaal 2,5 kg geen restrictie maximaal 10 kg maximaal 25 kg geen restrictie geen restrictie maximaal 50 kg maximaal 10 kg geen restrictie geen restrictie geen restrictie Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen 13 Ammoniak Pagina 21/53

22 3. Ontwerp van de koelinstallatie 3.1 Algemeen In dit hoofdstuk wordt beschreven aan welke eisen het ontwerp van de koelinstallatie dient te voldoen. Dit betreft het koeltechnisch ontwerp, de toe te passen materialen en de eisen die aan onderdelen van de installatie worden gesteld. De Europese richtlijn Drukapparatuur is door Nederland aangenomen (voor nieuwbouw). De inwerkingtreding is voorzien op 29 november Vervolgens wordt tot 29 mei 2002 een overgangstermijn van 30 maanden aangehouden waarbinnen het de fabrikant is toegestaan zich te baseren op bestaand nationaal beleid of op beleid gebaseerd op de nieuwe richtlijn. Na de laatstgenoemde datum moet de fabrikant het ontwerp en de fabricage baseren op de uitgangspunten van de richtlijn Drukapparatuur. Europese richtlijnen voor transportabele drukapparatuur zijn in voorbereiding. 3.2 Koeltechnisch ontwerp Koelinstallaties bestaan uit minimaal één kringloop waarin één of meer verschillende drukken kunnen voorkomen. In een kringloop kunnen zijn opgenomen compressoren, pompen, warmtewisselaars, vaten, appendages, regelapparatuur etc. die met elkaar verbonden zijn door leidingen. De drukken waarop de onderdelen van een kringloop (componenten en leidingen) worden berekend, vervaardigd, beproefd en afgesteld moeten eenduidig in het koeltechnisch ontwerp zijn vastgelegd door de maximaal toelaatbare werkdruk, de ontwerpdruk en de beproevingsdruk voor al deze onderdelen. De minimale werktemperatuur is bepalend voor de materiaalkeuze van de onderdelen. 3.3 Materialen Indien staalsoorten worden toegepast, moeten deze een gespecificeerde minimale waarde van de 0,2%-rekgrens hebben die kleiner is dan of gelijk is aan 355 N/mm 2.Voor installatiedelen waarvan de minimale werktemperatuur lager is dan -34 C dienen bovendien koudebestendige staalsoorten te worden toegepast, d.w.z. staalsoorten met een gegarandeerde minimale kerftaaiheid van 27 J bij -50 C. De toepassing van grijs gietijzer met koolstof in lamelvorm, is niet toegestaan. Echter, appendages, compressoren en pompen mogen zijn vervaardigd uit materialen overeenkomstig DIN Aluminium pakkingen dienen een zuiverheid van tenminste 99,5% te hebben. Koper, zilver en zink mogen niet worden toegepast. Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen 13 Ammoniak Pagina 22/53

23 Legeringen waarin een groot aandeel van deze elementen voorkomt moeten aantoonbaar bestand zijn tegen ammoniak. Iedere kans dat kwik met ammoniak in aanraking kan komen moet worden uitgesloten. Tin en lood-tin legeringen (zachtsoldeer) mogen niet worden toegepast. Glas mag worden toegepast voor: kijkglazen voor het oliepeil van carters van zuigercompressoren en voorraadreservoirs van roterende compressoren. Toegestaan is een kijkglas met een maximum oppervlakte van 3200 mm 2. Het glas dient gevat of gegoten te zijn in metaal volgens DIN uitvoering A of DIN peilglazen voor systeemdelen waarvan de procestemperatuur hoger is dan 5 C, en het peilglas aan beide zijden is aangesloten middels snelsluitafsluiters en voorzien is van zelfsluitende kogels in de beide aansluitingen. Het glas dient te zijn uitgevoerd als platglas of reflexieglas volgens DIN 8975 deel 8. Keuringsdocumenten dienen beschikbaar te zijn vóór de eerste keuring als genoemd in paragraaf 8.2. Dit dienen keuringsrapporten 3.1.B overeenkomstig EN te zijn. 3.4 Onderdelen Drukvaten Drukvaten moeten voldoen aan de eisen die hiervoor gelden in een van de lidstaten van de Europese Unie. De beoordeling van drukvaten moet worden uitgevoerd door de hiertoe in een van de lidstaten aangewezen keuringsinstantie. Stempelplaat De drukvaten moeten zijn voorzien van een stempelplaat waarop de door de keuringsinstantie vereiste gegevens zijn vermeld. Ondersteuning Ondersteuningen moeten zodanig zijn uitgevoerd dat de maximaal toelaatbare plaatselijke belasting op de wanden van het drukvat niet wordt overschreden, en een uitzetting of inkrimping van het drukvat ten gevolge van temperatuursveranderingen mogelijk is. Mangat Drukvaten behoeven niet te zijn voorzien van een mangat of inspectieopening. Echter indien geen mangat aanwezig is en het drukvat in de gebruiksfase inwendig moet worden geïnspecteerd, zal dit automatisch leiden tot afkeuren van het drukvat. Vullingsgraad en niveaumeting In een drukvat mag onder alle omstandigheden slechts ten hoogste 80% van het volume aan ammoniakvloeistof aanwezig zijn. Alle vaten met een volume van 1000 liter of meer, waarin een vloeistofniveau kan voorkomen, moeten zijn voorzien van een niveaumeting of -indicatie. Wanddikte De minimum wanddikte voor drukvaten wordt door de in een van de lidstaten van de Europese Unie geldende methode bepaald, aan de hand van de beproevingsd-ruk. De berekende wanddikte moet met een corrosietoeslag van ten minste 1,5 mm worden verhoogd, ter compensatie van uitwendige corrosie. Deze corrosietoeslag geldt ook voor de tubulures aan het drukvat. De minimale wanddikte van een drukvat moet ten minste 4 mm zijn. Indien corrosiebestendig materiaal wordt toegepast is geen corrosietoeslag vereist en is de minimale wanddikte 3 mm. De minimale diameter van aansluitingen op drukvaten (tubulures) is DN 20. Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen 13 Ammoniak Pagina 23/53

24 Corrosiebescherming Alle drukvaten van niet-corrosiebestendig materiaal, al dan niet voorzien van isolatie, moeten aan de buitenzijde van corrosiewerende verf zijn voorzien. Isolatie Indien een drukvat thermisch geïsoleerd moet worden, moet het toegepaste isolatiesysteem voldoen aan de volgende eisen: het materiaal moet onbrandbaar of brandvertragend zijn; indien de temperatuur van het buitenoppervlak van een uit niet-corrosiebestendig materiaal vervaardigd drukvat beneden het dauwpunt van de omgevende lucht kan komen, dient het isolatiesysteem dampremmend te zijn uitgevoerd. Opvangbak Vaten waarin zich meer dan 400 kg vloeibaar ammoniak kan bevinden moeten worden geplaatst in een vloeistofdichte opvangbak waarmee wordt voorkomen dat eventueel vrijkomende vloeibare ammoniak vrijelijk kan uitstromen, b.v. naar andere ruimten. De opvangbak moet een voldoende grote capaciteit hebben om de inhoud van de erin opgestelde vaten te bevatten. Bij buitenopstelling moet de opvangbak tegen inregenen zijn beschermd. Indien door werkprocedures en technische voorzieningen is gewaarborgd, dat eventueel in de opvangbak verzameld water slechts onder direct toezicht wordt afgevoerd, kan de buitenopstelling worden uitgevoerd zonder bescherming tegen inregenen. Bij opstelling in een machinekamer kan de vloer door middel van verhoogde drempels worden uitgevoerd als opvangbak. De afvoerleiding van deze opvangbak is bij normaal bedrijf gesloten Leidingen Wanddikte De toe te passen wanddikten moeten worden bepaald aan de hand van de ontwerptemperatuur en - druk volgens de Regels. De berekende wanddikte wordt vermeerderd met een corrosietoeslag van tenminste 1 mm, ter compensatie van uitwendige corrosie. Indien leidingen van corrosiebestendig materiaal worden toegepast is geen corrosietoeslag vereist. Ondersteuning Leidingen moeten op regelmatige afstanden worden ondersteund volgens onderstaande tabel. Nominale diameter DN Maximum afstand (m) , boven 351 7,5 De ondersteuningen moeten zodanig zijn uitgevoerd dat thermische expansie van de leidingen kan plaatsvinden zonder dat de ontwerpspanningen worden overschreden. Voor geisoleerde leidingen moet de constructie van de isolatie en de ondersteuning zodanig op elkaar zijn afgestemd dat het indringen van vocht (koudebruggen) wordt voorkomen. Indien isolatie wordt toegepast, moet deze onder de ondersteuning onbrandbaar zijn bepaald overeenkomstig NEN 6064 of moet deze een brandwerendheid bezitten van ten minste 60 minuten bepaald overeenkomstig NEN Kleurcodering (zie ook 4.7) Leidingen moeten worden voorzien van kleurcodering op de aanwezigheid van vloeistof, lagedruk en hogedruk gasvormig ammoniak. Aanbevolen wordt hierbij gebruik te maken van DIN Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen 13 Ammoniak Pagina 24/53

25 Speciale bepalingen Indien gevaargevende externe invloeden aanwezig kunnen zijn (mechanisch, thermisch, klimatologisch e.d.) moeten leidingen en de daarin opgenomen toebehoren hiertegen worden beschermd. Leidingen mogen niet door liftschachten worden gevoerd. Leidingen die voeren door wanden, vloeren en daken dienen ter plaatse van de doorvoer voorzien te zijn van een leidingbescherming of mof. De afdichting van doorvoeringen moet dezelfde brandwerendheid bezitten als de wand waarin deze is aangebracht: d.w.z. ten minste 60 minuten overeenkomstig NEN 6069 of de afdichting moet onbrandbaar zijn overeenkomstig NEN Corrosiebescherming Alle leidingen van niet-corrosiebestendig materiaal, al dan niet voorzien van isolatie, moeten aan de buitenzijde van corrosiewerende verf zijn voorzien. Isolatie Indien een leiding thermisch geïsoleerd moet worden, moet het toegepaste isolatiesysteem voldoen aan de volgende eisen: het materiaal moet onbrandbaar of brandvertragend zijn; indien de temperatuur van het buitenoppervlak van een uit niet-corrosiebestendig materiaal vervaardigde leiding beneden het dauwpunt van de omgevende lucht kan komen, dient het isolatiesysteem dampremmend te zijn uitgevoerd. Flexibele leidingelementen Flexibele leidingelementen (met name expansiestukken, trillingdempers, slangen) moeten zijn beschermd tegen mechanische beschadiging en dienen aantoonbaar geschikt te zijn voor toepassing met ammoniak en de optredende drukken en temperaturen. Slangen dienen niet te worden toegepast, behoudens in die gevallen waarbij volgens de stand der techniek geen alternatieven voorhanden zijn (zoals bij platenvriezers). Zij dienen éénmaal per drie maanden door de gebruiker te worden geïnspecteerd op beschadigingen, knikken en dergelijke. Hiervan dient aantekening te worden gemaakt in het logboek. Rubber slangen moeten voldoen aan de norm ISO Impulsleidingen Koudemiddel-bevattende impulsleidingen moeten zijn uitgevoerd in roestvast staal Verbindingen Lasverbindingen De uitvoering van lasverbindingen moet voldoen aan de eisen gesteld in de Regels. Flensverbindingen De aansluitingen aan de in het koelsysteem opgenomen componenten, alsmede losneembare verbindingen in het leidingwerk, moeten voorzien zijn van overschuifflenzen of voorlasflenzen met een minimum druktrap van PN 25. De toe te passen pakkingen moeten zijn vervaardigd van ammoniakbestendig materiaal. De uitvoering moet zodanig zijn dat de pakking niet kan worden uitgeblazen. Soldeerverbindingen Soldeerverbindingen moeten met ammoniakbestendig hardsoldeer worden uitgevoerd volgens NEN Zij moeten aantoonbaar bestand zijn tegen de maximaal toelaatbare werkdruk en tegen de optredende maximale temperatuurwisselingen. Klemverbindingen Overeenkomstig pren 378 (deel 2, 1986) mogen klemkoppelingen worden toegepast in vloeistofleidingen met een inwendige diameter van ten hoogste 32 mm of in dampleidingen met een inwendige diameter van ten hoogste 40 mm. Alleen roestvast stalen klemkoppelingen mogen worden toegepast die ten minste voldoen aan druktrap PN 25 en die bestand zijn tegen de maximale optredende temperatuurwisselingen. Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen 13 Ammoniak Pagina 25/53

26 Schroefdraadverbindingen In het koudemiddel-bevattende deel van de koelinstallatie mogen schroefdraadverbindingen uitsluitend worden toegepast voor de aansluiting van meet- en regelapparatuur op componenten van de koelinstallatie. Schroefdraadverbindingen moeten van een solide en beproefde constructie zijn. Een goede afdichting moet tot stand zijn gebracht met behulp van een ammoniakbestendige pakkingring of met een conische draad (NPT) Appendages Toegepast mogen worden appendages waarvan de uitvoering en de materiaalspecificatie in overeenstemming is met de DIN De verbinding van het huis met het deksel of van huisdelen onderling moet, evenals de aansluitflenzen, zodanig zijn uitgevoerd dat de pakking niet kan worden uitgeblazen. Kogelafsluiters en schuifafsluiters moeten drukontlastend naar de drukzijde zijn uitgevoerd. Afsluiters die tijdens bedrijf niet mogen worden bediend, moeten in de gewenste stand zijn geborgd. De appendages moeten door de fabrikant zijn beproefd overeenkomstig DIN Een beproevingsprotocol per type moet worden meegeleverd. Appendagehuizen met een maximaal toelaatbare werkdruk groter dan 1 bar en een produkt van deze werkdruk en inhoud groter of gelijk aan 0,6 bar.m 3 moeten voorzien zijn van een beproevingsprotocol per type, ondertekend door een hiertoe bevoegde keuringsinstantie (typekeur op basis van een ontwerpbeoordeling en steekproeftesten) Instrumentatie De koelinstallatie moet voorzien zijn van voldoende instrumentatie om een veilige bedrijfsvoering mogelijk te maken. Alle instrumentatie moet bestand zijn tegen de beproevingsdruk en de minimale werktemperatuur van het deel van de koelinstallatie waarop het is aangebracht. Ook indien de bediening van de koelinstallatie vanuit een controlekamer plaatsvindt, moet bij de compressoren een bedieningspaneel zijn aangebracht waarop naast de voor de bediening van de compressor essentiële instrumentatie ook de belangrijkste metingen aan het koelsysteem zijn af te lezen. Temperatuurmeting In het algemeen zal het niet noodzakelijk zijn dat het meetelement bij temperatuurmeting in direct contact komt met het koudemiddel. Alleen instrumenten met een gesloten insteekpijp zijn toegestaan. Niveaumeting en niveauindicatie(zie ook 3.4.1) Voor niveaumeting of -indicatie kan gebruik worden gemaakt van standpijpen of van een elektronisch signaal. Peilglazen mogen worden toegepast voor systeemdelen waarvan de procestemperatuur hoger is dan 5 C. De beide zijden van het peilglas moeten zijn aangesloten middels snelsluitafsluiters en moeten zijn voorzien van zelfsluitende kogels in de beide aansluitingen. Voor peilglazen voor het oliepeil van carters van zuigercompressoren en voorraadreservoirs van roterende compressoren zie 3.3. Drukmeting Indien de totale hoeveelheid ammoniak van de koelinstallatie groter is dan of gelijk is aan 10 kg, dienen alle compressoren voorzien te zijn van een drukmeter (bijvoorbeeld manometer) voor het meten van de hoge en de lage druk Elektrische installatie De elektrische installatie moet voldoen aan NEN 1010 en indien van toepassing aan NEN Tevens moet rekening worden gehouden met de plaatselijke voorschriften van de elektriciteits-distributiemaatschappij. Elektrische installaties die in noodgevallen moeten blijven functioneren, moeten gevoed worden uit een stroomvoorziening die onafhankelijk is van de hoofdstroomvoorziening. Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen 13 Ammoniak Pagina 26/53

CHECKLIST CPR 13-2 Ammoniak derde druk 1999

CHECKLIST CPR 13-2 Ammoniak derde druk 1999 CHECKLIST CPR 13-2 Ammoniak derde druk 1999 Naam bedrijf: Datum controle: Controle door: 1 Ontwerp van de koelinstallatie, algemene voorschriften - Directe systemen zijn niet toegestaan voor gebruik in

Nadere informatie

CHECKLIST AMMONIAKKOELINSTALLATIES. Begrippen

CHECKLIST AMMONIAKKOELINSTALLATIES. Begrippen CHECKLIST AMMONIAKKOELINSTALLATIES Begrippen Handhavingskleurspoor Grijs: Milieuvergunning Handhavingskleurspoor Rood: RO = Ruimtelijke ordening Bouw is gerelateerd aan de Bouwvergunning (BWT) Gebruik

Nadere informatie

Vierde Tranche Activiteitenbesluit Veiligheid Koelinstallaties. Gerard Pouw (RWS/InfoMil) Coen van de Sande (NVKL) Stephan Nieuwenburg (OZHZ)

Vierde Tranche Activiteitenbesluit Veiligheid Koelinstallaties. Gerard Pouw (RWS/InfoMil) Coen van de Sande (NVKL) Stephan Nieuwenburg (OZHZ) Vierde Tranche Activiteitenbesluit Veiligheid Koelinstallaties Gerard Pouw (RWS/InfoMil) Coen van de Sande (NVKL) Stephan Nieuwenburg (OZHZ) Overzicht presentatie Achtergrond Belangrijkste wijzigingen

Nadere informatie

Veiligheidsaspecten met betrekking tot natuurlijke koudemiddelen.

Veiligheidsaspecten met betrekking tot natuurlijke koudemiddelen. Toepassing van natuurlijke koudemiddelen in koelinstallaties, airconditioners en warmtepompen Veiligheidsaspecten met betrekking tot natuurlijke koudemiddelen. Nederlandse praktijkrichtlijn (NPR-7600)

Nadere informatie

Voorbeeld. Ammoniak als koudemiddel in koelinstallaties en warmtepompen. Preview PUBLICATIEREEKS GEVAARLIJKE STOFFEN

Voorbeeld. Ammoniak als koudemiddel in koelinstallaties en warmtepompen. Preview PUBLICATIEREEKS GEVAARLIJKE STOFFEN 13 Dit document mag slechts op een stand-alone PC worden geinstalleerd. Gebruik op een netwerk is alleen. toestaan als een aanvullende licentieovereenkomst voor netwerkgebruik met NEN is afgesloten. This

Nadere informatie

Methoden voor het bepalen van mogelijke schade Aan mensen en goederen door het vrijkomen van gevaarlijke stoffen

Methoden voor het bepalen van mogelijke schade Aan mensen en goederen door het vrijkomen van gevaarlijke stoffen Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen 1 Methoden voor het bepalen van mogelijke schade Aan mensen en goederen door het vrijkomen van gevaarlijke stoffen Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen 1 Methoden voor

Nadere informatie

Ammoniak als koudemiddel in koelinstallaties en warmtepompen

Ammoniak als koudemiddel in koelinstallaties en warmtepompen 13 Ammoniak als koudemiddel in koelinstallaties en warmtepompen PUBLICATIEREEKS GEVAARLIJKE STOFFEN Ammoniak als koudemiddel in koelinstallaties en warmtepompen Richtlijn voor de brandveilige, arbeidsveilige

Nadere informatie

Ministerie van VROM > staat voor ruimte, wonen, milieu en rijksgebouwen. Beleid maken, uitvoeren en handhaven. Nederland is klein. Denk groot.

Ministerie van VROM > staat voor ruimte, wonen, milieu en rijksgebouwen. Beleid maken, uitvoeren en handhaven. Nederland is klein. Denk groot. Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen 12 Ammoniak Opslag en verlading Ministerie van VROM > staat voor ruimte, wonen, milieu en rijksgebouwen. Beleid maken, uitvoeren en handhaven. Nederland is klein. Denk

Nadere informatie

Bevi toets koelinstallatie Bevi toets koelinstallatie lijn 3

Bevi toets koelinstallatie Bevi toets koelinstallatie lijn 3 Bevi toets koelinstallatie Bevi toets koelinstallatie lijn 3 Aviko Lomm 8 juli 2016 Project Bevi toets koelinstallatie Document Bevi toets koelinstallatie lijn 3 Status Definitief Datum 8 juli 2016 LOMM1-1/16-012.098

Nadere informatie

Services are provided by members of the Lloyd s Register Group Lloyd s Register, Lloyd s Register EMEA and Lloyd s Register Asia are exempt charities

Services are provided by members of the Lloyd s Register Group Lloyd s Register, Lloyd s Register EMEA and Lloyd s Register Asia are exempt charities Services are provided by members of the Lloyd s Register Group Lloyd s Register, Lloyd s Register EMEA and Lloyd s Register Asia are exempt charities under the UK Charities Act 1993. Richtlijn Drukapparatuur

Nadere informatie

GASTEC QA Keuringseis 191 Maximum debiet beveiligingskleppen

GASTEC QA Keuringseis 191 Maximum debiet beveiligingskleppen Januari 2001 GASTEC QA Keuringseis 191 Maximum debiet beveiligingskleppen COLOFON GASTEC NV, Centrum voor Gastechnologie, werkt voor energiebedrijven, fabrikanten en andere opdrachtgevers met behoefte

Nadere informatie

Regeling Lekdichtheidsvoorschriften Koelinstallaties 1997

Regeling Lekdichtheidsvoorschriften Koelinstallaties 1997 Regeling Lekdichtheidsvoorschriften Koelinstallaties 1997 Herziening 1999 Tekst van de Regeling lekdichtheidsvoorschriften koelinstallaties 1997 (Regeling van 18 juni 1997, Stcrt. 122, die op 3 juli 1997

Nadere informatie

*** VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD ***

*** VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD *** *** VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD *** 1. IDENTIFICATIE VAN DE STOF OF HET PREPARAAT EN VAN DE VENNOOTSCHAP/ONDERNEMING PRODUCT BENAMING COOL-BIND 1300 AANBEVOLEN TOEPASSINGEN LEVERANCIER Lijm Van Asperen Kleefstoffen

Nadere informatie

VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD Pagina 1

VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD Pagina 1 Pagina 1 1. Identificatie van de stof of het preparaat en van de vennootschap / onderneming Productbenaming: Plasticrète deel A : P- Cast A02 Gebruik: Diverse industriële toepassingen. Verantwoordelijke

Nadere informatie

Verantwoording groepsrisico bestemmingsplan: Burgemeester Manderslaan 8 in Zundert

Verantwoording groepsrisico bestemmingsplan: Burgemeester Manderslaan 8 in Zundert Inleiding: Het bestemmingsplan "Burgemeester Manderslaan 8 te Zundert" betreft het voornemen om 23 woningen te projecteren op de voormalige gemeentewerf, c.q. milieustraat van de gemeente Zundert. De woningen

Nadere informatie

Koelinstallaties. Wat moet ik weten als gebruiker?

Koelinstallaties. Wat moet ik weten als gebruiker? Koelinstallaties Wat moet ik weten als gebruiker? 2 Koelinstallaties, wat moet ik weten als gebruiker? 1 Informatie voor de gebruikers van koel- en vriesinstallaties Gebruikt u binnen uw organisatie een

Nadere informatie

WET MILIEUBEHEER BESCHIKKING

WET MILIEUBEHEER BESCHIKKING WET MILIEUBEHEER BESCHIKKING Gegevens aanvrager Naam aanvrager : De heer Van Manen namens Kloosterboer Elst Bv Adres : Handelsweg 5 Postcode en plaats : 6662 NH ELST Gegevens inrichting Naam inrichting

Nadere informatie

Gereedschap voor autogeen lassen en Branden

Gereedschap voor autogeen lassen en Branden Gereedschap voor autogeen lassen en Branden Bij autogene processen worden branders gebruikt voor lassen en onder meer ook voor snijden, solderen, richten, strekken, gutsen, vlamstralen en heetstoken. Deze

Nadere informatie

Intitulé : LANDSBESLUIT, houdende algemene maatregelen, ter uitvoering van artikel 2, eerste lid, van de Veiligheidsverordening (AB 1990 no.

Intitulé : LANDSBESLUIT, houdende algemene maatregelen, ter uitvoering van artikel 2, eerste lid, van de Veiligheidsverordening (AB 1990 no. Intitulé : LANDSBESLUIT, houdende algemene maatregelen, ter uitvoering van artikel 2, eerste lid, van de Veiligheidsverordening (AB 1990 no. GT 31) Citeertitel: Veiligheidsbesluit gasreservoirs en gasinstallaties

Nadere informatie

WATERWERKBLAD. DRUKVERHOGINGINSTALLATIES Algemeen

WATERWERKBLAD. DRUKVERHOGINGINSTALLATIES Algemeen WATERWERKBLAD DRUKVERHOGINGINSTALLATIES Algemeen WB 4.3 DATUM: JUNI 2004 Auteursrechten voorbehouden Dit Werkblad heeft betrekking op de hierna aangegeven typen drukverhoginginstallaties. Het is niet van

Nadere informatie

Handleiding rookgascondensor INHOUDSOPGAVE: WERKING. 1.1 Algemeen 1.2 Werking INSTALLATIE

Handleiding rookgascondensor INHOUDSOPGAVE: WERKING. 1.1 Algemeen 1.2 Werking INSTALLATIE Handleiding rookgascondensor INHOUDSOPGAVE: WERKING 1.1 Algemeen 1.2 Werking INSTALLATIE 2.1 Aflevering 2.2 Voorschriften 2.3 Opstelling 2.4 Montage beveiligingen 2.5 Montage rookgasafvoer 2.6 Montage

Nadere informatie

giftig doelorgaan - toxisch acuut toxisch

giftig doelorgaan - toxisch acuut toxisch Algemene gegevens CAS nr: 50-00-0 EU-etikettering: R-zinnen: 23/24/25-34-40-43 S-zinnen: (1/2)-26-36/37/39-45-51 giftig CLP(EU-GHS): Signaalwoord: GEVAAR H: 351-331-311-301-314-335-317 acuut toxisch doelorgaan

Nadere informatie

VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD Op basis van richtlijn 91/155/EEG van de Commissie der Europese Gemeenschappen

VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD Op basis van richtlijn 91/155/EEG van de Commissie der Europese Gemeenschappen 1.Identificatie van de stof of het preparaat en van de firma 1.1 Identificatie van de stof of het preparaat: Synoniemen: R 134 a UN :3159 No CAS : 000811-97-2 No index CE S.O. Code NFPA 1-0-1 No EINECS

Nadere informatie

Samengeperst gas, n.e.g. 70% stikstof, 30% kooldioxide UN-nummer: 1956 Opslagmethode: omgevingstemperatuur en hoge druk (> 150 bar)

Samengeperst gas, n.e.g. 70% stikstof, 30% kooldioxide UN-nummer: 1956 Opslagmethode: omgevingstemperatuur en hoge druk (> 150 bar) 1. INDICATIE VAN HET PRODUCT EN VAN HET BEDRIJF Omschrijving van het product Handelsnaam: Foodmix Naam: Samengeperst gas, n.e.g. 70% stikstof, 30% kooldioxide UN-nummer: 1956 Opslagmethode: omgevingstemperatuur

Nadere informatie

14/12/2015. Wegwijs in de koeltechniek voor de niet koeltechnieker. Auteur: Rudy Beulens

14/12/2015. Wegwijs in de koeltechniek voor de niet koeltechnieker. Auteur: Rudy Beulens Wegwijs in de koeltechniek voor de niet koeltechnieker Auteur: Rudy Beulens E-mail: rudy.beulens@sbmopleidingen.be 1 Wat is koeltechniek Is een verzameling van technische oplossingen Bedoeld om ruimten,

Nadere informatie

Klasse 8: Bijtende stoffen

Klasse 8: Bijtende stoffen Klasse 8: Bijtende stoffen De bijtende stoffen (zuren en basen) kunnen afhankelijk van hun oorsprong (organisch of anorganisch) worden onderverdeeld in de volgende groepen: - anorganische zuren, zoals

Nadere informatie

Gebruikershandleiding Techneco Blomberg warmtepompboiler. Typen: BL 160 BL 200 BL 250 BL 300 E,V,W

Gebruikershandleiding Techneco Blomberg warmtepompboiler. Typen: BL 160 BL 200 BL 250 BL 300 E,V,W Gebruikershandleiding Techneco Blomberg warmtepompboiler Typen: BL 160 BL 200 BL 250 BL 300 E,V,W Voorwoord Geachte klant, Met de Techneco warmtepompboiler heeft u een apparaat aangeschaft, waarmee u de

Nadere informatie

VOORSCHRIFTEN. behorende bij de veranderingsvergunning Wm

VOORSCHRIFTEN. behorende bij de veranderingsvergunning Wm VOORSCHRIFTEN behorende bij de veranderingsvergunning Wm betreffende het voornemen tot het reinigen van afvalwater van derden in de bestaande Biologische Voorzuivering Installatie (BVZI) Attero Noord BV

Nadere informatie

paragraaf 7 van de bij deze regeling behorende bijlage. toepassing indien veranderingen

paragraaf 7 van de bij deze regeling behorende bijlage. toepassing indien veranderingen Regeling lekdichtheidsvoorschriften koelinstallaties 1997 VROM 18 juni 1997/Nr. MJZ97110233 Hoofddirectie Ketenbeheer en Milieuzorg Directie Industrie- en Consumentenbeleid Afdeling Produkten en Consumenten

Nadere informatie

Voorbeeld. Vloeibare aardolieproducten, buitenopslag in kleine installaties. Preview GEVAARLIJKE STOFFEN PUBLICATIEREEKS

Voorbeeld. Vloeibare aardolieproducten, buitenopslag in kleine installaties. Preview GEVAARLIJKE STOFFEN PUBLICATIEREEKS 30 Dit document mag slechts op een stand-alone PC worden geinstalleerd. Gebruik op een netwerk is alleen. toestaan als een aanvullende licentieovereenkomst voor netwerkgebruik met NEN is afgesloten. This

Nadere informatie

Voorbeeld. Propaan, vulstations van butaan- en propaanflessen. Preview GEVAARLIJKE STOFFEN PUBLICATIEREEKS

Voorbeeld. Propaan, vulstations van butaan- en propaanflessen. Preview GEVAARLIJKE STOFFEN PUBLICATIEREEKS 23 Dit document mag slechts op een stand-alone PC worden geinstalleerd. Gebruik op een netwerk is alleen. toestaan als een aanvullende licentieovereenkomst voor netwerkgebruik met NEN is afgesloten. This

Nadere informatie

2 SAMENSTELLING Stof Gew.percentage Cas-nummer Eeg-nummer Hydrochinon (Xn; R20/22)

2 SAMENSTELLING Stof Gew.percentage Cas-nummer Eeg-nummer Hydrochinon (Xn; R20/22) Page1 developer 1 IDENTIFICATIE VAN HET PRODUCT Product/Handelsnaam : Velopex Gebruiksklare Ontwikkelaar Type product : Ontwikkelaar voor röntgenfoto s Bedrijf : Medivance Instruments Unlimited Adres :

Nadere informatie

Toetsing externe veiligheid ontwikkeling hotel en sauna/welness nabij IJsbaan de Meent

Toetsing externe veiligheid ontwikkeling hotel en sauna/welness nabij IJsbaan de Meent Toetsing externe veiligheid ontwikkeling hotel en sauna/welness nabij IJsbaan de Meent Aan : mevrouw mr.l.f. de Boer, Gemeente Alkmaar Opgesteld door : D.P. Barten, Prevent Adviesgroep B.V. Datum : 8 november

Nadere informatie

DR-KTA-X. Deelreglement Koeltechniek Algemeen (KTA)

DR-KTA-X. Deelreglement Koeltechniek Algemeen (KTA) DR-KTA-X Deelreglement Koeltechniek Algemeen (KTA) Uitgave: juli 2006 DR-KTA-X 2 1 Algemeen Naam : Elsevier Opleidingen Adres : Zwijndrecht Aard : Deeltijd, mondeling onderwijs Naast dit reglement is het

Nadere informatie

Basismechanica SOLDEREN GRIZLI777. 2012-2013 Tim Fack

Basismechanica SOLDEREN GRIZLI777. 2012-2013 Tim Fack Basismechanica GRIZLI777 SOLDEREN 2012-2013 Tim Fack Solderen Inhoud 1. Inleiding pagina 2 2. Capillaire werking pagina 3 3. Soldeertoestellen pagina 4 4. Zachtsolderen pagina 5 5. Hardsolderen pagina

Nadere informatie

CONCEPT WATERWERKBLAD UITVOERING PERSPROEF DATUM: OKT 2014

CONCEPT WATERWERKBLAD UITVOERING PERSPROEF DATUM: OKT 2014 Herziening van juni 2004 CONCEPT WATERWERKBLAD WB 2.3 UITVOERING PERSPROEF DATUM: OKT 2014 Auteursrechten voorbehouden Met betrekking tot de persproef is in artikel 2.3 van NEN 1006 (AVWI-2014) het volgende

Nadere informatie

VEILIGHEIDSMAATREGELEN BIJ HET 1431 SCHILDEREN IN BESLOTEN RUIMTEN 1 januari 1995

VEILIGHEIDSMAATREGELEN BIJ HET 1431 SCHILDEREN IN BESLOTEN RUIMTEN 1 januari 1995 SCHILDEREN IN BESLOTEN RUIMTEN 1 Bij het toepassen van verven met ontvlambare oplos- en verdunningsmiddelen in besloten ruimten, zijn er twee risico's waartegen de nodige voorzorgsmaatregelen moeten worden

Nadere informatie

Warmte in de koudetechniek, een hot item

Warmte in de koudetechniek, een hot item Wijbenga info sheet 5: Warmte in de koudetechniek, een hot item In het ontwerp van een koelinstallatie wordt steeds meer aandacht besteed aan het energieverbruik. Dit kan bereikt worden door een zo hoog

Nadere informatie

Kunststof Warmtewisselaars WWW.POLYCOIL.EU

Kunststof Warmtewisselaars WWW.POLYCOIL.EU Kunststof Warmtewisselaars WWW.POLYCOIL.EU 1 PolyCoil warmtewisselaars De Polycoil warmtewisselaar is een revolutionaire kunststof warmtewisselaar welke is ontwikkeld na jaren van onderzoek door Cesaroni

Nadere informatie

Basiskennis en Basisvaardigheden II (245)

Basiskennis en Basisvaardigheden II (245) ASISKENNIS EN ASISVAARDIGHEDEN II 245 asiskennis en asisvaardigheden II (245) SCHEIKUNDE 245.01 De kandidaat kan de belangrijkste scheikundige en natuurkundige verschijnselen onderscheiden. 245.02 De kan

Nadere informatie

Toolbox-meeting Gevaarlijke stoffen

Toolbox-meeting Gevaarlijke stoffen Toolbox-meeting Gevaarlijke stoffen Unica installatietechniek B.V. Schrevenweg 2 8024 HA Zwolle Tel. 038 4560456 Fax 038 4560404 Inleiding In het dagelijks leven kunnen we niet meer zonder chemische stoffen.

Nadere informatie

APPENDAGES. Safety Valves. - ½ x ½. Safety by PenTec APPENDAGES

APPENDAGES. Safety Valves. - ½ x ½. Safety by PenTec APPENDAGES Safety Valves - ½ x ½ Safety by PenTec APPENDAGES APPENDAGES DUCO VeiligheidsVentielen en DUCOBoilerventielen Toepassing DUCO Veiligheidsventielen en DUCO Boilerventielen worden toegepast voor de beveiliging

Nadere informatie

Aluchemie Rotterdam. Module Besloten ruimten. Jacques van Es / Leo van der Elst 17 april 2013

Aluchemie Rotterdam. Module Besloten ruimten. Jacques van Es / Leo van der Elst 17 april 2013 Aluchemie Rotterdam Module Besloten ruimten Jacques van Es / Leo van der Elst 17 april 2013 1 2 Een besloten ruimte is: Iedere ruimte die, onder normale omstandigheden, (grotendeels) van de omgeving is

Nadere informatie

DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID. Mede namens de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer;

DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID. Mede namens de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer; MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI/UJB/BES No. 2003/94538 DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Mede namens de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening

Nadere informatie

AANPASSINGEN / TOEVOEGINGEN VOOR HANDBOEK HOGE DRUK 7 E DRUK, JULI 2008

AANPASSINGEN / TOEVOEGINGEN VOOR HANDBOEK HOGE DRUK 7 E DRUK, JULI 2008 Algemeen In het gehele handboek is het woord spuitkop vervangen door nozzle of is verwijderd. De definitie van een nozzle is aangepast. Zie hiervoor onderstaande aanpassingen. Een opsomming van de pagina

Nadere informatie

HANDLEIDING. Sesame. Thermoplastic Tank Technologies

HANDLEIDING. Sesame. Thermoplastic Tank Technologies HANDLEIDING Sesame Thermoplastic Tank Technologies INSTALLATIE- EN GEBRUIKSAANWIJZING INHOUD 1. ALGEMEEN 3 2. BELANGRIJK 3 3. INSTALLATIE EXPANSIEVAT 4 4. GEBRUIK EXPANSIEVAT 5 5. VERVANGEN LUCHTCEL 5

Nadere informatie

Markt oplossingen met decentrale koelinstallaties Chris van der Lande Uniechemie BV Apeldoorn

Markt oplossingen met decentrale koelinstallaties Chris van der Lande Uniechemie BV Apeldoorn Markt oplossingen met decentrale koelinstallaties Chris van der Lande Uniechemie BV Apeldoorn Kenmerken Centraal Koeler per cel >compressorset centraal in machinekamer >condensor extern Vertakt stelsel

Nadere informatie

EXPLOSIEVEILIGHEIDSDOCUMENT Beoordeling van explosiegevaren door stof van installaties en arbeidsplaatsen

EXPLOSIEVEILIGHEIDSDOCUMENT Beoordeling van explosiegevaren door stof van installaties en arbeidsplaatsen Installatie: Arbeidsplaats: Beschrijving van de installatie en arbeidsplaats Verantwoordelijke: (1) Brandbare Stoffen (2) Gegevens van de meest kritische stof Ontstekingstemperatuur: Ontstekingsenergie:

Nadere informatie

: EuroSept Max XL-Wipes Refill12

: EuroSept Max XL-Wipes Refill12 1. IDENTIFICATIE VAN DE STOF OF HET PREPARAAT EN VAN DE VENNOOTSCHAP/ONDERNEMING productinformatie Handelsnaam Fabrikant/ Leverancier : : Henry Schein Medcare House Centurion Close Gillingham Business

Nadere informatie

VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD Print datum 04-04-2008 10.150.00 - Brake Cleaner AL 1 Van 6

VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD Print datum 04-04-2008 10.150.00 - Brake Cleaner AL 1 Van 6 Print datum 04-04-2008 10.150.00 - Brake Cleaner AL 1 Van 6 A.P. Logistics Labradordreef 6 3565 AN Utrecht 1. IDENTIFICATIE VAN DE STOF OF HET PREPARAAT EN VAN DE ONDERNEMING 01. Productcode en naam 10.150.00

Nadere informatie

Niet condenseerbare gassen

Niet condenseerbare gassen Wijbenga info sheet 4: Niet condenseerbare gassen Dit artikel zal dieper ingaan op de negatieve gevolgen van niet condenseerbare gassen in de koelinstallatie, hoe ze er in kunnen komen en het belangrijkst,

Nadere informatie

Tabel 1 Aanbevolen procedure voor vacumeren

Tabel 1 Aanbevolen procedure voor vacumeren Wijbenga info sheet 12: Vacumeren Inleiding Deze keer geen luchtig onderwerp. Na de bouw van een koelinstallatie zal deze in bedrijf genomen moeten worden. Deze inbedrijfstelling bestaat uit een aantal

Nadere informatie

1. IDENTIFICATIE VAN DE STOF OF HET PREPARAAT EN VAN DE ONDERNEMING

1. IDENTIFICATIE VAN DE STOF OF HET PREPARAAT EN VAN DE ONDERNEMING 1. IDENTIFICATIE VAN DE STOF OF HET PREPARAAT EN VAN DE ONDERNEMING Productinformatie Handelsnaam : Fabrikant/Leverancier : Schülke & Mayr Benelux b.v. Prins Bernardlaan 2 c 2032 HA Haarlem Nederland Telefoon:

Nadere informatie

KEURMERK VEILIGE BOTENSTALLING SCHOUWINGRAPPORT

KEURMERK VEILIGE BOTENSTALLING SCHOUWINGRAPPORT Stichting VbV Postbus 21, 7300 AA, APELDOORN +31 55-527 05 05 FA: +31 55-522 67 66 Schouwinggegevens VbV referentie: KVB KEURMERK VEILIGE BOTENSTALLING SCHOUWINGRAPPORT Bedrijfsnaam: Aantal loodsen: Naam

Nadere informatie

Metatechnisch Evaluatiesysteem

Metatechnisch Evaluatiesysteem Metatechnisch Evaluatiesysteem Versie 3 Beheersdomein Procesinstallaties Inspectie-instrument Procesveiligheidsdocumentatie Testversie 29/02/2008 CRC/SIT/010-N Werkversie Belgische Seveso-inspectiediensten

Nadere informatie

Veiligheidskasten. De specialisten - Speciale kasten in detail

Veiligheidskasten. De specialisten - Speciale kasten in detail Veiligheidskasten De specialisten - Speciale kasten in detail De enkelwandige opslagkasten voor gevaarlijke stoffen bieden, aangepast aan de behoefte, een veilige opslag in de werkruimte volgens de voorschriften.

Nadere informatie

Natuurlijk anders keuren?

Natuurlijk anders keuren? Natuurlijk anders keuren? Workshop 13 juni 2017 PED-select.NL 1 Introductie Reind Westerveld Functie: Senior adviseur en inspecteur Sinds 2002 werkzaam bij Energie Consult Holland BV Werkzaamheden: Advies

Nadere informatie

Wat is een explosie? Een explosie is een zeer snel verlopende brand met een vrijkomende (verwoestende) drukgolf.

Wat is een explosie? Een explosie is een zeer snel verlopende brand met een vrijkomende (verwoestende) drukgolf. Toolbox: Brand en Explosie Het doel van een toolboxmeeting is om de aandacht en motivatie voor veiligheid en gezondheid binnen het bedrijf te verbeteren. Wat is brand? Brand is een chemische reactie van

Nadere informatie

Datasheet 1/2002 Optigas -gasappendages

Datasheet 1/2002 Optigas -gasappendages atasheet 1/2002 Optigas -gasappendages Toepassingsgebied: In het gasappendageprogramma Optigas van Oventrop zijn appendages opgenomen voor een veilige distributie en aanvoer van gas naar de huisaansluiting

Nadere informatie

Toolbox-meeting Besloten ruimten

Toolbox-meeting Besloten ruimten Toolbox-meeting Besloten ruimten Unica installatietechniek B.V. Schrevenweg 2 8024 HA Zwolle Tel. 038 4560456 Fax 038 4560404 Inleiding Ruimten zoals tanks, ketels, riolen, kruipruimten en leidingkelders

Nadere informatie

Voorkom kosten en risico s door juiste gaszonering. Paul van Norden Kiwa Gas Technology 30 juni 2010

Voorkom kosten en risico s door juiste gaszonering. Paul van Norden Kiwa Gas Technology 30 juni 2010 Voorkom kosten en risico s door juiste gaszonering Paul van Norden Kiwa Gas Technology 30 juni 2010 KIWA Veiligheid & Risicomanagement INHOUD De risico s die bedrijven nog steeds nemen. Zoneren: jongleren

Nadere informatie

Leidingreparatie en -onderhoud

Leidingreparatie en -onderhoud Leidingreparatie en -onderhoud Uitgebreide keuze bij één leverancier. Uniek duurzaam ontwerp. Betrouwbare prestaties en snel. Type Aantal modellen Pagina Druktestpompen 2 9.2 Pijpbevriezers 2 9.3 Ontkalkingspompen

Nadere informatie

Klimaatbeheersing (2)

Klimaatbeheersing (2) Klimaatbeheersing (2) E. Gernaat (ISBN 978-90-808907-6-3) Uitgave 2016 1 Natuurkundige begrippen 1.1 Warmte () Warmte is een vorm van energie welke tussen twee lichamen met een verschillende temperatuur

Nadere informatie

... V O O R S C H R I F T E N I N H O U D BEGRIPPEN...2

... V O O R S C H R I F T E N I N H O U D BEGRIPPEN...2 BIJLAGE 1 Gewaarmerkte voorschriften omgevingsvergunning (Milieu) Behoort bij de beschikking van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Steenbergen van: CZAV, Havenweg 67-69 te Dinteloord.

Nadere informatie

Klimaatbeheersing (2)

Klimaatbeheersing (2) Klimaatbeheersing (2) E. Gernaat (ISBN 978-90-808907-6-3) 1 Natuurkundige begrippen 1.1 Warmte () Warmte is een vorm van energie welke tussen twee lichamen met een verschillende temperatuur kan worden

Nadere informatie

W.H.B.: ARBO. 1. Identificatie. 2. Samenstelling. 3. Risico/identificatie. 4. Eerste-hulp-maatregelen. File: Magkal Pagina: 1 van 5

W.H.B.: ARBO. 1. Identificatie. 2. Samenstelling. 3. Risico/identificatie. 4. Eerste-hulp-maatregelen. File: Magkal Pagina: 1 van 5 Pagina: 1 van 5 1. Identificatie Handelsnaam: Magkal Leverancier: Vitasol B.V. Cruquiusdijk 68B 2142 ES Cruquius T 023-558 31 45 F 023-558 32 18 E info@vitasol.nl Informatie in noodgevallen : 023-558 31

Nadere informatie

RISICOZINNEN (R-ZINNEN)

RISICOZINNEN (R-ZINNEN) RISICOZINNEN (R-ZINNEN) R-code R-zin 1 In droge toestand ontplofbaar. 2 Ontploffingsgevaar door schok, wrijving, vuur of andere ontstekingsoorzaken. 3 Ernstig ontploffingsgevaar door schok, wrijving, vuur

Nadere informatie

Vrijwel de gehele wereldproduktie van ammoniak vindt plaats door een katalytische reactie van water met stikstof onder hoge druk: N 2 + 3H 2 2NH 3

Vrijwel de gehele wereldproduktie van ammoniak vindt plaats door een katalytische reactie van water met stikstof onder hoge druk: N 2 + 3H 2 2NH 3 Ammoniak 042 1 Ammoniak Inleiding Ammoniak is bij kamertemperatuur en atmosferische druk een kleurloos giftig gas met een sterk prikkelende en penetrante geur, die zeer karakteristiek is. Het wordt in

Nadere informatie

Eind- en toetstermen Chemisch Technisch Operator (CTO)

Eind- en toetstermen Chemisch Technisch Operator (CTO) Eind- en toetstermen Chemisch Technisch Operator (CTO) Taxonomie: K = Kennis B = Begrip (incl. Kennis) T = Toepassen (incl. Kennis en Begrip) De Chemisch Technisch Operator (CTO) dient de volgende eind-

Nadere informatie

Naam van het chemische produkt : Ammoniumnitraat-ureumoplossing. Naam van leverancier : Breustedt Chemie B.V.

Naam van het chemische produkt : Ammoniumnitraat-ureumoplossing. Naam van leverancier : Breustedt Chemie B.V. Publikatiedatum: 01/07/1997 Blz. 1 van 7 1. IDENTIFICATIE Naam van het chemische produkt : Ammoniumnitraat-ureumoplossing Triviale chemische naam : Synoniemen : Urean Chemische formule : NH 4 NO 3 en NH

Nadere informatie

VIESMANN. Bedieningshandleiding VITOSOL. voor de gebruiker van de installatie NL 3/2009 Bewaren a.u.b.!

VIESMANN. Bedieningshandleiding VITOSOL. voor de gebruiker van de installatie NL 3/2009 Bewaren a.u.b.! Bedieningshandleiding voor de gebruiker van de installatie VIESMANN VITOSOL 3/2009 Bewaren a.u.b.! Veiligheidsvoorschriften Voor uw veiligheid Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming

Nadere informatie

JALOUZIËN. Bedienings- en montagehandleiding

JALOUZIËN. Bedienings- en montagehandleiding Bedienings- en montagehandleiding Woord vooraf Deze handleiding geeft inzicht in de werking, de montage en het onderhoud van de door Geha bv geleverde apparaten. U dient zich tijdens plaatsing en montage

Nadere informatie

licht ontvlambaar licht ontvlambaar

licht ontvlambaar licht ontvlambaar Tipkaart 22.5 1,2-dichloorethaan (C2H4Cl2) Algemene gegevens CAS nr: 107-06-2 EU-etikettering: R-zinnen: 45-11-22-36/37/38 S-zinnen: : 53-45 licht ontvlambaar zeer giftig CLP(EU-GHS): Signaalwoord: GEVAAR

Nadere informatie

ZETTEX CLEANING WIPES

ZETTEX CLEANING WIPES Herzieningsdatum: 01.06.2015 Herziening: - Vervangt datum: - 1. IDENTIFICATIE VAN DE STOF OF HET MENGSEL EN VAN DE VENNOOTSCHAP/ONDERNEMING Productnaam: Fabrikant Zettex Europe BV Plaza 20 4782 SK Moerdijk

Nadere informatie

BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND Middelburg, 3 mei 2006 Nummer: RMW0605090 Afdeling: Milieuhygiëne BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND Arrow Terminals B.V. is in bezit van een aantal vergunningen ingevolge de Wet milieubeheer.

Nadere informatie

Stappenplan PGS 15: Richtlijn voor opslag verpakte gevaarlijke stoffen

Stappenplan PGS 15: Richtlijn voor opslag verpakte gevaarlijke stoffen Stappenplan PGS 15: Richtlijn voor opslag verpakte gevaarlijke stoffen Hieronder treft u een stappenplan aan waarmee u zelf aan de slag kunt gaan om te bepalen of u onder de werkingssfeer van de nieuwe

Nadere informatie

Doorstroomafsluiter met buitendraad, PN 16

Doorstroomafsluiter met buitendraad, PN 16 36 Doorstroomafsluiter met buitendraad, PN 6 VVG... Armatuur brons CC9K (Rg5) DN 5...DN 0 k vs 5...25 m 3 /h Vlak afdichtende buitendraadaansluiting G B volgens ISO 228/ Koppelingsets ALG 2 met draadaansluiting

Nadere informatie

Gesoldeerde Platenwarmtewisselaars

Gesoldeerde Platenwarmtewisselaars Gesoldeerde Platenwarmtewisselaars Algemene Documentatie L-Line gesoldeerde platenwarmtewisselaars Constructie Gesoldeerde platenwarmtewisselaars zijn pure tegenstroom warmtewisselaars. De gesoldeerde

Nadere informatie

Informatieblad voor het gebruik van gasflessen en toebehoren

Informatieblad voor het gebruik van gasflessen en toebehoren Informatieblad voor het gebruik van gasflessen en toebehoren Hallo, mag ik mij even voorstellen? Sinds jaar en dag maak ik deel uit van jullie gezin en toch schijnen sommigen me nog niet goed te kennen.

Nadere informatie

BAKKER-HAVU B.V. Storm van s-gravensandeweg JL WASSENAAR - tel Samenstelling/informatie over de bestanddelen

BAKKER-HAVU B.V. Storm van s-gravensandeweg JL WASSENAAR - tel Samenstelling/informatie over de bestanddelen 1. Identificatie van het product Toepassing Leverancier : bleek : bleekmiddel : Bakker Havu B.V. Storm van s-gravensandeweg 100 2242 JL WASSENAAR - tel. 0252-620443 2. Samenstelling/informatie over de

Nadere informatie

De laatste ontwikkelingen rondom PGS 15 Nieuwe stijl. Paula Bohlander (NEN) Robbert van t Veer (Antea Group)

De laatste ontwikkelingen rondom PGS 15 Nieuwe stijl. Paula Bohlander (NEN) Robbert van t Veer (Antea Group) De laatste ontwikkelingen rondom PGS 15 Nieuwe stijl Paula Bohlander (NEN) Robbert van t Veer (Antea Group) Wat gaan we vertellen? - Wat is een PGS? - Waarom een Nieuwe Stijl? - Wat is de Nieuwe Stijl?

Nadere informatie

Dit product is verkrijgbaar bij Carel Lurvink B.V. This product is available at Carel Lurvink B.V. Carel Lurvink B.V.

Dit product is verkrijgbaar bij Carel Lurvink B.V. This product is available at Carel Lurvink B.V. Carel Lurvink B.V. Dit product is verkrijgbaar bij Carel Lurvink B.V. This product is available at Carel Lurvink B.V. Carel Lurvink B.V. Marssteden 40 7547 TC Enschede, NL Postbus 450 7500 AL Enschede, NL Telefoonnummer

Nadere informatie

VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD

VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD RUBRIEK 1. Identificatie van de stof/het mengsel en van het bedrijf/de onderneming 1.1 Productidentificatie Handelsnaam: / 1.2 Relevant geïdentificeerd gebruik van de stof of het mengsel en ontraden gebruik

Nadere informatie

ARIE-Regeling (Arbeidsomstandighedenbesluit) (Geldende wettekst op 1/2/2008; actuele tekst te raadplegen op www.wetten.nl)

ARIE-Regeling (Arbeidsomstandighedenbesluit) (Geldende wettekst op 1/2/2008; actuele tekst te raadplegen op www.wetten.nl) ARIE-Regeling (Arbeidsomstandighedenbesluit) (Geldende wettekst op 1/2/2008; actuele tekst te raadplegen op www.wetten.nl) Introductie De Arie-regeling (Aanvullende voorschriften risico-inventarisatie

Nadere informatie

Intercol bv. VEILIGHEIDS INFORMATIE BLAD volgens Europese Richtlijn No. 1907/2006 (REACH) volgens artikel 31

Intercol bv. VEILIGHEIDS INFORMATIE BLAD volgens Europese Richtlijn No. 1907/2006 (REACH) volgens artikel 31 1/5 VEILIGHEIDS INFORMATIE BLAD volgens Europese Richtlijn No. 1907/2006 (REACH) volgens artikel 31 1. Identificatie van product en onderneming 1.1 Productnaam : VA 273 HC 1.2 Toepassing : Dispersie kleefstof

Nadere informatie

Noodzakelijke Procedures. F-gassen certificering. pagina 1 van 18

Noodzakelijke Procedures. F-gassen certificering. pagina 1 van 18 Noodzakelijke Procedures F-gassen certificering pagina 1 van 18 INHOUD 1.0 Algemeen 3 1.1 Definitie 1.2 Werkzaamheden waarvoor een diploma verplicht is 2.0 Installeren van een stationaire of mobiele koelinstallatie

Nadere informatie

DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID. Mede namens de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer;

DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID. Mede namens de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer; MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI/CK/B/KEW No. 2003/15496 DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Mede namens de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening

Nadere informatie

VIESMANN. Bedieningshandleiding VITOSOL-F VITOSOL-T. voor de gebruiker van de installatie. Vlakke plaatcollectoren en vacuümbuiscollectoren

VIESMANN. Bedieningshandleiding VITOSOL-F VITOSOL-T. voor de gebruiker van de installatie. Vlakke plaatcollectoren en vacuümbuiscollectoren Bedieningshandleiding voor de gebruiker van de installatie VIESMANN Vlakke plaatcollectoren en vacuümbuiscollectoren VITOSOL-F VITOSOL-T 3/2010 Bewaren a.u.b.! Veiligheidsvoorschriften Voor uw veiligheid

Nadere informatie

KE 52. Februari Keuringseis 52. Gasdistributieafsluiters voor bedrijfsdrukken tot en met 16 bar

KE 52. Februari Keuringseis 52. Gasdistributieafsluiters voor bedrijfsdrukken tot en met 16 bar KE 52 Februari 2019 Keuringseis 52 Gasdistributieafsluiters voor bedrijfsdrukken tot en met 16 bar 253/160324 Voorwoord Kiwa Deze Keuringseis is goedgekeurd door het College van Deskundigen productcertificatie

Nadere informatie

tot wijziging van het Besluit kerninstallaties, splijtstoffen en ertsen (nucleaire drukapparatuur)

tot wijziging van het Besluit kerninstallaties, splijtstoffen en ertsen (nucleaire drukapparatuur) Besluit van tot wijziging van het Besluit kerninstallaties, splijtstoffen en ertsen (nucleaire drukapparatuur) Op de voordracht van de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

Nadere informatie

> www.vrom.nl. Uw autoairco, het milieu en uw portemonnee

> www.vrom.nl. Uw autoairco, het milieu en uw portemonnee > www.vrom.nl Uw autoairco, het milieu en uw portemonnee 02 Steeds meer mensen hebben een airco in de auto. Een autoairco is comfortabel. In de zomer houdt de airco uw auto lekker koel. En in de winter

Nadere informatie

Klimaatbeheersing (3)

Klimaatbeheersing (3) Klimaatbeheersing (3) E. Gernaat (ISBN 978-90-808907-6-3) 1 Het airco-koelproces als kringloopproces 1.1 Het ph-diagram Het koelproces zoals in de auto-airco plaatsvindt maakt gebruik van de toestandsverandering

Nadere informatie

ZEUS PYRO. Werking volgens onderdruk principe. Rendement 82-90% Geringe afmetingen. Ingebouwde veiligheidskoelspiraal

ZEUS PYRO. Werking volgens onderdruk principe. Rendement 82-90% Geringe afmetingen. Ingebouwde veiligheidskoelspiraal ZEUS PYRO Werking volgens onderdruk principe Rendement 82-90% Geringe afmetingen Ingebouwde veiligheidskoelspiraal Hoogwaardig keramisch vuurbeton LACFIRE 1800/20 SiC Aslade kan geledigd tijdens het verwarmingsbedrijf

Nadere informatie

Functie: Senior adviseur veiligheid en milieu Sinds 1997 werkzaam bij Energie Consult Holland BV

Functie: Senior adviseur veiligheid en milieu Sinds 1997 werkzaam bij Energie Consult Holland BV Lieke Koets Functie: Senior adviseur veiligheid en milieu Sinds 1997 werkzaam bij Energie Consult Holland BV Werkzaamheden: Advieswerkzaamheden, opstellen RI&E s, aanvragen omgevingsvergunning, opstellen

Nadere informatie

WATERWERKBLAD. WARMTAPWATERINSTALLATIES Beveiligingen

WATERWERKBLAD. WARMTAPWATERINSTALLATIES Beveiligingen WATERWERKBLAD WARMTAPWATERINSTALLATIES Beveiligingen WB 4.4 B DATUM: SEPT. 2007 Auteursrechten voorbehouden Met betrekking tot de beveiliging van warmtapwaterinstallaties is in NEN 1006 (AVWI-2002) het

Nadere informatie