Ergobus 19 juni 2013 VERSLAG

Transcriptie

1 Ergobus 19 juni 2013 VERSLAG Aanwezig: De heer Tony Van Ginderachter, deskundige rollend materieel De heer Jef Verelst, keurder De Lijn De heer Tycho Lauwers, keurder De Lijn De heer Danny Verheyden, medewerker rollend materieel De heer Dirk Everaerts, algemeen preventieadviseur Mevrouw Jolien Van Paemel, preventieadviseur ergonomie CBMT De heer Waldo Vermeersch, afgevaardigde Oost-Vlaanderen De heer Freddy Verstaen, afgevaardigde West-Vlaanderen De heer Peter Van Puyenbroeck, afgevaardigde Antwerpen De heer Marcel Conters, afgevaardigde Vlaams Brabant De heer Johan Bracke, afgevaardigde Antwerpen De heer Patrick Oosterlinck, afgevaardigde Oost-Vlaanderen De heer Stefaan Vanderhaeghen, afgevaardigde West-Vlaanderen De heer Eddy Maenhout, VDL Roeselare De heer Mike Lenihan, VDL Roeselare gedeeltelijk Verontschuldigd: De heer Sven Vanmackelbergh, afgevaardigde Oost-Vlaanderen Dokter Vinckx, arbeidsgeneesheer Verspreiding: Dokter Vinckx, arbeidsgeneesheer, Mevrouw Jolien Van Pamel, Preventieadviseur CBMT-ergonome De heer Kesteloot, directeur-generaal De heer De Kesel, directeur Techniek en entiteit Antwerpen Mevrouw Frey, directeur personeelsbeleid De heer Jacobs, directeur financieel beleid & ICT Mevrouw De Bruecker, directeur marketing & communicatie De heer Bullynck, directeur exploitatie De heer Busschaert, directeur, entiteit Oost-Vlaanderen De heer Peeters, directeur, entiteit Vlaams Brabant Mevrouw Houben, directeur, entiteit Limburg

2 De heer De Man, directeur, entiteit West-Vlaanderen De heer Dirk Everaert, algemeen preventieadviseur De heer Sam Schalckens, afdelingshoofd rollend materieel De heer Tony Van Ginderachter, deskundige rollend materieel De heer Jef Verelst, keurder De Lijn De heer Tycho Lauwers, keurder De Lijn De heer Danny Verheyden, medewerker rollend materieel Mevrouw Rita Coeck, intergewestelijk secretaris ACOD De heer Jan Coolbrandt, nationaal secretaris ACV openbare diensten De heer Erik Quisthoudt, sectorverantwoordelijke ACLVB De heer Waldo Vermeersch, afgevaardigde Oost-Vlaanderen De heer Marcel Conters, afgevaardigde Vlaams Brabant De heer Freddy Verstaen, afgevaardigde West-Vlaanderen De heer Johan Bracke, afgevaardigde Antwerpen De heer Sven Vanmackelbergh, afgevaardigde Oost-Vlaanderen De heer Peter Van Puyenbroeck, afgevaardigde Antwerpen De heer Patrick Oosterlinck, afgevaardigde Oost-Vlaanderen De heer Stefaan Vanderhaeghen, afgevaardigde West-Vlaanderen Documenten als bijlage: Opmerkingen verslag vorige vergadering: - het verslag werd aanvaard. Wel wordt er gevraagd om in de toekomst het verslag binnen een redelijke termijn te versturen en te nummeren per besproken onderwerp. Agenda: - Chauffeurspost VDL Citea aankoop 220B - Chauffeurspost VDL microbus aankoop 220E - Opvolging openstaande punten en nieuwe punten Verslag VDL Roeselare heeft van beide aankopen een prototype voorbereid dat door het comité kan beoordeeld worden. Dit resulteert in volgende opmerkingen: Chauffeurspost VDL Citea aankoop 220B: 1. Bedieningspaneel reiswegaanduiders: het comité wenst dat de toetsen op het bedieningspaneel voldoende groot worden uitgevoerd. 9 juli /6

3 2. Zonnewering: De horizontale stang van het rolgordijn kan bij het neerlaten van de zonnewering in het zicht komen van de rechter buitenspiegel. Er wordt gevraagd de stang korter te maken en de verticale steun van de ophanging rechts te verzekeren via een zuignap op de voorruit (zie vroegere uitvoeringen). 3. Schot achter de chauffeur: De afgevaardigden spreken zich uit tegen de doorzichtigheid van het schot. De vraag wordt gesteld of dit geen negatieve invloed heeft op de sociale veiligheid Het is niet leuk dat men in je nek kijkt - Deze opmerking wordt eveneens ondersteund door de preventieadviseur. Om dit ongemak te verminderen zal, conform de aankopen 216 en 218, het glas gefumeerd worden uitgevoerd. 4. De validator aan de voordeur dient verder naar achter te worden geplaatst. Bij het voorgesteld model komt deze te dicht bij de openstaande deur en verhinderd deze een goede doorstroming. 5. De luidspreker in de perceptiepost bevindt zich achter de kapstok. De luidspreker zal verplaatst worden. 6. Het voorgesteld model is voorzien van een stijgsysteem van de voertuigkast. Dit is niet voorzien op onze uitvoering. De bedieningsknop wordt verwijderd. 7. Schakelaar geluidshoorn achter is niet voorzien. Deze wordt aangebracht op de vastgelegde positie. 8. De resetschakelaar voor de noodbediening van de deuren wordt op het zijpaneel geplaatst achter het blokkeerventiel. 9. Schakelaar S236 voor de reset van de halteaanvraag wordt verwijderd en de resetfunctie wordt mee opgenomen in de standenschakelaar van de deuren. 10. De drukknop met controlelamp van de halterem dient verplaatst te worden en komt rechts naast de schakelaar van de stuurpostverlichting. 11. Schakelaar S006 vervalt en wordt vervangen door schakelaar S34 (retarder). 12. Er wordt gevraagd een rubber te voorzien op de kop aan de bovenkant van de antiagressiedeur. 13. Console boven het hoofd van de chauffeur. Dit is een concept uitgewerkt door VDL en maakt deel uit van de look en de standaarduitvoering van het voertuig. De uitvoering voldoet aan de geldende regelgeving en aan de VDV-norm. In de console kunnen onder meer de elementen geplaatst worden die tijdens het rijden niet of beperkt moeten bediend worden zoals bediening van de reiswegaanduiders en de radiobediening. Volgens de afgevaardigden bestaat het gevaar dat men het hoofd stoot aan deze uitvoering en zij geven hierover negatief advies. Deze uitvoering bestaat reeds bij o.a. de pachters Mebis en B&C. De Lijn zal verder onderzoeken of deze uitvoering daar voor problemen zorgt. VDL zal onderzoeken of deze nog aangepast kan worden. 14. Bij sommige chauffeurs bevinden zich, bij een ideale instelling van zetel en stuur, bepaalde getuigenlampen en meters achter het stuur 15. Het resetten van de deurbediening wanneer de noodopening werd aangesproken, doet de deur +/- 5 cm opengaan om dan terug te sluiten. 16. Spiegel aan de achterdeur: De chauffeur kan via een stel binnenspiegels de bewegingen zond de uitstapdeuren opvolgen. Er wordt gevraagd de spiegel aan deze deuren rond uit te voeren en deze te blokkeren in de juiste positie. 9 juli /6

4 17. Knop voor de mindermobielen aan buitenzijde van het voertuig moet dichter bij de eerste uitstapdeur komen. Analoog met andere uitvoeringen onder de andere bedieningsknop plaatsen. Voor de microbussen aankoop 220E: 1. Opbergplaats boekentas: Het luikje dient open te draaien naar de reizigersdeur en dit in de langszijde. 2. Radiobediening kan geplaatst worden onder de betaaltafel 3. De fax kan worden ingebouwd boven de bedieningsknoppen van de verwarming 4. De validator van Retibo blijft nodig 5. De afsluitdop van de dieseltank is voorzien van een sleutel. Op vraag van het comité zal VDL onderzoeken of dit een standaard afsluitdop kan worden. 6. De console voor het klavier van Retibo moet iets meer gedraaid worden richting chauffeur. 7. Tankregistratie moet worden voorzien. Nieuwe aandachtspunten die naar voor kwamen tijdens het bezoek en die nader onderzoek vragen: 1. Er wordt gevraagd een aansluiting van 12V te voorzien om eventueel een elektrische frigobox aan te sluiten. Dit wordt onderzocht 2. Stang type MIVB waarbij reizigers naar achter worden geduwd op het voorplatform zodat de chauffeur steeds vrij zicht heeft op de buitenspiegels. Dit wordt onderzocht 3. Kan op de rechterbuitenspiegel een flash worden voorzien die tegelijkertijd werkt met de rechter pinker, dit om de aandacht te wekken van klaarstaande reizigers. Dit wordt onderzocht 4. Bediening en beveiliging van de voordeur. In tegenstelling tot de uitstapdeuren voorziet het lastenboek van De Lijn dat op de voordeur geen beveiligingen worden voorzien. Deze uitvoering in niet meer conform de Europese regelgeving. Na overleg geeft het comité zijn akkoord met een uitvoering waarbij de voordeur met dezelfde veiligheden wordt uitgevoerd als de uitstapdeuren met uitzondering van: - De halterem springt onmiddellijk af na het sluiten van de deur, een veiligheidstijd van 2 +/- 0,5 sec. wordt niet meegenomen. - De deurvleugels blijven afzonderlijk bedienbaar Bovendien wensen zij: - Omwille van de mogelijke invloed op de rijtijden, exploitatie op de hoogte te brengen van het feit dat het niet langer mogelijk is om deze deur te openen terwijl de bus nog rijdt, en dat het niet langer mogelijk is om te vertrekken, alvorens deze deur gesloten is. - Aan de technische diensten expliciet te vragen om de werking van de airco op deze voertuigen te garanderen. 5. Chauffeurszetel: - Er wordt gevraagd, analoog aan de reizigerszetel, te onderzoeken of de chauffeurszetel kan worden uitgerust met afneembare stof. - Kan de chauffeursstoel uitgerust worden met een opklapbare armleuning rechts. Dit zal onderzocht worden met het oog op de toekomstige bestekken. - Er wordt opgemerkt dat chauffeurs van kleiner gestalte met hun hoofd niet tegen de 9 juli /6

5 hoofdsteun, maar met ter hoogte van de schoudersteun steunen, hetgeen minder ergonomisch is. Chauffeurszetels zijn een evenwel standaardproducten. Dit item zal aangekaart worden bij de producenten van de chauffeurszetels. Opvolging openstaande aandachtspuntenpunten. De openstaande punten van vorige vergadering worden overlopen en toegelicht. 1. Rijstijlmeter: - De events bruusk remmen bij lage snelheid. Antwoord: De respons op de signalen wordt sneller en stabieler. Deze aanpassingen worden uitgerold - Nieuwe bemerkingen m.b.t. de rijstijlmeter: - De afgevaardigden vragen of het verband tussen de rijtijd en de score kan onderzocht worden. Dit zal nagevraagd worden. - De afgevaardigden bemerken dat er events gecreëerd worden bij het draaien van de motor ten behoeve van de verwarming tijdens het stilstaan aan een eindpunt. De betreffende instellingen van de rijstijlmeter beantwoorden evenwel aan de betreffende voorschriften uit de handleiding van de chauffeur. - De afgevaardigden bemerken dat er events gecreëerd worden bij het remmen tijdens het stapvoets rijden (bvb. in een winkelstraat). Dit zal nader onderzocht worden. 2. Hybride autobussen: Een meer opvallend patroon is aangewezen om een onderscheid te maken met de dieselbussen. Antwoord: Er is een werkgroep opgestart om de herkenbaarheid en de veiligheidaspecten van hybride autobussen te onderzoeken. De raadgevingen van deze werkgroep worden in de toekomst opgenomen in het bestek. 3. Bediening nooddeuren: Antwoord: De mogelijkheid bestaat om bij de noodopening van de deuren deze te resetten vanuit de stuurpost. Alle voertuigen worden in die zin aangepast. 4. Verklarende afbeelding met aanduiding van bedieningselementen en alarmen in de stuurpost. Antwoord: Aan de constructeurs van de lopende leveringen wordt gevraagd per autobus een zelfklever formaat A4 met de nodige info te voorzien. 5. Zoemend geluid door namontage van roetfilter op sommige voertuigen. Antwoord: Een oplossing is getest en afdoende gebleken. De uitvoering er van is de verantwoordelijkheid van de entiteit. 6. Hybride autobussen aankoop 218. Bij de namontage van de TFT-schermen voor de halteaankondiging werden deze voertuigen eveneens uitgerust met aangepaste spiegels aan de achterdeur. Na deze aanpassingen zijn kinderen kleiner dan 1,3 m niet meer zichtbaar aan de achterdeur. Antwoord: Dit betreft 10 autobussen. Op nieuwe voertuigen komt dit niet meer voor. 7. Airco op de autobussen AG300. De blaasmonden van de airco in de aanhanger zijn zo gericht dat ze rechtstreeks koude lucht blazen op de reizigers. Dit zorgt regelmatig voor discussie met de chauffeur. Antwoord: Op andere reeksen werd reeds een verbetering aangebracht. Er wordt onderzocht of dergelijke verbetering kan doorgevoerd worden op deze voertuigen, 8. Camerabewaking: De afgevaardigden stellen vast dat in gelede autobussen de veiligheidscamera s in de aanhanger kunnen gebruikt worden als hulpmiddel voort het afdraaien. Antwoord: De inplanting van de camera s in de voertuigen is niet van die aard de chauffeur te ondersteunen bij het besturen van het voertuig. Om diverse redenen zijn deze camera s niet geschikt om hiervoor gebruikt te worden. Dit wordt dan ook afgeraden 9 juli /6

6 9. De afgevaardigden vroegen op vorige vergadering te onderzoeken wat technisch mogelijk is om de hygiëne en/of de aangename geur van de binnenlucht te garanderen. Soms stelt zich het probleem dat de geur van een reiziger met bedenkelijke lichaamshygiëne lang in de bus blijft hangen. Het gebruik van filtersystemen of van geurtoevoeging wordt vermeld. Er wordt gewezen op enerzijds het hoge luchtverversingsdebiet in de autobussen van De Lijn. Daarnaast bestaan ook luchtverfrissers die tijdsgebonden een geur verspreiden in het voertuig. VDL Bus heeft bvb. de bussen voor Abu Dhabi uitgerust met een dergelijk systeem. Er wordt evenwel gewezen op de noodzaak m.b.t. de instandhouding van een dergelijk systeem (bvb. tijdig bijvullen). Er zal nagevraagd worden of een beperkte test met een luchtverfrisser kan plaatsvinden. 9 juli /6