BIJZONDERE BIJDRAGEN TEN LASTE VAN DE WERKGEVER

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "BIJZONDERE BIJDRAGEN TEN LASTE VAN DE WERKGEVER"

Transcriptie

1

2 BIJZONDERE BIJDRAGEN TEN LASTE VAN DE WERKGEVER TITEL 2 Bijzondere bijdragen ten laste van de werkgever Bijdrage bestemd voor het Fonds voor Sluiting van Ondernemingen I.1.1 BASISBIJDRAGE FSO VOOR DE COMMERCIËLE SECTOR Het koninklijk besluit van 4 maart 2010 tot vaststelling, voor het jaar 2010, van het bedrag en de betalingsmodaliteiten en -termijnen van de bijdragen verschuldigd door de werkgevers waarvan de onderneming bedoeld wordt in artikel 2, 3, a), van de wet van 26 juni 2002 betreffende de sluiting van de ondernemingen aan het Fonds tot vergoeding van de in geval van sluiting van ondernemingen ontslagen werknemers (Belgisch Staatsblad van 18 maart 2010) legt de gewone FSO-bijdrage verschuldigd door ondernemingen met een industriële of commerciële finaliteit als volgt vast voor de vier kwartalen van 2010 : - de basisbijdrage FSO bedraagt 0,18% zonder loonmatiging (WK 809 2) en 0,19% met loonmatiging (WK 809 0) voor de werkgevers die tijdens de referteperiode, zoals beschreven in de OESS van 1/2009, gemiddeld minder dan 20 werknemers tewerkstelden en 0,19% zonder loonmatiging (WK 809 4) en 0,20% met loonmatiging (WK 809 5) voor de werkgevers die tijdens de referteperiode, zoals beschreven in de OESS van 1/2009) gemiddeld minstens 20 werknemers tewerkstelden. - er zijn afwijkende bijdragevoeten van toepassing voor bepaalde categorieën van werkgevers voor het geheel of een gedeelte van hun werknemers. Ze worden gedetailleerd in punt van de Instructies aan de werkgevers en ze zijn opgenomen in het bijdragevoetbestand onder de code I.1.2 BASISBIJDRAGE FSO VOOR DE NIET-COMMERCIËLE SECTOR Het koninklijk besluit van 4 maart 2010 tot vaststelling, voor het jaar 2010, van het bedrag en de betalingsmodaliteiten en -termijnen van de bijdragen verschuldigd door de werkgevers waarvan de onderneming bedoeld wordt in artikel 2, 3, b), van de wet van 26 juni 2002 betreffende de sluiting van de ondernemingen aan het Fonds tot vergoeding van de in geval van sluiting van ondernemingen ontslagen werknemers (Belgisch Staatsblad van 18 maart 2010) legt de gewone FSO-bijdrage verschuldigd door ondernemingen zonder industriële of commerciële finaliteit en voor de uitoefenaars van een vrij beroep als volgt vast voor de vier kwartalen van 2010 : De basisbijdrage FSO bedraagt voor de werkgevers met FSO-code B 0,05% zonder loonmatiging (WK 811 2) en 0,05% met loonmatiging (WK 811 0) I.1.3 BIJZONDERE BIJDRAGE FSO Het koninklijk besluit van 4 maart 2010 tot vaststelling, voor het jaar 2010, van het bedrag en de betalingsmodaliteiten en -termijnen van de bijdragen verschuldigd door de werkgevers aan het Fonds tot vergoeding van de in geval van sluiting van ondernemingen ontslagen werknemers om een deel van het bedrag van de werkloosheidsuitkeringen, uitbetaald door de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening, te dekken voor de werknemers van wie de uitvoering van de arbeidsovereenkomst geschorst is in toepassing van de artikelen 49, 50 en 51 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten (Belgisch Staatsblad van 18 maart 2010) bepaalt de bijdragevoet van de bijzondere bijdrage voor de vier kwartalen van 2010 : De bijzondere bijdrage FSO bedraagt 0,24% zonder loonmatiging (WK 810 2) en 0,25% met loonmatiging (WK 810 0). 2010/1 DEEL 1 2

3 BIJZONDERE BIJDRAGEN TEN LASTE VAN DE WERKGEVER Deze bijdrage is verschuldigd door alle werkgevers (zowel openbare als privésector) die personeel tewerkstellen dat onderworpen is aan de socialezekerheidswetgeving. Voor de werknemers die niet onderworpen zijn aan het stelsel van de werkloosheid is zij niet verschuldigd Bijdrage voor de financiering van de tijdelijke werloosheid en de ancienniteitstoeslag voor oudere werklozen Het koninklijk besluit van 27 oktober 2009 waarbij voor de jaren bepaalde categorieën van werkgevers vrijgesteld worden van de bijzondere werkgeversbijdrage ter financiering van het stelsel van de tijdelijke werkloosheid en de anciënniteitstoeslag voor oudere werklozen ingesteld bij koninklijk besluit van 27 november 1996 (Belgisch Staatsblad van 1 februari 2010) geeft een wettelijke basis aan de vrijstelling van de bijdrage voor de jaren Het beschrijft de te vervullen voorwaarden en modaliteiten. De werkgevers zijn vrijgesteld van de bijzondere werkgeversbijdrage voor de financiering van de tijdelijke werkloosheid en de ancienniteitstoeslag voor oudere werklozen wanneer : - zij in 1996 gebonden waren door een nieuwe of voortgezette collectieve arbeidsovereenkomst die voorzag in een inspanning van minimaal 0,20 %, bestemd voor de personen die behoren tot de risicogroepen of op wie het begeleidingsplan van toepassing is, en - zij in de jaren gelegen tussen 1996 en 2006 gebonden waren door een nieuwe of voortgezette collectieve arbeidsovereenkomst die voorzag in een inspanning van minimaal 0,20 %, bestemd voor de personen die behoren tot de risicogroepen of op wie het begeleidingsplan van toepassing is, en - zij het bedrag dat overeenstemt met deze inspanning vanaf 1997 rechtstreeks gestort hebben aan een VZW die dit bedrag aangewend heeft voor de opleiding, vorming of tewerkstelling van deze categorieën, en - zij voor de jaren dit stelsel voortzetten. De werkgevers die wensen te genieten van de vrijstelling moeten daartoe een gemotiveerde aanvraag indienen bij de Minister bevoegd voor Werk waarbij zij het bewijs leveren dat zij voldoen aan de voorziene voorwaarden. In de DmfA moeten de betrokken werkgevers type 8 vermelden bij werknemerskengetal 859 (bijdrage = 0,00%) opdat de vrijstelling kan worden toegepast Bijdrage bestemd voor het Fonds voor bestaanszekerheid Bijdrage bestemd voor het fonds voor bestaanszekerheid van de werklieden uit het bouwbedrijf Een CAO van 6 november 2009 stelt dat voor de werkgevers die gemiddeld tijdens het 4de kwartaal van het (kalenderjaar - 2) en het 1ste tot en met het 3de kwartaal van het (kalenderjaar - 1) minder dan 20 werknemers tewerkstellen, de bestaanszekerheidsbijdragen verhoogd worden met 1,5%. Voor deze ondernemingen is een tegemoetkoming van het Fonds voor bestaanszekerheid voorzien in de terugbetaling van het gewaarborgd loon. Voorheen gold deze tegemoetkoming voor werknemers met minder dan 10 werknemers. Het betreft de werkgeverscategorieën 024/026/044/054/224/226/244/254. De verhoogde bijdrage bedraagt 14,77% (werknemerskengetal bijdrage 820 type bijdrage 0). 2010/1 DEEL 1 3

4 BIJDRAGEN De basisbijdrage bedraagt 13,27 % (werknemerskengetal bijdrage 820 type bijdrage 5) Harmonisering van de bijdragen op de anvullende vergoedingen voor brugpensioenen of pseudo brugpensioenen Het project DeCavaA, ter harmonisering van de bijdragen die geïnd worden op aanvullende vergoedingen bij brugpensioenen of bij sommige uitkeringen in geval van werkloosheid of tijdskrediet, treedt in werking op 1 april Het doel was om de administratieve rompslomp van werkgevers te rationaliseren en te verminderen door de inning van alle patronale bijdragen en inhoudingen op (pseudo)brugpensioenen te centraliseren bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid. Voorheen was deze inning immers verdeeld over de RVP, de RSZ en de RVA. Voortaan zal één enkele driemaandelijkse aangifte en storting aan de RSZ volstaan. Een vijftigtal wetteksten en reglementeringen werden bijeengevoegd, en er werd van de gelegenheid gebruik gemaakt om een aantal verouderde maatregelen af te schaffen en om de bepalingen en modaliteiten van de inning te harmoniseren. Bovendien worden de patronale forfaitaire bijdragen bijeengevoegd en versmolten tot een percentuele bijdrage die varieert naargelang de leeftijd van de bruggepensioneerde. De inhoudingen worden eveneens samengevoegd en worden volledig berekend op de aanvullende vergoeding van de debiteur. Een betere controle op de toepassing van de maatregelen wordt bevorderd door een grotere informatieuitwisseling tussen de verschillende tussenkomende partijen. Anderzijds werd beslist om de patronale bijdragen op de nieuwe brugpensioenen of pseudobrugpensioenen te verhogen door een vast percentage te bepalen op basis van de leeftijd van de begunstigde bij het begin van het (pseudo)brugpensioen. Wettelijke basis o Hoofdstuk VI van Titel XI van de Wet houdende diverse bepalingen van 27 december 2006 (verschenen in het Belgisch Staatsblad op 28 december 2006), gewijzigd door Hoofdstuk 10 van Titel 8 van de Wet houdende diverse bepalingen van 30 december 2009 (Belgisch Staatsblad van 31 december 2009) dat de basis legt voor de harmonisering van de sociale zekerheidsbijdragen en inhoudingen verschuldigd op brugpensioenen, op aanvullende vergoedingen bij sommige sociale zekerheidsuitkeringen en op uitkeringen voor invaliditeit; o Hoofdstuk 4 van Titel 7 van de Programmawet van 23 december 2009 (Belgisch Staatsblad van 30 december 2009) dat voor de nieuwe (pseudo)brugpensioenen de verhoogde vaste percentages in functie van de leeftijd aan het begin van het (pseudo)brugpensioen introduceert, en de mogelijkheid biedt om verminderde percentages te voorzien voor ondernemingen erkend als zijnde in moeilijkheden of in herstructurering vanaf 15 oktober 2009; o Hoofdstuk 6 van Titel 12 van de Wet houdende diverse bepalingen van XX XX 2010 (nog te verschijnen) dat bepaalde noties uniformiseert en de mogelijkheid biedt om verminderde percentages te voorzien voor ondernemingen die zich momenteel in moeilijkheden bevinden; o Koninklijk besluit van 29 maart 2010 tot uitvoering van het hoofdstuk 6 van Titel XI van de wet van 27 december 2006 houdende diverse bepalingen (1), betreffende sociale zekerheidsbijdragen en inhoudingen verschuldigd op brugpensioenen, op aanvullende vergoedingen bij sommige sociale zekerheidsuitkeringen en op invaliditeitsuitkeringen (Belgisch Staatsblad van 31 maart 2010), dat de datum van inwerkingtreding van het systeem op 1 april 2010 vastlegt en de modaliteiten van de uitvoering preciseert; o Koninklijk besluit van XX XX 2010 tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 maart 2010 (nog te verschijnen), dat de verminderde percentages bepaalt voor de ondernemingen die momenteel erkend zijn 4 DEEL /1

5 BIJZONDERE BIJDRAGEN TEN LASTE VAN DE WERKGEVER als zijnde in moeilijkheden, en dat de berekening van de bijdragen voor de aanvullende vergoedingen die niet maandelijks tot aan het pensioen worden gestort enigszins vereenvoudigt. A. BRUGPENSIOEN A.1. Betrokken werkgevers Elke werkgever die aan een werknemer of een ex-werknemer een aanvullende vergoeding betaalt in het kader van een conventioneel voltijds of halftijds brugpensioen; Elke onderneming of instelling aan wie de werkgever, op basis van een akkoord tussen de partijen, zijn verplichting om een aanvullende vergoeding in het kader van een brugpensioen te betalen, overhevelt Opm.: het faillissement van een werkgever ontlast degene die de verplichting heeft overgenomen niet van de volledige uitvoering van het afgesloten akkoord; Het Fonds voor Bestaanszekerheid waaronder de werkgever valt en dat, in het kader van een akkoord gesloten binnen de sector, gedeeltelijk of volledig de verplichtingen van de werkgever overneemt om een aanvullende vergoeding in het kader van een brugpensioen uit te betalen; Het Fonds voor Sluiting van Ondernemingen, dat de verplichting van de werkgever om een aanvullende vergoeding in het kader van een brugpensioen te betalen, overneemt. A.2. Betrokken werknemers Begunstigden van een aanvullende vergoeding die in het kader van een conventioneel voltijds of halftijds brugpensioen, bovenop de toegewezen sociale uitkering uitbetaald wordt. Opm.: Er wordt geen rekening gehouden met de vorm, noch met de naam die gegeven wordt aan de aanvullende vergoeding, noch met het moment of de periodiciteit van de betaling, noch met de berekeningsof de betalingswijze, noch met de identiteit van de debiteur. Elk bedrag, betaald aan de begunstigde bovenop wat wettelijk voorzien is, wordt beschouwd als een onderdeel van de aanvullende vergoeding. Zijn uitgesloten: Werknemers die in België gewerkt hebben maar die in het buitenland wonen en die hun recht op een aanvullende vergoeding laten gelden, op voorwaarde dat ze de werkloosheidsuitkering ontvangen op basis van de wetgeving van hun land van verblijf. A.3. Verschuldigde bijdragen 1 Bijzondere patronale bijdrage De bijzondere patronale bijdrage is een percentage dat toegepast wordt op het bruto maandelijks bedrag van de aanvullende vergoeding(en). Deze bijdrage kan niet lager zijn dan een bepaald maandelijks minimum. Deze bijdrage is niet verschuldigd: - In geval van halftijds brugpensioen - Indien het Fonds voor Sluiting van Ondernemingen de debiteur van de aanvullende vergoeding is Verschillende criteria zijn relevant om te bepalen welk percentage van toepassing is: - non-profitsector of geen non-profitsector (hierna de profitsector genoemd) - nieuw brugpensioen of lopend brugpensioen 2010/1 DEEL 1 5

6 BIJDRAGEN - bruggepensioneerd gedurende een periode van erkenning als onderneming in moeilijkheden of in herstructurering Het bedrag van de bijzondere patronale bijdrage mag nooit het brutobedrag van de aanvullende vergoeding overschrijden. Indien nodig wordt het bedrag van de bijdrage beperkt tot het bedrag van de aanvullende vergoeding. 1 A. Profit sector 1 A.1. Lopende brugpensioenen: Te weten: - Brugpensioenen waarvan de vooropzeg of de verbreking van het arbeidscontract werd betekend tot 15/10/ OF die aanvingen vóór 01/04/ OF die aanvingen in de loop van een periode van erkenning als onderneming in moeilijkheden indien de onderneming vóór 15 oktober 2009 erkend werd als zijnde in moeilijkheden* (verminderde percentages gedurende de erkenningsperiode: cfr. punt 1 A.3) - OF die aanvingen in de loop van de periode van erkenning als onderneming in herstructurering indien de onderneming vóór 15 oktober 2009 erkend werd* als zijnde in herstructurering OF vóór 15 oktober 2009 een collectief ontslag aankondigde. * datum van erkenning = datum van de ministeriële beslissing en niet de datum van het begin van de erkenningsperiode Bijzondere patronale bijdrage Profitsector Lopende brugpensioenen Leeftijd van de bruggepensioneerde op de laatste dag Min van de maand Leeftijd van de bruggepensioneerde < 52 jaar 30 % 25 Leeftijd van de bruggepensioneerde < 55 jaar 24 % 25 Leeftijd van de bruggepensioneerde < 58 jaar 18 % 25 Leeftijd van de bruggepensioneerde < 60 jaar 12 % 25 Leeftijd van de bruggepensioneerde > 60 jaar 6 % 18,80 1 A.2. Nieuwe brugpensioenen Te weten: - Brugpensioenen waarvan de vooropzeg of de verbreking van het arbeidscontract na 15/10/2009 betekend werd - EN die vanaf 01/04/2010 aanvingen - EN de brugpensioenen toegekend in de loop van een periode van erkenning als onderneming in moeilijkheden, indien de onderneming pas vanaf 15 oktober 2009 erkend werd* als zijnde in moeilijkheden (verminderde percentages gedurende de periode van erkenning: cfr. punt 1 A.3.) - EN de brugpensioenen toegekend in de loop van een periode van erkenning als onderneming in herstructurering, indien de onderneming als dusdanig erkend werd* vanaf 15 oktober 2009 EN indien het collectief ontslag pas vanaf 15 oktober 2009 aangekondigd werd (verminderde percentages gedurende de periode van erkenning: cfr. punt 1 A.4) * datum van erkenning = datum van de ministeriële beslissing en niet de datum van het begin van de periode van erkenning Bijzondere patronale bijdrage Profitsector 6 DEEL /1

7 BIJZONDERE BIJDRAGEN TEN LASTE VAN DE WERKGEVER Leeftijd bij aanvang van het brugpensioen of aan het einde van een periode van erkenning als onderneming in moeilijkheden of in herstructurering bruggepensioneerd (of einde erkenningsperiode) < 52 jaar bruggepensioneerd (of einde erkenningsperiode) < 55 jaar bruggepensioneerd (of einde erkenningsperiode) < 58 jaar bruggepensioneerd (of einde erkenningsperiode) < 60 jaar bruggepensioneerd (of einde erkenningsperiode) = 60 jaar Nieuwe brugpensioenen Min 50% 25 40% 25 30% 25 20% 25 10% 18,80 1 A.3. Voor ondernemingen in moeilijkheden: - ongeacht de datum van erkenning als onderneming in moeilijkheden - indien het brugpensioen een aanvang genomen heeft tijdens de periode van erkenning - in de loop van de periode van erkenning als onderneming in moeilijkheden (tot aan het einde van de maand waarin de periode van erkenning een einde neemt) Bijzondere patronale bijdrage Leeftijd bij aanvang van het brugpensioen Profitsector Lopende en nieuwe brugpensioenen Tijdens de periode van erkenning als onderneming in moeilijkheden Minimum bruggepensioneerd < 52 jaar 17,5% 8 bruggepensioneerd < 55 jaar 13,5% 8 bruggepensioneerd < 58 jaar 10 % 8 bruggepensioneerd < 60 jaar 6,5 % 8 bruggepensioneerd = 60 jaar 3,5% 6 Na de periode van erkenning als onderneming in moeilijkheden: lopend brugpensioen: degressieve percentages afhankelijk van de leeftijd van de bruggepensioneerde (cfr. punt 1 A.1) nieuw brugpensioen: vast percentage op basis van de leeftijd op de precieze datum van het einde van de periode van erkenning (cfr. 1 A.2.) 1 A.4. Voor ondernemingen in herstructurering - uitsluitend voor de nieuwe brugpensioenen (cfr. punt 1 A.2.) - indien de onderneming erkend werd* vanaf 15/10/ en indien het collectief ontslag werd aangekondigd vanaf 15/10/ op voorwaarde dat het brugpensioen een aanvang nam tijdens de periode van erkenning - tijdens de periode van erkenning als onderneming in herstructurering (tot aan het einde van de maand waarin de periode van erkenning een einde neemt) * datum van erkenning = datum van de ministeriële beslissing en niet de datum van het begin van de periode van erkenning Bijzondere patronale bijdrage Leeftijd bij aanvang van het Profitsector Nieuwe brugpensioenen Tijdens de periode van erkenning als onderneming in herstructurering Minimum 2010/1 DEEL 1 7

8 BIJDRAGEN brugpensioen bruggepensioneerd < 52 jaar 50% 25 bruggepensioneerd < 55 jaar 30% 25 bruggepensioneerd < 58 jaar 20 % 25 bruggepensioneerd < 60 jaar 20% 25 bruggepensioneerd = 60 jaar 10 % 18,80 Na de periode van erkenning als onderneming in herstructurering: nieuw brugpensioen : vast percentage bepaald door de leeftijd op de datum van het einde van de periode van erkenning (cfr. punt 1 A.2.) 1 B. Non-profitsector Onder brugpensioen Non-profitsector wordt begrepen: elk brugpensioen dat wordt toegekend door een werkgever die binnen het toepassingsgebied van de Sociale Maribel valt of door een sociale werkplaats. Voor alle bruggepensioneerden: Bijzondere patronale bijdrage Non-profitsector Leeftijd van de bruggepensioneerde op Minimum per maand voor de laatste dag van de betreffende lopend brugpensioen, aanvang vóór 1/4/10 * maand Leeftijd bruggepensioneerde 5% 6,20 < 52 jaar Leeftijd bruggepensioneerde 4 % 6,20 < 55 jaar Leeftijd bruggepensioneerde < 58 jaar 3 % 6,20 Leeftijd bruggepensioneerde 2 % 6,20 < 60 jaar Leeftijd bruggepensioneerde > 60 jaar 0 % 0 *! het minimum is niet langer van toepassing indien het brugpensioen vanaf 01/04/2010 begint en het ontslag betekend werd na 15/10/ Compenserende patronale bijdrage de compenserende patronale bijdrage is alleen maar verschuldigd voor werknemers die bruggepensioneerd zijn in het kader van een sectorale overeenkomst: - EN die de leeftijd van 56 jaar bereikt hebben op het moment van het einde van het arbeidscontract - EN die op dat moment 33 jaar professionele bezoldigde loopbaan kunnen aantonen - EN die o ofwel door een werkgever uit de bouwsector waren tewerkgesteld en een attest kunnen voorleggen van de arbeidsgeneesheer ter bevestiging van hun onbekwaamheid om hun professionele activiteiten verder te zetten; o ofwel gedurende minstens 20 jaar tewerkgesteld waren in een arbeidsregime zoals voorzien in artikel 1 van de C.A.O. Nr. 46, afgesloten op 23 maart 1990 door de Nationale Arbeidsraad (nachtarbeid). De compenserende bijdrage is verschuldigd tot en met de maand waarin de bruggepensioneerde 58 jaar wordt. 8 DEEL /1

9 BIJZONDERE BIJDRAGEN TEN LASTE VAN DE WERKGEVER Deze bijdrage is niet verschuldigd: - voor de nieuwe brugpensioenen zoals gedefinieerd in punt 1 A.2. en in de non-profitsector, voor zover het brugpensioen vanaf 01/04/2010 begonnen is en het ontslag na 15/10/2009 betekend werd. - in geval van halftijds brugpensioen - indien het Fonds voor Sluiting van Ondernemingen de debiteur van de aanvullende vergoeding is. Het bedrag van de maandelijke compenserende bijdrage is vastgelegd op 50% van het bedrag van de aanvullende vergoeding, vastgelegd in de toepasselijke CAO. Verminderd percentage: het bedrag van de compenserende bijdrage wordt tot 33% verminderd indien de bruggepensioneerde vervangen wordt door een uitkeringsgerechtigd volledig werkloze die dit statuut al minstens een jaar heeft. 3 Inhouding Er gebeurt een inhouding van 6,5% ten laste van de bruggepensioneerde, berekend op de som van de aanvullende vergoeding(en) en de sociale uitkering. De inhouding wordt verminderd tot 4,5%: - voor de halftijdse brugpensioenen - voor de voltijdse brugpensioenen waarvan het brugpensioen vóór 01/01/1997 aanving, alsook voor de brugpensioenen die na 31 december 1996 aanvingen indien de werknemers vóór 1 november 1996 op de hoogte gesteld werden van hun ontslag, of indien de werknemers pas na 31 oktober 1996 op de hoogte gesteld werden van hun ontslag, maar ontslagen werden in het kader van een erkenning als onderneming in moeilijkheden of herstructurering die vóór 1 november 2006 toegekend werd. De inhouding moet maandelijks uitgevoerd worden op de aanvullende vergoeding door de debiteur van deze vergoeding, en driemaandelijks aan de RSZ gestort worden. De uitbetalingsinstellingen van de werkloosheidsvergoeding houden vanaf nu niets meer in op de sociale uitkering. Sociale uitkering = theoretisch maandelijks bedrag van de sociale uitkering. Te weten: - indien het gaat over een volledig werkloze na een voltijdse tewerkstelling of een halftijds bruggepensioneerde, het dagbedrag van de werkloosheidsvergoeding x 26 - indien het gaat over een volledig werkloze na een vrijwillig deeltijdse tewerkstelling, het dagbedrag van een halve werkloosheidsvergoeding x het aantal halve vergoedingen per week (=Q / S x12) x 4,33. De dagbedragen en hun aanpassingen worden meegedeeld aan de debiteurs door de uitbetalingsinstellingen van de werkloosheidsvergoedingen. Aanvullende vergoeding = bruto maandelijks bedrag van de aanvullende vergoeding(en) Te weten: Indien het een vergoeding betreft die maandelijks (of frequenter) wordt gestort tot aan het wettelijk pensioen: AV = het bruto bedrag van de vergoedingen die per maand gestort worden Indien het een vergoeding betreft die niet maandelijks tot aan het wettelijk pensioen wordt gestort: - ofwel, voor een brugpensioen dat vanaf 01/04/2010 begint: AV = het totale bedrag van de vergoedingen verschuldigd voor de volledige periode waarop deze bedragen betrekking hebben, gedeeld door het aantal maanden vanaf de eerste maand waarvoor de aanvullende vergoeding wordtd toegekend tot en met de maand waarin de begunstigde 65 jaar wordt (= wettelijk pensioen) - ofwel, voor een brugpensioen reeds lopend op 01/04/2010: AV = het bedrag dat effectief in die maand gestort wordt Behalve in geval van een vroegtijdige storting van het totaalbedrag (volledige kapitalisatie): AV = totaalbedrag van de nog verschuldigde vergoedingen, gedeeld door het aantal maanden van de door deze vergoedingen gedekte periode. 2010/1 DEEL 1 9

10 BIJDRAGEN Beperkingen op de inhouding: 1. de toepassing van de inhouding kan nooit tot gevolg hebben dat het netto maandelijks inkomen van een bruggepensioneerde (de som van de sociale uitkering en de aanvullende vergoeding(en)) onder een benedengrens, die afhankelijk is van de familiale situatie, zou zakken. Deze maandelijkse benedengrens bestaat uit: Met gezinslast Voltijds brugpensioen 1505,13 * Halftijds brugpensioen 752,57 * Zonder gezinslast 1249,57 * 624,79 * * bedragen op 01/04/2010 die geïndexeerd en geherwaardeerd worden in functie van de door de NAR bepaalde coëfficiënt. Berekening van de inhouding met toepassing van de benedengrens: Indien gegeven: A= aanvullende vergoeding gestort door de debiteur B= totale bruto aanvullende vergoeding aan een rechthebbende gestort door alle debiteurs C= sociale uitkering G= benedengrens Berekeningsbasis: D = B+ C Totale bruto inhouding: E = D x 6,5% (of 4,5%) Totale maximale inhouding: F = D G Indien resultaat < 0, F = 0 Totale inhouding H: indien E = F, H = E Indien E > F, H = F Opm.: C en G worden vermenigvuldigd met Q/S indien er meerdere debiteurs zijn als gevolg van twee deeltijdse tewerkstellingen (cfr. punt C4) C en G worden vermeningvuldigd met A/B in geval van een gedeeltelijke kapitalisatie (cfr. punt C3), meerdere debiteurs of een aangifte in meerdere delen 2. Het bedrag van de inhouding mag nooit het bedrag van de bruto aanvullende vergoeding overschrijden. Desgevallend wordt het bedrag van de inhouding beperkt tot het bedrag van de bruto aanvullende vergoeding. A.4. Verhogingen De inhoud van de overeenkomst op basis waarvan de aanvullende vergoeding wordt toegekend moet worden nagekeken op het vlak van het al dan niet doorbetalen van een bedrag dat minstens even hoog is als de aanvullende vergoeding in geval van werkhervatting of bij de start van een zelfstandige activiteit: Voor organisaties die niet onder de wet van 1968 betreffende Paritaire Comités vallen: De overeenkomst voorziet expliciet de doorbetaling van de aanvullende vergoeding gewone bijzondere patronale bijdragen en inhoudingen gedurende de periode van het brugpensioen De overeenkomst voorziet niet expliciet de doorbetaling van de aanvullende vergoeding de berekeningsbasis van de bijzondere patronale bijdragen en de inhouding wordt verdubbeld gedurende de periode van het brugpensioen 10 DEEL /1

11 BIJZONDERE BIJDRAGEN TEN LASTE VAN DE WERKGEVER Voor organisaties die wel onder de wet van 1968 betreffende Paritaire Comités vallen: De sectorale of bedrijfs-cao s zijn altijd conform aan de toepassing van de CAO Nr. 17 tricies die in de doorbetaling van de aanvullende vergoeding voorziet gewone bijzondere patronale bijdragen en inhoudingen gedurende de periode van het brugpensioen Individuele akkoorden mogen niet bepalen dat de betaling van de aanvullende vergoeding onderbroken wordt in geval van werkhervatting. Indien wel wordt de berekeningsbasis van de bijzondere patronale bijdragen en inhoudingen verdubbeld gedurende de periode van het brugpensioen! Deze regel is niet van toepassing op de halftijdse brugpensioenen. (bijdragen gedurende de periode van werkhervatting: cfr. punt C.1.) B. PSEUDOBRUGPENSIOEN B.1. Betrokken werkgevers Werkgevers die - binnen het toepassingsgebied vallen van de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en hun paritaire comités. Dit wil zeggen de privé-sector, plus - de openbare kredietinstellingen - de Nationale Loterij - de Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek, - de huisvestingsmaatschappijen conform aan de gewestelijke wooncodes - de naamloze vennootschappen van publiek recht Brussel South Charleroi Airport-Security en Liège- Airport-Security - en die, in toepassing van individuele, bedrijfs- of sectorale akkoorden, aan hun werknemers van minstens vijftig jaar een aanvullende vergoeding toekennen bovenop een volledige werkloosheidsuitkering of een onderbrekingsvergoeding in geval van een tijdskrediet, loopbaanvermindering (behalve 4/5 de ), of een vermindering van de arbeidsprestaties tot een halftijdse tewerkstelling; Elke onderneming of instelling aan wie de werkgever zijn verplichting om een aanvullende vergoeding in het kader van een pseudobrugpensioen te betalen, overhevelt; Het fonds voor Bestaanszekerheid waaronder de werkgever valt, en dat in het kader van een akkoord binnen de sector gedeeltelijk of volledig de verplichtingen van de werkgever overneemt om een aanvullende vergoeding in het kader van een pseudobrugpensioen te betalen; Het Fonds voor Sluiting van Ondernemingen dat de verplichting van de werkgever overneemt om een aanvullende vergoeding in het kader van een pseudobrugpensioen te betalen. Zijn uitgesloten: - werkgevers die onder het paritair comité van stads- en streekvervoer (PC 328, , , ) ressorteren; - werkgevers die onder het paritair comité van de gesubsidieerde inrichtingen van het vrij onderwijs (PC 152 of PC 225) ressorteren. 2010/1 DEEL 1 11

12 BIJDRAGEN B.2. Betrokken werknemers Werknemers van minstens 50 jaar en maximaal 65 jaar oud: - die een aanvullende vergoeding genieten bovenop een volledige werkloosheidsuitkering of bovenop een onderbrekingsvergoeding in geval van tijdskrediet, loopbaanvermindering (behalve 4/5 de ), of vermindering van de arbeidsprestaties tot een halftijdse betrekking - aan wie de aanvullende vergoeding voor de eerste keer toegekend werd na 31 december die, in het geval van ontslag, na 30 september 2005 ontslagen zijn - die niet reeds vóór de leeftijd van 45 jaar voor het eerst genoten hebben van een aanvullende vergoeding. Opm.: er wordt geen rekening gehouden met de vorm, noch met de naam die aan de aanvullende vergoeding gegeven wordt, noch met het moment of de periodiciteit van betaling, noch met de berekeningsof de betalingswijze, noch met de identiteit van de debiteur. Elk bedrag dat betaald wordt aan een begunstigde bovenop wat wettelijk voorzien is, wordt beschouwd als een deel van de aanvullende vergoeding. Zijn uitgesloten: -de begunstigden van aanvullende vergoedingen die werden toegekend in het kader van: - maatregelen voorzien in de non-profitsector betreffende einde loopbaan die erkend werden door de Minister van Werk - een collectieve arbeidsovereenkomst voor een bepaalde duur afgesloten in de Nationale Arbeidsraad, of binnen een paritair comité of paritair sub-comité, die reeds vóór 30 september 2005 in werking was getreden - een collectieve arbeidsovereenkomst afgesloten voor een bepaalde duur in de Nationale Arbeidsraad, of binnen een paritair comité of een paritair sub-comité, die reeds vóór 30 september 2005 in werking was getreden en die zonder onderbreking verlengd werd, en die vanaf de eerste verlenging na 30 september 2005 geen enkele uitbreiding van de doelgroep of verhoging van het bedrag van de vergoeding voorzien heeft (met uitzondering van een indexering of herwaardering op basis van een coëfficiënt bepaald door de Nationale Arbeidsraad) - de CAO Nr. 46 of een gelijkwaardige CAO op basis waarvan de aanvullende vergoedingen toegekend werden volgend op het ontslag van een werknemer van 50 jaar of ouder die wenste terug te keren naar een gewone arbeidsregeling na een periode van nachtwerk en aan wie de werkgever geen nieuwe betrekking kon bieden - het conventioneel brugpensioen - ouderschapsverlof, palliatief verlof, verlof in het kader van medische bijstand - de CAO Nr. 77 in verband met de 1/5 de loopbaanvermindering - de CAO Nr. 77 in verband met de 1/5 de loopbaanvermindering voor werknemers van 50 jaar en ouder - tijdskrediet zoals bedoeld in hoofdstuk 2 van titel 2 van de wet van 19 juni 2009 houdende diverse bepalingen betreffende tewerkstelling in crisistijd - werknemers die in België tewerkgesteld waren maar in het buitenland verblijven en die hun recht op een aanvullende vergoeding laten gelden, op voorwaarde dat ze een werkloosheidsuitkering ontvangen op basis van de wetgeving van hun land van verblijf. B.3. Verschuldigde bijdragen 1 Bijzonder patronale bijdrage De bijzondere patronale bijdrage is een percentage dat wordt toegepast op het bruto maandelijks bedrag van de aanvullende vergoeding(en). Deze bijdrage is niet verschuldigd: - indien het Fonds voor Sluiting van Ondernemingen de debiteur van de bijdragen is Verschillende criteria zijn relevant voor het bepalen van het toe te passen percentage: 12 DEEL /1

13 BIJZONDERE BIJDRAGEN TEN LASTE VAN DE WERKGEVER - aanvullende vergoeding bij werkloosheidsuitkeringen of bij onderbrekingsuitkeringen - nieuw pseudo-bruggepensioen of lopend pseudo-brugpensioen - non-profitsector of niet (hierna profitsector genoemd) Het bedrag van de bijzondere patronale bijdrage kan nooit het bruto bedrag van de aanvullende vergoedingen overstijgen. Indien dat wel het geval is, dan wordt het bedrag van de bijdrage beperkt tot het bedrag van de aanvullende vergoeding. 1 A.1. Aanvullende vergoedingen bij werkloosheidsuitkeringen: 1 A.1. Lopende pseudo-brugpensioenen: Te weten: - waarvan de vooropzeg of verbreking van het arbeidscontract betekend werd tot 15 oktober OF waarvan de aanvullende vergoedingen voor het eerst werden toegekend vóór 01/04/2010 De bijzondere patronale bijdrage bedraagt 32,25 % van de aanvullende vergoeding. Er is geen verschil in de percentages voor de profit en de non-profitsector. 1 A.2. Nieuwe pseudo-brugpensioenen : Te weten: - waarvan de vooropzeg of verbreking van het arbeidscontract na 15 oktober 2009 betekend werd - EN waarvan de aanvullende vergoedingen voor het eerst vanaf 01/04/2010 toegekend werden Er zijn verschillende percentages van toepassing voor de profit en de non-profitsector. 1 A.2.1. Profitsector: Het percentage van de bijdrage wordt bepaald aan de hand van de leeftijd bij aanvang van het pseudobrugpensioen (zelfs indien de betaling van de eerste vergoeding pas later voorzien is) en blijft hetzelfde tot aan het wettelijk pensioen. Bijzondere patronale bijdrage Nieuwe pseudo-brugpensioenen Profitsector Leeftijd bij aanvang van het pseudo-brugpensioen Pseudo-bruggepensioneerd < 52 jaar 50% Pseudo-bruggepensioneerd < 55 jaar 40% Pseudo-bruggepensioneerd < 58 jaar 30% Pseudo-bruggepensioneerd < 60 jaar 20% Pseudo-bruggepensioneerd = 60 jaar 10% 1 A.2.2. Non-profitsector: Er zijn verminderde percentages van toepassing voor de non-profitsector (indien de werkgever in het toepassingsgebied van de Sociale Maribel valt of een sociale werkplaats is). 2010/1 DEEL 1 13

14 BIJDRAGEN Bijzondere patronale bijdrage Leeftijd van de pseudo-bruggepensioneerde op de laatste dag van de betreffende maand Leeftijd van de pseudo-bruggepensioneerde < 52 jaar Leeftijd van de pseudo-bruggepensioneerde < 55 jaar Leeftijd van de pseudo-bruggepensioneerde < 58 jaar Leeftijd van de pseudo-bruggepensioneerde < 60 jaar Leeftijd van de pseudo-bruggepensioneerde > 60 jaar Nieuwe pseudo-brugpensioenen Non-profitsector 5% 4 % 3 % 2 % 0 % 1 B. Aanvullende vergoedingen bij onderbrekingsuitkeringen (tijdskrediet): In alle gevallen: de bijzondere patronale bijdrage bedraagt 32,25 % van de aanvullende vergoeding 2 Inhouding Een inhouding van 6,5 % ten laste van de pseudo-bruggepensioneerde wordt berekend op de som van de aanvullende vergoeding(en) en de sociale uitkering. De inhouding moet maandelijks gebeuren op de aanvullende vergoeding door de debiteur en driemaandelijks aan de RSZ gestort worden. De uitbetalingsinstellingen van de werkloosheidsuitkeringen houden vanaf nu niets meer in op de sociale uitkering. Sociale uitkering = theoretisch maandelijks bedrag van de sociale uitkering Te weten: - indien het een volledig werkloze na een voltijdse tewerkstelling betreft, het dagbedrag van de werkloosheidsuitkering x 26 - indien het een volledig werkloze betreft na een vrijwillig deeltijdse tewerkstelling, het dagbedrag van een halve werkloosheidsuitkering x het aantal halve uitkeringen per week (=Q / S x 12) x 4,33 - indien het een tijdskrediet betreft, het maandelijks bedrag van de onderbrekingsuitkering De dagbedragen en hun aanpassingen worden aan de debiteurs meegedeeld door de uitbetalingsinstellingen van de werkloosheidsuitkeringen en door de RVA voor wat betreft de tijdskredieten. Aanvullende vergoeding = bruto maandelijks bedrag van de aanvullende vergoeding Te weten: Indien het een maandelijks (of frequenter) gestorte vergoeding tot aan het wettelijk pensioen betreft: AV = het bruto bedrag van de vergoedingen gestort per maand Indien het een vergoeding betreft die niet maandelijks tot aan het wettelijk pensioen gestort wordt: - ofwel, voor een pseudo-brugpensioen werkloosheid die begint vanaf 01/04/2010: AV = het totale bedrag van de vergoedingen verschuldigd voor de volledige periode waarop deze bedragen betrekking hebben, gedeeld door het aantal maanden vanaf de eerste maand waarvoor de aanvullende vergoeding wordtd toegekend tot en met de maand waarin de begunstigde 65 jaar wordt (= wettelijk pensioen) - ofwel, voor een pseudo-brugpensioen werkloosheid reeds lopende op 01/04/2010: 14 DEEL /1

15 BIJZONDERE BIJDRAGEN TEN LASTE VAN DE WERKGEVER AV = het effectieve bedrag dat per betalingsmaand gestort wordt Behalve indien het totaalbedrag op voorhand gestort wordt (volledige kapitalisatie): AV = het totaalbedrag van de nog verschuldigde vergoedingen gedeeld door het aantal maanden van de nog resterende periode - ofwel, voor een pseudo-brugpensioen tijdskrediet: AV = het totaalbedrag van de vergoedingen verschuldigd in de loop van de door vergoedingen gedekte periode, gedeeld door het aantal maanden waarvoor bij de RVA effectief een aanvraag tot onderbrekingsvergoedingen is ingediend Beperkingen op de inhouding: 1. De toepassing van de inhouding mag nooit tot gevolg hebben dat het netto maandelijkse inkomen van een bruggepensioneerde (som van de sociale uitkering en de aanvullende vergoeding) lager zou worden dan een benedengrens die bepaald wordt in functie van zijn/haar familiale situatie. Deze maandelijkse benedengrens bedraagt: Met gezinslast Voltijds pseudo-brugpensioen 1505,13 * Halftijds tijdskrediet 752,57 * Zonder gezinslast 1249,57 * 624,79 * * bedragen op 01/04/2010 die moeten geïndexeerd en geherwaardeerd worden in functie van een coëfficiënt bepaald door de NAR. Berekening van de inhouding met toepassing van de benedengrens: Gegeven A = aanvullende vergoeding gestort door de debiteur B = totale bruto aanvullende vergoeding gestort aan een rechthebbende door alle debiteurs C = sociale uitkering D = benedengrens Berekeningsbasis: D = B + C Totale bruto inhouding: E = D x 6,5 % Totale maximale inhouding: F = D G Indien resultaat < 0, F = 0 Totale inhouding H: Indien E = F, H = E Indien E > F, H = F Opm.: - C en G worden vermeningvuldigd met Q/S indien er meerdere debiteurs zijn als gevolg van twee deeltijdse tewerkstellingen (cfr. punt C.4) - C en G worden vermeningvuldigd met A/B indien er een gedeeltelijke kapitalisatie gebeurt, indien er meerdere debiteurs zijn of indien de aangifte in verschillende delen gebeurt. 2. Het bedrag van de inhouding mag nooit het bedrag van de aanvullende vergoeding overschrijden. Indien 2010/1 DEEL 1 15

16 BIJDRAGEN dit wel gebeurt, dan wordt het bedrag van de inhouding beperkt tot het bedrag van de aanvullende vergoeding. B.4. Verhogingen en verminderingen 1. In geval van halftijds tijdskrediet: Indien de werknemer vrijgesteld wordt van de uitvoering van de resterende halftijdse prestaties, de berekeningsbasis van de bijdragen en de inhoudingen wordt verdubbeld. Indien de werknemer niet vrijgesteld wordt van de uitvoering van de overblijvende halftijdse prestaties, en indien de aanvullende vergoedingen toegekend worden in toepassing van een sectorale CAO, de berekeningsbasis van de inhoudingen wordt vermenigvuldigd met 0,05 en indien, daar bovenop, de werknemer effectief vervangen wordt op basis van een CAO afgesloten in de NAR die deze vervanging regelt de berekeningsbasis van de patronale bijdragen wordt vermenigvuldigd met 0, In geval van werkloosheid: De inhoud van de overeenkomst op basis waarvan een aanvullende vergoeding wordt toegekend moet bekeken worden: De overeenkomst voorziet expliciet de doorbetaling van de aanvullende vergoeding bij werkhervatting of de aanvang van een zelfstandige activiteit normale patronale bijdragen en inhoudingen gedurende de periode van werkloosheid De overeenkomst voorziet niet expliciet in de doorbetaling van de aanvullende vergoeding bij werkhervatting de berekeningsbasis van de patronale bijdragen en inhoudingen wordt verdubbeld gedurende de periode van werkloosheid C. GEMEENSCHAPPELIJKE BEPALINGEN VOOR BRUGPENSIOENEN EN PSEUDO- BRUGPENSIOENEN C.1. Werkhervatting - Werkhervatting type 1 : Als de werknemer het werk hervat als zelfstandige of als loontrekkende bij een andere werkgever of bij een werkgever die niet tot dezelfde groep behoort dan diegene die de aanvullende vergoeding rechtstreeks of onrechtstreeks uitbetaalt, alle bijdragen en inhoudingen op de aanvullende vergoeding die de werknemer tijdens de werkhervatting verder ontvangt zijn niet meer verschuldigd. - Werkhervatting type 2 : Als de werknemer het werk hervat als loontrekkende bij zijn oude werkgever of bij een werkgever van dezelfde groep, wordt de aanvullende vergoeding als loon beschouwd gewone sociale zekerheidsbijdragen op de aanvullende vergoeding die de werknemer tijdens de werkhervatting verder ontvangt. - We verstaan onder "Groep" : alle werkgevers die ofwel deel uitmaken van de technische bedrijfseenheid die bestaat uit diverse juridische entiteiten ofwel tot de juridische entiteit die bestaat uit diverse technische bedrijfseenheden 16 DEEL /1

17 BIJZONDERE BIJDRAGEN TEN LASTE VAN DE WERKGEVER Periode van werkhervatting : de volledige periode gedekt door een een arbeidsovereenkomst of een zelfstandige activiteit zonder rekening te houden met het aantal werkelijk gepresteerde uren of dagen. C.2. Onvolledige maand Enkel in geval van : Werkhervatting of stopzetting van werkhervatting Begin of einde van (pseudo-)brugpensioen in het midden van de maand Opname van vakantiedagen gedekt door vakantiegeld : het eerste jaar van het (pseudo-)brugpensioen kan de (pseudo-)bruggepensioneerde nog het saldo van de resterende vakantiedagen opnemen waarvoor hij reeds een vergoeding ontving. In dit geval zal hij geen uitkeringen ontvangen voor deze vakantiedagen en is de werkgever niet verplicht om hem voor deze dagen de aanvullende vergoeding toe te kennen Wijziging van debiteur in de loop van een maand. Berekening van het aantal dagen in geval van onvolledige maand : Aantal dagen van de periode gedurende dewelke de bijdragen verschuldigd zijn («x») : geheel getal te bepalen in functie van het aantal dagen gedekt door een uitkering omgezet in een regime van 6 dagen waarbij een maand gelijk is aan 26 dagen. (Rekenkundige afronding naar de dichtstbijzijnde eenheid waarbij 1,50 = 2 en 1,49 = 1) Berekening van de bijdragen in geval van onvolledige maand : Stappen : 1. berekeningsbasis x percentage 2. eventuele toepassing van de ondergrens of van het minimum 3. proratisering van het resultaat in x/26 Bij elke stap wordt er afgerond : rekenkundige afronding waarbij 0,005 = 0,01 en 0,004 = 0! In de DMFA moet het bedrag van de volledige maandelijkse aanvullende vergoeding aangegeven worden evenals de maandelijkse uitkering omdat de proratisering pas op het einde van de berekening gebeurt. C.3. Kapitalisatie We spreken over kapitalisatie : als de totaliteit van de aanvullende vergoedingen in een of meerdere schijven gestort wordt aan de begunstigde als de aanvullende vergoedingen niet maandelijks en/of niet tot aan de pensioenleeftijd worden uitbetaald (of tot het einde van de voorziene periode voor tijdskrediet)! Deze regel is niet van toepassing op de lopende brugpensioenen op 1/4/2010! als de debiteur zijn verplichtingen wil afsluiten en alle bijdragen wil storten! De berekeningsbasis van de bijdragen en inhoudingen die vervroegd gestort worden kan later niet meer aangepast worden Toepasselijke regels: Te onderscheiden : 1) Lopende (pseudo-)brugpensioenen: Vervroegde storting in een of meerdere keren: berekening voor alle maanden van de door de vergoedingen gedekte periode 2010/1 DEEL 1 17

18 BIJDRAGEN! desgevallend wordt rekening gehouden met degressieve percentages in functie van de leeftijd, van de periodes van erkenning als onderneming in moeilijkheden of in herstructurering en met de minimum maandbedragen AV niet maandelijks of niet gestort tot aan de leeftijd van het pensioen : bijdragen aangeven en berekenen voor elke maand van storting op de werkelijk gestorte bedragen 2) Nieuwe (pseudo-)brugpensioenen: Voor de brugpensioenen en de pseudo-brugpensioenen werkloosheid : berekening voor alle maanden van de periode gaande tot aan het pensioen verdeeld over het aantal uit te voeren stortingen van AV! desgevallend wordt rekening gehouden met degressieve percentages in functie van de leeftijd (nonprofitsector), van de periodes van erkenning als onderneming in moeilijkheden of in herstructurering en met de minimum maandbedragen Berekeningswijze : 1 Berekening voor een maand waarbij: - theoretische maandelijkse AV = totaal van de voor de volledige periode te storten AV / aantal maanden tot aan het pensioen - uitkering = maandelijkse theoretische uitkering Er wordt nagegaan of er toepassing gemaakt wordt van de benedengrens (voor de inhoudingen) en of men onder het minimum komt (voor de patronale bijdragen) en men bekomt X = het bedrag aan bijdragen voor een maand. 2 Verdeling over de uitgevoerde stortingen: Y = Aantal maanden tot aan het pensioen / totaal aantal stortingen 3 Kwartaalaangiftes : Bijdrage per kwartaal = X x Y x aantal stortingen in de loop van het kwartaal Voor de tijdskredieten: berekening voor alle maanden van de periode gedekt door de aanvraag van onderbrekingsuitkeringen bij de RVA C.4. Meerdere debiteurs Fonds en werkgever of gelijkgesteld : Algemene regel : de bijdragen en inhoudingen worden aangegeven en integraal betaald door de hoofddebiteur die de debiteur is van de hoogste aanvullende vergoeding Ze worden berekend op de totaliteit van de maandelijks aan de begunstigde gestorte aanvullende vergoedingen (en van de maandelijkse sociale uitkering voor de inhoudingen). Sectorale afwijkingen zijn toegestaan voor de patronale bijdragen (maar niet voor de inhoudingen) voor zover daarin voorzien is bij een CAO, afgesloten in de schoot van een paritair comité. Uitzonderingen : - in geval van vervroegde storting van een deel van de aanvullende vergoedingen - of als een AV niet maandelijks gestort wordt tot aan het pensioen (cfr kapitalisatie) In deze gevallen doet elke debiteur de berekening van de bijdragen en de inhoudingen op de aanvullende vergoeding die hij stort, maar proratiseert het maandelijks minimum van patronale bijdragen, de sociale uitkering en de benedengrens in functie van het gedeelte van AV dat hij stort in vergelijking met het totaal van de aan de begunstigde toegekende AV, d.w.z. door telkens te vermenigvuldigen met A/B waarbij 18 DEEL /1

19 BIJZONDERE BIJDRAGEN TEN LASTE VAN DE WERKGEVER A = AV gestort door de debiteur B = totale bruto AV, verschuldigd aan een rechthebbende door alle debiteurs. Twee verschillende werkgevers ten gevolge van twee deeltijdse tewerkstellingen: Algemene regel : bijdragen en inhoudingen verschuldigd door elke werkgever op het gedeelte van de vergoeding die hij stort. Het minimum maandbedrag aan patronale bijdragen, de uitkering en de ondergrens moeten dus geproratiseerd worden in functie van de tewerkstellingsbreuk bij de verbreking van de arbeidsovereenkomst d.w.z. door elke factor te vermenigvuldigen met Q/S waarbij Q = het gemiddeld aantal uren per week bij de laatste tewerkstelling van de werknemer bij de debiteur S = het gemiddeld aantal uren per week van de maatpersoon bij de laatste tewerkstelling bij de debiteur. C.5 Informatie Wie informeert wie? Over de gestorte AV : - Het Fonds dat een aanvullende vergoeding toekent informeert de laatste werkgever van de begunstigde. - De laatste werkgever moet de gegevens betreffende de door alle debiteurs toegekende aanvullende vergoedingen verzamelen en meedelen aan deze debiteurs en aan zijn sociaal secretariaat. - Een debiteur van een AV die kapitaliseert moet de andere debiteurs informeren over het theoretisch maandbedrag van de AV dat als basis dient voor de berekening. Over de identiteit van de hoofddebiteur : de laatste werkgever maakt de identiteit van de hoofddebiteur die verantwoordelijk is voor de bijdragen bekend aan alle debiteurs en duidt de hoofddebiteur aan op het RVAformulier Over de aanpassing van de uitkering: de uitbetalingsinstelling (of de RVA voor de tijdskredieten) maakt de nieuwe bedragen over aan de debiteur van de inhouding (vandaar het belang om de RVA goed te informeren over de identiteit van de debiteur) Over de wijziging van de gezinssituatie: de (pseudo-)bruggepensioneerde moet zijn uitbetalingsinstelling (of de RVA voor de tijdskredieten) op de hoogte brengen die de informatie overmaakt aan de debiteur Over een werkhervatting : het is de (pseudo-)bruggepensioneerde die de debiteur en zijn uitbetalingsinstelling moet informeren van elke werkhervatting en de beëindiging ervan. Voor alle zekerheid maakt de betalingsinstelling deze gegevens ook over aan de debiteur. Van de opname van verlofdagen : het is de (pseudo-)bruggepensioneerde die de debiteur moet informeren opm : kan enkel in het eerste jaar voorkomen D. AANGIFTE BIJ DE RSZ De werkgeversbijdragen en de inhoudingen worden maandelijks berekend, maar worden per kwartaal gestort en aangegeven bij de RSZ in de DMFA. Vanaf het 2de kwartaal 2010 : Het blok Bijdrage bruggepensioneerd werknemer (90042) mag niet meer gebruikt worden. De werkgeversbijdragen en de inhoudingen voor de (brug)gepensioneerden moeten moeten aangegeven 2010/1 DEEL 1 19

20 BIJDRAGEN worden in de blokken Aanvullende vergoeding (90336) en Aanvullende vergoeding Bijdrage (90337) die al gebruikt worden voor de aanvullende vergoedingen voor bruggepensioneerden. In DMFA zal het schema er als volgt uitzien: Niveau : Werkgever = de debiteur(s) van de aanvullende vergoeding Niveau : Natuurlijk persoon = de bruggepensioneerde werknemer, ontslagen werknemer of werknemer met tijdskrediet Niveau : Werknemerslijn : identificatie van het type werknemer door middel van het werknemerskengetal 879 : bruggepensioneerde werknemer 883 : ontslagen werknemer met werkloosheidsvergoeding 885 : werknemer met tijdskrediet Niveau "Aanvullende vergoeding" : algemene gegevens betreffende de aanvullende vergoeding bij werkloosheid, tijdskrediet of brugpensioen Niveau "Aanvullende vergoeding - bijdrage" : identificatie van de bijdrage(n) en de elementen voor de berekening In t algemeen, komt minstens 2 keer voor : 1 werkgeversbijdrage 2 inhouding De preciese omschrijving van de verschillende in te vullen zones bevindt zich in het glossarium 2/2010. In het volgende overzicht vestigen wij de aandacht op de bijzonderheden en moeilijkheden eigen aan elke zone. Blok "Aanvullende vergoeding" (blok 90336) In te vullen zones : Notie werkgever* (zone 00815) : als de aangifte wordt gedaan door een derde betalende moet men het stamnummer of KBO vermelden van de werkgever van de (brug)gepensioneerde Paritair Comité* (zone 00046) : op het ogenblik van het (brug)pensioen NACE-code * (zone 00228) : enkel voor de werkgevers van RSZPPO Type debiteur (zone 00949) : preciseert of de debiteur van de bijdragen de werkgever is, een derde betalende is, de hoofddebiteur is of of er meerdere debiteurs zijn. Opm : Belangrijk gegeven want het bepaalt de toegepaste controles. Men moet blijven aanduiden dat er meerdere debiteurs zijn als één van de debiteurs zijn deel heeft gekapitaliseerd en de andere debiteurs een aanvullende vergoeding blijven storten. De vermelding dat er meerdere debiteurs zijn rechtvaardigt de proratisering van de minimumbijdragen, van de sociale uitkering en van de benedengrens. De controles worden a posteriori uitgevoerd op alle blokken aanvullende vergoeding aangegeven voor dat INSZ. Datum eerste toekenning van de aanvullende vergoeding (zone 00823) : datum wordt gebruikt voor de bepaling van het percentage in combinatie met de datum van de betekening van de vooropzeg. Notie type akkoord van de aanvullende vergoeding* (zone 00824) : - Sectorale CAO of CAO gesloten in de NAR - of individueel, ondernemings- of collectief akkoord Opm : Als de aanvullende vergoedingen worden toegekend op basis van verschillende types akkoorden is het niet nodig elke AV te splitsen in een verschillend blok als de berekeningswijze van de bijdragen dezelfde is (geen verschillende verhoging of verlaging). In dat geval moet men het sectoraal akkoord vermelden. Notie halftijds* (zone 00825) : enkel voor bruggepensioneerden en tijdskredieten. 20 DEEL /1

Brugpensioen : hoofdelijke bijdragen en sociale inhoudingen. Belangrijke wijzigingen vanaf 1 april 2010

Brugpensioen : hoofdelijke bijdragen en sociale inhoudingen. Belangrijke wijzigingen vanaf 1 april 2010 Inhoudstafel Nieuwe hoofdelijke bijdragen inzake brugpensioen... 2 Nieuwe hoofdelijke bijdragen inzake pseudobrugpensioen (Canada Dry private sector)... 4 Vrijstelling van de werkgeversbijdrage en de sociale

Nadere informatie

ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ

ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ RIJKSDIENST VOOR SOCIALE ZEKERHEID OPENBARE INSTELLING VAN SOCIALE ZEKERHEID ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ R S Z Kwartaal:2013-01 De bijzondere bijdragen Inhoudstafel Inleiding... 6 Solidariteitsbijdrage

Nadere informatie

RIJKSDIENST VOOR SOCIALE ZEKERHEID OPENBARE INSTELLING VAN SOCIALE ZEKERHEID ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ. R S Z Kwartaal:2011-01

RIJKSDIENST VOOR SOCIALE ZEKERHEID OPENBARE INSTELLING VAN SOCIALE ZEKERHEID ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ. R S Z Kwartaal:2011-01 RIJKSDIENST VOOR SOCIALE ZEKERHEID OPENBARE INSTELLING VAN SOCIALE ZEKERHEID ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ R S Z Kwartaal:2011-01 De bijzondere bijdragen Inhoudstafel Inleiding... 6 Solidariteitsbijdrage

Nadere informatie

RIJKSDIENST VOOR SOCIALE ZEKERHEID OPENBARE INSTELLING VAN SOCIALE ZEKERHEID ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ. R S Z Kwartaal:

RIJKSDIENST VOOR SOCIALE ZEKERHEID OPENBARE INSTELLING VAN SOCIALE ZEKERHEID ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ. R S Z Kwartaal: RIJKSDIENST VOOR SOCIALE ZEKERHEID OPENBARE INSTELLING VAN SOCIALE ZEKERHEID ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ R S Z Kwartaal:2010-04 De bijzondere bijdragen Inhoudstafel Inleiding... 5 Solidariteitsbijdrage

Nadere informatie

Gelet op de aanvraag van de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid van 20 juli 2007;

Gelet op de aanvraag van de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid van 20 juli 2007; SCSZ/07/130 1 BERAADSLAGING NR. 07/043 VAN 4 SEPTEMBER 2007 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS DOOR DE RIJKSDIENST VOOR ARBEIDSVOORZIENING EN DE RIJKSDIENST VOOR PENSIOENEN AAN DE RIJKSDIENST

Nadere informatie

RIJKSDIENST VOOR SOCIALE ZEKERHEID OPENBARE INSTELLING VAN SOCIALE ZEKERHEID ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ. R S Z Kwartaal:2012-01

RIJKSDIENST VOOR SOCIALE ZEKERHEID OPENBARE INSTELLING VAN SOCIALE ZEKERHEID ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ. R S Z Kwartaal:2012-01 RIJKSDIENST VOOR SOCIALE ZEKERHEID OPENBARE INSTELLING VAN SOCIALE ZEKERHEID ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ R S Z Kwartaal:2012-01 De bijzondere bijdragen Inhoudstafel Inleiding... 6 Solidariteitsbijdrage

Nadere informatie

BETREFT: BRUGPENSIOEN BIJZONDERE WERKGEVERSBIJDRAGEN EN INHOUDINGEN RSZ VANAF 01/04/2010

BETREFT: BRUGPENSIOEN BIJZONDERE WERKGEVERSBIJDRAGEN EN INHOUDINGEN RSZ VANAF 01/04/2010 ONDERRICHTING AAN DE WERKGEVERS 2010-2 BETREFT: BRUGPENSIOEN BIJZONDERE WERKGEVERSBIJDRAGEN EN INHOUDINGEN RSZ VANAF 01/04/2010 Ingevolge het K.B. van 29/03/2010 B.S. 31/03/2010 tot uitvoering van het

Nadere informatie

RIJKSDIENST VOOR SOCIALE ZEKERHEID OPENBARE INSTELLING VAN SOCIALE ZEKERHEID ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ. R S Z Kwartaal:

RIJKSDIENST VOOR SOCIALE ZEKERHEID OPENBARE INSTELLING VAN SOCIALE ZEKERHEID ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ. R S Z Kwartaal: RIJKSDIENST VOOR SOCIALE ZEKERHEID OPENBARE INSTELLING VAN SOCIALE ZEKERHEID ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ R S Z Kwartaal:2012-02 De bijzondere bijdragen Inhoudstafel Inleiding... 6 Solidariteitsbijdrage

Nadere informatie

Inhoudsopgave INHOUDSOPGAVE... 2

Inhoudsopgave INHOUDSOPGAVE... 2 Brugpensioen 2010 Inhoudsopgave INHOUDSOPGAVE... 2 DEEL I: VOLTIJDS BRUGPENSIOEN... 7 INLEIDING... 7 1. TOEKENNINGSVOORWAARDEN... 8 1.1. Inleiding... 8 1.2. Ontslag gegeven door de werkgever... 8 1.2.1.

Nadere informatie

RIJKSDIENST VOOR SOCIALE ZEKERHEID OPENBARE INSTELLING VAN SOCIALE ZEKERHEID ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ. R S Z Kwartaal:

RIJKSDIENST VOOR SOCIALE ZEKERHEID OPENBARE INSTELLING VAN SOCIALE ZEKERHEID ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ. R S Z Kwartaal: RIJKSDIENST VOOR SOCIALE ZEKERHEID OPENBARE INSTELLING VAN SOCIALE ZEKERHEID ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ R S Z Kwartaal:2011-02 De bijzondere bijdragen Inhoudstafel Inleiding... 5 Solidariteitsbijdrage

Nadere informatie

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 26 januari

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 26 januari A D V I E S Nr. 1.725 ----------------------------- Zitting van dinsdag 26 januari 2010 ---------------------------------------------- Brugpensioen - Canada dry - Ontwerpen van koninklijk besluit tot uitvoering

Nadere informatie

Nieuwe bijdrageregeling (pseudo-)brugpensioen vanaf 1 april 2010

Nieuwe bijdrageregeling (pseudo-)brugpensioen vanaf 1 april 2010 Nieuwe bijdrageregeling (pseudo-)brugpensioen vanaf 1 april 2010 p. 1 / 26 Inhoudsopgave 1. BEGRIPPEN... 5 1.1. Lopende en nieuwe (pseudo-)brugpensioenen... 5 1.2. Profit en non-profitsector... 5 1.3.

Nadere informatie

Inhoudsopgave INHOUDSOPGAVE... 2

Inhoudsopgave INHOUDSOPGAVE... 2 bedrijfstoeslag (Brugpensioen) 2014 Inhoudsopgave INHOUDSOPGAVE... 2 DEEL I: HET STELSEL VAN WERKLOOSHEID MET BEDRIJFSTOESLAG (VOLTIJDS BRUGPENSIOEN)... 7 INLEIDING... 7 1. TOEKENNINGSVOORWAARDEN... 8

Nadere informatie

Halftijds brugpensioen

Halftijds brugpensioen Halftijds brugpensioen //dossier Eindeloopbaan Inhoud Wat verstaat men onder halftijds brugpensioen?... 01 Onder welke voorwaarden krijgt men toegang tot het halftijds brugpensioen?... 01 Welke procedure

Nadere informatie

ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ

ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ 1 van 138 ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ R S Z Kwartaal:2015/3 2 van 138 3 van 138 De bijzondere bijdragen Inleiding Solidariteitsbijdrage niet-verzekeringsplichtige studenten Decava Algemeenheden Begrippen

Nadere informatie

Infoblad - werknemers Welke zijn de voorwaarden om recht te hebben op brugpensioen tot en vanaf ?

Infoblad - werknemers Welke zijn de voorwaarden om recht te hebben op brugpensioen tot en vanaf ? Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening Voor meer inlichtingen neem contact op met de plaatselijke RVA (werkloosheidsbureau). De adressen kunt u vinden in het telefoonboek of op de site : www.rva.be Infoblad

Nadere informatie

ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES VOOR DE PROVINCIALE EN PLAATSELIJKE BESTUREN

ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES VOOR DE PROVINCIALE EN PLAATSELIJKE BESTUREN 1 of 118 ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES VOOR DE PROVINCIALE EN PLAATSELIJKE BESTUREN R S Z Kwartaal:2018/1 2 of 118 De verschuldigde bijzondere bijdragen Solidariteitsbijdrage niet-verzekeringsplichtige studenten

Nadere informatie

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités;

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités; COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 137 VAN 23 APRIL 2019 TOT VASTSTELLING VOOR 2019-2020 VAN HET INTERPROFESSIONEEL KADER VOOR DE VERLAGING VAN DE LEEFTIJDSGRENS, VOOR WAT DE TOEGANG TOT HET RECHT OP

Nadere informatie

1 of 80 ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES VOOR DE PROVINCIALE EN PLAATSELIJKE BESTUREN. R S Z Kwartaal:2018/4

1 of 80 ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES VOOR DE PROVINCIALE EN PLAATSELIJKE BESTUREN. R S Z Kwartaal:2018/4 1 of 80 ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES VOOR DE PROVINCIALE EN PLAATSELIJKE BESTUREN R S Z Kwartaal:2018/4 2 of 80 De verschuldigde bijzondere bijdragen Inleiding Solidariteitsbijdrage niet-verzekeringsplichtige

Nadere informatie

Newsletter. Sociale actualiteit van April. Solutions for Human Resources. Sociale actualiteit van April. Solutions for Human Resources.

Newsletter. Sociale actualiteit van April. Solutions for Human Resources. Sociale actualiteit van April. Solutions for Human Resources. 2012 Solutions for Human Resources. Newsletter PERSOLIS Résidence de la Lyre, 19 1300 Wavre Tel : +32 (0)10 43 98 83 www.persolis.be «De Persolis nieuwsbrief wordt verdeeld in samenwerking met Groep S

Nadere informatie

Wijziging van de reglementering van het tijdskrediet

Wijziging van de reglementering van het tijdskrediet Directie reglementering Tijdskrediet en Loopbaanonderbreking Communicatie Datum 29.12.2014 Wijziging van de reglementering van het tijdskrediet In toepassing van het federaal regeerakkoord van 09.10.2014

Nadere informatie

ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ

ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ 1 van 136 ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ R S Z Kwartaal:2016/2 2 van 136 De bijzondere bijdragen Inleiding Solidariteitsbijdrage niet-verzekeringsplichtige studenten Decava Algemeenheden Begrippen Gemeenschappelijke

Nadere informatie

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 24 april

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 24 april A D V I E S Nr. 1.604 ------------------------------ Zitting van dinsdag 24 april 2007 ------------------------------------------- Ontwerp van koninklijk besluit tot uitvoering van het hoofdstuk 6 van

Nadere informatie

CIRCULAIRE. DECAVA-systeem: nieuwe werkgeversbijdragen met ingang van 1 april 2012 S.2012/035 S.2012/XXX. Samenvatting AH/LP/S.235 CI12-035N.

CIRCULAIRE. DECAVA-systeem: nieuwe werkgeversbijdragen met ingang van 1 april 2012 S.2012/035 S.2012/XXX. Samenvatting AH/LP/S.235 CI12-035N. Annick Hellebuyck Adviseur AH/LP/S.235 CI12-035N.AH CIRCULAIRE S.2012/XXX DECAVA-systeem: nieuwe werkgeversbijdragen met ingang van 1 april 2012 18 juni 2012 Samenvatting De regering heeft besloten om

Nadere informatie

ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ

ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ 1 van 142 ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ R S Z Kwartaal:2016/3 2 van 142 De bijzondere bijdragen Inleiding Solidariteitsbijdrage niet-verzekeringsplichtige studenten Decava Algemeenheden Begrippen Gemeenschappelijke

Nadere informatie

NIEUWSBRIEF JANUARI 2010

NIEUWSBRIEF JANUARI 2010 NIEUWSBRIEF JANUARI 2010 DE ANTI-CRISISMAATREGELEN VOOR DE BEDIENDEN WORDEN VERLENGD De anti-crisismaatregelen, die eerst maar liepen tot 31 december 2009, zijn zoals verwacht verlengd met zes maanden

Nadere informatie

ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ

ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ 1 of 168 ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ RSZ Kwartaal:2018/1 2 of 168 De bijzondere bijdragen Inleiding Solidariteitsbijdrage niet-verzekeringsplichtige studenten Decava - werklozen SWT of SWAV Algemeenheden

Nadere informatie

1 of 115 ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ. RSZ Kwartaal:2018/3

1 of 115 ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ. RSZ Kwartaal:2018/3 1 of 115 ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ RSZ Kwartaal:2018/3 2 of 115 De bijzondere bijdragen Inleiding Solidariteitsbijdrage niet-verzekeringsplichtige studenten Decava - werklozen SWT of SWAV Algemeenheden

Nadere informatie

1 of 111 ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ. RSZ Kwartaal:2018/2

1 of 111 ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ. RSZ Kwartaal:2018/2 1 of 111 ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ RSZ Kwartaal:2018/2 2 of 111 De bijzondere bijdragen Inleiding Solidariteitsbijdrage niet-verzekeringsplichtige studenten Decava - werklozen SWT of SWAV Algemeenheden

Nadere informatie

Diksmuidelaan Berchem Tel.03/ Fax 03/

Diksmuidelaan Berchem Tel.03/ Fax 03/ BRUGPENSIOEN & CANADA-DRY WIJZIGINGEN BIJDRAGEN EN INHOUDINGEN FEBRUARI 2010 Diksmuidelaan 50 2600 Berchem Tel.03/366.02.53 Fax 03/366.11.58 E-mail: post@vso.be BRUGPENSIOEN & CANADA-DRY WIJZIGINGEN BIJDRAGEN

Nadere informatie

Inhoudstafel. Inleiding 1. Titel 1 TOEGANGSVOORWAARDEN

Inhoudstafel. Inleiding 1. Titel 1 TOEGANGSVOORWAARDEN Inleiding 1 Titel 1 TOEGANGSVOORWAARDEN Toepassingsgebied 5 Werkgevers 5 Werknemers 5 Specificiteiten voor sommige sectoren 6 Ontslag door de werkgever 9 Begrip ontslag 9 Ontslagprocedure Overleg 10 1.

Nadere informatie

1 of 119 ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ. RSZ Kwartaal:2019/1

1 of 119 ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ. RSZ Kwartaal:2019/1 1 of 119 ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ RSZ Kwartaal:2019/1 2 of 119 De bijzondere bijdragen Inleiding Solidariteitsbijdrage niet-verzekeringsplichtige studenten Decava - werklozen SWT of SWAV Algemeenheden

Nadere informatie

1 of 119 ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ. RSZ Kwartaal:2019/2

1 of 119 ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ. RSZ Kwartaal:2019/2 1 of 119 ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ RSZ Kwartaal:2019/2 2 of 119 De bijzondere bijdragen Inleiding Solidariteitsbijdrage niet-verzekeringsplichtige studenten Decava - werklozen SWT of SWAV Algemeenheden

Nadere informatie

A D V I E S Nr. 1.938 ------------------------------- Zitting van maandag 27 april 2015 ------------------------------------------------

A D V I E S Nr. 1.938 ------------------------------- Zitting van maandag 27 april 2015 ------------------------------------------------ A D V I E S Nr. 1.938 ------------------------------- Zitting van maandag 27 april 2015 ------------------------------------------------ Collectieve arbeidsovereenkomst nr. 118 van 27 april 2015 tot vaststelling

Nadere informatie

De patronale bijdragen vanaf 1 april 2012

De patronale bijdragen vanaf 1 april 2012 De patronale n vanaf 1 april 2012 Het onderscheid tussen drie periodes: de oudste fase, de tussenfase en de nieuwe fase Vóór 1 april 2012 bevatte de wetgeving reeds een onderscheid tussen zogenaamde 'lopende'

Nadere informatie

Inhoud. Inleiding 1 ANTHEMIS

Inhoud. Inleiding 1 ANTHEMIS Inhoud Inleiding 1 Titel I TOEGANGSVOORWAARDEN Toepassingsgebied 5 Werkgevers 5 Werknemers 5 1. Algemeen 5 2. Buitenlandse werknemers en grensarbeiders 6 Specificiteiten voor sommige sectoren 7 Ontslag

Nadere informatie

HARMONISERING VAN DE BIJDRAGEN OP DE (PSEUDO)BRUGPENSIOENEN VANAF 1/4/2012

HARMONISERING VAN DE BIJDRAGEN OP DE (PSEUDO)BRUGPENSIOENEN VANAF 1/4/2012 HARMONISERING VAN DE BIJDRAGEN OP DE (PSEUDO)BRUGPENSIOENEN VANAF 1/4/2012 De hieronder vermelde wijzigingen worden onder voorbehoud gegeven aangezien het koninklijk besluit nog niet gepubliceerd werd.

Nadere informatie

Nationaal akkoord voor arbeiders (PC 116)

Nationaal akkoord voor arbeiders (PC 116) Nationaal akkoord 2009-2010 voor arbeiders (PC 116) CAO gesloten op 1 april 2009 in het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid betreffende het Nationaal Akkoord 2009-2010 Toepassingsgebied Artikel

Nadere informatie

Nr januari 2016

Nr januari 2016 Nr. 216 14 januari 2016 Belgisch Staatsblad Wijzigingen betaald educatief verlof in Vlaanderen Naar aanleiding van de zesde staatshervorming werden heel wat bevoegdheden van de federale overheid overgeheveld

Nadere informatie

DIENST BELEIDSCOÖRDINATIE

DIENST BELEIDSCOÖRDINATIE DIENST BELEIDSCOÖRDINATIE Brussel, 4 juni 2008 VSKO/DB/08.06 V0806 Paritair Comité 152 Meesters-, vak- en dienstpersoneel: brugpensioen OPGELET, ENQUETE SCHOOLBESTUREN! Enkel de schoolbesturen die de enquête

Nadere informatie

CAO van 30 september 2009 tot vaststelling van de overgangsregeling in het kader van de invoering van de sectorale tweede pensioenpijler

CAO van 30 september 2009 tot vaststelling van de overgangsregeling in het kader van de invoering van de sectorale tweede pensioenpijler CAO van 30 september 2009 tot vaststelling van de overgangsregeling in het kader van de invoering van de sectorale tweede pensioenpijler Art. 1 Voorwerp van deze CAO Deze CAO stelt voor de arbeiders van

Nadere informatie

Ecocheques. paritair comité 309. Rechtsbronnen. Definitie. Betrokken werknemers. Bedrag en toekenningsvoorwaarden

Ecocheques. paritair comité 309. Rechtsbronnen. Definitie. Betrokken werknemers. Bedrag en toekenningsvoorwaarden Partena - Vereniging zonder winstoogmerk - Erkend sociaal secretariaat van werkgevers bij M.B. van 3 maart 1949 onder het nr. 300 Maatschappelijke zetel : Kartuizersstraat 45 te 1000 Brussel BTW BE 0409.536.968

Nadere informatie

expertise binnen handbereik Ouderschapsverlof Opname Voorwaarde in hoofde van het kind Anciënniteit

expertise binnen handbereik Ouderschapsverlof Opname Voorwaarde in hoofde van het kind Anciënniteit Ouderschapsverlof 12.07.2016 Rev. 31.07.2017 Juridische dienst Info@salar.be Ouderschapsverlof is een thematisch verlof dat werknemers de mogelijkheid biedt de arbeidsprestaties tijdelijk te schorsen of

Nadere informatie

DE WERKNEMER DIE UITKERINGEN WIL GENIETEN MOET DIT FORMULIER, NA DE PERIODE GEDEKT DOOR LOON,

DE WERKNEMER DIE UITKERINGEN WIL GENIETEN MOET DIT FORMULIER, NA DE PERIODE GEDEKT DOOR LOON, RIJKSDIENST ONMIDDELLIJK VOOR INDIENEN ARBEIDSVOORZIENING BIJ ZIJN UITBETALINGSINSTELLING C4ASR-STELSEL VAN WERKLOOSHEID MET BEDRIJFSTOESLAG (VOORHEEN BRUGPENSIOEN) TE BEZORGEN AAN DE WERKNEMER DOOR DE

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 55 VAN 13 JULI 1993 TOT INSTELLING VAN EEN REGELING VAN AANVULLENDE VERGOEDING

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 55 VAN 13 JULI 1993 TOT INSTELLING VAN EEN REGELING VAN AANVULLENDE VERGOEDING COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 55 VAN 13 JULI 1993 TOT INSTELLING VAN EEN REGELING VAN AANVULLENDE VERGOEDING VOOR SOMMIGE OUDERE WERKNEMERS, IN GEVAL VAN HAL- VERING VAN DE ARBEIDSPRESTATIES, GEWIJZIGD

Nadere informatie

expertise binnen handbereik Ouderschapsverlof Opname Voorwaarde in hoofde van het kind Anciënniteit Juridische dienst

expertise binnen handbereik Ouderschapsverlof Opname Voorwaarde in hoofde van het kind Anciënniteit Juridische dienst Ouderschapsverlof 12.07.2016 Juridische dienst Info@salar.be Ouderschapsverlof is een thematisch verlof dat werknemers de mogelijkheid biedt de arbeidsprestaties tijdelijk te schorsen of te verminderen

Nadere informatie

Eindeloopbaan: je rechten

Eindeloopbaan: je rechten Eindeloopbaan: je rechten Eindeloopbaan: je rechten Eindeloopbaan: je rechten Bedragen Alle bedragen zijn van toepassing op moment van publicatie (april 2016) en uitgedrukt in euro. Vrouwen-Mannen Alle

Nadere informatie

Newsletter. Sociale actualiteit van December. Solutions for Human Resources. Sociale actualiteit van December. Solutions for Human Resources.

Newsletter. Sociale actualiteit van December. Solutions for Human Resources. Sociale actualiteit van December. Solutions for Human Resources. 2012 Solutions for Human Resources. Newsletter PERSOLIS 23 rue de l orne 1435 Mont St Guibert www.persolis.be «De Persolis nieuwsbrief wordt verdeeld in samenwerking met Groep S sociaal secretariaat».

Nadere informatie

RIJKSDIENST VOOR SOCIALE ZEKERHEID OPENBARE INSTELLING VAN SOCIALE ZEKERHEID. Bijkomende informatie. R S Z Kwartaal:2014-01

RIJKSDIENST VOOR SOCIALE ZEKERHEID OPENBARE INSTELLING VAN SOCIALE ZEKERHEID. Bijkomende informatie. R S Z Kwartaal:2014-01 RIJKSDIENST VOOR SOCIALE ZEKERHEID OPENBARE INSTELLING VAN SOCIALE ZEKERHEID Bijkomende informatie R S Z Kwartaal:2014-01 Inhoudstafel De personen...4 Bijkomende informatie - Aangifte van dienstboden...5

Nadere informatie

Paritair Comité voor de ondernemingen waar teruggewonnen grondstoffen opnieuw ter waarde worden gebracht Terugwinning van allerlei producten

Paritair Comité voor de ondernemingen waar teruggewonnen grondstoffen opnieuw ter waarde worden gebracht Terugwinning van allerlei producten Paritair Comité voor de ondernemingen waar teruggewonnen grondstoffen opnieuw ter waarde worden gebracht 1420400 Terugwinning van allerlei producten Eindejaarspremie... 2 Collectieve arbeidsovereenkomst

Nadere informatie

IN TE VULLEN DOOR DE UITBETALINGSINSTELLING : 1 ste aanvraag RU VW... datumstempel WB

IN TE VULLEN DOOR DE UITBETALINGSINSTELLING : 1 ste aanvraag RU VW... datumstempel WB De werknemer die uitkeringen wil genieten moet dit formulier, na de periode gedekt door loon, onmiddellijk indienen bij zijn uitbetalingsinstelling. De werknemer die een vergoeding n.a.v. de beëindiging

Nadere informatie

ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ

ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ 1 van 118 ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ R S Z Kwartaal:2015/4 2 van 118 De bijzondere bijdragen Inleiding Solidariteitsbijdrage niet-verzekeringsplichtige studenten Decava Algemeenheden Begrippen Gemeenschappelijke

Nadere informatie

INTERPRETATIE VAN HET BEGRIP EFFECTIEF ACTIEF

INTERPRETATIE VAN HET BEGRIP EFFECTIEF ACTIEF INTERPRETATIE VAN HET BEGRIP EFFECTIEF ACTIEF Opdat sommige kapitalen en afkoopwaarden in aanmerking zouden kunnen komen voor een fiscaal gunstig regime (hetzij de aanslagvoet van 10 %, hetzij de beperking

Nadere informatie

Wijziging van de reglementering van het tijdskrediet

Wijziging van de reglementering van het tijdskrediet Wijziging van de reglementering van het tijdskrediet 12-01-2015 In toepassing van het federaal regeerakkoord van 09.10.2014 is de reglementering rond tijdskrediet gewijzigd vanaf 01.01.2015. Om de reglementering

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 137 ----------------------------------------------------------------------- Zitting van dinsdag 23 april 2019 --------------------------------------------- Collectieve

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST Nr

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST Nr COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST Nr. 118 ----------------------------------------------------------------------- Zitting van maandag 27 april 2015 ---------------------------------------------- Collectieve

Nadere informatie

Ouderschapsverlof. 13.04.2006 Rev. 04.06.2012 Juridische dienst info@salar.be

Ouderschapsverlof. 13.04.2006 Rev. 04.06.2012 Juridische dienst info@salar.be 13.04.2006 Rev. 04.06.2012 Juridische dienst info@salar.be Ouderschapsverlof De redactie en uitgever streven naar optimale betrouwbaarheid en volledigheid van de verstrekte informatie, waarvoor ze echter

Nadere informatie

INTERPRETATIE VAN HET BEGRIP EFFECTIEF ACTIEF

INTERPRETATIE VAN HET BEGRIP EFFECTIEF ACTIEF INTERPRETATIE VAN HET BEGRIP EFFECTIEF ACTIEF Opdat sommige kapitalen en afkoopwaarden in aanmerking zouden kunnen komen voor een fiscaal gunstig regime (hetzij de aanslagvoet van 10%, hetzij de beperking

Nadere informatie

Eindeloopbaan: je rechten

Eindeloopbaan: je rechten Eindeloopbaan: je rechten Eindeloopbaan: je rechten Bedragen Alle bedragen zijn van toepassing op moment van publicatie (oktober 2017) en uitgedrukt in euro. Vrouwen-Mannen Alle verwijzingen naar personen

Nadere informatie

Protocol akkoord van 8 mei 2017

Protocol akkoord van 8 mei 2017 Paritair comité voor de bedienden uit de internationale handel, het vervoer en de logistiek Protocol akkoord 2017-2018 van 8 mei 2017 1. TOEPASSINGSGEBIED Dit akkoord is van toepassing op de werkgevers

Nadere informatie

Nieuwe ontslagregels 2012

Nieuwe ontslagregels 2012 Nieuwe ontslagregels 2012 De IPA wet 2011-2012 voorziet in een eerste stap naar de harmonisering tussen arbeiders en bedienden. Hiervoor worden de ontslagregels vanaf 1 januari 2012 voor beide statuten

Nadere informatie

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 17 juli

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 17 juli A D V I E S Nr. 1.811 ----------------------------- Zitting van dinsdag 17 juli 2012 ------------------------------------------ Problemen met betrekking tot de toepassing van de Decava-regelgeving Voorstellen

Nadere informatie

Vlaams Secretariaat van het Katholiek Onderwijs vzw Guimardstraat BRUSSEL

Vlaams Secretariaat van het Katholiek Onderwijs vzw Guimardstraat BRUSSEL Vlaams Secretariaat van het Katholiek Onderwijs vzw Guimardstraat 1 1040 BRUSSEL VSKO/Dienst Beleidscoördinatie/07.1 Brussel, 18 januari 2007 MEDEDELING Meesters-, vak- en dienstpersoneel (PC 152): nieuwe

Nadere informatie

Aanmoedigingspremies Tijdskrediet

Aanmoedigingspremies Tijdskrediet Aanmoedigingspremies Tijdskrediet Zoals reeds eerder werd aangekondigd wil de Vlaamse Gemeenschap het stelsel van de aanmoedigingspremies in de privé-sector hervormen. Het besluit van 14 december 2001

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST Nr

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST Nr COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST Nr. 127 ----------------------------------------------------------------------- Zitting van dinsdag 21 maart 2017 ---------------------------------------------- Collectieve

Nadere informatie

De wet voorziet dat het recht op vakantie afhangt van het aantal dagen. werknemers die tijdens het vorige kalenderjaar hebben gewerkt het

De wet voorziet dat het recht op vakantie afhangt van het aantal dagen. werknemers die tijdens het vorige kalenderjaar hebben gewerkt het Verlof en vakantie De wet voorziet dat het recht op vakantie afhangt van het aantal dagen dat je het vorige jaar hebt gewerkt. Concreet betekent dit dat werknemers die tijdens het vorige kalenderjaar hebben

Nadere informatie

--------------------------

-------------------------- COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 107 VAN 28 MAART 2013 BETREFFENDE HET KLIKSYSTEEM VOOR HET BEHOUD VAN DE AANVULLENDE VERGOEDING IN HET KADER VAN BEPAALDE STELSELS VAN WERKLOOSHEID MET BEDRIJFSTOESLAG

Nadere informatie

Newsletter. Sociale actualiteit van Augutus. Solutions for Human Resources. Sociale actualiteit van Augustus. Solutions for Human Resources.

Newsletter. Sociale actualiteit van Augutus. Solutions for Human Resources. Sociale actualiteit van Augustus. Solutions for Human Resources. 2013 Solutions for Human Resources. Newsletter Sociale actualiteit van Augutus PERSOLIS 23 rue de l orne 1435 Mont St Guibert www.persolis.be «De Persolis nieuwsbrief wordt verdeeld in samenwerking met

Nadere informatie

NIEUWE REGELS ROND TIJDSKREDIETUITKERINGEN: REGEERAKKOORD DI RUPO.

NIEUWE REGELS ROND TIJDSKREDIETUITKERINGEN: REGEERAKKOORD DI RUPO. Nr. 1000 Brussel, 6 februari 2012 BETREFT: NIEUWE REGELS ROND TIJDSKREDIETUITKERINGEN: REGEERAKKOORD DI RUPO. De voorwaarden om recht te hebben op tijdskrediet met uitkeringen worden strenger. Die uitkeringen

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 55 VAN 13 JULI 1993 TOT INSTELLING VAN EEN REGELING VAN AANVULLENDE VERGOEDING

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 55 VAN 13 JULI 1993 TOT INSTELLING VAN EEN REGELING VAN AANVULLENDE VERGOEDING COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 55 VAN 13 JULI 1993 TOT INSTELLING VAN EEN REGELING VAN AANVULLENDE VERGOEDING VOOR SOMMIGE OUDERE WERKNEMERS, IN GEVAL VAN HAL- VERING VAN DE ARBEIDSPRESTATIES, GEWIJZIGD

Nadere informatie

Infoblad - werknemers Hebt u recht op de werkhervattingstoeslag?

Infoblad - werknemers Hebt u recht op de werkhervattingstoeslag? Infoblad - werknemers Hebt u recht op de werkhervattingstoeslag? Belangrijke melding over de zesde staatshervorming De informatie in dit infoblad heeft betrekking op bevoegdheden die door de zesde staatshervorming

Nadere informatie

Infoblad - werknemers Hebt u recht op de werkhervattingstoeslag?

Infoblad - werknemers Hebt u recht op de werkhervattingstoeslag? Infoblad - werknemers Hebt u recht op de werkhervattingstoeslag? Belangrijke melding over de zesde staatshervorming De informatie in dit infoblad heeft betrekking op bevoegdheden die door de zesde staatshervorming

Nadere informatie

MEMORIE VAN TOELICHTING

MEMORIE VAN TOELICHTING VOORONTWERP VAN DECREET HOUDENDE WIJZIGING VAN ARTIKEL 339 VAN DE PROGRAMMAWET (I) VAN 24 DECEMBER 2002 MEMORIE VAN TOELICHTING A. Algemene toelichting 1. Samenvatting Het decreet van 4 maart 2016 houdende

Nadere informatie

Paritair Comité voor de landbouw

Paritair Comité voor de landbouw 1440000 Paritair Comité voor de landbouw Anciënniteitstoeslag... 2 Collectieve arbeidsovereenkomst van 1 december 2011 (107.564)... 2 Eindejaarspremie... 3 Collectieve arbeidsovereenkomst van 16 juni 2000

Nadere informatie

Infoblad - werknemers Overgang van een 1/2-tijds tijdskrediet of een tijdskrediet 1/5 naar een thematisch verlof en omgekeerd

Infoblad - werknemers Overgang van een 1/2-tijds tijdskrediet of een tijdskrediet 1/5 naar een thematisch verlof en omgekeerd Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening Voor meer inlichtingen, gelieve contact op te nemen met uw RVA-kantoor. De adressen kunt u vinden in het telefoonboek of op de site : www.rva.be Infoblad - werknemers

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid SCSZG/18/032 BERAADSLAGING NR. 14/081 VAN 7 OKTOBER 2014, GEWIJZIGD OP 2 DECEMBER 2014, OP 1 SEPTEMBER 2015 EN

Nadere informatie

Het recht op tijdskrediet

Het recht op tijdskrediet Het recht op tijdskrediet Op 28 december 2011 verscheen er in het Staatblad een Koninklijk Besluit tot wijziging van het stelsel van loopbaanonderbrekingsrecht waarbij de voorwaarden om aanspraak te kunnen

Nadere informatie

Sectoraal pensioenstelsel

Sectoraal pensioenstelsel Sectoraal pensioenstelsel CAO van 15 maart 2016 gesloten in het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid betreffende het aanvullend sectoraal pensioenstelsel voor de bedienden van de scheikundige

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR.77 TER

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR.77 TER COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR.77 TER ----------------------------------------------------------------------------- Zitting van woensdag 10 juli 2002 --------------------------------------------- COLLECTIEVE

Nadere informatie

Stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag (SWT) - Leeftijds- en anciënniteitsvoorwaarden

Stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag (SWT) - Leeftijds- en anciënniteitsvoorwaarden Stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag (SWT) - Leeftijds- en anciënniteitsvoorwaarden Algemeen stelsel op 60 jaar 1 Opmerking vooraf: vanaf 14 oktober 2012 zorgt een nieuw mechanisme (vastklikken

Nadere informatie

2010 PERSOLIS «De Persolis nieuwsbrief wordt verdeeld in samenwerking met Groep S sociaal secretariaat».

2010 PERSOLIS «De Persolis nieuwsbrief wordt verdeeld in samenwerking met Groep S sociaal secretariaat». 2010 SAP solutions for Human Resources. Newsletter PERSOLIS Résidence de la Lyre, 19 1300 Wavre Tel : +32 (0)10 43 98 83 www.persolis.be «De Persolis nieuwsbrief wordt verdeeld in samenwerking met Groep

Nadere informatie

Nieuw bedrag forfaitaire kilometervergoeding vanaf 1 juli 2015 definitief vastgelegd

Nieuw bedrag forfaitaire kilometervergoeding vanaf 1 juli 2015 definitief vastgelegd Nr. 195 16 juli 2015 Belgisch Staatsblad Nieuw bedrag forfaitaire kilometervergoeding vanaf 1 juli 2015 definitief vastgelegd Zoals u weet hanteert de overheid een forfaitaire kilometervergoeding voor

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale zekerheid»

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale zekerheid» Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale zekerheid» SCSZ/07/167 BERAADSLAGING NR. 07/063 VAN 6 NOVEMBER 2007 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS

Nadere informatie

Voor bepaalde werknemers is er echter al recht op tijdskrediet voor oudere werknemers vanaf 50 jaar. Het gaat hier meer bepaald om werknemers:

Voor bepaalde werknemers is er echter al recht op tijdskrediet voor oudere werknemers vanaf 50 jaar. Het gaat hier meer bepaald om werknemers: Eerder werden reeds de wijzigingen van het tijdskrediet zonder motief en van het tijdskrediet met motief besproken. Deze keer bekijken we welke wijzigingen er komen in het tijdskrediet voor oudere werknemers,

Nadere informatie

Paritair Comité voor de ondernemingen waar teruggewonnen grondstoffen opnieuw ter waarde worden gebracht. 1420400 Terugwinning van allerlei producten

Paritair Comité voor de ondernemingen waar teruggewonnen grondstoffen opnieuw ter waarde worden gebracht. 1420400 Terugwinning van allerlei producten Paritair Comité voor de ondernemingen waar teruggewonnen grondstoffen opnieuw ter waarde worden gebracht 1420400 Terugwinning van allerlei producten Eindejaarspremie... 2 Collectieve arbeidsovereenkomst

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 59 VAN 20 DECEMBER 1994 BETREFFENDE DE TOEKENNING IN 1995 EN 1996 VAN EEN AANVUL-

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 59 VAN 20 DECEMBER 1994 BETREFFENDE DE TOEKENNING IN 1995 EN 1996 VAN EEN AANVUL- COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 59 VAN 20 DECEMBER 1994 BETREFFENDE DE TOEKENNING IN 1995 EN 1996 VAN EEN AANVUL- LENDE VERGOEDING GELIJK AAN HET DUBBEL VAKANTIE- GELD VOOR DE DERDE DAG VAN DE VIERDE

Nadere informatie

Nationaal Akkoord voor bedienden (PC 207)

Nationaal Akkoord voor bedienden (PC 207) Nationaal Akkoord 2015-2016 voor bedienden (PC 207) CAO gesloten op 16 juni in het Paritair Comité voor de bedienden uit de scheikundige nijverheid betreffende het Nationaal Akkoord 2015-2016 Preambule

Nadere informatie

DE WERKNEMER DIE UITKERINGEN WIL GENIETEN MOET DIT FORMULIER, NA DE PERIODE GEDEKT DOOR LOON,

DE WERKNEMER DIE UITKERINGEN WIL GENIETEN MOET DIT FORMULIER, NA DE PERIODE GEDEKT DOOR LOON, RIJKSDIENST ONMIDDELLIJK VOOR INDIENEN ARBEIDSVOORZIENING BIJ ZIJN UITBETALINGSINSTELLING C4ASR-STELSEL VAN WERKLOOSHEID MET BEDRIJFSTOESLAG (VOORHEEN BRUGPENSIOEN) TE BEZORGEN AAN DE WERKNEMER DOOR DE

Nadere informatie

MEMORIE VAN TOELICHTING

MEMORIE VAN TOELICHTING ONTWERP VAN DECREET HOUDENDE WIJZIGING VAN ARTIKEL 339 VAN DE PROGRAMMAWET (I) VAN 24 DECEMBER 2002 MEMORIE VAN TOELICHTING A. Algemene toelichting 1. Samenvatting Het decreet van 4 maart 2016 houdende

Nadere informatie

Algemene principes blijven

Algemene principes blijven Nummer 3/2012 vrijdag 2 maart 2012 Wat verandert er aan het brugpensioen? Een aantal van de maatregelen opgenomen in het regeerakkoord zijn gericht op de verhoging van de tewerkstellingsgraad van oudere

Nadere informatie

A D V I E S Nr Zitting van woensdag 9 juli

A D V I E S Nr Zitting van woensdag 9 juli A D V I E S Nr. 1.644 ------------------------------ Zitting van woensdag 9 juli 2008 ------------------------------------------ Ontwerp van koninklijk besluit tot uitvoering van het hoofdstuk 6 van Titel

Nadere informatie

JAARLIJKSE VAKANTIE EEN OVERZICHT VAN ENKELE BELANGRIJKE PRINCIPES

JAARLIJKSE VAKANTIE EEN OVERZICHT VAN ENKELE BELANGRIJKE PRINCIPES JAARLIJKSE VAKANTIE EEN OVERZICHT VAN ENKELE BELANGRIJKE PRINCIPES Elk jaar opnieuw worden de meeste werkgevers geconfronteerd met tal van vragen rond het toekennen van (het aantal) vakantiedagen en van

Nadere informatie

Koninklijk besluit van 16 juli 2004 tot bevordering van de tewerkstelling van werknemers in het kader van herstructureringen (B.S

Koninklijk besluit van 16 juli 2004 tot bevordering van de tewerkstelling van werknemers in het kader van herstructureringen (B.S Koninklijk besluit van 16 juli 2004 tot bevordering van de tewerkstelling van werknemers in het kader van herstructureringen (B.S. 06.08.2004) Gewijzigd bij: (1) koninklijk besluit van [28 maart 2007 tot

Nadere informatie

a) Aanvullend Sectoraal Pensioenstelsel: het pensioenstelsel dat door deze CAO wordt ingevoerd.

a) Aanvullend Sectoraal Pensioenstelsel: het pensioenstelsel dat door deze CAO wordt ingevoerd. CAO van 5 augustus 2010 gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de scheikundige nijverheid tot invoering van een aanvullend sectoraal pensioenstelsel voor de bedienden van de scheikundige

Nadere informatie

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling Lydian Lawyers Employment, Pensions & Benefits www.lydian.be Onderwerp SWT (het vroegere brugpensioen), Canada Dry en Tijdskrediet: verhoogde werkgeversbijdragen, ook voor het verleden! Datum

Nadere informatie

De geharmoniseerde bijdrageverminderingen

De geharmoniseerde bijdrageverminderingen De geharmoniseerde bijdrageverminderingen Het nieuwe systeem in een notendop INLEIDING Vanaf het eerste kwartaal van 24 is een nieuw systeem van bijdrageverminderingen in werking getreden 1. Het vereenvoudigt

Nadere informatie

Geldigheidsdatum: 01/02/2016 Laatste aanpassing: 24/01/2017. Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid Nationaal

Geldigheidsdatum: 01/02/2016 Laatste aanpassing: 24/01/2017. Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid Nationaal Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid 1160001 Nationaal Eindejaarspremie... 1 Vakantiegeld 4 e vakantieweek... 1 Aanvullend pensioen... 4 Ploegenpremies... 5 Arbeid op zon en feestdag... 5 Overuren...

Nadere informatie

Stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag (SWT) - Leeftijds en anciënniteitvoorwaarden

Stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag (SWT) - Leeftijds en anciënniteitvoorwaarden Stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag (SWT) - Leeftijds en anciënniteitvoorwaarden Algemeen stelsel op 60 jaar 1 2 CAO of collectief akkoord gesloten en neergelegd voor 1 januari 2012 (dus ook CAO

Nadere informatie

Nieuwsbrief Arbeidsrecht APRIL 2012 DE SOCIALE VERKIEZINGEN KOMEN DICHTERBIJ

Nieuwsbrief Arbeidsrecht APRIL 2012 DE SOCIALE VERKIEZINGEN KOMEN DICHTERBIJ Nieuwsbrief Arbeidsrecht APRIL 2012 DE SOCIALE VERKIEZINGEN KOMEN DICHTERBIJ Terwijl de sociale verkiezingen dichterbij komen en de meeste procedurestappen die de sociale verkiezingen voorafgaan reeds

Nadere informatie

Zijn er mogelijkheden om tijdelijk te stoppen met werken?

Zijn er mogelijkheden om tijdelijk te stoppen met werken? Zijn er mogelijkheden om tijdelijk te stoppen met werken? Mijn vader gaat de laatste tijd erg achteruit, zeker nu hij onlangs zijn heup gebroken heeft. Hij kan de deur niet meer uit om voor zijn duiven

Nadere informatie