n D s n M ONDER Stichting van de Arbeid t.a.v. de Voorzitters, mevr. drs. A.M. Jongeriusen M "3 I "Tj M mr. B.E.M. Wientjes 2509 LK Den Haag

Transcriptie

1 ONDER n D s n M Stichting van de Arbeid L T U U R t.a.v. de Voorzitters, mevr. drs. A.M. Jongeriusen M "3 I "Tj M mr. B.E.M. Wientjes Postbus S C H A P 2509 LK Den Haag Den Haag Ons kenmerk 7 april 2008 VSV/3542 Onderwerp Groenpluk 2 Bijlage(n) Geachte mevrouw Jongerius, heer Wientjes, Voortijdig schoolverlaten is een maatschappelijk en economisch probleem. Schoolverlaters zonder startkwalificatie zijn bijvoorbeeld twee keer zo vaak werkloos als jongeren die wel een startkwalificatie hebben. En als het conjunctureel even minder gaat, is het deze groep die als eerste weer zonder werk zit. Met alle problemen van dien: schoolverlaters zonder diploma komen bijvoorbeeld vijf keer vaker voor in de registers van de politie. En dat terwijl we juist - met de ontgroening en vergrijzing van de beroepsbevolking in het vooruitzicht - in toenemende mate behoefte hebben aan goed opgeleid personeel. Daarom heeft het bestrijden van voortijdig schoolverlaten hoge prioriteit voor dit kabinet. In 2012 moet het aantal nieuwe voortijdig schoolverlaters met de helft zijn teruggebracht tot maximaal Maar we blijven ons ook dan inzetten om het aantal verder te verminderen, want iedere jongere telt! Om deze doelstelling te bereiken is een pakket aan maatregelen gepresenteerd om voortijdig schoolverlaten zoveel mogelijk te voorkómen. 1 De inzet van sociale partners hierbij is echter cruciaal. Groenpluk De Raad voor Werk en Inkomen heeft in onderzoek een sterk verband aangetoond tussen de stand van de conjunctuur en de omvang van de schooluitval door groenpluk (bron: RWI: kwartaalanalyse arbeidsmarkt, 2e kwartaal 2005). De Nederlandse economie is in 2007 met 3,5 procent gegroeid. Dit is de hoogste groei na In 2006 was er een groei van 3,0 procent. Tegelijkertijd zijn de jeugdwerkloosheidscijfers sterk gedaald, van 13,1% in 2005 naar 9,2% in 2007 (bron: CBS, Statline). Door de gunstige economische situatie is het aantrekkelijk voor jongeren om sneller het onderwijs te verlaten en te gaan werken. De hoogconjunctuur brengt veel vacatures met zich mee in de sectoren handel, zakelijke dienstverlening en horeca. Daardoor hebben in schooljaar 2006/2007 naar schatting 1 Uitvoeringsbrief Schooluitval, 30 november 2007 (zie bijlage) Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap Rijnstraat 50, Postbus 16375, 2500 BJ Den Haag T F W Contactpersoon: F. de Geus T IPC7700 f.degeus@minocw.nl

2

3 De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag Den Haag Ons kenmerk 18 maart 2008 VSV/DIR/2008/9403 Onderwerp Cijfers Voortijdig Schoolverlaten Inleiding Eind vorig jaar hebben wij u met de uitvoeringsbrief schooluitval (Tweede Kamer, , nr. 42) geïnformeerd over de extra acties die de komende vier jaar worden ingezet om meer jongeren te behoeden voor schooluitval. Over de aanpak van schooluitval kunnen we melden dat we op de goede weg zitten. De eerste resultaten laten zien dat de afname is ingezet: in het schooljaar is het aantal nieuwe voortijdig schoolverlaters gedaald met ten opzichte van het jaar daarvoor. De uitvalcijfers worden bovendien steeds beter doordat we ze kunnen baseren op het onderwijsnummer. Groenpluk van jongeren is voor het schooljaar 2006/2007 nog een probleem dat op de uitvalcijfers drukt. Echter door de kwalificatieplicht zal dit probleem deels worden opgelost. Convenantafspraken met de regio's werken; in de regio's zijn in het schooljaar 2006/2007 circa 17% minder oude en nieuwe schoolverlaters geregistreerd. De komende kabinetsperiode maken we nieuwe meerjarige afspraken met gemeenten en scholen in het hele land met een hoge ambitie: een afname van het aantal nieuwe schoolverlaters tot 40%. Wij richten ons expliciet op het voorkómen van uitval. Daling in In het schooljaar is het aantal nieuwe voortijdige schoolverlaters (vsv'ers) gedaald met ten opzichte van het schooljaar daarvoor. In het schooljaar ging het om nieuwe schoolverlaters (voorlopig cijfer op basis van onderwijsnummer, bron: Cfi), en in het schooljaar nog om Voor een deel (2.400 van de 3.400) is deze daling het gevolg van een verbeterde telmethode. Daarmee kunnen we nieuwe vsv'ers beter identificeren in het Basisregister Onderwijs (BRON), zodat we hun aantal nauwkeuriger kunnen vaststellen dan in voorgaande jaren. Daarnaast is er een reële daling geweest van ten opzichte van het vorige jaar (zie tabel). Ministerie van Onderwijs. Cultuur en Wetenschap Rijnstraat 50, Postbus BJ Den Haag T F W

4

5

6

7

8