1) De IEEE b-aanbeveling is ontwikkeld voor vaste netwerken. goed/fout. 4) GPRS biedt een circuitgeschakelde netwerkservice.

Transcriptie

1 Mobiele netwerken Studieroute Bestudeer eerst de theorie in hoofdstuk 2 en maak daarna de volgende vragen en opdrachten. Kennisvragen Geef aan of de volgende stellingen goed of fout zijn: 1) De IEEE b-aanbeveling is ontwikkeld voor vaste netwerken. goed/fout 2) Informatie versleutelen gaat in een analoog netwerk eenvoudiger dan in een digitaal netwerk. goed/fout 3) EDGE is één van de 2,5 G-standaarden. goed/fout 4) GPRS biedt een circuitgeschakelde netwerkservice. goed/fout 5) Voor GPRS zijn acht wijzen van Forward Error Correction-codering opgesteld. goed/fout 6) Een GPRS-toestel kan met 11 verschillende host tegelijkertijd een TCP/IP-verbinding in stand houden. goed/fout 7) Data-transport via een GPRS-netwerk levert nauwelijks vertraging op. goed/fout 8) IMT2000 stelt richtlijnen op voor het ontwikkelen van UMTS-standaarden. goed/fout 9) UMTS-frequentiebanden zijn evenals de Bluetooth-frequentiebanden voor iedereen gratis beschikbaar. goed/fout 10) Een operator is verantwoordelijk voor het beheer van een GSM-PLM-netwerk. goed/fout 11) Interleaving vindt plaats om afluisteren te voorkomen. goed/fout 12) Channel coding moet data-verlies voorkomen. goed/fout 13) Ciphering minimaliseert de effecten van een plotselinge verzwakking. goed/fout 14) Equalization is nodig omdat radiogolven door reflecties via verschillende wegen uiteindelijk bij het mobiele station arriveren. goed/fout 15) Frequency hopping voorkomt grote verschillen tussen de kwaliteit van verschillende kanalen. goed/fout 16) SMS en gebeurt op basis van een circuitgeschakelde techniek. goed/fout 17) De binaire K c -sleutel is permanent opgeslagen in de SIM. goed/fout 18) Het vermenigvuldigen van binaire getallen gebeurt bij de A5 en A8-algoritme op precies dezelfde wijze. goed/fout Werkboek Mobiele netwerken (W.J. Roos) 1

2 19) QoS-parameters beschrijven de diensten die een netwerk aan een gebruiker kan bieden. goed/fout 20) Applicaties in een mobiel GPRS-station kunnen communiceren met applicaties in computers die op een X.25- en IP-netwerk zijn aangesloten. goed/fout Inzichtvragen 1) Maak een inventarisatie van apparatuur en de bijbehorende netwerktechnologie die thuis en op school worden gebruikt voor mobiele communicatie. 2) Stel: U moet een bedrijf adviseren op het gebied van mobiele communicatie. Dit bedrijf wil data versturen via een mobiel netwerk. Deze data moet zo snel mogelijk worden verwerkt. Adviseert u om gebruik te maken van een GSM-, GPRS- of EDGEnetwerk? Motiveer uw keuze! 3) Waarom verkeren veel telecommunicatiebedrijven momenteel in grote financiële problemen? Werkboek Mobiele netwerken (W.J. Roos) 2

3 4) De specificaties van een GPRS-telefoontoestel zijn: a) 4 tijdsloten voor een downlink-verbinding. b) 1 tijdslot voor een uplink-verbinding. c) GPRS-codering: 21,5 Kbit/s Wat is de maximale transmissiesnelheid waarmee de gebruiker van dit toestel zijn -tjes kan lezen? 5) Verklaar waarom de berekende maximale transmissiesnelheid uit opgave 4 niet altijd wordt bereikt. 6) Wat zijn de voordelen van WAP via GPRS t.o.v. WAP via GSM. 7) Welk(e) component(en) is/zijn geen onderdeel van het Base Station Subsystem: a) TRAU; b) BSC; c) MSC; d) BTS? 8) Welk(e) component(en) is/zijn geen onderdeel van het Network Switching Subsystem: a) TRAU; b) MSC; c) MS; d) EIR. Werkboek Mobiele netwerken (W.J. Roos) 3

4 9) Een GSM-toestel voegt besturings-informatie toe aan een spraakmonster. Hoe groot is de bandbreedte uitgedrukt in Kbit/s om deze besturings-informatie te versturen? 10) Waarvoor dient channel-coding? 11) Waarom staan in één tijdslot twee gedeelten van verschillende monsters?. 12) Via verschillende wegen kan een radiogolf bij een mobiel station aankomen. Hoe filtert een mobiel station de juiste draaggolf?. 13) Noteer in tabel 1 d.m.v. een kruisje welk systeem de genoemde handelingen verricht. Tabel 1 Base Station Subsystem handeling ontvangen MSC-spraaksignalen comprimeren kanaalbeheer voor handover-procedure ciphering channel coding systeem BTS BSC TRAU 14) Wat is de functie van een GMSC? Werkboek Mobiele netwerken (W.J. Roos) 4

5 15) Noteer in tabel 2 d.m.v. een kruisje waarvoor de onderstaande nummers in een GSM- PLMN-netwerk worden gebruikt. Tabel 2 Nummers toepassing 15 cijferig nummer om abonnee te identificeren nummer om abonnee te bellen nummer om het dekkingsgebied te identificeren, waar de abonnee ziich bevindt IMSI systeem MSISDN LAI 16) Een GSM-toestel ontvangt een versleuteld sub-blok. Zie tabel 1. Bepaal de waarde van het ontsleutelde sub-blok. Tabel 3 Ontsleutelen versleutelde sub-blokken totale lengte 114 bit cipher sequence ontsleutelde sub-blokken 17) Welke componenten zijn nodig om een GSM-PLMN-netwerk geschikt te maken voor GPRS? 18) Waarom zal in de beginperiode een GPRS-station niet de beschikking hebben over een vast IP-adres? 19) Wat verstaan we onder Quality of Service? Werkboek Mobiele netwerken (W.J. Roos) 5

6 20) Noteer in tabel 4 d.m.v. een kruisje de taak van een GPRS-laag. Tabel 4 GPRS-laag taak LLC-frames transporteren IP-frames van een applicatie comprimeren toegang tot tijdsloten regelen versleutelen van informatie virtuele tunnel door back bone laag MAC SNDCP LLC GTP BSSGP Werkboek Mobiele netwerken (W.J. Roos) 6