Antwoorden bij het katern HUIDANALYSE

Transcriptie

1 Antwoorden bij het katern HUIDANALYSE Behorend bij deelkwalificatie 3.11 Analyse en behandelingsplan KOC Nederland Huidanalyse - 1 -

2 Hoofdstuk 1 Huidveranderingen Opdracht 1 Waarom krijg je na een schaafwond meestal geen litteken? - Een litteken kan ontstaan na een diepe beschadiging van de huid tot in de lederhuid en/of onderhuid. Daar bevindt zich bindweefsel dat littekenweefsel kan vormen. Bij een schaafwond is alleen de opperhuid beschadigd. In de opperhuid bevindt zich geen bindweefsel. Opdracht 2 Geef van de volgende efflorescenties minimaal één mogelijke oorzaak aan: blaar, litteken, roodheid, ontvelling, verhevenheid en zwelling. - Blaar: druk of wrijving van het weefsel, bijvoorbeeld door het dragen van te kleine schoenen. - Litteken: door een beschadiging van de huid tot in de lederhuid en/of onderhuid, bijvoorbeeld door een snijaccident. - Roodheid: verwijding van de bloedvaatjes in de huid, bijvoorbeeld na een zonnebad. - Ontvelling: verwonding van de opperhuid, bijvoorbeeld veroorzaakt door vallen of ergens langs schuren. - Verhevenheid: pukkel zonder etterkopje, bijvoorbeeld bij acne. - Zwelling: toename van het weefsel bijvoorbeeld door oedeem. Hoofdstuk 2 Huidafwijkingen Opdracht 1 a. Waarom kun je als schoonheidsspecialist jeugdpuistjes niet verhelpen? - Omdat de oorzaak hormonaal is. b. Wat kun je er wel aan doen en wat is het effect daarvan? De huid goed reinigen, verdunnen van de hoornlaag en verwijderen van comedones en pustels. - Reinigen: verwijderen van overtollig vet en vuil. - Verdunnen hoornlaag: daardoor kan de talg beter wegvloeien en ontstaan er minder snel comedones. - Verwijderen comedones: daarmee voorkom je dat comedones puistjes worden. - Verwijderen pustels: voorkomen dat andere huidgebieden geïnfecteerd raken. Opdracht 2 a. Waarom denk je dat een droge huid goed beschermd moet worden? - Een droge huid heeft weinig weerstand tegen invloeden van buitenaf. b. Waarmee kun je een droge huid beschermen? - Met een beschermende dagcrème. Opdracht 3 Hoe kun je tijdens de behandeling rekening houden met een cliënt die last heeft van overmatig zweten? - Dek de cliënt niet te warm toe en geef geen behandelingen die de warmte stimuleren Huidanalyse KOC Nederland

3 Opdracht 4 Welke eigenschap moet een cosmetisch product voor een schilferige huid altijd hebben. - Aangezien schilfers altijd veroorzaakt worden door een te kort aan vocht in de huid moet het product altijd vochtherstellende eigenschappen hebben? Opdracht 5 a. In welke lagen van de opperhuid vinden bij mensen met psoriasis celdelingen plaats? - De celdelingen vinden plaats in de onderste drie lagen van de epidermis, namelijk in de basaalcellenlaag, in de stekelcellenlaag en in de korrellaag. b. Waarom denk je dat het juist voor iemand die een huidziekte heeft prettig is om aangeraakt te worden? - Mensen die een huidziekte hebben worden doorgaans weinig aangeraakt omdat veel mensen de ziekte afstotelijk vinden of bang zijn dat het besmettelijk is. Ook kan de persoon zich schamen voor zijn ziekte en daardoor anderen op afstand houden. Opdracht 6 a. Sproeten verdwijnen geleidelijk tijdens het ouder worden. Toch hebben oude mensen veel pigmentvlekken. Hoe komt dat? - Op latere leeftijd krijgen veel mensen ouderdomspigmentvlekken. b. Als je minder sproeten wilt krijgen, moet je uit de zon blijven. Leg uit waarom dat zo is. - Voor sproeten moet je aanleg hebben, maar ook het zonlicht speelt een rol. Hoe meer je in de zon doorbrengt, hoe meer sproeten je krijgt. Ook worden sproeten donkerder onder invloed van zonlicht. Opdracht 7 Wat kun je als schoonheidsspecialist voor een cliënt met vitiligo doen? - Je kunt de cliënt leren hoe hij/zij de lichte plekken kan camoufleren. Daarvoor moet je de specialisatie camouflage volgen. Opdracht 8 a. Als je huid na het zonnen rood wordt, vind je dat niet leuk. Toch heeft dat rood worden van de huid een belangrijke functie. Leg deze functie uit. - Deze vorm van roodheid is een herstelreactie van het lichaam op de schade die het heeft opgelopen door UV-straling. b. Waarom denk je dat het beter is om huidverbranding door de zon te voorkomen? - Elke keer als je huid verbrandt ontstaat er onherstelbare schade. Op de lange duur kan dat huidkanker veroorzaken. Daarnaast veroorzaakt zonlicht ook huidveroudering. Opdracht 9 Waarom is een staand beroep niet zo geschikt voor iemand die aanleg voor spataderen heeft? - Heeft iemand spataderen dan functioneren de kleppen van de aderen niet goed, waardoor het bloed in de ader blijft staan. Spataderen doen zich vooral voor in de benen. Heb je daar aanleg voor, dan is een staand beroep niet wenselijk. Opdracht 10 Hoe zou je de bloedcirculatie bij winterhanden en wintervoeten kunnen verbeteren? - Massages, wisselbaden, hand- en voetpakkingen. KOC Nederland Huidanalyse - 3 -

4 Opdracht 11 a. Op welke plaatsen is het voor een vrouw heel normaal om haren te hebben, maar worden ze toch verwijderd? - Op de benen, in de liezen, onder de oksels. b. Waarom denk je dat veel vrouwen na de overgang last krijgen van overmatige beharing? - De eierstokken maken dan geen vrouwelijke hormonen meer aan, waardoor de werking van mannelijke hormonen kan gaan overheersen. c. Op welke manieren kan ongewenste haargroei verwijderd worden? - Door middel van epileren, harsen, elektrische epilatie, laserontharing, scheren, ontharingscrème. Opdracht 12 a. Welke onderdelen van een gezichtsbehandeling zijn gericht op het vochtrijker maken van de hoornlaag? - Kompres, dampbad, masker/pakking, dagverzorging. b. Wat is daar het effect van bij een oudere huid? - Het craqueléachtige aanzien verminderd. c. Hoe lang denk je dat een dergelijk effect zichtbaar blijft? - Als je er daarna niets aan doet is dit effect meestal binnen een dag verdwenen. d. Welk advies zou je een cliënt met een oudere huid daarom kunnen geven? - Voor een langdurig effect moet de cliënt thuis ook vochtherstellende producten gebruiken. Opdracht 13 a. Hoe komt het dat vooral oudere mensen na een goede nachtrust s morgens toch dikke ogen kunnen hebben? - Als gevolg van huidverslapping blijft het lymfevocht vooral gedurende de nacht, wanneer er geen andere bewegingen zijn die de lymfestroom op gang houden, onder de ogen staan. b. Waardoor verdwijnt dit verschijnsel binnen enkele uren na het opstaan? - Doordat het lichaam actief wordt komt de lymfestroom op gang en wordt het vocht dat zich onder de ogen heeft opgehoopt afgevoerd. Opdracht 14 Bekijk verschillende cosmetische producten voor de oudere huid. Welke beloftes staan er op de verpakking? Denk je dat deze waar gemaakt kunnen worden? - Anti-rimpel werking: rimpels kunnen hoogstens vervagen, maar nooit verdwijnen door het gebruik van een cosmetisch product. Anti-aging of anti-veroudering: verouderingsverschijnselen kunnen niet tegen gegaan worden door een cosmetisch product. Wel enkele aspecten daarvan, zoals het craqueléachtige aanzien van de huid. Herstelt de vochtbalans: een cosmetisch product kan de vochtbalans van de huid herstellen. Aangezien de huid voortdurend vocht verliest helpt een eenmalig gebruik niet. Vochtherstellende producten moeten dagelijks gebruikt worden Huidanalyse KOC Nederland

5 Hoofdstuk 3 Huidaandoeningen Opdracht 1 Leg uit waarom je soms wel en soms niet ziek wordt wanneer je in aanraking komt met een ziekteverwekkend micro-organisme, bijvoorbeeld met het griepvirus. - Als je gezond bent en een goede weerstand hebt, kan je lichaam zich zodanig verweren tegen het griepvirus dat deze zich niet kan vermeerderen en je de ziekte niet krijgt. Heb je de griep net doorgemaakt en nog weinig weerstand en kom je dan weer met datzelfde griepvirus in aanraking, dan krijg je het hoogstwaarschijnlijk niet opnieuw, omdat er nog antistoffen tegen dat virus in je lichaam aanwezig zijn. Opdracht 2 Noem enkele ziektes waarvoor je, nadat je de ziekte hebt doorgemaakt, je hele leven immuun blijft. Kun je dit verklaren? - Mazelen, rode hond, polio, kinkhoest, waterpokken. Nadat je deze ziektes hebt doorgemaakt blijven de antistoffen tegen deze aandoeningen altijd in je lichaam. Opdracht 3 a. Tegen welke ziektes worden kinderen momenteel ingeënt. Je kunt dit eventueel vragen bij de Kruisvereniging. Waarom denk je dat ze juist tegen deze ziektes ingeënt worden? - Difterie, kinkhoest, tetanus, polio, bof, mazelen, rode hond en tegen één vorm van hersenvliesontsteking. Kinderen worden tegen deze ziektes ingeënt omdat ze een gevaar kunnen opleveren voor de gezondheid en soms ook levensbedreigend zijn. b. Sommige mensen halen elk jaar een griepprik bij de huisarts. Een griepprik is een inenting tegen verschillende soorten griepvirussen. Waarom denk je dat zo n prik ieder jaar opnieuw gehaald moeten worden? - De antistoffen tegen deze virussen blijven maar korte tijd actief, bovendien doen zich elk jaar andere griepvirussen voor. Opdracht 4 a. Leg uit waarom veel levensmiddelen om ze langer houdbaar te maken ingevroren worden? - Bij een lage temperatuur kunnen bacteriën zich niet voortplanten. b. Gesteriliseerde melk is in de fabriek enige tijd verhit op een temperatuur van 115 graden Celsius. Gepasteuriseerde melk is slechts korte tijd op een temperatuur van 72 graden Celsius verhit. Welke melk is het langst houdbaar? Leg uit. - De gesteriliseerde melk is het langst houdbaar. Door de langdurige verhitting op hoge temperatuur worden nagenoeg alle bacteriën gedood. c. Kun je een reden noemen waarom veel levensmiddelen, maar ook bepaalde cosmetica, luchtdicht verpakt wordt? - Veel bacteriën, de aërobe, hebben zuurstof nodig voor hun stofwisseling. Zonder zuurstof kunnen ze zich niet voortplanten. Het luchtdicht verpakken van producten gaat het bederf dus tegen. Opdracht 5 Waarom denk je dat voetschimmel zo moeilijk te bestrijden is en heel snel weer terug komt? - Schimmels vormen sporen die onder hele ongunstige omstandigheden blijven leven. Deze sporen blijven achter in de schoenen, in de badkamer of op de voeten zelf en kunnen steeds weer opnieuw de infectie veroorzaken. KOC Nederland Huidanalyse - 5 -

6 Opdracht 6 Virussen zijn moeilijker te bestrijden dan bacteriën. Hoe denk je dat dit komt? - Ze zijn kleiner dan bacteriën en dringen de cel binnen, waar ze moeilijk te bestrijden zijn. Antibiotica heeft dan ook geen enkele invloed op virussen. Opdracht 7 a. Met wat voor een soort medicijnen worden bacteriële aandoeningen meestal bestreden? - Met antibiotica. b. Waarom is medicatie niet altijd noodzakelijk. - Het lichaam heeft een afweersysteem en kan zelf ziektes bestrijden. c. Leg uit waarom gonorroe en syfilis geslachtsziekten genoemd worden. - Deze ziektes worden alleen overgedragen via seksueel contact. d. Hoe kunnen geslachtziektes voorkomen worden? - Het gebruik van condooms, altijd met dezelfde partner vrijen, seksuele onthouding. Opdracht 8 a. Waarom wordt voetschimmel ook wel zwemmerseczeem genoemd? - Omdat besmetting vaak plaatsvindt in vochtige ruimtes. b. Weet je nog meer plaatsen waar besmetting van voetschimmel gemakkelijk kan plaatsvinden? - Sauna, sportzaal, kleedkamers. c. Geef enkele tips waardoor het besmettingsrisico van voetschimmel verkleind kan worden. - Sommige zwembaden en sauna s hebben speciale kraantjes voor het wassen van de voeten, waarin zich een desinfectiemiddel bevindt. Heel goed afdrogen van de voeten (de schimmel gedijt goed in een vochtige omgeving). Gymschoenen dragen in de sportzaal. Opdracht 9 a. Koortsblaasjes kunnen ook optreden na blootstelling aan de zon. Hoe zou je dat kunnen voorkomen? - Een zonnebrandproduct voor de lippen gebruiken met een hoge beschermingsfactor. b. Probeer te verklaren waarom de ziekte gordelroos zo genoemd wordt. - De aandoening doet zich veelal voor in de taille, waar je een gordel of riem draagt. c. Sommige mensen zeggen dat gordelroos een zenuwziekte is. Waarom denk je dat ze dat zeggen? Ben je het daarmee eens? - Omdat de aandoening zich voordoet op plaatsen van het lichaam waar zich zenuwbanen bevinden. Toch is het geen zenuwziekte. De aandoening wordt veroorzaakt door een virus en heeft dus een lichamelijke en geen geestelijke oorzaak. Opdracht 10 Kinderen kunnen veel wratten hebben. Toch behandelt de arts ze vaak niet. Kun je dit verklaren? - Wratten verdwijnen meestal spontaan Huidanalyse KOC Nederland

7 Opdracht 11 Haal bij de huisarts, de apotheek of op het postkantoor een folder over de ziekte aids en probeer de volgende vragen te beantwoorden. a. Waarom komt aids vooral voor onder homo s en bij mensen die aan de bloedziekte hemofilie lijden? - De ziekte komt veelal voor onder homo s als gevolg van anaal seksueel verkeer. In de anus kunnen makkelijk wondjes ontstaan. Aangezien de ziekte overgebracht kan worden via sperma met bloedcontact, is dit een veel voorkomende besmettingsvorm. Aids komt ook veel voor onder hemofiliepatiënten. Zij moeten regelmatig bloedtransfusies ondergaan en in het verleden kon men nog niet aantonen of het bloed besmet was met het aids-virus. Daardoor zijn veel hemofiliepatiënten besmet geraakt. Momenteel komt deze vorm van besmetting niet meer voor in Nederland. b. Kun je aids ook oplopen door heteroseksueel contact. - Ja dat kan. Zowel door anaal als vaginaal seksueel verkeer. c. Hoe kan de kans op aids verminderd worden? - Door het gebruik van condooms, geen wisselende seksuele contacten, seksuele onthouding. d. Bij welke handelingen die je als schoonheidsspecialist uitvoert kunnen wondjes gemaakt worden? Hoe kun je hierbij voorkomen dat je besmet raakt met het Hepatitis B of het hivvirus? - Comedones en milia verwijderen, harsen en epileren zijn behandelingen waarbij wondjes gemaakt kunnen worden. Bij deze behandelingen moet je handschoenen dragen en prikaccidenten zien te voorkomen. Werk je met naalden werp deze dan direct na gebruik weg in een naaldencontainer. Opdracht 12 a. Van je docent heb je een folder over hoofdluis gekregen. Stel dat je besmet bent met hoofdluis, wat ga je dan doen om er vanaf te komen? - Het haar wassen met een luizendodend middel en eventueel nabehandelen met een crèmespoeling om de neten te verwijderen. Daarna kammen met een luizenkam en dit dagelijks herhalen tot de neten en luizen verdwenen zijn. b. Tijdens een behandeling zie je dat een cliënt last heeft van hoofdluis. Wat zou je doen? - Op een tactische manier informeren of ze zich daarvan bewust is. Vragen of ze weet hoe ze het kan behandelen? Zo niet een folder meegeven of naar de apotheek verwijzen. Opdracht 13 Soms kan iemand gevoelig reageren op een stof. Waarom hoeft er dan niet altijd sprake te zijn van een allergie. - Bij een allergie is het afweersysteem betrokken. Een overgevoeligheidsreactie heeft andere oorzaken, bijvoorbeeld verminderde weerstand of huidbeschadiging. Opdracht 14 Sommige cosmeticamerken brengen speciale geurtjes op de markt die tijdens het zonnebad gebruikt mogen worden. Leg uit waarom. Waaraan moeten dergelijke producten voldoen? - Veel stoffen, met name geurstoffen, kunnen in combinatie met zonlicht huidreacties veroorzaken. Daarom is het beter geen cosmetica (met uitzondering van zonnebrandproducten) te gebruiken in de zon. Veel fabrikanten hebben echter producten, waaronder geurtjes, samengesteld die wel veilig zijn bij gebruik in de zon. Dergelijke producten mogen in combinatie met zonlicht geen overgevoeligheidsreacties veroorzaken. KOC Nederland Huidanalyse - 7 -

8 Opdracht 15 De huidvlekken veroorzaakt door netelroos worden ook wel galbulten genoemd. Bespreek met je klasgenoten of iemand er wel eens last van heeft gehad en wat de oorzaak daarvan was. - Galbulten treden veelal op na het eten van bepaalde voedingsmiddelen bijvoorbeeld aardbeien. Waarschijnlijk zijn er wel een aantal leerlingen die daar wel eens last van gehad hebben. Opdracht 16 Hoe komt het dat de vochtophoping van Quincke ook wel in de slokdarm optreedt? Waarom moet er dan direct een arts geraadpleegd worden? - Is iemand allergisch voor bepaald voedsel dan kan de allergische reactie optreden als het voedsel in de slokdarm terechtkomt. Dit is een gevaarlijke situatie aangezien de slokdarm de luchtpijp kan dichtdrukken, waardoor er ademnood kan ontstaan. Opdracht 17 a. Waarom heeft een allergietest bij ortho-ergisch contacteczeem geen zin? - Deze vorm van eczeem wordt niet veroorzaakt door een allergie, maar is een reactie van de huid op irriterende of giftige stoffen. b. Wat wordt bedoeld met kapperseczeem? - Kappers kunnen eczeem krijgen doordat zij veelvuldig met agressieve stoffen werken, zoals permanentvloeistoffen en haarverf. Opdracht 18 Verklaar waarom iemand na een derdegraadsverbranding of bevriezing vaak geen pijn meer voelt. - Bij een derdegraadsverbranding of bevriezing is de huid tot in de diepste lagen aangetast en zijn dus ook de gevoelszintuigen en de zenuwen die in de huid liggen beschadig. Daardoor worden pijnprikkels niet meer waargenomen. Opdracht 19 Bedenk waarom plastische chirurgie een extra risico oplevert voor mensen met een donkere huid. - Bij mensen met een donkere huid treedt eerder keloïdvorming op. Opdracht 20 Stel dat je bij een cliënt een huidafwijking ziet die zou kunnen duiden op huidkanker. Wat zou je dan doen? - Deze opdracht eventueel klassikaal bespreken. Daarbij moet duidelijk gesteld worden dat je de cliënt niet onnodig mag verontrusten. Hoe doe je dat? In ieder geval mag je geen diagnose gaan stellen, maar je hebt als schoonheidsspecialist wel een signalerende functie. Laat de cliënt weten dat hij of zij een huidafwijking heeft waar jij als schoonheidsspecialist niets aan kunt doen en vertel dat ze er verstandig aan doet de huisarts te raadplegen. Opdracht 21 Bij panniculose worden vaak vochtafvoerende en bindweefselmassages gegeven. Leg uit waarom. - Het vet dat zich heeft opgehoopt bij panniculose houdt veel vocht vast. Middels vochtafvoerende behandelingen kan dit vocht afgevoerd worden. Door de ophopingen van vet en vocht in de onderhuid worden bindweefselvezels beschadigd. Middels bindweefselmassage wordt de aanmaak van de bindweefselvezels gestimuleerd Huidanalyse KOC Nederland

9 Opdracht 22 a. Wat zou je doen wanneer je denkt dat een cliënt xanthelasma heeft? - Niet behandelen maar verwijzen naar een arts. b. Bij welke behandelingen moet je bij een cliënt die diabetes heeft extra voorzichtig en zeer hygiënisch te werk gaan? - Bij behandelingen waarbij huidbeschadigingen kunnen ontstaan, zoals epileren, harsen, comedones en milia verwijderen. Hoofdstuk 4 Plastische chirurgie Opdracht 1 a. Leg uit waarom de omvang van de vrouwelijke borst geen invloed heeft op het wel of niet kunnen zogen van de baby. - Het aantal melkklieren dat zich in de borst bevindt is niet afhankelijk van de omvang van de borst. Het vetweefsel bepaald met name de omvang. b. In hoeverre hebben oefeningen van de borstspieren invloed op het behoud van stevige borsten. - De borstspier bevindt zich onder de borst en heeft een geringe invloed op de borstvorm. Oefeningen van de borstspier hebben wel een enigszins liftend effect. c. Wat is de zin van cosmetische behandelingen van de borsten? - De huidconditie van de borsten verbetert. d. Leveranciers van borstverzorgende producten beweren nogal eens dat de borsten er steviger en groter van kunnen worden. Denk je dat deze beloftes waargemaakt kunnen worden? Motiveer je antwoord. - Dat is vrijwel onmogelijk. Met een cosmetisch product kun je alleen de conditie van de huid verbeteren. Alleen door middel van een cosmetische operatie kunnen de borsten verstevigd en/of vergroot worden. Opdracht 2 a. Het begrip cosmetisch chirurg wordt niet door de wet beschermd. Wat is het nadeel daarvan? - Iedere arts kan zich cosmetisch chirurg noemen, ook als men geen specialisatie plastische chirurgie gevolgd heeft. De kundigheid van deze artsen kan dan ook zeer wisselend zijn. b. Niet elke plastisch chirurgische ingreep wordt door de zorgverzekeraar vergoed. Wat is daar de reden van? Wat vind je van deze wijze van vergoeden? - Omdat veel cosmetische ingrepen geen medische noodzaak hebben worden ze niet vergoed. Ben je het daar wel of niet mee eens? Deze vraag kan klassikaal besproken worden. Moet de samenleving betalen voor borstvergrotende behandelingen, ooglidcorrecties en dergelijke, of vind je dat dit voor ieders eigen rekening moet komen? c. Noem een aantal plastisch chirurgische ingrepen die wel en een aantal die niet door de zorgverzekeraar vergoed worden. - Aangeboren afwijkingen zoals een hazenlip, afstaande oren en een abnormale neusvorm worden meestal wel vergoed. Ook een borstverkleining, een buikwandcorrectie en bovenooglidcorrectie worden vaak vergoed. Een borstvergrotende operatie, een onderooglidcorrectie, een face- en halslift, chirurgische behandeling van rimpels, een voorhoofdslift en een liposuctie worden meestal niet vergoed. d. Hoe denk jij zelf over cosmetische chirurgie? Praat er met je klasgenoten over. - Tijdens de bespreking van deze opdracht kan ingegaan worden op de vraag of de leerling zelf cosmetische ingrepen zou willen ondergaan, nu of in de toekomst. Ben je er tegen of vind je het juist fijn dat die mogelijkheid bestaat? Hoever zou je gaan? KOC Nederland Huidanalyse - 9 -

10 Hoofdstuk 5 Huidanalyse en behandelplan Opdracht 1 Stel bovenstaande vragen aan een klasgenoot en schrijf de antwoorden op. - Dit is een oefening in het afnemen van een anamnese. Opdracht 2 Waarom wordt er bij een gecombineerde huid vaak van de T-zone gesproken? - Een gecombineerde huid is vaak vet op kin, neus en voorhoofd, dus in de vorm van de hoofdletter T. Opdracht 3 Bekijk de huid van dezelfde klasgenoot als bij opdracht 1 en beoordeel of deze huid normaal, vet, droog of gecombineerd is. Geef aan waarom je de huid zo beoordeeld hebt. - Dit is een oefening in inspectie van de huid naar talgproductie. Noteer de gegevens. Opdracht 4 Beoordeel door middel van inspectie bij dezelfde klasgenoot als bij opdracht 1 de volgende aspecten van de huid: doorbloeding, rimpels en huidafwijkingen. Schrijf je bevindingen op. - Wederom een oefening in inspectie van de huid. Opdracht 5 Bepaal met behulp van palpatie bij dezelfde klasgenoot als bij opdracht 1 de volgende aspecten van de huid: doorbloeding, spier- en huidspanning en vochtgehalte. - Dit is een oefening in palpatie. Ook deze gegevens noteren. Opdracht 6 Welk aspect van de huid beoordeel je zowel door middel van palpatie als door middel van inspectie? - De doorbloeding van de huid bepaal je door middel van inspectie en palpatie. Opdracht 7 a. Wanneer zou je bij een cliënt een dermografie uitvoeren? - Wanneer uit de anamnese blijkt dat de cliënt last heeft van allergische of overgevoeligheidsreacties. Ook kun je dit doen als de huid er gevoelig uitziet en bijvoorbeeld veel roodheden toont. b. Voer bij twee klasgenoten een dermografie uit en geef aan hoe de reactiviteit van de huid is. - Voordat de leerling deze opdracht uit gaat voeren kan dit gedemonstreerd worden door de docent. c. Hoe zou je, wanneer uit de dermografie blijkt dat iemand een zeer gevoelige huid heeft, daar tijdens de behandeling rekening mee kunnen houden? - Alleen kalmerende behandelingen geven en zachte en huidkalmerende producten toepassen. Bijvoorbeeld reinigen met een hydrofiele olie, een afvoerende massage geven, een verzachtend crèmemasker toepassen en afsluiten met een dagcrème voor de gevoelige huid. Daarna een camouflerende make-up aanbrengen Huidanalyse KOC Nederland

11 Opdracht 8 Bekijk met behulp van de woodlightlamp de huid van een klasgenoot. Welke kleuren zie je? Waarop duiden deze? - - Wit: een sterk verhoornde huid. - Witte spikkels: huidschilfers. - Soort bruine sproetjes: pigmentophopingen. - Geel/oranje: comedones. - Roze kleur bij acne: verhoogde aanwezigheid bacteriën. - Violette: normale huid. - Lila: vochtarme huid. Opdracht 9 a. Geef aan hoe je met bovenstaande punten (verschil mannen- en vrouwenhuid) rekening zou kunnen houden tijdens de behandeling. - Sterkere verhoorning van de huid: hoornverdunnende behandelingen zoals peeling, lysing of scrub toepassen. - Vettere huid eventueel met comedones: dieptereiniging toepassen, producten voor een vette huid gebruiken. - Vaker acnelittekens: stimulerende massages, producten voor herstel bindweefsel toepassen. - Meer transpiratie: minder warm toedekken. - Een hogere zuurgraad: aangepaste producten voor de mannenhuid gebruiken. - Baardgroei: geen massagegrepen toepassen die tegen haargroeirichting ingaan, met name - effleurages aanpassen. Geen watten gebruiken. - Geïrriteerde huid door scheren: kalmerende behandelingen geven en daarbij kalmerende - producten toepassen, afvoerende massages. - Meer doorbloedingsafwijkingen: afvoerende behandelingen, sterke temperatuurswisselingen voorkomen. - Meer doorbloeding aan het huidoppervlak: afvoerende behandelingen. Doorbloeding niet a te zeer stimuleren. Dus geen extreme warmte toepassen. Kompres minder warm geven en geen pakkingen toepassen die erg warm worden. b. Zou jij zelf mannen in de salon willen behandelen? Geef aan waarom wel of waarom niet. - Deze vraag kan klassikaal besproken worden. Is iedere klant welkom? Richt je je alleen op mannen of alleen op vrouwen? Hoe laat je dat tot uiting komen in de inrichting van de salon? Opdracht 10 a. Waarom denk je dat het belangrijk is om het behandelplan uit te leggen aan de cliënt? - Dan begrijpt de cliënt waarom je bepaalde dingen doet en is hij of zij meer gemotiveerd daar mee door te gaan en zelf ook bepaalde producten te gebruiken. b. Voer je een huiddiagnose alleen uit als de cliënt voor het eerst in het schoonheidsinstituut komt of doe je dat voor elke behandeling? Motiveer je antwoord. - Tijdens het eerste bezoek voer je een uitgebreide huidanalyse uit. Daarna volstaan korte huidanalyses. Het is belangrijk de huid elke keer opnieuw te bekijken, aangezien de conditie van de huid wisselend kan zijn en je de behandeling steeds weer aan moet passen. Opdracht 11 a. Van je docent heb je een klantenkaart gekregen. Vul de gegevens die je hebt verkregen bij opdracht 1,3,4 en 5 en de personalia van de betreffende klasgenoot in op de klantenkaart. Stel vervolgens een behandelplan op. - Dit is een oefening in het invullen van de klantenkaart en het samenstellen van een behandelplan. Daarbij is het wenselijk de leerling meerdere klantenkaarten te laten zien. b. Maak zelf een klantenkaart die je zou willen gebruiken in je eigen salon. KOC Nederland Huidanalyse

12 Hoofdstuk 6 advies en voorlichting Opdracht 1 a. Observeer en beschrijf de zithouding van je klasgenoten. - Neem er drie als voorbeeld en kijk naar de punten zoals beschreven in de tekst. Stand van de rug en schouders, buikspieren, benen, voeten. b. Waarom is een juiste lichaamshouding zo belangrijk. - Daarmee voorkom je lichamelijke klachten en word je minder snel moe. c. Oefen samen met een klasgenoot de hierboven beschreven lichaamshoudingen. Kijk bij elkaar of je het goed doet. - Staan: rechtop, schouders ontspannen, borstbeen naar voren, de bilspieren en buikspieren aangespannen. Knieën licht gebogen, benen enigszins uit elkaar, voeten recht naar voren, gewicht over beide voeten verdeeld. Zitten: rechte rug, ontspannen schouders, borstbeen naar voren, buikspieren licht aangespannen, benen in stand van 90 graden. Voeten naast elkaar plat op de vloer. Bukken: Door de knieën zakken met rechte rug en vanuit deze stand ook weer omhoog komen, buikspieren aangespannen. Opdracht 2 a. Vind je een dagelijkse reiniging van het gezicht met milk en lotion persé noodzakelijk? Geef aan waarom wel of niet. - Dit is afhankelijk van het huidtype. Een vette huid houdt meer vuildeeltjes vast en dan volstaat wassen met water vaak niet. Een droge huid kan daarentegen heel schoon zijn en dan is een dagelijkse grondige reiniging met milk en lotion niet noodzakelijk. b. Wanneer vind jij dat de haren gewassen moeten worden? Licht je antwoord toe. - Als ze vet of vuil zijn, bij de één is dat één maal per week, bij de ander elke dag. Ook moeten haren vaker gewassen worden wanneer er producten zoals haarlak en gel gebruikt worden. c. In welke vorm moeten de teennagels geknipt worden? Leg uit waarom. - De teennagels moeten recht afgenipt worden en mogen licht afgerond worden aan de hoeken. Dit ter voorkoming van het ingroeien van de teennagels. d. Wat heeft het ontharen van de oksels met hygiëne te maken? - Okselharen kunnen bijdragen aan de transpiratiegeur. Heeft iemand daar veel last van dan is het raadzaam de oksels te ontharen. e. Wat is het voordeel van schoenen die van binnen en buiten van leer gemaakt zijn. - Deze schoenen vormen zich naar het model van de voet. Bovendien ademen leren schoenen, waardoor ze minder snel zweetvoeten veroorzaken. Opdracht 3 Mevrouw van Lieshout is een goede klant. Maandelijks bezoekt ze je salon voor een gelaatsbehandeling. Daarbij koopt ze regelmatig de producten die jij haar adviseert. Het valt je elke keer op dat ze nogal naar zweet ruikt. Daarbij zijn haar handen erg onverzorgd. Ze heeft brokkelige nagels met zwarte randjes. Hoe zou jij deze klant benaderen? Bespreek deze opdracht in een groep van vier klasgenoten. - Vind je dat je daar wel of niet iets van moet zeggen? Waarom wel, waarom niet? Zo ja, hoe pak je dat zo tactisch mogelijk aan? Huidanalyse KOC Nederland

13 Opdracht 4 Vaak wordt er gezegd dat een schoonheidspecialist een voorbeeld voor de cliënten moet zijn. Dat wil zeggen dat je er goed verzorgd uit moet zien. Wat is jou mening daarover? Geef aan wat jij verstaat onder er goed verzorgd uitzien? - Deze opdracht kan eventueel klassikaal besproken worden. Opdracht 5 Noteer wat je gisteren gegeten hebt en bekijk of dit voldoet aan de schijf van vier. - Deze opdracht eventueel klassikaal nabespreken. Deze opdracht geeft inzicht in het eigen eetgedrag. Opdracht 6 a. Noem een aantal huidaandoeningen die je als schoonheidsspecialist met een basisopleiding niet kunt behandelen. - Teleangiëctasieën, psoriasis, vitiligo, eczeem, oedeem, overbeharing (verwijderen door middel van elektrische epilatie), overhangende oogleden. b. Geef aan naar wie je een cliënt met dat probleem zou kunnen verwijzen. - Teleangiëctasieën/overbeharing: schoonheidsspecialist gespecialiseerd in elektrische epilatie, huidtherapeut, dermatoloog. - Psoriasis/vitiligo: dermatoloog - Oedeem: huidtherapeut - Overhangende oogleden: plastisch chirurg Opdracht 7 a. Op welke manier verzorg jij dagelijks de huid van je gezicht? b. Welke producten gebruik je daarbij? c. Waarom heb je voor deze producten gekozen. Zijn er ook producten die je maar af en toe gebruikt? Welke zijn dat? Wanneer gebruik je ze? - Deze opdracht kan als groepsopdracht uitgevoerd worden. Daardoor krijgen de leerlingen inzicht in elkaars gedrag met betrekking tot huidverzorging. Opdracht 8 Bedenk enkele redenen waarom het zinvol is de cliënt goed te adviseren over het gebruik van producten thuis. - Als de cliënt je adviezen goed opvolgt heeft de behandeling meer effect. Bovendien stimuleer je daarmee de verkoop van producten in de salon. Dat is een belangrijke inkomstenbron. Zorg dat de cliënt de producten voor de verzorging van haar huid bij jou koopt en niet naar aanleiding van de adviezen die jij geeft naar de drogist om de hoek gaat. KOC Nederland Huidanalyse

14 Opdracht 9 Rollenspel Voer deze opdracht samen met een klasgenoot uit. Jij speelt de rol van schoonheidsspecialist en je klasgenoot die van cliënt. Je cliënt heeft een vette huid. Adviseer haar het dagelijkse gebruik van een milk en een lotion en het wekelijkse gebruik van een scrub. Haar gezicht is nogal flets en jij denkt dat wat make-up haar wel goed zal staan. Geef ook hiervoor een advies. a. Hoe verliep het gesprek? - Vond je het moeilijk een advies te geven? Liet je tevens zien hoe de cliënt de producten thuis zou kunnen gebruiken? Heb je een prijs genoemd? Gaf je de producten in handen van de cliënt? b. Wat vond je klasgenoot ervan? - Vond je het een goed advies of kwam het opdringerig over? Zou je het zelf ook zo doen? Sterke punten en minder sterke punten noemen. Opdracht 10 Deze opdracht wordt klassikaal uitgevoerd. Eén leerling speelt de rol van schoonheidsspecialist, de ander de rol van cliënt. De overige klasgenoten observeren. De schoonheidsspecialist heeft net een behandeling gegeven aan de cliënt. Tijdens de behandeling liet de cliënt merken dat ze graag iets aan haar rimpeltjes wil gaan doen. De schoonheidsspecialist gaat haar nu met behulp van producten die op school aanwezig zijn adviseren wat zij daarvoor kan gaan gebruiken. Deze opdracht wordt klassikaal nabesproken. a. Wat ging goed? b. Wat ging minder goed? c. Wat zou je anders doen? - Deze opdracht kan in allerlei vormen herhaald worden, waarbij steeds weer andere producten of behandelingen geadviseerd worden, zodat alle leerlingen een keer aan de beurt komen Huidanalyse KOC Nederland

15 Kennistoets Hoofdstuk 1 Huidveranderingen 1. Een blaar is groter dan 1 centimeter, terwijl een blaasje kleiner is dan 1 centimeter. Een blaar is een holte tussen de lagen van de opperhuid of tussen de opperhuid en de lederhuid, terwijl een blaasje een holte is tussen de lagen van de opperhuid. 2. Een schaafwond is een verwonding van de opperhuid, daar bevindt zich geen bindweefsel. In de lederhuid bevindt zich wel bindweefsel. Wordt dit weefsel beschadigd dan ontwikkeld zich bindweefsel tot aan de oppervlakte van de huid. Daardoor ontstaat een litteken. 3. Een talgcyste is een holte in de huid gevuld met talg. 4. Erytheem is een tijdelijke roodheid van de huid, ontstaan door verwijding van de bloedvaatjes in de huid. 5. Een schub is een loslatende opeenhoping van hoorncellen. 6. Een knobbel is wel voelbaar, maar niet zichtbaar aan het huidoppervlak. Een bult is wel zichtbaar aan de buitenkant. 7. De vijf verschijnselen van een ontsteking zijn: - warmte: door verwijding van de bloedvaten; - pijn: door zwelling drukt het weefsel op de zenuwuiteinden; - gestoorde functie: door de zwelling kan het weefsel niet goed meer functioneren; - roodheid: door verwijding van de haarvaten; - zwelling: vocht treedt buiten de bloedvaten. Hoofdstuk 2 Huidafwijkingen 1. Een gecombineerde huid is een combinatie van een vette huid en een normale/droge huid, waarbij het huidgebied van de kin, de neus en het voorhoofd meestal vet is. 2. Een vette huid ontstaat pas tijdens de puberteit omdat de talgklieren sterk reageren op de hormonale veranderingen die dan plaatsvinden. 3. De kenmerken van een vette huid zijn: glimmend aanzien, verwijde poriën, verdikte hoornlaag en eventueel verstopte talgklierafvoergangen en puistjes. 4. Er zijn twee vormen van seborrhoe: soborrhoe oleosa en seborrhoe sicca. Bij seborrhoe oleosa is de huid glimmend. Bij seborrhoe sicca is er sprak van overmatige schilfervorming, waardoor de huid er droog uitziet. 5. Een comedoon is een verstopte talgklierafvoergang. KOC Nederland Huidanalyse

16 6. Er zijn open en gesloten comedones. Open comedones hebben een zwarte kleur en liggen direct aan het huidoppervlak. Gesloten comedones zijn wit van kleur en liggen onderhuids. 7. Een talgcyste is een ophoping van talg in de talgklierafvoergang die afgesloten is door een dun hoornvliesje. 8. Jeugdpuistjes ontstaan onder invloed van androgenen. Als gevolg van de veranderde hormoonbalans tijdens de puberteit gaan de talgklieren meer talg aanmaken en wordt de hoornlaag dikker, waardoor de talg niet goed meer weg kan en zich ophoopt in de talgklierafvoergangen. Daardoor wordt de wand van de talgklier beschadigd en gaat de talgklier ontsteken. Er ontstaat een rode verhevenheid. Komen er bacteriën bij dan ontstaan er ook pustels. 9. Twee andere vormen van acne zijn acne conglobata en acne keloïdalis. Bij acne conglobata komen zeer grote puisten en pustels voor. De met etter gevulde holten staan vaak onderhuids met elkaar in verbinding. Acne keloïdalis is een vorm van acne waarbij ernstige littekenvorming optreedt. 10. Een droge huid heeft een fijne structuur, een dunne hoornlaag en nauwelijks zichtbare poriën. 11. De oorzaken van overmatig zweten kunnen zijn: spanning, hormonale afwijkingen, afwijkingen van de schildklier en hormonale veranderingen tijdens menopauze, zwangerschap of in de periode na de bevalling. 12 a. Eelt ontstaat op plaatsen van de huid waar voortdurend druk op uitgeoefend wordt. b. Eelt zorgt voor een beschermende laag. 13. Een likdoorn is eelt dat als een kegeltje naar binnen groeit. 14. Een voetverzorger kan eelt en likdoorns verwijderen. 15. a. Milia zijn hoorncellen die zich in de talgklierafvoergangen hebben opgehoopt. b. Milia komen veel voor bij een droge huid. 16. a. Verhoornde haarzakjes komen veel voor aan de buitenkant van de armen en aan de achterkant van de onderbenen. b. Verhoornde haarzakjes doen zich voor als zeer kleine kegelvormige huidoneffenheden. 17. Psoriasis en ichthyosis zijn huidziekten die worden veroorzaakt door een afwijking in de verhoorning.psoriasis is een huidziekte waarbij scherp begrensde rode schilferende plekken over het hele lichaam voorkomen, maar met name aan de strekzijden van de ellebogen en de knieën. Bij ichthyosis is de huid sterk geschubd en treedt veel schilfervorming op Huidanalyse KOC Nederland

17 18. Hyperpigmentaties zijn ophopingen van pigment in de huid, bijvoorbeeld sproeten, moedervlekken, ouderdomspigmentvlekken en chloasma. Hypopigmentaties ontstaan door een tekort aan pigment op bepaalde plaatsen in de huid, bijvoorbeeld als gevolg van vitiligo, of in de gehele huid, bijvoorbeeld als gevolg van albinisme. 19. Als een moedervlek in korte tijd groeit, verkleurt, jeukt of kapot gaat, kan dat op kwaadaardigheid duiden. 20. Een albino is iemand waarbij al het pigment in de huid ontbreekt. Het is een aangeboren afwijking. 21. Iemand die vitiligo heeft is te herkennen aan witte grillige plekken op lichaam en gelaat. 22. Erytheem kan veroorzaakt worden door warmte, een psychische prikkel, verbranding of bevriezing. 23. Een bloeduitstorting ontstaat door een bloedvatbeschadiging in de huid, waarbij de huid niet beschadigd is. 24. Teleangiëctasieën zijn verwijde haarvaatjes die vooral voorkomen op het gelaat. 25. Tijdens de zwangerschap worden de wanden van de bloedvaten onder invloed van hormonen minder stevig en ontstaan er sneller spataderen. 26. Bezemrijs zijn verwijde haarvaten in de benen die aderlijk bloed bevatten. Penselen zijn verwijde haarvaten in de benen die slagaderlijk bloed bevatten. 27. Bij rosacea doen zich veel teleangiëctasieën in het gelaat voor, vaak vlindervormig. Daarbij treedt tevens puistvorming op. 28. Winterhanden en wintervoeten ontstaan doordat de hoog in de huid gelegen vaatjes abnormaal vernauwd zijn, waardoor de lager gelegen bloedvaatjes overvuld zijn met bloed. 29. Een wijnvlek is een aangeboren woekering van verwijde haarvaten in de huid. 30. De oorzaken van hirsutisme kunnen zijn: - een te hoge concentratie van mannelijke hormonen, - een verhoogde gevoeligheid van de haarzakjes voor mannelijke hormonen, - ziektes, bijvoorbeeld aandoeningen aan de eierstokken. 31. Hirsutisme is een aandoening waarbij zich een mannelijk beharingspatroon voordoet bij een vrouw. Hypertrichose komt zowel bij vrouwen als mannen voor en wordt gekenmerkt door overbeharing die zich overal op het lichaam kan voordoen. 32. Een atrofische huid is rimpelig, verslapt en ziet er grauw uit. KOC Nederland Huidanalyse

18 33. Een oudere huid is minder elastisch doordat de elastine vezels in de huid degenereren en de collagene vezels gaan overheersen. 34 a. Een vochtarme huid heeft craqueléachtige nerfjes. b. Naarmate je ouder wordt gaan de cellen steeds minder vocht bevatten en vermindert de talgklier- en zweetklierwerking. 35. Rimpels ontstaan op de plaatsen waar de huid dun is, terwijl plooien ontstaan op de plaatsen waar de mimische spieren overdekt zijn met een dikkere huidlaag. 36. Kringen onder de ogen kunnen ontstaan als gevolg van de skeletbouw (magere mensen met een benige skeletbouw), ziekte, slaapgebrek, verdriet, zorgen en als gevolg van een vermeerderde pigmentatie onder de ogen. 37 a. Vetwallen ontstaan wanneer het vetweefsel waarin de oogbol ligt voor de oogkringspier komt te liggen. Vochtwallen ontstaan als gevolg van een stagnatie van de lymfestroom. b. Vetwallen zakken in liggende houding weg, terwijl vochtwallen dan zichtbaar blijven. Hoofdstuk 3 Huidaandoeningen 1. Commensalen zijn micro-organismen die van nature in en op het lichaam voorkomen en een functie hebben. Micro-organismen die een ziekte kunnen veroorzaken worden pathogeen genoemd. Potentieel pathogeen wil zeggen dat micro-organismen niet altijd, maar onder bepaalde omstandigheden wel ziekten kunnen veroorzaken. 2. a. Er zijn verschillende soorten bacteriën: de bolvormige kokken, de staafvormige bacillen en de spiraalvormige bacteriën (spirocheten). b. - Bolvormige kokken, bijvoorbeeld stafylokokken, kunnen steenpuisten veroorzaken. Streptokokken kunnen keelontsteking veroorzaken. - Staafvormige bacillen, bijvoorbeeld de tetanusbacillen, kunnen tetanus veroorzaken. De tuberkelbacil kan tuberculose veroorzaken. - Syfilis wordt veroorzaakt door een spiraalvormige bacterie. 3. Virussen zijn veel kleiner dan bacteriën en kunnen zich alleen voortplanten met behulp van dierlijke, plantaardige of menselijke cellen. Dit in tegenstelling tot bacteriën die zelfstandig kunnen voortplanten. 4. Actieve immunisatie: verzwakte of gedode ziektekiemen worden in het lichaam gebracht, waardoor het lichaam zelf antistoffen maakt. Passieve immunisatie: de antistoffen of antitoxinen worden in het lichaam gebracht Huidanalyse KOC Nederland

19 5. Bacteriële huidaandoeningen: - Ontstoken haarzakje (folliculitis): wordt meestal veroorzaakt door stafylococces aures. - Steenpuist (furunkel): diepere ontsteking van het gehele haarzakje, meestal veroorzaakt door stafylococces aures. - Strontje (hordeolum): ontsteking van de smeerklieren van de oogharen, meestal veroorzaakt door stafylokokken. - Zweetklierabces (hydradentitis): zwelling van de zweetklieren. - Smetuitslag (intertrigo): rode vochtige plekken daar waar huiddelen tegen elkaar komen, kan door bacteriën, maar ook door een gist veroorzaakt worden. - Mondhoekontsteking (angulus infectiosus): wordt bij kinderen vaak veroorzaakt door streptokokken. Bij volwassenen door schimmels. - Gonorroe: geslachtsziekte veroorzaakt door gonokokken. - Syfilis: geslachtsziekte veroorzaakt door spiraalvormige bacterie. 6. Een huidziekte veroorzaakt door een schimmel wordt een dermatomycose genoemd. 7. a. Koortsblaasjes worden door het herpesvirus veroorzaakt. b. Koortsblaasjes ontstaan vaak als de weerstand verzwakt is, bijvoorbeeld tijdens een koortsaanval. c. Als de blaasjes ingedroogd zijn is het besmettingsgevaar weg. 8. Er zijn twee soorten wratten, de gewone wratten (verruca vulgaris) en waterwratjes (mollusca contagiosa). Gewone wratten zijn bloemkoolachtige vast aanvoelende uitgroeisels van de huid. Waterwratjes zijn halfbolvormige huidkleurige bultjes. 9. Hepatitis B wordt overgedragen via bloed op bloed contact. Aids wordt overgedragen via bloed/bloed contact of sperma/bloed contact. 10. Schurft (scabiës) en hoofdluis (pediculosis) zijn parasitaire huidaandoeningen. Schurft veroorzaakt enigszins geknikte korte lijntjes op de huid en een sterk jeukende huiduitslag met puistjes. Hoofdluis zijn kleine bruin/grijze beestjes ter grootte van een speldenknop. Ze bevinden zich op de meest warme gedeelten van de hoofdhuid. De vrouwelijke hoofdluizen leggen eitjes (neten) in het haar, die zichtbaar zijn als witte puntjes die aan het haar vast gekleefd zijn. 11 Een allergie ontstaat pas nadat iemand één of meerdere malen in contact is geweest met een stof, omdat het lichaam eerst antistoffen tegen het allergeen moet vormen. 12. Naast eczeem kunnen netelroos (urticaria), oedeem van Quincke en lipontsteking (cheilitis) optreden als gevolg van een allergische reactie. Netelroos is een snel optredende jeukende reactie van de huid die gepaard gaat met rode vlekken die later verbleken. Het oedeem van Quincke doet zich voor in de vorm van vochtophopingen die vooral optreden aan de oogleden, de wangen, de lippen en aan de handruggen. Lipontsteking veroorzaakt een zwelling van de lippen, waardoor deze open kunnen springen. 13. Allergisch contacteczeem is een huidreactie als gevolg van een allergie na huidcontact met de allergene stof. KOC Nederland Huidanalyse

20 14. Een allergische reactie kan voorkomen worden door contact met de allergene stof te vermijden. 15. Constitutioneel eczeem is een vorm van eczeem waarvoor een aangeboren aanleg bestaat. 16. a. Allergenen zijn stoffen die een allergische reactie kunnen veroorzaken. b. Er zijn inhalatieallergenen en voedselallergenen. 17. Eczeem kan behandeld worden met hormooncrèmes die corticosteroïden bevatten en met teerzalven. Ook kunnen er medicijnen tegen jeuk, bijvoorbeeld antihistaminica, voorgeschreven worden Eerstegraads verbranding: de huid is rood en pijnlijk. - Tweedegraads verbranding: de huid is rood en pijnlijk en er treedt blaarvorming op. - Derdegraads verbranding: de huid is volledig verloren gegaan en rood of zwart van kleur en gevoelloos. - Eerstegraads bevriezing: de huid is rood en pijnlijk. - Tweedegraads bevriezing: de huid is rood en pijnlijk en er treedt blaarvorming op. - Derdegraads bevriezing: een zwarte verkleuring van de huid. 19 a. Steelwratjes zijn spontane woekeringen van het bindweefsel die boven het huidniveau liggen. b. In tegenstelling tot echte wratten worden steelwratjes niet door een virus veroorzaakt. 20. Een keloïd is een hypertrofie van littekenweefsel, waarbij het weefsel zich buiten het oorspronkelijke gebied van het litteken begeeft. Een hypertrofisch litteken is verdikt littekenweefsel dat zich binnen het gebied van het litteken bevindt. 21. Goedaardige gezwellen groeien binnen een kapsel en dringen niet door in omliggende organen en weefsels en zaaien zich niet uit. Kwaadaardige gezwellen groeien ongeremd en verwoesten omliggende weefsels, dringen andere weefsels en organen binnen en zaaien zich uit. 22. Basaalcelcarcinoom: een huidkleurig gezwel dat langzaam groeit en vaak korstvorming in het midden laat zien, waaronder zich een nattend wondje bevindt. Plaveiselcelcarcinoom: een wratachtig knobbeltje dat neigt tot verzwering in de diepte. Melanoom: een grillige moedervlek, bruin tot zwart van kleur, kan zich heel snel uitbreiden. 23. Xanthelasma is een bruingele huidwoekering die vaak optreedt aan de onder- en bovenoogleden van oudere mensen. 24. Slecht genezen van wondjes en weefselversterf komen vaak voor bij mensen die lijden aan diabetes mellitus Huidanalyse KOC Nederland

21 Hoofdstuk 4 Plastische chirurgie 1. De meeste neuscorrecties worden vanuit de neusholte uitgevoerd. Daarbij wordt de incisie aan de binnenkant van de neus gemaakt. 2 a. Overhangende oogleden kunnen het zicht beperken, daarom vindt correctie vaak op medische indicatie plaats. b. De overtollige huid wordt weggesneden. De incisie wordt gemaakt in de plooi van het bovenooglid. 3. Een onderooglidcorrectie kan op twee manieren uitgevoerd worden. Er wordt een incisie gemaakt onder de onderwimpers en overtollige huid wordt weggesneden. Eventueel opgehoopt vetweefsel wordt ook verwijderd. Is er alleen sprake van een vetophoping onder het oog dan kan de correctie van binnenuit uitgevoerd worden. Er wordt een kleine incisie gemaakt aan de binnenzijde van het onderooglid en het vet wordt weggehaald. 4 a. Overhangende wenkbrauwen kunnen gecorrigeerd worden door middel van een voorhoofdslift. b. Deze ingreep kan uitgevoerd worden door middel van een incisie over de gehele voorhoofdshuid, langs de haargrens of in de behaarde hoofdhuid. De voorhoofdshuid wordt losgemaakt tot voorbij de wenkbrauwen, strak getrokken en de overtollige huid wordt weggesneden. Deze ingreep kan ook endoscopisch uitgevoerd worden. Daarbij wordt een scoop gebruikt waarmee de arts in het lichaam kan kijken. Er worden dan enkele sneetjes gemaakt op de haargrens en de operatie wordt van binnenuit uitgevoerd. 5. a. Een buikwandcorrectie kan worden uitgevoerd als de buikwand en de buikspieren ernstig verslapt zijn en de buik overhangt. b. Over de gehele breedte van de buik wordt een incisie gemaakt. De huid wordt losgemaakt van de spieren en naar beneden getrokken. De navel moet ook verplaatst worden. Verslapte en uitgerekte spieren worden door middel van hechten versterkt. 6. a. Liposuctie is een operatieve methode waarmee plaatselijk vet kan worden weggezogen. b. Deze methode is bedoeld voor het weghalen van plaatselijke vetophopingen en niet ter bestrijding van algeheel overgewicht. Bovendien kunnen achtergebleven vetcellen weer opzwellen. c. Kleine plaatselijke vetophopingen, bijvoorbeeld vet onder de kin, kunnen met een spuit weggezogen worden. 7. Borstverkleinende operatie: de incisie wordt meestal gemaakt onder de borstplooi en vanuit het midden naar de tepel. Van daaruit wordt een deel van het klierweefsel en de overtollige huid weggehaald. De tepel moet verplaatst worden. Voordelen: geen lichamelijke belasting veroorzaakt door grote borsten. Meer tevredenheid met het eigen lichaam. Nadelen: blijvende littekens, het geven van borstvoeding is niet altijd meer mogelijk. Afname gevoel in de tepels. Borstvergrotende operatie: via een incisie onder de borst of in de oksel wordt een prothese ingebracht. Voordelen: mooiere, stevige en/of grotere borsten. Nadelen: mogelijke lichamelijke klachten door lekkende siliconenprotheses, bindweefselvorming rond de prothese (kapselvorming), mogelijk problemen met het geven van borstvoeding, prothese moet ooit vervangen worden. KOC Nederland Huidanalyse

22 8. De meest toegepaste manier om een borst te reconstrueren is de tissueexpandertechniek. Daarbij wordt een soort ballonnetje onder de huid aangebracht en via een ventieltje met zout water gevuld, waardoor de huid oprekt. In de ruimte die daardoor ontstaat kan een prothese aangebracht worden. Ook kan een spier-huidlap van de rug gebruikt worden voor het reconstrueren van een borst. Daaronder wordt dan een prothese aangebracht. Dat kan ook met een spier-huidlap van de onderbuik. In dat geval is een prothese vaak niet nodig. Een tepelhof en tepel kunnen door middel van medische tatoeage gereconstrueerd worden. Ook kan een deel van de tepel van de nog bestaande borst getransplanteerd worden. 9. a. Facelift: vanaf slapen langs haargrens, voor het oor langs, onder het oorlelletje naar achter tot in de haargrens. b. Halslift: huid voorbij oorlelletje tot in haargrens. c. Correctie bovenoogleden: in plooi bovenooglid. d. Correctie onderoogleden: in onderwimpers e. Voorhoofdslift: in voorhoofdshuid, langs haargrens of in behaarde huidgebied. f. Buikwandcorrectie: over de gehele breedte van buik en heupen. g. Borstverkleining: in borstplooi en vanuit het midden van de borst naar de tepel. Hoofdstuk 5 Huidanalyse en behandelplan 1. Door middel van een huiddiagnose wordt de huidsoort en de conditie van de huid bepaald. Daar wordt de behandeling op afgestemd. 2. Anamnese: vragen stellen aan de cliënt om inzicht te krijgen in de voorgeschiedenis. Inspectie: bekijken van de huid. Palpatie: betasten van de huid. 3. De huidsoort wordt bepaald door de mate van talgproductie. 4. De vier huidsoorten zijn: - normale huid: zacht, veerkrachtig, gaaf en fris van kleur; - droge huid: droog, vaak schilferig, dunne hoornlaag, fijne poriën; - vette huid: stevig, kan glimmen, dikke hoornlaag, grove poriën, soms comedones en acne en schilfering; - gecombineerde huid: combinatie vette en droge of normale huid, waarbij meestal T- zone (kin, neus, voorhoofd) vet is. 5. Doorbloeding blanke huid: - roze kleur: goed doorbloed - rode kleur: sterk doorbloed - bleke kleur;: slecht doorbloed - vlekkerig: onregelmatige doorbloeding Huidanalyse KOC Nederland