STICHTING MEERWERF BASISSCHOLEN DEN HELDER

Transcriptie

1 Stoktstraat TN Horst Tel Fax info@novitasnotariaat.nl KvK nummer IBAN NL60 RABO O N T W E R P AB 3/september/2014 PAGINA STATUTENWIJZIGING STICHTING MEERWERF BASISSCHOLEN DEN HELDER Vandaag, +, verschijnen voor mij, mr. Annemarie Jacqueline Pauline Beijers- Willems, notaris te Horst aan de Maas: +, handelend als schriftelijk gevolmachtigde van de stichting: STICHTING MEERWERF BASISSCHOLEN DEN HELDER, gevestigd te Den Helder, feitelijk gevestigd 1782 DK Den Helder, Timorlaan 45A, ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel onder numme , hierna te noemen: "de stichting". +Waar in deze akte staat "ongehuwd" is daaronder ook begrepen "niet geregistreerd als partner in de zin van het geregistreerd partnerschap". Van de volmacht blijkt uit notulen die aan deze akte zijn gehecht. De voormelde stichting wordt hierna ook genoemd: de stichting. De verschenen persoon verklaart vooraf het volgende. INLEIDING 1. De stichting werd opgericht bij akte verleden op zestien december tweeduizend acht verleden voor mr. R.A.H.J. van Loon, destijds notaris te Den Helder. 2. De statuten zijn na de oprichting niet gewijzigd. 3. In de vergadering van het bestuur van de stichting, heeft het bestuur op + besloten tot wijziging van de statuten. Deze statutenwijziging vindt mede plaats vanwege de gewijzigde Wet op het Primair Onderwijs en de code "goed onderwijs, goed bestuur". Volgens de nog geldende statuten was voor het besluit tot statutenwijziging goedkeuring vereist van de gemeente Den Helder. De goedkeuring is verleend op +, waarvan blijkt uit een aan deze akte te hechten bijlage. 4. Het besluit tot statutenwijziging werd overeenkomstig de statutaire voorschriften (artikel +) genomen. De notulen van dit besluit zijn aan deze akte gehecht. STATUTENWIJZIGING Ter uitvoering van het besluit worden de statuten geheel gewijzigd en luiden zij voortaan als volgt: Artikel 1 NAAM EN ZETEL De Stichting draagt de naam: Stichting Meerwerf Basisscholen Den Helder. De Stichting heeft haar zetel in de gemeente Den Helder. Artikel 2 BEGRIPSBEPALINGEN In deze statuten wordt verstaan onder: a. de gemeenteraad: de gemeenteraad van de gemeente Den Helder; b. de scho(o)l(en): die scholen die zijn genoemd en als zodanig zijn aangemerkt als vallende onder het gezag van de stichting, zoals op een daartoe door het

2 PAGINA bestuur van de stichting bijgehouden lijst; c. WPO: Wet op het primair onderwijs. Artikel 3 DOEL EN MIDDELEN De Stichting heeft ten doel het verzorgen van openbaar onderwijs door de scholen die onder haar gezag vallen, overeenkomstig artikel 46 WPO. Om het doel te verwezenlijken kan de Stichting gebruikmaken van alle wettige middelen die daaraan dienstbaar zijn. Artikel 4 DUUR EN BOEKJAAR 1. De Stichting is opgericht voor onbepaalde tijd. 2. Het boekjaar valt samen met het kalenderjaar. Artikel 5 ORGANEN VAN DE STICHTING 1. De Stichting kent de volgende organen: een raad van toezicht en een bestuur. 2. Het bestuur bestuurt de organisatie. 3. De raad van toezicht houdt toezicht. Artikel 6 HET BESTUUR 1. Het bestuur van de stichting bestaat ten minste uit één en ten hoogste drie natuurlijke personen. De Raad van Toezicht stelt het aantal bestuursleden vast. 2. De bestuursleden worden benoemd door de Raad van Toezicht. 3. De bestuursleden zijn op basis van een arbeidsovereenkomst in dienst bij de stichting. De Raad van Toezicht fungeert namens de stichting als werkgever van de bestuursleden en stelt de rechtspositie en de arbeidsvoorwaarden vast. 4. Bestuursleden dienen de grondslag en het doel van de stichting te onderschrijven. 5. Een lid van het bestuur kan niet tevens lid zijn van de Raad van Toezicht. 6. Een lid van het bestuur kan door de Raad van Toezicht worden geschorst en ontslagen. Ter zake van schorsing, handhaving of opheffing van de schorsing of ontslag, besluit de Raad van Toezicht met een meerderheid van ten minste twee/derde van de uitgebrachte stemmen. Het betrokken bestuurslid wordt in de gelegenheid gesteld zich in een vergadering van de Raad van Toezicht te verantwoorden. Daarbij kan hij zich doen bijstaan door een raadsman. Een bestuurslid kan ondermeer worden geschorst en ontslagen wegens: a verwaarlozing van zijn taak of onvoldoende functioneren; b c d onverenigbaarheid van functies of belangen; wijziging van de omstandigheden of andere redenen op grond waarvan hij zijn handhaving als lid redelijkerwijs niet van de stichting kan worden verlangd; als hij failliet is of de schuldsanering natuurlijke personen op hem van toepassing is. 7 Een bestuurslid defungeert: a. door overlijden; b. door faillietverklaring of doordat de schuldsaneringsregeling natuurlijke personen - al dan niet voorlopig - van toepassing wordt verklaard;

3 PAGINA c. door onder curatelestelling of doordat het vermogen onder bewind wordt gesteld; d. door vrijwillig aftreden; e. door ontslag door de rechtbank; f. door ontslag, verleend door de Raad van Toezicht. 8. Bij ontstentenis of belet van een of meer bestuursleden, niet zijnde alle leden of het enig (overgebleven) lid, nemen de overblijvende leden, of neemt het overblijvende lid het gehele bestuur waar. Bij ontstentenis of belet van alle bestuursleden of van het enig (overgebleven) lid, regelt de Raad van Toezicht de waarneming van de taken van het bestuur. Waarneming zal in geen geval plaatsvinden door de Raad van Toezicht zelf dan wel leden van de Raad van Toezicht. Artikel 7 TAKEN EN BEVOEGDHEDEN VAN HET BESTUUR 1. Het bestuur van de stichting is opgedragen aan het bestuur, onder toezicht van de raad van toezicht. Het bestuur is bevoegd gezag van de scholen, die de stichting in stand houdt. 2. Het bestuur is met inachtneming van het bepaalde in lid 4 onder g gerechtigd tot het kopen en vervreemden of bezwaren van registerzaken, alsmede het sluiten van overeenkomsten waarbij de stichting zich als borg of hoofdelijk medeschuldenaar verbindt, zich voor een derde sterk maakt of zich tot zekerheidsstelling voor een schuld van een derde verbindt. 3. Het bestuur heeft alle bevoegdheden ten aanzien van de stichting en de door de stichting in stand gehouden organisatie met uitzondering van de bevoegdheden die op grond van de statuten zijn voorbehouden aan de Raad van Toezicht. 4. Het bestuur behoeft voorafgaande schriftelijke goedkeuring van de Raad van Toezicht voor het nemen van besluiten betreffende: a. het vaststellen van het strategisch beleid, de begroting, de jaarrekening, het jaarverslag en het treasury statuut van de stichting; b. aanvraag van faillissement van de stichting en van surseance van betaling; c. het vaststellen van de meerjarenbeleidplannen van de stichting; d. elke wijziging van de statuten; e. stichten, opheffen, fuseren of afsplitsen van scholen of delen van scholen, daaronder mede verstaan het aangaan/beëindigen van duurzame samenwerkingsrelaties met derden; f. ingrijpende reorganisaties, waaronder in ieder geval moet worden verstaan het gelijktijdig of binnen een kort tijdbestek beëindigen van de arbeidsovereenkomsten dan wel ingrijpend wijzigen van de arbeidsvoorwaarden van meer dan tien procent van het in dienst van de stichting zijnde personeel; g. het sluiten van overeenkomsten tot het kopen, vervreemden of bezwaren van registerzaken, alsmede het sluiten van overeenkomsten waarbij de stichting zich als borg of hoofdelijk medeschuldenaar verbindt, zich voor een derde sterk maakt of zich tot zekerheidsstelling voor een schuld van een derde verbindt;

4 PAGINA h. investeringen of een combinatie van investeringen, die een bedrag te boven gaan waarvan de hoogte in de meerjarenbeleidplannen is vastgesteld. 5. De Raad van Toezicht is bevoegd ook andere besluiten dan die in het voorgaande lid zijn genoemd aan zijn goedkeuring te onderwerpen. Die andere besluiten dienen duidelijk te worden omschreven en schriftelijk aan het bestuur te worden medegedeeld. 6. Het bestuur verstrekt de Raad van Toezicht gevraagd en ongevraagd alle informatie omtrent alle onderwerpen de stichting betreffende, die voor een goed functioneren van de Raad van Toezicht naar het oordeel van de raad nodig of dienstig zijn. BESTUUR; WERKWIJZE Artikel 7a 1. Stemmen en het nemen van besluiten In de vergaderingen van het bestuur heeft ieder lid van het bestuur één stem. Alle besluiten van het bestuur worden genomen met volstrekte meerderheid van de uitgebrachte stemmen. 2. Als de stemmen staken brengt het bestuur de raad van toezicht hiervan onverwijld schriftelijk op de hoogte. Binnen drie weken na ontvangst van deze schriftelijke mededeling overlegt de voorzitter van de raad van toezicht met het bestuur over het voorgenomen besluit. Na dit overleg neemt het bestuur alsnog een besluit. Indien dan alsnog de stemmen staken, beslist de stem van de voorzitter. 3. Bijeenroepen vergadering Elk lid van het bestuur is bevoegd een vergadering van het bestuur bijeen te roepen. 4. De bijeenroeping van de vergaderingen van het bestuur geschiedt schriftelijk op een termijn van ten minste zeven dagen, onder opgave van de te behandelen onderwerpen. In spoedeisende gevallen, ter beoordeling van de voorzitter, kan de termijn van oproeping worden beperkt tot ten minste vierentwintig uur. De vergaderingen worden gehouden ter plaatse binnen Nederland, bij voorkeur in een gemeente waarbinnen de stichting een school in stand houdt, te bepalen door degene die de vergadering bijeenriep, dan wel deed bijeenroepen. Indien werd gehandeld in strijd met het hiervoor in dit lid bepaalde, kan het bestuur niettemin rechtsgeldige besluiten nemen, mits de ter vergadering afwezige leden vóór het tijdstip van de vergadering hebben verklaard zich niet tegen de besluitvorming te verzetten. 5. Het bestuur kan ook op andere wijze dan in een vergadering besluiten nemen, mits alle leden van het bestuur in de gelegenheid worden gesteld hun stem uit te brengen en geen van hen zich tegen deze wijze van besluitvorming verzet. Een besluit is alsdan genomen, indien de volstrekte meerderheid van het aantal leden van het bestuur zich vóór het voorstel heeft verklaard. Van elk buiten vergadering genomen besluit wordt mededeling gedaan in de eerstvolgende vergadering, welke mededeling in de notulen van die vergadering wordt vermeld. 6. Elk lid van het bestuur, alsmede elk lid van de raad van toezicht, is bevoegd

5 PAGINA een vergadering van het bestuur bijeen te roepen. 7. Openbare vergaderingen, tenzij De vergaderingen van het bestuur zijn openbaar voor zover het bestuur niet - gemotiveerd per agendapunt - beslist dat openbaarheid tegen het belang van de stichting is of een ontoelaatbare inbreuk op de privacy van personen oplevert. De opgelegde geheimhouding wordt zowel door degenen die bij de behandeling aanwezig waren als door degenen die op andere wijze van het behandelde en van de stukken kennis nemen, in acht genomen, totdat het bestuur de geheimhouding opheft. 8. Notulen Van het verhandelde in de vergaderingen van het bestuur worden notulen gehouden door de daartoe door de voorzitter aangewezen persoon. De notulen worden vastgesteld in dezelfde of in de eerstvolgende vergadering en door de voorzitter van de vergadering ondertekend. 9. Reglement Het bestuur regelt zijn werkzaamheden en al hetgeen zijn functioneren betreft bij reglement. Hierin staat in ieder geval een regeling over de wijze van vergaderen en de wijze van besluitvorming. Het reglement dient vooraf te worden goedgekeurd door de Raad van Toezicht. Ook wijzigingen van het reglement dienen vooraf te worden goedgekeurd door de Raad van Toezicht. 10. Algemene directie Het bestuur kan zich laten ondersteunen door een algemene directie. Het bestuur stelt voor de algemene directie een reglement op dat eerst aan de Raad van Toezicht wordt voorgelegd ter goedkeuring. Ook latere wijzigen van dit reglement dienen vooraf te worden goedgekeurd door de Raad van Toezicht. 11. Directieberaad Het bestuur laat zich adviseren door een Directieberaad waarin alle schooldirecteuren en adjunctdirecteuren zitting hebben. Het bestuur stelt voor dat beraad een reglement op dat eerst aan de Raad van Toezicht wordt voorgelegd ter goedkeuring. Ook latere wijzigen van dit reglement dienen vooraf te worden goedgekeurd door de Raad van Toezicht. Artikel 8 VERTEGENWOORDIGING 1. Het bestuur vertegenwoordigt de stichting. 2. De vertegenwoordigingsbevoegdheid komt mede toe aan twee gezamenlijk handelende bestuurders. 3. Tegen een handelen in strijd met artikel 7 lid 2 kan tegen derden beroep worden gedaan. 4. Het bestuur kan volmacht verlenen aan één of meer bestuurders, alsook aan derden, om de stichting binnen de grenzen van die volmacht te vertegenwoordigen. Artikel 9 SAMENSTELLING EN BENOEMING RAAD VAN TOEZICHT

6 PAGINA De Raad van Toezicht bestaat uit vijf leden. 2. De gemeenteraad benoemt de leden van de Raad van Toezicht op basis van een tevoren openbaar gemaakt profielen, als volgt: a. twee leden op bindende voordracht van de ouders van de leerlingen van de stichting. Voorgedragen personen zijn geen lid van de medezeggenschapsraad; b. één lid op bindende voordracht van de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad, bedoeld in artikel 3 van de Wet medezeggenschap op scholen. Voorgedragen personen zijn zelf niet in dienst van de stichting; c. twee leden op voordracht van de Raad van Toezicht. 3. In het reglement van de Raad van Toezicht wordt het profiel van de raadsleden afzonderlijk en van de raad als geheel opgenomen. 4. De in lid 2 van dit artikel genoemde voordrachten worden voorbereid door een benoemingsadviescommissie. In de benoemingsadviescommissie hebben in elk geval twee leden van de Raad van Toezicht en twee leden van de oudergeleding van de GMR zitting. De werkwijze van deze benoemingsadviescommissie wordt in een door de Raad van Toezicht vast te stellen reglement nader uitgewerkt. De voordracht wordt opgemaakt met inachtneming van het profiel bedoeld in het tweede lid van artikel 17a WPO. Artikel 10 ZITTINGSPERIODE VAN DE RAAD VAN TOEZICHT 1. De leden van de Raad van Toezicht worden benoemd voor vier jaar. Zij treden af volgens een door de Raad van Toezicht op te maken rooster. Een volgens het rooster afgetreden lid is éénmalig doch onmiddellijk herbenoembaar. Het in een tussentijdse vacature benoemde lid neemt op het rooster van aftreden de plaats in van degene in wiens vacature hij werd benoemd. 2. De gemeenteraad kan een lid dat naar zijn oordeel in ernstige mate door handelen of nalaten afbreuk doet aan het functioneren van de Raad van toezicht schorsen dan wel ontslaan. 3. De Raad van Toezicht kan een lid overeenkomstig het voorgaande lid voorlopig schorsen mits daartoe wordt besloten met een twee/derde meerderheid van stemmen. 4. De Raad van Toezicht vraagt de gemeenteraad onmiddellijk om een beslissing ter bevestiging van de voorlopige schorsing. 5. Wanneer de schorsing wordt bevestigd, wordt deze geacht te zijn ingegaan op het moment van het Raad van Toezichtbesluit daartoe. Wordt de schorsing niet bevestigd, dan wordt het geschorste lid van de Raad van Toezicht nochtans in de verstreken periode geacht te zijn geschorst en blijven intussen genomen besluiten zonder het geschorste lid van de raad volledig van kracht. 6. Een lid van de Raad van Toezicht defungeert: a. door overlijden; b. door aftreden al dan niet volgens het rooster van aftreden; c. door ontslag door de gemeenteraad; d. door het verlies van het vrije beheer over zijn vermogen, als bedoeld onder

7 PAGINA artikel 6 lid 7 onder b en c; e. door ontslag op grond door de rechtbank. Artikel 11 TAKEN EN BEVOEGDHEDEN VAN DE RAAD VAN TOEZICHT 1. Conform de code voor goed bestuur als bedoeld in artikel 171 WPO heeft de raad van toezicht een klankbordfunctie naar het bestuur. De raad van toezicht is in ieder geval belast met de taken als omschreven in artikel 17c van de WPO. Per vandaag staat in dat artikel: a. het goedkeuren van de begroting en het jaarverslag en, indien van toepassing, het strategisch meerjarenplan van de stichting; b. het toezien op de naleving door het bestuur van wettelijke verplichtingen, de code voor goed bestuur, bedoeld in artikel 171 lid 1 sub a WPO, en de afwijkingen van die code; c. het toezien op de rechtmatige verwerving en de doelmatige en rechtmatige bestemming en aanwending van de middelen van de stichting die zijn verkregen op grond van de WPO; d. het aanwijzen van een accountant als bedoeld in artikel 393, eerste lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek die verslag uitbrengt aan de raad van toezicht, en e. het jaarlijks afleggen van verantwoording over de uitvoering van de taken en de uitoefening van de bevoegdheden, bedoeld onder a tot en met d, in het jaarverslag. De Raad van Toezicht heeft tot taak toezicht te houden op het beleid van het bestuur en op de gang van zaken binnen de stichting, een en ander met het oog op de maatschappelijke betekenis en de continuïteit van de stichting. Verder heeft de raad van toezicht de bevoegdheden en taken die in deze statuten zijn gemeld. 2. De raad draagt zorg voor een goed functionerend bestuur en fungeert als werkgever van het bestuur. De Raad van Toezicht komen in die hoedanigheid alle arbeidsrechtelijke bevoegdheden en verplichtingen toe. 3. De Raad van Toezicht beslist over het verlenen van goedkeuring aan de voorgenomen bestuursbesluiten ingevolge artikel 7 lid 4 en lid De Raad van Toezicht benoemt de accountant ten behoeve van de jaarlijkse controle in overleg met het bestuur. 5. De Raad van Toezicht draagt zorg voor een goed functionerend intern toezicht dat ten minste omvat toezicht op naleving van wet- en regelgeving, algemene eisen van goed bestuur en de rechtmatige bestemming en aanwending van middelen. 6. De Raad van Toezicht legt jaarlijks verantwoording af over de wijze waarop hij zijn toezicht heeft uitgeoefend. 7. Desgevraagd staat de raad het bestuur met raad terzijde en fungeert hij als klankbord. 8. De Raad van Toezicht stelt een reglement op waarin hij nader regelt op welke wijze hij bovenstaande taken inhoud geeft en uitvoert. 9. Ieder lid van de raad van toezicht vervult zijn taak zonder last of ruggespraak, en onafhankelijk van bij de stichting dan wel haar instellingen betrokken

8 PAGINA deelbelangen. Bij de vervulling van zijn taak richt de raad van toezicht zich naar het belang van de stichting, het belang van de scholen die door de stichting in stand worden gehouden en het belang van de samenleving. Artikel 12 NEMEN VAN BESLUITEN DOOR DE RAAD VAN TOEZICHT 1. Elk lid van de Raad van Toezicht heeft één stem. De raad van toezicht besluit bij gewone meerderheid van uitgebrachte geldige stemmen, behoudens bij het nemen van de volgende besluiten: a. de vaststelling van het reglement; b. het verlenen van de goedkeuring als bedoeld in artikel 7 leden 4 en 5; c. het wijzigen van de statuten als bedoeld in artikel 14. In deze gevallen is een meerderheid van tenminste drie/vijfde van de uitgebrachte geldige stemmen vereist. 2. De Raad van Toezicht kan in beginsel alleen geldige besluiten nemen indien meer dan de helft van het aantal (niet-geschorste) leden aanwezig of vertegenwoordigd is. Mocht dit niet het geval zijn, dan kan na tenminste één week doch uiterlijk binnen zes weken een nieuwe vergadering worden belegd, welke bevoegd is, ongeacht het aantal aanwezigen, besluiten te nemen over onderwerpen die op de vorige vergadering niet tot besluitvorming konden leiden. 3. Mocht in de Raad van Toezicht, om welke reden dan ook, één of meer leden ontbreken, dan vormen de overblijvende leden ofwel het enige overblijvende lid, niettemin een rechtsgeldige Raad van Toezicht. Artikel 13 FINANCIËN EN VERSLAGLEGGING 1. Het bestuur van de stichting is verplicht om van de vermogenstoestand van de stichting en van al hetgeen verder de financiën van de stichting betreft op zodanige wijze boek te houden dat daaruit te allen tijde de financiële rechten en plichten van de stichting kunnen worden gekend. 2. Per einde van het boekjaar worden de jaarstukken opgemaakt. Deze stukken moeten vergezeld van een rapport van de door de Raad van Toezicht benoemde registeraccountant aan de Raad van Toezicht voor goedkeuring worden voorgelegd. Na verkregen goedkeuring stelt het bestuur binnen vijf maanden na afloop van het boekjaar de jaarstukken vast. 3. Het bestuur legt jaarlijks uiterlijk in de maand december voor het komende boekjaar een begroting aan de Raad van Toezicht ter goedkeuring voor. Na verkregen goedkeuring stelt het bestuur de begroting vóór vijftien januari van dat boekjaar vast. 4. De raad van toezicht brengt jaarlijks aan de gemeenteraad verslag uit over de werkzaamheden, waarbij in ieder geval aandacht wordt geschonken aan de wezenskenmerken van het openbaar onderwijs. Het verslag wordt openbaar gemaakt. Artikel 14 STATUTENWIJZIGING EN ONTBINDING 1. Het bestuur heeft voor een statutenwijziging de voorafgaande schriftelijke

9 PAGINA goedkeuring van de Raad van Toezicht nodig. Het besluit tot statutenwijziging is voorts onderworpen aan de instemming van de gemeenteraad. 2. Het bestuur kan de stichting ontbinden na voorafgaande schriftelijke toestemming van de Raad van Toezicht. Het besluit tot ontbinding is voorts onderworpen aan de instemming van de gemeenteraad. 3. Het bestuur is belast met de vereffening na ontbinding tenzij de Raad van Toezicht anders besluit. 4. Het bestuur draagt er zorg voor dat de ontbinding wordt ingeschreven bij de Kamer van Koophandel. 5. Het batig saldo zal zoveel mogelijk overeenkomstig het doel van de stichting worden besteed. BEVOEGDHEID GEMEENTE Artikel 15 De gemeenteraad is in geval van ernstige taakverwaarlozing door het bestuur of functioneren in strijd met de WPO bevoegd zelf te voorzien in het bestuur van de scholen. Zonodig kan de gemeenteraad in dat geval de stichting te ontbinden overeenkomstig het bepaalde in artikel 48 lid 11 WPO. Artikel 16 SLOTBEPALINGEN 1. In alle gevallen, waarin zowel de wet als deze statuten niet voorzien, beslist het bestuur. In alle gevallen waarin de bepalingen van deze statuten in strijd blijken te zijn met de wet, prevaleert de wet. 2. Onder schriftelijk wordt in deze statuten verstaan elk via de gangbare communicatiekanalen overgebracht bericht, waarvan uit geschrift blijkt, waaronder nadrukkelijk te begrijpen een of ander reproduceerbaar elektronisch bericht. VRIJTEKENING EN VRIJWARING Artikel Definitie Waar in dit artikel wordt gesproken over lid, wordt daaronder begrepen een lid van het bestuur of een lid van de raad van toezicht. 2. Vrijtekening De stichting zal een lid niet aansprakelijk stellen voor schade die de stichting lijdt als gevolg van enig handelen of nalaten van een lid in diens hoedanigheid van lid van het bestuur respectievelijk lid van de raad van toezicht. 3. Vrijwaring De stichting zal een lid schadeloos stellen voor het bedrag dat dit lid aan een derde dient te vergoeden voor de schade die derden lijden als gevolg van enig handelen en/of nalaten van een lid in diens hoedanigheid van lid van het bestuur of lid van de raad van toezicht van de stichting. De stichting zal tot vergoeding overgaan van het bedrag dat een lid gehouden is op grond van een in kracht van gewijsde gegaan rechterlijk of arbitraal vonnis of van een met die derde(n) overeengekomen vaststellingsovereenkomst, mits de verdediging in de desbetreffende procedure door of namens de stichting is gevoerd respectievelijk de desbetreffende vaststellingsovereenkomst is gesloten met de

10 PAGINA uitdrukkelijke schriftelijke goedkeuring van de stichting en het lid volledige medewerking aan de stichting heeft gegeven bij het voeren van de verdediging respectievelijk de desbetreffende schikkingsonderhandelingen. 4. Geen vrijtekening en vrijwaring in bepaalde gevallen Aan de in lid 2 van dit artikel omschreven vrijtekening en de in lid 3 van dit artikel opgenomen vrijwaring kan een lid geen rechten ontlenen indien de desbetreffende schade het gevolg is van diens opzettelijk handelen of nalaten. Van een zodanig handelen en/of nalaten is in ieder geval sprake wanneer dat handelen en/of nalaten het gevolg heeft of met dat handelen of nalaten werd beoogd het desbetreffende lid en/of anderen verbonden aan de stichting en/of derden, in welk opzicht dan ook onrechtmatig te bevoordelen. Ook kan een lid van het bestuur geen rechten ontlenen aan de in lid 2 van dit artikel omschreven vrijtekening als hij een handeling heeft verricht waarvoor hij eerst goedkeuring van de raad van toezicht nodig had, en die goedkeuring niet heeft gevraagd en gekregen. 5. Aan de in lid 2 omschreven vrijtekening en de in lid 3 omschreven vrijwaring kan een lid geen rechten ontlenen voor zover de schade als bedoeld in dit artikel is verzekerd en wordt vergoed door een verzekeraar. 6. Definitie schade Onder schade in de zin van dit artikel wordt mede verstaan de over enig te vergoeden bedrag verschuldigde wettelijke rente, de proceskosten welke een lid gehouden is te voldoen en/of de ten behoeve van de verdediging van het lid gemaakte rechtsbijstandkosten, mits deze kosten in redelijkheid zijn gemaakt en in redelijke verhouding staan tot de omvang van de schade. 7. Kosten Kosten door een lid gemaakt voor het voeren van verweer zullen door de stichting worden voorgeschoten tijdens een actie of procedure, mits het betreffende lid zich schriftelijk en onherroepelijk jegens de stichting heeft verbonden tot terugbetaling daarvan indien uit een in kracht van gewijsde gegaan vonnis volgt dat hij geen aanspraak kan maken op de vrijwaring door de stichting. De stichting kan nadere voorwaarden aan de uitbetaling verbinden, zoals het stellen van zekerheid. 8. Geldigheidsduur De vrijtekening en vrijwaring als bedoeld in dit artikel blijven gelden voor een persoon die geen lid meer is en komen ook ten goede aan de erfgenamen of legatarissen van het lid. 9. Wijziging artikel Dit artikel kan zonder toestemming van de personen die aanspraak maken op vrijtekening en vrijwaring gewijzigd worden. Deze personen kunnen echter aanspraak blijven maken op de bescherming als geboden door dit artikel voor schade als gevolg van handelen of nalaten tijdens de periode dat dit artikel van kracht is. OVERGANGS- EN SLOTBEPALINGEN Artikel Conform het bepaalde in artikel 9 lid 2 worden de leden van de eerste raad van toezicht benoemd door de gemeenteraad met inachtneming van de bindende

11 PAGINA voordrachten zoals gemeld in dit artikel. Deze leden zijn: + 2. In afwijking van artikel 6 lid 2 wordt + nu tot lid van het college van bestuur benoemd. 3. In afwijking van het bepaalde in artikel 10 eindigt de zittingstermijn van twee leden van de raad van toezicht na twee jaar. De raad van toezicht maakt het aftreden van deze leden zichtbaar in het rooster bedoeld in artikel 10. SLOT Deze akte is opgemaakt te HORST AAN DE MAAS op de datum als in het begin van deze akte is vermeld. De verschenen persoon is aan mij, notaris, bekend. Haar identiteit is door mij, notaris, aan de hand van het hiervoor gemelde en daartoe bestemde document vastgesteld. De inhoud van de akte is aan de verschenen persoon opgegeven en toegelicht. Zij heeft verklaard op volledige voorlezing van de akte geen prijs te stellen en met de inhoud van de akte in te stemmen. Zij heeft tijdig voor het ondertekenen van de akte een ontwerp van deze akte ontvangen. Zij is gewezen op de gevolgen die uit de akte voortvloeien. Deze akte is beperkt voorgelezen en onmiddellijk daarna ondertekend door de verschenen persoon en vervolgens door mij, notaris.