Voorwoord 2. B. Veiligheid 4 Kluis Inbouwkast Losse kast Vaartuig. C. Vervoer 5 Verpakken Kofferbak Onbeheerd achterlaten Buitenland

Transcriptie

1

2 Inhoud: Pagina Voorwoord 2 A. Wapen- en munitiebezit 4 Uitzonderingspositie van wapen- en munitiebezitters Maximum aantal wapens Maximum hoeveelheid munitie Loodhagel B. Veiligheid 4 Kluis Inbouwkast Losse kast Vaartuig C. Vervoer 5 Verpakken Kofferbak Onbeheerd achterlaten Buitenland D. Wetten en het beleid van de regiopolitie Zuid-Holland-Zuid 6 Beleid t.a.v. wapen- en munitieverlofhouders Beleid t.a.v. jachtaktehouders E. Controle door de politie 7 Huisbezoek F. Informatie 7 Postadres, telefoonnummer en internetadres G. Verlenging van jachtakte of wapenverlof 8 H. Opgezette dieren 8 2

3 3

4 Voorwoord Geachte jagers en sportschutters, Voor u ligt de brochure 'Wapens en veiligheid'. Hierin komen de onderwerpen: bezit, opbergen en vervoer van wapens en munitie uitgebreid aan de orde. In de politieregio Zuid-Holland-Zuid bezitten veel mensen op een legale wijze een wapen. In totaal zijn er 850 jachtakten en iets meer dan wapenverloven in gebruik. Dit relatief hoge aantal hangt samen met het landelijke karakter van het gebied. Het bezit van een vuurwapen is aan regels gebonden. Uit de praktijk blijkt dat lang niet iedereen op de hoogte is van de ingewikkelde wetgeving op wapen- en jachtgebied. De Wet wapens en munitie geeft aan de korpschef de vrijheid beperkingen en voorschriften aan een verlof of een jachtakte te verbinden in de vorm van beleidsregels. U zult in deze brochure dan ook verschillende malen lezen: "Onze korpschef verstaat onder..." Behalve wettelijke bepalingen en beleidsregels bevat deze brochure ook handige informatie die voor u als wapenbezitter nuttig kan zijn. J.B. Willemse Chef Divisie Uitvoerings Ondersteuning Politieregio Zuid-Holland-Zuid 4

5 5

6 A. Wapen- en munitiebezit: De Nederlandse wapenwetgeving is streng in vergelijking met die in de ons omringende landen. Onze wetgeving heeft tot doel het legale bezit van wapens en munitie te beheersen en te controleren en natuurlijk om illegaal wapenbezit tegen te gaan. Uitzonderingspositie: Als wapenbezitter bevindt u zich in een uitzonderingspositie. De overheid heeft u na een zorgvuldige afweging gerechtigd om vuurwapens en munitie voorhanden te hebben. In een voorafgaande procedure bent u "gescreend" en is uw belang om vuurwapens te bezitten zorgvuldig overgewogen. Van u wordt verwacht dat u op een verantwoorde en zorgvuldige manier met uw vuurwapens en munitie omgaat. Als jager of sportschutter hebt u geleerd uw vuurwapen zo te hanteren dat de kans op ongelukken minimaal is. Aan uw wapenverlof of jachtakte zijn voorschriften verbonden. Uit de praktijk blijkt dat niet iedere wapenbezitter deze voorschriften goed kent. Vandaar deze brochure. Maximum aantal wapens: Voor sportschutters geldt een maximum van vijf vuurwapens. Jagers mogen sinds 1997 maximaal zes wapens bezitten, inclusief eventuele wapens in medegebruik. Maximum hoeveelheden voor munitie en herlaadcomponenten: Voor jagers en sportschutters geldt dat zij maximaal patronen voorhanden mogen hebben. Losse slaghoedjes en herlaadbare hulzen die al zijn voorzien van een slaghoedje, tellen ook mee. Voor herladers van munitie geldt bovendien een maximum van 2 kg nitrokruit of 1 kg zwartkruit. Loodhagel: Jagers mogen in het veld geen loodhagelpatronen bij zich hebben. De wetgeving is inmiddels zodanig gewijzigd dat op de meeste kleiduivenschietbanen ook geen loodhagelmunitie meer mag worden gebruikt. 6

7 B. Veiligheid / het opbergen van wapens en munitie: De persoon, aan wie een verlof tot het voorhanden hebben van wapens en/of munitie is verleend, dient indien de wapens en/of munitie thuis voorhanden worden gehouden- er voor te zorgen dat deze worden opgeborgen in afzonderlijke, deugdelijk afgesloten en voor onbevoegden niet gemakkelijk bereikbare bergplaatsen. Wapens en munitie moeten gescheiden worden opgeborgen. Als deugdelijke bergplaats voor wapens en/of munitie wordt uitsluitend aangemerkt een speciaal voor de opslag van wapens vervaardigde wapenkast / wapenkluis of een andere kluis die qua uitvoering en inbraakwerendheid daarmee kan worden gelijkgesteld. Een kluis dient deugdelijk te worden verankerd in de vloer of de muur van het gebouw, tenzij de kluis van een dusdanig gewicht is dat het zo goed als uitgesloten is dat de kluis bij een inbraak kan worden meegenomen. Aan personen of instellingen die grotere aantallen wapens (meer dan 25 stuks) voorhanden mogen hebben, is het ook toegestaan om wapens en/of munitie op te bergen in een deugdelijk afgesloten bergplaats zoals een speciaal beveiligde (wapen)kamer. De omvang van de te treffen beveiligingsmaatregelen is afhankelijk van de soort (gevaarzetting) en het aantal opgeslagen wapens en de ligging en beveiliging van het gebouw. Dit zal per geval moeten worden beoordeeld door een beveiligingsexpert van de politie. Opslag van wapens en munitie bij schietverenigingen: Het opbergen van privé- en verenigingsvuurwapens en munitie bij schietverenigingen is toegestaan mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: a. de schietvereniging moet beschikken over een deugdelijk afsluitbare ruimte waarin de wapens kunnen worden opgeborgen. In deze ruimte moeten afzonderlijk afsluitbare kluizen zijn geplaatst voor het opbergen van privéwapens van de leden; b. de 9reserve) sleutels van de afzonderlijke privékluizen mogen niet in het pand schietvereniging worden opgeslagen; c. indien de schietvereniging beschikt over een speciaal beveiligde wapenkamer mogen privéwapens van leden daar ook worden opgeslagen in afzonderlijke en afsluitbare wapenkoffers, mits een kopie van het verlof bij de wapens aanwezig is. Indien er bij de schietvereniging meer dan 25 vuurwapens liggen opgeslagen moet de wapenkluisruimte en het gebouw waarin deze kluisruimte gelegen is zijn voorzien van een goedgekeurde alarminstallatie die is aangesloten op een particuliere alarmcentrale als bedoeld in artikel 3, onder b van de Wet particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus. 7

8 Inbouwkast: Oudere woningen hebben soms ingemetselde kasten. U kunt zo'n kast voor het opbergen van wapens gebruiken, indien deze een zware massieve deur met inbraakwerend hang- en sluitwerk en dievenklauwen heeft. De munitie moet u wel apart opbergen. Een munitiekluisje in de inbraakwerende kast is dan voldoende. De aanpassing van zo'n inbouwkast door een timmerman en slotenmaker kost vaak meer een echte wapenkluis. Deze wijze van opbergen moet echter wel worden goedgekeurd door medewerkers van het bureau bijzondere wetten van de politie Zuid-Holland-Zuid Alarminstallatie: De eventueel aanwezige electronische beveiliging van uw huis is niet voldoende voor het bewaren van uw wapens en munitie. Het ontslaat u niet van de verplichting uw wapens in huis deugdelijk op te bergen in de genoemde wapenkluis of de aangepaste en versterkte inbouwkast. Vaartuig: De voorschriften en aanwijzingen over het bewaren van wapens en munitie gelden ook voor een seinpistool op een schip. 8

9 C. Vervoer van wapens en munitie: Verpakken: De Wet Wapens en Munitie bepaalt dat "tijdens het vervoer het wapen zodanig moet zijn verpakt, dat het niet voor onmiddellijk gebruik kan worden aangewend". Het wapen moet ontladen en ontspannen zijn. In een eventueel aanwezig patroonmagazijn of een zogenoemde snellader voor revolvers mogen geen patronen zitten. Vervoeren van een wapen in een draagholster is niet toegestaan. Een foedraal of een wapenkoffer zijn daarom vereisten. Zij beschermen uw kostbare bezit ook tegen beschadigingen. Jagers moeten zich ook houden aan deze vervoersregels. Zij mogen hun jachtwapen alleen onverpakt dragen op het terrein waar zij mogen jagen. Kofferbak: Tijdens het vervoer mogen het wapen en de munitie niet zichtbaar aanwezig zijn. U bergt het geweerfoedraal of de pistoolkoffer dan ook op in de afgesloten kofferbak van uw auto. Onbeheerd achterlaten: U mag wapens en munitie tijdens het vervoer niet onbeheerd in een vervoermiddel achterlaten. Dit lijkt een logisch voorschrift, maar er wordt soms zwaar tegen gezondigd. Overtreding van deze vuistregel betekent intrekking van uw jachtakte of wapenverlof. Buitenland: Voor het tijdelijk meenemen van vuurwapens en munitie naar het buitenland geldt dat u in het bezit moet zijn van een Europese vuurwapenpas. Als u een vuurwapen of munitie definitief in- of uitvoert, dan moet dit met een speciale vergunning, het zogenaamde consent. Zo'n consent wordt verstrekt door de Dienst In- en Uitvoer van de Douane. Een Europese vuurwapenpas of een aanvraag van een consent wordt verstrekt door onze regionale afdeling 'Bijzondere Wetten'. 9

10 D. Wetgeving en het beleid van de politie Zuid-Holland-Zuid: Ten aanzien van wapen- en munitieverloven: Onze regionale afdeling bijzondere wetten verleent wapen- en munitieverloven. Soms moeten wij zo'n verlof ook weer intrekken. Specifiek in de wet genoemde intrekkingsgronden zijn: - een misdrijf plegen; - niet tijdig verlengen van uw wapen- of munitieverlof (tenminste 14 dagen voor het verstrijken van de geldigheidsduur); - niet tijdig doorgeven van uw adreswijziging bij verhuizing; - onvoldoende schietbeurten zonder aantoonbare medische oorzaak. Ten aanzien van jachtakten: In de Flora & Faunawet staat omschreven wanneer wij een jachtakte moeten intrekken. Redenen voor intrekking zijn: - onjuiste gegevens verstrekken; - geen geldige w.a.-jachtverzekering; - gegronde redenen voor vrees voor misbruik van vuurwapens of munitie. Onze korpschef verstaat onder misbruik van vuurwapens of munitie ook: - in het veld jagen met loodhagelmunitie; - jagen met een repeteergeweer, waarvan het magazijn meer dan twee patronen kan bevatten. Een jachtakte kunnen wij intrekken bij: - het niet voldoende voorkómen van schade door wild in uw jachtgebied; - nalatigheid in het doen wat u als goed jager betaamt bij de uitoefening van de jacht. De weidelijkheidsregels van de KNJV zijn hiervoor een leidraad: - gegronde redenen voor vrees van misbruik van de bevoegdheid tot jagen; Onze korpschef verstaat onder misbruik van de bevoegdheid tot jagen: - het doden van beschermde dieren; - het jagen op dieren waarop de jacht niet is geopend of het jagen in gesloten tijden (denk aan eenden en zonsondergang of binnen 200 meter van een voerplek); - het uitzetten van dieren in het wild; - het niet tijdig verlengen van de jachtakte; - opzettelijk onjuiste gegevens verstrekken, bijv. over de grootte van het jachtveld. Ook andere feiten kunnen leiden tot intrekking van een wapenverlof of een jachtakte, zoals: - onbeheerd achterlaten van een vuurwapen of munitie in een vervoermiddel; - onzorgvuldig opbergen van wapens en munitie in uw woning; - (herhaaldelijk) ingrijpen van de politie bij huiselijke twist of bijv. slaande ruzie met de buurman; - binnen een periode van zes maanden tweemaal aangehouden zijn wegens rijden onder invloed van alcohol, drugs of medicijnen. 10

11 Onze korpschef vindt dat het bezit van vuurwapens of munitie in zulke gevallen niet meer aan de verlof- of jachtaktehouder kan worden toevertrouwd. E. Controle door de politie: De politie heeft volgens de Wet Wapens en Munitie de taak jachthouders en wapenverlofhouders te controleren. Bij zo'n huisbezoek zullen wij serienummer en kaliber van de vuurwapens controleren. Ook bekijken wij of de opbergplaats van de wapens en de munitie aan de eisen voldoet. 11

12 F. Informatie: Voor inlichtingen over wapen- of jachtzaken kunt u terecht bij onze regionale afdeling bijzondere wetten. Het centrale telefoonnummer is Ons centrale postadres is: Regiopolitie Zuid-Holland-Zuid, Dienst Uitvoeringsondersteuning, afd. bijz. wetten, postbus 1070, 3300 BB Dordrecht. Onze medewerkers houden op werkdagen spreekuren in verschillende delen van onze regio. Voor actuele informatie hierover kunt u contact met ons opnemen via of u kunt de gegevens raadplegen op de internetpagina en kies vervolgens: korps Zuid-Holland-Zuid

13 G. Verlenging van jachtakte of wapenverlof: Jachtakten worden allemaal in de maand maart verlengd. De jachtaktehouders krijgen hier ruim tevoren schriftelijk bericht over. De verlenging van wapen- en munitieverloven is over het hele jaar verspreid. In principe valt de verlenging van deze verloven in de geboortemaand van de verlofhouder. De verlofhouders zijn verplicht tenminste veertien dagen voor het verstrijken van de geldigheidsduur het verlof in te leveren voor verlenging. Een klein deel van de verlofhouders vergeet dit en moet schriftelijk worden gemaand. Elk jaar zijn er toch weer mensen die niet tijdig komen opdagen. Het is de politie dan ook volslagen onduidelijk waarom er niet gereageerd wordt. Er kunnen zich altijd situaties van overmacht voordoen, maar: bel, schrijf of mail dan even! Door niet te reageren riskeert u een proces-verbaal met als gevolg dat een jachtakte en/of een verlof wordt ingetrokken of niet verlengd. 13

14 H. Opgezette dieren: Dode zoogdieren en vogels, in het verleden opgezet, zijn soms niet voorzien van een wettelijk vereist merkteken. Dit is het zogenaamde B-1 plaatje, dat de erkende preparateur aan het opgezette dier vastgemaakt heeft. In de nieuwe Flora & Faunawet zijn deze richtlijnen nog eens verscherpt. Om huidige eigenaren van opgezette dieren niet in de problemen te brengen zullen wij eenmalig voor de in bezit zijnde opgezette dieren een verklaring van de Korpschef afgeven. 14

15 Colofon September 2003 Uitgave onder redactie van bureau communicatie van de regiopolitie Zuid-Holland- Zuid, in samenwerking met diverse projectgroepen en regiokorpsen. Met dank aan de provincie Zuid-Holland voor de financiële ondersteuning van dit project. Tekst, foto s, opmaak- en omslagontwerp: A.E. Hartink Drukkerij: Drechtwerk, Dordrecht 15