INFORMATIEBROCHURE DERDE GRAAD

Transcriptie

1 INFORMATIEBROCHURE DERDE GRAAD Sint-Theresiacollege Veldstraat Kapelle-op-den-Bos

2 Opnieuw kiezen Nu je de tweede graad beëindigt, sta je opnieuw voor een keuze. In de derde graad worden de studierichtingen van de tweede graad verder verfijnd. Alle ASO-richtingen bestaan, op Humane Wetenschappen na, uit twee componenten. Op die manier blijft er een brede waaier aan vervolgopleidingen mogelijk. In de derde graad kies je voor twee schooljaren. Alleen onder heel uitzonderlijke en specifieke voorwaarden kan je na het 5 de jaar nog van studierichting veranderen. Laat je leiden door je aanleg en belangstelling! Het al dan niet goed presteren in een bepaalde studierichting hangt grotendeels af van de capaciteiten waarover je beschikt, maar ook van de motivatie die je ervoor kunt opbrengen. Kies niet in functie van wat je niet wil doen of niet goed kan, maar in functie van waar je wel goed in bent en graag wil aan werken. Wie positief kiest, heeft de beste kans op slagen! In het STK worden in de derde graad negen studierichtingen aangeboden. Ze hebben elk hun specifieke kenmerken en troeven voor de toekomst. Vandaar ook dat je best kiest in functie van je mogelijkheden en belangstelling. Je kiest voor de volgende twee jaren van je leven. Probeer deze twee jaren voor jezelf zo zinvol, haalbaar en aangenaam mogelijk te houden. Pas dan zal je je echt gelukkig kunnen voelen op school. STK-informatiebrochure derde graad 2

3 Begeleiding bij je studiekeuze De keuze van een studierichting is geen beslissing van 1 dag. Het is belangrijk dat je nadenkt over je eigen motieven en capaciteiten. Voer regelmatig gesprekken over je toekomstplannen met anderen: ouders, familie, vrienden, leerkrachten, CLB-medewerker, enz. Deze gesprekken kunnen je helpen om een beter beeld van jezelf te krijgen. Je leerkrachten hebben inzicht in je capaciteiten. Hun aandacht gaat eveneens uit naar je leer- en leefhouding in de klas. Naast aanleg en belangstelling, vormen je leerattitude en studiemethode een belangrijk aspect voor je slaagkansen in een bepaalde studierichting. In de klassenraden in de loop van het schooljaar worden al deze aspecten besproken. Op basis van je prestaties en de evolutie die je doormaakt, formuleert de klassenraad een studieadvies. Dit advies kan: - een bevestiging zijn van de door jou gekozen studierichting; - een ander advies zijn dan de door jou gemaakte keuze. In dit geval is het belangrijk na te gaan welke argumenten hebben meegespeeld om je keuze tegen te spreken. Je zal dan voor jezelf nog eens goed moeten overwegen wat je motieven en mogelijkheden zijn. Wie tegen advies kiest, moet zeer sterk gemotiveerd zijn en de nodige inspanningen willen leveren. Enkel dan is er een kans op slagen. Maar al te vaak blijkt dat leerlingen die tegen advies kiezen en onvoldoende gemotiveerd zijn, het heel moeilijk hebben in de door hun gekozen richting om voldoende te presteren. Deze leerlingen hebben een grotere kans op een C-attest. Je moet jezelf dus goed bevragen of je dit risico wil nemen; - bijkomende informatie geven over instappakketten bij minder logische overgangen van studierichting; - bijkomende informatie geven over bepaalde studiehoudingen die je zal moeten verbeteren; - een doorverwijzing bevatten naar het CLB. Het CLB heeft een betere kijk op alle mogelijkheden ook buiten het STK. Zij beschikken over lessentabellen van alle mogelijke studierichtingen die er bestaan. In onze school zijn mevr. Joke Thomassen en mevr. Eva Maes als CLBmedewerkers beschikbaar. Je kan steeds met hen een afspraak maken i.v.m. je studiekeuze: clb@stk.be. STK-informatiebrochure derde graad 3

4 Enkele aandachtspunten tot besluit - Kies enkel een studierichting waar je zelf ook achter staat. Jij moet het ten slotte zelf waar maken! Laat je niet te veel beïnvloeden door druk van buitenaf. - Houd zoveel mogelijk rekening met het advies van de klassenraad, omdat hij goed je capaciteiten naar de derde graad toe kan inschatten. Vraag desnoods bijkomende toelichting bij het advies aan de vakleerkrachten. - Je slaagkansen in het hoger onderwijs zijn niet alleen afhankelijk van de studierichting die in het secundair onderwijs gevolgd werd, maar worden ook bepaald door je aanleg en motivering. - Besef dat je keuze vastligt voor heel de derde graad. Op de volgende bladzijden vind je de lessentabellen van 9 studierichtingen. Sommige overgangen zijn logisch. Andere overgangen zijn slechts mogelijk via instappakketten. Deze worden steeds vermeld. Indien je een minder logische overgang overweegt, zorg er dan voor dat je je goed informeert vooraleer er aan te beginnen. De ASO-studierichtingen van het STK beogen een brede basisvorming en bereiden de leerlingen voor op hogere studies, universitair en nietuniversitair. Je moet dus sowieso willen verder studeren en je moet bekwaam zijn tot grondig redeneren. Er wordt al vrij vlug verwacht dat je de leerstof zelfstandig en op een systematische wijze leert verwerken. Een zeer regelmatige studie-inzet is dus absoluut noodzakelijk. Je wordt geconfronteerd met een aanzienlijk pakket algemene vakken: moedertaal en vreemde talen, wetenschappen en wiskunde maken deel uit van elke studierichting en mogen niet onderschat worden. Daardoor bieden deze studierichtingen een brede waaier van mogelijkheden: academische bachelor (gevolgd door master) en professionele bachelor. Veel succes met het bepalen van je keuze! STK-informatiebrochure derde graad 4

5 Economie-moderne talen en Economie-wiskunde Economie-moderne talen Economie-wiskunde 5 de jaar 6 e jaar 5 de jaar 6 de jaar Aardrijkskunde 1 1 Aardrijkskunde 1 1 Duits 2 3 Biologie 1 1 Economie 4 4 Chemie 1 1 Engels 3 3 Economie 4 4 Esthetica 1 1 Engels 2 2 Frans 4 3 Esthetica 1 1 Geschiedenis 2 2 Frans 3 3 Godsdienst 2 2 Fysica 1 1 Lichamelijke opvoeding 2 2 Geschiedenis 2 2 Natuurwetenschappen 2 2 Godsdienst 2 2 Nederlands 4 4 Lichamelijke opvoeding 2 2 Seminarie 2 2 Nederlands 4 4 Wiskunde 3 3 Seminarie 2 2 Wiskunde 6 6 Totaal aantal uren Totaal aantal lesuren Leerlingen die in de tweede graad geen studierichting Economie hebben gevolgd, verwerken een instappakket voor Economie.

6 Grieks-Latijn en Latijn-moderne talen Grieks-Latijn Latijn-Moderne talen 5 de jaar 6 e jaar 5 de jaar 6 de jaar Aardrijkskunde 1 1 Aardrijkskunde 1 1 Engels 2 2 Duits 2 3 Esthetica 1 1 Engels 3 3 Frans 3 3 Esthetica 1 1 Geschiedenis 2 2 Frans 4 3 Godsdienst 2 2 Geschiedenis 2 2 Grieks 4 4 Godsdienst 2 2 Latijn 4 4 Latijn 4 4 Lichamelijke opvoeding 2 2 Lichamelijke opvoeding 2 2 Natuurwetenschappen 2 2 Natuurwetenschappen 2 2 Nederlands 4 4 Nederlands 4 4 Seminarie 2 2 Seminarie 2 2 Wiskunde 3 3 Wiskunde 3 3 Totaal aantal uren Totaal aantal lesuren STK-informatiebrochure derde graad 6

7 Latijn-wetenschappen en Latijn-wiskunde Latijn-wetenschappen Latijn-wiskunde 5 de jaar 6 e jaar 5 de jaar 6 de jaar Aardrijkskunde 1 2 Aardrijkskunde 1 1 Biologie 2 1 Biologie 1 1 Chemie 2 2 Chemie 1 1 Engels 2 2 Engels 2 2 Esthetica 1 1 Esthetica 1 1 Frans 3 3 Frans 3 3 Fysica 2 2 Fysica 1 1 Geschiedenis 2 2 Geschiedenis 2 2 Godsdienst 2 2 Godsdienst 2 2 Latijn 4 4 Latijn 4 4 Lichamelijke opvoeding 2 2 Lichamelijke opvoeding 2 2 Nederlands 4 4 Nederlands 4 4 Seminarie 1 1 Seminarie 2 2 Wiskunde 4 4 Wiskunde 6 6 Totaal aantal uren Totaal aantal lesuren STK-informatiebrochure derde graad 7

8 Humane wetenschappen Humane wetenschappen 5 de jaar 6 e jaar Aardrijkskunde 1 1 Cultuurwetenschappen 3 3 Engels 2 2 Esthetica 1 1 Expressie 2 1 Frans 3 3 Gedragswetenschappen 3 3 Geschiedenis 2 2 Godsdienst 2 2 Lichamelijke opvoeding 2 2 Natuurwetenschappen 2 2 Nederlands 4 4 Seminarie 2 2 Wiskunde 3 4 Totaal aantal uren Leerlingen die in de tweede graad niet de studierichting Humane wetenschappen hebben gevolgd, zullen een instappakket Humane wetenschappen moeten verwerken. STK-informatiebrochure derde graad 8

9 Moderne talen-wetenschappen Moderne talen-wetenschappen 5 de jaar 6 e jaar Aardrijkskunde 1 2 Biologie 2 1 Chemie 2 2 Duits 2 3 Engels 3 3 Esthetica 1 1 Frans 4 3 Fysica 2 2 Geschiedenis 2 2 Godsdienst 2 2 Lichamelijke opvoeding 2 2 Nederlands 4 4 Seminarie 1 1 Wiskunde 4 4 Totaal aantal uren STK-informatiebrochure derde graad 9

10 Wetenschappen-wiskunde Wetenschappen-wiskunde 5 de jaar 6 e jaar Aardrijkskunde 1 2 Biologie 2 1 Chemie 2 2 Engels 2 2 Esthetica 1 1 Frans 3 3 Fysica 2 2 Geschiedenis 2 2 Godsdienst 2 2 Lichamelijke opvoeding 2 2 Nederlands 4 4 Seminarie 2 2 Toegepaste fysica 1 1 Wiskunde 6 6 Totaal aantal uren STK-informatiebrochure derde graad 10

11 Toelichting bij de verschillende componenten van de studierichtingen ASO Het is de bedoeling dat leerlingen uit ASO-studierichtingen verder studeren na het secundair onderwijs. Omdat in de ASO-richtingen een brede vorming wordt aangeboden, hebben die leerlingen ruime keuzemogelijkheden in het hoger onderwijs. ASO-leerlingen kunnen zowel terecht in een opleiding academische bachelor als in een opleiding professionele bachelor. Bij de overstap naar het hoger onderwijs zullen vooral de persoonlijke aanleg, motivatie, interesse en inzet een doorslaggevende rol spelen. 1. Economie Je kijkt om je heen, je leest de krant, je kijkt televisie. Iedereen komt met economie in aanraking. Een keuze voor de component economie is kiezen om historische en actuele maatschappelijke fenomenen te bestuderen en te leren begrijpen vanuit een economisch perspectief. Beïnvloedt reclame ons koopgedrag? Wat is marketing en hoe kan men aan marketing doen? Hoe worden inkomsten verworven en vervolgens besteed? Waarom groeit onze economie of juist niet? Welke rol vervult de overheid en welke instrumenten kan zij daarvoor gebruiken? De leerkracht begeleidt je om samen en vanuit de actualiteit en de praktijk, een antwoord te vinden op al deze vragen. Van onze leerlingen Economie verwachten we dat ze een sterke interesse hebben voor zowel bedrijfseconomische als ruimere sociaal-economische thema s; dat ze geboeid zijn door de actualiteit en bereid zijn om informatie op te zoeken, te structureren en te verwerken; en dat ze bovendien graag en vlot werken met cijfermateriaal, rekenbladen, tabellen en grafieken. 2. Humane wetenschappen De studierichting Humane wetenschappen wil als ASO-richting de leerlingen een brede vorming bieden en hen ook voorbereiden op hoger onderwijs. De vakken van de basisvorming zijn dezelfde als in andere ASO - richtingen, maar in het fundamenteel gedeelte worden eigen accenten gelegd. In de vakken Gedrags- en Cultuurwetenschappen bestuderen de leerlingen op een systematische manier een aantal verschijnselen betreffende mens en samenleving, die zij in hun dagelijks leven waarnemen. In het vak Gedragswetenschappen staat de wijze waarop een individu en een samenleving functioneren centraal, evenals de wisselwerking tussen beide. Gedragswetenschappen in de tweede graad was vooral gericht op observatie en analyse van het geobserveerde en van de eigen ervaring. In de derde graad worden elementen uit de psychologie en de sociologie benaderd vanuit wetenschappelijke theorieën. In verschillende thema s bestudeert men de persoon en de wisselwerking tussen personen onderling. In de thema s voor het vijfde jaar is de invalshoek eigenheid ; in het zesde jaar komt de klemtoon te liggen op diversiteit. STK-informatiebrochure derde graad 11

12 Het vak Cultuurwetenschappen beoogt de kritische studie van cultuurverschijnselen als uitdrukking van mens en maatschappij. Het leidt tot reflectie over en structurering van culturele fenomenen. Zo maken ze kennis met onder andere economie, recht, media en kunst en met de wetenschappen die deze domeinen bestuderen. Ervaring, observatie, bewustwording en kritische reflectie leiden tot een visie op de samenhang van cultuurverschijnselen met de samenleving waarin ze functioneren. In het vijfde jaar worden de thema s media en filosofie uitgediept, in het zesde jaar komen politiek en maatschappij en kunst en maatschappij aan bod. De studierichting 'Humane wetenschappen' richt zich tot de leerling met hoog abstractievermogen die belangstelling heeft voor een studie met sterke sociaal-culturele inslag en zich zo voorbereidt op het hoger onderwijs. Deze emotioneel en sociaal intelligente leerling verkent de sociale werkelijkheid en zoekt naar samenhang en tegenstellingen in de segmenten van de maatschappelijke realiteit. Hij ontwikkelt ook een gevoeligheid voor kunst en andere culturele uitingen. Hij volgt dan ook de actualiteit op de voet en stelt daarbij kritische vragen. Het spreekt voor zich dat graag lezen en een behoorlijk leesvaardigheidsniveau nodig zijn om teksten over gedragswetenschappelijke en cultuurwetenschappelijke onderwerpen te kunnen analyseren en synthetiseren. De leerling moet in staat zijn zelfstandig en in groep bepaalde opdrachten uit te voeren. In de tweede graad leren de leerlingen de volgende vaardigheden waar in de derde graad op verder wordt gebouwd: - vanuit verschillende wetenschappelijke disciplines kijken naar en inzicht verwerven in individu en samenleving; - kritische vragen stellen bij de geobserveerde werkelijkheid; - op een methodische manier informatie verzamelen, verwerken en rapporteren; - communicatieve en sociale vaardigheden hanteren. In de derde graad: - maken de leerlingen kennis met wetenschappelijke theorieën en kunnen ze die objectief weergeven; - kunnen leerlingen deze theorieën toepassen en ze gebruiken om situaties en gebeurtenissen eraan te toetsen; - kunnen de leerlingen de eigen subjectieve kijk confronteren met een wetenschappelijk onderbouwde kijk op de mens en op maatschappelijke verschijnselen; - leren de leerlingen door integratie van verschillende vakken te komen tot een persoonlijk inzicht in de samenhang van diverse sociale en culturele fenomenen en terzake een eigen standpunt te bepalen en te argumenteren. - kunnen de leerlingen tekstmateriaal uit verschillende bronnen (kranten als De Standaard, De Morgen, De Tijd, tijdschriften als Knack, Psychologie, essays, cultuurwetenschappelijke en gedragswetenschappelijke studies ) verwerken. - leren ze kritisch vergelijken; - kunnen de leerlingen een onderzoeksvraag opstellen en beantwoorden via observatie, analyse en synthese; - kunnen de leerlingen op hun eigen manier van leren en werken grondig reflecteren. STK-informatiebrochure derde graad 12

13 3. Grieks en Latijn De richtingen met Latijn of Grieks bieden een brede basisvorming. Het bestuderen van Grieks/Latijn geeft je meer inzicht in taal in het algemeen en zal je vlotter moderne talen doen leren. Je nauwkeurigheid, kritisch en probleemoplossend denken worden ontwikkeld. In de derde graad bestudeer je enkel originele Griekse en Latijnse teksten.. Via deze teksten kom je in contact de klassieke oudheid, toch een belangrijke basis van onze westerse maatschappij. Je leert open te staan voor de waarden van die antieke beschaving maar mag uiteraard ook kritiek formuleren op minder fraaie maatschappelijke verschijnselen in de oudheid. Vele bestudeerde teksten behandelen thema s die ook in onze tijd nog actueel zijn. Zo leer je ook de wereld waarin wij nu leven beter te begrijpen op allerlei gebieden (sociaal, ethisch ). Je zal een brede waaier aan literaire teksten bestuderen: episch-verhalende, lyrische, historische, retorische, filosofische en zelfs enkele juridische teksten. Profiel van de leerling. - Je bent geslaagd voor Latijn/Grieks in de 2 de graad - Je bent bereid regelmatig te studeren, je kennis van het (basis)vocabularium en de basisspraakkunst op peil te houden - Je wil met je kennis van de oude talen ook een beter inzicht krijgen in de moderne talen. - Je hebt belangstelling voor het algemeen menselijk en blijvend erfgoed uit de Griekse en Romeinse beschaving. - Je hebt een hoge literaire belangstelling. - Je kan taal waarderen als een drager van cultuur. - Je werkt graag aan teksten die vaak niet onmiddellijk te begrijpen zijn. - Je bent bereid je analytisch en synthetisch denkvermogen verder te ontwikkelen. - Je hebt doorzettingsvermogen en aandacht voor een goede studiemethode. - Je wil de wereld waarin we nu leven, beter begrijpen en kritisch bevragen. 4. Moderne talen Talenkennis is economische sleutel (Fientje Moerman) Talenkennis geeft toegang tot andere culturen en andere mensen, en is dus sowieso verrijkend. (Guy Tegenbos) Niemand kan het belang van moderne talen ontkennen: zowel een goede beheersing van de moedertaal als de kennis van een aantal vreemde talen zijn onmisbaar in onze meertalige maatschappij. In het STK willen wij onze leerlingen optimaal voorbereiden op deze meertalige maatschappij. Hogescholen en universiteiten gaan ervan uit dat leerlingen met een gedegen talenkennis bij hen aankomen voor het verwerven van vakliteratuur of het volgen van anderstalige cursussen. Verder is een goede talenkennis een belangrijke troef voor een succesvolle carrière of om gewoon intensief te genieten van een buitenlandse reis. Het basisprofiel van de leerling die een moderne taal leert is natuurlijk eerst en vooral een interesse voor de vreemde taal en voor de cultuur en geschiedenis van deze moderne STK-informatiebrochure derde graad 13

14 talen. Bovendien moet hij over een zekere bereidheid en inzet beschikken om de vaardigheden in te oefenen (actieve deelname aan spreek-, lees-, schrijf- en luisteroefeningen). Van de leerling die opteert voor een talenrichting verwachten wij dat dit een positieve keuze voor talen is. In een talenrichting is er immers door de keuze voor moderne talen een ruimer talenaanbod en het meer intensief inoefenen van de vaardigheden mogelijk (meer spreek-, schrijf-, lees- en luisteroefeningen) en van de grammaticale en lexicale kennis. Er is meer ruimte voor een actieve inbreng van de leerlingen (bv. groepswerk en presentatie van het groepswerk door leerlingen, betere training onderzoeksvaardigheden) en een grondigere kennis van de anderstalige wereld (extra teksten). Communicatie, talenkennis en een gedegen culturele bagage openen veel deuren in het huidige Europa! 5. Wetenschappen In de tweede graad heeft men kennis gemaakt met theorieën, wetmatigheden, werkwijzen en denkmethodes van de exacte wetenschappen (aardrijkskunde, biologie, chemie, fysica). In een wetenschappelijke richting van de derde graad worden deze componenten, voor elk vak vanuit een eigen invalshoek, verder uitgediept en verfijnd. De wetenschappelijke methode van waarneming en meting tot wetmatigheid en model maar ook omgekeerd van model of wet tot opdrachten en toepassingen staat hier centraal. Het bestuderen van de wonderbare natuur in zijn vele aspecten en complexiteit is niet eenvoudig maar wel uitdagend en boeiend. In een snel veranderende wereld kan de wetenschapper van morgen een belangrijke bijdrage leveren in het zoeken naar antwoorden op de vele problemen en vragen die op ons afkomen. Aandachtspunten : - een uitgesproken interesse voor wetenschappen is noodzakelijk evenals de motivatie om voortdurend een onderzoeksvraag te stellen; - voldoende belangstelling en aanleg hebben voor wiskunde, het instrument bij uitstek van de wetenschap; - bereid zijn om te experimenteren en onderzoeksvaardigheden te ontwikkelen: van een afgebakend practicum naar een open practicum waarbij een verslag wordt uitgeschreven; - nauwkeurig kunnen werken en begrippen exact omschrijven in de eigen vaktaal; - graag wetenschappelijke opdrachten en oefeningen aanpakken: een goede training voor analytisch en oplossingsgericht denken; - het verschil tussen een wetenschappelijke richting en een richting met voor elk vak 1 uur zit hem vooral in de diepgang en de breedte; - hogere moeilijkheidsgraad en abstractieniveau: van een kwalitatieve benadering naar een kwantitatieve benadering, sterk verklaringsgericht met uitdieping via practica en opdrachten. STK-informatiebrochure derde graad 14

15 6. Wiskunde 6.1. Wiskunde in Humane Wetenschappen Leerplan C in 3 de graad (3 wekelijkse lestijden in 5 de jaar, 4 wekelijkse lestijden in 6 de jaar) Normale beginsituatie: leerweg 4 in 2 de graad (4 wekelijkse lestijden in 3 de jaar, 4 wekelijkse lestijden in 4 de jaar) - Profiel van de richting Kennis- en inzicht: kennis, inzichten en vaardigheden verworven in 1 ste en 2 de graad blijven gebruiken en onderhouden, nieuwe begrippen en eigenschappen worden aan de hand van voorbeelden en tegenvoorbeelden aangebracht (minder belang gehecht aan formele bewijzen), aandacht voor stapsgewijze opbouw van het inzichtelijk proces met progressief opgebouwde opdrachten, aandacht voor juiste verwoording van de leerinhouden, verworven kennis en methodes toepassen in zinvolle, realistische situaties Vaardigheden: technieken en routineprocedures inoefenen en aanvullen, denk- en redeneervaardigheden, probleemoplossende vaardigheden, leervaardigheden, reflectieve vaardigheden Attitudes: methodisch en planmatig werken, kritische zin, samenwerking en overleg, waardering voor wiskunde - Profiel van de leerling Kennis- en inzicht: beschikken over voldoende parate kennis van de leerstof 1 ste en 2 de graad, inspanningen leveren om onderdelen die onvoldoende verworven werden te herhalen en bijkomend in te oefenen, niet betekenisloos memoriseren maar inzicht proberen te verwerven, correct gebruiken van de wiskundige taal, de verworven inzichten kunnen toepassen in nieuwe situaties Vaardigheden en attitudes: grafisch rekentoestel en computer efficiënt kunnen gebruiken (geen manueel routinerekenwerk meer), actieve deelname aan de wiskundelessen, regelmatig studeren, zin voor nauwkeurigheid bij het verwoorden, redeneren, oplossen van een probleem, grotere zelfstandigheid en verantwoordelijkheid bij het eigen leren, reflectie over het eigen leerproces, doorzettingsvermogen, zelfvertrouwen - Leerinhouden functieleer (visuele benadering aan de hand van grafieken), afgeleiden, integralen, statistiek, keuzeonderwerpen 6.2. Andere studierichtingen met zes, vier en drie uur wiskunde - 6 uur wiskunde profiel studierichting: sluit aan op leerweg 5 in 2 de graad, vrij hoog niveau van algemeenheid en abstractie, hoge eisen op vlak van inzicht, nauwkeurigheid, inzet, kritische zin, hoog tempo kunnen aanhouden, onderzoekscompetenties verwerven, begeleid zelfstandigheid leren STK-informatiebrochure derde graad 15

16 leerlingenprofiel: passie voor wiskunde, uitdagingen aangaan, doorzettingsvermogen en discipline hebben, extra oefeningen maken - 4 uur wiskunde analoog aan 6 uur wiskunde maar minder leerinhouden, minder theoretische onderbouw, wel analytisch denken, met inzicht werken, ondersteuning van de wetenschappen - 3 uur wiskunde nieuwe begrippen en eigenschappen worden aan de hand van voorbeelden en tegenvoorbeelden aangebracht, verworven kennis en methodes toepassen in zinvolle realistische situaties 7. VOP (Vakoverschrijdende projecten) Tijdens de lesuren seminarie (VOP) krijgt het begeleid zelfstandig en samenwerkend leren van de leerling een bevoorrechte plaats. Dit gebeurt bij het aanleren van onderzoeksvaardigheden. Seminaries worden in een vakoverschrijdende projectvorm aangeboden. Ze kunnen in het verlengde liggen van de specifieke vakken van een studierichting of een verbreding betekenen voor die studierichting. Seminaries zijn geen extra-uren van een welbepaald vak. Voor seminaries worden geen proefwerken voorzien. De leerlingen worden geëvalueerd aan de hand van opdrachten die ze moeten afwerken. Zowel het proces als het product zijn hierbij belangrijk. Seminaries tellen volwaardig mee bij de einddeliberatie in juni. Sommige seminaries zijn verplicht: het inleidend project in het vijfde jaar en de onderzoeksopdracht (het schrijven van een paper) in het zesde jaar. Voor andere projecten mogen de leerlingen zelf kiezen. Tot de lesuren vrije ruime behoort o.a. ook het Europees uitwisselingsproject (Comenius) in het 5 de jaar en de Miniondernemingen in het 6 de jaar. Tijdens de schooljaren is het thema van het Europees uitwisselingsproject HEALTH. Het wordt gedragen door partnerscholen in Duitsland, Frankrijk, Italië, Nederland, Portugal, Roemenië, Spanje en Zweden. De hele werking wordt gezamenlijk voorbereid en opgevolgd tijdens twee internationale projectmeetings per schooljaar. STK-informatiebrochure derde graad 16