Voortbeweging. Groep 6, 7 en 8 van het basisonderwijs

Transcriptie

1 Voortbeweging Groep 6, 7 en 8 van het basisonderwijs

2 Hallo, welkom in Ouwehands Dierenpark! Met deze Doe Mee kom je veel verschillende dieren tegen. Weet je wat ze allemaal kunnen doen? Bewegen! De leeuw loopt en rent, de zeehond zwemt en de gieren vliegen. Zo komen de dieren vooruit. Hoe beweeg jij je vooral? Beantwoord de vragen van de Doe Mee en leer meer over hoe dieren zich voortbewegen. Veel plezier!

3 Vogels De meeste vogels kunnen goed en soms ook ver vliegen. Ze hebben daarvoor grote vleugels en een lange staart. Vraag 1 A. Vogels kunnen zich ook op andere manieren voortbewegen. Weet jij hoe? En waarmee doen ze dat? - Vogels kunnen ook. Dat doen ze met hun.. - Vogels kunnen ook. Dat doen ze met hun.. B. Er zijn ook vogels die niet kunnen vliegen! Kijk maar eens in het verblijf bij de giraffen. De vogel die daar zit, kan niet vliegen. Welke vogel zie je? En weet je ook wat hij wel goed kan? Vogel:.. Hij kan wel goed:... C. Sommige vogels kunnen ook lang zweven. Waarom is dat handig? Dan hoeven ze niet met hun vleugels te klappen, dat scheelt energie. Dan horen andere dieren ze niet aankomen. Dan komen ze sneller vooruit.

4 D. Een pinguïn is ook een vogel, die niet kan vliegen. Wat kan een pinguïn wel heel goed? Giraffen Als je de poort doorloopt, zie je aan de rechterkant de giraffen. Deze lopen op een bijzondere manier, dat noemen we telgang. Vraag 2 A. Kijk eens een tijdje naar een giraffe, kijk ook goed naar hoe hij loopt. Welke poten tilt de giraffe bij elke stap bijna tegelijk op? B. Giraffen eten planten en bladeren. Waarom hoeft een giraffe daarvoor niet zo snel te kunnen lopen? C. Toch moet een giraffe soms wel rennen, waarom denk je?

5 Vissen In het aquarium vind je dieren die goed kunnen zwemmen: vissen! Ze gebruiken vooral hun vinnen om mee te zwemmen. Hieronder zie je welke vinnen er allemaal zijn. Maar niet alle vissen hebben alle vinnen! 1 Borstvin 2 Buikvin 3 Aarsvin 4 Staartvin 5 Rugvin Vraag 3 A. Toch gebruiken vissen niet alleen vinnen om mee te zwemmen. Bekijk de zwemmende vissen maar eens goed: ze gebruiken hun lichaam ook. Hoe doen ze dat? B. Bekijk de zeepaardjes in bak 37 eens. Kunnen die alleen vooruit of achteruit zwemmen? Of allebei? Alleen vooruit. Alleen achteruit. Vooruit en achteruit.

6 Leeuwen Leeuwen kunnen erg snel rennen. De meeste katachtigen kunnen dat! Vraag 4 Waarom denk je dat leeuwen zo snel kunnen rennen? Omdat ze hun prooi moeten vangen, en die rent weg. Omdat ze moeten wegrennen voor gevaar. Omdat ze graag wedstrijdjes tegen elkaar rennen. Beren en wolven In Ouwehands Dierenpark leven verschillende soorten beren: de reuzenpanda, de Maleise beer, de ijsbeer en de bruine beer. Vraag 5 Bekijk de reuzenpanda in Pandasia eens. Meestal loopt de reuzenpanda niet zo snel. Hoe kan de reuzenpanda zich nog meer voortbewegen, denk je? Zweven. Klimmen. Springen.

7 Loop nu door naar Het Berenbos, hier wonen bruine beren en wolven. Kijk eens goed naar hoe de bruine beer loopt als je goed kijkt, zie je dat hij op zijn hele voetzool loopt! De bruine beer is een zoolganger. De wolf loopt heel anders, die loopt meer op zijn tenen. Het is een teenganger. Vraag 6 A. Loop zelf eens een stukje heen en weer. Ben jij een zoolganger of een teenganger? Zoolganger. Teenganger. B. Hieronder zie je twee soorten voetsporen. Welke voetsporen horen bij de bruine beer en welke bij de wolf? Schrijf het er bij! Dit is een:.. Dit is een:

8 C. Wat kan een bruine beer nog meer goed, behalve lopen? Zwemmen. Vliegen. Springen. Kamelen De kameel wordt ook wel het schip van de woestijn genoemd. Dat komt door hoe de kameel loopt: hij schommelt namelijk heel erg heen en weer! Vraag 7 A. Kijk goed naar een lopende kameel. Welke poten tilt de kameel tegelijk op tijdens het lopen? B. Hoe noemen we deze manier van lopen? Denk nog maar eens terug aan hoe de giraffe liep! C. Heb jij wel eens op heel heet zand gelopen op blote voeten? Dat deed vast zeer! Een kameel kan zonder problemen op heet zand lopen. Hoe komt dat? Hij heeft weinig gevoel in zijn poten. Zijn lichaam houdt zijn poten extra koud. Hij heeft hele dikke eeltkussens onder zijn poten.

9 Slangen Zoek nu de slangen eens op. Slangen bewegen niet heel veel, maar als je geluk hebt, zie je er misschien één die wel beweegt! Vraag 8 A. Hoe beweegt een slang zich voort? B. Hoe kunnen slangen zich nog meer voortbewegen? Let op: er zijn meer antwoorden goed! Zweven. Lopen. Springen. Vliegen. Klimmen. Zwemmen. C. Weet je nog meer landdieren die geen poten hebben?

10 Dit is het einde van de Doe Mee! Je hebt als het goed is veel geleerd over hoe dieren zich voortbewegen. Dieren kunnen niet alleen lopen, maar ook vliegen, zwemmen, rennen, zweven, springen, klimmen en glijden! Welke van deze dingen kun jij allemaal doen? Als je nog tijd over hebt, kun je de rest van de dierentuin gaan bekijken. Of ga nog eens kijken hoe de reuzenpanda in de boom klimt of de slang vooruit glijdt!