Besluit interne geneeskunde

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Besluit interne geneeskunde"

Transcriptie

1 KNMG Besluit interne geneeskunde Besluit van 14 juni 2004 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme interne geneeskunde Het Centraal College Medische Specialismen; Gelet op artikel 14, tweede lid, onder c, van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg en artikel 12, eerste lid, van de Regeling specialisten geneeskunst van de Koninklijke Nederlandsche Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst; Gezien het advies van het Federatiebestuur van de Koninklijke Nederlandsche Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst, de Orde van Medisch Specialisten, de Landelijke vereniging van Artsen in Dienstverband en de Medisch Specialisten Registratie Commissie; Besluit: Hoofdstuk A Algemene bepalingen A.1. Begripsomschrijvingen In dit besluit wordt verstaan onder a. interne geneeskunde: het specialisme dat zich richt op het voorkomen, herkennen en behandelen van ziekten van inwendige organen en orgaansystemen bij adolescenten en volwassenen; b. NIV: Nederlandsche Internisten Vereeniging; c. HOVON: Stichting Hematologie en Oncologie voor Volwassenen in Nederland; d. EORTC: European Organisation for Research and Treatment of Cancer. A.2. Toepassingsbereik besluit Op de opleiding voor het medisch specialisme interne geneeskunde zijn, naast de in dit besluit genoemde eisen, alle eisen van toepassing zoals opgenomen in het Kaderbesluit CCMS. Hoofdstuk B De opleiding B.1. Duur De duur van de opleiding bedraagt zes jaar. B.2.1. Opleidingsschema en plichten van de aios 1. Bij de gecombineerde opleiding in een academische en in een niet-academische opleidingsinrichting besluiten de academische en de niet-academische opleiders in samenspraak via de Regionale Opleidingscommissie over de indeling en de plaats van de verschillende onderdelen van de opleiding, verdeeld over de academische en niet-academische inrichtingen. 2. De opleiding bestaat uit drie onderdelen: a. zestien maanden interne geneeskunde, bedoeld in artikel B.2.2.; b. tweeëndertig maanden stages bedoeld in artikel B.2.3.; c. vierentwintig maanden verdieping in een aandachtsgebied en keuzestages, bedoeld in artikel B.2.4.; d. tijdens het onderdeel, als bedoeld onder c, kan een periode van ten hoogste één jaar worden vervangen door een zelfde periode die wordt besteed aan voor de opleiding van belang zijnde activiteiten, die niet in het Besluit zijn beschreven of daarvan afwijken. 3. Gedurende de opleiding wordt ten hoogste drie jaar doorgebracht in een opleidingsinrichting zonder andere medisch specialistische opleidingen. 4. Tijdens de opleiding kan de aios diensten doen voor de cardiologie, de interne geneeskunde, de klinische geriatrie, de longziekten en tuberculose, de maag-darm-leverziekten, de nucleaire geneeskunde en de reumatologie, zodra en voorzover de opleider de aios daartoe bekwaam acht. B.2.2. Onderdeel interne geneeskunde 1. Iedere aios vangt zijn opleiding aan met ten minste twaalf maanden interne geneeskunde. 2. Een tweede periode van vier maanden interne geneeskunde kan op een willekeurig tijdstip in de eerste vier jaar van de opleiding worden vervuld. 3. De totale periode van zestien maanden van de opleiding is vooral gericht op het behalen van de algemene eindtermen, genoemd in hoofdstuk I van bijlage 2 bij dit besluit. B.2.3. Onderdeel stages interne geneeskunde 1. Het onderdeel bestaat uit een combinatie van klinisch en poliklinisch werken en wordt uitgevoerd op een afdeling waar hoofdzakelijk patiënten met ziektebeelden specifiek voor het desbetreffende stagegebied worden behandeld. Het is gericht op het behalen van de eindtermen specifieke ziektebeelden interne geneeskunde, zoals beschreven in hoofdstuk II van bijlage 2 bij dit besluit, alsmede op het verder verdiepen in de algemene eindtermen. 2. De stages voldoen aan de eisen genoemd in bijlage 1 bij dit besluit. 3. Het onderdeel omvat een selectie uit de volgende stages: cardiologie, consultatief werken, endocrinologie, maag-darm-leverziekten met of zonder endoscopie, allergologie en klinische immunologie, klinische geriatrie, hematologie, infectieziekten, intensive care, longziekten, nefrologie, oncologie, poliklinisch werken, reumatologie, acute interne geneeskunde en vasculaire geneeskunde en bloedtransfusiegeneeskunde. 4. Daarnaast kunnen de volgende stages worden gevolgd: medische microbiologie, radiologie, klinische farmacologie, nucleaire geneeskunde, echografie en klinische epidemiologie. De stage in de medische microbiologie, de radiologie en de nucleaire geneeskunde vindt plaats in een voor het betreffende specialisme specialisme erkende opleidingsinrichting. 5. Tijdens de stages, als bedoeld derde en vierde lid, van dit artikel wordt, indien passend bij de stage, gezorgd voor poliklinische expositie aan het desbetreffende stagegebied. 6. De stages poliklinisch werken, consultatief werken en intensive care zijn verplicht. De stages longziekten en cardiologie worden bij voorkeur gedaan. 7. De volgorde van de stages is vrij. Uit: Staatscourant 14 december 2004, nr. 241 / pag. 20 1

2 8. De duur van de stages bedraagt ten minste vier en ten hoogste zes maanden. 9. In afwijking van het achtste lid bedraagt de duur van de stage maagdarm-leverziekten met endoscopie twaalf maanden en van de stage poliklinisch werken acht maanden. 10. De stages poliklinisch werken en consultatief werken kunnen worden gecombineerd in een stage van twaalf maanden. 11. Een stage acute interne geneeskunde kan worden gecombineerd met een van de andere stages als bedoeld onder het derde en vierde lid. In dat geval bedraagt de duur van de stage de som van de delen. 12. Op de stages zijn de navolgende criteria van toepassing: a. De aios besteedt ten minste 80% van de dagtaak aan de keuzestage. De resterende tijd wordt besteed aan diensten interne geneeskunde, de zorg voor patiënten met niet-stagegebonden diagnoses of het bijwonen van niet-stagespecifieke bijeenkomsten; b. De patiëntenpopulatie is representatief voor het stageonderdeel; c. Tijdens de stage worden de stagespecifieke procedures en vaardigheden aangeleerd zoals genoemd in hoofdstuk I, onder 13, van bijlage 2 bij dit Besluit, voor zover deze niet op een ander moment van de opleiding worden geleerd; d. Er is tijd voor theoretische verdieping in het gekozen stagegebied. Door zelfstudie maakt de aios zich de theoretische kennis van het betreffende stagegebied eigen, op geleide van de ziektebeelden genoemd in bijlage 2 bij dit B.2.4. Onderdeel aandachtsgebieden en keuzestages 1. Het onderdeel aandachtsgebieden en keuzestages kan worden aangevangen na afronding van het onderdeel stages interne geneeskunde, en is gericht op verdieping van de theoretische en de klinische kennis van een beperkt aantal keuzestages of een aandachtsgebied, alsmede op het voldoen aan de eindtermen voor het desbetreffende aandachtsgebied. 2. Op de aandachtsgebieden zijn de navolgende eisen van toepassing: a. Het onderdeel omvat ten hoogste twee aandachtsgebieden. In deze periode is de aios ten minste 80% van de dagtaak werkzaam in het aandachtsgebied. b. In afwijking van het bepaalde onder a kan de aios, indien hij één aandachtsgebied volgt ten minste een kwart van het onderdeel besteden aan keuzestages en overige interne geneeskunde. c. Tot de aandachtsgebieden behoren: i. algemene interne geneeskunde; ii. allergologie en klinische immunologie; iii. bloedtransfusiegeneeskunde; iv. endocrinologie en metabolisme; v. hematologie; vi. infectieziekten; vii. intensive care; viii. klinische farmacologie; ix. nierziekten; x. oncologie; xi. ouderengeneeskunde; xii. vasculaire geneeskunde. d. Voor het aandachtsgebied algemene interne geneeskunde kiest de aios twee of drie keuzestages als bedoeld in het derde lid. Het aandachtsgebeid omvat een selectie uit poliklinisch werken, supervisie op een academische afdeling algemene interne geneeskunde, klinische epidemiologie en besliskunde, klinische onderwijskunde of stages, gericht op de gewenste beroepsuitoefening, die nog niet eerder zijn gevolgd. e. Voor één van de andere aandachtsgebieden dan die, genoemd onder c, zet de aios, na afronding van de onderdelen interne geneeskunde en de stages interne geneeskunde, de opleiding voort in een afdeling van een opleidingsinrichting waar topklinische en toppreferente zorg wordt geboden voor het betreffende aandachtsgebied van de interne geneeskunde. f. De eindtermen voor de aandachtsgebieden zijn beschreven in hoofdstuk II van bijlage 2 bij dit De aandachtsgebieden worden voor erkenning voorgedragen bij de MSRC. Onder verantwoordelijkheid van de MSRC is de plenaire visitatiecommissie interne geneeskunde belast met de visitatie van de opleidingen in het aandachtsgebied. 3. De aios kan stages bedoeld in artikel B.2.3. als keuzestages volgen. B.2.5. Cursorisch onderwijs interne geneeskunde De aios is verplicht gedurende de opleiding het volledige cursorisch onderwijs interne geneeskunde als hierna omschreven te volgen: a. gedurende de eerste twee jaren van de opleiding bestaat het cursorisch onderwijsprogramma uit: i. tien Regionale casus werkbesprekingen; ii. tweemaal een landelijke cursus: farmacotherapie onderscheidenlijk klinische epidemiologie; iii. een formatieve kennistoets na verloop van twee jaar van de opleiding; b. gedurende het derde en vierde jaar van de opleiding bestaat het cursorisch onderwijsprogramma uit: i. tien Regionale casus werkbesprekingen; ii. tweemaal een landelijke cursus: DNA/moleculaire biologie onderscheidenlijk genetica en counseling; iii. een formatieve kennistoets na verloop van vier jaar van de opleiding; c. gedurende het vijfde en zesde jaar van de opleiding bestaat het cursorisch onderwijsprogramma uit landelijke cursussen gericht op verschillende maatschappelijke en organisatorische aspecten van de beroepsuitoefening van de internist; d. tijdens de opleiding neemt de aios deel aan alle door de NIV georganiseerde landelijke studiedagen, aan wetenschappelijke vergaderingen van de NIV en aan wetenschappelijke vergaderingen van verenigingen van de aandachtsgebieden. B.3. Eindtermen De aios voldoet aan het eind van de opleiding aan de eindtermen opgenomen in bijlage 2 bij dit besluit. Hoofdstuk C De erkenning tot opleider en opleidingsinrichting Titel I De opleider C.1. Opleidingsgroep 1. De leden van de opleidingsgroep die keuzestages, bedoeld in artikel B.2.4., of stages, bedoeld in artikel B.2.3., verzorgen voldoen aan de volgende a. ten minste twee specialisten, die zich ten minste voor 50% van de dagtaak met het betreffende stagegebied bezighouden, een specifieke interesse en kennis op het vakgebied van de bedoelde keuzestage hebben en als zodanig zijn geregistreerd bij de NIV, superviseren de betreffende keuzestage; b. één van de specialisten, bedoeld onder a, fungeert als stagesupervisor en is namens de opleider verantwoor- Uit: Staatscourant 14 december 2004, nr. 241 / pag. 20 2

3 delijk voor het behalen van de eisen behorende bij de desbetreffende stage; c. de opleider en de stagesupervisor zijn tezamen verantwoordelijk voor het halen van de eindtermen van de genoemde keuzestage, en voor het aan bod komen van de in de eindtermen genoemde ziektebeelden op het gewenste niveau; d. de stagesupervisor beoordeelt of de aios voldoet aan de desbetreffende stagespecifieke eindtermen en de algemene eindtermen. Daarvoor legt de stagesupervisor aan het eind van de stage schriftelijk vast of de eindtermen van de stage zijn behaald en aan welke onderdelen van de algemene eindtermen is voldaan. 2. De leden van de opleidingsgroep die opleiding in een aandachtsgebied verzorgen voldoen aan de volgende a. een specialist, die zich ten minste voor 50% van de dagtaak met het betreffende aandachtsgebied bezighoudt, en die ten minste vijf jaar ervaring heeft als internist met het betreffende aandachtsgebied, is als supervisor belast met de supervisie over de aios tijdens de opleiding in een aandachtsgebied; b. de verantwoordelijkheden van de opleider en de supervisor in het aandachtsgebied worden duidelijk afgesproken en middels een overeenkomst vastgelegd. De opleider tot internist is eindverantwoordelijk voor het voldoen door de aios aan de opleidingseisen interne geneeskunde voor de uiteindelijke registratie als internist; c. zij publiceren in vaktijdschriften; d. zij bezoeken regelmatig congressen en bijeenkomsten op het gebied van het betreffende aandachtsgebied; e. zij zijn actief in het post-academisch onderwijs. C.2. Verplichtingen opleider De opleider voldoet aan de volgende a. stelt ten minste wekelijkse een bespreking met de afdeling radiologie in en houdt dit in stand, zodanig dat alle vormen van beeldvormende diagnostiek onderwerp van discussie zijn; b. draagt er zorg voor dat ten minste eenmaal, en ten hoogste twee maal per week een grote visite wordt gehouden met de opleider of supervisor. De grote visite heeft tot doel de optimalisatie van de patiëntenzorg, de integratie van verkregen gegevens en supervisie van het beleid ten aanzien van diagnostiek, therapie en attitude van de aios; c. stelt een ten minste maandelijkse overdrachts- en beleidsbespreking met de afdeling chirurgie in en houdt deze in stand, zodanig dat de indicatie therapeutische mogelijkheden en de complicaties van chirurgisch handelen onderwerp van discussie zijn; d. houdt ten minste tweemaal per maand een probleemoplossende patiëntenbespreking; e. houdt ten minste tweemaal per maand besprekingen met de patholoog over obducties en biopsieën (macroscopie en microscopie); f. draagt er zorg voor dat ten minste eenmaal per maand een refereerbijeenkomst plaatsvindt, waarbij de nadruk ligt op analyse van de literatuur, kennisvergaring van actuele ontwikkelingen en op presentatie; g. is tezamen met de supervisor in het aandachtsgebied verantwoordelijk voor het programma tijdens de opleiding in een aandachtsgebied als bedoeld in artikel B.2.4. van dit Titel II De opleidingsinrichting C.3.1. Eisen voor erkenning 1. In de inrichting zijn op de opleidingsafdeling behalve de opleider ten minste vier internisten, elk ten minste 80% van een volledige werkweek werkzaam en lid van de opleidingsgroep. 2. In de inrichting zijn werkzaam een anesthesioloog, een cardioloog, een chirurg, een longarts, een neuroloog, een orthopedisch chirurg, een patholoog, een psychiater, een radioloog, een uroloog en een gynaecoloog. 3. In de inrichting zijn werkzaam of worden regelmatig als consulent geraadpleegd een dermatoloog, een keel-neus-oorarts, een medisch microbioloog, een oogarts en een radiotherapeut. 4. In de inrichting is het aantal opnamen per jaar voor interne geneeskunde ten minste 1000, gespreid over de verschillende onderdelen van de interne geneeskunde. 5. Een inrichting kan ten minste twee jaar interne geneeskunde verzorgen. 6. De niet-academische inrichtingen kunnen worden erkend om ten minste twee jaar en ten hoogste vier jaar opleiding interne geneeskunde te verzorgen. 7. Het eerste jaar interne geneeskunde en het aantal goedgekeurde stages en aandachtsgebieden bepalen de maximale opleidingsduur waarvoor de niet-academische opleidingsinrichting kan worden erkend. Hierin kan opgenomen zijn het later in de opleiding vallende tweede deel van het onderdeel interne geneeskunde als bedoeld in artikel B.2.2., tweede lid. 8. De academische inrichtingen kunnen worden erkend om de volledige zes jaar van de opleiding interne geneeskunde te verzorgen. C.3.2. Algemene erkenningseisen verzorgt De betreffende afdeling van een inrichting die opleiding in een aandachtsgebied verzorgt voldoet aan de a. zij wordt geleid door een internist met het betreffende aandachtsgebied; b. op de afdeling is naast de supervisor ten minste één andere internist in het betreffende aandachtsgebied werkzaam; c. er vinden ten minste maandelijks literatuurbesprekingen of refereeravonden plaats; d. zij beschikt over een (elektronische) bibliotheek waarin standaardwerken en wetenschappelijke tijdschriften of een literatuursearchsysteem met toegang tot meerdere databestanden op het gebied van het betreffende aandachtsgebied; e. zij beschikt over voldoende aansluitingen voor educatief gebruik van internet, zoals Medline. C.3.3. Aanvullende erkenningseisen allergologie en klinische immunologie verzorgt aandachtsgebied allergologie en klinische immunologie verzorgt voldoet aan de a. zij is erkend voor het verzorgen van ten minste vier jaar interne geneeskunde; b. de betreffende afdeling die de i. zij beschikt over poliklinische faciliteiten ten behoeve van patiënten met immunologisch gemediëerde aandoeningen; ii. zij heeft toegang tot: klinische faciliteiten voor de patiënten, bedoeld onder i. Uit: Staatscourant 14 december 2004, nr. 241 / pag. 20 3

4 een laboratorium medische immunologie, onderscheidenlijk tot laboratoria waar medisch immunologische diagnostiek wordt verricht; een functielaboratorium voor allergische diagnostiek. C.3.4. Aanvullende erkenningseisen bloedtransfusiegeneeskunde verzorgt aandachtsgebied bloedtransfusiegeneeskunde verzorgt voldoet aan de a. zij heeft professionele inbreng in: i. ziekenhuistransfusiecommissie; ii. regionale of nationale gebruikerscommissie(s); iii. de diagnostiek van immunohematologische aandoeningen; iv. donor en productselectie voor transfusie; v. analyse van bijwerkingen bloedproducten, inrichting hemovigilantiesysteem; vi. preventie transfusie overdraagbare ziekten; vii. counseling donoren voor beenmerg- en stamceldonatie; viii. mobilisatie en afname perifere bloedstamcellen; ix. indicaties en uitvoering therapeutische aferese; x. advisering over bloedproducten aan regionale ziekenhuizen; b. zij beschikt over een bloedbankdivisie of heeft een samenwerkingsovereenkomst met een dergelijke divisie; c. de betreffende afdeling die de i. naast de supervisor zijn ten minste twee andere internisten met het betreffende aandachtsgebied aanwezig; ii. op de afdeling wordt transfusiegeneeskunde dagelijks bedreven. C.3.5. Aanvullende erkenningseisen endocrinologie en metabolisme verzorgt aandachtsgebied endocrinologie en metabolisme verzorgt voldoet aan de a. zij is erkend voor het verzorgen van ten minste zes jaar interne geneeskunde; b. zij beschikt over een klinisch chemisch laboratorium met endocrinologische expertise, een afdeling nucleaire geneeskunde met bedden voor behandeling van patiënten met radionucliden, een afdeling radiotherapie en een afdeling neurochirurgie, of heeft een vaste relatie met een in de directe nabijheid gelegen instelling, die beschikt over deze afdelingen; c. de betreffende afdeling die de i. naast de supervisor zijn ten minste twee andere internisten met endocrinologie en metabolisme als aandachtsgebied aanwezig; ii. zij beschikt over bedden en een polikliniek of spreekuur voor patiënten met hormonale en stofwisselingsziekten, inclusief diabetes mellitus. C.3.6. Aanvullende erkenningseisen hematologie verzorgt aandachtsgebied hematologie verzorgt voldoet aan de a. heeft een erkend isotopenlaboratorium en een afdeling radiotherapie; b. de betreffende afdeling die de i. op de afdeling zijn naast de supervisor ten minste drie andere internisten in het aandachtsgebied werkzaam; ii. zij beschikt over een klinische afdeling voor hematologische intensieve zorg en een transplantatie-erkenning ; iii. zij beschikt over eigen polikliniekfaciliteiten; iv. zij participeert in klinische trials georganiseerd door HOVON of EORTC; v. zij is aangewezen als hemofilie behandelcentrum of heeft een samenwerkingsovereenkomst met een dergelijk centrum dat een stage verzorgt; vi. zij onderhoudt contacten met, en heeft professionele inspraak in, laboratoria waar hematologische, hemostasiologische, immunologische, cytogenetische en moleculair-biologische diagnostiek en onderzoek plaatsvindt. C.3.7. Aanvullende erkenningseisen infectieziekten verzorgt aandachtsgebied infectieziekten verzorgt voldoet aan de a. zij is erkend voor het verzorgen van ten minste zes jaar interne geneeskunde; b. zij is erkend voor het verzorgen van een opleiding tot medisch microbioloog; c. de betreffende afdeling die de i. beschikt over bedden voor patiënten met infectieziekten, en een polikliniek of spreekuur voor patiënten met infectieziekten; ii. buiten deze afdeling moeten regulier patiënten voor een infectieziekte in consult worden gezien; iii. er vindt een registratie van consulten plaats. Hierin worden behalve de demografische gegevens van de patiënt ten minste ook de ontslagdiagnose vermeld; iv. heeft een vaste relatie met laboratoria voor medische microbiologie, virologie en parasitologie en met een infectiecommissie en een antibioticacommissie; v. in de bibliotheek, bedoeld in artikel C.3.2., eerste lid, onder d, bevinden zich standaardwerken en wetenschappelijke tijdschriften op het gebied van antimicrobiële therapie, vaccinatie, medische microbiologie en ziekenhuisepidemiologie en -hygiëne. d. een inrichting die ten hoogste zes maanden van de opleiding in het aandachtsgebied verzorgt, kan erkend worden, indien een samenwerkingsovereenkomst waarborgt dat: i. de aan de opleiding deelnemende specialisten in de verschillende inrichtingen één opleidingscommissie vormen, onder voorzitterschap van de opleider in het academische ziekenhuis; ii. de verantwoordelijke supervisor in de betreffende inrichting gedurende de opleidingsperiode ten minste 80% van een volledige werkweek werkzaam is, op een zodanige wijze dat hij zijn taak daadwerkelijk en naar behoren kan kunnen vervullen; iii. een evenredig deel van de contacten met nieuwe patiënten met een infectieziekte wordt gerealiseerd, en een evenredig deel van de tijd besteedt aan stages bij de infectiecommissie en antibioticacommissie. C.3.8. Aanvullende erkenningseisen intensive care verzorgt De betreffende afdeling van de inrichting die opleiding in het aandachtsgebied intensive care verzorgt voldoet aan de a. op de afdeling zijn naast de supervisor ten minste drie andere internis- Uit: Staatscourant 14 december 2004, nr. 241 / pag. 20 4

5 ten in het aandachtsgebied ten minste 80% van een volledige werkweek werkzaam en betrokken bij de opleiding, met verschillende kennis en ervaring, verspreid over het brede veld van de intensive care geneeskunde; b. zij voldoet aan de definitie level 1, afdeling intensive care, conform de richtlijn Advies organisatie en werkwijze intensive care-afdelingen van het Centraal Begeleidingsorgaan voor de Intercollegiale Toetsing; c. op de afdeling worden in ieder geval interne, heelkundige, cardiochirurgische, neurologische en neurochirurgische patiënten behandeld; d. zij heeft een formeel medisch hoofd bij wie de eindverantwoordelijkheid voor de medische behandeling ligt; e. de bibliotheek, genoemd in artikel C3.2., eerste lid, onder d, kan te allen tijde door de aios geraadpleegd worden; f. zij maakt de resultaten inclusief de interpretatie van beeldvormende voor de aios gemakkelijk bereikbaar. C.3.9. Aanvullende erkenningseisen klinische farmacologie verzorgt 1. aandachtsgebied klinische farmacologie verzorgt voldoet aan de volgende a. zij is erkend voor het verzorgen van ten minste zes jaar interne geneeskunde; b. zij beschikt over een commissie mensgebonden onderzoek en een formularium- of therapiecommissie, en bij voorkeur tevens een of meer andere geneesmiddelencommissies; c. de betreffende afdeling die de i. zij heeft toegang tot klinische en poliklinische faciliteiten; ii. een apart poliklinisch spreekuur voor patiënten met uitgebreide medicatie aanwezig; iii. zij beschikt over een afdeling farmacologie of klinische farmacie; iv. de supervisor heeft toegang tot analytische faciliteiten via een eigen laboratorium of via samenwerking met de afdelingen, bedoeld onder iii; v. in de bibliotheek, genoemd in artikel C.3.2., eerste lid, onder d, zijn tevens een aantal standaardwerken en wetenschappelijke tijdschriften op het gebied van de farmacokinetiek aanwezig. 2. aandachtsgebied klinische farmacologie verzorgt voldoet aan de volgende verplichting: het aantal daadwerkelijk binnen de opleidingsinrichting werkzame aios voor het aandachtsgebied uitgedrukt in fte s bedraagt ten hoogste 1,0 maal het gezamenlijk aantal internisten uitgedrukt in fte s dat in de opleidingsinrichting werkzaam en daadwerkelijk bij de opleiding betrokken is. C Aanvullende erkenningseisen medische oncologie verzorgt De betreffende afdeling van de inrichting die opleiding in het aandachtsgebied medische oncologie verzorgt voldoet aan de a. op de afdeling zijn naast de supervisor ten minste drie andere internisten in het aandachtsgebied werkzaam; b. zij beschikt over bedden voor oncologische zorg en oncologische polikliniek faciliteiten; c. zij heeft een vaste relatie met een afdeling voor radiotherapie en afdelingen voor oncologisch-chirurgische behandelingen; d. zij onderhoudt contacten met laboratoria waar histologische, immunologische, cytogenetische en moleculairbiologische diagnostiek en onderzoek plaatsvindt; e. zij participeert actief in klinische trials. C Aanvullende erkenningseisen nierziekten verzorgt aandachtsgebied nierziekten verzorgt voldoet aan de a. de inrichting is erkend voor het verzorgen van ten minste zes jaar interne geneeskunde; b. de betreffende afdeling die de i. op de afdeling zijn naast de supervisor ten minste drie andere internisten in het aandachtsgebied werkzaam; ii. zij beschikt over bedden voor nefrologische zorg, over faciliteiten voor een nefrologische polikliniek, een gecertificeerde afdeling voor acute en chronische haemodialyse, faciliteiten voor het opleiden van peritoneale dialyse patiënten, en een erkende afdeling voor niertransplantatie dan wel participatie in een dergelijke afdeling; iii. de volgende poliklinieken zijn aanwezig: algemene nefrologie, chronische nierinsufficiëntie/predialyse, peritoneale dialyse en niertransplantatie; iv. zij heeft een vaste relatie met de afdelingen voor chirurgie, urologie en intensive care; v. onderhoudt contacten met laboratoria waar immunologische histologische en microbiologische diagnostiek plaatsvindt; vi. er zijn reguliere besprekingen met de afdelingen voor chirurgie, wat betreft niertransplantatie en dialyse toegangschirurgie, -urologie en pathologie; vii. zij participeert actief in klinische trials. C Aanvullende erkenningseisen ouderengeneeskunde verzorgt aandachtsgebied ouderengeneeskunde verzorgt voldoet aan de volgende a. in afwijking van artikel 3.2., eerste lid, onder b, is op de afdeling naast de supervisor ten minste één andere internist in het aandachtsgebied werkzaam of een klinisch geriater ; b. zij beschikt over poliklinische en klinische faciliteiten voor oudere patiënten met complexe problematiek; c. er is ten minste wekelijks een bespreking van het multidisciplinaire team waarbij onder andere een psychiater, neuroloog en bij voorkeur een (neuro-)psycholoog aanwezig zijn. C Aanvullende erkenningseisen vasculaire geneeskunde verzorgt aandachtsgebied vasculaire geneeskunde verzorgt voldoet aan de volgende a. zij beschikt over een polikliniek met spreekuren voor patiënten met vasculaire ziekten; b. zij beschikt over een lipidenlaboratorium, een stollingslaboratorium en een vaatfunctielaboratorium; c. zij heeft een afdeling (vaat)chirurgie, (interventie) cardiologie, (interventie)radiologie, en neurologie. Hoofdstuk D Slotbepalingen D.1. Overgangsbepaling Artikel E.1. van het Kaderbesluit CCMS is van overeenkomstige toepassing. Uit: Staatscourant 14 december 2004, nr. 241 / pag. 20 5

6 D.2. Publicatie 1. Dit besluit wordt, met uitzondering van bijlage 2 als bedoeld in artikel B.3., gelijktijdig met het besluit van de Minister, inhoudende de goedkeuring van dit besluit, gepubliceerd in de Staatscourant. 2. In het officiële orgaan van de KNMG wordt mededeling gedaan van dit besluit. D.3. Inwerkingtreding 1. Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari Indien de Staatscourant waarin dit besluit en het goedkeuringsbesluit, bedoeld in artikel D.2., eerste lid, worden geplaatst, wordt uitgegeven na 31 december 2004, treedt dit besluit in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst, en werkt zij terug tot en met 1 januari D.4. Citeertitel Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit interne geneeskunde. Utrecht, 25 juni 2004 C.M.T. Plasmans, voorzitter CCMS V.J. Schelfhout-van Deventer, secretaris colleges. Toelichting Algemeen Dit besluit bevat de aanvullende opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme interne geneeskunde. Bij de vaststelling van dit besluit is de zienswijze van de NVKG zoals neergelegd in de brief van 18 mei 2004 meegenomen. Artikelsgewijs Artikel B.1. Dit is een nadere invulling van het bepaalde in artikel B.3., eerste lid, van het Kaderbesluit CCMS. Deze duur is een jaar langer dan het minimum van de aanbeveling van de Union Européenne des Médecins Spécialistes (UEMS) en is conform de minimale duur zoals bedoeld in bijlage C bij Richtlijn 93/16/EEG. Artikelen B.2.1.tot en met B.2.5. Dit is een aanvulling op het bepaalde in artikel B.5. van het Kaderbesluit CCMS. Of de aios voldoet aan de opleidingseisen en de gestelde eindtermen, moet blijken uit het portfolio dat hij op grond van artikel B.5., eerste lid, onder g, van het Kaderbesluit CCMS bijhoudt. De opleiding kan om bijvoorbeeld logistieke redenen gevolgd worden in een combinatie van een academische en twee niet-academische inrichtingen. Daarnaast geldt dat het volgen van de volledige opleiding in één academische opleidingsinrichting of in twee niet-academische inrichtingen niet de voorkeur heeft. Het onderdeel aandachtsgebied en keuzestages zal veelal het laatste deel van de opleiding betreffen en maakt de noodzakelijke differentiatie van internistische deskundigheid mogelijk. Het samenwerken in maatschappen of in staven waarin ieder van de leden naast brede algemene kennis van de interne geneeskunde extra deskundigheid inbrengt op een van de onderdelen van de interne geneeskunde vormt de basis van de kwaliteit van de interne geneeskunde in teamverband in Nederland. Dit model van werken is in het Raamplan door de NIV als basiskenmerk vastgelegd. In vergelijking met de oude opleidingseisen interne geneeskunde opgenomen in besluit CCMS no is de bepaling over het cursorisch onderwijs interne geneeskunde (COIG) in zowel de daarop volgende opleidingseisen opgenomen in besluit CCMS no als in het onderhavige besluit nader uitgewerkt en gedetailleerd. De oude bepaling was dermate algemeen dat de nieuwe bepaling er inhoudelijk onder zou kunnen vallen als praktische toepassing. De vernieuwing brengt daarom uiteraard niet mee dat degenen die op het tijdstip waarop dit Besluit in werking is getreden reeds in opleiding waren kunnen opteren voor de oude praktische toepassing. Alle aios zullen daarom vanaf de inwerkingtreding van besluit CCMS no in beginsel eenzelfde COIG-programma kunnen volgen. Artikel B.2.1. Binnen de opleiding interne geneeskunde wordt nauw samengewerkt met de specialismen de cardiologie, de klinische geriatrie, de longziekten en tuberculose, de maag-darm-leverziekten, de nucleaire geneeskunde en de reumatologie. Deze specialismen kenmerken zich doordat zij enerzijds een stage kunnen verzorgen in het kader van de opleiding interne geneeskunde en anderzijds doordat de opleiding van de aios van genoemde specialismen één, twee of driejarige vooropleiding interne geneeskunde bevat. De vooropleiding wordt gevolgd door de opleider interne geneeskunde. In de opleidingsinrichtingen waar dit speelt vormen de aios interne geneeskunde, die door de internist-opleider gesuperviseerde stages volgen en de aios interne geneeskunde, die door opleiders van bovengenoemde specialismen gesuperviseerde stages volgen gezamenlijk één pool van aios. Deze aios doen diensten voor de betrokken specialismen zodra de opleider hen daartoe voldoende bekwaam acht. Artikel B.2.4. Conform het bepaalde in artikel B.2.1. tweede lid, sub c bedraagt het onderdeel aandachtsgebieden en keuzestages 24 maanden. Voor de aandachtsgebieden geldt dat de periode van 24 maanden in maximaal twee aandachtsgebieden kan worden doorgebracht. Voor de keuzestages geldt daarentegen dat de periode in minimaal twee keuzestages moet worden doorgebracht. Immers in artikel B.23. van het Kaderbesluit CCMS is bepaald dat de duur van een stage maximaal één jaar bedraagt. Deze eis geldt ook voor de keuzestages interne geneeskunde. Artikel B.2.5. Het bepaalde in artikel B.2.5., onder d, dat de aios tijdens de opleiding deelneemt aan alle door de NIV georganiseerde landelijke studiedagen betekent uitdrukkelijk niet dat de aios verplicht is lid te zijn van de NIV om de studiedagen bij te wonen. Artikel B.3. Dit is een nadere invulling van het bepaalde in artikel B.2., tweede lid, van het Kaderbesluit CCMS. De integrale tekst van bijlage 2 bij dit besluit is bij de tekst van dit besluit terug te vinden op Artikel C.1. Dit is een aanvulling op het bepaalde in artikel C.2. van het Kaderbesluit CCMS. De supervisor belast met de supervisie over de aios tijdens de opleiding in een aandachtsgebied is bij voorkeur gepromoveerd. Uit: Staatscourant 14 december 2004, nr. 241 / pag. 20 6

7 Artikel C.2. Dit is een aanvulling op het bepaalde in artikel C.3. van het Kaderbesluit CCMS. Artikel C.3.1. tot en met C Dit is een aanvulling op het bepaalde in artikel C.10. van het Kaderbesluit CCMS. Ten aanzien van de bloedtransfusiegeneeskunde, bedoeld in artikel C.3.4., geldt het volgende. Als de bloedbankdivisie, bedoeld onder b, geen onderdeel uitmaakt van een opleidingsinrichting, zal deze zelf nog als inrichting erkend moeten worden, voor het verzorgen van één stage, namelijk een specifiek gedeelte van de opleiding in het aandachtsgebied. Ten aanzien van de consulten genoemd in artikel C.3.7, onder c, sub ii betreft het zowel klinische als poliklinische consulten. Onder beeldvormende diagnostiek wordt in artikel C.3.8 onder e bedoeld röntgenfoto s, scans, echo s e.a. Bijlage 1 bij het Besluit interne geneeskunde, bedoeld in artikel B.2.3., tweede lid Stages interne geneeskunde Poliklinisch werken Verplichte stage Duur: acht maanden. Deze stage wordt in een onafgebroken, aaneengesloten periode van acht maanden gevolgd, vanwege het belang van de longitudinale observatie van patiënten. Poliklinisch werk verricht tijdens andere stages telt niet mee voor deze polikliniekstage Leerdoel: leren werken op een polikliniek interne geneeskunde, met name diagnostiek en therapie van patiënten met tevoren onbekende problematiek en het in de tijd vervolgen van ziektebeelden van poliklinische patiënten. Ziektebeelden: het brede spectrum van de poliklinische interne geneeskunde moet tijdens deze stage aan de orde komen. kennis, vaardigheden en attitude zoals genoemd in hoofdstuk I van bijlage 2 bij dit Te leren technieken: zie hoofdstuk I van bijlage 2 bij dit Besluit (voor zover realiseerbaar in deze stage). In de interne geneeskunde is een duidelijke verschuiving van klinisch naar poliklinisch werken. Daarom dient veel aandacht en zorg te worden besteed aan de stage polikliniek algemene interne geneeskunde, aan het poliklinisch werken tijdens andere stages en aan het poliklinisch werken van die aios bij wie de nadruk ligt op de opleiding in het aandachtsgebied algemene interne geneeskunde. Consultatief werken Verplichte stage Leerdoel: het leren werken als consulent interne geneeskunde voor andere specialismen, Deze activiteit vindt zowel transmuraal, poliklinisch als klinisch plaats. Van de internist wordt deskundigheid verwacht op het gebied van de pre-, peri- en postoperatieve zorg. Ziektebeelden/problemen: pre-operatieve beoordeling; antibiotica-profylaxe; anticoagulantia-profylaxe; indicatie postoperatieve bewaking; beoordeling voedingstoestand; optimalisatie gezondheidstoestand preoperatief; post-operatieve zorg; interne problemen tijdens zwangerschap; interne problemen in de psychiatrie; interne problemen in de neurologie; interne problemen bij KNO, oogheelkunde, dermatologie; farmacotherapie, effecten en complicaties; stoornissen in zuur-base evenwicht; elektrolytstoornissen; transfusiereacties, bloedtransfusiebeleid; lichamelijk niet te verklaren klachten. zie hoofdstuk I van bijlage 2 bij dit Intensive Care Verplichte stage Leerdoel: het leren omgaan met, en het behandelen van patiënten met ernstige acute ziektebeelden, zoals genoemd in hoofdstuk II van bijlage 2 bij dit Werkzaamheden gedurende deze periode op een ICU met ernstig zieke patiënten met name afkomstig uit de interne geneeskunde en bij voorkeur ook uit de heelkunde. De ICU moet voldoen aan de eisen die door de Nederlandse Vereniging voor Intensive Care-artsen zijn gesteld. Ziektebeelden/problemen: Diagnostiek en behandeling van shock, zuurbaseen elektrolytstoornissen, gaswisselingsstoornissen, haemostaseproblemen, acute nierinsufficiëntie, infectieuze complicaties etc. Zie ook Indicaties, methoden, controle en begeleiding beademing. Indicaties en uitvoering parenterale voeding, sondevoeding. Indicaties en uitvoering hemodynamische bewaking. Indicaties hemodialyse en hemofiltratie. Te leren technieken: Reanimatie, intuberen. Inbrengen subclaviacatheter, bij voorkeur ook andere typen lijnen. Zie ook hoofdstuk I van bijlage 2 bij dit Cardiologie Voorkeurstage betreffende de huidige inzichten in pathofysiologie, de diagnostiek en therapie van hart- en vaatziekten zoals genoemd in de eindtermen van het Hiervan worden bij voorkeur ten minste twee maanden op de CCU doorgebracht. Gedurende de resterende periode kunnen twee dagdelen per week aan poliklinisch werk worden besteed. Ziektebeelden: Diagnostiek/behandeling van coronarialijden, ritmestoornissen, klepvitia, hartfunctiestoornissen. Zie ook het hoofdstuk II van bijlage 2 bij dit ECG-beoordeling. Indicaties voor niet-invasieve onderzoeksmethoden als inspannings-ecg, echocardiografie, hartscintigrafie etc. Indicaties voor hartcatheterisatie. Indicaties voor klepchirurgie, bypass en PTCA. Indicaties voor uitwendige en interne pacemakers, inbrengen van acute uitwendige pacemaker. Indicaties en uitvoering van hemodynamische monitoring. Te leren technieken: Cardioversie, reanimatie. Zie het hoofdstuk I van bijlage 2 bij dit Longziekten Voorkeursstage Leerdoel: het verkrijgen van kennis Uit: Staatscourant 14 december 2004, nr. 241 / pag. 20 7

8 pathofysologie, de diagnostiek en therapie van longziekten zoals genoemd in de eindtermen hoofdstuk II van bijlage 2 bij dit Deze periode moet bij voorkeur zowel een klinisch als een poliklinisch deel bevatten. Ziektebeelden: Diagnostiek/behandeling van chronisch obstructief longlijden, astma bronchiale, infectieuze longaandoeningen, bronchuscarcinoom, pneumothorax. Zie ook het Indicaties voor bronchoscopie en thoracoscopie. Indicaties voor longchirurgie. Indicaties voor technieken en beoordeling van longfunctieonderzoek. Te leren technieken: Indicaties en uitvoering pleurapunctie. Indicaties en uitvoering thoraxdrainage. Het bovenstaande kan worden geleerd tijdens klinische, poliklinische, consultatieve en diagnostische pulmonologische werkzaamheden. Zie het hoofdstuk I van bijlage 2 bij dit Deze technieken kunnen ook worden geleerd tijdens andere stages van de opleiding. Maag-darm-leverziekten Duur: vier tot zes maanden (indien geen scholing wordt gevolgd in endoscopie) van ziekten van de tractus digestivus, zoals genoemd in hoofdstuk II van bijlage 2 bij dit Ziektebeelden: Diagnostiek/behandeling van oesophagusaandoeningen, ulcuslijden, galweg- en pancreaspathologie, chronische inflammatoire darmziekten, maligniteiten tractus digestivus, leverpathologie. Zie het Indicaties coloscopie, ERCP, percutane cholangiografie, in- en uitwendige galwegdrainage, dunne darmbiopsie. Indicaties betreffende niet-invasieve en invasieve beeldvormende diagnostiek. Indicaties functietests. Indicaties chirurgie tractus digestivus. Te leren technieken: Ascitespunctie. Zie het hoofdstuk I van bijlage 2 bij dit Deze techniek kan ook worden geleerd tijdens andere stages van de opleiding. Duur: twaalf maanden (indien endoscopische technieken worden aangeleerd naast de bovengenoemde eisen) Er wordt aanvullend zes tot acht maanden een MDL-stage gevolgd zodanig dat in de zes jaar totaal twaalf maanden MDL-opleiding genoten kan worden. Hierin is opgenomen een gecertificeerde endoscopieopleiding betreffende oesophago-gastroduodenoscopie (met haemostase), sigmoïdoscopie met poliepectomie en (bij gebleken geschiktheid) colonoscopie, inclusief poliepectomie. Uitgangspunt is dat het opdoen van ervaring in endoscopie niet los gezien kan worden van een gedegen kennis betreffende maag-, darm-, leverpathologie. Andere endoscopische procedures zoals ERCP vallen buiten dit pakket. Haematologie van haematologische ziekten. Ziektebeelden: Diagnostiek, differentiële diagnose en behandeling van anaemie, leucopenie en trombopenie. Diagnostiek, classificatie en behandeling van leukemieën en maligne lymfoom, multiple myeloom. Diagnostiek en behandeling van de patiënt met verminderde afweer. Diagnostiek en behandeling van hemostasestoornissen. Zie ook het hoofdstuk II van bijlage 2 bij dit Onderzoeksmethoden: Beoordeling bloed- en beenmergpreparaten. Te leren technieken: Beenmergpunctie. Botboring. Zie het hoofdstuk I van bijlage 2 bij dit Deze technieken kunnen ook worden geleerd tijdens andere stages van de opleiding. Oncologie van oncologische aandoeningen. Ziektebeelden: Diagnostiek, stadiëring, behandeling van solide tumoren, onder meer carcinomen van mamma, ovarium, tractus digestivus, tractus urogenitalis, long, hoofd-hals gebied en sarcomen. Indicaties voor chirurgie, radiotherapie dan wel hormonale of chemotherapie. Bijwonen van multidisciplinaire oncologische besprekingen; bijwonen van biopsiebesprekingen. Zie ook het Te leren technieken: Percutane naaldbiopsie. Cytologische punctie. Zie ook het hoofdstuk I van bijlage 2 bij dit Deze technieken kunnen ook worden geleerd tijdens andere stages van de opleiding. Nefrologie van nierziekten. Ziektebeelden: Differentiële diagnostiek en behandeling van diverse nieraandoeningen, waaronder: glomerulonefritis, interstitiële nefritis, nefrotisch syndroom, acute tubulusnecrose, obstructieve stoornissen etc. Diagnostiek en behandeling acute en chronische nierinsufficiëntie. Zie het Indicaties acute nierfunctievervangende behandeling (hemodialyse, peritoneaal dialyse). Indicaties en methoden van chronische nierfunctievervangende behandeling (hemodialyse, CAPD, niertransplantatie); begeleiding chronische patiënten: shuntproblemen, secundaire hyperparathyreoïdie etc. Indicaties nierbiopsie. Zie het hoofdstuk I van bijlage 2 bij dit Endocrinologie van endocrinologische ziekten. Ziektebeelden: Diagnostiek en behandeling van diverse endocrinologische aandoeningen, waaronder in ieder geval diabetes mellitus en schildklieraandoeningen. Diagnostiek en behandeling van aandoeningen van hypofyse, bijnier, schildklier en gonaden, Uit: Staatscourant 14 december 2004, nr. 241 / pag. 20 8

9 bijschildklier, pancreaseilandjes i.h.a. Zie het hoofdstuk II van bijlage 2 bij dit Indicaties en uitvoering van diagnostische functietesten van hypofyse, bijnier, schildklier, gonaden, calciumstofwisseling. Zie ook het hoofdstuk I van bijlage 2 bij dit Infectieziekten pathofyiologie, diagnostiek en therapie van infectieziekten. Ziektebeelden: Diagnostiek en behandeling van diverse infectieuze aandoeningen, waaronder: sepsis, pneumonie, meningitiden, urineweginfecties, gastroenteritis, osteomyelitis, bacteriële endocarditis etc. Zie ook het Indicaties voor isolatie (bron- en beschermende isolatie); inzicht in besmettingsgevaren. Indicaties voor vaccinatie. Antibiotica: werking, bijwerkingen en indicaties, keuze. Endocarditisprofylaxe: indicatie en keuze; profylaxe bij chirurgische ingrepen: indicaties en keuze. Indicaties voor diagnostiek en behandeling van de patiënt met verminderde immunologische afweer. Zie ook het hoofdstuk I van bijlage 2 bij dit Reumatologie van reumatische ziekten. Ziektebeelden: Diagnostiek, differentiële diagnose, therapie en controle van aandoeningen van het bewegingsapparaat, waaronder in ieder geval reumatoïde arthritis. Indicaties en methoden van fysiotherapie en revalidatie. Indicaties voor chirurgische ingrepen/correcties. Zie ook het hoofdstuk II van bijlage 2 bij dit Te leren technieken: Spier- en gewrichtsonderzoek. Beoordeling gewrichts- en botfoto s. Gewrichtspunctie (indicaties en uitvoering). Zie ook het hoofdstuk I van bijlage 2 bij dit Klinische geriatrie van geriatrische aandoeningen. Ziektebeelden: Diagnostiek en behandeling multipathologie bij de oudere mens; tevens onderkenning en behandeling psychosociale problematiek, problematiek van het bewegingsapparaat, zintuigen en cognitie. Farmacotherapie bij de oudere mens. Kennis- mogelijkheden van somatische revalidatie. Multidisciplinaire behandeling (met fysiotherapeut, maatschappelijk werk, neuroloog, orthopaed e.a.). Kennis en inzicht in de optimale opvang en behandeling na ontslag: eigen woning, verzorgingstehuis, verpleegtehuis etc. Zie ook het hoofdstuk I en II van bijlage 2 bij dit Acute interne geneeskunde Leerdoel: het verkrijgen van kennis betreffende de pathofysiologie, het herkennen en behandelen van acute internistische problematiek, zoals genoemd in hoofdstuk II van bijlage 2 bij dit Ziektebeelden: diagnostiek, differentiële diagnostiek en behandeling van acute cardiovasculaire afwijkingen: shock, acuut myocardinfarct, acuut hartfalen, aneurysma aortae. Acute endocrinologische ziektebeelden zoals coma diabeticum, hypoglycaemie, thyreotoxische crisis, Addisonse crisis. Acute gastro-intestinale ziektebeelden: acute buik, acuut leverfalen, acute pancreatitis, bloedverlies uit de tractus digestivus. Acute hematologische problematiek: bloedingsneiging, granulopenie, sikkelcelcrisis. Infectieziekten: meningitis, pneumonie, sepsis, endocarditis. Respiratoire afwijkingen, ARDS, pneumothorax, longembolie, nefrologische afwijkingen: acute nierinsufficiëntie, niersteenkoliek, stoonissen in het zuur-base evenwicht. Reumatologische afwijkingen: jicht, acute arthritis, acute allergologie en klinische immunologie: m.n. anafylaxie en verder de afwijkingen zoals genoemd in hoofdstuk II van bijlage 2 bij dit Besluit, bij acute interne geneeskunde. Onderzoek- en behandelingsmethoden: bewaking van vitale functies. Infuusbeleid. Reanimatie. Te leren technieken: reanimatie, intubatie, arteriepunctie, pleurapunctie, ascitespunctie, fundoscopie, blaascatheterisatie. Zie ook onder nummer 13, hoofdstuk I van bijlage 2 bij dit Bloedtransfusiegeneeskunde betreffende de huidige stand van wetenschap en praktijk voor het toepassen van eigen en donor bloed voor behandeling van patiënten. Ziektebeelden: aandoeningen in de haematologie/oncologie, intensive care, verloskunde, neonatologie en chirurgie, waarbij plasmaferese, cytaferese en transfusie van bloed(bestanddelen) een essentieel onderdeel van de behandeling vormen. medische en ethische aspecten van interventies bij donoren, immunogenetica en afweer reacties, donorselectie, indicaties voor hemaferese en toepassing van bloedproducten, veiligheid en diagnostiek en behandeling van bijwerkingen. Alternatieven voor transfusie. Te leren technieken: omgaan met lange lijnen, hemaferese, plasmaferese. Vasculaire geneeskunde Leerdoel: het verkijgen van kennis van vaatziekten. Ziektebeelden: diagnostiek, behandeling en preventie van diverse vaatziekten, waaronder in ieder geval atherosclerose (met complicaties) en thromboembolie. Zie ook hoofdstuk II van bijlage 2 bij dit indicatie en interpretatie van invasieve en niet-invasieve diagnostische en therapeutische procedures. Te leren technieken: uitvoering van Uit: Staatscourant 14 december 2004, nr. 241 / pag. 20 9

10 niet-invasieve diagnostische procedures. Overige stages Duur: vier tot zes maanden Allergologie en klinische immunologie, medische microbiologie, radiologie, nucleaire geneeskunde, klinische farmacologie, echografie, klinische epidemiologie. Deze voldoen aan de onder artikel B.2.3. genoemde stagecriteria. Voor het overige zal de invulling van deze stages afzonderlijk worden vastgesteld en worden beoordeeld op organisatie en inhoud. Uit: Staatscourant 14 december 2004, nr. 241 / pag

Besluit van 12 juni 2019 houdende de aanvullende opleidings-, erkenningseisen voor het medisch specialisme interne geneeskunde

Besluit van 12 juni 2019 houdende de aanvullende opleidings-, erkenningseisen voor het medisch specialisme interne geneeskunde Besluit van 12 juni 2019 houdende de aanvullende opleidings-, erkenningseisen voor het medisch specialisme interne geneeskunde (Besluit interne geneeskunde) Het College Geneeskundige Specialismen, gelet

Nadere informatie

Besluit van 14 december 2016 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme cardiologie

Besluit van 14 december 2016 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme cardiologie Besluit van 14 december 2016 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme cardiologie (Besluit cardiologie) Het College Geneeskundige Specialismen, gelet op artikel 14, tweede

Nadere informatie

Centraal College Medische Specialismen

Centraal College Medische Specialismen KONINKLIJKE NEDERLANDSCHE MAATSCHAPPIJ TOT BEVORDERING DER GENEESKUNST Centraal College Medische Specialismen Besluit van 12 april 2010 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme

Nadere informatie

Besluit van 8 november 2017 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme neurochirurgie

Besluit van 8 november 2017 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme neurochirurgie Besluit van 8 november 2017 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme neurochirurgie (Besluit neurochirurgie) Het College Geneeskundige Specialismen, gelet op artikel 14,

Nadere informatie

Besluit van 13 juni 2018 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme radiotherapie

Besluit van 13 juni 2018 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme radiotherapie Besluit van 13 juni 2018 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme radiotherapie (Besluit radiotherapie) Het College Geneeskundige Specialismen, gelet op artikel 14, tweede

Nadere informatie

Besluit van 15 mei 2018 houdende de aanvullende opleidings-, erkenningseisen voor het medisch specialisme cardio-thoracale chirurgie

Besluit van 15 mei 2018 houdende de aanvullende opleidings-, erkenningseisen voor het medisch specialisme cardio-thoracale chirurgie Besluit van 15 mei 2018 houdende de aanvullende opleidings-, erkenningseisen voor het medisch specialisme cardio-thoracale chirurgie (Besluit cardio-thoracale chirurgie) Het College Geneeskundige Specialismen,

Nadere informatie

Besluit van <datum> houdende de aanvullende opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme klinische geriatrie

Besluit van <datum> houdende de aanvullende opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme klinische geriatrie Besluit van houdende de aanvullende opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme klinische geriatrie (Besluit klinische geriatrie) Het College Geneeskundige Specialismen, gelet op

Nadere informatie

Besluit van 27 maart 2017 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme longziekten en tuberculose

Besluit van 27 maart 2017 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme longziekten en tuberculose Besluit van 27 maart 2017 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme longziekten en tuberculose (Besluit longziekten en tuberculose) Het College Geneeskundige Specialismen,

Nadere informatie

Besluit van (datum) houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme reumatologie

Besluit van (datum) houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme reumatologie Besluit van (datum) houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme reumatologie (BESLUIT REUMATOLOGIE) Het College Geneeskundige Specialismen, gelet op artikel 14, tweede lid,

Nadere informatie

Koninklijke Nederlandsche Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst

Koninklijke Nederlandsche Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst Koninklijke Nederlandsche Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst CENTRAAL COLLEGE MEDISCHE SPECIALISMEN BESLUIT CCMS no. 5-2000 OPLEIDINGSEISEN PATHOLOGIE 1 Het Centraal College Medische Specialismen,

Nadere informatie

Opleidingseisen en herregistratievoorwaarden voor de differentiatie Nefrologie binnen de Interne Geneeskunde

Opleidingseisen en herregistratievoorwaarden voor de differentiatie Nefrologie binnen de Interne Geneeskunde Opleidingseisen en herregistratievoorwaarden voor de differentiatie Nefrologie binnen de Interne Geneeskunde 1. Definitie van de differentiatie De differentiatie Nefrologie is het onderdeel van de Interne

Nadere informatie

Besluit van (datum) houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme orthopedie

Besluit van (datum) houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme orthopedie Besluit van (datum) houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme orthopedie (Besluit orthopedie) Het College Geneeskundige Specialismen, gelet op artikel 14, tweede lid, onder

Nadere informatie

Besluit van 19 september 2018 houdende de aanvullende opleidings-, erkenningseisen voor het medisch specialisme Maag-Darm- Leverziekten

Besluit van 19 september 2018 houdende de aanvullende opleidings-, erkenningseisen voor het medisch specialisme Maag-Darm- Leverziekten Besluit van 19 september 2018 houdende de aanvullende opleidings-, erkenningseisen voor het medisch specialisme Maag-Darm- Leverziekten (Besluit Maag-Darm-Leverziekten) Het College Geneeskundige Specialismen,

Nadere informatie

Besluit van <datum> houdende de aanvullende opleidings-, erkenningseisen voor het medisch specialisme sportgeneeskunde

Besluit van <datum> houdende de aanvullende opleidings-, erkenningseisen voor het medisch specialisme sportgeneeskunde Besluit van houdende de aanvullende opleidings-, erkenningseisen voor het medisch specialisme sportgeneeskunde (Besluit sportgeneeskunde) Het College Geneeskundige Specialismen, gelet op artikel

Nadere informatie

Centraal College Medische Specialismen

Centraal College Medische Specialismen KONINKLIJKE NEDERLANDSCHE MAATSCHAPPIJ TOT BEVORDERING DER GENEESKUNST Centraal College Medische Specialismen Besluit van 14 december 2009 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme

Nadere informatie

Opleidingseisen en herregistratievoorwaarden voor de differentiatie Nefrologie binnen de Interne Geneeskunde

Opleidingseisen en herregistratievoorwaarden voor de differentiatie Nefrologie binnen de Interne Geneeskunde Opleidingseisen en herregistratievoorwaarden voor de differentiatie Nefrologie binnen de Interne Geneeskunde 1. Definitie van de differentiatie De differentiatie Nefrologie is het onderdeel van de Interne

Nadere informatie

College Geneeskundige Specialismen

College Geneeskundige Specialismen KONINKLIJKE NEDERLANDSCHE MAATSCHAPPIJ TOT BEVORDERING DER GENEESKUNST College Geneeskundige Specialismen Besluit van 9 november 2016 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme

Nadere informatie

Besluit van 8 november 2017 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme kindergeneeskunde OUD

Besluit van 8 november 2017 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme kindergeneeskunde OUD Besluit van 8 november 2017 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme kindergeneeskunde (Besluit kindergeneeskunde) Het College Geneeskundige Specialismen, gelet op artikel

Nadere informatie

Centraal College Medische Specialismen

Centraal College Medische Specialismen KONINKLIJKE NEDERLANDSCHE MAATSCHAPPIJ TOT BEVORDERING DER GENEESKUNST Centraal College Medische Specialismen Besluit van 12 april 2010 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme

Nadere informatie

College Geneeskundig Specialismen

College Geneeskundig Specialismen College Geneeskundig Specialismen Besluit van. houdende de aanvullende opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme urologie (Besluit urologie) Het College Geneeskundig Specialismen, gelet

Nadere informatie

Besluit van 8 november 2017 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme orthopedie

Besluit van 8 november 2017 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme orthopedie Besluit van 8 november 2017 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme orthopedie (Besluit orthopedie) Het College Geneeskundige Specialismen, gelet op artikel 14, tweede lid,

Nadere informatie

Besluit van 12 december 2018 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme anesthesiologie

Besluit van 12 december 2018 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme anesthesiologie Besluit van 12 december 2018 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme anesthesiologie (Besluit anesthesiologie) Het College Geneeskundige Specialismen, gelet op artikel 14,

Nadere informatie

Differentiatie - Nefrologie

Differentiatie - Nefrologie Differentiatie - Nefrologie Dit is de afdeling, dit zijn de patiënten Het aandachtsgebied Nefrologie is het onderdeel van de Interne Geneeskunde dat zich bezighoudt met de diagnostiek en behandeling van

Nadere informatie

College Geneeskundige Specialismen

College Geneeskundige Specialismen KONINKLIJKE NEDERLANDSCHE MAATSCHAPPIJ TOT BEVORDERING DER GENEESKUNST College Geneeskundige Specialismen Besluit van 7 oktober 2015 houdende de wijziging van de volgende besluiten: Kaderbesluit CCMS van

Nadere informatie

Centraal College Medische Specialismen

Centraal College Medische Specialismen KONINKLIJKE NEDERLANDSCHE MAATSCHAPPIJ TOT BEVORDERING DER GENEESKUNST Centraal College Medische Specialismen Besluit van 12 april 2010 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme

Nadere informatie

College Geneeskundige Specialismen

College Geneeskundige Specialismen KONINKLIJKE NEDERLANDSCHE MAATSCHAPPIJ TOT BEVORDERING DER GENEESKUNST College Geneeskundige Specialismen Besluit van 13 juli 2016 houdende de wijziging van de volgende besluiten: Kaderbesluit CCMS van

Nadere informatie

(Besluit geneeskunde voor verstandelijk gehandicapten) Het College Geneeskundige Specialismen,

(Besluit geneeskunde voor verstandelijk gehandicapten) Het College Geneeskundige Specialismen, Besluit van houdende de aanvullende opleidings-, erkenningseisen voor het geneeskundig specialisme geneeskunde voor verstandelijk gehandicapten (Besluit geneeskunde voor verstandelijk gehandicapten)

Nadere informatie

College Geneeskundige Specialismen

College Geneeskundige Specialismen College Geneeskundige Specialismen Besluit van 9 november 2016 houdende de wijziging van de volgende besluiten: Besluit spoedeisende geneeskunde van 9 januari 2013; Besluit ziekenhuisgeneeskunde van 11

Nadere informatie

Besluit van 14 maart 2018 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het geneeskundig specialisme maatschappij en gezondheid OUD

Besluit van 14 maart 2018 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het geneeskundig specialisme maatschappij en gezondheid OUD Besluit van 14 maart 2018 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het geneeskundig specialisme maatschappij en gezondheid (Besluit maatschappij en gezondheid) Het College Geneeskundige Specialismen,

Nadere informatie

BACHELORJAAR 1 OPLEIDINGSONDERDEEL Leerlijn 1 : Medische kennis. Biologie: basis van het leven 6. De cel: biomoleculen en metabolisme 10

BACHELORJAAR 1 OPLEIDINGSONDERDEEL Leerlijn 1 : Medische kennis. Biologie: basis van het leven 6. De cel: biomoleculen en metabolisme 10 BACHELORJAAR 1 Biologie: basis van het leven 6 De cel: biomoleculen en metabolisme 10 De cel: structuur en functie 6 De cel: moleculaire biologie en signaaltransductie 6 De cel: van cel naar weefsel 7

Nadere informatie

College Geneeskundige Specialismen

College Geneeskundige Specialismen KONINKLIJKE NEDERLANDSCHE MAATSCHAPPIJ TOT BEVORDERING DER GENEESKUNST College Geneeskundige Specialismen Besluit van 12 september 2012 houdende de voorwaarden voor het experiment voor de erkenning van

Nadere informatie

College Geneeskundige Specialismen

College Geneeskundige Specialismen College Geneeskundige Specialismen Besluit van 12 december 2018 houdende de wijziging van de volgende besluiten: Besluit profielen maatschappij en gezondheid van 11 november 2015; Besluit spoedeisende

Nadere informatie

Opleidingseisen voor het aandachtsgebied Ouderengeneeskunde binnen de Interne Geneeskunde

Opleidingseisen voor het aandachtsgebied Ouderengeneeskunde binnen de Interne Geneeskunde Opleidingseisen voor het aandachtsgebied Ouderengeneeskunde binnen de Interne Geneeskunde 1. Definitie van het aandachtsgebied Het aandachtsgebied Ouderengeneeskunde is het onderdeel van de Interne Geneeskunde

Nadere informatie

Besluit van 14 maart 2018 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het geneeskundig specialisme maatschappij en gezondheid 1

Besluit van 14 maart 2018 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het geneeskundig specialisme maatschappij en gezondheid 1 Besluit van 14 maart 2018 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het geneeskundig specialisme maatschappij en gezondheid 1 (Besluit maatschappij en gezondheid) Het College Geneeskundige Specialismen,

Nadere informatie

Besluit van 21 november 2018 houdende de aanvullende opleidingsen erkenningseisen voor het medisch specialisme plastische chirurgie

Besluit van 21 november 2018 houdende de aanvullende opleidingsen erkenningseisen voor het medisch specialisme plastische chirurgie Besluit van 21 november 2018 houdende de aanvullende opleidingsen erkenningseisen voor het medisch specialisme plastische chirurgie (Besluit plastische chirurgie) Het College Geneeskundige Specialismen,

Nadere informatie

College Geneeskundige Specialismen

College Geneeskundige Specialismen KONINKLIJKE NEDERLANDSCHE MAATSCHAPPIJ TOT BEVORDERING DER GENEESKUNST College Geneeskundige Specialismen Besluit van 22 december 2014 houdende de wijziging van de volgende besluiten: Kaderbesluit CHVG

Nadere informatie

Workshop. Wat u moet weten over het nieuwe opleidingsplan! Yves Smets Hanne de Vries Jacqueline de Graaf 1

Workshop. Wat u moet weten over het nieuwe opleidingsplan! Yves Smets Hanne de Vries Jacqueline de Graaf 1 Workshop Wat u moet weten over het nieuwe opleidingsplan! Yves Smets Hanne de Vries Jacqueline de Graaf 1 Waarom een nieuw opleidingsplan? De opleiding voor de internist van de toekomst Strategische visie

Nadere informatie

Landelijk opleidingsplan Interne geneeskunde 2019

Landelijk opleidingsplan Interne geneeskunde 2019 Keuzestages Deel 2: Nederlandse Internisten Vereniging Inhoud Keuzestages 3 ACUTE GENEESKUNDE 4 ALLERGOLOGIE EN KLINISCHE IMMUNOLOGIE 5 BLOEDTRANSFUSIEGENEESKUNDE 6 CARDIOLOGIE 7 ENDOCRINOLOGIE 8 ERFELIJKE

Nadere informatie

Erkenningsaanvraag HERNIEUWDE ERKENNING

Erkenningsaanvraag HERNIEUWDE ERKENNING EISEN TE STELLEN AAN DE OPLEIDER, PLAATSVERVANGEND OPLEIDER, OPLEIDINGSGROEP EN OPLEIDINGSINRICHTING (In te vullen door de (beoogd) opleider, plaatsvervangend opleider en Raad van Bestuur/Directie.) Toelichting:

Nadere informatie

College voor Huisartsgeneeskunde, Verpleeghuisgeneeskunde en medische zorg voor verstandelijk gehandicapten

College voor Huisartsgeneeskunde, Verpleeghuisgeneeskunde en medische zorg voor verstandelijk gehandicapten KONINKLIJKE NEDERLANDSCHE MAATSCHAPPIJ TOT BEVORDERING DER GENEESKUNST College voor Huisartsgeneeskunde, Verpleeghuisgeneeskunde en medische zorg voor verstandelijk gehandicapten Besluit van 21 augustus

Nadere informatie

Centraal College Medische Specialismen

Centraal College Medische Specialismen KONINKLIJKE NEDERLANDSCHE MAATSCHAPPIJ TOT BEVORDERING DER GENEESKUNST Centraal College Medische Specialismen Besluit van 14 december 2009 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme

Nadere informatie

College voor Huisartsgeneeskunde, Verpleeghuisgeneeskunde en medische zorg voor verstandelijk gehandicapten

College voor Huisartsgeneeskunde, Verpleeghuisgeneeskunde en medische zorg voor verstandelijk gehandicapten KONINKLIJKE NEDERLANDSCHE MAATSCHAPPIJ TOT BEVORDERING DER GENEESKUNST College voor Huisartsgeneeskunde, Verpleeghuisgeneeskunde en medische zorg voor verstandelijk gehandicapten Besluit van 21 augustus

Nadere informatie

Titel: Interne Geneeskunde: van symptoom naar diagnose

Titel: Interne Geneeskunde: van symptoom naar diagnose Titel: Interne Geneeskunde: van symptoom naar diagnose ONDERTITEL: Iedere dokter die deze minor niet volgt, heeft daar een leven lang spijt van. Wie wel deelneemt is een leven lang comfortabel. Interne

Nadere informatie

Besluit van 13 september 2017 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het geneeskundig specialisme verzekeringsgeneeskunde

Besluit van 13 september 2017 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het geneeskundig specialisme verzekeringsgeneeskunde Besluit van 13 september 2017 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het geneeskundig specialisme verzekeringsgeneeskunde (Besluit verzekeringsgeneeskunde) Het College Geneeskundige Specialismen,

Nadere informatie

Coordinatie--erkenningscriteria--geneesheren-specialisten--Klinische-hematologie--BIJZONDERE-CRITERIA--MB-18-10- 2002.doc

Coordinatie--erkenningscriteria--geneesheren-specialisten--Klinische-hematologie--BIJZONDERE-CRITERIA--MB-18-10- 2002.doc 18 OKTOBER 2002. - Ministerieel besluit tot vaststelling van de bijzondere criteria voor de erkenning van geneesheren-specialisten, houders van de bijzondere beroepstitel in de klinische hematologie, alsmede

Nadere informatie

Besluit van 21 augustus 2018 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme dermatologie en venerologie

Besluit van 21 augustus 2018 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme dermatologie en venerologie Besluit van 21 augustus 2018 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme dermatologie en venerologie (Besluit dermatologie en venerologie) Het College Geneeskundige Specialismen,

Nadere informatie

CCMS no Opleidingseisen keel-neus-oorheelkunde

CCMS no Opleidingseisen keel-neus-oorheelkunde KNMG CCMS no. 3-2003 Opleidingseisen keel-neus-oorheelkunde Besluit CCMS no. 3-2003 Besluit van 14 april 2003 houdende opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme keel-neus-oorheelkunde

Nadere informatie

Hoofdstuk B De opleiding. B.1. Duur De duur van de opleiding bedraagt zes jaar.

Hoofdstuk B De opleiding. B.1. Duur De duur van de opleiding bedraagt zes jaar. KNMG Besluit neurologie Besluit van 10 mei 2004 houdende opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme neurologie Het Centraal College Medische Specialismen, Gelet op artikel 14, tweede lid,

Nadere informatie

College voor Huisartsgeneeskunde, Verpleeghuisgeneeskunde en medische zorg voor verstandelijk gehandicapten

College voor Huisartsgeneeskunde, Verpleeghuisgeneeskunde en medische zorg voor verstandelijk gehandicapten KONINKLIJKE NEDERLANDSCHE MAATSCHAPPIJ TOT BEVORDERING DER GENEESKUNST College voor Huisartsgeneeskunde, Verpleeghuisgeneeskunde en medische zorg voor verstandelijk gehandicapten Besluit van 21 augustus

Nadere informatie

Opleidingseisen voor de differentiatie Ouderengeneeskunde binnen de Interne Geneeskunde

Opleidingseisen voor de differentiatie Ouderengeneeskunde binnen de Interne Geneeskunde Opleidingseisen voor de differentiatie Ouderengeneeskunde binnen de Interne Geneeskunde 1. Definitie van de differentiatie De differentiatie Ouderengeneeskunde is het onderdeel van de Interne Geneeskunde

Nadere informatie

Centraal College Medische Specialismen

Centraal College Medische Specialismen KONINKLIJKE NEDERLANDSCHE MAATSCHAPPIJ TOT BEVORDERING DER GENEESKUNST Centraal College Medische Specialismen Besluit van 12 april 2010 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme

Nadere informatie

De meervoudigedifferentiant, de algemeen internist anno Thijs ten Doesschate, voorzitter JNIV 7e middagsymposiumseniorledenniv

De meervoudigedifferentiant, de algemeen internist anno Thijs ten Doesschate, voorzitter JNIV 7e middagsymposiumseniorledenniv De meervoudigedifferentiant, de algemeen internist anno 2017 Thijs ten Doesschate, voorzitter JNIV 7e middagsymposiumseniorledenniv 14-06-2017 Het begin van de algemene interne geneeskunde 1931: bijeenkomst

Nadere informatie

Centraal College Medische Specialismen

Centraal College Medische Specialismen KONINKLIJKE NEDERLANDSCHE MAATSCHAPPIJ TOT BEVORDERING DER GENEESKUNST Centraal College Medische Specialismen Besluit van 14 december 2009 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme

Nadere informatie

De anesthesioloog en de snijdend specialist zijn tezamen verantwoordelijk voor de preoperatieve zorg.

De anesthesioloog en de snijdend specialist zijn tezamen verantwoordelijk voor de preoperatieve zorg. ANESTHESIOLOGISCHE ZORGVERLENING (2004) PREOPERATIEVE ZORG De anesthesioloog en de snijdend specialist zijn tezamen verantwoordelijk voor de preoperatieve zorg. Doel Het doel van het anesthesiologische

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds In het derde lid wordt bijlage 3 vervangen door: bijlage 4.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds In het derde lid wordt bijlage 3 vervangen door: bijlage 4. STAATSCOURANT Nr. Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. 11230 23 juli 2009 Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 14 juli 2009, nr. MEVA/NBO-2937264,

Nadere informatie

Centraal College Medische Specialismen

Centraal College Medische Specialismen KONINKLIJKE NEDERLANDSCHE MAATSCHAPPIJ TOT BEVORDERING DER GENEESKUNST Centraal College Medische Specialismen Besluit van 12 april 2010 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme

Nadere informatie

ACUTE ZORG SIONSBERG 2.0 ACUTE ZORG SIONSBERG 2.0. Wie sturen de patiënten: ACUTE ZORG SIONSBERG 2.0. Opvang basis acute zorg: Ons Streven:

ACUTE ZORG SIONSBERG 2.0 ACUTE ZORG SIONSBERG 2.0. Wie sturen de patiënten: ACUTE ZORG SIONSBERG 2.0. Opvang basis acute zorg: Ons Streven: Ons Streven: Kwalitatief goede en veilige zorg Dichtbij en makkelijk toegankelijk Duurzaam en tegen lagere kosten 24/7 beschikbaar, dan ook Dokterswacht bestaansrecht! Wie sturen de patiënten: Huisartsen

Nadere informatie

het specialismenlandschap verandert mee.

het specialismenlandschap verandert mee. Het zorglandschap verandert, het specialismenlandschap verandert mee. Het zorglandschap verandert, Uitgangspunten van het CGS voor een adaptief landschap van specialismen en profielen in de context van

Nadere informatie

zorgaanbieders die geneeskundige zorg aanbieders zoals psychiaters of psychotherapeuten die bieden.

zorgaanbieders die geneeskundige zorg aanbieders zoals psychiaters of psychotherapeuten die bieden. NADERE REGEL Regeling verplichte publicatie wachttijden somatische zorg Gelet op artikel 38 lid 4 juncto 7 van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) de volgende

Nadere informatie

24-6-2015. Opbouw van de opleiding tot internist. Landelijke opleidingsplan Interne Geneeskunde 2011

24-6-2015. Opbouw van de opleiding tot internist. Landelijke opleidingsplan Interne Geneeskunde 2011 Opbouw van de opleiding tot internist Landelijk opleidingsplan regionaal opleiden Waar leg je wat vast? Prof. Dr. Jacqueline de Graaf, internist Opleider Interne Geneeskunde Opleidingsdirecteur Vervolgopleidingen

Nadere informatie

Concept Beleidsreglement opleiding klinische geriatrie September 2007

Concept Beleidsreglement opleiding klinische geriatrie September 2007 Concept Beleidsreglement opleiding klinische geriatrie September 2007 Status van het reglement In aanvulling op het Kaderbesluit (KB) en het Besluit Klinische Geriatrie (BKG) van de CCMS worden beleidsregels

Nadere informatie

Coordinatie--erkenningscriteria--geneesheren-specialisten--gynecologie-verloskunde--bijzondere-criteria--MB doc

Coordinatie--erkenningscriteria--geneesheren-specialisten--gynecologie-verloskunde--bijzondere-criteria--MB doc 15 SEPTEMBER 1979. _ Ministerieel besluit tot vaststelling van de bijzondere criteria voor de erkenning van geneesheren-specialisten, stagemeesters en stagediensten voor de specialiteit van gynecologie-verloskunde.

Nadere informatie

Erkenningsaanvraag HERNIEUWDE ERKENNING

Erkenningsaanvraag HERNIEUWDE ERKENNING EISEN TE STELLEN AAN DE OPLEIDER, PLAATSVERVANGEND OPLEIDER, OPLEIDINGSGROEP EN OPLEIDINGSINRICHTING (In te vullen door de (beoogd) opleider, plaatsvervangend opleider en Raad van Bestuur/Directie.) Toelichting:

Nadere informatie

Gelet op de voorstellen van de Hoge Raad van geneesheren-specialisten en van huisartsen;

Gelet op de voorstellen van de Hoge Raad van geneesheren-specialisten en van huisartsen; Ministerieel besluit tot vaststelling van de bijzondere criteria voor de erkenning van geneesheren-specialisten, stagemeesters en stagediensten voor de specialiteit van kindergeneeskunde, gewijzigd bij

Nadere informatie

Basisarts, en dan. Mastering your future 24 oktober 2015 Victor Slenter, arts M&G

Basisarts, en dan. Mastering your future 24 oktober 2015 Victor Slenter, arts M&G Basisarts, en dan. Mastering your future 24 oktober 2015 Victor Slenter, arts M&G 1 Disclosure Sinds 2013 lid Dagelijks Bestuur Registratiecommissie Geneeskundig Specialisten 2 Inhoud presentatie Wat doet

Nadere informatie

4 jaar opleiding Longziekten en Tuberculose

4 jaar opleiding Longziekten en Tuberculose Overzicht opleiding Longziekten en Tuberculose Vooropleiding Interne Geneeskunde, inclusief cardiologie zijn hierin niet opgenomen stages 3 1 4 opleiding Longziekten en Tuberculose 4 5 6 zaalstage zaalstage

Nadere informatie

Bijlage 9. Toelichting op tabel indeling DKG s

Bijlage 9. Toelichting op tabel indeling DKG s Toelichting op tabel indeling DKG s Bijlage 9 Indeling in ndxg 173,174 en 176 is gebaseerd op de in de tabel genoemde DBC-behandelcodes. Indeling in ndxg 175 is gebaseerd op in de tabel genoemde DBC-diagnosecodes

Nadere informatie

B. Criteria voor erkenning van de stagemeesters

B. Criteria voor erkenning van de stagemeesters 18 JULI 1979. - Ministerieel besluit tot vaststelling van de bijzondere criteria voor de erkenning van geneesheren-specialisten, stagemeesters en stagediensten voor de specialiteiten van heelkunde, neurochirurgie,

Nadere informatie

Centraal College Medische Specialismen

Centraal College Medische Specialismen KONINKLIJKE NEDERLANDSCHE MAATSCHAPPIJ TOT BEVORDERING DER GENEESKUNST Centraal College Medische Specialismen Besluit van 14 juni 2004 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme

Nadere informatie

Landelijk opleidingsplan Interne geneeskunde 2019

Landelijk opleidingsplan Interne geneeskunde 2019 Consultenstage Deel 2: Nederlandse Internisten Vereniging Inhoud Consultenstage 3 Aanleiding 3 Begripsbepaling van de consultenstage 3 Leermiddelen 4 Eisen te stellen aan supervisie 4 Eisen te stellen

Nadere informatie

Opleidingseisen voor het aandachtsgebied Ouderengeneeskunde binnen de Interne Geneeskunde

Opleidingseisen voor het aandachtsgebied Ouderengeneeskunde binnen de Interne Geneeskunde Opleidingseisen voor het aandachtsgebied Ouderengeneeskunde binnen de Interne Geneeskunde 1. Definitie van het aandachtsgebied Het aandachtsgebied Ouderengeneeskunde is het onderdeel van de Interne Geneeskunde

Nadere informatie

College voor Huisartsgeneeskunde, Verpleeghuisgeneeskunde en medische zorg voor verstandelijk gehandicapten

College voor Huisartsgeneeskunde, Verpleeghuisgeneeskunde en medische zorg voor verstandelijk gehandicapten KONINKLIJKE NEDERLNDSCHE MTSCHPPIJ TOT EVORDERING DER GENEESKUNST College voor Huisartsgeneeskunde, Verpleeghuisgeneeskunde en medische zorg voor verstandelijk gehandicapten esluit van 16 februari 2006

Nadere informatie

Differentiatie - Endocrinologie

Differentiatie - Endocrinologie Differentiatie - Endocrinologie Afdeling en patiënten Op de poliklinieken endocrinologie, endocriene oncologie en diabetologie zijn circa 1100 patiëntencontacten per maand. Per maand worden er rond de

Nadere informatie

Differentiatie - Ouderengeneeskunde

Differentiatie - Ouderengeneeskunde Differentiatie - Ouderengeneeskunde Dit is de afdeling, dit zijn de patiënten De differentiatie Ouderengeneeskunde is het onderdeel van de Interne Geneeskunde dat zich bezig houdt met de etiologie, preventie,

Nadere informatie

Hoofdstuk I. Inwendige geneeskunde

Hoofdstuk I. Inwendige geneeskunde 9 MAART 1979. - Ministerieel besluit tot vaststelling van de bijzondere criteria voor de erkenning van geneesheren-specialisten, stagemeesters en stagediensten voor de specialiteiten van inwendige geneeskunde,

Nadere informatie

BS Gewijzigd door: MB (BS ) HOOFDSTUK 1. - Algemene bepalingen

BS Gewijzigd door: MB (BS ) HOOFDSTUK 1. - Algemene bepalingen 12 NOVEMBER 1993. - Ministerieel besluit tot vaststelling van de bijzondere criteria voor de erkenning van geneesheren - specialisten houders van de bijzondere beroepstitel in de URGENTIEGENEESKUNDE, alsook

Nadere informatie

Wijziging Subsidieregeling zorgopleidingen 1e tranche

Wijziging Subsidieregeling zorgopleidingen 1e tranche VWS Wijziging Subsidieregeling zorgopleidingen 1e tranche Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 14 juli 2008, nr. MEVA/NBO-2859135, houdende wijziging van de Subsidieregeling

Nadere informatie

Coordinatie--erkenningscriteria--geneesheren-specialisten--Heelkunde--BIJZONDERE-CRITERIA--MB doc

Coordinatie--erkenningscriteria--geneesheren-specialisten--Heelkunde--BIJZONDERE-CRITERIA--MB doc 12 DECEMBER 2002. - Ministerieel besluit tot vaststelling van de bijzondere criteria voor de erkenning van geneesheren-specialisten, stagemeesters en stagediensten voor de specialiteit heelkunde. BS 20/02/2003

Nadere informatie

OPLEIDINGSPLAN VOOR DE STAGE ZIEKENHUISPSYCHIATRIE ONZE LIEVE VROUWE GASTHUIS, AMSTERDAM

OPLEIDINGSPLAN VOOR DE STAGE ZIEKENHUISPSYCHIATRIE ONZE LIEVE VROUWE GASTHUIS, AMSTERDAM OPLEIDINGSPLAN VOOR DE STAGE ZIEKENHUISPSYCHIATRIE ONZE LIEVE VROUWE GASTHUIS, AMSTERDAM Versie 3.0 Auteurs: Jeroen Lijmer, psychiater en plaatsvervangend opleider Tjeerd van Benthem, psychiater en opleider

Nadere informatie

Statistieken. enquete-telefonische-opname-gesprek-arts-patient. Enquête telefonische opname gesprek arts en patiënt. Schoonderwoerd, Sandra

Statistieken. enquete-telefonische-opname-gesprek-arts-patient. Enquête telefonische opname gesprek arts en patiënt. Schoonderwoerd, Sandra Statistieken Naam formulier enquete-telefonische-opname-gesprek-arts-patient Titel formulier Enquête telefonische opname gesprek arts en patiënt Gebruiker Schoonderwoerd, Sandra Aantal vragen 20 Totaal

Nadere informatie

MES-6 / 2 14. Informatie voor en over Coassistenten

MES-6 / 2 14. Informatie voor en over Coassistenten MES-6 / 2 14 A6 A6 Informatie voor en over Coassistenten A5 A5 A4 A4 Informatie voor en over Coassistenten Medisch Spectrum Twente Medisch Spectrum Twente (MST) behoort tot de grootste niet-academische

Nadere informatie

Stage - Klinische immunologie

Stage - Klinische immunologie Stage - Klinische immunologie Keuzestage 4-8 maanden (i.c.m. bepaalde differentiaties) Dit is de afdeling, dit zijn de patiënten De afdeling Reumatologie & Klinische Immunologie van het UMC Utrecht is

Nadere informatie

Disclosure belangen spreker

Disclosure belangen spreker Disclosure belangen spreker (potentiële) belangenverstrengeling Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties met bedrijven Sponsoring of onderzoeksgeld Honorarium of andere (financiële) vergoeding Aandeelhouder

Nadere informatie

HOOFDSTUK I. Algemene bepalingen.

HOOFDSTUK I. Algemene bepalingen. 14 FEBRUARI 2005. Ministerieel besluit tot vaststelling van de bijzondere criteria voor de erkenning van geneesheren-specialisten houders van de bijzondere beroepstitel in de urgentiegeneeskunde, van geneesherenspecialisten

Nadere informatie

Coordinatie--erkenningscriteria--geneesheren-specialisten--Nucleaire-geneeskunde--BIJZONDERE-CRITERIA--MB doc

Coordinatie--erkenningscriteria--geneesheren-specialisten--Nucleaire-geneeskunde--BIJZONDERE-CRITERIA--MB doc 19 JULI 1996. - Ministerieel besluit tot vaststelling van de bijzondere criteria voor de erkenning van geneesheren-specialisten, stagemeesters en stagediensten voor de specialiteit van de nucleaire geneeskunde.

Nadere informatie

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Aanwijzing van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, van 1 7 OKJ. 2013, op grond van artikel 7 van de Wet marktordening gezondheidszorg, inzake

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Regeling verplichte publicatie wachttijden somatische zorg

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Regeling verplichte publicatie wachttijden somatische zorg STAATSCOURANT Nr. Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 234 2 66januari 2009 Regeling verplichte publicatie wachttijden somatische zorg 8 december 2008 Nr. CI/NR-100.084

Nadere informatie

Hoofdstuk II. zorgprogramma voor oncologische basiszorg

Hoofdstuk II. zorgprogramma voor oncologische basiszorg Simplificatie ontwerp KB oncologisch zorgprogramma: Hoofdstuk II. zorgprogramma voor oncologische basiszorg Afdeling 1. Doelgroep aard en inhoud Artikel 2 1 Elk ziekenhuis dient te beschikken over programma

Nadere informatie

1. Algemeen. De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, Gelet op artikel 3 van de Kaderwet VWS-subsidies; Besluit:

1. Algemeen. De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, Gelet op artikel 3 van de Kaderwet VWS-subsidies; Besluit: Doorlopende tekst Subsidieregeling zorgopleidingen 1e tranche (na doorvoering van de wijziging die is opgenomen in de Staatscourant 2010, nr. 13910 van 9 september 2010) De Minister van Volksgezondheid,

Nadere informatie

Raadgevend Comité voor Bio-ethiek

Raadgevend Comité voor Bio-ethiek Raadgevend Comité voor Bio-ethiek ACTIVITEITENVERSLAG VAN DE LOKALE COMMISSIES VOOR ETHIEK VOOR DE KALENDERJAREN 2002, 2003 EN DE PERIODE VAN 1/1 TOT 30/4/2004 INHOUD 1. Inleiding 2. Activiteitsgegevens

Nadere informatie

Samenvatting HOOP 2.0 Mario Braakman

Samenvatting HOOP 2.0 Mario Braakman Samenvatting HOOP 2.0 Mario Braakman Inleiding Het landelijke opleidingsplan psychiatrie (HOOP 2.0) is met ingang van 1 januari 2016 van kracht. Er is geen overgangsregeling. HOOP 2.0 is dus zowel van

Nadere informatie

Wachtlijsten Erasmus MC-Sophia

Wachtlijsten Erasmus MC-Sophia Wachtlijsten Erasmus MC-Sophia Deze wachttijden zijn bijgewerkt in Februari 2017. De wachttijden worden elke maand tussen de 1e en uiterlijk de 10e dag van de maand geactualiseerd. In het Erasmus MC vindt

Nadere informatie

Coordinatie--erkenningscriteria--geneesheren-specialisten--Inwendige - Pneumo - Gastro - Cardio - Reuma--BIJZONDERE- CRITERIA--MB

Coordinatie--erkenningscriteria--geneesheren-specialisten--Inwendige - Pneumo - Gastro - Cardio - Reuma--BIJZONDERE- CRITERIA--MB Ministerieel besluit van 9 maart 1979 tot vaststelling van de bijzondere criteria voor de erkenning van geneesheren-specialisten, stagemeesters en stagediensten voor de specialiteiten van inwendige geneeskunde,

Nadere informatie

Coordinatie--erkenningscriteria --geneesheren-specialisten--klinische-biologie--bijzondere-criteria --MB doc

Coordinatie--erkenningscriteria --geneesheren-specialisten--klinische-biologie--bijzondere-criteria --MB doc 15 SEPTEMBER 1979. _ Ministerieel besluit tot vaststelling van de bijzondere criteria voor de erkenning van geneesheren-specialisten, stagemeesters en stagediensten voor de specialiteit van klinische biologie.

Nadere informatie

Centraal College Medische Specialismen

Centraal College Medische Specialismen KONINKLIJKE NEDERLANDSCHE MAATSCHAPPIJ TOT BEVORDERING DER GENEESKUNST Centraal College Medische Specialismen Besluit van 12 april 2010 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme

Nadere informatie

Coordinatie--erkenningscriteria--geneesheren-specialisten--kindergeneeskunde--bijzondere-criteria--MB doc

Coordinatie--erkenningscriteria--geneesheren-specialisten--kindergeneeskunde--bijzondere-criteria--MB doc 15 SEPTEMBER 1979. - Ministerieel besluit tot vaststelling van de bijzondere criteria voor de erkenning van geneesheren-specialisten, stagemeesters en stagediensten voor de specialiteit van kindergeneeskunde.

Nadere informatie

Informatiebrief Dedicated Schakeljaar Oncologie

Informatiebrief Dedicated Schakeljaar Oncologie Informatiebrief Dedicated Schakeljaar Oncologie 1. Inleiding Het Schakeljaar vormt de verbinding tussen de studie Geneeskunde en de medische vervolgopleidingen. De student leert om te functioneren op het

Nadere informatie

HOOFDSTUK I. - Criteria voor de opleiding en erkenning van de geneesheren-specialisten in de fysische geneeskunde en revalidatie

HOOFDSTUK I. - Criteria voor de opleiding en erkenning van de geneesheren-specialisten in de fysische geneeskunde en revalidatie VAS, afdeling Antwerpen 1 20 OKTOBER 2004. - Ministerieel besluit tot vaststelling van de bijzondere criteria voor de erkenning van geneesheren-specialisten, stagemeesters en stagediensten voor de specialiteit

Nadere informatie

Centraal College Medische Specialismen

Centraal College Medische Specialismen KONINKLIJKE NEDERLANDSCHE MAATSCHAPPIJ TOT BEVORDERING DER GENEESKUNST Centraal College Medische Specialismen Besluit van 12 april 2010 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme

Nadere informatie

Coordinatie--erkenningscriteria--geneesheren-specialisten--Intensieve-zorg--BIJZONDERE-CRITERIA--MB doc

Coordinatie--erkenningscriteria--geneesheren-specialisten--Intensieve-zorg--BIJZONDERE-CRITERIA--MB doc 5 OKTOBER 1995. - Ministerieel besluit tot vaststelling van de bijzondere erkenningscriteria voor de geneesheren-specialisten houders van de bijzondere beroepstitel in de intensieve zorg, alsook van de

Nadere informatie