Werkwoordspelling - Taalfontein groep 8 (deel 1)

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Werkwoordspelling - Taalfontein groep 8 (deel 1)"

Transcriptie

1 Extra oefenen werkwoordspelling Taalfontein week 1 1 Ben je voor de overmacht (zwichten)? 2 De vijanden (trachten v.t.) een omtrekkende beweging te maken. 3 (Bellen t.t.) je broer bij de dokter? 4 Fabrikanten (besteden t.t.) veel geld aan reclame. 5 De artsen (beschikken v.t.) nog niet over een complete diagnose. 1 Hij (zweven t.t.) tussen hoop en vrees. 2 De meester (biedt v.t.) armoede als nieuw onderwerp voor een klassengesprek aan. 3 De vorig jaar (inkorten) knotwilgen lopen nu al weer uit. 4 Al gauw (mengen v.t.) veel leerlingen zich in het klassengesprek. 5 We (praten v.t.) toen alleen nog meer over de oorzaak van de aardbeving. 1 Toen mijn broer geslaagd was, heeft hij (juichen) van vreugde. 2 Kort (herhalen v.t.) hij wat vorige week gezegd was. 3 Als je het antwoord (raden t.t.), ben je een knappe jongen. 4 Dat (dulden t.t.) mijn ouders ook niet. 5 Jan (twijfelen t.t.) aan de betrouwbaarheid van de test. 1 Wij keken naar de (stranden) schepen. 2 Het schaap (blaten t.t.) in de stal. 3 Heel vaak (mislukken v.t.) de oogst in veel landen door langdurige droogte. 4 Wees nou voorzichtig, straks (branden t.t.) je je vingers nog. 5 Hij (hechten v.t.) er veel waarde aan dat zoveel mogelijk mensen meedoen. 1 Ik vind het fijn dat je je verjaardagsfeestje op tijd (meedelen t.t.). 2 Nienke (vinden v.t.) het goed nog een keer over dat onderwerp te praten. 3 De hond had eerst alles (besnuffelen) en ging toen liggen. 4 Mijn berichten (verzenden t.t.) ik bij voorkeur per . 5 Hoe (vinden t.t.) jullie het nieuwe leesboek?

2 Extra oefenen werkwoordspelling Taalfontein week 2 1 Veel leerlingen (genieten v.t.) van het schoolreisje. 2 Ik geloof dat u uw dochter (verwennen t.t.), mevrouw. 3 (Kopen t.t.) jij morgen of overmorgen het verse fruit? 4 Het volk (haten v.t.) de trouweloze vorst. 5 Enige jaren geleden zijn mijn ouders naar Groningen (verhuizen) 1 (Praten t.t.) jullie wel eens door de klas? 2 De kapitein bepaalde nauwkeurig de plaats waar het schip zich (bevinden v.t.) 3 Wim schijnt niet te begrijpen dat hij zichzelf (benadelen t.t.) 4 Als ik (uitglijden t.t.) is het jouw schuld. 5 Wie van jullie (vermoeden t.t.) welke oorzaken er nog meer kunnen zijn? 1 Is het waar, dat Leo zijn foto s zelf (ontwikkelen t.t.)? 2 Wouter, een pientere jongen, zei: ongelijke beloning (leiden t.t.) tot onvrede. 3 Tijdens de laatste storm werd het (stranden) schip uit elkaar geslagen. 4 Mijn zusje is weer helemaal (herstellen) van haar ziekte. 5 Hij schreeuwde hard, maar geen mens (verstaan v.t.) hem. 1 Ik (aarden t.t.) naar mijn vader. 2 Vroeger (buiten v.t.) de rijken de armen uit, zo bracht Henk naar voren. 3 (drijven t.t.) je broer op een vlot? 4 (wrijven t.t.) Els de vloer? 5 (Hebben v.t.) jij geen geld om te betalen? 1 Wie (rijden t.t.) er in de auto? 2 Vader heeft Teun (prijzen) om zijn dapperheid. 3 Thea (ballen t.t.) tegen de muur. 4 Ik (arbeiden t.t.) graag op het land. 5 Jij (verliezen t.t.) er vijf.

3 Extra oefenen werkwoordspelling Taalfontein week 3 1 Piet (kaften t.t.) zijn boeken met kaftpapier? 2 Ik (rijden t.t.) op mijn fiets. 3 (wachten t.t.) jullie al twee uur op Jan? 4 Teun (klikken t.t.) tegen de meester. 5 De haven (verzanden v.t.) tenslotte helemaal. 1 (klikken t.t.) je broer alleen maar? 2 De tuinman (harken t.t.) de bladeren bijeen. 3 De koster (luiden t.t.) de torenklok. 4 Wat (hebben v.t.) die jongens gisteren genoten. 5 (vluchten t.t.) jullie voor de ringslang? 1 Wie (gluren t.t.) door het venster. 2 Waarom (haten v.t.) die man zijn buurman? 3 Oom Karel (rijden t.t.) op een motor. 4 Wij zijn in de bossen (verdwalen). 5 De kinderen (bezoeken v.t.) hun zieke klasgenootje. 1 Wij (kleden t.t.) ons altijd vlug aan. 2 (gluren v.t.) je kleine zusje door de brievenbus? 3 Ik (baden v.t.) altijd in het bosmeertje. 4 Wie (sluipen t.t.) het schuurtje daar binnen? 5 Wie (vergoeden t.t.) de schade? 1 Het vliegtuig (landen v.t.) tijdens de storm op het strand. 2 Van wie (houden v.t.) hield je oma het meest? 3 De oproerlingen (verschansen v.t.) zich achter de barricade. 4 Het schip (stevenen t.t.) de haven uit. 5 Op dit moment (lijden t.t.) de vogels geen gebrek.

4 Extra oefenen werkwoordspelling Taalfontein week 4 1 (branden t.t.) hij zich aan de kachel? 2 (bellen v.t.) je broer de brandweer? 3 Opstandige boeren hebben de stad (plunderen). 4 (luiden t.t.) de klokken ook als er brand is? 5 Foei Karel, je (slurpen) je koffie op! 1 Waarom (houden v.t.) je gisteren zo vroeg op met werken? 2 Morgen (planten t.t.) we een rozenstruik in de tuin. 3 Die jongen (praten v.t.) net zijn mond weer voorbij. 4 (Halen t.t.) je vader zijn sigaren bij Jansen? 5 Lang fietsen (vermoeien t.t.) de zwakke jongen te veel. 1 De kip (broeden t.t) twaalf eieren uit. 2 Elke zaterdag wordt onze tuin (harken). 3 De schoorsteenveger (staan v.t.) op de nok van het dak. 4 Hij (azen t.t.) op het goed van een ander. 5 Oom Folkert (rooien t.t.) de appelboom. 1 René (houden t.t.) veel van kersen. 2 Ik (houden t.t.) meer van kanoën op een snelstromende rivier. 3 (Ballen t.t.) je zusje nog wel eens? 4 Kleine zus (branden v.t.) zich gisteren lelijk aan de kachel. 5 Heb je al spinazie (zaaien)? 1 Wie (hebben v.t.) dat nu toch gedacht? 2 De wind (suizen v.t.) door de bomen. 3 Hij (haasten t.t.) zich om op tijd te komen. 4 (Malen v.t.) de molenaar tarwe of rogge? 5 (snijden t.t.) Arjan zijn naam in de boom?

5 Extra oefenen werkwoordspelling Taalfontein week 5 1 Jongens, wat (rennen v.t.) jullie vanmorgen weer hard. 2 De automobilist (vergoeden v.t.) de schade. 3 Het (interesseren t.t.) mij niet wie de eerste prijs heeft. 4 Ik (verwonden) me aan het scherpe puntdraad. 5 Hendriks (laden t.t.) de kruiwagen vol zand. 1 Toen ik het bos inliep, (kraken v.t.) de droge takken onder mijn voeten. 2 Wij (verblijden v.t.) ons allemaal in zijn herstel. 3 Mijn oom (zoeken t.t.) elk jaar kievitseieren. 4 Elke zaterdagavond (winden t.t.) ik de klok op. 5 Het vliegtuig (landen t.t.) op het weiland. 1 (Zuigen t.t.) je broer altijd op zijn vingers? 2 (Slachten t.t.) jullie het konijn, dat op de tentoonstelling bekroond is? 3 Vader (verbieden v.t.) hem nog zo op het ijs te komen. 4 De meester (vermanen v.t.) hem om zijn brutaliteit. 5 Elke zaterdag wordt onze tuin (harken). 1 Hij (antwoorden v.t.) netjes met twee woorden. 2 De jongens (kruipen v.t.) door de heg. 3 Alles (getuigen t.t.) tegen hem. 4 Waarom heb je ons gisteren niet (groeten)? 5 Ik (beduiden t.t.) hem dat hij moet komen. 1 Barend heeft nooit zure haring (lusten). 2 (Herinneren t.t.) u zich mijn vader nog? 3 Ik (vinden t.t.) deze helemaal niet zo belachelijk. 4 Waarom (lanterfanten t.t.) jullie de hele dag? 5 Vader (betalen v.t.) zijn knechten aan het eind van de week.

6 Extra oefenen werkwoordspelling Taalfontein week 6 1 Ik (verbreiden t.t.) dat nieuws niet verder. 2 Je (gehoorzamen t.t.) je ouders toch onmiddellijk? 3 Jullie (spellen v.t.) het woord chauffeur goed. 4 De werkster heeft de gang (schrobben). 5 De buurman (wenden v.t.) zich tot de politie. 1 De jager (laden t.t.) zijn geweer. 2 (Spelen v.t.) je gisteren met je neefje Hans? 3 Wat (hebben v.t.) die jongen genoten? 4 Het is al laat, daarom (spoeden t.t.) ik mij naar huis. 5 Een afgesneden bloem (verwelken t.t.) spoedig. 1 Heb je het drankje goed (schudden)? 2 Waarom (vleien t.t.) hij zijn vriendje? 3 Wie (kuchen v.t.) daar? 4 De soldaten (doden t.t.) veel oproerlingen. 5 De kinderen (bezoeken v.t.) hun zieke klasgenootje. 1 Het bloed (gutsen v.t.) uit de wond. 2 (wagen t.t.) je vriendje nog een laatste kans? 3 Hoe komt het dat de riviermond (verzanden t.t.)? 4 (Hoesten v.t.) jullie toen ook al? 5 In de vakantie hebben we elke dag (baden). 1 Wij (lusten t.t.) graag pruimen. 2 Ik (strijden t.t.) al jaren voor het goede doel. 3 Het bedroefde kind (klagen t.t.) moeder zijn nood. 4 Jan (pochen v.t.) over zijn goede cijfers. 5 De haven (verzanden v.t.) tenslotte helemaal.

7 Extra oefenen werkwoordspelling Taalfontein week 7 1 Je broertje (kruipen t.t.) door de box. 2 Van wie (houden v.t.) je grootmoeder het meest? 3 Het (vriezen t.t.) tien graden. 4 (Hoeden t.t.) de herder zijn schapen? 5 Waarom (haten v.t.) die man zijn buurman? 1 Moeder zegt dat ik naar grootvader (aarden t.t.) 2 De inboorlingen waren eigenaardig (kleden). 3 Zij (praten t.t.) veel maar werken weinig. 4 Zij (wassen t.t.) het hondje dat ze net gekregen heeft. 5 De vijand (eisen v.t.) de overgave van de vesting. 1 Peter (rijden t.t.) trots op zijn nieuwe fiets rond. 2 De vliegmachine (landen v.t.) op het strand. 3 De visser (sturen v.t.) het bootje in de veilige haven. 4 De (slachten) koe woog duizend pond. 5 Waar (tobben t.t.) Els toch zo over? 1 Waarom (kopen v.t.) je die oude auto? 2 De meid (schrobben t.t.) het stoepje. 3 Waarom heb je onze brief niet (beantwoorden)? 4 (Twisten t.t.) jullie wel eens met Henk? 5 (hebben) u ook zo n slaap? 1 Donkere wolken (ijlen t.t.) door de lucht. 2 Gisteren (zaaien v.t.) de boer het graan. 3 Die jongen (praten v.t.) zijn mond weer voorbij. 4 Ik (volharden t.t.) bij mijn besluit. 5 Dat (doen v.t.) ik voor de aardigheid.

8 Extra oefenen werkwoordspelling Taalfontein week 8 1 Vlokken schuim (kleven v.t.) in mijn haren. 2 Waarom (luiden t.t.) de klokken toch zo? 3 Wat (doen v.t.) je broer daar zo lang? 4 Wie (poetsen v.t.) gisteren je schoenen? 5 s Zaterdagsmiddags (wieden t.t.) ik mijn tuintje. 1 De dokter (verbinden t.t.) de snijwond. 2 Vader heeft ons het roken (verbieden). 3 (Herinneren t.t.) Kees zich niet wat hij beloofd heeft? 4 De hond (wennen v.t.) spoedig aan de nieuwe eigenaar. 5 Als ik jarig ben, (noden t.t.) ik al mijn vriendjes op mijn feest. 1 De knechten (eggen v.t.) het land. 2 De juf (herhalen t.t.) de zin nog één keer. 3 De veearts (muilbanden t.t.) de gewonde hond. 4 (Hebben v.t.) jij de brieven al gepost? 5 Veel kinderen (spellen t.t.) het woord methode fout. 1 (Ontfermen t.t.) je vader zich over dat verdwaalde hondje? 2 Volgend jaar (arbeiden t.t.) ik alleen nog binnenshuis. 3 Daarmee (schaden v.t.) hij zijn gezondheid. 4 Gisteravond (scheren v.t.) de zwaluwen over het water. 5 De bakker (kneden t.t.) het deeg. 1 (Arbeiden t.t.) jullie ook graag in de buitenlucht? 2 Heb je alle getallen (vermenigvuldigen)? 3 De rechter (vonnissen v.t.) de inbreker zwaar. 4 Harry (klappertanden t.t.) van de kou. 5 Wie (breien t.t.) Noorse handschoenen?

9 Extra oefenen werkwoordspelling Taalfontein week 9 1 Hoe (heten v.t.) dat kleine ventje toch? 2 (Worden t.t.) Kees soldaat? 3 Wie (vlechten t.t.) die mooie bloemenkrans? 4 De vader (belonen v.t.) de moedige redder van zijn kind. 5 Jankend (kruipen v.t.) de honden over de vloer. 1 Ik (scheiden t.t.) de vechtende honden. 2 Is het vliegtuig uit Londen al (landen)? 3 Waarmee (voeden t.t.) de bewoners van de Molukken zich? 4 Wie (winnen t.t.) de eerste prijs? 5 De hovelingen (vleien v.t.) de trotse vorst. 1 De pas ontslagen gevangene (plegen v.t.) alweer diefstal. 2 Mest (verspreiden t.t.) een onaangename geur. 3 Jij (herinneren v.t.) het je toch nog wel? 4 Ik (trachten t.t.) voor donker de stad te bereiken. 5 Jarenlang heeft de moeder op haar zoon (wachten). 1 Verleden week (bezoeken v.t.) Els haar oma. 2 Wij (punten t.t.) altijd zelf onze potloden. 3 Wie (ontfermen t.t.) zich over dat arme kind? 4 Jongen, wat heb je je schoenen netjes (poetsen). 5 De inbrekers (smeden t.t.) snode plannen. 1 Waarom (ontmoeten t.t.) ijsberen nooit pinguïns? 2 (Kennen v.t.) hij zijn lesje goed? 3 Ik (dulden t.t.) dat treuzelen niet. 4 Jij (verblijden t.t.) je zeker al bij voorbaat? 5 De merel (fluiten v.t.) het hoogste lied.

10 Extra oefenen werkwoordspelling Taalfontein week 10 1 De jagers (jagen v.t.) op grof wild. 2 (Doen v.t.) Jan ook mee met dat nare spelletje? 3 Peter heeft van blijdschap (dansen). 4 Vader (huren t.t.) een zomerhuisje in Zandvoort. 5 Ik (bieden t.t.) mijn excuses aan. 1 (Prijzen t.t.) de koopman zijn waren te hoog? 2 De haven (verzanden t.t.) helemaal. 3 Wij (laden t.t.) de vrachtauto met stenen. 4 (Hebben v.t.) jij dat van hem verwacht? 5 Dokter Bos (leggen v.t.) het eerste verband. 1 De inbrekers (smeden t.t.) snode plannen. 2 Een beetje verlegen zei Lydia: (worden t.t.) het geen tijd om naar huis te gaan? 3 Hij (verven t.t.) het roeibootje knalgeel. 4 Dat (vinden t.t.) ik een goed thema voor de laatste schoolweek. 5 Het kleine meisje (praten v.t.) zacht tegen haar pop. 1 Die opschepper heeft zijn hele leven al (pochen). 2 Wie (smeden t.t.) dat fraaie hek? 3 Piet (spelen t.t.) vandaag bij Hans. 4 Hoeveel (bieden v.t.) de handelaar er nog voor? 5 Wat (rammelen t.t.) dat oude autootje. 1 De oude man (verlangen t.t.) naar de komst van zijn kleinkinderen. 2 Wanneer heeft Ramses II (leven)? 3 De smid (smeden t.t.) het ijzer. 4 De auto s (botsen v.t.) tegen het trottoir. 5 Hoe lang (schaften t.t.) de werkmannen?

11 Extra oefenen werkwoordspelling Taalfontein week 11 1 Ik (haasten t.t.) me niet. 2 Vader (verbieden t.t.) ons op het ijs te komen. 3 (Roken t.t.) je broer ook al? 4 De werkmannen (storten t.t.) van de ladder. 5 Tijdens de storm (beuken v.t.) de golven de dijken. 1 (Verbouwen t.t.) hij zijn huis nu al weer? 2 (Worden v.t.) er schade aangericht? 3 (Vinden t.t.) je die kleding nu zo bespottelijk? 4 Iedereen (verfoeien v.t.) die slechte daad. 5 De brandweerman (spoeden v.t.) zich naar de brand. 1 Heb jij de tuin al (omspitten)? 2 (Hernieuwen t.t.) je vader het huurcontract? 3 Een voetbalwedstrijd (ontaarden t.t.) wel eens in een vechtpartij. 4 (Rijden t.t.) Kees en Jan met de auto naar hun werk? 5 Onze dokter (beweren v.t.) dat roken slecht is. 1 Men (beschouwen v.t.) hem als een knap musicus. 2 Ik (branden t.t.) van nieuwsgierigheid naar de uitslag van het examen. 3 Hij (erkennen t.t.) volmondig zijn onvoorzichtigheid. 4 (Vinden t.t.) jullie het ook niet? 5 Wij (spieden v.t.) voorzichtig door de struiken. 1 (Berekenen t.t.) die schoenmaker billijke prijzen? 2 Het diner (bestaan v.t.) uit vijf gerechten. 3 De kwaadaardige hond is (muilbanden). 4 Ik (vermoeden t.t.) dat hij de dader is. 5 Wij (verzenden t.t.) prachtige bloemen naar het buitenland.

12 Extra oefenen werkwoordspelling Taalfontein week 12 1 De leraar (gebieden v.t.) zijn leerlingen onmiddellijk te zwijgen. 2 (Bekommeren v.t.) hij zich niet om zijn werk? 3 De Engelsen (onthoofden v.t.) hun koning in Hij (beweren t.t) dat de zomervakantie verlengd wordt. 5 De schilder heeft de kelder al (witten). 1 (Baden t.t.) jullie je dikwijls? 2 Vroeger (bieden v.t.) dat tijdschrift de lezers veel leesplezier. 3 Vind je ook dat die verklaring niet (bevredigen t.t.)? 4 Ik (vinden t.t.) deze helemaal niet zo belachelijk. 5 Hij (arbeiden v.t.) bij Jansen op het land. 1 Hij (beloven t.t.) veel, maar doet weinig. 2 (Bekleden t.t.) hij nog steeds de functie van secretaris? 3 De mensen (beweren v.t.) dat de chauffeur onschuldig was. 4 Eerst wordt het deeg (kneden). 5 Ik (hebben v.t.) vorige week ook geen cent op zak. 1 Ik (houden t.t.) niet van tennissen. 2 Soms (hoeden v.t.) hij de schapen. 3 Wat hebben we weer lekker (eten). 4 Waarom (wachten v.t.) jullie niet op mij? 5 Als de voorraad (verminderen t.t.), verkleint men de porties. 1 Zoiets (geschieden t.t.) maar zelden. 2 Wie heeft die kranten hier (verspreiden)? 3 Wie (betalen v.t.) de consumpties? 4 s Morgens tegen negen uur (spoeden t.t.) ik mij naar school. 5 Als alles naar wens (verlopen t.t.), mag mijn moeder morgen naar huis.

13 Extra oefenen werkwoordspelling Taalfontein week 13 1 De chirurg (amputeren t.t.) het been van de gewonde soldaat. 2 Ik (branden t.t.) mijn vinger. 3 Els en Maartje (wagen t.t.) zich in het donker niet naar buiten. 4 De Noormannen (zeilen v.t.) nog voor Columbus naar Amerika. 5 Wij (lusten v.t.) die zware kost niet. 1 Dat had ik echt niet (vermoeden). 2 Wie (bellen t.t.) bij onze buurman aan? 3 Duizenden stofjes (dansen v.t.) in de zonnestralen. 4 Mijn broertje (lijden v.t.) aan astma. 5 (Lijden v.t.) je veel pijn? 1 Wat (bloeien t.t.) die amaryllis mooi! 2 Opa (planten v.t.) de boerenkool in de kippenren. 3 Wie (verbreiden t.t.) dat gerucht? 4 Wat heeft de slager de rollade lekker (kruiden). 5 (Vinden v.t.) jij het ook niet mooi? 1 De schapen (blaten t.t.) in de stal. 2 De wind (ruisen t.t.) in de toppen van de bomen. 3 Ik (baden t.t.) slechts zelden. 4 De benzinedampen (ontbranden v.t.) met een luide knal. 5 Rembrandt (toveren v.t.) met licht en schaduw. 1 Waarom (luiden v.t.) de klok zo lang? 2 Wie (vlechten v.t.) die mooie bloemenkrans? 3 De wolf (huilen t.t.) in het winterbos. 4 Men (gissen v.t.) naar de oorzaak van zijn dood. 5 Deze ouders (begrijpen t.t.) hun kinderen niet.

14 Extra oefenen werkwoordspelling Taalfontein week 14 1 Wie (wagen t.t.) het hem aan te raken? 2 De oude man (missen v.t.) zijn portemonnee direct. 3 Wij hebben ons over zijn terugkeer (verblijden). 4 Wij (baden t.t.) elke zomer in de zee. 5 De Rijn (monden t.t.) uit in de Noordzee. 1 Hij (schelden v.t.) jou toch ook niet uit? 2 Wij (schudden t.t.) de zakken uit. 3 Wat (hoesten v.t.) die meisjes toch weer. 4 Hij (kaatsen t.t.) de bal handig terug. 5 Ik (melden t.t.) me bij de portier. 1 De oude man (beven v.t.) van woede. 2 Meisje, wat heb je weer met pap (morsen). 3 Wie (vlechten v.t.) die mooie bloemenkrans? 4 Hij (schudden t.t.) die verhaaltjes uit zijn mouw. 5 Hij (zweven t.t.) tussen hoop en vrees. 1 De arbeiders (kruien v.t.) de stenen naar het schip. 2 Ik (vermoeden t.t.) dat hij vals speelt. 3 De jongen (twijfelen t.t.) als hij ziet hoe breed de sloot is. 4 (Aarden v.t.) het ventje naar zijn vader? 5 Moeder heeft de groente voor de baby (zeven). 1 Daar (lijden v.t.) mijn oom vroeger ook aan. 2 Wie (innen v.t.) vroeger de belasting? 3 De bedroefde vrouw (staren t.t.) urenlang voor zich uit. 4 Heb jij je schuld nu nog niet (betalen)? 5 De hond (geleiden t.t.) zijn blinde baas naar zijn werk.

15 Extra oefenen werkwoordspelling Taalfontein week 15 1 Na een hevig onweer (herademen t.t.) de natuur. 2 Tenslotte (zwichten v.t.) wij voor de verleiding. 3 De fietsenmaker (herstellen v.t.) mijn karretje. 4 Tot wie ik mij ook (wenden t.t.), niemand biedt hulp. 5 De rover (schudden t.t.) de arme reiziger helemaal uit. 1 Na de verbouwing (heropenen v.t.) mijn vader de winkel. 2 Ik (dulden v.t.) niet dat de jongens in de tuin kwamen. 3 (Herinneren t.t.) u zich onze vakantie aan het strand? 4 In de duisternis (spoeden t.t.) ik mij voort. 5 Wie (wieden t.t.) dat tuintje zo keurig? 1 Waarom (ontvoeren v.t.) men hem? 2 De zeemannen (branden t.t.) van verlangen naar hun vaderland. 3 De auto (rijden v.t.) het parkeerterrein af. 4 Dit schip (vervoeren t.t.) een lading stukgoederen. 5 Edward is door het ijs (zakken). 1 Jullie (praten v.t.) gisteren te veel tijdens de uitvoering. 2 Behendig (wenden t.t.) de schipper het roer. 3 (Verdienen t.t.) Jaap evenveel als jij? 4 Heeft Marjolein dat vest zelf (breien)? 5 Ik (laden t.t.) zijn wagen ook wel eens. 1 Ben je nu al wat (uitrusten)? 2 In welk werelddeel (ontvoeren t.t.) men dikwijls kinderen? 3 Ik (bieden t.t.) er nog geen euro voor. 4 Snel (wenden t.t.) de leerlingen het hoofd om. 5 Onze loodgieter (ontdooien v.t.) de waterleiding met behulp van elektriciteit.

16 Extra oefenen werkwoordspelling Taalfontein week 16 1 Als jij het niet toestaat, (wenden t.t.) ik me tot je vader. 2 (Horen v.t.) jullie wat hij riep? 3 Daan heeft weleens op een kameel (rijden). 4 Wat (verkopen t.t.) men in deze winkel? 5 Maar jullie (kleden v.t.) je gisteren pas om acht uur aan. 1 Moeder (braden t.t.) het vlees. 2 Ruwe suiker (zuiveren t.t.) men in raffinaderijen. 3 De dief (worden v.t.) op heterdaad betrapt. 4 Ik (verkleden t.t.) me als ik uitga. 5 Wie (herinneren v.t.) u eraan? 1 De voorzitter (heropenen v.t.) de vergadering. 2 Het (geschieden t.t.) niet vaak dat hij te laat komt. 3 Hij (verdienen t.t.) het zout in de pap nog niet. 4 Op onze vakantietochten (overnachten t.t.) we in jeugdherbergen. 5 Onze club (lijden v.t.) stellig de nederlaag. 1 De leiders van onze groep (fietsen v.t.) voorop. 2 Ik (wenden t.t.) me tot de directeur om inlichtingen. 3 De boer (laden t.t.) het hooi op de wagen. 4 Het (verbazen t.t.) me dat je tegen zijn voorstel bent. 5 Kain heeft zijn broer (haten). 1 De vrouwen (wieden t.t.) de akker. 2 Bij dat boerderijtje (waden t.t.) ik door de rivier. 3 (Menen t.t.) hij altijd wat hij zegt? 4 Hij (herinneren v.t.) zich van het hele geval niets meer. 5 Wat (vergulden v.t.) jij die lijst netjes.

17 Extra oefenen werkwoordspelling Taalfontein week 17 1 Jan (herinneren t.t.) het zich nog goed. 2 Mijn vader (kopen v.t.) een tweedehands auto. 3 De timmerman (herstellen v.t.) het dak. 4 Wie (geleiden t.t.) de blinde? 5 Vroeger (baden v.t.) wij elke dag. 1 Ik (vinden t.t.) een nieuw mobieltje. 2 De Lutine is bij Egmond (stranden). 3 Wij (groeten t.t.) onze onderwijzer altijd beleefd. 4 Wie straf (verdienden t.t.), moet straf hebben. 5 De vorige reis (vervoeren v.t.) hij sinaasappelen. 1 Hoe komt het dat die riviermond (verzanden t.t.)? 2 De commissaris (groeten v.t.) ons vriendelijk. 3 Door zijn slordigheid (verknoeien v.t.) hij zijn werk. 4 Een wereldreiziger (beleven t.t.) veel avonturen. 5 Heb jij je boeken al (kaften)? 1 Hij (vinden v.t.) dat geen leuk grapje. 2 Hij vertelde, dat zij urenlang op de hei (ronddolen v.t.). 3 Hebben jullie de hele morgen (werken)? 4 Flinke jongens (bieden t.t.) het hoofd aan elke moeilijkheid. 5 Als je iets (beloven t.t.), moet je het ook doen. 1 Een bekend advocaat (verdedigen v.t.) de beschuldigde. 2 Op een zandweg (slibben t.t.) men gemakkelijk. 3 Toen ik nog klein was, (lusten v.t.) ik geen soep. 4 (Bieden t.t.) ik wel genoeg? 5 Gisteren (bezoeken v.t.) ik het kasteel bij Utrecht.

18 Extra oefenen werkwoordspelling Taalfontein week 18 1 Hij (beweren t.t.) dat hij nergens van weet. 2 De gletsjers (voeden t.t.) de rivieren. 3 Els (vinden v.t.) dat geen leuk grapje. 4 Hij (slepen v.t.) drie prijzen in de wacht. 5 Dat (vinden t.t.) ik onzin. 1 Wie (bieden t.t.) er geld voor deze stoel? 2 Waarom (berispen v.t.) de afdelingsleider jou? 3 In Afrika (heersen t.t.) veel armoede. 4 De kleermaker heeft de jas (vastspelden). 5 Ik (onderhouden t.t.) de tuin zelf. 1 Chantal (verbeteren t.t.) haar werk. 2 De verzekering (dekken v.t.) de schade niet. 3 Wie teveel rookt, (schaden t.t.) zijn gezondheid. 4 Het (bestaan v.t.) al veel langer. 5 Verraders (smeden t.t.) snode plannen. 1 Mijn oma (plaatsen v.t.) een advertentie. 2 Het geld (zenden t.t.) ik je morgen. 3 Tijdens de storm (stranden v.t.) het schip. 4 Hij (verduisteren t.t.) het lokaal. 5 Wie (binden t.t.) de kat de bel aan? 1 Waarom (groeten t.t.) jullie ons nooit? 2 Het paard heeft de ruif al (leegeten). 3 Hij (onderhandelen t.t.) over vrije tijd. 4 De schildersknecht (gronden t.t.) onze voordeur. 5 De man (leiden v.t.) de groep leerlingen naar buiten.

19 Extra oefenen werkwoordspelling Taalfontein week 19 1 De jongens speelden meer dan dat ze (rusten v.t.). 2 De smidsknecht (smeden t.t.) een fraai ijzeren hek. 3 De onderwijzer (vinden v.t.) mijn vriendje de beste rekenaar van de klas. 4 Die plant (verdorren t.t.) snel in de zon. 5 Jullie (piekeren v.t.) vorig jaar veel te veel. 1 Ik (vermijden t.t.) dat kruispunt. 2 Die mensen (reizen v.t.) per kameel. 3 Wij (bieden t.t.) tegen iedereen op. 4 Dit werk (vermoeien t.t.) je zeker? 5 Ik heb me lelijk (branden) aan de kachel. 1 Als je goed (luisteren t.t.), weet je het. 2 Het arme kind (klappertanden t.t.) van kou. 3 De brandweermannen (duwen v.t.) de muur om. 4 Ik (vermoeden t.t.) dat hij een ander heeft. 5 Hans heeft zich aan de manen van het paard (vasthouden). 1 Bianca (betreden v.t.) het podium. 2 De bootwerkers (laden t.t.) de schepen. 3 Je (wennen t.t.) nooit aan dit werk. 4 Dat ventje heeft al zo vaak (klikken). 5 De wind (suizen v.t.) door haar haar. 1 Die mannen (leiden t.t.) een slecht leven. 2 Wij (beleven v.t.) veel avonturen in deze klas. 3 Die brief (zenden t.t.) ik niet aan haar. 4 De vriendelijke boerin (noden t.t.) ons binnen. 5 Waarom (vermijden v.t.) hij ons?

20 Extra oefenen werkwoordspelling Taalfontein week 20 1 De kat (bezwijken t.t.) aan haar verwondingen. 2 Dat antwoord (weten v.t.) Hans ook. 3 Het meesje heeft twaalf eieren (uitbroeden). 4 De fietsers (schuilen v.t.) voor het onweer. 5 In zee (houden t.t.) ik het nooit lang uit. 1 Hij (poffen v.t.) een zak kastanjes. 2 Hoe lang (kneden t.t.) de bakker het deeg. 3 De rovers (moorden t.t.) het dorp uit. 4 Hij (splijten v.t.) de boom in stukken. 5 De boot (varen t.t.) een uur door de grachten. 1 Waarmee (voeden t.t.) de bewoners van Afrika zich? 2 Morgen (binden t.t.) ik je tas wel vast. 3 Jullie (proeven v.t.) toch ook olie? 4 De slager (scheiden t.t.) de vechtende honden. 5 Toen het onweer dreigde, (haasten v.t.) we ons naar huis. 1 Een gebakje heb ik nooit (versmaden). 2 Die aanbieding (gelden v.t.) tot afgelopen zaterdag. 3 Hij (verliezen t.t.) al zijn geld met gokken. 4 (Verwijten v.t.) jij hem dat ongeluk? 5 Ik (wensen v.t.) je toen al succes. 1 De bal (ketsen v.t.) tegen de muur. 2 Marlinde (vallen t.t.) wel op met haar fiets. 3 De herder (houden t.t.) de schapen. 4 Hoe heb jij het daar zo lang (uithouden)? 5 s Zaterdagsmiddags (wieden t.t.) wij ons tuintje.

MEMORY WOORDEN 1.1. TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1

MEMORY WOORDEN 1.1. TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1 MEMORY WOORDEN 1.1 TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1 ik jij hij zij wij jullie zij de baby het kind ja nee de naam TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 2 MEMORY WOORDEN 1.2 TaalCompleet A1 Memory Woorden

Nadere informatie

Werkwoordpakket thema 1 (Taal Actief 3 groep 7) roepen beginnen begrijpen breken buigen drinken duiken klimmen kruipen roepen ruiken

Werkwoordpakket thema 1 (Taal Actief 3 groep 7) roepen beginnen begrijpen breken buigen drinken duiken klimmen kruipen roepen ruiken Werkwoordpakket thema 1 (Taal Actief 3 groep 7) bellen belonen benoemen dreigen dromen gillen gooien groeien huilen bakken bedanken boksen botsen danken dansen drukken eisen fietsen beginnen begrijpen

Nadere informatie

Op weg met Jezus. eerste communieproject. Hoofdstuk 5 Bidden. H. Theobaldusparochie, Overloon

Op weg met Jezus. eerste communieproject. Hoofdstuk 5 Bidden. H. Theobaldusparochie, Overloon Op weg met Jezus eerste communieproject H. Theobaldusparochie, Overloon Hoofdstuk 5 Bidden Eerste communieproject "Op weg met Jezus" hoofdstuk 5 blz. 1 Joris is vader aan het helpen in de tuin. Ze zijn

Nadere informatie

de aanbieding reclame, korting De appels zijn in de a Ze zijn vandaag extra goedkoop.

de aanbieding reclame, korting De appels zijn in de a Ze zijn vandaag extra goedkoop. Woordenlijst bij hoofdstuk 4 de aanbieding reclame, korting De appels zijn in de a Ze zijn vandaag extra goedkoop. alleen zonder andere mensen Hij is niet getrouwd. Hij woont helemaal a, zonder familie.

Nadere informatie

Het is de familieblues. Je kent dat gevoel vast wel. Je zit aan je familie vast. Voor altijd ben je verbonden met je ouders, je broers, je zussen.

Het is de familieblues. Je kent dat gevoel vast wel. Je zit aan je familie vast. Voor altijd ben je verbonden met je ouders, je broers, je zussen. De familieblues Tot mijn 15e noemde ik mijn ouders papa en mama. Daarna niet meer. Toen noemde ik mijn vader meester. Zo noemde hij zich ook als hij lesgaf. Hij was leraar Engels op een middelbare school.

Nadere informatie

Luisteren: muziek (A2 nr. 7)

Luisteren: muziek (A2 nr. 7) OPDRACHTEN LUISTEREN: MUZIEK www.nt2taalmenu.nl nt2taalmenu is een website voor mensen die Nederlands willen leren én voor docenten NT2. Iedereen die Nederlands wil leren, kan gratis online oefenen. Kijk

Nadere informatie

AANWIJZEND VOORNAAMWOORD. A) Welk woord past in de zin? Kies uit die of dat. 1. Heb je het huiswerk gemaakt? 7. Ga je naar één van onze feestjes?

AANWIJZEND VOORNAAMWOORD. A) Welk woord past in de zin? Kies uit die of dat. 1. Heb je het huiswerk gemaakt? 7. Ga je naar één van onze feestjes? A) Welk woord past in de zin? Kies uit die of dat. 1. Heb je het huiswerk gemaakt? Ja, heb ik gedaan. 2. Komt Willem dit weekend? Nee, moet helaas werken. 3. Ga je met het vliegtuig naar Hamburg? Nee,

Nadere informatie

LES 3 Ik leer Nederlands. TESTEN TEST 1

LES 3 Ik leer Nederlands. TESTEN TEST 1 12/11/14 1 LES 3 Ik leer Nederlands. TESTEN TEST 1 1. (lezen) Ik.... een lange tekst. 2 Hij.... een moeilijk boek. 3. Zij.... een gemakkelijk tekstje. 4..... jullie veel? Ja, wij.... graag kinderboeken.

Nadere informatie

Germa de Vos. Kletsboek. Een vrolijk voorleesboek

Germa de Vos. Kletsboek. Een vrolijk voorleesboek Germa de Vos Kletsboek Een vrolijk voorleesboek 1 Het huis van de tien kinderen 1., daar kun je haast niet lopen. Overal zitten kleintjes hun vetertjes te knopen. 2., daar is het altijd feest, omdat er

Nadere informatie

Er vaart een boot op het grote meer

Er vaart een boot op het grote meer Er vaart een boot op het grote meer Er vaart een boot op het grote meer, met discipelen en de Heer. Maar bij storm en lelijk weer, roepen de vrienden: Help ons Heer! De Here zegt dan: Zwijg,wees stil.

Nadere informatie

Grammatica Zinsontleding. Werkboek Geschikt voor de groepen 5 en 6

Grammatica Zinsontleding. Werkboek Geschikt voor de groepen 5 en 6 Grammatica Werkboek Geschikt voor de groepen 5 en 6 Inhoudsopgave Zinnen knippen 4 Het onderwerp 7 De persoonsvorm 11 Het gezegde 17 Het werkwoordelijk gezegde 21 Het naamwoordelijk gezegde 24 Het lijdend

Nadere informatie

Tik-tak Tik-tak tik-tak. Ik tik de tijd op mijn gemak. Ik haast me niet zoals je ziet. Tik-tak tik-tak, ik denk dat ik een slaapje pak.

Tik-tak Tik-tak tik-tak. Ik tik de tijd op mijn gemak. Ik haast me niet zoals je ziet. Tik-tak tik-tak, ik denk dat ik een slaapje pak. Tik-tak - Lees het gedicht tik-tak voor. Doe dit in het strakke ritme van een langzaam tikkende klok: Tik - tak - tik - tak Ik tik - de tijd - op mijn - gemak. Enzovoort. - Laat de kinderen vrij op het

Nadere informatie

Jezus vertelt, dat God onze Vader is

Jezus vertelt, dat God onze Vader is Eerste Communieproject 26 Jezus vertelt, dat God onze Vader is Jezus als leraar In les 4 hebben we gezien dat Jezus wordt geboren. De engelen zeggen: Hij is de Redder van de wereld. Maar nu is Jezus groot.

Nadere informatie

De wereld op zijn kop! Kan de wereld op zijn kop staan? Met gym heb je het vast wel eens geprobeerd Op je kop staan, bedoel ik, soms lukt het

De wereld op zijn kop! Kan de wereld op zijn kop staan? Met gym heb je het vast wel eens geprobeerd Op je kop staan, bedoel ik, soms lukt het De wereld op zijn kop! Kan de wereld op zijn kop staan? Met gym heb je het vast wel eens geprobeerd Op je kop staan, bedoel ik, soms lukt het Maar het duurt maar heel even dat op de kop staan De wereld

Nadere informatie

En rijke mensen werken niet. Die kunnen de hele dag doen wat ze leuk vinden.

En rijke mensen werken niet. Die kunnen de hele dag doen wat ze leuk vinden. Warm in Verona Romeo loopt een beetje rond. Dat doet hij bijna elke dag. Hij vindt het leuk om door het stadje te lopen. Door de kleine straatjes. Langs de rivier waar de meisjes de was doen. En over de

Nadere informatie

Jezus geeft zijn leven voor de mensen

Jezus geeft zijn leven voor de mensen Eerste Communieproject 38 Jezus geeft zijn leven voor de mensen Niet iedereen gelooft in Jezus In les 5 hebben we gezien dat Jezus vertelt over de Vader. God houdt van de mensen. Hij vergeeft je zonden.

Nadere informatie

O, antwoordde ik. Verder zei ik niets. Ik ging vlug de keuken weer uit en zonder eten naar school.

O, antwoordde ik. Verder zei ik niets. Ik ging vlug de keuken weer uit en zonder eten naar school. Voorwoord Susan schrijft elke dag in haar dagboek. Dat dagboek is geen echt boek. En ook geen schrift. Susans dagboek zit in haar tablet, een tablet van school. In een map die Moeilijke Vragen heet. Susan

Nadere informatie

Oefening 1: Bouw correcte enkelvoudige zinnen door de woorden in de juiste volgorde te plaatsen. Soms heb je een vraagzin.

Oefening 1: Bouw correcte enkelvoudige zinnen door de woorden in de juiste volgorde te plaatsen. Soms heb je een vraagzin. Oefening 1: Bouw correcte enkelvoudige zinnen door de woorden in de juiste volgorde te plaatsen. Soms heb je een vraagzin. 1. Ga opnemen de telefoon je? 2. Ik te laat altijd kwam in de les. 3. Wat zijn

Nadere informatie

Adam en Eva eten van de boom

Adam en Eva eten van de boom Adam en Eva eten van de boom God maakt een prachtig paradijs. Hij zegt: Het is heel goed. Maar God heeft ook een vijand, En weet jij wel wat hij doet? Het mooie wat God heeft gemaakt, maakt hij juist graag

Nadere informatie

Een meneer heeft veel ballonnen. Hij roept: Kinderen, kom erbij! Mijn ballonnen die zijn gratis. Wie wil een ballon van mij?

Een meneer heeft veel ballonnen. Hij roept: Kinderen, kom erbij! Mijn ballonnen die zijn gratis. Wie wil een ballon van mij? Een meneer heeft veel ballonnen. Hij roept: Kinderen, kom erbij! Mijn ballonnen die zijn gratis. Wie wil een ballon van mij? Wat een mooie luchtballonnen! Geel, oranje, groen en blauw. Kies maar uit Daan,

Nadere informatie

Elke middag loopt Fogg van zijn huis naar de Club. Om een spelletje kaart te spelen. Er wordt altijd om geld gespeeld. En als Fogg wint, geeft hij

Elke middag loopt Fogg van zijn huis naar de Club. Om een spelletje kaart te spelen. Er wordt altijd om geld gespeeld. En als Fogg wint, geeft hij Rijk Phileas Fogg is een vreemde man. Hij is erg rijk. Maar niemand weet hoe hij aan zijn geld komt. Een baan heeft hij namelijk niet. Toch woont hij in een groot huis, midden in Londen. In zijn eentje.

Nadere informatie

Sint Nicolaas op school. Wel meester, hoe gaat het met Mina en Ko? Ja waarde Sint Niklaas, dat is maar zozo

Sint Nicolaas op school. Wel meester, hoe gaat het met Mina en Ko? Ja waarde Sint Niklaas, dat is maar zozo Sint Nicolaas op school Wel meester, hoe gaat het met Mina en Ko? Ja waarde Sint Niklaas, dat is maar zozo Verdienen ze een prijsje of zijn ze t niet waard? Zij zijn als de anderen, wel roerig van aard.

Nadere informatie

INFORMATIEBRIEF nr.6 VRIENDJES - KIKKER IS VERLIEFD. Aan de ouders van groep 1 en 2

INFORMATIEBRIEF nr.6 VRIENDJES - KIKKER IS VERLIEFD. Aan de ouders van groep 1 en 2 Aan de ouders van groep 1 en 2 INFORMATIEBRIEF nr.6 VRIENDJES - KIKKER IS VERLIEFD De eerste weken van het nieuwe jaar zijn al weer voorbij. We hebben met de kinderen gewerkt over de kalender. Hoe ziet

Nadere informatie

OPA EN OMA DE OMA VAN OMA

OPA EN OMA DE OMA VAN OMA Hotel Hallo - Thema 4 Hallo opdrachten OPA EN OMA 1. Knip de strip. Strip Knip de strip los langs de stippellijntjes. Leg de stukken omgekeerd en door elkaar heen op tafel. Draai de stukken weer om en

Nadere informatie

Soms ben ik eens boos, en soms wel eens verdrietig, af en toe eens bang, en heel vaak ook wel blij.

Soms ben ik eens boos, en soms wel eens verdrietig, af en toe eens bang, en heel vaak ook wel blij. Lied: Ik ben ik (bij thema 1: ik ben mezelf) (nr. 1 en 2 op de CD) : Weet ik wie ik ben? Ja, ik weet wie ik ben. Weet ik wie ik ben? Ja, ik weet wie ik ben. Ik heb een mooie naam, van achter en vooraan.

Nadere informatie

Kinderliedboekje Inhoudsopgave

Kinderliedboekje Inhoudsopgave Kinderliedboekje Inhoudsopgave Jezus is de goede herder...2 Hoor de vogels zingen weer...2 Dank U voor deze nieuwe morgen...3 Jezus is geboren...4 Zit je deur nog op slot...4 Dank U voor uw liefde Heer...4

Nadere informatie

Niet bang zijn! God maakt je sterk!

Niet bang zijn! God maakt je sterk! Niet bang zijn! God maakt je sterk! Aangepaste dienst Zondag 22 november 2015 Br. Peter Zuidema Welkom Mededelingen Votum en groet Zingen:E & R 230 - Jezus is de goede Herder 1. Jezus is de goede herder

Nadere informatie

Op hun knieën blijven ze wachten op het antwoord van Maria. Maar het beeld zegt niets terug.

Op hun knieën blijven ze wachten op het antwoord van Maria. Maar het beeld zegt niets terug. 1950 Het huilende beeld De zon schijnt met hete stralen op het kleine dorpje. Niets beweegt in de hitte van de middag. De geiten en koeien slapen in de schaduw. De blaadjes hangen stil aan de bomen. Geen

Nadere informatie

Sinterklaas, goed heiligman. Trek je beste tabberd aan. Rijd er mee naar Amsterdam, van Amsterdam naar Spanje.

Sinterklaas, goed heiligman. Trek je beste tabberd aan. Rijd er mee naar Amsterdam, van Amsterdam naar Spanje. Voor de melodie: www.sinterklaasliedjes.nl Dag Sinterklaasje, dáág, dáág, dáág, dáág Zwarte Piet. Dag Sinterklaasje, dáág, dáág, luister naar ons afscheidslied. Sinterklaas, goed heiligman. Trek je beste

Nadere informatie

Ik ben maar een eenvoudige ezel, maar ik wil je graag een mooi verhaal vertellen

Ik ben maar een eenvoudige ezel, maar ik wil je graag een mooi verhaal vertellen De ezel van Bethlehem Naar een verhaal van Jacques Elan Bewerkt door Koos Stenger Ik ben maar een eenvoudige ezel, maar ik wil je graag een mooi verhaal vertellen over iets wat er met me gebeurd is. Het

Nadere informatie

Ik merk. Hij merkt. Wij merkten. Ik merkte. Ik heb gemerkt. Ik spurt. Hij spurt. Wij spurtten. Ik spurtte. De politie heeft gespurt

Ik merk. Hij merkt. Wij merkten. Ik merkte. Ik heb gemerkt. Ik spurt. Hij spurt. Wij spurtten. Ik spurtte. De politie heeft gespurt Zoek de persoonsvorm: Ik merkte dat pas veel later. Schrijf de stam van merken op Schrijf de hij-vorm van merken op merken op merken op merken op. Ik heb.. de persoonsvorm is merkte Ik merk Hij merkt Wij

Nadere informatie

A) Schrijf het verbum in de best passende tijd en vorm, eventueel met een hulpverbum

A) Schrijf het verbum in de best passende tijd en vorm, eventueel met een hulpverbum A) Schrijf het verbum in de best passende tijd en vorm, eventueel met een hulpverbum 1. Wat voor rare mensen waren dat daarstraks? (zijn) 2. Zodra we de film, zullen we je vertellen wat we ervan vonden.

Nadere informatie

nooit Zeer ruw en onvoorzichtig zijn Als Pasen en Pinksteren op één dag vallen Als een olifant door een porseleinkast gaan

nooit Zeer ruw en onvoorzichtig zijn Als Pasen en Pinksteren op één dag vallen Als een olifant door een porseleinkast gaan Als een olifant door een porseleinkast gaan Zeer ruw en onvoorzichtig zijn Als één schaap over de dam is volgen er meer Als iemand het voorbeeld geeft, zijn er al snel meer mensen die dit voorbeeld volgen

Nadere informatie

2009-2010 Nummer 5. henkensonja@hotmail.com) tienkeveenstra@hotmail.com

2009-2010 Nummer 5. henkensonja@hotmail.com) tienkeveenstra@hotmail.com 2009-2010 Nummer 5 Juf Lassche 292787/ juf Veenstra 038 4600725 henkensonja@hotmail.com) tienkeveenstra@hotmail.com Bijbelverhalen en liedjes week 47 en 48: Maandag: klein klein kindje Dinsdag: Mozes wordt

Nadere informatie

De tijd die ik nooit meer

De tijd die ik nooit meer De tijd die ik nooit meer vergeet Jan Smit uit eigen pen deel 3 De Stiep Educatief De tijd die ik nooit meer vergeet De schrijver die blij is dat hij iets kan lezen en schrijven, vertelt over zijn jeugd.

Nadere informatie

Lied van de maand 2014-2015

Lied van de maand 2014-2015 Sept. God die alles maakte God die alles maakte de lucht en t zonlicht blij de hemel zee en aarde zorgt ook voor mij God die t gras gemaakt heeft de bloemen in de wei de bomen, vruchten, vogels zorgt ook

Nadere informatie

De gelijkenis van de twee zonen. Eerst lezen Daarna volgen er vragen en opdrachten

De gelijkenis van de twee zonen. Eerst lezen Daarna volgen er vragen en opdrachten De gelijkenis van de twee zonen Lees : Mattheüs 21:28-32 Eerst lezen Daarna volgen er vragen en opdrachten Gelijkenissen Toen de Heere Jezus op aarde was, heeft Hij gelijkenissen verteld om de mensen veel

Nadere informatie

Les 3. Familie, vrienden en buurtgenoten

Les 3. Familie, vrienden en buurtgenoten www.edusom.nl Opstartlessen Les 3. Familie, vrienden en buurtgenoten Wat leert u in deze les? Een gesprek voeren over familie, vrienden en buurtgenoten. Antwoord geven op vragen. Veel succes! Deze les

Nadere informatie

Veertien leesteksten. Leesvaardigheid A1. Te gebruiken bij : Basisexamen Inburgering Studieboek. Ad Appel

Veertien leesteksten. Leesvaardigheid A1. Te gebruiken bij : Basisexamen Inburgering Studieboek. Ad Appel Veertien leesteksten Leesvaardigheid A1 Te gebruiken bij : Basisexamen Inburgering Studieboek Ad Appel Uitgave: Appel, Aerdenhout 2011-2016 Verkoopprijs: 1,95 Ad Appel Te bestellen via www.adappelshop.nl

Nadere informatie

A) Gebruik de volgende voegwoorden: maar, want, en, of.

A) Gebruik de volgende voegwoorden: maar, want, en, of. A) Gebruik de volgende voegwoorden: maar, want, en, of. 1. Trek je schoenen uit moeder heeft pas schoongemaakt. 2. Ik wilde gaan tennissen mijn vrienden vonden het te warm. 3. Drink je koffie drink je

Nadere informatie

Papa en mama hebben ruzie. Ton en Toya vinden dat niet leuk. Papa wil graag dat Ton en Toya bij hem op bezoek komen, maar van mama mag dat niet.

Papa en mama hebben ruzie. Ton en Toya vinden dat niet leuk. Papa wil graag dat Ton en Toya bij hem op bezoek komen, maar van mama mag dat niet. Bezoek op kantoor Papa en mama hebben ruzie. Ton en Toya vinden dat niet leuk. Papa wil graag dat Ton en Toya bij hem op bezoek komen, maar van mama mag dat niet. Ton en Toya hebben wat problemen thuis.

Nadere informatie

Je mag stralen je mag huilen je mag dwalen je mag schuilen je mag vragen je mag dromen je mag klagen je mag komen Hij wacht op jou

Je mag stralen je mag huilen je mag dwalen je mag schuilen je mag vragen je mag dromen je mag klagen je mag komen Hij wacht op jou Je mag stralen je mag huilen je mag dwalen je mag schuilen je mag vragen je mag dromen je mag klagen je mag komen Hij wacht op jou Heb je naar aanleiding van dit dagboek vragen of opmerkingen? Mail me

Nadere informatie

Exodus 17,1-7 - Water uit de rots voor mensen met een kort lontje

Exodus 17,1-7 - Water uit de rots voor mensen met een kort lontje Exodus 17,1-7 - Water uit de rots voor mensen met een kort lontje Aangepaste dienst Liturgie Voor de dienst speelt de band drie liederen Opwekking 11 Er is een Heer Opwekking 277 Machtig God, sterke Rots

Nadere informatie

Preek over Jozua 1,1-9 (CNS-themadienst): Nooit alleen!

Preek over Jozua 1,1-9 (CNS-themadienst): Nooit alleen! Preek over Jozua 1,1-9 (CNS-themadienst): Nooit alleen! Voorzang: Psalm 121, 1 en 4 Votum en groet Zingen: OvK 79 (Ik hoor bij Jezus) Heer, U kent mij als geen ander Leefregels Zingen: Opwekking 518 Heer,

Nadere informatie

Netje is een meid! Vrolijke meid, uit een vissersdorp!

Netje is een meid! Vrolijke meid, uit een vissersdorp! Netje is een meid! Vrolijke meid, uit een vissersdorp! Haring! Verse haring! Wie maakt me los! Ik heb verse haring! Ha... ja, nou heb ik jullie aandacht, hè? Sorry, ik ben uitverkocht. Vandaag geen haring

Nadere informatie

Al heel snel hadden ze ruzie met elkaar. Het spelen was niet leuk meer.

Al heel snel hadden ze ruzie met elkaar. Het spelen was niet leuk meer. Beertje Anders en Beertje Bruin gingen bij oma spelen. Al heel snel hadden ze ruzie met elkaar. Het spelen was niet leuk meer. Oma hoorde: Ik wil de bal, Ik wil de blokken, Ik ga kleuren, Ik wil de kleurpotloden

Nadere informatie

Iiturgie voor de -12 jeugddienst van zondagmorgen 28 Juni in de Westerkerk te Veenendaal

Iiturgie voor de -12 jeugddienst van zondagmorgen 28 Juni in de Westerkerk te Veenendaal Iiturgie voor de -12 jeugddienst van zondagmorgen 28 Juni in de Westerkerk te Veenendaal Op Toon Hoogte 182 Door Uw genade Vader Door Uw genade, Vader, mogen wij hier binnengaan. Niet door rechtvaardige

Nadere informatie

De gelijkenis van de barmhartige Samaritaan.

De gelijkenis van de barmhartige Samaritaan. De gelijkenis van de barmhartige Samaritaan. Eerst lezen. Daarna volgen er vragen en opdrachten. Gelijkenissen Toen de Heere Jezus op aarde was, heeft Hij gelijkenissen verteld om de mensen veel dingen

Nadere informatie

Inleiding. Veel plezier!

Inleiding. Veel plezier! Inleiding In dit boek lees je over Danny. Danny is een jongen van 14 jaar. Er zijn veel dingen die Danny verkeerd doet. Hij rent door de school. Hij scheldt zomaar een klasgenoot uit. Of hij spuugt op

Nadere informatie

Verloren grond. Murat Isik. in makkelijke taal

Verloren grond. Murat Isik. in makkelijke taal Verloren grond Murat Isik in makkelijke taal Moeilijke woorden zijn onderstreept en worden uitgelegd in de woordenlijst op pagina 84. Dit boek heeft het keurmerk Makkelijk Lezen Mijn geboorte Mijn verhaal

Nadere informatie

Leesboekje de seizoenen

Leesboekje de seizoenen Leesboekje de seizoenen Leesboekje De Seizoenen Pagina 1 Dit is de winter. Dit is de sneeuw. Dit is de hagel. Dit is de ijzel. Dit is het ijs. Dit is het donker. Dit is het licht. Dit is de kat. Dit is

Nadere informatie

Ik heb geen zin om op te staan

Ik heb geen zin om op te staan Liedteksten De avonturen van mijnheer Kommer en mijnheer Kwel Voorbereiding in de klas: meezingen refrein Het Dorp Het is weer tijd om op te staan Maar ik heb geen zin Hij heeft geen zin Om naar m n school

Nadere informatie

Wat gaan we doen? Kies uit: bijzondere dagelijks gratis aanstaande praktisch. 1 Dick en Anna gaan vrijdag trouwen. Dat is over twee dagen.

Wat gaan we doen? Kies uit: bijzondere dagelijks gratis aanstaande praktisch. 1 Dick en Anna gaan vrijdag trouwen. Dat is over twee dagen. 103 103 HOOFDSTUK 7 Wat gaan we doen? WOORDEN 1 Kies uit: bijzondere dagelijks gratis aanstaande praktisch 1 Dick en Anna gaan vrijdag trouwen. Dat is over twee dagen. 2 Op 22 november zijn we 25 jaar

Nadere informatie

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen 1. Print deze tekst 2. Download het geluidsbestand en luister Je gaat een toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen maken. Dit is een leestoets. De toets heeft vijf delen. Deel A, B, C, D en E. Deze toets

Nadere informatie

Liturgie voor de scholendienst 2015

Liturgie voor de scholendienst 2015 Liturgie voor de scholendienst 2015 Kerk van de Nazarener & Christelijke Basisschool De Vliet Klaaswaal Zondag 1 februari Thema: Bestaat God (eigenlijk wel)? Welkomstwoord Uitleg over de kerk Kinderopwekking

Nadere informatie

Heer, U kent mij als geen ander U weet of ik zit of sta en U kent ook mijn gedachten voordat ik iets zeggen ga

Heer, U kent mij als geen ander U weet of ik zit of sta en U kent ook mijn gedachten voordat ik iets zeggen ga Hieronder staan de teksten van nieuwe liedjes, zodat jullie ze thuis ook kunnen oefenen: 'k Heb Jezus nodig heel mijn leven 'k Heb Jezus nodig, heel mijn leven. 'k Heb Jezus nodig, dag aan dag, in m'n

Nadere informatie

Als je ergens heel erg bang voor bent, dan heb je angst. Je hebt bijvoorbeeld angst voor de tandarts.

Als je ergens heel erg bang voor bent, dan heb je angst. Je hebt bijvoorbeeld angst voor de tandarts. Thema 5 Les 1: De angst: Als je ergens heel erg bang voor bent, dan heb je angst. Je hebt bijvoorbeeld angst voor de tandarts. De schrik: Als iemand ineens achter je staat, dan schrik je. Je bent dan ineens

Nadere informatie

Brandweerman. 1 Brandweerman, brandweerman. Red die kat, als je kan. Zet je ladder neer en draag snel die kat omlaag.

Brandweerman. 1 Brandweerman, brandweerman. Red die kat, als je kan. Zet je ladder neer en draag snel die kat omlaag. vanaf 4 jaar tekst: Marian van Gog muziek: Ton Kerkhof ouplet Brandweerman Intro D7 G man, Refrein brand -weer - man. Red die kat, Brand-weer Œ Œ Œ G Œ Ó als je kan. Zet je lad - der neer en draag snel

Nadere informatie

Pasen met peuters en kleuters. Jojo is weg

Pasen met peuters en kleuters. Jojo is weg Pasen met peuters en kleuters Beertje Jojo is weg Thema Maria is verdrietig, haar beste Vriend is er niet meer. Wat is Maria blij als ze Jezus weer ziet. Hij is opgestaan uit de dood! Wat heb je nodig?

Nadere informatie

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen 1. Print deze tekst 2. Download het geluidsbestand en luister Je gaat een toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen maken. Dit is een leestoets. De toets heeft vijf delen. Deel A, B, C, D en E. Deze toets

Nadere informatie

Naam: Waar woon jij? Vraag 1b. Waarom wonen veel mensen in Kenia in een hut? Vraag 1a. In wat voor soort huis woon jij?

Naam: Waar woon jij? Vraag 1b. Waarom wonen veel mensen in Kenia in een hut? Vraag 1a. In wat voor soort huis woon jij? Naam: Waar woon jij? Wonen over de hele wereld Heb jij wel eens in een tent gewoond? Waarschijnlijk niet. In de vakantie is het leuk. Maar voor altijd? Toch zijn er mensen op de wereld die altijd in een

Nadere informatie

Apostolische rondzendbrief

Apostolische rondzendbrief oktober 9, 2011 Jaargang 1, nummer 1 Lieve mensen, Zo bent u een voorbeeld voor alle gelovigen in Macedonië en Achaje geworden. Wij zijn nu al weer een tijdje hier in het zuiden van Griekenland, in de

Nadere informatie

Het feest van Koning Beer

Het feest van Koning Beer Het feest van Koning Beer Louis Moe bron. G.B. van Goor Zonen Den Haag 1930 Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/moe_001fees01_01/colofon.php 2010 dbnl 2 [Het feest van koning Beer] De winter

Nadere informatie

HOTTENTOTTENTEN- TENTENTOONSTELLING

HOTTENTOTTENTEN- TENTENTOONSTELLING HOTTENTOTTENTEN- TENTENTOONSTELLING 6 Stap 1 Binnenkort is Tim jarig. Zijn ouders organiseren een feestje. Zijn familieleden willen graag weten waarmee ze hem een plezier kunnen doen. Tim wil hun een lijstje

Nadere informatie

DE RIJKE MAN, DE ARME MAN

DE RIJKE MAN, DE ARME MAN Bijbel voor Kinderen presenteert DE RIJKE MAN, DE ARME MAN Geschreven door: Edward Hughes Illustraties door: M. Maillot en Lazarus Aangepast door: M. Maillot en Sarah S. Vertaald door: Arnold Krul Geproduceerd

Nadere informatie

tje was saai. Haar ouders hadden een caravan, waarmee ze ieder jaar in de zomer naar Frankrijk gingen. Ook voor deze zomer was de camping al

tje was saai. Haar ouders hadden een caravan, waarmee ze ieder jaar in de zomer naar Frankrijk gingen. Ook voor deze zomer was de camping al Hoofdstuk 1 Echt? Saartjes mond viel open van verbazing. Maar dat is supergoed nieuws! Ze sloeg haar armen om haar vriendin heen. Waaah, helemaal te gek. We gaan naar Frankrijk. Zon, zee, strand, leuke

Nadere informatie

Hallo Waterkrant lezers, Welkom bij het tweede deel van De Waterkrant!

Hallo Waterkrant lezers, Welkom bij het tweede deel van De Waterkrant! Hallo Waterkrant lezers, Welkom bij het tweede deel van De Waterkrant! We zijn aangekomen in het jaar 2016 en willen graag terugkijken naar wat de kinderen de afgelopen periode gedaan hebben. Ook deze

Nadere informatie

Annie van Gansewinkel. Vast

Annie van Gansewinkel. Vast Annie van Gansewinkel Vast 4 Dit boek heeft het keurmerk Makkelijk Lezen De groeten Je krijgt de groeten van je vader. Jim haalt zijn schouders op. Hij blijft tegen de bal schoppen. De bal knalt tegen

Nadere informatie

Dank u wel lieve Heer

Dank u wel lieve Heer Dank u wel lieve Heer Dank U wel, lieve Heer, U kwam op de aarde neer, als een baby arm en klein. Dank U wel, lieve Heer, t Is een wonder zo fijn. Omdat U onze Redder wil zijn. 2009 Ans Heij - de Boer

Nadere informatie

Op reis naar Bethlehem

Op reis naar Bethlehem Op reis naar Bethlehem Rollen: Verteller Jozef Maria Engel Twee omroepers Kind 1 Kind 2 Kind 3 Receptionist 1 Receptionist 2 Receptionist 3 Kind 4 Kind 5 Herder 1 Herder 2 Herder 3 Herder 4 Drie wijzen

Nadere informatie

Kerstfeest 2014. Ds. W.E. den Hertogschool

Kerstfeest 2014. Ds. W.E. den Hertogschool Kerstfeest 2014 Ds. W.E. den Hertogschool Kling klokjes klingelingeling, kling klokjes kling. Laat de boodschap horen: Jezus is geboren, Voor die blijde klanken, willen wij God danken. Kling klokjes klingelingeling,

Nadere informatie

Lieve broer! Je liefste zus!!! Camille Vandenbussche. 12-19 oktober

Lieve broer! Je liefste zus!!! Camille Vandenbussche. 12-19 oktober Lieve broer! 12-19 oktober Je bent nog maar 1 week weg, en ik mis je al! Hopelijk zie ik je nog terug! Ik heb gehoord dat er al heel wat mannen zijn gestorven! Jij nog niet,gelukkig! En,papa, alles goed

Nadere informatie

BIJLAGEN LESPAKKET 1.2

BIJLAGEN LESPAKKET 1.2 BIJLAGEN LESPAKKET 1.2 BIJLAGE 1 A4 BLADEN THEMA S BIJLAGE 2 DOMINO EMOTIES BIJLAGE 3 MATCHING OEFENING GEVOELENS BIJLAGE 4 VRAGENLIJST FILM BIJLAGE 5 VRAGENSTROOKJES HOEKENWERK BIJLAGE 6 ANTWOORDENBLAD

Nadere informatie

Luisteren: muziek (B1 nr. 4)

Luisteren: muziek (B1 nr. 4) OPDRACHTEN LUISTEREN: MUZIEK www.nt2taalmenu.nl nt2taalmenu is een website voor mensen die Nederlands willen leren én voor docenten NT2. Iedereen die Nederlands wil leren, kan gratis online oefenen. Kijk

Nadere informatie

Juf is Ziek boekje. Groep 8

Juf is Ziek boekje. Groep 8 Juf is Ziek boekje Groep 8 Wanneer je dit boekje hebt is de juf of meester waarschijnlijk ziek. Met dit boekje kun je vandaag zelfstandig aan het werk. Er zitten verschillende opdrachten in voor rekenen,

Nadere informatie

KOPIEERBLADEN. THEMA 5: Ik wil ridder worden! Plantyn - TotemTaal - Thema 5: ik wil ridder worden!

KOPIEERBLADEN. THEMA 5: Ik wil ridder worden! Plantyn - TotemTaal - Thema 5: ik wil ridder worden! KOPIEERBLADEN THEMA 5: Ik wil ridder worden! 97 97 Wat moet je doen om ridder te worden? Vind je dit goed? Moet er nog iets bij? Als je de opdrachten hier goed uitvoert, krijg je een ridderdiploma. Page

Nadere informatie

Jezus maakt mensen gelukkig

Jezus maakt mensen gelukkig Eerste Communieproject 33 Jezus maakt mensen gelukkig Jezus doet wonderen In les 5 hebben we geleerd dat God onze Vader is. Wij zijn allemaal zijn kinderen. Alle mensen zijn broertjes en zusjes van elkaar!

Nadere informatie

Thema Gezondheid. Lesbrief 2. De wachtkamer

Thema Gezondheid. Lesbrief 2. De wachtkamer Thema Gezondheid. Lesbrief 2. De wachtkamer Deze les gaat over praten in de wachtkamer. Meneer Bashir gaat naar de huisarts. Hij moet even wachten. Hij zit in de wachtkamer. Er zitten veel mensen. Ze praten.

Nadere informatie

Thema Gezondheid. Lesbrief 2. De wachtkamer

Thema Gezondheid. Lesbrief 2. De wachtkamer Thema Gezondheid. Lesbrief 2. De wachtkamer Deze les gaat over praten in de wachtkamer. Een man, meneer Wong, gaat naar de huisarts. Hij moet even wachten. Hij zit in de wachtkamer. Er zitten veel mensen.

Nadere informatie

Gebeden voor jongeren

Gebeden voor jongeren Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 1 Gebeden voor jongeren... 2 Gebed van het licht... 2 Mijn leven tot een licht... 2 Gebed voor sterke benen... 2 Dankgebed... 3 Gebed van Franciscus... 3 Dankgebed als je

Nadere informatie

Boek1. Les 1. Dit is het verhaal van Maria. Dit is het verhaal van de engel. Dit is het verhaal van Jezus.

Boek1. Les 1. Dit is het verhaal van Maria. Dit is het verhaal van de engel. Dit is het verhaal van Jezus. Boek1. Les 1. Dit is het verhaal van Maria. Dit is het verhaal van de engel. Dit is het verhaal van Jezus. De engel zei: God zal jou een kind geven. God zal jou Zijn Kind geven. God zal jou Jezus geven.

Nadere informatie

Vermoord? vroeg Evi angstig. Ongetwijfeld. Maar de directeur... Vermoord, herhaalden we beslist. Daarna hebben ze zijn lichaam ondergedompeld in een

Vermoord? vroeg Evi angstig. Ongetwijfeld. Maar de directeur... Vermoord, herhaalden we beslist. Daarna hebben ze zijn lichaam ondergedompeld in een 2 Juf Kol Tijdens de pauze kwamen we samen in de fietsenstalling. Meester Rob naar z n opoe? Helemaal naar de andere kant van de wereld? Op z n oude fiets? Zonder muts! Alsof we hem zouden vergeten! Onzin!

Nadere informatie

LESBRIEF BIJ DE VOORSTELLING KNUFFEL OP ZEE. Figurentheater Propop vzw

LESBRIEF BIJ DE VOORSTELLING KNUFFEL OP ZEE. Figurentheater Propop vzw LESBRIEF BIJ DE VOORSTELLING KNUFFEL OP ZEE Figurentheater Propop vzw Figurentheater Propop en De Poppenzaal Steenweg op oosthoven 114 2300 Turnhout - België Tel : 014.423322 Email : info@propop.be Website

Nadere informatie

Geboortegedichtjes. Wie zegt dat er geen wonderen gebeuren. En ook nog nooit gebeurd zijn bovendien. Die moet beslist met eigen ogen

Geboortegedichtjes. Wie zegt dat er geen wonderen gebeuren. En ook nog nooit gebeurd zijn bovendien. Die moet beslist met eigen ogen Geboortegedichtjes Wie zegt dat er geen wonderen gebeuren En ook nog nooit gebeurd zijn bovendien Die moet beslist met eigen ogen Dit schitterende wonder komen zien We hebben ze geteld Je armpjes en je

Nadere informatie

Saskia van den Heuvel MISSCHIEN GEBEURT ER VANDAAG IETS. Gedichten. Muitgeverij. Mmarmer. m armer

Saskia van den Heuvel MISSCHIEN GEBEURT ER VANDAAG IETS. Gedichten. Muitgeverij. Mmarmer. m armer Saskia van den Heuvel MISSCHIEN GEBEURT ER VANDAAG IETS Gedichten Muitgeverij m armer Mmarmer Mmarmer M INHOUD KANTOOR Ode 13 Wat we zeiden toen we het ons nog herinnerden 14 Ze hebben het beste met ons

Nadere informatie

Je bent een echte doorzetter, bravo! Je hebt goed naar mij geluisterd, fantastisch! Daar heb je goed over nagedacht, echt slim van je!

Je bent een echte doorzetter, bravo! Je hebt goed naar mij geluisterd, fantastisch! Daar heb je goed over nagedacht, echt slim van je! Wat heb jij netjes opgeruimd, tjonge wat knap! Je bent een echte doorzetter, bravo! Je hebt goed op jouw beurt gewacht, je bent een kanjer! Wat ben jij goed aan het spelen, ik ben trots op je! Je hebt

Nadere informatie

Wat kan ik voor u doen?

Wat kan ik voor u doen? 139 139 HOOFDSTUK 9 Wat kan ik voor u doen? WOORDEN 1 1 Peter is op vakantie. Hij stuurde mij een... uit Parijs. a brievenbus b kaart 2 Ik heb die kaart gisteren.... a ontvangen b herhaald 3 Bij welke...

Nadere informatie

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen 1. Print deze tekst 2. Download het geluidsbestand en luister Je gaat een toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen maken. Dit is een leestoets. De toets heeft vijf delen. Deel A, B, C, D en E. Deze toets

Nadere informatie

Johanna Kruit. Gedichten, geïnspireerd door bomen. Geheimen

Johanna Kruit. Gedichten, geïnspireerd door bomen. Geheimen 1 Gedichten, geïnspireerd door bomen Geheimen In het donker huizen bomen die overdag gewoner zijn. Wij slaan de bochten van een pad mee om en gaan, ontkomen aan het licht af op geheimen.kleine geluiden

Nadere informatie

LITURGIE voor de kinderdienst op zondag 15 februari Oude Jeroenskerk Noordwijk. Thema: Spoorzoekers: Bram: David Baak

LITURGIE voor de kinderdienst op zondag 15 februari Oude Jeroenskerk Noordwijk. Thema: Spoorzoekers: Bram: David Baak LITURGIE voor de kinderdienst op zondag 15 februari Oude Jeroenskerk Noordwijk Thema: Spoorzoeken Voorganger: Organist: Spoorzoekers: ds Ad van Houwelingen Jaco van Leeuwen Sara: Sanne Heemskerk Bram:

Nadere informatie

Waar wil je heengaan?

Waar wil je heengaan? Waar wil je heengaan? Viering Oecumenische Basisgroep 3 maart 2013 Aansteken van de kaars Kaars, jij mag branden, Jij geeft ons je licht Jij bent een teken: God houdt ons in het zicht. Openingslied: Verborgen

Nadere informatie

Vragen bij het prentenboek 'De tovenaar die vergat te toveren'

Vragen bij het prentenboek 'De tovenaar die vergat te toveren' De tovenaar tovert De verhalenvertelster vertelt Wat zou een tovenaar allemaal kunnen toveren? Hoe zouden de kinderen zich voelen? Waar zie je dat aan? Is de tovenaar blij/ boos/ verdrietig of bang? Hoe

Nadere informatie

Bennie's prentenboek

Bennie's prentenboek Bennie's prentenboek B. Midderigh-Bokhorst en S. Maathuis-Ilcken bron B. Midderigh-Bokhorst, Bennie's prentenboek. G.B van Goor Zonen, Gouda ca. 1920 Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/midd035benn01_01/colofon.php

Nadere informatie

Verhaal: Jozef en Maria

Verhaal: Jozef en Maria Verhaal: Jozef en Maria Er was eens een vrouw, Maria. Maria was een heel gewone jonge vrouw, net zo gewoon als jij en ik. Toch had God haar uitgekozen om iets heel belangrijks te doen. Iets wat de hele

Nadere informatie

DE DIENST VAN HET WOORD. Gebed bij de opening van het Woord. Inleiding bij het thema

DE DIENST VAN HET WOORD. Gebed bij de opening van het Woord. Inleiding bij het thema Zondag 17 januari 2016-2 e zondag na Epifanie THEMA: Ruth voelt zich welkom DE DIENST VAN HET WOORD Gebed bij de opening van het Woord Inleiding bij het thema Ruth voelt zich welkom, dat is het thema van

Nadere informatie

Kerstviering groep 4. Welkom. Als de kerstklokken luiden Dan zingen wij een lied Voor God die met veel liefde Naar alle mensen ziet.

Kerstviering groep 4. Welkom. Als de kerstklokken luiden Dan zingen wij een lied Voor God die met veel liefde Naar alle mensen ziet. Kerstviering groep 4 Welkom Als de kerstklokken luiden Dan zingen wij een lied Voor God die met veel liefde Naar alle mensen ziet. Als de kerstklokken luiden Dan horen wij steeds weer Dat Jezus is geboren.

Nadere informatie

Beertje Bruin zegt dan: Ik heb van moeder Beer gehoord dat je erg verdrietig

Beertje Bruin zegt dan: Ik heb van moeder Beer gehoord dat je erg verdrietig Beertje Anders zit stil in een hoekje als Beertje Bruin langskomt. Beertje Bruin zegt dan: Ik heb van moeder Beer gehoord dat je erg verdrietig bent. Kan ik je helpen, want ik ben je vriend en vrienden

Nadere informatie

Lesbrief. Bij ons in het dorp Jan Terlouw

Lesbrief. Bij ons in het dorp Jan Terlouw Lesbrief Bij ons in het dorp Jan Terlouw Doe meer met Leeslicht! Bij een aantal boeken in de serie Leeslicht kunt u een gratis lesbrief downloaden van www.eenvoudigcommuniceren.nl. In deze lesbrief staan

Nadere informatie

3e Statie: Jezus valt voor de 1e maal onder het kruis.

3e Statie: Jezus valt voor de 1e maal onder het kruis. 1e Statie: Jezus wordt ter dood veroordeeld. De eerste plaats waar Jezus stil stond op de kruisweg, was het paleis van de Romeinse landvoogd Pontius Pilatus. De joodse leiders wilden Jezus uit de weg ruimen.

Nadere informatie

Brieven van Ama welpen

Brieven van Ama welpen Introductie Shanti heeft heel veel vriendinnetjes in de jungle. Ze heeft ook een vriendinnetje in een land heel ver weg. Het meisje heet Ama. Ama woont in een land dat Ghana heet. Weten jullie waar dat

Nadere informatie