bestemmingsplan STATIONSSINGEL - ACACIALAAN

Transcriptie

1 bestemmingsplan STATIONSSINGEL - ACACIALAAN

2

3 Stationssingel - Acacialaan bestemmingsplan (vastgesteld)

4 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan Inhoudsopgave Toelichting 3 Bijlagen 5 Bijlage 1 rapportage verkennend asbest in grondonderzoek Acacialaan 2 6 Bijlage 2 Acacialaan 2 Bodemrapport 18 Bijlage 3 Akoestisch onderzoek 77 Bijlage 4 Acacialaan 2 Akoestisch onderzoek 116 Bijlage 5 Acacialaan 2 Flora & Fauna 176 Bijlage 6 Bedrijven en milieuzonering en externe veiligheid 182 Bijlage 7 reactie VRU Externe Veiligheid 195 Hoofdstuk 2 INLEIDING Aanleiding en doel Ligging plangebied Vigerend(e) plan(nen) Leeswijzer 201 Hoofdstuk 3 BESTAANDE SITUATIE Ruimtelijke structuur Functionele structuur 202 Hoofdstuk 4 BELEIDSKADER Rijksbeleid Provinciaal beleid Regionaal beleid Gemeentelijk beleid 209 Hoofdstuk 5 PLANBESCHRIJVING 213 Hoofdstuk 6 MILIEU- EN OMGEVINGSASPECTEN Duurzame verstedelijking Milieu Waterhuishouding Archeologie Cultuurhistorie Groen, natuur en landschap Leidingen Verkeer 239 Hoofdstuk 7 JURIDISCHE PLANOPZET Inleiding De indeling van de planregels Bestemmingen 242 Hoofdstuk 8 FINANCIEEL-ECONOMISCHE UITVOERBAARHEID 245 Hoofdstuk 9 MAATSCHAPPELIJKE UITVOERBAARHEID Overleg ex artikel Bro Ontwerp ter inzage legging bestemmingsplan

5 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan Toelichting bestemmingsplan 3

6 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan 4 bestemmingsplan

7 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan Bijlagen bestemmingsplan 5

8 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan Bijlage 1 rapportage verkennend asbest in grondonderzoek Acacialaan 2 6 bestemmingsplan

9 Bouw- en aannemersbedrijf Ossendrijver BV T.a.v. mevrouw K. Ossendrijver De Stuwdam KM Amersfoort PJ Milieu BV Nijverheidsstraat RJ Nijkerk Telefoon: Website: KvK Amersfoort: Bodemsanering Bodemonderzoek Asbestinventarisatie Grondwaterzuivering Geohydrologisch advies Bodemenergie-metingen Keuring grond en bouwstoffen datum: 20 januari 2016 onderwerp: Rapportage verkennend asbest in grondonderzoek Acacialaan 2 te Veenendaal uw kenmerk: - ons kenmerk: J contactpersoon: H. Mark MSc mark@pjmilieu.nl bijlage(n): 5, verklaring onafhankelijkheid uitvoering veldwerk, fotobijlage, profielen en legenda, analysecertificaten en tekening Geachte mevrouw Ossendrijver, Hierbij ontvangt u de briefrapportage van een in uw opdracht uitgevoerd verkennend asbestin-grondonderzoek op de bovengenoemde locatie. Aanleiding en doelstelling Ter plaatse is men voornemens woningbouw te realiseren. Voorafgaande aan de verlening van de omgevingsvergunning dient een asbest in grondonderzoek te worden uitgevoerd. Het doel van het verkennend asbest in grondonderzoek is om met een relatief geringe onderzoeksinspanning na te gaan of de verdenking van verontreiniging van de vaste bodem met asbest terecht is en een indicatieve uitspraak te doen over het asbestgehalte in de bodem. Achtergrondinformatie Door de opdrachtgever zijn de volgende documenten beschikbaar gesteld: 1. Verkennend bodemonderzoek, Aveco de Bondt, , d.d. 5 juni 2015; 2. Advies, omgevingsdienst regio Utrecht, z /vee1510.a107/ Voor een volledig overzicht van de historie (inclusief uitgevoerde bodemonderzoeken) wordt verwezen naar het verkennend bodemonderzoek. In de vaste bodem en het grondwater zijn maximaal licht verhoogde gehalten aangetoond. Het asbestverdachte materiaal ter plaatse van boring 2 is niet asbesthoudend. Het materiaal in de bovengrond van boring 2 is wel asbesthoudend (10-15% chrysotiel, 2-5% crocidoliet). In haar advies geeft de omgevingsdienst aan dat een asbest in grondonderzoek dient te worden uitgevoerd. Tevens wordt het aantal boringen ter plaatse van de voormalige bebouwing als mager beoordeeld. 1

10 Onderzoeksopzet Het verkennend asbest in grondonderzoek is afgeleid van de NEN Op basis van de strategie voor een heterogeen verdachte locatie dienen voor een oppervlakte van circa m² 8 gaten te worden gegraven. Veldwerk Het veldonderzoek is uitgevoerd door een gecertificeerd persoon van PJ Milieu BV (bijlage 1, verklaring onafhankelijkheid uitvoering veldwerk) conform de Beoordelingsrichtlijn voor het SIKB-procescertificaat voor veldwerk bij milieuhygiënisch bodemonderzoek (BRL SIKB 2000) en het protocol van de Vereniging Kwaliteitsborging Bodemonderzoek (VKB). Op 15 januari 2016 zijn handmatig een achttal gaten van circa 30 bij 30 centimeter gegraven. De situering van de gaten is weergegeven op de tekening in bijlage 5. Een maaiveldinspectie is in verband met de sterk begroeiing niet uitgevoerd. Verwijdering van de begroeiing is niet mogelijk in verband met mogelijke beschadiging van asbestverdacht materiaal. In bijlage 2 is een foto-overzicht opgenomen. Ten behoeve van het asbest in grondonderzoek zijn de volgende werkzaamheden uitgevoerd: - Het uitgegraven materiaal is visueel geïnspecteerd op asbest waarbij de grond in het veld is gezeefd over een zeef met een maaswijdte van 16 mm; - Van het ontgraven materiaal zijn na voorbehandeling 2 mengmonsters samengesteld voor analyse op (fijnere) asbesthoudende delen; - De zintuiglijke waarnemingen zijn vastgelegd. Zintuiglijke waarnemingen De zintuiglijke waarnemingen tijdens de uitvoering van het veldwerk zijn weergegeven op de profielen in bijlage 3. In de grove factie zijn geen asbestverdachte materialen aangetroffen. De aangetroffen opbouw ter plaatse van de voormalige bebouwing wijkt niet af van de opbouw buiten de voormalige bebouwing. Van de grond uit de gaten 1 tot en met 4 is 1 mengmonster (MM-A) en van de grond uit de gaten 5 tot en met 8 is 1 mengmonster (MM-B) samengesteld. Laboratoriumonderzoek De grondmengmonsters zijn ter analyse aan het RvA-geaccrediteerde laboratorium ACMAA te Deurningen aangeboden. De grondmonsters zijn conform de NEN-5707 onderzocht op het percentage asbest en de aard van het materiaal. De analysecertificaten zijn opgenomen als bijlage 4. In de mengmonsters MM-A en MM-B is asbest niet aantoonbaar. In de fractie kleiner dan 0,5 mm zijn geen asbestverdachte vezels aangetoond. 1 NEN 5707, Bodem inspectie en monsterneming van asbest in bodem en partijen grond, Delft Locatie-inspectie en monstername van asbest in bodem 2

11 Conclusies en aanbevelingen In geen van de onderzochte gaten is in de grove fractie asbest aangetroffen. In de mengmonsters is eveneens geen asbest aangetoond. De hypothese verdachte locatie voor het verkennend asbest in grondonderzoek houdt geen stand. Er is geen asbest aangetroffen danwel aangetoond. De vastgestelde milieuhygiënische kwaliteit vormt geen belemmering voor de voorgenomen woningbouw ter plaatse. Afronding Wij verwachten u hiermee in voldoende mate van informatie te hebben voorzien. Met vriendelijke groet, PJ Milieu BV H. Mark MSc 3

12 VERKLARING ONAFHANKELIJKHEID UITVOERING VELDWERK Projectcode: Locatie: Projectleider: J Acacialaan 2 Veenendaal Henk Mark BRL SIKB: 1000 Monsterneming voor partijkeuringen 2000 Veldwerk bij milieuhygiënisch bodemonderzoek 2100 Mechanisch boren 6000 Milieukundige begeleiding van (water)bodemsaneringen en nazorg Protocollen: 1001 Monsterneming voor partijkeuringen grond en baggerspecie 1002 Monsterneming voor partijkeuringen niet-vormgegeven bouwstoffen 2001 Plaatsen van handboringen en peilbuizen, maken van boorbeschrijvingen, nemen van grondmonsters en waterpassen 2002 Het nemen van grondwatermonsters 2003 Veldwerk bij milieuhygiënisch waterbodemonderzoek 2018 Locatie-inspectie en monsterneming van asbest in bodem 2101 Mechanisch boren 6001 Milieukundige begeleiding landbodemsanering met conventionele methoden 6002 Milieukundige begeleiding van landbodemsanering met in-situ methoden Ik verklaar dat het veldwerk onafhankelijk van de opdrachtgever is uitgevoerd conform de eisen van de BRL SIKB 2000 en de daarbij behorende protocollen. Naam: Handtekening: R. Rigter

13 FOTO-IMPRESSIE Foto 01 Foto 02 Foto 03 Foto 04 Foto 05 Foto J Fotobijlage

14 FOTO-IMPRESSIE Foto 07 Foto 08 Foto 09 Foto J Fotobijlage

15 Boring: 1 Datum: gras Zand, matig fijn, zwak siltig, sporen beton, sporen baksteen, sporen grind, grijsbruin, Schep Boring: 2 Datum: gras Zand, matig fijn, zwak siltig, zwak humeus, sporen baksteen, sporen beton, donkerbruin, Schep Zand, matig fijn, zwak siltig, zwak humeus, sporen baksteen, sporen beton, donkerbruin, Schep Boring: 3 Datum: gras Zand, matig fijn, zwak siltig, zwak humeus, sporen baksteen, sporen beton, donkerbruin, Schep Boring: 4 Datum: gras Zand, matig fijn, zwak siltig, zwak betonhoudend, sporen baksteen, grijsbruin, Schep Zand, matig fijn, zwak siltig, zwak humeus, donkerbruin, Edelmanboor Zand, matig fijn, zwak siltig, bruinbeige, Edelmanboor 2 80 Zand, matig fijn, zwak siltig, lichtgrijs, Edelmanboor Boring: 5 Datum: weiland Zand, matig fijn, zwak siltig, grijsbeige, Schep Boring: 6 Datum: weiland Zand, matig fijn, zwak siltig, grijsbeige, Schep Zand, matig fijn, zwak siltig, zwak humeus, sporen beton, sporen baksteen, donkerbruin, Schep Zand, matig fijn, zwak siltig, zwak humeus, sporen baksteen, sporen beton, donkerbruin, Schep Boring: 7 Datum: gras Zand, matig fijn, zwak siltig, sporen beton, grijsbeige, Schep Boring: 8 Datum: gras Zand, matig fijn, zwak siltig, sporen beton, grijsbeige, Schep Zand, matig fijn, zwak siltig, zwak humeus, sporen baksteen, donkerbruin, Schep Zand, matig fijn, zwak siltig, zwak humeus, sporen baksteen, donkerbruin, Schep Projectcode: J Locatie: Acacialaan 2 Veenendaal Boormeester: Robin Rigter Schaal: 1: 20 Getekend volgens NEN 5104

16 Legenda (conform NEN 5104) grind klei geur Grind, siltig Klei, zwak siltig geen geur zwakke geur Grind, zwak zandig Klei, matig siltig matige geur sterke geur Grind, matig zandig Klei, sterk siltig uiterste geur Grind, sterk zandig Klei, uiterst siltig olie geen olie-water reactie zwakke olie-water reactie Grind, uiterst zandig Klei, zwak zandig matige olie-water reactie sterke olie-water reactie Klei, matig zandig uiterste olie-water reactie zand Zand, kleiïg Klei, sterk zandig p.i.d.-waarde >0 >1 Zand, zwak siltig Zand, matig siltig leem Leem, zwak zandig >10 >100 >1000 >10000 Zand, sterk siltig Leem, sterk zandig monsters Zand, uiterst siltig geroerd monster overige toevoegingen ongeroerd monster veen Veen, mineraalarm zwak humeus matig humeus volumering overig bijzonder bestanddeel Veen, zwak kleiïg sterk humeus Gemiddeld hoogste grondwaterstand grondwaterstand Veen, sterk kleiïg zwak grindig Gemiddeld laagste grondwaterstand slib Veen, zwak zandig matig grindig water Veen, sterk zandig sterk grindig

17 Analysecertificaat asbest Opdracht Opdrachtgever PJ Milieu BV Rapportnummer V versie 1 Contactpersoon Dhr. H. Mark Datum opdracht Adres Nijverheidsheidsstraat 21 Datum ontvangst Postcode en plaats 3861 RJ Nijkerk Datum rapportage Projectcode J Pagina 1 van 1 Project omschrijving Acacialaan 2 Veenendaal Naam MM-A Datum monstername Monstersoort Grond Datum analyse Monstername door Opdrachtgever Barcode AM Analyse methode Asbest in bodem m.b.v. microscopie - conform AS 3000, AP04 SG6 en NEN 5707:2003 (Q) Q = door RvA geaccrediteerd Resultaten Parameter Concentratie 95% betrouwbaarheidsinterval Eenheid Ondergrens Bovengrens Gemeten Gewogen Gemeten Gewogen Gemeten Gewogen Droge stof 85,9 % Massa monster (veldnat) 14,1 kg Chrysotiel (serpentijn) n.a. n.a ,3 4,3 mg/kg ds Amosiet (amfibool) n.a. n.a mg/kg ds Crocidoliet (amfibool) n.a. n.a mg/kg ds Per mineralogische groep Niet hechtgeb. serpentijn n.a. n.a ,3 4,3 mg/kg ds Hechtgebonden serpentijn n.a. n.a mg/kg ds Totaal serpentijn n.a. n.a ,3 4,3 mg/kg ds Niet hechtgeb. amfibool n.a. n.a mg/kg ds Hechtgebonden amfibool n.a. n.a mg/kg ds Totaal amfibool n.a. n.a mg/kg ds Totaal Niet hechtgeb. asbest <2 n.a ,3 4,3 mg/kg ds Hechtgebonden asbest <2 n.a mg/kg ds Totaal asbest <2 n.a ,3 4,3 mg/kg ds n.a. = niet aantoonbaar Aanvullende analyseresultaten volgen hieronder. Analyse Fractie Fractie Fractie Fractie Fractie Fractie Fractie Fractie > 16 mm 8-16 mm 4-8 mm 2-4 mm 1-2 mm 0,5-1 mm < 0,5 mm Totaal Zeven (g) Afgezochte deel fractie (%) ** ** = Van de zeeffractie <0,5 mm is maximaal 10 gram kwalitatief beoordeeld en deze bevat geen asbestverdachte vezels. NHG = Niet hechtgebonden. HG = Hechtgebonden. Conclusie en/of opmerkingen: Het aangeboden monster bevat geen asbest. Eerste analist laboratorium Mw. ing. E. Kingma Dit rapport mag uitsluitend in zijn geheel worden gereproduceerd. De resultaten hebben uitsluitend betrekking op de monsters, zoals die door u voor analyse ter beschikking zijn gesteld. Nadere informatie over de toegepaste methodes en prestatiekenmerken is beschikbaar en kan op aanvraag worden verkregen.

18 Analysecertificaat asbest Opdracht Opdrachtgever PJ Milieu BV Rapportnummer V versie 1 Contactpersoon Dhr. H. Mark Datum opdracht Adres Nijverheidsheidsstraat 21 Datum ontvangst Postcode en plaats 3861 RJ Nijkerk Datum rapportage Projectcode J Pagina 1 van 1 Project omschrijving Acacialaan 2 Veenendaal Naam MM-B Datum monstername Monstersoort Grond Datum analyse Monstername door Opdrachtgever Barcode AM Analyse methode Asbest in bodem m.b.v. microscopie - conform AS 3000, AP04 SG6 en NEN 5707:2003 (Q) Q = door RvA geaccrediteerd Resultaten Parameter Concentratie 95% betrouwbaarheidsinterval Eenheid Ondergrens Bovengrens Gemeten Gewogen Gemeten Gewogen Gemeten Gewogen Droge stof 87,1 % Massa monster (veldnat) 11,6 kg Chrysotiel (serpentijn) n.a. n.a ,1 5,1 mg/kg ds Amosiet (amfibool) n.a. n.a mg/kg ds Crocidoliet (amfibool) n.a. n.a mg/kg ds Per mineralogische groep Niet hechtgeb. serpentijn n.a. n.a ,1 5,1 mg/kg ds Hechtgebonden serpentijn n.a. n.a mg/kg ds Totaal serpentijn n.a. n.a ,1 5,1 mg/kg ds Niet hechtgeb. amfibool n.a. n.a mg/kg ds Hechtgebonden amfibool n.a. n.a mg/kg ds Totaal amfibool n.a. n.a mg/kg ds Totaal Niet hechtgeb. asbest <2 n.a ,1 5,1 mg/kg ds Hechtgebonden asbest <2 n.a mg/kg ds Totaal asbest <2 n.a ,1 5,1 mg/kg ds n.a. = niet aantoonbaar Aanvullende analyseresultaten volgen hieronder. Analyse Fractie Fractie Fractie Fractie Fractie Fractie Fractie Fractie > 16 mm 8-16 mm 4-8 mm 2-4 mm 1-2 mm 0,5-1 mm < 0,5 mm Totaal Zeven (g) Afgezochte deel fractie (%) ** ** = Van de zeeffractie <0,5 mm is maximaal 10 gram kwalitatief beoordeeld en deze bevat geen asbestverdachte vezels. NHG = Niet hechtgebonden. HG = Hechtgebonden. Conclusie en/of opmerkingen: Het aangeboden monster bevat geen asbest. Eerste analist laboratorium Mw. ing. E. Kingma Dit rapport mag uitsluitend in zijn geheel worden gereproduceerd. De resultaten hebben uitsluitend betrekking op de monsters, zoals die door u voor analyse ter beschikking zijn gesteld. Nadere informatie over de toegepaste methodes en prestatiekenmerken is beschikbaar en kan op aanvraag worden verkregen.

19 Eikenlaan D Lindenlaan D LEGENDA Gat Huisnummer Perceelsnummer 19 D Acacialaan Onderzoekslocatie Bebouwing (buitenmuur) Perceelsgrens (Kadaster) Veenendaal, Acacialaan 2 Verkennend asbest in grondonderzoek 1 Situatietekening J J A3 1:250 0 HMA 2,5m ,5m D 9313 PJ Milieu BV Aan de maten kunnen geen rechten worden ontleend. 20 Adres: Telefoon: Internet: Nijverheidsstraat RJ Nijkerk info@pjmilieu.nl

20 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan Bijlage 2 Acacialaan 2 Bodemrapport 18 bestemmingsplan

21

22 INHOUDSOPGAVE 1 INLEIDING 2 2 LOCATIEGEGEVENS 3 3 OPZET ONDERZOEK Vooronderzoek Onderzoeksstrategie 6 4 UITVOERING ONDERZOEK Veldwerkzaamheden Veldresultaten Lokale bodemopbouw Zintuiglijke waarnemingen Meetgegevens grondwater Monsterselectie en analyses Grond Grondwater 12 5 TOETSING EN INTERPRETATIE Toetsingskader Toetsing analyseresultaten grond Analyseresultaat asbestanalyses Toetsing analyseresultaten grondwater Interpretatie onderzoeksresultaten Grond Asbest Grondwater 16 6 CONCLUSIE 17 Bijlagen bijlage 1: Topografische ligging onderzoekslocatie en kadastrale situatie bijlage 2: Overzicht veldwaarnemingen en boorprofielen bijlage 3: Analysecertificaten bijlage 4: Toetsingstabellen bijlage 5: Kwaliteitsborging bijlage 6: Toelichting voetnoten analysecertificaten Tekening tekening 1: Overzicht locatie met monsterpunten datum 5 juni 2015 referentie R-JTP/ pagina 1 van 17

23 1 INLEIDING In opdracht van Bouw- en aannemersbedrijf Ossendrijver BV is door Aveco de Bondt BV een verkennend bodemonderzoek uitgevoerd op een locatie gelegen aan de Acacialaan (voorheen) nr. 2 te Veenendaal. De aanleiding tot het uitvoeren van het bodemonderzoek is de voorgenomen aanvraag van een omgevingsvergunning voor het aspect bouwen. Conform de gemeentelijke bouwverordening moet een bodemonderzoek uitgevoerd worden voordat de gemeente een vergunning kan verlenen. Het doel van het onderzoek is het vastleggen van de milieuhygiënische kwaliteit van de bodem van de onderzoekslocatie en te verifiëren of deze vanuit het oogpunt van de Wet Bodembescherming van invloed is op de voorgenomen bouwontwikkeling. In de volgende hoofdstukken wordt verslag gedaan van het uitgevoerde onderzoek. datum 5 juni 2015 referentie R-JTP/ pagina 2 van 17

24 2 LOCATIEGEGEVENS De onderzoekslocatie ligt aan de Acacialaan (voorheen) nr. 2 te Veenendaal. De topografische ligging van de onderzoekslocatie is aangegeven in bijlage 1, evenals de kadastrale situatie. Het onderzochte perceel staat kadastraal bekend als gemeente Veenendaal, sectie D, nummer 3120 en heeft een totale oppervlakte van circa m 2 en is in de huidige situatie braakliggend. Voor een overzicht van de locatie wordt verwezen naar tekening 1. datum 5 juni 2015 referentie R-JTP/ pagina 3 van 17

25 3 OPZET ONDERZOEK 3.1 Vooronderzoek Onderdeel van een verkennend bodemonderzoek op basis van de NEN 5740 vormt een vooronderzoek, uit te voeren conform de Nederlandse norm (NEN) Het vooronderzoek heeft bestaan uit het verzamelen van de volgende informatie over de te onderzoeken locatie: Voormalig bodemgebruik Huidig bodemgebruik Toekomstig bodemgebruik Bodemopbouw en geohydrologie (Financieel-)juridische situatie (kadastrale gegevens) Een deel van de benodigde informatie is ingewonnen bij de eigenaar/gebruiker en bij de gemeente Veenendaal. Voor het verkrijgen van de overige informatie heeft een bureaustudie plaatsgevonden en is een locatie-inspectie voorafgaand aan de veldwerkzaamheden uitgevoerd. Beschikbare onderzoeksgegevens Op de locatie zijn in het verleden de volgende bodemonderzoeken uitgevoerd: 1. Saneringsonderzoek, NBM, , 26 juni 1998; 2. Saneringsplan, NBM, , 25 augustus 1998; 3. Evaluatie bodem- en grondwatersanering, BOOT, , 15 juli 1999; 4. Historisch onderzoek, Grontmij, 13/ /Voo, 9 oktober Uit de bovengenoemde informatie blijkt dat de voormalige bebouwing op de locatie Acacialaan 2 eind jaren 90 is gesloopt. Op de locatie was een ondergrondse tank aanwezig die in 1991 buiten gebruik is gesteld. In 1999 is tevens een gronden grondwatersanering uitgevoerd, waarbij 883 m3 grond is afgevoerd. Ten zuiden van de locatie Acacialaan 2, op de grens met Stationssingel 46, is een restverontreiniging met minerale olie in de grond achtergebleven. In overleg met de Provincie Utrecht is destijds besloten om de ontgraving in zuidelijke richting te staken. De overige putwanden zijn licht tot matig verontreinigd met minerale olie. In het grondwater is een restverontreiniging met minerale olie (200 µg/l) achtergebleven. Onbekend is of het in de saneringsevaluatie voorgestelde aanvullend grondwateronderzoek heeft plaatsgevonden. Hiervan zijn geen gegevens gevonden bij het archiefonderzoek bij de gemeente Veenendaal. Op de locatie direct ten zuiden van de onderzoekslocatie (Stationssingel 46) zijn de volgende gegevens bekend: 1. Organoleptisch bodemonderzoek, ADICO, juli 1995; 2. Saneringsverslag, Arns Milieutechniek, , 1 september 1995; 3. Verkennend bodemonderzoek, Grontmij, , maart Verkennend bodemonderzoek, Aveco de Bondt bv, projectnummer , kenmerk R- CDT/2, d.d. 15 april 2010; datum 5 juni 2015 referentie R-JTP/ pagina 4 van 17

26 5. Aanvullend bodemonderzoek, Aveco de Bondt bv, projectnummer , kenmerk R- SMO/01, d.d. 21 april 2011; Uit de rapportage [2] blijkt dat op de locatie van de Stationssingel 46 is een ondergrondse tank gesaneerd waarbij circa 150 m 3 verontreinigde grond is ontgraven en afgevoerd. Uit de analyses van het grondwater stroomafwaarts zijn geen verontreinigingen met minerale olie en vluchtige aromaten aangetroffen. Uit het Verkennend bodemonderzoek [3] blijkt dat in het grondwater ter plaatse van de voormalige saneringslocatie licht verhoogde concentraties aan benzeen en tolueen aangetoond. Geconcludeerd wordt dat, gezien de relatief lage gehalten in de grond en het grondwater op de locatie, er geen aanleiding is tot het verrichten van verder onderzoek. In het rapport [4] wordt geconcludeerd dat op de locatie wordt in de bovengrond maximaal een licht verontreinigd met lood aangetroffen. Plaatselijk zijn in de ondergrond een licht verhoogd gehalte aan minerale olie en een sterk verhoogd gehalte aan PAK gemeten. Bij het aanvullend bodemonderzoek [5] zijn maximaal licht verhoogde gehalten aan PAK gemeten en bleek het eerder aangetoonde sterk verhoogde gehalte niet reproduceerbaar. Hiermee blijkt er geen sprake te zijn van een geval van ernstige bodemverontreiniging en is geconcludeerd dat de verontreiniging met PAK zeer lokaal van aard is. Regionale geohydrologische gegevens Op basis van de grondwaterkaarten van TNO kan de bodemopbouw geohydrologisch als volgt worden geschematiseerd: Het maaiveld ligt op circa 6,5 m+nap; Vanaf maaiveld komt een circa 4 m dikke deklaag voor bestaande uit lemig fijn zand met leemlagen en veensporen. De onderzoekslocatie ligt in het grensgebied tussen gestuwde en niet gestuwde ondergrond; De eerste scheidende laag ontbreekt zodat sprake is van één aaneengesloten watervoerend pakket. Wel komt binnen 5 m-mv een slecht doorlatende laag voor bestaande uit veen en klei behorende tot de Eemformatie; Het watervoerend pakket wordt aan de onderzijde afgesloten door de klei- en leemlagen van de Formatie van Tegelen en Maasluis. De regionale stromingsrichting grondwater is noordelijk. Gezien de lokale bodemopbouw is de stromingsrichting van het ondiepe grondwater niet bekend en sterk afhankelijk van de aanwezige infrastructuur. De locatie ligt niet binnen een grondwaterbeschermingsgebied. Uit het vooronderzoek is verder niet gebleken dat op de onderzoekslocatie of in de directe omgeving ervan, in het verleden voorzieningen aanwezig zijn geweest of activiteiten hebben plaatsgevonden, die de milieuhygiënische kwaliteit van de vaste bodem en/of het ondiepe grondwater nadelig kunnen hebben beïnvloed. datum 5 juni 2015 referentie R-JTP/ pagina 5 van 17

27 Conclusie bekende gegevens Uit de hierboven genoemde gegevens wordt geconcludeerd dat ter plaatse van de zuidgrens van de onderzoekslocatie (richting voormalige Stationssingel 46) mogelijk een restverontreiniging met minerale olie aanwezig is. Buiten de voormalige saneringslocatie zijn er geen gegevens bekend die duiden op een mogelijke bodemverontreiniging. Er zijn geen gegevens bekend ten aanzien van de aanwezigheid van asbestverdachte materialen. Gezien het feit dat er op de locatie sloopwerkzaamheden zijn uitgevoerd worden eventueel aanwezige bijmengingen op of in de bodem als asbestverdacht beschouwd. 3.2 Onderzoeksstrategie Het onderzoek betreft een verkennend bodemonderzoek, waarbij de onderzoeksstrategie is ontleend aan de richtlijnen van de NEN De onderzoeksstrategie en -opzet zijn bepaald op basis van de verwachte bodemsituatie van de onderzoekslocatie (hypothese), zoals uit de vooraf bij Aveco de Bondt beschikbare informatie naar voren is gekomen. In eerste instantie was op basis van de voorinformatie gekozen voor een onderzoeksstrategie voor een onverdachte locatie (ONV), waarbij twee aanvullende boringen tot 2,0 m-mv zijn geplaatst ter plaatse van de voormalige saneringslocatie (zuidgrens van de onderzoekslocatie). Deze twee aanvullende boringen en de genormeerde peilbuis zijn geplaatst nabij de voormalige saneringslocatie om vast te stellen of de vermoedelijke restverontreiniging nog in de bodem aanwezig is. Echter, omdat tijdens de veldwerkzaamheden bijmengingen met puin en ander bodemvreemd materiaal werd aangetroffen, is de onderzoeksstrategie uitgebreid naar een strategie voor een heterogeen verdachte locatie (VED-HE). Voor de oppervlakte van de onderzoekslocatie is m 2 aangehouden. Asbest In de NEN 5740 worden geen specifieke richtlijnen omschreven voor onderzoek naar het voorkomen van asbest in de bodem. Indien tijdens de veldwerkzaamheden op het maaiveld of in de opgeboorde grond zintuiglijk asbestverdachte materialen zijn waargenomen, is dit vermeld in paragraaf Zintuiglijke waarnemingen. datum 5 juni 2015 referentie R-JTP/ pagina 6 van 17

28 4 UITVOERING ONDERZOEK 4.1 Veldwerkzaamheden De werkzaamheden zijn verricht conform ons procescertificaat op basis van de BRL SIKB De procescertificaten staan op naam van Aveco de Bondt bv. Aveco de Bondt bv is statutair gevestigd te Rijssen en geregistreerd onder nummer Kamer van Koophandel nr De operationele werkzaamheden worden daarnaast vanuit verschillende vestigingen uitgevoerd. Met het voor akkoord tekenen van deze rapportage verklaart Aveco de Bondt dat de volgens Kwalibo als kritische functie omschreven (veld)werkzaamheden zijn uitgevoerd door of onder directe leiding van een daartoe gecertificeerde monsternemer. Daarnaast is door Aveco de Bondt getoetst en bij deze geborgd dat sprake is van een externe functiescheiding zoals bedoeld in Kwalibo. Voornoemde is nader toegelicht in bijlage 5. Uitgevoerde werkzaamheden Het verrichten van de grondboringen en het plaatsen van de peilbuis is uitgevoerd op 17 april De bemonstering van het grondwater heeft plaatsgevonden op 4 mei De betreffende werkzaamheden zijn uitgevoerd door de heer C. Bomers van Aveco de Bondt (SIKB BRL 2000, protocol 2001 en 2002) die gecertificeerd is en geregistreerd staat als erkend monsternemer. Opgemerkt wordt dat de heer C. Bomers ook erkend is voor protocol 2018 (asbestbodemonderzoek). In tabel 1 is een overzicht gegeven van de verrichte veldwerkzaamheden. tabel 1: Overzicht veldwerkzaamheden Type Tot [cm-mv] Aantal Nummers Boring , 06, 09 Boring , 02, 05 Boring Boring , 10 Peilbuis Bemonstering heeft plaatsgevonden bij elke boring per zintuiglijk onderscheiden grondlaag en maximaal per halve meter. Voor een overzicht van de genomen grondmonsters wordt verwezen naar bijlage 2, de boorprofielen. datum 5 juni 2015 referentie R-JTP/ pagina 7 van 17

29 4.2 Veldresultaten Lokale bodemopbouw Op basis van de opgeboorde grond is een globaal bodemprofiel opgesteld dat is weergegeven in tabel 2. tabel 2: Lokale bodemopbouw Bodemlaag [m-mv] Hoofdnaam Toevoeging Kleur 0,0-0, ZAND Matig fijn, zwak siltig, zwak humeus Bruin 0,5-1, ZAND Matig fijn, zwak siltig, zwak humeus Bruin 1,0-2, ZAND Matig fijn, zwak siltig Grijsblauw 2,0-3, ZAND Matig fijn, zwak siltig Donkergrijs Tijdens het uitvoeren van de grondboringen is het grondwater aangetroffen op een diepte van circa 1,3 m-mv Zintuiglijke waarnemingen In bijlage 2 zijn alle boorprofielen opgenomen en zijn de zintuiglijke waarnemingen beschreven. Een overzicht van de zintuiglijke waarnemingen is weergegeven in tabel 3. datum 5 juni 2015 referentie R-JTP/ pagina 8 van 17

30 tabel 3: Overzicht zintuiglijke waarnemingen Boring Einddiepte Traject Grondsoort Bijzondere bestanddelen [m-mv] [m-mv] 02 0,30-0,50 Zand sporen asbest, zwak kolengruishoudend 0,50-1,00 Zand zwak plastichoudend 03 0,50 0,00-0,50 Zand zwak baksteenhoudend, zwak kolengruishoudend 04 2,00 0,00-0,50 Zand zwak baksteenhoudend, zwak betonhoudend, sporen glas 0,50-0,90 Zand zwak baksteenhoudend, zwak betonhoudend 0,90-2,00 Zand geen olie-water reactie 0,30-0,50 Zand matig baksteenhoudend, sporen kolengruis 06 0,50 0,00-0,50 Zand sporen baksteen 07 2,10 0,00-1,00 Zand matig baksteenhoudend, zwak betonhoudend 1,00-1,30 Veen geen olie-water reactie 1,30-1,60 Veen geen olie-water reactie 1,60-2,10 Zand geen olie-water reactie 08 2,80 0,00-1,30 Zand zwak baksteenhoudend 1,30-2,00 Zand geen olie-water reactie 2,00-2,80 Zand geen olie-water reactie 09 0,50 0,00-0,50 Zand zwak baksteenhoudend 10 2,30 0,00-0,60 Zand zwak baksteenhoudend 0,60-0,80 Zand zwak baksteenhoudend 1,20-1,80 Veen geen olie-water reactie 1,80-2,30 Zand geen olie-water reactie In de bovengrond heterogeen verdeel over de onderzoekslocatie zijn bijmengingen met plastic, glas, kolengruis, baksteen- en betonpuin aangetroffen. Tevens zijn in de bovengrond en op het maaiveld, ter plaatse van boring 02 plaatmaterialen aangetroffen die als asbestverdacht zijn beoordeeld. Deze asbestverdachte plaatmaterialen zijn verzameld en ter analyse aan het laboratorium aangeboden. Opgemerkt wordt dat er geen specifiek verkennend asbestonderzoek conform de NEN 5707 heeft plaatsgevonden. De resultaten met betrekking tot asbest, die in dit onderzoek beschreven worden kunnen alleen als indicatie worden beschouwd. Tijdens het verrichten van de handboringen zijn verder geen bijzonderheden waargenomen die kunnen wijzen op de aanwezigheid van een bodemverontreiniging. Ook ter plaatse van de voormalige saneringslocatie op het perceel zijn in de grond geen zintuiglijke waarnemingen (oliewaterreactie en geur) gedaan die duiden op een mogelijke verontreiniging met olieproducten In de boven- en ondergrond zijn geen bijmengingen met bodemvreemde materialen aangetroffen. Tevens zijn op het maaiveld of in de opgeboorde grond zintuiglijk geen asbestverdachte materialen aangetroffen. datum 5 juni 2015 referentie R-JTP/ pagina 9 van 17

31 4.2.3 Meetgegevens grondwater De peilbuisgegevens en de grondwaterstand zijn in de onderstaande tabel weergegeven. tabel 4: Peilbuisgegevens en grondwaterstand Peilbuis Filterdiepte Grondwaterstand ph EC Troebelheid* Datum [m-mv] [m-mv] [µs/cm] [NTU] 08 1,80-2,80 1,12 9, , *: De NEN 5744 vermeldt t.a.v. troebelheid: Het beste monster wordt verkregen als het watermonster dezelfde helderheid heeft als het water zoals dat door natuurlijke krachten door de formatie beweegt. Dit zal veelal het geval zijn wanneer de troebelheid 10 NTU (Nephelometric Turbidity Unit) of lager is. Wanneer een hogere troebelheid dan 10 NTU geconstateerd wordt, kan toch monsterneming plaatsvinden. Pas met de interpretatie van de analyseresultaten kan worden beoordeeld of troebelheid een probleem vormt. Indien NTU-waarden >10 gemeten zijn, wordt in paragraaf beoordeeld of troebelheid een probleem vormt. De in de bovenstaande tabel opgenomen waarden voor de ph (zuurgraad), EC (elektrische geleidbaarheid) en troebelheid (NTU) zijn in het veld gemeten. De gemeten waarden kunnen als normaal worden beschouwd. De bovengenoemde grondwaterstand betreft de gemeten stijghoogte. De in de boorprofielen aangegeven grondwaterstanden betreft de inschatting van de grondwaterstand tijdens de boorwerkzaamheden. Bij de bemonstering van het grondwater zijn zintuiglijk geen bijzonderheden waargenomen die kunnen wijzen op de aanwezigheid van een bodemverontreiniging. 4.3 Monsterselectie en analyses De monsters zijn ter analyse overgedragen aan het laboratorium van ALcontrol. ALcontrol is geaccrediteerd volgens NEN-EN-ISO/IEC 17025:2005. Het laboratorium is erkend voor Analyse voor milieuhygiënisch onderzoek (AS3000) en Analyse van bouwstoffen, grond en baggerspecie (AP04). Voetnoten analysecertificaten Door het laboratorium zijn de volgende voetnoten op de analysecertificaten geplaatst. Een nadere toelichting op de betreffende voetnoten is opgenomen in bijlage 6. Voetnoten certificaat : 1. De betrouwbaarheid van het resultaat is mogelijk beïnvloed door overschrijding van de toegestane conserveertermijn volgens SIKB protocol 3001; 2. De sommatie na verrekening van de 0.7 factor voor <-waarden volgens BoToVa. 3. De periode tussen monsterneming en in behandeling nemen op het lab was groter dan de toegestane conserveertermijn volgens SIKB protocol 3001; 4. Het resultaat is indicatief i.v.m. storende matrix; datum 5 juni 2015 referentie R-JTP/ pagina 10 van 17

32 5. Het resultaat is indicatief, omdat de hoeveelheid toegevoegd zuur niet voldoende is om het hoge organische stof gehalte te maskeren; 6. Het gehalte is indicatief i.v.m. de aanwezigheid van componenten die een storende invloed hebben op de meting. Voetnoten certificaat : 1. De sommatie na verrekening van de 0.7 factor voor <-waarden volgens BoToVa; 2. Het gehalte is indicatief i.v.m. de aanwezigheid van componenten die een storende invloed hebben op de meting Grond In relatie tot de doelstelling van het bodemonderzoek en op basis van de veldwaarnemingen zijn grondmonsters geselecteerd en grondmengmonsters samengesteld ten behoeve van de analyses zoals weergegeven in tabel 5. tabel 5: Monstersamenstelling en uitgevoerde analyses Monster Traject [m-mv] Deelmonsters Grondsoort Herkomst / bijzonderheden Analyses 1) GMM01 0,00-0,40 01 (0,00-0,40) ZAND Bovengrond / zintuiglijk schoon Standaardpakket 05 (0,00-0,30) GMM02 0,00-0,50 02 (0,30-0,50) ZAND Bovengrond / zwak baksteen-, beton- Standaardpakket 03 (0,00-0,50) en kolengruishoudend 04 (0,00-0,50) 05 (0,30-0,50) GMM03 0,00-0,50 07 (0,00-0,50) ZAND Bovengrond / zwak baksteen-, beton- Standaardpakket 08 (0,00-0,50) en kolengruishoudend 09 (0,00-0,50) 10 (0,00-0,50) GMM04 0,50-1,30 05 (0,50-1,00) VEEN Ondergrond / zintuiglijk schoon Standaardpakket 07 (1,00-1,30) 10 (0,80-1,20) 1) Standaard pakket grond (AS3000): Droogrest, lutum, organische stof, metalen (barium, cadmium, kobalt, koper, kwik, lood, molybdeen, nikkel en zink); som-pcb; som- PAK (10); minerale olie (C10 - C40) incl. clean up. De verzamelde asbestverdachte plaatmaterialen zijn ter analyse aan het laboratorium aangeboden en geanalyseerd zoals in tabel 6 is weergegeven. datum 5 juni 2015 referentie R-JTP/ pagina 11 van 17

33 tabel 6: Overzicht asbestanalyses Monster Herkomst Deelmonsters Analyses ASB01 Bovengrond boring (0,30-0,50) Asbestonderzoek plaat min 5x5cm ASB02 Maaiveld boring 02 materiaal monster1 Asbestonderzoek plaat min 5x5cm materiaal monster2 materiaal monster Grondwater In relatie tot de doelstelling van het onderzoek zijn analyses op het grondwater uitgevoerd zoals weergegeven in tabel 7. tabel 7: Overzicht uitgevoerde grondwateranalyses Peilbuis Filtertraject [cm-mv] Monstercodering Herkomst / bijzonderheden Analyses 1) Voormalige saneringslocatie / geen Standaard pakket grondwater bijzonderheden 1) Standaard pakket grondwater (AS3000): Metalen (barium, cadmium, kobalt, koper, kwik, lood, molybdeen, nikkel en zink); minerale olie (C10 - C40); vluchtige aromatische koolwaterstoffen, naftaleen en vluchtige gehalogeneerde koolwaterstoffen. datum 5 juni 2015 referentie R-JTP/ pagina 12 van 17

34 5 TOETSING EN INTERPRETATIE 5.1 Toetsingskader De aan- of afwezigheid van bodemverontreiniging wordt bepaald door de overschrijding van de normwaarden van de onderzochte stoffen. Voor de toetsing van de bodemkwaliteit worden de streefwaarden grondwater en de interventiewaarden grond en grondwater gehanteerd volgens de Circulaire bodemsanering per 1 juli Daarnaast worden de achtergrondwaarden voor grond gehanteerd volgens de Regeling Bodemkwaliteit. De toetsing wordt uitgevoerd en gevalideerd door de Bodem Toets- en Validatieservice (BoToVa). Met deze toetsingswaarden worden richtwaarden gegeven ter beoordeling van de milieuhygiënische toestand van de bodem. De interventiewaarde is de waarde, waarbij risico s voor het milieu en de volksgezondheid aanwezig kunnen zijn. In de toetstabellen in bijlage 4 is een index weergegeven. Deze index geeft de mate van verontreiniging aan ten opzichte van de achtergrondwaarde (index = 0) en de interventiewaarde (index = 1). Bij een historische verontreiniging (verontreiniging ontstaan voor 1 januari ) wordt bepaald of het een geval van ernstige bodemverontreiniging betreft. Volgens de Circulaire bodemsanering is er sprake van een geval van ernstige bodemverontreiniging indien voor tenminste één stof de gemiddelde gemeten concentratie van minimaal 25 m 3 bodemvolume in het geval van een bodemverontreiniging, of 100 m 3 poriënverzadigd bodemvolume in het geval van grondwaterverontreiniging, hoger is dan de interventiewaarde. Voor asbest geldt dat zodra er grond aanwezig is met een concentratie aan asbest boven de interventiewaarde, onafhankelijk van het volume, er sprake is van een geval van ernstige verontreiniging. Voor nieuwe verontreinigingen (verontreiniging ontstaan na 1 januari ) is in de regel artikel 13 van de Wet bodembescherming (zorgplicht) van toepassing. 1 Voor asbest geldt 1 juli 1993 datum 5 juni 2015 referentie R-JTP/ pagina 13 van 17

35 5.2 Toetsing analyseresultaten grond In tabel 8 zijn de analyseresultaten van het grondonderzoek weergegeven. De analyseresultaten zijn getoetst aan de normwaarden voor grond zoals in paragraaf 5.1 omschreven. In bijlage 3 zijn de analysecertificaten van het grondonderzoek opgenomen. tabel 8: Overschrijdingstabel grond Monster Traject [m-mv] Deelmonsters Herkomst / bijzonderheden Analyseresultaat ) GMM01 0,00-0,40 01 (0,00-0,40) 05 (0,00-0,30) GMM02 0,00-0,50 02 (0,30-0,50) 03 (0,00-0,50) 04 (0,00-0,50) 05 (0,30-0,50) GMM03 0,00-0,50 07 (0,00-0,50) 08 (0,00-0,50) 09 (0,00-0,50) 10 (0,00-0,50) GMM04 0,50-1,30 05 (0,50-1,00) 07 (1,00-1,30) 10 (0,80-1,20) Bovengrond / zintuiglijk schoon Bovengrond / zwak baksteen-, betonen kolengruishoudend Bovengrond / zwak baksteen-, betonen kolengruishoudend Ondergrond / zintuiglijk schoon Geen overschrijdingen (AW) Geen overschrijdingen (AW) >AW: kwik >AW: kobalt, lood en molybdeen AW: Gehalte voldoet aan de achtergrondwaarden; >AW: Gehalte boven de achtergrondwaarden. 5.3 Analyseresultaat asbestanalyses In tabel 9 zijn de analyseresultaten van de asbestanalyses op het verzamelde plaatmateriaal weergegeven. tabel 9: Overzicht asbestanalyses Monster Herkomst Deelmonsters Analyseresultaat ASB01 Bovengrond boring (0,30-0,50) 1 Stukje asbesthoudend plaatmateriaal ASB02 Maaiveld boring 02 materiaal monster1 Geen asbest boven de detectiegrens gemeten materiaal monster2 materiaal monster3 datum 5 juni 2015 referentie R-JTP/ pagina 14 van 17

36 5.4 Toetsing analyseresultaten grondwater In tabel 10 zijn de analyseresultaten van het grondwateronderzoek weergegeven. De analyseresultaten zijn getoetst aan de normwaarden voor grondwater zoals in paragraaf 5.1 omschreven. In bijlage 3 zijn de analysecertificaten van het grondwateronderzoek opgenomen. tabel 10: Overschrijdingstabel grondwater Peilbuis Filtertraject [cm-mv] Monstercodering Herkomst / bijzonderheden Analyseresultaat Voormalige saneringslocatie / geen >S: barium en naftaleen bijzonderheden >S: concentratie groter dan streefwaarden. 5.5 Interpretatie onderzoeksresultaten Grond In het grondmengmonsters GMM01 van de zintuiglijk onverdachte bovengrond van de onderzoekslocatie zijn geen van de onderzochte stoffen in verhoogde gehalten gemeten. Van de grondmengmonsters van de zintuiglijk verdachte bovengrond van de onderzoekslocatie zijn in GMM02 geen verhoogde gehalten aan onderzochte stoffen gemeten. In GMM03 is een licht verhoogd gehalte aan kwik gemeten. In het grondmengmonster GMM04 van de zintuiglijk onverdachte veengrond van de onderzoekslocatie zijn licht verhoogde gehalten aan kobalt, lood en molybdeen gemeten. De aangetoonde licht verhoogde gehalten aan zware metalen. Overschrijden de betreffende achtergrondwaarden (AW2000-waarden) maar geven geen aanleiding tot nader onderzoek Asbest Uit de analyseresultaten van het aangetroffen plaatmateriaal in de bovengrond (ASB01) blijkt dat dit materiaal asbesthoudend is. Uit de analyses op de overige stukjes asbestverdacht materiaal, die op maaiveld zijn aangetroffen, blijkt dat deze stukjes niet asbesthoudend zijn. Het materiaal blijkt plastic te zijn. De resultaten (asbesthoudend materiaal in de grond) geven aanleiding tot het uitvoeren van een nader onderzoek asbest. datum 5 juni 2015 referentie R-JTP/ pagina 15 van 17

37 5.5.3 Grondwater In het grondwatermonster uit peilbuis 08 zijn licht verhoogde concentraties aan barium en naftaleen gemeten. Het verhoogde gehalte aan naftaleen wordt mogelijk veroorzaakt door de verhoogde rapportagegrens (zie bijlage 6, certificaat , voetnoot 2). De aangetoonde licht verhoogde concentraties overschrijden de betreffende streefwaarden en geven geen aanleiding voor het uitvoeren van nader onderzoek. Zoals in paragraaf beschreven zijn NTU-waarden >10 gemeten en moet worden beoordeeld of troebelheid een probleem vormt. Troebelheid wordt niet alleen veroorzaakt door in suspensie zijnde vaste (grond)deeltjes (en mogelijk daaraan gebonden verontreinigingen), maar ook door emulsies van puur product (bijvoorbeeld: drijflagen (olieproducten), zaklagen (VOCl, creosoten e.d.), pesticiden e.d.). Zolang uit de analyseresultaten blijkt dat geen sprake is van verontrustende overschrijdingen, is een hogere dan natuurlijke troebelheid geen probleem. De in het grondwater (troebele monsters) aangetroffen concentraties zijn weliswaar verhoogd ten opzichte van de streefwaarden, echter binnen de onderzoeksdoelstelling (index < 0,5) is geen sprake van verontrustende overschrijdingen. Derhalve is de hogere dan natuurlijke troebelheid geen probleem en is er geen aanleiding voor herbemonstering. datum 5 juni 2015 referentie R-JTP/ pagina 16 van 17

38 6 CONCLUSIE In opdracht van Bouw- en aannemersbedrijf Ossendrijver BV is door Aveco de Bondt BV een verkennend bodemonderzoek uitgevoerd op een locatie gelegen aan de Acacialaan (voorheen) nr. 2 te Veenendaal. De aanleiding tot het uitvoeren van het bodemonderzoek is de voorgenomen aanvraag van een omgevingsvergunning voor het aspect bouwen. Conform de gemeentelijke bouwverordening moet een bodemonderzoek uitgevoerd worden voordat de gemeente een vergunning kan verlenen. Het doel van het onderzoek is het vastleggen van de milieuhygiënische kwaliteit van de bodem van de onderzoekslocatie en te verifiëren of deze vanuit het oogpunt van de Wet Bodembescherming van invloed is op de voorgenomen bouwontwikkeling. Zintuiglijke waarnemingen In de bovengrond zijn heterogeen verdeeld over de onderzoekslocatie bijmengingen met plastic, glas, kolengruis, baksteen- en betonpuin waargenomen. In de bovengrond ter plaatse van boring 02 is asbest(houdend) plaatmateriaal aangetoond. Op de zuidgrens van de onderzoekslocatie waar mogelijk een restverontreiniging met olieproducten zou kunnen zijn, zijn geen waarnemingen gedaan die duiden op een dergelijke verontreiniging. Grond Uit het uitgevoerde bodemonderzoek is gebleken dat zowel in zintuiglijk verdachte bovengrond van de onderzoekslocatie, zeer plaatselijk een licht verhoogd gehalte aan kwik is gemeten. In de zintuiglijk onverdachte ondergrond zijn licht verhoogde gehalten aan kobalt, lood en molybdeen gemeten. Grondwater In het ondiepe grondwater van de zuidgrens van de onderzoekslocatie zijn licht verhoogde concentraties aan barium en naftaleen gemeten. Resumé Gezien de in beschreven onderzoeksresultaten kan er geen definitieve conclusie worden getrokken. De milieuhygiënische kwaliteit van de grond en het grondwater leiden niet tot bezwaren ten aanzien van de voorgenomen bouwontwikkeling op de onderzoekslocatie. Echter dient er wel (nader) bodemonderzoek asbest uitgevoerd te worden met betrekking tot de asbesthoudende materialen die in de grond zijn aangetroffen. datum 5 juni 2015 referentie R-JTP/ pagina 17 van 17

39 6 CONCLUSIE In opdracht van Bouw- en aannemersbedrijf Ossendrijver BV is door Aveco de Bondt BV een verkennend bodemonderzoek uitgevoerd op een locatie gelegen aan de Acacialaan (voorheen) nr. 2 te Veenendaal. De aanleiding tot het uitvoeren van het bodemonderzoek is de voorgenomen aanvraag van een omgevingsvergunning voor het aspect bouwen. Conform de gemeentelijke bouwverordening moet een bodemonderzoek uitgevoerd worden voordat de gemeente een vergunning kan verlenen. Het doel van het onderzoek is het vastleggen van de milieuhygiënische kwaliteit van de bodem van de onderzoekslocatie en te verifiëren of deze vanuit het oogpunt van de Wet Bodembescherming van invloed is op de voorgenomen bouwontwikkeling. Zintuiglijke waarnemingen In de bovengrond zijn heterogeen verdeeld over de onderzoekslocatie bijmengingen met plastic, kolengruis, baksteen- en betonpuin waargenomen. In de bovengrond ter plaatse van boring 02 is asbest(houdend) plaatmateriaal aangetroffen. Op de zuidgrens van de onderzoekslocatie waar mogelijk een restverontreiniging met olieproducten zou kunnen zijn, zijn geen waarnemingen gedaan die duiden op een dergelijke verontreiniging. Grond Uit het uitgevoerde bodemonderzoek is gebleken dat zowel in zintuiglijk verdachte bovengrond van de onderzoekslocatie, zeer plaatselijk een licht verhoogd gehalte aan kwik is gemeten. In de zintuiglijk onverdachte ondergrond zijn licht verhoogde gehalten aan kobalt, lood en molybdeen gemeten. Grondwater In het ondiepe grondwater van de zuidgrens van de onderzoekslocatie zijn licht verhoogde concentraties aan barium en naftaleen gemeten. Resumé Gezien de in beschreven onderzoeksresultaten kan er geen definitieve conclusie worden getrokken. De milieuhygiënische kwaliteit van de grond en het grondwater leiden niet tot bezwaren ten aanzien van de voorgenomen bouwontwikkeling op de onderzoekslocatie. Echter dient er wel nader onderzoek asbest uitgevoerd te worden met betrekking tot de asbesthoudende materialen die in de grond zijn aangetroffen. datum 1 juni 2015 referentie R-JTP/ pagina 18 van 18

40 R-JTP/148 bijlage 1: Topografische ligging onderzoekslocatie en kadastrale situatie

41 Topografische ligging onderzoekslocatie

42 9307 Uittreksel Kadastrale Kaart Uw referentie: /ro Acacialaan m 5 m 25 m Deze kaart is noordgericht Perceelnummer Huisnummer Vastgestelde kadastrale grens Voorlopige kadastrale grens Administratieve kadastrale grens Bebouwing Overige topografie Voor een eensluidend uittreksel, Apeldoorn, 9 april 2014 De bewaarder van het kadaster en de openbare registers Schaal 1:500 Kadastrale gemeente Sectie Perceel VEENENDAAL D 3120 Aan dit uittreksel kunnen geen betrouwbare maten worden ontleend. De Dienst voor het kadaster en de openbare registers behoudt zich de intellectuele eigendomsrechten voor, waaronder het auteursrecht en het databankenrecht.

43 R-JTP/148 bijlage 2: Overzicht veldwaarnemingen en boorprofielen

44 Boring: 01 Datum: Boring: 02 Datum: braak Zand, matig fijn, zwak siltig, beigegeel, Edelmanboor, geroerd braak Zand, matig fijn, zwak siltig, beigegeel, Edelmanboor, geroerd Zand, matig fijn, matig siltig, matig humeus, matig veenhoudend, donkerbruin, Edelmanboor, geroerd Zand, matig fijn, matig siltig, matig humeus, zwak grindhoudend, sporen asbest, zwak kolengruishoudend, donkerbruin, Edelmanboor, geroerd Zand, matig fijn, matig siltig, matig humeus, zwak grindhoudend, zwak plastichoudend, donkerbruin, Edelmanboor, geroerd Boring: 03 Datum: Boring: 04 Datum: braak Zand, matig fijn, matig siltig, zwak humeus, zwak baksteenhoudend, zwak kolengruishoudend, donkerbruin, Edelmanboor braak Zand, matig fijn, matig siltig, zwak humeus, zwak baksteenhoudend, zwak betonhoudend, sporen glas, bruin, Edelmanboor, geroerd Zand, matig fijn, matig siltig, zwak humeus, zwak baksteenhoudend, zwak betonhoudend, brokken veen, bruin, Edelmanboor, geroerd Zand, matig fijn, zwak siltig, geen olie-water reactie, grijsgeel, Zuigerboor, geroerd Boring: 05 Datum: Boring: 06 Datum: braak Zand, matig fijn, zwak siltig, beigegeel, Edelmanboor, geroerd braak Zand, matig fijn, matig siltig, zwak humeus, sporen baksteen, bruin, Edelmanboor, geroerd Zand, matig fijn, matig siltig, matig humeus, matig veenhoudend, uiterst baksteenhoudend, sporen kolengruis, donkerbruin, Edelmanboor, geroerd Veen, zwak zandig, bruin, Edelmanboor Projectnaam: Verkennend Bodemonderzoek Acacialaan [voorheen] nr. 2 te Veenendaal Projectcode: Pagina 1 / 2 Schaal (A4): 1: 30

45 Boring: 07 Datum: Boring: 08 Datum: braak Zand, matig fijn, matig siltig, zwak humeus, matig baksteenhoudend, zwak betonhoudend, brokken veen, bruin, Edelmanboor, geroerd braak Zand, matig fijn, matig siltig, zwak humeus, zwak baksteenhoudend, zwak grindhoudend, bruin, Edelmanboor, geroerd Veen, zwak zandig, geen olie-water reactie, donkerbruin, Edelmanboor, oorspr. profiel Veen, mineraalarm, geen olie-water reactie, roodbruin, Edelmanboor, oorspr. profiel Zand, matig fijn, zwak siltig, geen olie-water reactie, grijsgeel, Zuigerboor, vergraven Zand, matig fijn, zwak siltig, geen olie-water reactie, grijs, Zuigerboor Zand, matig fijn, zwak siltig, geen olie-water reactie, grijsgeel, Zuigerboor, oorspr. profiel Boring: 09 Datum: Boring: 10 Datum: braak Zand, matig fijn, matig siltig, matig grindig, zwak grindhoudend, zwak baksteenhoudend, brokken veen, donkerbruin, Edelmanboor, geroerd braak Zand, matig fijn, matig siltig, zwak humeus, zwak baksteenhoudend, zwak grindhoudend, bruin, Edelmanboor, geroerd Zand, matig fijn, matig siltig, matig humeus, zwak baksteenhoudend, zwak grindhoudend, bruin, Edelmanboor, geroerd Veen, zwak zandig, bruin, Edelmanboor, oorspr. profiel Veen, mineraalarm, geen olie-water reactie, roodbruin, Edelmanboor Zand, matig fijn, zwak siltig, geen olie-water reactie, grijs, Zuigerboor 230 Projectnaam: Verkennend Bodemonderzoek Acacialaan [voorheen] nr. 2 te Veenendaal Projectcode: Pagina 2 / 2 Schaal (A4): 1: 30

46 R-JTP/148

47 R-JTP/148 bijlage 3: Analysecertificaten

48 Analyserapport ALcontrol B.V. Correspondentieadres Steenhouwerstraat AG Rotterdam Tel.: +31 (0) Fax: +31 (0) Aveco de Bondt BV J. Tromp Postbus GE AMERSFOORT Blad 1 van 8 Uw projectnaam : Verkennend Bodemonderzoek Acacialaan [voorheen] nr. 2 te Veenendaal Uw projectnummer : ALcontrol rapportnummer : , versienummer: 1 Rotterdam, Geachte heer/mevrouw, Hierbij ontvangt u de analyse resultaten van het laboratoriumonderzoek ten behoeve van uw project Het onderzoek werd uitgevoerd conform uw opdracht. De gerapporteerde resultaten hebben uitsluitend betrekking op de geteste monsters. De door u aangegeven omschrijvingen voor de monsters en het project zijn overgenomen in dit analyserapport. Het onderzoek is, met uitzondering van eventueel door derden uitgevoerd onderzoek, uitgevoerd door ALcontrol B.V., gevestigd aan de Steenhouwerstraat 15 in Rotterdam (NL). Dit analyserapport bestaat inclusief bijlagen uit 8 pagina's. In geval van een versienummer van '2' of hoger vervallen de voorgaande versies. Alle bijlagen maken onlosmakelijk onderdeel uit van het rapport. Alleen vermenigvuldiging van het hele rapport is toegestaan. Mocht u vragen en/of opmerkingen hebben naar aanleiding van dit rapport, bijvoorbeeld als u nadere informatie nodig heeft over de meetonzekerheid van de analyseresultaten in dit rapport, dan verzoeken wij u vriendelijk contact op te nemen met de afdeling Customer Support. Wij vertrouwen er op u met deze informatie van dienst te zijn. Hoogachtend, R. van Duin Laboratory Manager ALCONTROL B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR DE RAAD VOOR ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM ISO/IEC 17025:2005 ONDER NR. L 028 AL ONZE WERKZAAMHEDEN WORDEN UITGEVOERD ONDER DE ALGEMENE VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN TE ROTTERDAM INSCHRIJVING HANDELSREGISTER: KVK ROTTERDAM

49 Aveco de Bondt BV J. Tromp Analyserapport Blad 2 van 8 Projectnaam Projectnummer Rapportnummer Verkennend Bodemonderzoek Acacialaan [voorheen] nr. 2 te Veenendaal Orderdatum Startdatum Rapportagedatum Nummer Monstersoort Monsterspecificatie 001 Grond (AS3000) GMM01 01 (0-40) 05 (0-30) 002 Grond (AS3000) GMM02 02 (30-50) 03 (0-50) 05 (30-50) 04 (0-50) 003 Grond (AS3000) GMM03 07 (0-50) 08 (0-50) 09 (0-50) 10 (0-50) 004 Grond (AS3000) GMM04 05 (50-100) 07 ( ) 10 (80-120) Analyse Eenheid Q droge stof gew.-% S gewicht artefacten g S <1 <1 <1 <1 aard van de artefacten - S geen geen geen geen organische stof (gloeiverlies) % vd DS S < KORRELGROOTTEVERDELING lutum (bodem) % vd DS S ) METALEN barium mg/kgds S < ) cadmium mg/kgds S <0.2 <0.2 < kobalt mg/kgds S koper mg/kgds S < kwik mg/kgds S <0.05 < lood mg/kgds S < molybdeen mg/kgds S <0.5 <0.5 < nikkel mg/kgds S zink mg/kgds S < POLYCYCLISCHE AROMATISCHE KOOLWATERSTOFFEN naftaleen mg/kgds S ) < ) fenantreen mg/kgds S ) antraceen mg/kgds S <0.01 1) fluoranteen mg/kgds S ) benzo(a)antraceen mg/kgds S ) chryseen mg/kgds S ) benzo(k)fluoranteen mg/kgds S ) benzo(a)pyreen mg/kgds S ) benzo(ghi)peryleen mg/kgds S ) indeno(1,2,3-cd)pyreen mg/kgds S ) pak-totaal (10 van VROM) mg/kgds S ) 2) ) ) ) (0.7 factor) POLYCHLOORBIFENYLEN (PCB) PCB 28 µg/kgds S <1 <1 <1 <1 PCB 52 µg/kgds S <1 <1 <1 <1 PCB 101 µg/kgds S <1 <1 <1 <1 PCB 118 µg/kgds S <1 <1 <1 <1 PCB 138 µg/kgds S <1 <1 <1 <1 PCB 153 µg/kgds S <1 <1 <1 <1 PCB 180 µg/kgds S <1 <1 <1 <1 som PCB (7) (0.7 factor) µg/kgds S 4.9 2) 4.9 2) 4.9 2) 4.9 2) De met S gemerkte analyses zijn geaccrediteerd en vallen onder de AS3000-erkenning. Overige accreditaties zijn gemerkt met een Q. Paraaf : ALCONTROL B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR DE RAAD VOOR ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM ISO/IEC 17025:2005 ONDER NR. L 028 AL ONZE WERKZAAMHEDEN WORDEN UITGEVOERD ONDER DE ALGEMENE VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN TE ROTTERDAM INSCHRIJVING HANDELSREGISTER: KVK ROTTERDAM

50 Aveco de Bondt BV J. Tromp Analyserapport Blad 3 van 8 Projectnaam Projectnummer Rapportnummer Verkennend Bodemonderzoek Acacialaan [voorheen] nr. 2 te Veenendaal Orderdatum Startdatum Rapportagedatum Nummer Monstersoort Monsterspecificatie 001 Grond (AS3000) GMM01 01 (0-40) 05 (0-30) 002 Grond (AS3000) GMM02 02 (30-50) 03 (0-50) 05 (30-50) 04 (0-50) 003 Grond (AS3000) GMM03 07 (0-50) 08 (0-50) 09 (0-50) 10 (0-50) 004 Grond (AS3000) GMM04 05 (50-100) 07 ( ) 10 (80-120) Analyse Eenheid Q MINERALE OLIE fractie C10 - C12 mg/kgds <5 3) <5 3) <5 3) <5 3) fractie C12 - C22 mg/kgds <5 3) 5 3) <5 3) <5 3) fractie C22 - C30 mg/kgds <5 3) 8 3) <5 3) 36 3) fractie C30 - C40 mg/kgds <5 3) 6 3) <5 3) 24 3) totaal olie C10 - C40 mg/kgds S <20 3) <20 3) <20 3) 60 3) De met S gemerkte analyses zijn geaccrediteerd en vallen onder de AS3000-erkenning. Overige accreditaties zijn gemerkt met een Q. Paraaf : ALCONTROL B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR DE RAAD VOOR ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM ISO/IEC 17025:2005 ONDER NR. L 028 AL ONZE WERKZAAMHEDEN WORDEN UITGEVOERD ONDER DE ALGEMENE VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN TE ROTTERDAM INSCHRIJVING HANDELSREGISTER: KVK ROTTERDAM

51 Aveco de Bondt BV J. Tromp Analyserapport Blad 4 van 8 Projectnaam Projectnummer Rapportnummer Verkennend Bodemonderzoek Acacialaan [voorheen] nr. 2 te Veenendaal Orderdatum Startdatum Rapportagedatum Monster beschrijvingen 001 * De monstervoorbehandeling en analyses zijn uitgevoerd conform Accreditatieschema AS3000, dit geldt alleen voor de analyses die worden gerapporteerd met het "S" kenmerk. 002 * De monstervoorbehandeling en analyses zijn uitgevoerd conform Accreditatieschema AS3000, dit geldt alleen voor de analyses die worden gerapporteerd met het "S" kenmerk. 003 * De monstervoorbehandeling en analyses zijn uitgevoerd conform Accreditatieschema AS3000, dit geldt alleen voor de analyses die worden gerapporteerd met het "S" kenmerk. 004 * De monstervoorbehandeling en analyses zijn uitgevoerd conform Accreditatieschema AS3000, dit geldt alleen voor de analyses die worden gerapporteerd met het "S" kenmerk. Voetnoten 1 De betrouwbaarheid van het resultaat is mogelijk beinvloed door overschrijding van de toegestane conserveertermijn volgens SIKB protocol De sommatie na verrekening van de 0.7 factor voor <-waarden volgens BoToVa. 3 De periode tussen monsterneming en in behandeling nemen op het lab was groter dan de toegestane conserveertermijn volgens SIKB protocol Het resultaat is indicatief ivm storende matrix. 5 Het resultaat is indicatief, omdat de hoeveelheid toegevoegd zuur niet voldoende is om het hoge organische stof gehalte te maskeren. 6 Het gehalte is indicatief i.v.m. de aanwezigheid van componenten die een storende invloed hebben op de meting. Paraaf : ALCONTROL B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR DE RAAD VOOR ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM ISO/IEC 17025:2005 ONDER NR. L 028 AL ONZE WERKZAAMHEDEN WORDEN UITGEVOERD ONDER DE ALGEMENE VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN TE ROTTERDAM INSCHRIJVING HANDELSREGISTER: KVK ROTTERDAM

52 Aveco de Bondt BV J. Tromp Analyserapport Blad 5 van 8 Projectnaam Projectnummer Rapportnummer Verkennend Bodemonderzoek Acacialaan [voorheen] nr. 2 te Veenendaal Orderdatum Startdatum Rapportagedatum Analyse Monstersoort Relatie tot norm droge stof Grond (AS3000) Grond: Gelijkwaardig aan ISO en gelijkwaardig aan NEN-EN Grond (AS3000): conform AS en gelijkwaardig aan NEN-EN gewicht artefacten Grond (AS3000) Conform AS3000 en conform NEN 5709 aard van de artefacten Grond (AS3000) Idem organische stof (gloeiverlies) Grond (AS3000) Grond: gelijkwaardig aan NEN Grond (AS3000): conform AS lutum (bodem) Grond (AS3000) Conform AS barium Grond (AS3000) Conform AS3010-5, conform NEN 6950 (ontsluiting conform NEN 6961, meting conform NEN 6966) eigen methode (ontsluiting conform NEN 6961, meting conform ISO 22036). cadmium Grond (AS3000) Idem kobalt Grond (AS3000) Idem koper Grond (AS3000) Idem kwik Grond (AS3000) Conform AS en conform NEN 6950 (ontsluiting conform NEN 6961, meting conform NEN-ISO 16772) lood Grond (AS3000) Conform AS3010-5, conform NEN 6950 (ontsluiting conform NEN 6961, meting conform NEN 6966) eigen methode (ontsluiting conform NEN 6961, meting conform ISO 22036). molybdeen Grond (AS3000) Idem nikkel Grond (AS3000) Idem zink Grond (AS3000) Idem naftaleen Grond (AS3000) Conform AS fenantreen Grond (AS3000) Idem antraceen Grond (AS3000) Idem fluoranteen Grond (AS3000) Idem benzo(a)antraceen Grond (AS3000) Idem chryseen Grond (AS3000) Idem benzo(k)fluoranteen Grond (AS3000) Idem benzo(a)pyreen Grond (AS3000) Idem benzo(ghi)peryleen Grond (AS3000) Idem indeno(1,2,3-cd)pyreen Grond (AS3000) Idem pak-totaal (10 van VROM) (0.7 factor) Grond (AS3000) PCB 28 Grond (AS3000) Conform AS Idem PCB 52 Grond (AS3000) Idem PCB 101 Grond (AS3000) Idem PCB 118 Grond (AS3000) Idem PCB 138 Grond (AS3000) Idem PCB 153 Grond (AS3000) Idem PCB 180 Grond (AS3000) Idem som PCB (7) (0.7 factor) Grond (AS3000) Idem totaal olie C10 - C40 Grond (AS3000) Conform prestatieblad Gelijkwaardig aan NEN-EN-ISO Chromatogram Grond (AS3000) Eigen methode, GC-FID Monster Barcode Aanlevering Monstername Verpakking 001 Y ALC Y ALC Y ALC Y ALC Y ALC Y ALC Y ALC201 Paraaf : ALCONTROL B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR DE RAAD VOOR ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM ISO/IEC 17025:2005 ONDER NR. L 028 AL ONZE WERKZAAMHEDEN WORDEN UITGEVOERD ONDER DE ALGEMENE VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN TE ROTTERDAM INSCHRIJVING HANDELSREGISTER: KVK ROTTERDAM

53 Aveco de Bondt BV J. Tromp Analyserapport Blad 6 van 8 Projectnaam Projectnummer Rapportnummer Verkennend Bodemonderzoek Acacialaan [voorheen] nr. 2 te Veenendaal Orderdatum Startdatum Rapportagedatum Monster Barcode Aanlevering Monstername Verpakking 003 Y ALC Y ALC Y ALC Y ALC Y ALC Y ALC201 Paraaf : ALCONTROL B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR DE RAAD VOOR ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM ISO/IEC 17025:2005 ONDER NR. L 028 AL ONZE WERKZAAMHEDEN WORDEN UITGEVOERD ONDER DE ALGEMENE VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN TE ROTTERDAM INSCHRIJVING HANDELSREGISTER: KVK ROTTERDAM

54 Aveco de Bondt BV J. Tromp Analyserapport Blad 7 van 8 Projectnaam Projectnummer Rapportnummer Verkennend Bodemonderzoek Acacialaan [voorheen] nr. 2 te Veenendaal Orderdatum Startdatum Rapportagedatum Monsternummer: Monster beschrijvingen 002 GMM0202 (30-50) 03 (0-50) 05 (30-50) 04 (0-50) Karakterisering naar alkaantraject benzine kerosine en petroleum diesel en gasolie motorolie stookolie C9-C14 C10-C16 C10-C28 C20-C36 C10-C36 De C10 en C40 pieken zijn toegevoegd door het laboratorium en worden gebruikt als interne standaard. Paraaf : ALCONTROL B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR DE RAAD VOOR ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM ISO/IEC 17025:2005 ONDER NR. L 028 AL ONZE WERKZAAMHEDEN WORDEN UITGEVOERD ONDER DE ALGEMENE VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN TE ROTTERDAM INSCHRIJVING HANDELSREGISTER: KVK ROTTERDAM

55 Aveco de Bondt BV J. Tromp Analyserapport Blad 8 van 8 Projectnaam Projectnummer Rapportnummer Verkennend Bodemonderzoek Acacialaan [voorheen] nr. 2 te Veenendaal Orderdatum Startdatum Rapportagedatum Monsternummer: Monster beschrijvingen 004 GMM0405 (50-100) 07 ( ) 10 (80-120) Karakterisering naar alkaantraject benzine kerosine en petroleum diesel en gasolie motorolie stookolie C9-C14 C10-C16 C10-C28 C20-C36 C10-C36 De C10 en C40 pieken zijn toegevoegd door het laboratorium en worden gebruikt als interne standaard. Paraaf : ALCONTROL B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR DE RAAD VOOR ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM ISO/IEC 17025:2005 ONDER NR. L 028 AL ONZE WERKZAAMHEDEN WORDEN UITGEVOERD ONDER DE ALGEMENE VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN TE ROTTERDAM INSCHRIJVING HANDELSREGISTER: KVK ROTTERDAM

57 Aveco de Bondt BV J. Tromp Analyserapport Blad 2 van 6 Projectnaam Projectnummer Rapportnummer Verkennend Bodemonderzoek Acacialaan [voorheen] nr. 2 te Veenendaal Orderdatum Startdatum Rapportagedatum Nummer Monstersoort Monsterspecificatie 001 Asbestverdacht ASB Asbestverdacht ASB02 materiaal monster1,materiaal monster2,materiaal monster3 Analyse Eenheid Q ASBESTONDERZOEK aangeleverd materiaal g KWANTITATIEF ASBESTONDERZOEK asbestresultaten - Q zie bijlage zie bijlage De met S gemerkte analyses zijn geaccrediteerd en vallen onder de AS3000-erkenning. Overige accreditaties zijn gemerkt met een Q. Paraaf : ALCONTROL B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR DE RAAD VOOR ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM ISO/IEC 17025:2005 ONDER NR. L 028 AL ONZE WERKZAAMHEDEN WORDEN UITGEVOERD ONDER DE ALGEMENE VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN TE ROTTERDAM INSCHRIJVING HANDELSREGISTER: KVK ROTTERDAM

58 Aveco de Bondt BV J. Tromp Analyserapport Blad 3 van 6 Projectnaam Projectnummer Rapportnummer Verkennend Bodemonderzoek Acacialaan [voorheen] nr. 2 te Veenendaal Orderdatum Startdatum Rapportagedatum Monster beschrijvingen 002 * De dikke plaat en plaat bevatten plastic vezels. Paraaf : ALCONTROL B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR DE RAAD VOOR ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM ISO/IEC 17025:2005 ONDER NR. L 028 AL ONZE WERKZAAMHEDEN WORDEN UITGEVOERD ONDER DE ALGEMENE VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN TE ROTTERDAM INSCHRIJVING HANDELSREGISTER: KVK ROTTERDAM

59 Aveco de Bondt BV J. Tromp Analyserapport Blad 4 van 6 Projectnaam Projectnummer Rapportnummer Verkennend Bodemonderzoek Acacialaan [voorheen] nr. 2 te Veenendaal Orderdatum Startdatum Rapportagedatum Analyse Monstersoort Relatie tot norm aangeleverd materiaal Asbestverdacht Conform NEN 5896 Monster Barcode Aanlevering Monstername Verpakking 001 A ALC A ALC A ALC A ALC201 Paraaf : ALCONTROL B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR DE RAAD VOOR ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM ISO/IEC 17025:2005 ONDER NR. L 028 AL ONZE WERKZAAMHEDEN WORDEN UITGEVOERD ONDER DE ALGEMENE VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN TE ROTTERDAM INSCHRIJVING HANDELSREGISTER: KVK ROTTERDAM

60 ALcontrol rapportnummer Blad 5 van 6

61 ALcontrol rapportnummer Blad 6 van 6

63 Aveco de Bondt BV J. Tromp Analyserapport Blad 2 van 5 Projectnaam Projectnummer Rapportnummer Verkennend Bodemonderzoek Acacialaan [voorheen] nr. 2 te Veenendaal Orderdatum Startdatum Rapportagedatum Nummer Monstersoort Monsterspecificatie 001 Grondwater (AS3000) Analyse Eenheid Q 001 METALEN barium µg/l S 64 cadmium µg/l S <0.20 kobalt µg/l S <2 koper µg/l S <2.0 kwik µg/l S <0.05 lood µg/l S <2.0 molybdeen µg/l S <2 nikkel µg/l S <3 zink µg/l S 13 VLUCHTIGE AROMATEN benzeen µg/l S <0.2 tolueen µg/l S <0.2 ethylbenzeen µg/l S <0.2 o-xyleen µg/l S <0.1 p- en m-xyleen µg/l S <0.2 xylenen (0.7 factor) µg/l S ) styreen µg/l S <0.2 POLYCYCLISCHE AROMATISCHE KOOLWATERSTOFFEN naftaleen µg/l S ) GEHALOGENEERDE KOOLWATERSTOFFEN 1,1-dichloorethaan µg/l S <0.2 1,2-dichloorethaan µg/l S <0.2 1,1-dichlooretheen µg/l S <0.1 cis-1,2-dichlooretheen µg/l S <0.1 trans-1,2-dichlooretheen µg/l S <0.1 som (cis,trans) 1,2- µg/l S ) dichloorethenen (0.7 factor) dichloormethaan µg/l S <0.2 1,1-dichloorpropaan µg/l S <0.2 1,2-dichloorpropaan µg/l S <0.2 1,3-dichloorpropaan µg/l S <0.2 som dichloorpropanen (0.7 µg/l S ) factor) tetrachlooretheen µg/l S <0.1 tetrachloormethaan µg/l S <0.1 1,1,1-trichloorethaan µg/l S <0.1 1,1,2-trichloorethaan µg/l S <0.1 trichlooretheen µg/l S <0.2 chloroform µg/l S <0.2 vinylchloride µg/l S <0.2 tribroommethaan µg/l S <0.2 De met S gemerkte analyses zijn geaccrediteerd en vallen onder de AS3000-erkenning. Overige accreditaties zijn gemerkt met een Q. Paraaf : ALCONTROL B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR DE RAAD VOOR ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM ISO/IEC 17025:2005 ONDER NR. L 028 AL ONZE WERKZAAMHEDEN WORDEN UITGEVOERD ONDER DE ALGEMENE VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN TE ROTTERDAM INSCHRIJVING HANDELSREGISTER: KVK ROTTERDAM

64 Aveco de Bondt BV J. Tromp Analyserapport Blad 3 van 5 Projectnaam Projectnummer Rapportnummer Verkennend Bodemonderzoek Acacialaan [voorheen] nr. 2 te Veenendaal Orderdatum Startdatum Rapportagedatum Nummer Monstersoort Monsterspecificatie 001 Grondwater (AS3000) Analyse Eenheid Q 001 MINERALE OLIE fractie C10 - C12 µg/l <25 fractie C12 - C22 µg/l <25 fractie C22 - C30 µg/l <25 fractie C30 - C40 µg/l <25 totaal olie C10 - C40 µg/l S <50 De met S gemerkte analyses zijn geaccrediteerd en vallen onder de AS3000-erkenning. Overige accreditaties zijn gemerkt met een Q. Paraaf : ALCONTROL B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR DE RAAD VOOR ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM ISO/IEC 17025:2005 ONDER NR. L 028 AL ONZE WERKZAAMHEDEN WORDEN UITGEVOERD ONDER DE ALGEMENE VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN TE ROTTERDAM INSCHRIJVING HANDELSREGISTER: KVK ROTTERDAM

65 Aveco de Bondt BV J. Tromp Analyserapport Blad 4 van 5 Projectnaam Projectnummer Rapportnummer Verkennend Bodemonderzoek Acacialaan [voorheen] nr. 2 te Veenendaal Orderdatum Startdatum Rapportagedatum Monster beschrijvingen 001 * De monstervoorbehandeling en analyses zijn uitgevoerd conform Accreditatieschema AS3000, dit geldt alleen voor de analyses die worden gerapporteerd met het "S" kenmerk. Voetnoten 1 De sommatie na verrekening van de 0.7 factor voor <-waarden volgens BoToVa. 2 Het gehalte is indicatief i.v.m. de aanwezigheid van componenten die een storende invloed hebben op de meting. Paraaf : ALCONTROL B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR DE RAAD VOOR ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM ISO/IEC 17025:2005 ONDER NR. L 028 AL ONZE WERKZAAMHEDEN WORDEN UITGEVOERD ONDER DE ALGEMENE VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN TE ROTTERDAM INSCHRIJVING HANDELSREGISTER: KVK ROTTERDAM

66 Aveco de Bondt BV J. Tromp Analyserapport Blad 5 van 5 Projectnaam Projectnummer Rapportnummer Verkennend Bodemonderzoek Acacialaan [voorheen] nr. 2 te Veenendaal Orderdatum Startdatum Rapportagedatum Analyse Monstersoort Relatie tot norm barium Grondwater (AS3000) Conform AS en Conform NEN 6966 (meting conform NEN-EN-ISO 11885) cadmium Grondwater (AS3000) Idem kobalt Grondwater (AS3000) Idem koper Grondwater (AS3000) Idem kwik Grondwater (AS3000) Conform AS en conform NEN-EN-ISO lood Grondwater (AS3000) Conform AS en Conform NEN 6966 (meting conform NEN-EN-ISO 11885) molybdeen Grondwater (AS3000) Idem nikkel Grondwater (AS3000) Idem zink Grondwater (AS3000) Idem benzeen Grondwater (AS3000) Conform AS tolueen Grondwater (AS3000) Idem ethylbenzeen Grondwater (AS3000) Idem o-xyleen Grondwater (AS3000) Idem p- en m-xyleen Grondwater (AS3000) Idem xylenen (0.7 factor) Grondwater (AS3000) Conform AS styreen Grondwater (AS3000) Conform AS naftaleen Grondwater (AS3000) Conform AS ,1-dichloorethaan Grondwater (AS3000) Conform AS ,2-dichloorethaan Grondwater (AS3000) Idem 1,1-dichlooretheen Grondwater (AS3000) Idem cis-1,2-dichlooretheen Grondwater (AS3000) Idem trans-1,2-dichlooretheen Grondwater (AS3000) Idem som (cis,trans) 1,2- dichloorethenen (0.7 factor) Grondwater (AS3000) Idem dichloormethaan Grondwater (AS3000) Idem 1,1-dichloorpropaan Grondwater (AS3000) Idem 1,2-dichloorpropaan Grondwater (AS3000) Idem 1,3-dichloorpropaan Grondwater (AS3000) Idem som dichloorpropanen (0.7 factor) Grondwater (AS3000) Idem tetrachlooretheen Grondwater (AS3000) Idem tetrachloormethaan Grondwater (AS3000) Idem 1,1,1-trichloorethaan Grondwater (AS3000) Idem 1,1,2-trichloorethaan Grondwater (AS3000) Idem trichlooretheen Grondwater (AS3000) Idem chloroform Grondwater (AS3000) Idem vinylchloride Grondwater (AS3000) Idem tribroommethaan Grondwater (AS3000) Idem totaal olie C10 - C40 Grondwater (AS3000) Conform AS Monster Barcode Aanlevering Monstername Verpakking 001 G ALC G ALC B ALC204 Paraaf : ALCONTROL B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR DE RAAD VOOR ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM ISO/IEC 17025:2005 ONDER NR. L 028 AL ONZE WERKZAAMHEDEN WORDEN UITGEVOERD ONDER DE ALGEMENE VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN TE ROTTERDAM INSCHRIJVING HANDELSREGISTER: KVK ROTTERDAM

67 R-JTP/148 bijlage 4: Toetsingstabellen

68 Toetsing volgens BoToVa, module T.12-Beoordeling kwaliteit van grond volgens Wbb (Toetsversie 2.0.0, toetskader WBB, SIKB versie , toetsingsdatum: :05) Projectnaam Verkennend Bodemonderzoek Acacialaan [voorheen] nr. 2 te Veenendaal Verkennend Bodemonderzoek Acacialaan [voorheen] nr. 2 te Veenendaal Projectcode Monsteromschrijving GMM01 GMM02 Monstersoort Grond (AS3000) Grond (AS3000) Monster conclusie Voldoet aan Achtergrondwaarde Voldoet aan Achtergrondwaarde Analyse Eenheid AR BT BC BI AR BT BC BI droge stof % gewicht artefacten g <1 <1 aard van de artefacten - Geen Geen organische stof (gloeiverlies) % < KORRELGROOTTEVERDELING lutum (bodem) % vd DS METALEN barium + mg/kg < cadmium mg/kg < <=AW < <=AW kobalt mg/kg <=AW <=AW koper mg/kg < <=AW <=AW kwik mg/kg < <=AW 0.00 < <=AW 0.00 lood mg/kg < <=AW <=AW molybdeen mg/kg < <=AW < <=AW nikkel mg/kg <=AW <=AW zink mg/kg <20 29 <=AW <=AW POLYCYCLISCHE AROMATISCHE KOOLWATERSTOFFEN naftaleen mg/kg < fenantreen mg/kg antraceen mg/kg < fluoranteen mg/kg benzo(a)antraceen mg/kg chryseen mg/kg benzo(k)fluoranteen mg/kg benzo(a)pyreen mg/kg benzo(ghi)peryleen mg/kg indeno(1,2,3-cd)pyreen mg/kg pak-totaal (10 van VROM) (0.7 factor) mg/kg <=AW <=AW POLYCHLOORBIFENYLEN (PCB) PCB 28 ug/kg < < PCB 52 ug/kg < < PCB 101 ug/kg < < PCB 118 ug/kg < < PCB 138 ug/kg < < PCB 153 ug/kg < < PCB 180 ug/kg < < som PCB (7) (0.7 factor) ug/kg <=AW <=AW - MINERALE OLIE fractie C10 - C12 mg/kg < < fractie C12 - C22 mg/kg < fractie C22 - C30 mg/kg < fractie C30 - C40 mg/kg < totaal olie C10 - C40 mg/kg <20 70 <=AW <20 56 <=AW Monstercode Monsteromschrijving GMM01 01 (0-40) 05 (0-30) GMM02 02 (30-50) 03 (0-50) 05 (30-50) 04 (0-50)

69 Toetsing volgens BoToVa, module T.12-Beoordeling kwaliteit van grond volgens Wbb (Toetsversie 2.0.0, toetskader WBB, SIKB versie , toetsingsdatum: :05) Projectnaam Verkennend Bodemonderzoek Acacialaan [voorheen] nr. 2 te Veenendaal Verkennend Bodemonderzoek Acacialaan [voorheen] nr. 2 te Veenendaal Projectcode Monsteromschrijving GMM03 GMM04 Monstersoort Grond (AS3000) Grond (AS3000) Monster conclusie Voldoet aan Achtergrondwaarde Overschrijding Achtergrondwaarde Analyse Eenheid AR BT BC BI AR BT BC BI droge stof % gewicht artefacten g <1 <1 aard van de artefacten - Geen Geen organische stof (gloeiverlies) % KORRELGROOTTEVERDELING lutum (bodem) % vd DS METALEN barium + mg/kg cadmium mg/kg < <=AW <=AW kobalt mg/kg <=AW WO 0.02 koper mg/kg <=AW <=AW kwik mg/kg WO <=AW 0.00 lood mg/kg <=AW WO 0.00 molybdeen mg/kg < <=AW WO 0.01 nikkel mg/kg <=AW <=AW zink mg/kg <=AW <=AW POLYCYCLISCHE AROMATISCHE KOOLWATERSTOFFEN naftaleen mg/kg fenantreen mg/kg antraceen mg/kg fluoranteen mg/kg benzo(a)antraceen mg/kg chryseen mg/kg benzo(k)fluoranteen mg/kg benzo(a)pyreen mg/kg benzo(ghi)peryleen mg/kg indeno(1,2,3-cd)pyreen mg/kg pak-totaal (10 van VROM) (0.7 factor) mg/kg <=AW <=AW POLYCHLOORBIFENYLEN (PCB) PCB 28 ug/kg < < PCB 52 ug/kg < < PCB 101 ug/kg < < PCB 118 ug/kg < < PCB 138 ug/kg < < PCB 153 ug/kg < < PCB 180 ug/kg < < som PCB (7) (0.7 factor) ug/kg <=AW <=AW - MINERALE OLIE fractie C10 - C12 mg/kg < < fractie C12 - C22 mg/kg < < fractie C22 - C30 mg/kg < fractie C30 - C40 mg/kg < totaal olie C10 - C40 mg/kg <20 28 <=AW <=AW Monstercode Monsteromschrijving GMM03 07 (0-50) 08 (0-50) 09 (0-50) 10 (0-50) GMM04 05 (50-100) 07 ( ) 10 (80-120)

70 Legenda Verklaring kolommen AR Resultaat op het analyserapport BT Berekend toetsresultaat (omgerekend naar standaard bodem). Bij organische stof en lutum staan de voor de toetsing gebruikte waarden. BC Toetsoordeel BI ALcontrol berekende BodemIndex waarde: =(BT - (S of AW) ) / (I - (S of AW) ) Verklaring toetsingsoordelen - Geen toetsoordeel mogelijk -- Heeft geen normwaarde, zorgplicht van toepassing --- Interventiewaarde ontbreekt, zorgplicht van toepassing # Verhoogde rapportagegrens, voor meer informatie zie analysecertificaat + De normen voor barium zijn ingetrokken. Indien er sprake is van verhoogde bariumgehalten ten opzichte van de natuurlijke achtergrond als gevolg van een antropogene bron, kan dit gehalte door het bevoegd gezag worden beoordeeld op basis van de voormalige interventiewaarde voor barium van 625 mg/kg d.s (waterbodem) en de interventiewaarde voor landbodem van 920 mg/kg (landbodem). <=AW Kleiner dan of gelijk aan de achtergrondwaarde WO Wonen IN Industrie >I Groter dan interventiewaarde >(ind)i INEV (Indicatieve interventiewaarde) wordt overschreden som IW Interventiewaarde wordt overschreden door som fractie interventiewaarde > 1 (interventie factor) > 1 ^ Enkele parameters ontbreken in de som NT>I Niet toepasbaar of groter dan interventiewaarde NT Niet toepasbaar Kleur informatie Rood > Interventiewaarde (BI > 1), niet Toepasbaar > interventiewaarde, niet toepasbaar, nooit toepasbaar, niet toepasbaar (> S), Oranje >= Tussenwaarde (BI ligt tussen 0.5 en 1) of groter dan de B waarde (component niveau) Klasse wonen of klasse industrie (monsterniveau) Blauw >= Achtergrond waarde (BI < 0.5), > streefwaarde, industrie of wonen

71 Toetsing volgens BoToVa, module T.13-Beoordeling kwaliteit van grondwater volgens Wbb (Toetsversie 1.1.0, toetskader WBB, SIKB versie , toetsingsdatum: :36) Projectnaam Verkennend Bodemonderzoek Acacialaan [voorheen] nr. 2 te Veenendaal Projectcode Monsteromschrijving Monstersoort Grondwater (AS3000) Monster conclusie Overschrijding Streefwaarde Analyse Eenheid AR BT BC BI METALEN barium ug/l >S 0.02 cadmium ug/l < <=S - kobalt ug/l <2 1.4 <=S - koper ug/l < <=S - kwik ug/l < <=S - lood ug/l < <=S - molybdeen ug/l <2 1.4 <=S - nikkel ug/l <3 2.1 <=S - zink ug/l <=S - VLUCHTIGE AROMATEN benzeen ug/l < <=S - tolueen ug/l < <=S - ethylbenzeen ug/l < <=S - o-xyleen ug/l < p- en m-xyleen ug/l < xylenen (0.7 factor) ug/l <=S - styreen ug/l < <=S - POLYCYCLISCHE AROMATISCHE KOOLWATERSTOFFEN naftaleen ug/l >S 0.00 GEHALOGENEERDE KOOLWATERSTOFFEN 1,1-dichloorethaan ug/l < <=S - 1,2-dichloorethaan ug/l < <=S - 1,1-dichlooretheen ug/l < <=S - cis-1,2-dichlooretheen ug/l < trans-1,2-dichlooretheen ug/l < som (cis,trans) 1,2- dichloorethenen (0.7 factor) ug/l <=S - dichloormethaan ug/l < <=S - 1,1-dichloorpropaan ug/l < ,2-dichloorpropaan ug/l < ,3-dichloorpropaan ug/l < som dichloorpropanen (0.7 factor) ug/l <=S - tetrachlooretheen ug/l < <=S - tetrachloormethaan ug/l < <=S - 1,1,1-trichloorethaan ug/l < <=S - 1,1,2-trichloorethaan ug/l < <=S - trichlooretheen ug/l < <=S - chloroform ug/l < <=S - vinylchloride ug/l < <=S - tribroommethaan ug/l < MINERALE OLIE fractie C10 - C12 ug/l < fractie C12 - C22 ug/l < fractie C22 - C30 ug/l < fractie C30 - C40 ug/l < totaal olie C10 - C40 ug/l <50 35 <=S - ADDITIONELE TOETSPARAMETERS EenheidBT BC som 16 aromatische oplosmiddelen (Bbk, ) ug/l 0.77 ^-- som 10 polyaromatische koolwaterstoffen (VROM) DIMSLS Monstercode Monsteromschrijving

72 Legenda Verklaring kolommen AR Resultaat op het analyserapport BT Berekend toetsresultaat (omgerekend naar standaard bodem). Bij organische stof en lutum staan de voor de toetsing gebruikte waarden. BC Toetsoordeel BI ALcontrol berekende BodemIndex waarde: =(BT - (S of AW) ) / (I - (S of AW) ) Verklaring toetsingsoordelen - Geen toetsoordeel mogelijk -- Heeft geen normwaarde, zorgplicht van toepassing --- Streefwaarde ontbreekt, zorgplicht van toepassing # Verhoogde rapportagegrens, voor meer informatie zie analysecertificaat <=AW Kleiner dan of gelijk aan de achtergrondwaarde <=S >S Groter dan de streefwaarde >I Groter dan interventiewaarde Kleiner dan of gelijk aan de streefwaarde >(ind)i INEV (Indicatieve interventiewaarde) wordt overschreden ^ Enkele parameters ontbreken in de som Kleur informatie Rood niet Toepasbaar > interventiewaarde, niet toepasbaar, nooit toepasbaar, niet toepasbaar (> S), Oranje>= Tussenwaarde (BI ligt tussen 0.5 en 1) of groter dan de B waarde (component niveau) Klasse wonen of klasse industrie (monsterniveau) Blauw >= Achtergrond waarde (BI < 0.5), > streefwaarde, industrie of wonen

73 R-JTP/148 bijlage 5: Kwaliteitsborging

74 Kwaliteitsborging Erkenningen Kwalibo De veldwerkzaamheden worden uitgevoerd conform de eisen uit het Besluit Bodemkwaliteit. Hoofdstuk 2 van dit besluit beschrijft de kwaliteitsborging in het bodembeheer, ook wel bekend als Kwalibo. Het onderdeel Kwalibo geeft regels voor de uitvoering van werkzaamheden in de (water)bodemsector en stelt eisen aan de uitvoerders en de bodemintermediairs. Bodemintermediairs mogen alleen onder Kwalibo werkzaamheden verrichten als zij daarvoor zijn erkend. Rijkswaterstaat Leefomgeving beheert de erkenningen. Een erkenning is een beschikking, afgegeven in het kader van het Besluit bodemkwaliteit, waarin staat dat de bodemintermediair voldoet aan de gestelde voorwaarden. Bevoegd gezag mag alleen gegevens accepteren van een erkende intermediair. De kwaliteitseisen zijn vastgelegd in beoordelingsrichtlijnen, protocollen en andere documenten. Daarin is beschreven hoe een bodemintermediair bepaalde werkzaamheden moet uitvoeren. Aveco de Bondt borgt dat de veldwerkzaamheden, monsterneming en/of milieukundige begeleiding worden uitgevoerd door of onder directe leiding van een erkend medewerker conform onze procescertificaten: Monsterneming voor partijkeuringen. Waarbij de uitgevoerde processen voldoen aan de beoordelingsrichtlijn SIKB 1000 Monsterneming voor partijkeuringen. Veldwerk bij milieuhygiënisch bodemonderzoek. Waarbij de uitgevoerde processen voldoen aan de beoordelingsrichtlijn SIKB 2000 Veldwerk bij milieuhygiënisch bodemonderzoek. Milieukundige begeleiding van (water)bodemsaneringen en nazorg. Waarbij de uitgevoerde processen voldoen aan de beoordelingsrichtlijn SIKB 6000 Milieukundige begeleiding en evaluatie van bodemsanering. De procescertificaten staan op naam van Aveco de Bondt bv. Aveco de Bondt bv is statutair gevestigd te Rijssen en geregistreerd onder nummer Kamer van Koophandel nr Functiescheiding (integriteit) Bodemintermediairs moeten onafhankelijk zijn van hun opdrachtgevers om hun integriteit te borgen. Dit moet voorkomen dat eigenaren van bijvoorbeeld verontreinigde locaties of initiatiefnemers tot bijvoorbeeld een bodemsanering op een ongewenste wijze de bodemintermediairs beïnvloeden. De eis van verplichte functiescheiding betreft alleen de relatie opdrachtgever (indien eigenaar) versus bodemintermediair. Functiescheiding is verplicht voor de onder de voornoemde procescertificaten uit te voeren zogeheten kritische functies. Conform de daartoe in het kwaliteitssysteem van Aveco de Bondt bv opgenomen procedure wordt bij iedere (potentiële) opdracht voor de uitvoering van één van deze kritische functies, gecontroleerd of van functiescheiding sprake is. In onze offertes en rapportages wordt het resultaat van deze toets weergegeven R-JTP/148

75 bijlage 6: Toelichting voetnoten analysecertificaten Voetnoten certificaat : 7. De betrouwbaarheid van het resultaat is mogelijk beïnvloed door overschrijding van de toegestane conserveertermijn volgens SIKB protocol 3001; 8. De sommatie na verrekening van de 0.7 factor voor <-waarden volgens BoToVa. 9. De periode tussen monsterneming en in behandeling nemen op het lab was groter dan de toegestane conserveertermijn volgens SIKB protocol 3001; 10. Het resultaat is indicatief i.v.m. storende matrix; 11. Het resultaat is indicatief, omdat de hoeveelheid toegevoegd zuur niet voldoende is om het hoge organische stof gehalte te maskeren; 12. Het gehalte is indicatief i.v.m. de aanwezigheid van componenten die een storende invloed hebben op de meting. De voetnoten [1] en [3] heeft betrekking tot het gemeten gehalte aan PAK in GMM01 en het gemeten gehalte aan minerale olie in alle mengmonsters. Door een overschrijding van de conserveringstermijn is mogelijk de betrouwbaarheid van de analyseresultaten verminderd. Deze overschrijding is veroorzaakt door het verlaat inzetten van de analyses vanwege planning technische omstandigheden. Omdat het geen analyses op (sterk) vluchtige parameters betreft en er geen gehalten boven de achtergrondwaarden zijn gemeten, wordt aangenomen dat dit geen invloed heeft gehad op de analyseresultaten, de toetsing en de uiteindelijke conclusie. Voetnoot [2] betreft een standaard voetnoot die betrekking heeft tot de sommatie na verrekening van de 0,7-factor voor <-waarden volgens BoToVa. Deze verrekening wordt toegepast om de somparameters, waarvan een gehalte onder de detectiegrens is gemeten, een rekenkundige waarde toe te kennen die noodzakelijk is voor de toetsing van de betreffende sommaties. Het is daarmee niet van invloed op het toetsingsresultaat. De voetnoten [4], [5] en [6] hebben betrekking tot storende invloed op de analyses op lutum, barium en naftaleen van het veen in GMM04. Deze storingen worden veroorzaakt door het hoge organische stof gehalte en ook de hogere zuurgraad. Gezien het feit dat in het betreffende mengmonster geen afwijkende of onverwachte resultaten naar voren zijn gekomen wordt verwacht dat deze storing niet van invloed is op het toetsingsresultaat. Voetnoten certificaat : 5. De sommatie na verrekening van de 0.7 factor voor <-waarden volgens BoToVa; 6. Het gehalte is indicatief i.v.m. de aanwezigheid van componenten die een storende invloed hebben op de meting. Voetnoot [1] betreft een standaard voetnoot die betrekking heeft tot de sommatie na verrekening van de 0,7-factor voor <-waarden volgens BoToVa. Deze verrekening wordt toegepast om de somparameters, waarvan een gehalte onder de detectiegrens is gemeten, een rekenkundige waarde toe te kennen die noodzakelijk is voor de toetsing van de betreffende sommaties. Het is daarmee niet van invloed op het toetsingsresultaat R-JTP/148

76 Voetnoot [2] heeft betrekking tot de verhoogde rapportagegrens van naftaleen vanwege een onbekende stof die een storende invloed heeft op het analyseresultaat. Vanwege deze verhoogde rapportagegrens wordt voor naftaleen de streefwaarden overschreden. Omdat de overschrijding slechts marginaal is wordt herbemonstering niet noodzakelijk geacht R-JTP/148

77 tekening 1: Overzicht locatie met monsterpunten R-JTP/148

78

79 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan Bijlage 3 Akoestisch onderzoek bestemmingsplan 77

80

81 INHOUDSOPGAVE 1 INLEIDING 3 2 TOETSINGSKADER 4 3 SITUATIE Locatie kerk en nieuwe woningen Representatieve bedrijfssituatie Geluidvermogenniveaus 6 4 BEOORDELINGSNIVEAUS EN BESPREKING Rekenmethode Langtijdgemiddelde beoordelingsniveau Maximale geluidniveaus Bespreking 9 5 SAMENVATTING 10 Bijlagen Bijlage 1: Bijlage 2: Bijlage 3: Bijlage 4: Situering Invoergegevens rekenmodel Rekenresultaten langtijdgemiddelde beoordelingsniveau Rekenresultaten maximale geluidniveaus Tekeningen Geen inhoudsopgavegegevens gevonden. datum 2 december 2015 referentie WB/028/ pagina 2 van 15

82 1 INLEIDING In opdracht van Bouwbedrijf Ossendrijver heeft Aveco de Bondt bv een akoestisch onderzoek uitgevoerd naar de invloed van geluid afkomstig van de bedrijfsvoering van de naastgelegen kerk Sola Fide, ten behoeve van de realisatie van 5 woningen aan de Acacialaan en de Lindenlaan te Veenendaal. Het onderzoek is uitgevoerd in het kader van een planologische procedure. De toekomstige woningen zijn op korte afstand van de naastgelegen kerk gesitueerd. Onderzocht dient te worden of de realisatie van de woningen ruimtelijk en akoestisch inpasbaar is naast de bedrijfsvoering van de kerk. Uitgangspunt is, dat wanneer de geluidbelasting vanwege de kerk ter plaatse van de nieuwe woningen voldoet aan de grenswaarden uit het Activiteitenbesluit milieubeheer, een goed woon- en leefklimaat gewaarborgd is. Bovendien geldt in dat geval dat de kerk niet in de bedrijfsvoering beperkt wordt. Voor deze inrichting is daarom een akoestisch (prognose)onderzoek in het kader van het Activiteitenbesluit milieubeheer uitgevoerd. In het akoestisch onderzoek is de representatieve bedrijfssituatie van de kerk inzichtelijk gemaakt om te beoordelen of de te realiseren woningen ruimtelijk inpasbaar zijn naast de kerk. Vervolgens zijn de berekende langtijdgemiddelde beoordelingsniveaus (L Ar,LT ) en maximale geluidniveaus (L Amax ) getoetst aan de grenswaarden uit het Activiteitenbesluit milieubeheer. Het akoestisch onderzoek is uitgevoerd conform de Handleiding meten en rekenen industrielawaai datum 2 december 2015 referentie WB/028/ pagina 3 van 15

83 2 TOETSINGSKADER Zoals in de inleiding reeds vermeld is, is het uitgangspunt dat wanneer de geluidbelasting vanwege de kerk ter plaatse van de nieuwe woningen voldoet aan de grenswaarden uit het Activiteitenbesluit milieubeheer, een goed woon- en leefklimaat gewaarborgd is. Bovendien geldt in dat geval dat de kerk niet in de bedrijfsvoering beperkt wordt. Voor de beoordeling van de inpasbaarheid van de nieuwe woningen naast de kerk, is getoetst aan grenswaarden die de geluidruimte van de kerk vertegenwoordigen. Het toetsingskader geluid is vermeld in het Activiteitenbesluit milieubeheer. De ten hoogste toelaatbare waarden voor het langtijdgemiddeld beoordelingsniveau (L Ar,LT ) en het maximaal geluidsniveau (L A max ) volgens het Activiteitenbesluit zijn vermeld in tabel 2.1. Tabel 2.1: Grenswaarden Activiteitenbesluit Grenswaarde in db(a) uur uur uur L Ar,LT op de gevel van geluidgevoelige gebouwen L Ar,LT in in- of aanpandige geluidgevoelige gebouwen L A max op de gevel van geluidgevoelige gebouwen L A max in in- of aanpandige geluidgevoelige gebouwen In het Activiteitenbesluit milieubeheer is bepaald dat indien versterkte muziek ten gehore wordt gebracht en muziekgeluid bij woningen als zodanig herkenbaar is, op de berekende geluidsniveaus een muziekcorrectie van 10 db wordt toegepast. Verder is het niet toegestaan om op muziekgeluidbronnen de bedrijfsduurcorrectie toe te passen. datum 2 december 2015 referentie WB/028/ pagina 4 van 15

84 3 SITUATIE 3.1 LOCATIE KERK EN NIEUWE WONINGEN De voorgenomen bouw van de vijf woningen vindt plaats op het braakliggende perceel, tussen de Acacialaan en Lindenlaan te Veenendaal. Direct ten noorden van dit perceel is de Sola Fide kerk gesitueerd aan de Eikenlaan 3. In bijlage 1 is de ligging weergegeven. 3.2 REPRESENTATIEVE BEDRIJFSSITUATIE De representatieve bedrijfssituatie wordt gevormd door activiteiten die meer dan 12 keer per jaar plaatsvinden. De belangrijkste geluidrelevante bedrijfsactiviteiten van een kerkgebouw zijn de kerkdiensten, en daarmee samenhangende activiteiten zoals versterkte muziek tijdens repetities en parkeerbewegingen op het eigen terrein. Deze activiteiten vinden plaats in de dagen avondperiode. Kerkdiensten en samenhangende activiteiten Maatgevend voor de representatieve bedrijfssituatie is het ten gehore brengen van versterkte muziek. Dit kan zijn tijdens kerkdiensten of tijdens andere activiteiten in het kerkgebouw, zoals repetities. De kerk is in gebruik door de protestants christelijke gemeenschap Sola Fide. Het uitgangspunt omtrent het te hanteren geluidniveau in het gebouw, is gebaseerd op een beschrijving van de activiteiten van de gemeenschap en gebruik van het kerkgebouw op de website 1. Voor de versterkte muziek is uitgegaan van 85 db(a), een geluidniveau dat past bij muziekrepetities en kerkdiensten. Ook voor familiebijeenkomsten, recepties, vergaderingen en cursussen die in het kerkgebouw gehouden kunnen worden is dit geluidniveau toereikend. De diverse activiteiten zijn aanleiding in het akoestisch onderzoek gebruik te maken van het standaard popmuziekspectrum. Voor de geluiduitstraling naar de omgeving is van belang dat het kerkgedeelte in de kopgevel geen te openen raamdelen heeft en voor het grootste deel opgebouwd is uit gesloten metselwerk. De langsgevels zijn over een lengte van circa 17 meter uitgevoerd met een circa 1,5 meter hoge glasstrook, zodat deze maatgevend zijn voor de geluidafstraling naar de omgeving door muziekgeluid. In het kerkgebouw wordt geen gebruik gemaakt van kerkklokken voor het oproepen van de dienst. Parkeren op eigen terrein Het kerkgebouw beschikt over parkeerplaatsen op eigen terrein. De parkeerplaatsen bevinden zich ten noordwesten en ten zuidoosten van het gebouw. Het terrein is bereikbaar via twee inritten aan de Eikenlaan. Voor de parkeerbewegingen is aangehouden dat er in de dagen 1 datum 2 december 2015 referentie WB/028/ pagina 5 van 15

85 avondperiode 100 personenauto s over het eigen terrein rijden, dit zijn totaal 200 voertuigbewegingen. In de representatieve bedrijfssituatie is uitgegaan van 60 % van de voertuigbewegingen op het noordwestelijk deel en 40 % op het zuidoostelijk deel van het terrein. 3.3 GELUIDVERMOGENNIVEAUS In tabel 3.1 zijn de gegevens van de geluidbronnen samengevat. De gehanteerde geluidgegevens zijn afkomstig van bedrijfservaringscijfers en kentallen. Tabel 3.1: Overzicht geluidbronnen Omschrijving L WR [db(a)] Bedrijfsduur of aantallen L WR,eq L WR,max Dag uur Avond uur Nacht uur Geluiduitstraling muziekgeluid langsgevel (ca. 26 m 2 ) 1) uur 4 uur - Geluiduitstraling muziekgeluid kopgevel (ca. 90 m 2 ) 2) uur 4 uur - Voertuigbewegingen noordwestzijde Voertuigbewegingen zuidoostzijde Dichtslaan autoportier - 95 x x - 1) Geluidisolatiewaarde enkel glas (31, Hz) in db: 13/18/23/26/30/32/28/28/28 2) Geluidisolatiewaarde metselwerk met spouw (31, Hz) in db: 31/36/41/46/53/59/64/64/64 datum 2 december 2015 referentie WB/028/ pagina 6 van 15

86 4 BEOORDELINGSNIVEAUS EN BESPREKING 4.1 REKENMETHODE Alle metingen en berekeningen zijn uitgevoerd conform de Handleiding Meten en Rekenen Industrielawaai uit De geluidsoverdracht naar de omgeving is berekend met een rekenprogramma overeenkomstig model II.8 uit de Handleiding. In dit overdrachtsmodel is, voor zover van toepassing, rekening gehouden met verzwakkingen door geometrische uitbreiding, luchtabsorptie, reflectie tegen obstakels, afscherming door obstakels, verstrooiing en absorptie door installaties en vegetaties, reflecties tegen, verstrooiing door en absorptie van de bodem. In het rekenmodel is, buiten de gemodelleerde bodemgebieden, uitgegaan van een volledig reflecterende bodem (B f = 0,0 [-]). De directe omgeving van de kerk en de te bouwen woningen is ingevoerd als bijna volledig reflecterend (B f = 0,3 [-]) Op basis van de vastgestelde geluidsvermogenniveaus en de akoestisch representatieve bedrijfssituatie zijn de langtijdgemiddelde beoordelingsniveaus (L Ar,LT ) en de maximale geluidsniveaus (L Amax ) bepaald ter plaatse van de gevels van de nieuw te bouwen woningen. Het invallend geluidniveau is bepaald. De gehanteerde beoordelingshoogte bedraagt voor de dagperiode 1,5 meter. Voor de avondperiode zijn de geluidniveaus op een beoordelingshoogte van 5 en 7,5 meter inzichtelijk gemaakt. In bijlage 2 zijn de invoergegevens van het rekenmodel opgenomen. datum 2 december 2015 referentie WB/028/ pagina 7 van 15

87 4.2 LANGTIJDGEMIDDELDE BEOORDELINGSNIVEAU In tabel 4.1 zijn de berekende langtijdgemiddelde beoordelingsniveaus (L Ar,LT ) ter plaatse van de gevels van de nieuw te bouwen woningen weergegeven. De rekenresultaten zijn opgenomen in bijlage 3. Daar uit berekeningen is gebleken dat geluiduitstraling van muziekgeluid maatgevend is voor de geluidimmissie bij de woningen, is de straffactor voor muziekgeluid op emissieniveau toegepast. Tabel 4.1: Berekende langtijdgemiddelde beoordelingsniveaus Beoordelingspunt Langtijdgemiddelde beoordelingsniveau [db(a)] 1) Dag uur Avond uur Nacht uur 1. Voorgevel woning / Linker zijgevel woning / Achtergevel woning / Achtergevel woning / Rechter zijgevel woning / Voorgevel woning / Voorgevel woning / Voorgevel woning / Voorgevel woning / Rechter zijgevel woning / Achtergevel woning / Achtergevel woning / Achtergevel woning / Linker zijgevel woning / 29-1) Inclusief straffactor (+10 db) voor herkenbaar muziekgeluid... /.. Beoordelingshoogte 5 m / 7,5 m In de dagperiode zijn langtijdgemiddelde beoordelingsniveaus berekend tot 41 db(a). In de avondperiode, op beoordelingshoogte van respectievelijk 5 en 7,5 meter is dit 43 en 44 db(a). Deze waarden zijn lager dan de grenswaarden uit het Activiteitenbesluit milieubeheer. datum 2 december 2015 referentie WB/028/ pagina 8 van 15

88 4.3 MAXIMALE GELUIDNIVEAUS In tabel 4.2 zijn de berekende maximale geluidniveaus (L Amax ) ter plaatse van de gevels van de nieuw te bouwen woningen weergegeven. De rekenresultaten zijn opgenomen in bijlage 4. Tabel 4.1: Berekende maximale geluidniveaus Beoordelingspunt Maximale geluidniveaus [db(a)] 1) Dag uur Avond uur Nacht uur 1. Voorgevel woning / Linker zijgevel woning / Achtergevel woning / Achtergevel woning / Rechter zijgevel woning / Voorgevel woning / Voorgevel woning / Voorgevel woning / Voorgevel woning / Rechter zijgevel woning / Achtergevel woning / Achtergevel woning / Achtergevel woning / Linker zijgevel woning / /.. Beoordelingshoogte 5 m / 7,5 m In de dagperiode en avondperiode zijn maximale geluidniveaus als gevolg van dichtslaande autoportieren berekend tot 60 db(a). Aan de grenswaarden uit het Activiteitenbesluit milieubeheer van respectievelijk 70 en 65 db(a) is voldaan. 4.4 BESPREKING Uit de rekenresultaten, gepresenteerd in de paragrafen 4.2 en 4.3, blijkt dat de geluidbelasting vanwege de representatieve bedrijfssituatie van de kerk, ter plaatse van de nieuw te bouwen woningen, voldoet aan het toetsingskader uit het Activiteitenbesluit milieubeheer. Zodoende is een goed woon- en leefklimaat gewaarborgd is en geldt dat de kerk niet in de bedrijfsvoering beperkt wordt. Verder blijkt uit de rekenresultaten dat de te verwachten geluidniveaus vanwege de kerk, op de achtergevels van de woningen ten minste 10 db lager zijn dan het beschreven toetsingskader. Dit geeft eveneens blijk van een voldoende geborgd woon- en leefklimaat. datum 2 december 2015 referentie WB/028/ pagina 9 van 15

89 5 SAMENVATTING In opdracht van Bouwbedrijf Ossendrijver heeft Aveco de Bondt bv een akoestisch onderzoek uitgevoerd naar de invloed van geluid afkomstig van de bedrijfsvoering van de naastgelegen kerk Sola Fide, ten behoeve van de realisatie van 5 woningen aan de Acacialaan en de Lindenlaan te Veenendaal. Het onderzoek is uitgevoerd in het kader van een planologische procedure. De bevindingen zijn als volgt: Indien de geluidbelasting vanwege de kerk ter plaatse van de nieuwe woningen voldoet aan de grenswaarden uit het Activiteitenbesluit milieubeheer, is een goed woon- en leefklimaat gewaarborgd is. Bovendien geldt in dat geval dat de kerk niet in de bedrijfsvoering beperkt wordt; De representatieve bedrijfssituatie van de kerk wordt gevormd door geluiduitstraling van de gevels van de kerk vanwege muziekgeluid en de voertuigbewegingen op het eigen parkeerterrein; De berekende langtijdgemiddelde beoordelingsniveaus zijn in de dagen avondperiode respectievelijk 41 en 44 db(a), hiermee is voldaan aan de grenswaarde van 50 db(a) etmaalwaarde uit het Activiteitenbesluit milieubeheer; De berekende maximale geluidniveaus bedragen 60 db(a) in zowel de dag- als avondperiode, hiermee is voldaan aan de grenswaarde van 70 en 65 db(a) voor respectievelijk de dagen avondperiode; De geprognosticeerde geluidniveaus vanwege de kerk, op de achtergevels van de woningen, zijn ten minste 10 db lager zijn dan het toetsingskader. Dit geeft eveneens blijk van een voldoende geborgd woon- en leefklimaat. Omdat aan de grenswaarden uit het Activiteitenbesluit is voldaan, wordt de kerk door de voorgenomen bouw van de woningen niet beperkt in de bedrijfsvoering. Daarnaast is ter plaatse van de toekomstige woningen een goed woon- en leefklimaat gewaarborgd. datum 2 december 2015 referentie WB/028/ pagina 10 van 15

90 Bijlage 1: Situering datum 2 december 2015 referentie WB/028/ pagina 11 van 15

91 04 Acacialaan Veenendaal - Situatie Aveco de Bondt Detail puntbron Mobiele bron Puntbron Uitstralende gevel Toetspunt Bodemgebied Gebouw Scherm Hoogtelijn Hulpvlak m 40 m schaal = 1 : Industrielawaai - IL, [ Acacialaan IL te Veenendaal model industrielawaai], Geomilieu V2.62

92 04 Acacialaan Veenendaal - Situatie Detail puntbron Mobiele bron Puntbron Uitstralende gevel Toetspunt Bodemgebied Gebouw Scherm Hoogtelijn Hulpvlak Aveco de Bondt 0 m 10 m schaal = 1 : Industrielawaai - IL, [ Acacialaan IL te Veenendaal model industrielawaai], Geomilieu V2.62

93 Bijlage 2: Invoergegevens rekenmodel datum 2 december 2015 referentie WB/028/ pagina 12 van 15

94 Acacialaan Veendendaal - Invoergegevens kerk Aveco de Bondt Model: Groep: model industrielawaai Acacialaan IL te Veenendaal - Acacialaan te Veenendaal LArLT Lijst van Uitstralende gevels, voor rekenmethode Industrielawaai - IL Naam Omschr. ISO H ISO M Hdef. BinBui Cdifuus TypeLw Cb(D) Cb(A) Cb(N) Hoogte DeltaL DeltaH Lp 31 Lp 63 Lp 125 Lp 250 Lp Geluidafstraling gevel 0,00 -- Relatief Ja 5 False 0,00 0, ,0 2,0 2,0 55,00 58,00 71,00 76,00 77,00 01 Geluidafstraling gevel 4,00 -- Relatief Ja 5 False 0,00 0, ,5 1,0 1,0 55,00 58,00 71,00 76,00 77,00 02 Geluidafstraling gevel 4,00 -- Relatief Ja 5 False 0,00 0, ,5 1,0 1,0 55,00 58,00 71,00 76,00 77,00 Geomilieu V :06:10

95 Acacialaan Veendendaal - Invoergegevens kerk Aveco de Bondt Model: Groep: model industrielawaai Acacialaan IL te Veenendaal - Acacialaan te Veenendaal LArLT Lijst van Uitstralende gevels, voor rekenmethode Industrielawaai - IL Naam Lp 1k Lp 2k Lp 4k Lp 8k Iso 31 Iso 63 Iso 125 Iso 250 Iso 500 Iso 1k Iso 2k Iso 4k Iso 8k LwM2 31 LwM2 63 LwM2 125 LwM2 250 LwM2 500 LwM2 1k 03 80,00 79,00 75,00 75,00 31,00 36,00 41,00 46,00 53,00 59,00 64,00 64,00 64,00 19,00 17,00 25,00 25,00 19,00 16, ,00 79,00 75,00 75,00 13,00 18,00 23,00 26,00 30,00 32,00 28,00 28,00 28,00 37,00 35,00 43,00 45,00 42,00 43, ,00 79,00 75,00 75,00 13,00 18,00 23,00 26,00 30,00 32,00 28,00 28,00 28,00 37,00 35,00 43,00 45,00 42,00 43,00 Geomilieu V :06:10

96 Acacialaan Veendendaal - Invoergegevens kerk Aveco de Bondt Model: Groep: model industrielawaai Acacialaan IL te Veenendaal - Acacialaan te Veenendaal LArLT Lijst van Uitstralende gevels, voor rekenmethode Industrielawaai - IL Naam LwM2 2k LwM2 4k LwM2 8k Lw 31 Lw 63 Lw 125 Lw 250 Lw 500 Lw 1k Lw 2k Lw 4k Lw 8k Red 31 Red 63 Red 125 Red 250 Red 500 Red 1k Red 2k 03 10,00 6,00 6,00 38,65 36,65 44,65 44,65 38,65 35,65 29,65 25,65 25,65 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0, ,00 42,00 42,00 51,14 49,14 57,14 59,14 56,14 57,14 60,14 56,14 56,14 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0, ,00 42,00 42,00 51,10 49,10 57,10 59,10 56,10 57,10 60,10 56,10 56,10 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 Geomilieu V :06:10

97 Acacialaan Veendendaal - Invoergegevens kerk Aveco de Bondt Model: Groep: model industrielawaai Acacialaan IL te Veenendaal - Acacialaan te Veenendaal LArLT Lijst van Uitstralende gevels, voor rekenmethode Industrielawaai - IL Naam Red 4k Red 8k 03 0,00 0, ,00 0, ,00 0,00 Geomilieu V :06:10

98 Acacialaan Veendendaal - Invoergegevens kerk Aveco de Bondt Model: Groep: model industrielawaai Acacialaan IL te Veenendaal - Acacialaan te Veenendaal LArLT Lijst van Mobiele bron, voor rekenmethode Industrielawaai - IL Naam Omschr. ISO H ISO M Hdef. Aantal(D) Aantal(A) Aantal(N) Cb(D) Cb(A) Cb(N) Gem.snelheid Max.afst. Lw 31 Lw 63 Lw 125 Lw 250 Lw 500 Lw 1k 04 Parkeren 0,75 -- Relatief ,34 17, ,00 61,70 72,10 77,30 79,30 82,00 85,30 05 Parkeren 0,75 -- Relatief ,56 15, ,00 61,70 72,10 77,30 79,30 82,00 85,30 Geomilieu V :06:10

99 Acacialaan Veendendaal - Invoergegevens kerk Aveco de Bondt Model: Groep: model industrielawaai Acacialaan IL te Veenendaal - Acacialaan te Veenendaal LArLT Lijst van Mobiele bron, voor rekenmethode Industrielawaai - IL Naam Lw 2k Lw 4k Lw 8k Red 31 Red 63 Red 125 Red 250 Red 500 Red 1k Red 2k Red 4k Red 8k 04 83,70 77,60 70,40 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0, ,70 77,60 70,40 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 Geomilieu V :06:10

100 Acacialaan Veendendaal - Invoergegevens kerk Aveco de Bondt Model: Groep: model industrielawaai Acacialaan IL te Veenendaal - Acacialaan te Veenendaal Lmax Lijst van Puntbronnen, voor rekenmethode Industrielawaai - IL Naam Omschr. Hoogte Maaiveld Hdef. Type Richt. Hoek Cb(D) Cb(A) Cb(N) GeenRefl. GeenDemping GeenProces Lw 31 Lw 63 Lw dichtslaan portier 1,00 7,80 Relatief Normale puntbron 0,00 360,00 0,00 0,00 -- Nee Nee Nee 76,00 81,00 84,00 12 dichtslaan portier 1,00 7,38 Relatief Normale puntbron 0,00 360,00 0,00 0,00 -- Nee Nee Nee 76,00 81,00 84,00 13 dichtslaan portier 1,00 7,34 Relatief Normale puntbron 0,00 360,00 0,00 0,00 -- Nee Nee Nee 76,00 81,00 84,00 Geomilieu V :06:10

101 Acacialaan Veendendaal - Invoergegevens kerk Aveco de Bondt Model: Groep: model industrielawaai Acacialaan IL te Veenendaal - Acacialaan te Veenendaal Lmax Lijst van Puntbronnen, voor rekenmethode Industrielawaai - IL Naam Lw 250 Lw 500 Lw 1k Lw 2k Lw 4k Lw 8k Red 31 Red 63 Red 125 Red 250 Red 500 Red 1k Red 2k Red 4k Red 8k 11 82,00 89,00 89,00 87,00 84,00 79,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0, ,00 89,00 89,00 87,00 84,00 79,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0, ,00 89,00 89,00 87,00 84,00 79,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 Geomilieu V :06:10

102 Acacialaan Veendendaal - Invoergegevens kerk Aveco de Bondt Model: Groep: model industrielawaai Acacialaan IL te Veenendaal - Acacialaan te Veenendaal (hoofdgroep) Lijst van Gebouwen, voor rekenmethode Industrielawaai - IL Naam Omschr. Hoogte Maaiveld Hdef. Cp Refl. 31 Refl. 63 Refl. 125 Refl. 250 Refl. 500 Refl. 1k Refl. 2k Refl. 4k Refl. 8k ,64 7,48 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,68 7,41 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,93 7,08 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,13 7,30 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,62 7,20 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,97 6,46 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,56 6,81 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,55 6,79 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,06 6,25 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,52 7,02 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,49 7,06 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,13 7,59 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,04 6,90 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,10 7,30 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,58 6,93 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,87 6,85 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,14 6,98 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,79 7,44 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,12 7,42 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,59 7,26 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,74 7,21 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,28 7,21 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,39 6,78 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,39 6,93 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,01 6,69 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,48 6,86 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,59 7,24 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,10 6,36 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,59 6,80 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,32 7,59 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,00 7,14 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,49 6,89 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,48 6,79 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,98 11,12 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,04 7,03 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,94 6,49 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,75 6,77 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 Geomilieu V :06:10

111 Acacialaan Veendendaal - Invoergegevens kerk Aveco de Bondt Model: Groep: model industrielawaai Acacialaan IL te Veenendaal - Acacialaan te Veenendaal (hoofdgroep) Lijst van Gebouwen, voor rekenmethode Industrielawaai - IL Naam Omschr. Hoogte Maaiveld Hdef. Cp Refl. 31 Refl. 63 Refl. 125 Refl. 250 Refl. 500 Refl. 1k Refl. 2k Refl. 4k Refl. 8k ,24 7,05 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,45 9,86 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,65 10,65 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,97 10,96 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,92 7,16 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,28 7,28 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,73 7,30 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,27 6,92 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,36 10,92 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,99 10,96 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,21 11,99 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,43 10,28 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,25 7,47 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,28 7,31 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,04 7,44 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,86 10,92 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,80 7,46 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,91 7,36 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, LKI_B01_HOOFDGEBOUW 3,00 7,80 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 11,00 7,63 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 01 Acacialaan 20 t/m 32 9,00 7,91 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 02 Lindenlaan 19 t/m 27 9,00 7,55 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 03 Toekomstige woning 1 en 2 9,00 7,54 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 04 Toekomstige woning 3, 4 en 5 9,00 7,91 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 05 Toekomstige woning 1 en 2 9,00 7,70 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 06 Toekomstige woning 3, 4, 4A, 4B, 5, 6 9,00 7,88 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 07 Toekomstige woning 7 en 8 9,00 8,15 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 Geomilieu V :06:10

112 Bijlage 3: Rekenresultaten langtijdgemiddelde beoordelingsniveau datum 2 december 2015 referentie WB/028/ pagina 13 van 15

113 Acacialaan Veendendaal - Resultaten LArLT totaal inclusief muziektoeslag Aveco de Bondt Rapport: Model: Groep: Groepsreductie: Resultatentabel model industrielawaai LAeq totaalresultaten voor toetspunten LArLT Ja Naam Toetspunt Omschrijving Hoogte Dag Avond Nacht Etmaal 01_A Voorgevel woning 1 1,50 34,5 36, ,0 01_B Voorgevel woning 1 5,00 34,1 36, ,5 01_C Voorgevel woning 1 7,50 33,2 36, ,3 02_A Linker zijgevel woning 1 1,50 38,9 39, ,7 02_B Linker zijgevel woning 1 5,00 42,2 43, ,4 02_C Linker zijgevel woning 1 7,50 42,6 44, ,1 03_A Achtergevel woning 1 1,50 38,9 39, ,2 03_B Achtergevel woning 1 5,00 42,0 42, ,7 03_C Achtergevel woning 1 7,50 42,3 43, ,2 04_A Achtergevel woning 2 1,50 38,9 39, ,1 04_B Achtergevel woning 2 5,00 40,6 41, ,3 04_C Achtergevel woning 2 7,50 40,9 41, ,8 05_A Rechter zijgevel woning 2 1,50 28,6 29, ,3 05_B Rechter zijgevel woning 2 5,00 28,4 29, ,7 05_C Rechter zijgevel woning 2 7,50 29,3 30, ,7 06_A Voorgevel woning 2 1,50 33,3 34, ,8 06_B Voorgevel woning 2 5,00 30,6 34, ,1 06_C Voorgevel woning 2 7,50 31,1 34, ,7 07_A Voorgevel woning 3 1,50 31,2 32, ,6 07_B Voorgevel woning 3 5,00 32,3 34, ,3 07_C Voorgevel woning 3 7,50 28,3 32, ,3 08_A Voorgevel woning 4 1,50 29,5 33, ,0 08_B Voorgevel woning 4 5,00 30,7 34, ,7 08_C Voorgevel woning 4 7,50 30,7 34, ,7 09_A Voorgevel woning 5 1,50 34,5 36, ,9 09_B Voorgevel woning 5 5,00 35,2 37, ,8 09_C Voorgevel woning 5 7,50 33,5 37, ,0 10_A Rechter zijgevel woning 5 1,50 40,6 42, ,2 10_B Rechter zijgevel woning 5 5,00 41,8 43, ,3 10_C Rechter zijgevel woning 5 7,50 42,0 43, ,5 11_A Achtergevel woning 5 1,50 39,9 40, ,2 11_B Achtergevel woning 5 5,00 41,4 41, ,8 11_C Achtergevel woning 5 7,50 41,5 42, ,1 12_A Achtergevel woning 4 1,50 39,0 39, ,3 12_B Achtergevel woning 4 5,00 40,0 40, ,4 12_C Achtergevel woning 4 7,50 40,2 40, ,8 13_A Achtergevel woning 3 1,50 38,9 39, ,1 13_B Achtergevel woning 3 5,00 40,0 40, ,3 13_C Achtergevel woning 3 7,50 40,0 40, ,5 14_A Linker zijgevel woning 3 1,50 26,0 26, ,8 14_B Linker zijgevel woning 3 5,00 26,8 27, ,9 14_C Linker zijgevel woning 3 7,50 27,6 28, ,7 Alle getoonde db-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V :42:39

114 Acacialaan Veendendaal - Resultaten LArLT muziek - met muziektoeslag Aveco de Bondt Rapport: Model: Groep: Groepsreductie: Resultatentabel model industrielawaai LAeq totaalresultaten voor toetspunten Muziek Ja Naam Toetspunt Omschrijving Hoogte Dag Avond Nacht Etmaal 01_A Voorgevel woning 1 1,50 33,6 33, ,6 01_B Voorgevel woning 1 5,00 32,1 32, ,1 01_C Voorgevel woning 1 7,50 30,2 30, ,2 02_A Linker zijgevel woning 1 1,50 38,4 38, ,4 02_B Linker zijgevel woning 1 5,00 41,5 41, ,5 02_C Linker zijgevel woning 1 7,50 41,6 41, ,6 03_A Achtergevel woning 1 1,50 38,8 38, ,8 03_B Achtergevel woning 1 5,00 41,6 41, ,6 03_C Achtergevel woning 1 7,50 41,7 41, ,7 04_A Achtergevel woning 2 1,50 38,8 38, ,8 04_B Achtergevel woning 2 5,00 40,2 40, ,2 04_C Achtergevel woning 2 7,50 40,3 40, ,3 05_A Rechter zijgevel woning 2 1,50 28,2 28, ,2 05_B Rechter zijgevel woning 2 5,00 27,4 27, ,4 05_C Rechter zijgevel woning 2 7,50 28,4 28, ,4 06_A Voorgevel woning 2 1,50 32,3 32, ,3 06_B Voorgevel woning 2 5,00 26,1 26, ,1 06_C Voorgevel woning 2 7,50 26,7 26, ,7 07_A Voorgevel woning 3 1,50 30,3 30, ,3 07_B Voorgevel woning 3 5,00 30,9 30, ,9 07_C Voorgevel woning 3 7,50 21,8 21, ,8 08_A Voorgevel woning 4 1,50 25,3 25, ,3 08_B Voorgevel woning 4 5,00 24,3 24, ,3 08_C Voorgevel woning 4 7,50 24,3 24, ,3 09_A Voorgevel woning 5 1,50 32,6 32, ,6 09_B Voorgevel woning 5 5,00 32,9 32, ,9 09_C Voorgevel woning 5 7,50 29,4 29, ,4 10_A Rechter zijgevel woning 5 1,50 39,5 39, ,5 10_B Rechter zijgevel woning 5 5,00 40,8 40, ,8 10_C Rechter zijgevel woning 5 7,50 41,0 41, ,0 11_A Achtergevel woning 5 1,50 39,8 39, ,8 11_B Achtergevel woning 5 5,00 41,1 41, ,1 11_C Achtergevel woning 5 7,50 41,2 41, ,2 12_A Achtergevel woning 4 1,50 38,9 38, ,9 12_B Achtergevel woning 4 5,00 39,8 39, ,8 12_C Achtergevel woning 4 7,50 39,9 39, ,9 13_A Achtergevel woning 3 1,50 38,8 38, ,8 13_B Achtergevel woning 3 5,00 39,8 39, ,8 13_C Achtergevel woning 3 7,50 39,8 39, ,8 14_A Linker zijgevel woning 3 1,50 25,6 25, ,6 14_B Linker zijgevel woning 3 5,00 26,1 26, ,1 14_C Linker zijgevel woning 3 7,50 26,9 26, ,9 Alle getoonde db-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V :43:53

115 Acacialaan Veendendaal - Resultaten LArLT Aveco de Bondt Rapport: Model: Groep: Groepsreductie: Resultatentabel model industrielawaai LAeq totaalresultaten voor toetspunten Parkeren Nee Naam Toetspunt Omschrijving Hoogte Dag Avond Nacht Etmaal 01_A Voorgevel woning 1 1,50 27,5 32, ,2 01_B Voorgevel woning 1 5,00 29,7 34, ,5 01_C Voorgevel woning 1 7,50 30,3 35, ,1 02_A Linker zijgevel woning 1 1,50 28,8 33, ,6 02_B Linker zijgevel woning 1 5,00 34,2 39, ,0 02_C Linker zijgevel woning 1 7,50 35,8 40, ,5 03_A Achtergevel woning 1 1,50 24,1 28, ,8 03_B Achtergevel woning 1 5,00 31,5 36, ,2 03_C Achtergevel woning 1 7,50 33,1 37, ,9 04_A Achtergevel woning 2 1,50 22,6 27, ,3 04_B Achtergevel woning 2 5,00 29,9 34, ,7 04_C Achtergevel woning 2 7,50 31,4 36, ,2 05_A Rechter zijgevel woning 2 1,50 18,1 22, ,8 05_B Rechter zijgevel woning 2 5,00 21,1 25, ,9 05_C Rechter zijgevel woning 2 7,50 22,1 26, ,9 06_A Voorgevel woning 2 1,50 26,5 31, ,3 06_B Voorgevel woning 2 5,00 28,6 33, ,4 06_C Voorgevel woning 2 7,50 29,1 33, ,9 07_A Voorgevel woning 3 1,50 24,0 28, ,7 07_B Voorgevel woning 3 5,00 26,9 31, ,6 07_C Voorgevel woning 3 7,50 27,1 31, ,9 08_A Voorgevel woning 4 1,50 27,4 32, ,2 08_B Voorgevel woning 4 5,00 29,6 34, ,3 08_C Voorgevel woning 4 7,50 29,5 34, ,3 09_A Voorgevel woning 5 1,50 30,2 35, ,0 09_B Voorgevel woning 5 5,00 31,3 36, ,1 09_C Voorgevel woning 5 7,50 31,3 36, ,1 10_A Rechter zijgevel woning 5 1,50 34,0 38, ,8 10_B Rechter zijgevel woning 5 5,00 35,0 39, ,7 10_C Rechter zijgevel woning 5 7,50 35,1 39, ,9 11_A Achtergevel woning 5 1,50 24,9 29, ,7 11_B Achtergevel woning 5 5,00 28,4 33, ,2 11_C Achtergevel woning 5 7,50 29,7 34, ,5 12_A Achtergevel woning 4 1,50 23,4 28, ,1 12_B Achtergevel woning 4 5,00 27,3 32, ,1 12_C Achtergevel woning 4 7,50 28,7 33, ,5 13_A Achtergevel woning 3 1,50 22,4 27, ,2 13_B Achtergevel woning 3 5,00 26,0 30, ,7 13_C Achtergevel woning 3 7,50 27,6 32, ,4 14_A Linker zijgevel woning 3 1,50 15,6 20, ,4 14_B Linker zijgevel woning 3 5,00 18,3 23, ,1 14_C Linker zijgevel woning 3 7,50 19,3 24, ,1 Alle getoonde db-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V :36:01

116 Bijlage 4: Rekenresultaten maximale geluidniveaus datum 2 december 2015 referentie WB/028/ pagina 14 van 15

117 Acacialaan Veendendaal - Resultaten LAmax Aveco de Bondt Rapport: Model: Groep: Resultatentabel model industrielawaai LAmax totaalresultaten voor toetspunten Lmax Naam Toetspunt Omschrijving Hoogte Dag Avond Nacht 01_A Voorgevel woning 1 1,50 50,0 50, _B Voorgevel woning 1 5,00 50,6 50, _C Voorgevel woning 1 7,50 51,4 51, _A Linker zijgevel woning 1 1,50 51,3 51, _B Linker zijgevel woning 1 5,00 55,1 55, _C Linker zijgevel woning 1 7,50 56,6 56, _A Achtergevel woning 1 1,50 44,9 44, _B Achtergevel woning 1 5,00 51,8 51, _C Achtergevel woning 1 7,50 53,0 53, _A Achtergevel woning 2 1,50 44,8 44, _B Achtergevel woning 2 5,00 47,9 47, _C Achtergevel woning 2 7,50 51,3 51, _A Rechter zijgevel woning 2 1,50 40,0 40, _B Rechter zijgevel woning 2 5,00 42,1 42, _C Rechter zijgevel woning 2 7,50 43,4 43, _A Voorgevel woning 2 1,50 48,2 48, _B Voorgevel woning 2 5,00 49,4 49, _C Voorgevel woning 2 7,50 49,9 49, _A Voorgevel woning 3 1,50 47,6 47, _B Voorgevel woning 3 5,00 49,3 49, _C Voorgevel woning 3 7,50 48,8 48, _A Voorgevel woning 4 1,50 53,4 53, _B Voorgevel woning 4 5,00 53,8 53, _C Voorgevel woning 4 7,50 53,8 53, _A Voorgevel woning 5 1,50 56,3 56, _B Voorgevel woning 5 5,00 56,2 56, _C Voorgevel woning 5 7,50 56,2 56, _A Rechter zijgevel woning 5 1,50 60,1 60, _B Rechter zijgevel woning 5 5,00 60,1 60, _C Rechter zijgevel woning 5 7,50 59,8 59, _A Achtergevel woning 5 1,50 49,2 49, _B Achtergevel woning 5 5,00 49,2 49, _C Achtergevel woning 5 7,50 49,4 49, _A Achtergevel woning 4 1,50 42,5 42, _B Achtergevel woning 4 5,00 44,9 44, _C Achtergevel woning 4 7,50 44,8 44, _A Achtergevel woning 3 1,50 41,5 41, _B Achtergevel woning 3 5,00 44,0 44, _C Achtergevel woning 3 7,50 44,1 44, _A Linker zijgevel woning 3 1,50 38,1 38, _B Linker zijgevel woning 3 5,00 40,0 40, _C Linker zijgevel woning 3 7,50 40,5 40,5 -- Alle getoonde db-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V :14:54

118 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan Bijlage 4 Acacialaan 2 Akoestisch onderzoek 116 bestemmingsplan

119

120 INHOUDSOPGAVE 1 INLEIDING 3 2 WETTELIJK KADER Gemeentelijk geluidbeleid Wegverkeerslawaai 4 3 UITGANGSPUNTEN EN RESULTATEN Wegverkeerslawaai Geluidbelasting toets Bouwbesluit 11 4 TOETSING GEMEENTELIJK GELUIDBELEID Maatregelen aan de bron Overdrachtsmaatregelen Voorwaarden beleidsregel Conclusie 15 5 CONCLUSIES 16 Bijlagen Bijlage 1: Situering plangebied Bijlage 2: Invoergegevens rekenmodel Bijlage 3: Resultaten wegverkeerslawaai Bijlage 4: Resultaten gecumuleerde geluidbelasting datum 10 juni 2015 referentie KLG/023/ pagina 2 van 20

121 1 INLEIDING In opdracht van Bouwbedrijf Ossendrijver heeft Aveco de Bondt bv een onderzoek uitgevoerd naar het wegverkeerslawaai voor de realisatie van 5 woningen gelegen aan de Acacialaan en de Lindenlaan te Veenendaal. Het onderzoek is uitgevoerd in het kader van een planologische procedure. Op grond van de Wet geluidhinder (Wgh) dient een akoestisch onderzoek te worden uitgevoerd naar de te verwachten geluidbelastingen ten gevolge van het wegverkeerslawaai op de gevels van de toekomstige woningen. In bijlage 1 is de situering van het plangebied weergegeven. De toekomstige woningen zijn gesitueerd binnen de geluidzones van t Goeie Spoor en de Kerkewijk (beide 50 km/uur). Derhalve dienen de geluidbelastingen getoetst te worden aan de Wet geluidhinder en het gemeentelijk geluidbeleid van de gemeente Veenendaal. De Acacialaan, de Lindenlaan, de Eikenlaan en de Stationssingel hebben een maximaal toelaatbare snelheid van 30 km/uur en behoeven derhalve niet getoetst te worden. Echter worden deze wegen in het kader van een goede ruimtelijke ordening wel meegenomen in het akoestisch onderzoek. Tevens is het plangebied gelegen in de nabijheid van het spoortraject Rhenen Veenendaal West. Op basis van het landelijk geluidregister voor spoorwegen heeft het spoortraject een geluidzone van 100 meter. Het plangebied is gelegen op een afstand van 150 meter van het spoor en is daarmee niet onderzoeksplichtig. Het spoorweglawaai zal derhalve in het onderzoek buiten beschouwing worden gelaten. Daarnaast zijn de toekomstige woningen op korte afstand van de naastgelegen kerk gesitueerd. Voor deze inrichting is derhalve een prognose-onderzoek in het kader van het Activiteitenbesluit uitgevoerd. Hierbij is de representatieve bedrijfssituatie in hoofdlijnen inzichtelijk gemaakt om te concluderen of de te realiseren woningen ruimtelijk inpasbaar zijn naast de kerk. Het prognose-onderzoek is in een separate notitie uitgewerkt. datum 10 juni 2015 referentie KLG/023/ pagina 3 van 20

122 2 WETTELIJK KADER 2.1 GEMEENTELIJK GELUIDBELEID De gemeente Veenendaal heeft in de Beleidsregel hogere waarden Wgh, gemeente Veenendaal voorwaarden geformuleerd waarbinnen de gemeente hogere waarden toestaat voor nieuw te bouwen geluidgevoelige bestemmingen. De uitvoering wordt voor een deel door de Wet geluidhinder opgelegd en voor een deel door de gemeente ingevuld. Conform de beleidsregel worden er voorwaarden gesteld aan het treffen van bronen overdrachtsmaatregelen. Deze voorwaarden worden in dit onderzoek gehanteerd en komen overeen met hoe deze gesteld zijn in de Wet geluidhinder. Voor wegen met een maximumsnelheid van 30 km/uur stelt de beleidsregel dat, indien uit akoestisch onderzoek blijkt dat de wettelijke voorkeurswaarde wordt overschreden, de gemeente dezelfde voorwaarden hanteert als voor een weg mét een zone. De gemeente hanteert in de beleidsregel een afwijkende maximale ontheffingswaarde voor wegverkeers- en spoorweglawaai. De gemeente verleent voor binnenstedelijke situaties geen hogere waarden hoger dan de voorkeurswaarde plus 10 db. Het betreft hier een inspanningsverplichting. Indien hier niet aan kan worden voldaan dient gemotiveerd te worden waarom dit niet kan of waarom voor een alternatieve oplossing is gekozen. Daarnaast hanteert de gemeente in de beleidsregel als eis tenminste één geluidluwe gevel heeft. Het geluidniveau op deze gevel is niet hoger dan de voorkeurswaarde voor elk van de te onderscheiden geluidbronnen. Tevens dient de woning (inspanningsverplichting) per etage minimaal één verblijfsruimte aan de geluidluwe gevel te hebben. Daarnaast stelt de beleidsregel als inspanningsverplichting dat indien de woning beschikt over één of meer buitenruimten, er minimaal één aan de geluidsluwe zijde dient te liggen. Indien dit niet mogelijk is dan dient het geluidniveau op de gevel niet meer dan 5 db hoger te zijn dan bij de geluidluwe gevel. 2.2 WEGVERKEERSLAWAAI In de Wet geluidhinder wordt beschreven dat alle wegen een zone hebben, uitgezonderd een aantal situaties waaronder wegen met een maximum snelheid van 30 km/uur. De zone is een gebied waarbinnen een nader akoestisch onderzoek verplicht is. De breedte van de zone, aan weerszijde van de weg, is afhankelijk van het aantal rijstroken en de aard van de omgeving (binnenstedelijk of buitenstedelijk). In tabel 2.1 worden de zonebreedten weergegeven. datum 10 juni 2015 referentie KLG/023/ pagina 4 van 20

123 Tabel 2.1: Zonebreedten. zonebreedten [m¹] Aantal rijstroken binnenstedelijk buitenstedelijk 1 of of of meer t Goeie Spoor en de Kerkewijk zijn binnenstedelijk gelegen en hebben derhalve een zone van 200 meter. Het plangebied is gelegen binnen de zone van deze wegen. De Acacialaan, de Lindenlaan, de Eikenlaan en de Stationssingel hebben een maximaal toelaatbare snelheid van 30 km/uur en behoeven derhalve niet getoetst te worden. Echter worden deze wegen in het kader van een goede ruimtelijke ordening wel meegenomen in het akoestisch onderzoek. In de Wet geluidhinder (Wgh) worden eisen gesteld aan de toelaatbare geluidbelasting op de gevels van nog niet geprojecteerde woningen langs een bestaande weg binnen en buiten de bebouwde kom. Overeenkomstig artikel 82, lid 1 van de Wgh is de voor woningen binnen een zone ten hoogste toelaatbare geluidbelasting van de gevel, vanwege de weg, 48 db, de zogenaamde voorkeursgrenswaarde. Indien niet aan de voorkeursgrenswaarde kan worden voldaan, kunnen Burgemeester en Wethouders van de gemeente Veenendaal op basis van het Besluit geluidhinder een hogere toelaatbare waarde vaststellen. De maximaal te verlenen ontheffingswaarde voor een nieuw te bouwen woning in binnenstedelijk gebied bedraagt 63 db. Uitgangspunt voor het vaststellen van een hogere waarde is dat maatregelen, gericht op het terugbrengen van de te verwachten geluidbelasting van de gevel, ten gevolge van de weg, tot 48 db onvoldoende doeltreffend zijn dan wel overwegende bezwaren ontmoeten van stedenbouwkundige, verkeerskundige, landschappelijke of financiële aard. In artikel 110g van de Wgh is bepaald dat op grond van de verwachting dat de geluidproductie van motorvoertuigen in de toekomst zal afnemen, bij de berekening van de geluidbelasting een correctie mag worden toegepast. Dit is voor de periode tot 1 juli 2018 geregeld in artikel 3.4, lid 1 van het Reken- en Meetvoorschrift Geluidhinder (RMG2012). De hoogte van de correctie is afhankelijk van de toegestane rijsnelheid op en de geluidbelasting vanwege de weg. In tabel 2.2 is de hoogte van de correctie opgenomen. datum 10 juni 2015 referentie KLG/023/ pagina 5 van 20

124 Tabel 2.2: Correctie conform artikel 110g Wgh; artikel 3.4, lid 1 RMG2012 Toegestane rijsnelheid [km/h] Geluidbelasting vanwege de weg (excl. artikel 110g Wgh) [db] Correctie artikel 110g Wgh [db] < > Correctie is niet afhankelijk van de geluidbelasting vanwege de weg NB. Overeenkomstig artikel 1.3, lid 1 van het RMG2012 wordt de berekende geluidbelasting afgerond naar het dichtstbijzijnde gehele, even getal. Vervolgens wordt de correctie artikel 110g Wgh toegepast. Ten behoeve van de bepaling van de geluidwering van de gevels, bedraagt de reductie van de berekende geluidbelasting 0 db. Voor 30 km/uur wegen is geen correctie toegepast. datum 10 juni 2015 referentie KLG/023/ pagina 6 van 20

125 3 UITGANGSPUNTEN EN RESULTATEN De overdrachtsberekeningen voor de verschillende wegen zijn uitgevoerd overeenkomstig Standaard Rekenmethode 2 van het Reken- en Meetvoorschrift geluidhinder De berekeningen zijn verricht met het softwareprogramma GeoMilieu V WEGVERKEERSLAWAAI De gehanteerde verkeersgegevens voor de berekening van de geluidbelastingen ten gevolge van het wegverkeerslawaai zijn door de gemeente Veenendaal aangeleverd. De aangeleverde gegevens betreffen de verkeersgegevens voor het peiljaar In tabel 3.1 zijn de gehanteerde verkeersgegevens gegeven. Tabel 3.1: Gehanteerde verkeersgegevens peiljaar Wegen Etmaal Periode Uurintensiteit Lichte Middelzware Zware intensiteit [%] mvt [%] mvt [%] mvt [%] dag 6,80 90,00 7,00 3,00 t Goeie Spoor avond 3,00 96,00 3,00 1,00 nacht 0,80 89,00 8,00 3,00 dag 6,60 94,00 4,50 1,50 Kerkewijk avond 3,80 96,00 3,50 0,50 nacht 0,70 92,00 6,50 1,50 dag 7,00 96,00 3,00 1,00 Acacialaan 500 avond 3,00 96,00 3,00 1,00 nacht 0,50 97,50 2,00 0,50 dag 7,00 96,00 3,00 1,00 Lindenlaan 500 avond 3,00 96,00 3,00 1,00 nacht 0,50 97,50 2,00 0,50 dag 7,00 96,00 3,00 1,00 Stationssingel avond 3,00 96,00 3,00 1,00 nacht 0,50 97,50 2,00 0,50 dag 7,00 96,00 3,00 1,00 Eikenlaan 500 avond 3,00 96,00 3,00 1,00 nacht 0,50 97,50 2,00 0,50 In tabel 3.2 wordt per weg aangegeven waar de wegdekverharding uit bestaat en wat de maximale snelheid bedraagt. datum 10 juni 2015 referentie KLG/023/ pagina 7 van 20

126 Tabel 3.2: Gehanteerde wegkenmerken Wegen Type wegdekverharding Maximaal toegestane rijsnelheid t Goeie Spoor dab 0/16 (referentiewegdek) 50 km/h Kerkewijk dab 0/16 (referentiewegdek) 50 km/h Acacialaan Stille elementenverharding 30 km/h Lindenlaan Stille elementenverharding 30 km/h Stationssingel Stille elementenverharding 30 km/h Eikenlaan Stille elementenverharding 30 km/h De geluidbelastingen zijn berekend op de gevels van de toekomstige woningen op 1,5, 4,5 en 7,5 meter hoogte boven maaiveld. De bodemfactor bedraagt, buiten de ingevoerde bodemgebieden, 1,0 [-] (akoestisch zachte bodem). In de onderstaande tabellen zijn de hoogste geluidbelastingen gegeven ten gevolge van het wegverkeerslawaai afkomstig van de beschouwde wegen (inclusief aftrek ex artikel 110g Wgh). De uitgebreide rekenresultaten ten gevolge van alle wegen worden in bijlage 3 gegeven. De invoergegevens en objecten van het rekenmodel worden in bijlage 2 weergegeven. Tabel 3.3: Geluidbelastingen t.g.v. t Goeie Spoor (incl. aftrek 5 db ex artikel 110g Wgh). Beoordelingspunten Geluidbelasting L den [db] Beoordelingshoogte [m] 1,5 4,5 7,5 01 Voorgevel woning Linker zijgevel woning Achtergevel woning Achtergevel woning Rechter zijgevel woning Voorgevel woning Voorgevel woning Voorgevel woning Voorgevel woning Rechter zijgevel woning Achtergevel woning Achtergevel woning Achtergevel woning Linker zijgevel woning Uit tabel 3.3 blijkt dat ten gevolge van t Goeie Spoor de hoogste geluidbelasting 42 db bedraagt. Hiermee wordt op alle beoordelingspunten voldaan aan de voorkeursgrenswaarde van 48 db. datum 10 juni 2015 referentie KLG/023/ pagina 8 van 20

127 Tabel 3.4: Geluidbelastingen t.g.v. de Kerkewijk (incl. aftrek 5 db ex artikel 110g Wgh). Beoordelingspunten Geluidbelasting L den [db] Beoordelingshoogte [m] 1,5 4,5 7,5 01 Voorgevel woning Linker zijgevel woning Achtergevel woning Achtergevel woning Rechter zijgevel woning Voorgevel woning Voorgevel woning Voorgevel woning Voorgevel woning Rechter zijgevel woning Achtergevel woning Achtergevel woning Achtergevel woning Linker zijgevel woning Uit tabel 3.4 blijkt dat ten gevolge van de Kerkewijk de hoogste geluidbelasting 38 db bedraagt. Hiermee wordt op alle beoordelingspunten voldaan aan de voorkeursgrenswaarde van 48 db. Tabel 3.5: Geluidbelastingen t.g.v. de Acacialaan (30 km/uur). Beoordelingspunten Geluidbelasting L den [db] Beoordelingshoogte [m] 1,5 4,5 7,5 01 Voorgevel woning Linker zijgevel woning Achtergevel woning Achtergevel woning Rechter zijgevel woning Voorgevel woning Voorgevel woning Voorgevel woning Voorgevel woning Rechter zijgevel woning Achtergevel woning Achtergevel woning Achtergevel woning Linker zijgevel woning Uit tabel 3.5 blijkt dat ten gevolge van de Acacialaan (30 km/uur) de hoogste geluidbelasting 52 db bedraagt. datum 10 juni 2015 referentie KLG/023/ pagina 9 van 20

128 Tabel 3.6: Geluidbelastingen t.g.v. de Lindenlaan (30 km/uur). Beoordelingspunten Geluidbelasting L den [db] Beoordelingshoogte [m] 1,5 4,5 7,5 01 Voorgevel woning Linker zijgevel woning Achtergevel woning Achtergevel woning Rechter zijgevel woning Voorgevel woning Voorgevel woning Voorgevel woning Voorgevel woning Rechter zijgevel woning Achtergevel woning Achtergevel woning Achtergevel woning Linker zijgevel woning Uit tabel 3.6 blijkt dat ten gevolge van de Lindenlaan (30 km/uur) de hoogste geluidbelasting 49 db bedraagt. Tabel 3.7: Geluidbelastingen t.g.v. de Stationssingel (30 km/uur). Beoordelingspunten Geluidbelasting L den [db] Beoordelingshoogte [m] 1,5 4,5 7,5 01 Voorgevel woning Linker zijgevel woning Achtergevel woning Achtergevel woning Rechter zijgevel woning Voorgevel woning Voorgevel woning Voorgevel woning Voorgevel woning Rechter zijgevel woning Achtergevel woning Achtergevel woning Achtergevel woning Linker zijgevel woning Uit tabel 3.7 blijkt dat ten gevolge van de Stationssingel (30 km/uur) de hoogste geluidbelasting 36 db bedraagt. datum 10 juni 2015 referentie KLG/023/ pagina 10 van 20

129 Tabel 3.8: Geluidbelastingen t.g.v. de Eikenlaan (30 km/uur). Beoordelingspunten Geluidbelasting L den [db] Beoordelingshoogte [m] 1,5 4,5 7,5 01 Voorgevel woning Linker zijgevel woning Achtergevel woning Achtergevel woning Rechter zijgevel woning Voorgevel woning Voorgevel woning Voorgevel woning Voorgevel woning Rechter zijgevel woning Achtergevel woning Achtergevel woning Achtergevel woning Linker zijgevel woning Uit tabel 3.8 blijkt dat ten gevolge van de Eikenlaan (30 km/uur) de hoogste geluidbelasting 39 db bedraagt. 3.2 GELUIDBELASTING TOETS BOUWBESLUIT Voor het bepalen van de geluidwerende voorzieningen dient uitgegaan te worden van de gecumuleerde geluidbelastingen exclusief aftrek ex artikel 110 g Wgh. Het Bouwbesluit gaat ervan uit dat een normale gevel een geluidwering heeft van tenminste 20 db(a). Met als uitgangspunt genomen dat het maximaal toelaatbare binnenniveau 33 db bedraagt en een normale gevel 20 db geluid weert, is daarmee de ondergrens bepaald van = 53 db. In tabel 3.9 zijn de hoogste gecumuleerde geluidbelastingen per woningblok gegeven ten gevolge van het wegverkeerslawaai. datum 10 juni 2015 referentie KLG/023/ pagina 11 van 20

130 Tabel 3.9: Hoogste gecumuleerde geluidbelastingen (excl. aftrek ex artikel 110 g Wgh). Beoordelingspunten Geluidbelasting L cum [db] Beoordelingshoogte [m] 1,5 4,5 7,5 01 Voorgevel woning Linker zijgevel woning Achtergevel woning Achtergevel woning Rechter zijgevel woning Voorgevel woning Voorgevel woning Voorgevel woning Voorgevel woning Rechter zijgevel woning Achtergevel woning Achtergevel woning Achtergevel woning Linker zijgevel woning Uit tabel 3.9 blijkt dat ten gevolge van de gecumuleerde geluidbelastingen de hoogste geluidbelasting 52 db bedraagt ter plaatse van de toekomstige woningen. Aanvullend onderzoek naar de geluidwering van de gevels is in principe niet noodzakelijk. datum 10 juni 2015 referentie KLG/023/ pagina 12 van 20

131 4 TOETSING GEMEENTELIJK GELUIDBELEID In hoofdstuk 1 zijn de voorwaarden geformuleerd uit de Beleidsregel hogere waarden Wgh, gemeente Veenendaal die door de gemeente is opgesteld. De beleidsregel stelt onder andere dat indien voor wegen met een maximumsnelheid van 30 km/uur uit akoestisch onderzoek blijkt dat de wettelijke voorkeurswaarde wordt overschreden, de gemeente dezelfde voorwaarden hanteert als voor een weg mét een zone. Voor de wegen mét een zone in onderhavig onderzoek ( t Goeie Spoor en de Kerkewijk) wordt voldaan aan de voorkeursgrenswaarde van 48 db. Voor twee 30 km/uur wegen, de Acacialaan en de Lindenlaan, wordt de voorkeursgrenswaarde van 48 db met respectievelijk 4 en 1 db overschreden. Voor deze wegen gelden derhalve de voorwaarden als voor een weg mét een zone. 4.1 MAATREGELEN AAN DE BRON Voor de onderhavige situatie wordt ten gevolge van de Acacialaan en de Lindenlaan ter plaatse van de 5 te realiseren woningen de voorkeursgrenswaarde overschreden, waardoor conform de beleidsregel gekeken dient te worden naar mogelijkheden met betrekking tot bronen overdrachtsmaatregelen. Geluidreducerend wegdek Door het toepassen van geluidreducerend wegdek kan een lagere geluidbelasting op de gevels van de woningen bereikt worden. Echter is in het onderhavig onderzoek al gerekend met de reeds toegepaste geluidreducerende elementenverharding. Het toepassen van een ander type geluidreducerend wegdek, bijvoorbeeld type dunne deklagen B, zal vanuit stedenbouwkundig en financieel oogpunt niet wenselijk zijn. Dit zal tevens een negatieve verandering opleveren voor het straatbeeld. Daarnaast blijkt deze maatregel voor de Acacialaan niet doeltreffend, aangezien een maximale geluidreductie behaald kan worden van 3 db. Hierdoor zal niet voldaan worden aan de voorkeursgrenswaarde van 48 db. Bij de Lindenlaan kan met deze maatregel voldaan worden. De kosten voor het toepassen van een geluidreducerend wegdek zullen echter niet opwegen tegen het resultaat. Immers, de maatregel, ter plaatse van de Acacialaan, is slechts voor 3 woningen noodzakelijk. Ter plaatse van de Lindenlaan is het slechts voor 2 woningen noodzakelijk en is de huidige overschrijding slechts 1 db. Op basis van het bovenstaande blijkt dat het treffen van bronmaatregelen vanuit stedenbouwkundig en financieel oogpunt niet wenselijk is. datum 10 juni 2015 referentie KLG/023/ pagina 13 van 20

132 4.2 OVERDRACHTSMAATREGELEN Maatregelen in de overdracht betreffen het vergroten van de afstand tussen bron en ontvanger of het plaatsen van een geluidscherm of wal. Afstand vergroten tussen bron en ontvanger De afstand tussen de te realiseren woningen en de Acacialaan en de Lindenlaan bedraagt respectievelijk 6 en 8 meter. Indien de woningen aan de Acacialaan 10 meter verder vanaf de weg worden gerealiseerd, en de woningen aan de Lindenlaan 2,5 meter, dan wordt er op alle beoordelingspunten voldaan aan de voorkeursgrenswaarde van 48 db. Gezien de ligging van de andere bestaande woningen in de straat, is dit echter niet wenselijk voor het straatbeeld. De te realiseren woningen liggen dan niet meer in 1 lijn met de bestaande woningen. Vanuit stedenbouwkundig oogpunt is het derhalve niet wenselijk om de afstand tussen de bron en de ontvanger te vergroten. Geluidscherm of geluidswal De geluidreductie ten gevolge van een geluidscherm of wal is het meest effectief wanneer deze dicht bij de bron geplaatst wordt. De ruimtelijke inpasbaarheid kan hierbij een probleem zijn. Het afgesloten karakter dat een dergelijke maatregel kan veroorzaken is veelal niet wenselijk. Een dergelijk scherm langs de Acacialaan of de Lindenlaan zal uit stedenbouwkundig, verkeerskundig en landschappelijk oogpunt niet wenselijk en realiseerbaar zijn. Op basis van voorgaande kan worden geconcludeerd dat het nemen van maatregelen in de overdracht in dit geval zal stuiten op stedenbouwkundige, verkeerskundige en landschappelijke bezwaren. 4.3 VOORWAARDEN BELEIDSREGEL In de Beleidsregel hogere waarden zijn voorwaarden opgenomen waar het bouwplan aan dient te voldoen. Hieronder wordt beschreven op welke wijze wordt voldaan aan de voorwaarden. Geluidluwe gevel (eis) Conform de beleidsregel dient de woning te beschikken over ten minste één gevel met een lager (luw) geluidniveau. Het geluidniveau op deze gevel is niet hoger dan de voorkeursgrenswaarde voor elk van de te onderscheiden bronnen. Voor onderhavig plan geldt dat iedere woning beschikt over één geluidluwe gevel. Daarnaast geldt voor 4 van de 5 woningen dat deze beschikken over twee geluidluwe gevels. Er wordt derhalve voldaan aan de eis van een geluidluwe gevel. Geluidluwe buitenruimte (inspanningsverplichting) Conform de beleidsregel dient de buitenruimte, indien de woning hierover beschikt, gelegen te zijn aan de geluidluwe zijde. datum 10 juni 2015 referentie KLG/023/ pagina 14 van 20

133 Voor de onderhavige situatie kan geconcludeerd worden dat alle buitenruimten (achtertuin) gelegen zijn aan de geluidluwe zijde. Hiermee wordt voldaan aan de inspanningsverplichting voor een geluidluwe buitenruimte. Indeling woning (inspanningsverplichting) De beleidsregel stelt als inspanningsverplichting dat de woning per etage minimaal één verblijfsruimte aan de zijde van de geluidluwe gevel heeft. Op basis van de huidige tekeningen (zie bijlage 1) blijkt bij alle woningen op de begane grond één verblijfsruimte aan de geluidluwe zijde ligt, en op de 1 e verdieping 2 verblijfsruimten aan de geluidluwe zijde liggen. De 2 e verdieping betreft een zolder waar geen verblijfsruimten zijn gesitueerd. Geconcludeerd kan worden dat voor alle woningen aan de inspanningsverplichting wordt voldaan. 4.4 CONCLUSIE Op basis van onderhavig onderzoek blijkt dat voor de wegen met een zone ( t Goeie Spoor en de Kerkewijk) voldaan wordt aan de voorkeursgrenswaarde van 48 db. Het verlenen van hogere waarden is derhalve niet noodzakelijk. De wegen zonder zone, maar met een geluidbelasting hoger dan 48 db (Acacialaan en Lindenlaan), zijn conform de beleidsregel beoordeeld als een weg mét een zone. Hieruit is gebleken dat maatregelen aan de bron en in de overdracht vanuit stedenbouwkundig en financieel oogpunt niet wenselijk zijn. Derhalve zijn in paragraaf 4.3 maatregelen bij de ontvanger onderzocht. Hieruit kan geconcludeerd worden dat aan de eis en inspanningsverplichting voor een geluidluwe gevel, geluidluwe buitenruimte en de indeling van de woning wordt voldaan. Aangezien in deze situatie alleen bij 30 km/uur wegen de voorkeursgrenswaarde wordt overschreden, is het verlenen van hogere waarden niet van toepassing. De gemeente wordt verzocht om op basis van bovenstaande af te wegen of er een akoestisch goed woon- en leefklimaat heerst. datum 10 juni 2015 referentie KLG/023/ pagina 15 van 20

134 5 CONCLUSIES Aveco de Bondt bv heeft een akoestisch onderzoek uitgevoerd naar het wegverkeerslawaai voor de realisatie van 5 woningen gelegen aan de Acacialaan en de Lindenlaan te Veenendaal. Op grond van de Wet geluidhinder (Wgh) is een akoestisch onderzoek verricht naar de te verwachten geluidbelastingen ten gevolge van het wegverkeerslawaai op de gevels van de toekomstige woningen. Op basis van onderhavig onderzoek is het volgende geconcludeerd: Ten gevolge van t Goeie Spoor bedraagt de hoogste geluidbelasting 42 db (incl. aftrek 5 db ex artikel 110g Wgh). Hiermee wordt voldaan aan de voorkeursgrenswaarde van 48 db; Ten gevolge van de Kerkewijk bedraagt de hoogste geluidbelasting 38 db (incl. aftrek 5 db ex artikel 110g Wgh). Hiermee wordt voldaan aan de voorkeursgrenswaarde van 48 db; Ten gevolge van de Acacialaan (30 km/uur) bedraagt de hoogste geluidbelasting 52 db; Ten gevolge van de Lindenlaan (30 km/uur) bedraagt de hoogste geluidbelasting 49 db; Ten gevolge van de Stationssingel (30 km/uur) bedraagt de hoogste geluidbelasting 36 db; Ten gevolge van de Eikenlaan (30 km/uur) bedraagt de hoogste geluidbelasting 39 db; De gecumuleerde geluidbelasting bedraagt ten hoogste 52 db. Aanvullend onderzoek naar geluidwerende voorzieningen is in principe niet noodzakelijk; Conform de beleidsregel zijn de Acacialaan en de Lindenlaan beschouwd als wegen met een zone, aangezien de geluidbelasting hoger is dan 48 db. Geconcludeerd kan worden dat bronen overdrachtsmaatregelen niet wenselijk zijn. Er wordt voldaan aan de maatregelen bij de ontvanger conform de beleidsregel. datum 10 juni 2015 referentie KLG/023/ pagina 16 van 20

135 Bijlage 1: Situering plangebied datum 10 juni 2015 referentie KLG/023/ pagina 17 van 20

136

137

138 Bijlage 2: Invoergegevens rekenmodel datum 10 juni 2015 referentie KLG/023/ pagina 18 van 20

139

140 5 woningen Acacialaan / Lindenlaan te Veenendaal Invoergegevens wegen Projectnummer Bijlage 2 Model: Groep: model wegverkeerslawaai (hoofdgroep) Lijst van Wegen, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2012 Naam Omschr. ISO H ISO M Hdef. Type Cpl Cpl_W Hbron Helling Wegdek V(MR(D)) V(MR(A)) V(MR(N)) V(MRP4) V(LV(D)) V(LV(A)) V(LV(N)) 01 't Goeie Spoor 0,00 -- Relatief Verdeling False 1.5 db 0,75 0 W Stationssingel 0,00 -- Relatief Verdeling False 1.5 db 0,75 0 W Stationssingel 0,00 -- Relatief Verdeling False 1.5 db 0,75 0 W Stationssingel 0,00 -- Relatief Verdeling False 1.5 db 0,75 0 W Acacialaan 0,00 -- Relatief Verdeling False 1.5 db 0,75 0 W Lindenlaan 0,00 -- Relatief Verdeling False 1.5 db 0,75 0 W Eikenlaan 0,00 -- Relatief Verdeling False 1.5 db 0,75 0 W Kerkewijk 0,00 -- Relatief Verdeling False 1.5 db 0,75 0 W Kerkewijk 0,00 -- Relatief Verdeling False 1.5 db 0,75 0 W Geomilieu V :05:53

141 5 woningen Acacialaan / Lindenlaan te Veenendaal Invoergegevens wegen Projectnummer Bijlage 2 Model: Groep: model wegverkeerslawaai (hoofdgroep) Lijst van Wegen, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2012 Naam V(LVP4) V(MV(D)) V(MV(A)) V(MV(N)) V(MVP4) V(ZV(D)) V(ZV(A)) V(ZV(N)) V(ZVP4) Totaal aantal %Int(D) %Int(A) %Int(N) %IntP4 %MR(D) %MR(A) %MR(N) ,00 6,80 3,00 0, ,00 7,00 3,00 0, ,00 7,00 3,00 0, ,00 7,00 3,00 0, ,00 7,00 3,00 0, ,00 7,00 3,00 0, ,00 7,00 3,00 0, ,00 6,60 3,80 0, ,00 6,60 3,80 0, Geomilieu V :05:53

142 5 woningen Acacialaan / Lindenlaan te Veenendaal Invoergegevens wegen Projectnummer Bijlage 2 Model: Groep: model wegverkeerslawaai (hoofdgroep) Lijst van Wegen, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2012 Naam %MRP4 %LV(D) %LV(A) %LV(N) %LVP4 %MV(D) %MV(A) %MV(N) %MVP4 %ZV(D) %ZV(A) %ZV(N) %ZVP4 MR(D) MR(A) MR(N) MRP4 LV(D) LV(A) LV(N) ,00 96,00 89, ,00 3,00 8, ,00 1,00 3, ,60 158,40 39, ,00 96,00 97, ,00 3,00 2, ,00 1,00 0, ,40 57,60 9, ,00 96,00 97, ,00 3,00 2, ,00 1,00 0, ,40 57,60 9, ,00 96,00 97, ,00 3,00 2, ,00 1,00 0, ,20 28,80 4, ,00 96,00 97, ,00 3,00 2, ,00 1,00 0, ,60 14,40 2, ,00 96,00 97, ,00 3,00 2, ,00 1,00 0, ,60 14,40 2, ,00 96,00 97, ,00 3,00 2, ,00 1,00 0, ,60 14,40 2, ,00 96,00 92, ,50 3,50 6, ,50 0,50 1, ,58 528,96 93, ,00 96,00 92, ,50 3,50 6, ,50 0,50 1, ,58 528,96 93,38 Geomilieu V :05:53

143 5 woningen Acacialaan / Lindenlaan te Veenendaal Invoergegevens wegen Projectnummer Bijlage 2 Model: Groep: model wegverkeerslawaai (hoofdgroep) Lijst van Wegen, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2012 Naam LVP4 MV(D) MV(A) MV(N) MVP4 ZV(D) ZV(A) ZV(N) ZVP4 LE (D) 63 LE (D) 125 LE (D) 250 LE (D) 500 LE (D) 1k LE (D) 2k LE (D) 4k LE (D) 8k ,18 4,95 3, ,22 1,65 1, ,07 89,53 96,59 100,63 106,20 102,90 96,20 87, ,20 1,80 0, ,40 0,60 0, ,30 85,50 91,75 94,90 96,55 91,45 86,46 81, ,20 1,80 0, ,40 0,60 0, ,66 80,90 89,75 91,84 97,10 94,20 87,60 81, ,10 0,90 0, ,70 0,30 0, ,29 82,49 88,74 91,89 93,54 88,44 83,45 78, ,05 0,45 0, ,35 0,15 0, ,28 79,48 85,73 88,88 90,53 85,43 80,44 75, ,05 0,45 0, ,35 0,15 0, ,28 79,48 85,73 88,88 90,53 85,43 80,44 75, ,05 0,45 0, ,35 0,15 0, ,28 79,48 85,73 88,88 90,53 85,43 80,44 75, ,06 19,29 6, ,36 2,75 1, ,05 92,32 99,00 103,82 109,96 106,58 99,83 90, ,06 19,29 6, ,36 2,75 1, ,05 92,32 99,00 103,82 109,96 106,58 99,83 90,49 Geomilieu V :05:53

144 5 woningen Acacialaan / Lindenlaan te Veenendaal Invoergegevens wegen Projectnummer Bijlage 2 Model: Groep: model wegverkeerslawaai (hoofdgroep) Lijst van Wegen, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2012 Naam LE (A) 63 LE (A) 125 LE (A) 250 LE (A) 500 LE (A) 1k LE (A) 2k LE (A) 4k LE (A) 8k LE (N) 63 LE (N) 125 LE (N) 250 LE (N) 500 LE (N) 1k LE (N) 2k LE (N) 4k 01 76,81 83,90 90,24 95,75 102,18 98,75 91,98 82,22 72,95 80,48 87,61 91,44 96,95 93,68 86, ,62 81,82 88,07 91,22 92,87 87,77 82,78 77,78 71,75 73,69 79,14 83,21 84,64 78,91 74, ,98 77,22 86,07 88,16 93,42 90,52 83,93 77,44 64,51 68,40 76,61 79,97 85,41 82,38 75, ,61 78,81 85,06 88,21 89,86 84,76 79,77 74,77 68,74 70,68 76,13 80,20 81,63 75,90 71, ,60 75,80 82,05 85,20 86,85 81,75 76,76 71,76 65,73 67,67 73,12 77,19 78,61 72,89 68, ,60 75,80 82,05 85,20 86,85 81,75 76,76 71,76 65,73 67,67 73,12 77,19 78,61 72,89 68, ,60 75,80 82,05 85,20 86,85 81,75 76,76 71,76 65,73 67,67 73,12 77,19 78,61 72,89 68, ,91 89,07 95,43 100,81 107,37 103,94 97,17 87,38 75,75 83,21 90,13 94,32 100,31 96,98 90, ,91 89,07 95,43 100,81 107,37 103,94 97,17 87,38 75,75 83,21 90,13 94,32 100,31 96,98 90,26 Geomilieu V :05:53

145 5 woningen Acacialaan / Lindenlaan te Veenendaal Invoergegevens wegen Projectnummer Bijlage 2 Model: Groep: model wegverkeerslawaai (hoofdgroep) Lijst van Wegen, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2012 Naam LE (N) 8k LE P4 63 LE P4 125 LE P4 250 LE P4 500 LE P4 1k LE P4 2k LE P4 4k LE P4 8k 01 78, , , , , , , , , Geomilieu V :05:53

146

147 5 woningen Acacialaan / Lindenlaan te Veenendaal Invoergegevens bodemgebieden Projectnummer Bijlage 2 Model: Groep: model wegverkeerslawaai (hoofdgroep) Lijst van Bodemgebieden, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2012 Naam Omschr. Bf , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , centrum ontsl.wegen en gem. hoofdwegen+vrac 0, , , , centrum ontsl.wegen en gem. hoofdwegen+vrac 0, , , , , , , , , , , , , , , ,00 Geomilieu V :49:05

148 5 woningen Acacialaan / Lindenlaan te Veenendaal Invoergegevens bodemgebieden Projectnummer Bijlage 2 Model: Groep: model wegverkeerslawaai (hoofdgroep) Lijst van Bodemgebieden, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2012 Naam Omschr. Bf , , , , , , , , , , , centrum ontsl.wegen en gem. hoofdwegen+vrac 0, , , , , , , , , , , , , , centrum ontsl.wegen en gem. hoofdwegen+vrac 0, , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , centrum ontsl.wegen en gem. hoofdwegen+vrac 0, centrum ontsl.wegen en gem. hoofdwegen+vrac 0,00 Geomilieu V :49:05

149 5 woningen Acacialaan / Lindenlaan te Veenendaal Invoergegevens bodemgebieden Projectnummer Bijlage 2 Model: Groep: model wegverkeerslawaai (hoofdgroep) Lijst van Bodemgebieden, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2012 Naam Omschr. Bf centrum ontsl.wegen en gem. hoofdwegen+vrac 0, , , , , , , , , , , , , centrum ontsl.wegen en gem. hoofdwegen+vrac 0, centrum ontsl.wegen en gem. hoofdwegen+vrac 0, , , , , centrum ontsl.wegen en gem. hoofdwegen+vrac 0, centrum ontsl.wegen en gem. hoofdwegen+vrac 0, , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , ,00 Geomilieu V :49:05

150 5 woningen Acacialaan / Lindenlaan te Veenendaal Invoergegevens bodemgebieden Projectnummer Bijlage 2 Model: Groep: model wegverkeerslawaai (hoofdgroep) Lijst van Bodemgebieden, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2012 Naam Omschr. Bf , , , , , , centrum ontsl.wegen en gem. hoofdwegen+vrac 0, centrum ontsl.wegen en gem. hoofdwegen+vrac 0, centrum ontsl.wegen en gem. hoofdwegen+vrac 0, centrum ontsl.wegen en gem. hoofdwegen+vrac 0, centrum ontsl.wegen en gem. hoofdwegen+vrac 0, centrum ontsl.wegen en gem. hoofdwegen+vrac 0, centrum ontsl.wegen en gem. hoofdwegen+vrac 0, centrum ontsl.wegen en gem. hoofdwegen+vrac 0, centrum ontsl.wegen en gem. hoofdwegen+vrac 0, centrum ontsl.wegen en gem. hoofdwegen+vrac 0, centrum ontsl.wegen en gem. hoofdwegen+vrac 0, centrum ontsl.wegen en gem. hoofdwegen+vrac 0, , , , , , , , , , , , , centrum ontsl.wegen en gem. hoofdwegen+vrac 0, centrum ontsl.wegen en gem. hoofdwegen+vrac 0, centrum ontsl.wegen en gem. hoofdwegen+vrac 0, centrum ontsl.wegen en gem. hoofdwegen+vrac 0, centrum ontsl.wegen en gem. hoofdwegen+vrac 0, centrum ontsl.wegen en gem. hoofdwegen+vrac 0, centrum ontsl.wegen en gem. hoofdwegen+vrac 0, centrum ontsl.wegen en gem. hoofdwegen+vrac 0, centrum ontsl.wegen en gem. hoofdwegen+vrac 0, centrum ontsl.wegen en gem. hoofdwegen+vrac 0, centrum ontsl.wegen en gem. hoofdwegen+vrac 0, centrum ontsl.wegen en gem. hoofdwegen+vrac 0, centrum ontsl.wegen en gem. hoofdwegen+vrac 0, centrum ontsl.wegen en gem. hoofdwegen+vrac 0, centrum ontsl.wegen en gem. hoofdwegen+vrac 0, centrum ontsl.wegen en gem. hoofdwegen+vrac 0, centrum ontsl.wegen en gem. hoofdwegen+vrac 0, centrum ontsl.wegen en gem. hoofdwegen+vrac 0, centrum ontsl.wegen en gem. hoofdwegen+vrac 0, Rondwg-W+N416+Cunweg+Nieuwewg-Noord+N224 0, Rondwg-W+N416+Cunweg+Nieuwewg-Noord+N224 0, Rondwg-W+N416+Cunweg+Nieuwewg-Noord+N224 0, Rondwg-W+N416+Cunweg+Nieuwewg-Noord+N224 0, Rondwg-W+N416+Cunweg+Nieuwewg-Noord+N224 0,00 BG-037 0,30 BG-136 0,30 Geomilieu V :49:05

151 5 woningen Acacialaan / Lindenlaan te Veenendaal Invoergegevens bodemgebieden Projectnummer Bijlage 2 Model: Groep: model wegverkeerslawaai (hoofdgroep) Lijst van Bodemgebieden, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2012 Naam Omschr. Bf BG-137 0,30 BG-139 0,30 BG-140 0,30 BG-141 0,30 BG-142 0,30 BG-143 0,30 BG-144 0,30 BG-145 0,30 BG-146 0,30 BG-147 0,30 BG-148 0,30 BG-149 0,30 BG-150 0,30 BG-151 0,30 BG-181 0,30 BG-182 0,30 BG-184 0,30 BG-185 0,30 BG-186 0,30 BG-187 0,30 BG-188 0,30 BG-189 0,30 BG-190 0,30 BG-191 0,30 BG-192 0,30 BG-193 0,30 BG-194 0,30 BG-195 0,30 BG-196 0,30 BG-198 0,30 BG-216 0,30 BG-217 0,30 BG-218 0,30 BG-219 0,30 BG-220 0,30 BG-221 0,30 BG-222 0,30 BG-223 0,30 BG-224 0,30 BG-225 0,30 BG-228 0,30 BG-229 0,30 Grift-12 Grift 0,00 Grift-13 Grift 0,00 Grift-14 Grift 0,00 Grift-15 Grift 0,00 Grift-16 Grift 0,00 Geomilieu V :49:05

152

153 5 woningen Acacialaan / Lindenlaan te Veenendaal Invoergegevens gebouwen Projectnummer Bijlage 2 Model: Groep: model wegverkeerslawaai (hoofdgroep) Lijst van Gebouwen, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2012 Naam Omschr. Hoogte Maaiveld Hdef. Cp Zwevend Refl. 63 Refl. 125 Refl. 250 Refl. 500 Refl. 1k Refl. 2k Refl. 4k Refl. 8k ,64 7,48 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,68 7,41 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,93 7,08 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,13 7,30 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,62 7,20 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,97 6,46 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,56 6,81 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,55 6,79 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,06 6,25 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,52 7,02 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,49 7,06 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,13 7,59 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,04 6,90 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,10 7,30 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,58 6,93 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,87 6,85 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,14 6,98 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,79 7,44 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,12 7,42 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,59 7,26 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,74 7,21 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,28 7,21 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,39 6,78 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,39 6,93 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,01 6,69 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,48 6,86 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,59 7,24 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,10 6,36 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,59 6,80 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,32 7,59 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,00 7,14 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,49 6,89 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,48 6,79 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,98 11,12 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,04 7,03 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,94 6,49 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,75 6,77 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,56 7,06 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,80 6,69 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,48 7,10 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,56 6,96 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,82 6,51 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,05 6,83 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,58 6,94 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,94 7,50 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,05 6,88 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,65 7,32 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,65 6,81 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,59 7,23 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,49 6,76 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,71 7,15 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,07 6,94 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,78 6,96 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,63 7,42 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,21 7,46 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,37 7,41 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,78 7,50 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,56 7,47 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,03 7,46 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,13 7,03 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,85 7,51 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,74 7,44 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,30 7,39 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,35 7,07 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,60 7,47 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,94 7,39 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,96 6,99 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,32 6,83 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,54 7,36 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,09 7,38 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,24 7,34 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,84 7,32 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,40 7,32 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,87 7,09 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,85 7,08 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 Geomilieu V :49:51

157 5 woningen Acacialaan / Lindenlaan te Veenendaal Invoergegevens gebouwen Projectnummer Bijlage 2 Model: Groep: model wegverkeerslawaai (hoofdgroep) Lijst van Gebouwen, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2012 Naam Omschr. Hoogte Maaiveld Hdef. Cp Zwevend Refl. 63 Refl. 125 Refl. 250 Refl. 500 Refl. 1k Refl. 2k Refl. 4k Refl. 8k ,27 6,53 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,90 5,02 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,72 7,45 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,10 6,65 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,80 6,64 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,14 7,43 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,21 6,72 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,47 6,64 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,49 6,84 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,67 6,38 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,64 6,85 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,36 6,75 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,26 6,78 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,68 7,28 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,31 6,85 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,93 6,82 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,88 6,93 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,20 7,12 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,92 6,93 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,11 6,82 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,03 6,89 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,67 6,36 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,05 5,98 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,82 6,77 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,96 7,97 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,40 6,85 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,89 6,88 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,60 8,56 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,78 7,10 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,07 11,17 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,35 6,84 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,29 7,24 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,55 8,37 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,24 7,05 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,45 9,86 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,65 10,65 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,97 10,96 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,92 7,16 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,28 7,28 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,73 7,30 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,27 6,92 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,36 10,92 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,99 10,96 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,21 11,99 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,43 10,28 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,25 7,47 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,28 7,31 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,04 7,44 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,86 10,92 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,80 7,46 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, ,91 7,36 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, LKI_B01_HOOFDGEBOUW 3,00 7,80 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 11,00 7,63 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 01 Acacialaan 20 t/m 32 9,00 7,91 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 02 Lindenlaan 19 t/m 27 9,00 7,55 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 03 Toekomstige woning 1 en 2 9,00 7,54 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 04 Toekomstige woning 3, 4 en 5 9,00 7,90 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 05 Toekomstige woning 1 en 2 9,00 7,70 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 06 Toekomstige woning 3, 4, 4A, 4B, 5, 6 9,00 7,88 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 07 Toekomstige woning 7 en 8 9,00 8,15 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 Geomilieu V :49:51

158

159 5 woningen Acacialaan / Lindenlaan te Veenendaal Invoergegevens drempels Projectnummer Bijlage 2 Model: Groep: model wegverkeerslawaai (hoofdgroep) Lijst van Obstakels, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2012 Naam Omschr. 01 Drempel Acacialaan 02 Drempel Acacialaan 03 Drempel Acacialaan 04 Drempel Stationssingel 05 Drempel Lindenlaan 06 Drempel Lindenlaan 07 Drempel Lindenlaan 08 Drempel Eikenlaan 09 Drempel Eikenlaan 10 Drempel Eikenlaan 11 Drempel Eikenlaan 12 Drempel Eikenlaan 13 Drempel Eikenlaan Geomilieu V :50:51

160

161 5 woningen Acacialaan / Lindenlaan te Veenendaal Invoergegevens beoordelingspunten Projectnummer Bijlage 2 Model: Groep: model wegverkeerslawaai (hoofdgroep) Lijst van Rekenpunten, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2012 Naam Omschr. Maaiveld Hdef. Hoogte A Hoogte B Hoogte C Hoogte D Hoogte E Hoogte F Gevel 01 Voorgevel woning 1 7,49 Relatief 1,50 4,50 7, Ja 02 Linker zijgevel woning 1 7,52 Relatief 1,50 4,50 7, Ja 03 Achtergevel woning 1 7,58 Relatief 1,50 4,50 7, Ja 04 Achtergevel woning 2 7,61 Relatief 1,50 4,50 7, Ja 05 Rechter zijgevel woning 2 7,58 Relatief 1,50 4,50 7, Ja 06 Voorgevel woning 2 7,52 Relatief 1,50 4,50 7, Ja 07 Voorgevel woning 3 7,94 Relatief 1,50 4,50 7, Ja 08 Voorgevel woning 4 7,91 Relatief 1,50 4,50 7, Ja 09 Voorgevel woning 5 7,89 Relatief 1,50 4,50 7, Ja 10 Rechter zijgevel woning 5 7,85 Relatief 1,50 4,50 7, Ja 11 Achtergevel woning 5 7,84 Relatief 1,50 4,50 7, Ja 12 Achtergevel woning 4 7,87 Relatief 1,50 4,50 7, Ja 13 Achtergevel woning 3 7,89 Relatief 1,50 4,50 7, Ja 14 Linker zijgevel woning 3 7,92 Relatief 1,50 4,50 7, Ja Geomilieu V :52:40

162 Bijlage 3: Resultaten wegverkeerslawaai datum 10 juni 2015 referentie KLG/023/ pagina 19 van 20

163 5 woningen Acacialaan / Lindenlaan te Veenendaal Resultaten 't Goeie Spoor (incl. aftrek 5 db ex artikel 110g Wgh) Projectnummer Bijlage 3 Rapport: Model: Groep: Groepsreductie: Resultatentabel model wegverkeerslawaai - aangepaste ondergrond LAeq totaalresultaten voor toetspunten 't Goeie Spoor (50 km/uur) Ja Naam Toetspunt Omschrijving Hoogte Dag Avond Nacht Lden 01_A Voorgevel woning 1 1,50 36,1 31,9 26,9 36,5 01_B Voorgevel woning 1 4,50 38,0 33,8 28,8 38,4 01_C Voorgevel woning 1 7,50 41,1 36,9 31,9 41,5 02_A Linker zijgevel woning 1 1,50 23,7 19,1 14,5 24,1 02_B Linker zijgevel woning 1 4,50 27,5 23,0 18,3 27,8 02_C Linker zijgevel woning 1 7,50 33,0 28,7 23,7 33,4 03_A Achtergevel woning 1 1,50 29,7 25,4 20,5 30,1 03_B Achtergevel woning 1 4,50 30,8 26,4 21,6 31,2 03_C Achtergevel woning 1 7,50 32,6 28,3 23,4 33,0 04_A Achtergevel woning 2 1,50 31,3 26,9 22,1 31,7 04_B Achtergevel woning 2 4,50 32,5 28,1 23,3 32,9 04_C Achtergevel woning 2 7,50 34,5 30,2 25,3 34,9 05_A Rechter zijgevel woning 2 1,50 31,0 26,6 21,8 31,4 05_B Rechter zijgevel woning 2 4,50 34,7 30,4 25,5 35,1 05_C Rechter zijgevel woning 2 7,50 38,1 33,8 28,9 38,5 06_A Voorgevel woning 2 1,50 36,4 32,2 27,2 36,9 06_B Voorgevel woning 2 4,50 38,5 34,3 29,3 38,9 06_C Voorgevel woning 2 7,50 41,4 37,2 32,2 41,9 07_A Voorgevel woning 3 1,50 34,1 29,8 24,9 34,5 07_B Voorgevel woning 3 4,50 35,1 30,8 25,8 35,5 07_C Voorgevel woning 3 7,50 35,6 31,4 26,4 36,0 08_A Voorgevel woning 4 1,50 34,0 29,7 24,7 34,4 08_B Voorgevel woning 4 4,50 34,6 30,3 25,4 35,0 08_C Voorgevel woning 4 7,50 35,2 30,9 26,0 35,6 09_A Voorgevel woning 5 1,50 34,0 29,8 24,8 34,4 09_B Voorgevel woning 5 4,50 35,7 31,4 26,5 36,1 09_C Voorgevel woning 5 7,50 34,7 30,4 25,5 35,1 10_A Rechter zijgevel woning 5 1,50 25,3 20,8 16,1 25,7 10_B Rechter zijgevel woning 5 4,50 30,5 26,1 21,3 30,9 10_C Rechter zijgevel woning 5 7,50 31,6 27,3 22,4 32,0 11_A Achtergevel woning 5 1,50 31,3 27,0 22,1 31,7 11_B Achtergevel woning 5 4,50 32,9 28,6 23,7 33,3 11_C Achtergevel woning 5 7,50 35,1 30,8 25,9 35,5 12_A Achtergevel woning 4 1,50 32,2 27,9 23,0 32,6 12_B Achtergevel woning 4 4,50 33,7 29,4 24,5 34,1 12_C Achtergevel woning 4 7,50 35,4 31,1 26,2 35,8 Alle getoonde db-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V :00:39

164 5 woningen Acacialaan / Lindenlaan te Veenendaal Resultaten 't Goeie Spoor (incl. aftrek 5 db ex artikel 110g Wgh) Projectnummer Bijlage 3 Rapport: Model: Groep: Groepsreductie: Resultatentabel model wegverkeerslawaai - aangepaste ondergrond LAeq totaalresultaten voor toetspunten 't Goeie Spoor (50 km/uur) Ja Naam Toetspunt Omschrijving Hoogte Dag Avond Nacht Lden 13_A Achtergevel woning 3 1,50 30,2 25,9 21,0 30,6 13_B Achtergevel woning 3 4,50 31,9 27,6 22,7 32,3 13_C Achtergevel woning 3 7,50 34,0 29,6 24,8 34,4 14_A Linker zijgevel woning 3 1,50 25,1 20,6 15,9 25,5 14_B Linker zijgevel woning 3 4,50 27,3 22,8 18,2 27,7 14_C Linker zijgevel woning 3 7,50 31,0 26,6 21,8 31,4 Alle getoonde db-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V :00:39

165 5 woningen Acacialaan / Lindenlaan te Veenendaal Resultaten Kerkewijk (incl. aftrek 5 db ex artikel 110g Wgh) Projectnummer Bijlage 3 Rapport: Model: Groep: Groepsreductie: Resultatentabel model wegverkeerslawaai - aangepaste ondergrond LAeq totaalresultaten voor toetspunten Kerkewijk (50 km/uur) Ja Naam Toetspunt Omschrijving Hoogte Dag Avond Nacht Lden 01_A Voorgevel woning 1 1,50 23,5 20,7 14,1 24,2 01_B Voorgevel woning 1 4,50 23,6 20,8 14,2 24,2 01_C Voorgevel woning 1 7,50 20,8 18,0 11,3 21,5 02_A Linker zijgevel woning 1 1,50 25,3 22,5 15,9 26,0 02_B Linker zijgevel woning 1 4,50 26,3 23,5 16,9 26,9 02_C Linker zijgevel woning 1 7,50 25,9 23,0 16,4 26,5 03_A Achtergevel woning 1 1,50 28,5 25,6 19,0 29,1 03_B Achtergevel woning 1 4,50 30,0 27,1 20,5 30,6 03_C Achtergevel woning 1 7,50 32,3 29,6 22,8 33,0 04_A Achtergevel woning 2 1,50 27,9 25,1 18,5 28,5 04_B Achtergevel woning 2 4,50 29,6 26,8 20,1 30,2 04_C Achtergevel woning 2 7,50 31,9 29,1 22,4 32,5 05_A Rechter zijgevel woning 2 1,50 28,7 25,9 19,2 29,3 05_B Rechter zijgevel woning 2 4,50 30,0 27,2 20,4 30,6 05_C Rechter zijgevel woning 2 7,50 31,7 28,9 22,1 32,3 06_A Voorgevel woning 2 1,50 23,4 20,5 13,9 24,0 06_B Voorgevel woning 2 4,50 24,0 21,1 14,5 24,6 06_C Voorgevel woning 2 7,50 21,1 18,4 11,6 21,7 07_A Voorgevel woning 3 1,50 30,7 27,9 21,2 31,3 07_B Voorgevel woning 3 4,50 33,0 30,2 23,6 33,6 07_C Voorgevel woning 3 7,50 37,7 35,0 28,1 38,3 08_A Voorgevel woning 4 1,50 30,9 28,0 21,4 31,5 08_B Voorgevel woning 4 4,50 33,2 30,4 23,7 33,8 08_C Voorgevel woning 4 7,50 37,7 35,0 28,1 38,3 09_A Voorgevel woning 5 1,50 30,6 27,8 21,1 31,2 09_B Voorgevel woning 5 4,50 32,5 29,7 23,1 33,2 09_C Voorgevel woning 5 7,50 36,9 34,2 27,4 37,5 10_A Rechter zijgevel woning 5 1,50 28,6 25,7 19,1 29,2 10_B Rechter zijgevel woning 5 4,50 29,8 27,0 20,4 30,5 10_C Rechter zijgevel woning 5 7,50 31,6 28,9 22,1 32,2 11_A Achtergevel woning 5 1,50 22,6 19,7 13,1 23,2 11_B Achtergevel woning 5 4,50 22,6 19,7 13,1 23,2 11_C Achtergevel woning 5 7,50 24,1 21,2 14,6 24,7 12_A Achtergevel woning 4 1,50 22,8 19,9 13,3 23,4 12_B Achtergevel woning 4 4,50 22,1 19,3 12,7 22,7 12_C Achtergevel woning 4 7,50 23,5 20,6 14,0 24,1 Alle getoonde db-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V :02:35

166 5 woningen Acacialaan / Lindenlaan te Veenendaal Resultaten Kerkewijk (incl. aftrek 5 db ex artikel 110g Wgh) Projectnummer Bijlage 3 Rapport: Model: Groep: Groepsreductie: Resultatentabel model wegverkeerslawaai - aangepaste ondergrond LAeq totaalresultaten voor toetspunten Kerkewijk (50 km/uur) Ja Naam Toetspunt Omschrijving Hoogte Dag Avond Nacht Lden 13_A Achtergevel woning 3 1,50 24,6 21,8 15,1 25,2 13_B Achtergevel woning 3 4,50 25,1 22,3 15,6 25,7 13_C Achtergevel woning 3 7,50 27,7 24,9 18,1 28,3 14_A Linker zijgevel woning 3 1,50 27,4 24,6 17,9 28,0 14_B Linker zijgevel woning 3 4,50 29,3 26,6 19,8 29,9 14_C Linker zijgevel woning 3 7,50 34,3 31,6 24,8 35,0 Alle getoonde db-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V :02:35

167 5 woningen Acacialaan / Lindenlaan te Veenendaal Resultaten Acacialaan (excl. aftrek ex artikel 110g Wgh) Projectnummer Bijlage 3 Rapport: Model: Groep: Groepsreductie: Resultatentabel model wegverkeerslawaai - aangepaste ondergrond LAeq totaalresultaten voor toetspunten Acacialaan (30 km/uur) Nee Naam Toetspunt Omschrijving Hoogte Dag Avond Nacht Lden 01_A Voorgevel woning 1 1,50 19,2 15,5 7,3 18,9 01_B Voorgevel woning 1 4,50 20,4 16,7 8,4 20,1 01_C Voorgevel woning 1 7,50 21,6 18,0 9,7 21,4 02_A Linker zijgevel woning 1 1,50 30,4 26,7 18,4 30,1 02_B Linker zijgevel woning 1 4,50 32,6 28,9 20,6 32,3 02_C Linker zijgevel woning 1 7,50 33,6 29,9 21,5 33,3 03_A Achtergevel woning 1 1,50 32,4 28,8 20,4 32,2 03_B Achtergevel woning 1 4,50 34,7 31,1 22,7 34,4 03_C Achtergevel woning 1 7,50 35,6 32,0 23,6 35,3 04_A Achtergevel woning 2 1,50 32,1 28,4 20,1 31,8 04_B Achtergevel woning 2 4,50 34,4 30,8 22,4 34,1 04_C Achtergevel woning 2 7,50 35,6 31,9 23,6 35,3 05_A Rechter zijgevel woning 2 1,50 29,9 26,2 17,9 29,6 05_B Rechter zijgevel woning 2 4,50 31,7 28,1 19,7 31,4 05_C Rechter zijgevel woning 2 7,50 32,9 29,2 20,8 32,6 06_A Voorgevel woning 2 1,50 19,1 15,4 7,1 18,8 06_B Voorgevel woning 2 4,50 20,3 16,6 8,3 20,0 06_C Voorgevel woning 2 7,50 21,5 17,8 9,5 21,2 07_A Voorgevel woning 3 1,50 51,9 48,2 39,9 51,6 07_B Voorgevel woning 3 4,50 51,9 48,2 39,9 51,6 07_C Voorgevel woning 3 7,50 51,2 47,5 39,2 50,9 08_A Voorgevel woning 4 1,50 52,0 48,4 40,0 51,7 08_B Voorgevel woning 4 4,50 52,0 48,4 40,0 51,7 08_C Voorgevel woning 4 7,50 51,3 47,7 39,3 51,0 09_A Voorgevel woning 5 1,50 52,2 48,5 40,1 51,9 09_B Voorgevel woning 5 4,50 52,2 48,5 40,1 51,9 09_C Voorgevel woning 5 7,50 51,5 47,8 39,4 51,2 10_A Rechter zijgevel woning 5 1,50 46,7 43,0 34,6 46,4 10_B Rechter zijgevel woning 5 4,50 47,1 43,4 35,1 46,8 10_C Rechter zijgevel woning 5 7,50 46,8 43,1 34,8 46,5 11_A Achtergevel woning 5 1,50 23,7 20,0 11,7 23,4 11_B Achtergevel woning 5 4,50 26,2 22,5 14,2 25,9 11_C Achtergevel woning 5 7,50 29,0 25,4 17,0 28,7 12_A Achtergevel woning 4 1,50 24,2 20,5 12,2 23,9 12_B Achtergevel woning 4 4,50 25,6 21,9 13,5 25,3 12_C Achtergevel woning 4 7,50 26,9 23,2 14,8 26,6 Alle getoonde db-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V :03:49

168 5 woningen Acacialaan / Lindenlaan te Veenendaal Resultaten Acacialaan (excl. aftrek ex artikel 110g Wgh) Projectnummer Bijlage 3 Rapport: Model: Groep: Groepsreductie: Resultatentabel model wegverkeerslawaai - aangepaste ondergrond LAeq totaalresultaten voor toetspunten Acacialaan (30 km/uur) Nee Naam Toetspunt Omschrijving Hoogte Dag Avond Nacht Lden 13_A Achtergevel woning 3 1,50 24,9 21,3 12,9 24,7 13_B Achtergevel woning 3 4,50 26,4 22,7 14,4 26,1 13_C Achtergevel woning 3 7,50 27,7 24,0 15,6 27,4 14_A Linker zijgevel woning 3 1,50 43,6 39,9 31,5 43,3 14_B Linker zijgevel woning 3 4,50 43,6 39,9 31,5 43,3 14_C Linker zijgevel woning 3 7,50 43,2 39,5 31,1 42,9 Alle getoonde db-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V :03:49

169 5 woningen Acacialaan / Lindenlaan te Veenendaal Resultaten Lindenlaan (excl. aftrek ex artikel 110g Wgh) Projectnummer Bijlage 3 Rapport: Model: Groep: Groepsreductie: Resultatentabel model wegverkeerslawaai - aangepaste ondergrond LAeq totaalresultaten voor toetspunten Lindenlaan (30 km/uur) Nee Naam Toetspunt Omschrijving Hoogte Dag Avond Nacht Lden 01_A Voorgevel woning 1 1,50 49,2 45,6 37,2 48,9 01_B Voorgevel woning 1 4,50 49,6 45,9 37,5 49,3 01_C Voorgevel woning 1 7,50 49,2 45,5 37,1 48,9 02_A Linker zijgevel woning 1 1,50 44,4 40,8 32,4 44,1 02_B Linker zijgevel woning 1 4,50 45,3 41,6 33,2 45,0 02_C Linker zijgevel woning 1 7,50 45,4 41,7 33,3 45,1 03_A Achtergevel woning 1 1,50 23,7 20,0 11,7 23,4 03_B Achtergevel woning 1 4,50 29,5 25,8 17,4 29,2 03_C Achtergevel woning 1 7,50 32,6 28,9 20,5 32,3 04_A Achtergevel woning 2 1,50 24,0 20,3 12,0 23,7 04_B Achtergevel woning 2 4,50 27,9 24,2 15,8 27,6 04_C Achtergevel woning 2 7,50 30,3 26,6 18,2 30,0 05_A Rechter zijgevel woning 2 1,50 42,5 38,9 30,5 42,2 05_B Rechter zijgevel woning 2 4,50 42,9 39,2 30,9 42,6 05_C Rechter zijgevel woning 2 7,50 42,7 39,0 30,7 42,4 06_A Voorgevel woning 2 1,50 49,0 45,4 37,0 48,7 06_B Voorgevel woning 2 4,50 49,3 45,7 37,3 49,0 06_C Voorgevel woning 2 7,50 48,9 45,2 36,9 48,6 07_A Voorgevel woning 3 1,50 16,0 12,3 4,2 15,7 07_B Voorgevel woning 3 4,50 17,3 13,6 5,4 17,1 07_C Voorgevel woning 3 7,50 17,2 13,5 5,3 16,9 08_A Voorgevel woning 4 1,50 16,9 13,2 5,0 16,6 08_B Voorgevel woning 4 4,50 18,1 14,4 6,2 17,8 08_C Voorgevel woning 4 7,50 18,3 14,6 6,4 18,0 09_A Voorgevel woning 5 1,50 20,0 16,3 8,1 19,7 09_B Voorgevel woning 5 4,50 21,2 17,6 9,3 21,0 09_C Voorgevel woning 5 7,50 21,8 18,1 9,8 21,5 10_A Rechter zijgevel woning 5 1,50 29,4 25,7 17,4 29,1 10_B Rechter zijgevel woning 5 4,50 31,2 27,5 19,2 30,9 10_C Rechter zijgevel woning 5 7,50 32,2 28,5 20,2 31,9 11_A Achtergevel woning 5 1,50 31,7 28,0 19,7 31,4 11_B Achtergevel woning 5 4,50 33,7 30,0 21,7 33,4 11_C Achtergevel woning 5 7,50 34,8 31,1 22,8 34,5 12_A Achtergevel woning 4 1,50 31,8 28,1 19,8 31,5 12_B Achtergevel woning 4 4,50 33,7 30,0 21,7 33,4 12_C Achtergevel woning 4 7,50 34,6 30,9 22,5 34,3 Alle getoonde db-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V :05:01

170 5 woningen Acacialaan / Lindenlaan te Veenendaal Resultaten Lindenlaan (excl. aftrek ex artikel 110g Wgh) Projectnummer Bijlage 3 Rapport: Model: Groep: Groepsreductie: Resultatentabel model wegverkeerslawaai - aangepaste ondergrond LAeq totaalresultaten voor toetspunten Lindenlaan (30 km/uur) Nee Naam Toetspunt Omschrijving Hoogte Dag Avond Nacht Lden 13_A Achtergevel woning 3 1,50 31,4 27,8 19,4 31,1 13_B Achtergevel woning 3 4,50 33,4 29,7 21,4 33,1 13_C Achtergevel woning 3 7,50 34,3 30,7 22,3 34,0 14_A Linker zijgevel woning 3 1,50 25,7 22,0 13,7 25,4 14_B Linker zijgevel woning 3 4,50 27,6 24,0 15,6 27,3 14_C Linker zijgevel woning 3 7,50 29,0 25,3 17,0 28,7 Alle getoonde db-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V :05:01

171 5 woningen Acacialaan / Lindenlaan te Veenendaal Resultaten Stationssingel (excl. aftrek ex artikel 110g Wgh) Projectnummer Bijlage 3 Rapport: Model: Groep: Groepsreductie: Resultatentabel model wegverkeerslawaai - aangepaste ondergrond LAeq totaalresultaten voor toetspunten Stationssingel (30 km/uur) Nee Naam Toetspunt Omschrijving Hoogte Dag Avond Nacht Lden 01_A Voorgevel woning 1 1,50 32,4 28,8 20,5 32,2 01_B Voorgevel woning 1 4,50 34,2 30,5 22,2 33,9 01_C Voorgevel woning 1 7,50 35,5 31,8 23,5 35,2 02_A Linker zijgevel woning 1 1,50 19,9 16,2 8,1 19,7 02_B Linker zijgevel woning 1 4,50 21,3 17,6 9,4 21,0 02_C Linker zijgevel woning 1 7,50 20,6 17,0 8,7 20,4 03_A Achtergevel woning 1 1,50 29,4 25,7 17,5 29,1 03_B Achtergevel woning 1 4,50 30,6 26,9 18,7 30,3 03_C Achtergevel woning 1 7,50 31,6 27,9 19,6 31,3 04_A Achtergevel woning 2 1,50 31,1 27,4 19,2 30,9 04_B Achtergevel woning 2 4,50 32,4 28,7 20,5 32,1 04_C Achtergevel woning 2 7,50 33,5 29,8 21,5 33,2 05_A Rechter zijgevel woning 2 1,50 31,2 27,6 19,3 31,0 05_B Rechter zijgevel woning 2 4,50 32,7 29,1 20,8 32,5 05_C Rechter zijgevel woning 2 7,50 34,4 30,7 22,4 34,1 06_A Voorgevel woning 2 1,50 32,8 29,1 20,8 32,5 06_B Voorgevel woning 2 4,50 34,7 31,0 22,7 34,4 06_C Voorgevel woning 2 7,50 35,9 32,2 23,9 35,6 07_A Voorgevel woning 3 1,50 33,5 29,9 21,6 33,3 07_B Voorgevel woning 3 4,50 35,0 31,4 23,0 34,8 07_C Voorgevel woning 3 7,50 36,4 32,8 24,4 36,1 08_A Voorgevel woning 4 1,50 32,7 29,0 20,7 32,4 08_B Voorgevel woning 4 4,50 34,2 30,5 22,2 33,9 08_C Voorgevel woning 4 7,50 35,4 31,8 23,4 35,1 09_A Voorgevel woning 5 1,50 32,1 28,5 20,2 31,9 09_B Voorgevel woning 5 4,50 33,5 29,8 21,5 33,2 09_C Voorgevel woning 5 7,50 34,6 30,9 22,6 34,3 10_A Rechter zijgevel woning 5 1,50 20,1 16,4 8,3 19,9 10_B Rechter zijgevel woning 5 4,50 22,8 19,2 10,9 22,6 10_C Rechter zijgevel woning 5 7,50 20,0 16,3 8,1 19,7 11_A Achtergevel woning 5 1,50 30,1 26,5 18,2 29,9 11_B Achtergevel woning 5 4,50 31,5 27,9 19,6 31,3 11_C Achtergevel woning 5 7,50 32,7 29,1 20,8 32,5 12_A Achtergevel woning 4 1,50 31,6 28,0 19,7 31,4 12_B Achtergevel woning 4 4,50 33,1 29,4 21,1 32,8 12_C Achtergevel woning 4 7,50 34,3 30,6 22,3 34,0 Alle getoonde db-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V :05:35

172 5 woningen Acacialaan / Lindenlaan te Veenendaal Resultaten Stationssingel (excl. aftrek ex artikel 110g Wgh) Projectnummer Bijlage 3 Rapport: Model: Groep: Groepsreductie: Resultatentabel model wegverkeerslawaai - aangepaste ondergrond LAeq totaalresultaten voor toetspunten Stationssingel (30 km/uur) Nee Naam Toetspunt Omschrijving Hoogte Dag Avond Nacht Lden 13_A Achtergevel woning 3 1,50 29,3 25,7 17,4 29,1 13_B Achtergevel woning 3 4,50 30,6 27,0 18,7 30,4 13_C Achtergevel woning 3 7,50 31,9 28,2 20,0 31,7 14_A Linker zijgevel woning 3 1,50 25,1 21,4 13,2 24,9 14_B Linker zijgevel woning 3 4,50 27,1 23,4 15,2 26,8 14_C Linker zijgevel woning 3 7,50 30,2 26,6 18,3 30,0 Alle getoonde db-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V :05:35

173 5 woningen Acacialaan / Lindenlaan te Veenendaal Resultaten Eikenlaan (excl. aftrek ex artikel 110g Wgh) Projectnummer Bijlage 3 Rapport: Model: Groep: Groepsreductie: Resultatentabel model wegverkeerslawaai - aangepaste ondergrond LAeq totaalresultaten voor toetspunten Eikenlaan (30 km/uur) Nee Naam Toetspunt Omschrijving Hoogte Dag Avond Nacht Lden 01_A Voorgevel woning 1 1,50 29,2 25,6 17,2 29,0 01_B Voorgevel woning 1 4,50 30,8 27,1 18,8 30,5 01_C Voorgevel woning 1 7,50 31,6 27,9 19,6 31,3 02_A Linker zijgevel woning 1 1,50 29,6 25,9 17,6 29,3 02_B Linker zijgevel woning 1 4,50 34,7 31,0 22,6 34,4 02_C Linker zijgevel woning 1 7,50 37,2 33,6 25,2 36,9 03_A Achtergevel woning 1 1,50 23,2 19,5 11,3 22,9 03_B Achtergevel woning 1 4,50 29,5 25,8 17,4 29,2 03_C Achtergevel woning 1 7,50 32,5 28,8 20,4 32,2 04_A Achtergevel woning 2 1,50 23,6 19,9 11,7 23,3 04_B Achtergevel woning 2 4,50 29,6 25,9 17,5 29,3 04_C Achtergevel woning 2 7,50 32,5 28,8 20,4 32,2 05_A Rechter zijgevel woning 2 1,50 21,8 18,1 9,8 21,5 05_B Rechter zijgevel woning 2 4,50 23,9 20,2 11,9 23,6 05_C Rechter zijgevel woning 2 7,50 25,9 22,2 13,9 25,6 06_A Voorgevel woning 2 1,50 28,7 25,0 16,7 28,4 06_B Voorgevel woning 2 4,50 30,2 26,5 18,1 29,9 06_C Voorgevel woning 2 7,50 31,0 27,3 19,0 30,7 07_A Voorgevel woning 3 1,50 31,7 28,1 19,7 31,4 07_B Voorgevel woning 3 4,50 33,5 29,8 21,5 33,2 07_C Voorgevel woning 3 7,50 35,0 31,3 23,0 34,7 08_A Voorgevel woning 4 1,50 32,5 28,9 20,5 32,2 08_B Voorgevel woning 4 4,50 34,4 30,7 22,3 34,1 08_C Voorgevel woning 4 7,50 35,8 32,1 23,8 35,5 09_A Voorgevel woning 5 1,50 33,5 29,8 21,5 33,2 09_B Voorgevel woning 5 4,50 35,5 31,8 23,4 35,2 09_C Voorgevel woning 5 7,50 36,7 33,0 24,7 36,4 10_A Rechter zijgevel woning 5 1,50 35,1 31,4 23,1 34,8 10_B Rechter zijgevel woning 5 4,50 37,8 34,1 25,8 37,5 10_C Rechter zijgevel woning 5 7,50 39,4 35,7 27,4 39,1 11_A Achtergevel woning 5 1,50 24,4 20,7 12,5 24,2 11_B Achtergevel woning 5 4,50 30,0 26,4 18,0 29,7 11_C Achtergevel woning 5 7,50 33,5 29,8 21,4 33,2 12_A Achtergevel woning 4 1,50 23,1 19,5 11,2 22,9 12_B Achtergevel woning 4 4,50 27,7 24,0 15,7 27,4 12_C Achtergevel woning 4 7,50 31,5 27,8 19,4 31,2 Alle getoonde db-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V :06:08

174 5 woningen Acacialaan / Lindenlaan te Veenendaal Resultaten Eikenlaan (excl. aftrek ex artikel 110g Wgh) Projectnummer Bijlage 3 Rapport: Model: Groep: Groepsreductie: Resultatentabel model wegverkeerslawaai - aangepaste ondergrond LAeq totaalresultaten voor toetspunten Eikenlaan (30 km/uur) Nee Naam Toetspunt Omschrijving Hoogte Dag Avond Nacht Lden 13_A Achtergevel woning 3 1,50 24,1 20,4 12,2 23,8 13_B Achtergevel woning 3 4,50 27,8 24,1 15,7 27,5 13_C Achtergevel woning 3 7,50 31,4 27,7 19,3 31,1 14_A Linker zijgevel woning 3 1,50 14,8 11,1 2,9 14,5 14_B Linker zijgevel woning 3 4,50 17,9 14,2 6,0 17,6 14_C Linker zijgevel woning 3 7,50 22,8 19,1 10,8 22,5 Alle getoonde db-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V :06:08

175 Bijlage 4: Resultaten gecumuleerde geluidbelasting datum 10 juni 2015 referentie KLG/023/ pagina 20 van 20

176 5 woningen Acacialaan / Lindenlaan te Veenendaal Resultaten gecumuleerde geluidbelasting (excl. aftrek ex artikel 110g Wgh) Projectnummer Bijlage 4 Rapport: Model: Groep: Groepsreductie: Resultatentabel model wegverkeerslawaai - aangepaste ondergrond LAeq totaalresultaten voor toetspunten (hoofdgroep) Nee Naam Toetspunt Omschrijving Hoogte Dag Avond Nacht Lden 01_A Voorgevel woning 1 1,50 50,0 46,3 38,5 49,8 01_B Voorgevel woning 1 4,50 50,6 46,9 39,2 50,5 01_C Voorgevel woning 1 7,50 51,1 47,3 40,2 51,1 02_A Linker zijgevel woning 1 1,50 45,0 41,3 33,2 44,8 02_B Linker zijgevel woning 1 4,50 46,2 42,5 34,4 46,0 02_C Linker zijgevel woning 1 7,50 47,0 43,2 35,5 46,8 03_A Achtergevel woning 1 1,50 39,2 35,5 29,0 39,4 03_B Achtergevel woning 1 4,50 41,1 37,4 30,7 41,2 03_C Achtergevel woning 1 7,50 43,0 39,4 32,7 43,2 04_A Achtergevel woning 2 1,50 39,8 36,1 29,8 40,0 04_B Achtergevel woning 2 4,50 41,6 37,9 31,4 41,8 04_C Achtergevel woning 2 7,50 43,5 39,8 33,4 43,7 05_A Rechter zijgevel woning 2 1,50 44,3 40,6 33,0 44,2 05_B Rechter zijgevel woning 2 4,50 45,5 41,8 34,7 45,5 05_C Rechter zijgevel woning 2 7,50 46,9 43,1 36,5 47,0 06_A Voorgevel woning 2 1,50 49,9 46,1 38,4 49,7 06_B Voorgevel woning 2 4,50 50,5 46,8 39,2 50,4 06_C Voorgevel woning 2 7,50 51,1 47,2 40,2 51,0 07_A Voorgevel woning 3 1,50 52,3 48,6 40,5 52,1 07_B Voorgevel woning 3 4,50 52,5 48,8 40,8 52,3 07_C Voorgevel woning 3 7,50 52,3 48,7 40,9 52,2 08_A Voorgevel woning 4 1,50 52,4 48,8 40,7 52,2 08_B Voorgevel woning 4 4,50 52,6 48,9 40,8 52,4 08_C Voorgevel woning 4 7,50 52,4 48,8 40,9 52,2 09_A Voorgevel woning 5 1,50 52,6 48,9 40,8 52,3 09_B Voorgevel woning 5 4,50 52,7 49,1 41,0 52,5 09_C Voorgevel woning 5 7,50 52,4 48,8 40,8 52,2 10_A Rechter zijgevel woning 5 1,50 47,3 43,7 35,5 47,1 10_B Rechter zijgevel woning 5 4,50 48,2 44,5 36,5 48,0 10_C Rechter zijgevel woning 5 7,50 48,3 44,7 36,7 48,1 11_A Achtergevel woning 5 1,50 39,0 35,0 28,9 39,1 11_B Achtergevel woning 5 4,50 40,8 36,8 30,6 40,9 11_C Achtergevel woning 5 7,50 42,8 38,8 32,6 42,9 12_A Achtergevel woning 4 1,50 39,7 35,7 29,6 39,9 12_B Achtergevel woning 4 4,50 41,2 37,3 31,1 41,4 12_C Achtergevel woning 4 7,50 42,8 38,8 32,7 42,9 Alle getoonde db-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V :06:41

177 5 woningen Acacialaan / Lindenlaan te Veenendaal Resultaten gecumuleerde geluidbelasting (excl. aftrek ex artikel 110g Wgh) Projectnummer Bijlage 4 Rapport: Model: Groep: Groepsreductie: Resultatentabel model wegverkeerslawaai - aangepaste ondergrond LAeq totaalresultaten voor toetspunten (hoofdgroep) Nee Naam Toetspunt Omschrijving Hoogte Dag Avond Nacht Lden 13_A Achtergevel woning 3 1,50 38,5 34,6 28,3 38,7 13_B Achtergevel woning 3 4,50 40,1 36,3 29,9 40,3 13_C Achtergevel woning 3 7,50 42,0 38,2 31,9 42,2 14_A Linker zijgevel woning 3 1,50 44,2 40,5 32,5 44,0 14_B Linker zijgevel woning 3 4,50 44,5 40,9 33,0 44,4 14_C Linker zijgevel woning 3 7,50 45,5 42,0 34,6 45,5 Alle getoonde db-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V :06:41

178 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan Bijlage 5 Acacialaan 2 Flora & Fauna 176 bestemmingsplan

179 Memo Ter attentie van Bouwbedrijf Ossendrijver Mevrouw Ossendrijver Datum 16 april 2015 Projectnummer MDE/ Onderwerp Briefrapport quick scan flora en fauna, Acacialaan Veenendaal Auteur Ing. M. (Maarten) Debruyne AANLEIDING In Veenendaal is bouwbedrijf Ossendrijver voornemens aan de Acacialaan 2 vijf grondgebonden woningen realiseren. Om deze nieuwe woningen te bouwen wordt het nieuwe perceel bouwrijp gemaakt, waarbij alle aanwezige elementen worden verwijderd. Voordat deze ingrepen mogelijk worden gemaakt dient te worden nagegaan of in en nabij het plangebied beschermde natuurgebieden en soorten voorkomen en of deze met de beoogde ingrepen worden aangetast. Voorliggende quick scan flora en fauna beschrijft de effecten van de ingreep op soortenbescherming (Flora- en faunawet) en gebiedsbescherming (Natuurbeschermingswet 1998 en Natuurnetwerk Nederland ). Uit deze quick scan blijkt of de plannen leiden tot aantasting van beschermde gebieden of soorten en beschrijft de eventueel noodzakelijke vervolgstappen. HET PLAN In Veenendaal wil men op het perceel aan de Acacialaan 2 vijf grondgebonden woningen realiseren. Het perceel staat momenteel leeg en is slechts begroeid met enkele struiken en jonge bomen. Gebouwen ontbreken op deze locatie. Onderstaande afbeelding geeft een indruk van de globale ligging van het plangebied en de huidige situatie. Om de bouw van de woningen mogelijk te maken wordt alle opgaande beplanting op het terrein verwijderd. Afbeelding 1 Globale ligging perceel Acacialaan 2 (bron: Google Earth, 2015). datum 16 april 2015 referentie MDE/ pagina 1 van 5

180 METHODE De quick scan flora en fauna is gebaseerd op literatuuronderzoek en een éénmalige veldverkenning. Door middel van een literatuuronderzoek is bepaald welke beschermde gebieden en soorten er in de omgeving van het plangebied voorkomen. De aanwezigheid van de mogelijk beschermde soorten is door middel van een eenmalig veldbezoek op locatie onderzocht. Op 14 april 2015 heeft Maarten Debruyne, een ecoloog van Aveco de Bondt, het plangebied en de directe omgeving verkend. Het doel van deze veldverkenning was om een indruk te krijgen van de biotopen ter plaatse en de geschiktheid ervan voor beschermde soorten te beoordelen. Tijdens het veldbezoek is gelet op sporen, aanwezige flora en fauna en vaste rusten verblijfplaatsen voor soorten. Het eenmalige veldbezoek heeft niet de status van een volledige veldinventarisatie. SOORTENBESCHERMING Soortenbescherming is in alle gebieden van toepassing; alle inheemse flora en fauna zijn in Nederland beschermd op basis van de Flora- en faunawet. De Flora- en faunawet is gericht op het duurzaam in stand houden van soorten in hun natuurlijk leefgebied. Deze wetgeving maakt onderscheid tussen algemeen beschermde soorten (tabel 1) en strikt beschermde soorten (tabel 2 en 3). De mogelijke negatieve effecten van de ingreep op betreffende soorten worden hieronder beschreven. Algemeen beschermde soorten Het merendeel van de soorten die in het plangebied kunnen voorkomen zijn beschermd volgens het lichte beschermingsregime van de Flora- en faunawet (tabel 1). Het gaat hier om faunasoorten zoals de bruine kikker, gewone pad, egel, (spits)muizen, konijn, mol en florasoorten zoals braam, veldzuring, pitrus, berk, wilg, heermoes. Voor deze soorten geldt dat als het plan leidt tot aantasting van vaste rusten verblijfplaatsen en leefgebieden er geen ontheffing noodzakelijk is. Aantasting van verblijfplaatsen en leefgebieden van deze soorten is mogelijk op basis van een vrijstelling, zonder dat er sprake is van procedurele consequenties. Wel is het noodzakelijk dat men rekening houdt met de zorgplicht; dit betekent onder andere zo veel mogelijk werken buiten het kwetsbare seizoen en gefaseerd werken zodat dieren de kans krijgen te vluchten. Strikt beschermde soorten Een aantal van de soorten die in de omgeving voorkomen is strikter beschermd (tabel 2 en 3). Voor deze soorten geldt dat als de activiteit leidt tot aantasting van vaste rusten verblijfplaatsen er in de meeste gevallen een ontheffing in het kader van de Flora- en faunawet noodzakelijk is. Vogels Tijdens het veldbezoek zijn de volgende vogelsoorten aangetroffen: merel en koolmees. Deze vogelsoorten kunnen mogelijk broeden in het plangebied. Nestlocaties van vogels met jaarrond beschermde nesten (zoals uilen en roofvogels) zijn niet aangetroffen en worden ook niet verwacht. Met de kap van bomen zijn negatieve effecten op jaarrond beschermde vogelsoorten uit te sluiten. Ook zijn geen sporen (braakballen, veren) van deze soorten waargenomen. Verder is het uit te sluiten dat gebouwbewonende jaarrond beschermde vogelsoorten (huismus, gierzwaluw) nestlocaties hebben in het plangebied, aangezien bebouwing ontbreekt. datum 16 april 2015 referentie MDE/ pagina 2 van 5

181 Alle vogelsoorten zijn tijdens het broeden strikt beschermd. De werkzaamheden die uitgevoerd worden tijdens het broedseizoen kunnen leiden tot verstoring van broedgevallen van bijvoorbeeld merel, houtduif, ekster en mezen. Omdat alle vogels tijdens het broeden beschermd zijn, kunnen werkzaamheden tijdens het broedseizoen leiden tot een overtreding van de Flora- en faunawet. Geadviseerd wordt de bomen te kappen buiten het broedseizoen. Er wordt geen standaard periode voor het broedseizoen gehanteerd; ongeacht het seizoen mogen actief in gebruik zijn nesten van vogels niet worden aangetast of verstoord. Het broedseizoen loopt van globaal medio maart medio juli, maar is afhankelijk van de betreffende soort en buitentemperatuur. Vleermuizen Vleermuizen vallen in de zwaarste beschermingsregime. Vaste rusten verblijfplaatsen van vleermuizen kunnen worden aangetroffen in gebouwen en in bomen. Met de plannen worden geen gebouwen gesloopt, zodat het uit te sluiten is dat verblijfplaatsen van gebouwbewonende vleermuizen worden verwijderd. Boombewonende soorten worden aangetroffen in boomholten, achter loshangende schors en in scheuren. De te kappen bomen hebben geen holten, loshangende schors en scheuren. De aanwezige bomen zijn daarvoor te jong. Het is dan ook niet waarschijnlijk dat de te kappen bomen gebruikt worden als verblijfplaats voor vleermuizen. De plannen leiden niet tot aantasting van verblijfplaatsen van vleermuizen. Mogelijk dat het plangebied en directe omgeving wel gebruikt worden als foerageergebied voor vleermuizen. Foerageergebieden zijn beschermd als door het verlies ervan verblijfplaatsen in de directe omgeving worden aangetast. Doordat er geen verblijfplaatsen worden aangetast en de te kappen bomen zeer beperkt geschikt zijn als foerageergebied, is het projectgebied niet van essentieel belang en daarmee niet beschermd. Een nader onderzoek naar vleermuizen is niet nodig. De plannen leiden niet tot aantasting van het leefgebied van vleermuizen. Overige soorten Nesten, sporen of individuen van strikt beschermde soorten uit andere soortgroepen (vaatplanten, grondgebonden zoogdieren, reptielen, amfibieën, vissen, insecten en ongewervelden) zijn niet aangetroffen in het plangebied. Deze soorten worden ook niet verwacht in het plangebied gezien de afwezigheid van voor reptielen geschikte structuurrijke en zonnige elementen en directe verbinding met bestaande bosgebieden en sporen (zoogdieren). Verder ontbreken geschikte watervoerende elementen met voldoende oevervegetatie waarin amfibieën of vissen aanwezig zijn. Het is daardoor niet waarschijnlijk dat de plannen leiden tot aantasting van leefgebieden van strikt beschermde vaatplanten, grondgebonden zoogdieren, reptielen, amfibieën, vissen, insecten en ongewervelden. datum 16 april 2015 referentie MDE/ pagina 3 van 5

182 GEBIEDSBESCHERMING Bij gebiedsbescherming wordt onderscheid gemaakt tussen de Natuurbeschermingswet 1998 en de Natuur Netwek Nederland (NNN) de voormalige Ecologische Hoofdstructuur (EHS). De Natuurbeschermingswet 1998 beschermt Natura 2000-gebieden en Beschermde natuurmonumenten. De NNN is niet opgenomen in een natuurwetgeving, maar dient meegenomen te worden bij de planologische afweging. Het plangebied te Veenendaal ligt niet in of nabij een gebied beschermd in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998 (Nb-wet). Het meest nabijgelegen beschermde gebied betreft een blauwgraslandreservaat genaamd Binnenveld. Dit gebied is aangewezen als Beschermd natuurmonument en ligt op ongeveer meter ten zuidoosten van het plangebied. Op basis van de afstand tot het Beschermde natuurmonument, de tussenliggende al verstorende wegen (N233) en de beperkte ingreep van het plan, leidt de bouw van enkele woningen niet tot aantasting van het natuurschoon van dit Beschermde natuurmonument of overige gebieden beschermd in het kader van de Nb-wet. De NNN ligt op ongeveer 1000 meter afstand ten zuidwesten van het plangebied; de gronden ten zuidwesten van de Rondweg-West zijn aangewezen als NNN. De bouw van enkele woningen buiten de begrenzing van de NNN leidt niet tot aantasting van de kernkwaliteiten van de NNN. Gezien de tussenliggende al verstorende spoorlijn en Rondweg-West en het beperkte karakter van de ingreep leidt de bouw van de woningen ook niet tot indirecte aantasting van de NNN. CONCLUSIE In Veenendaal is bouwbedrijf Ossendrijver voornemens op het perceel aan de Acacialaan 2 vijf grondgebonden woningen realiseren. Om deze activiteit mogelijk te maken worden de aanwezige bomen en struiken gerooid. In de quick scan is onderzocht of met deze ingreep mogelijk de Floraen faunawet wordt overtreden of dat sprake is van gebiedsbescherming. Ten behoeve van de nieuwbouw worden enkele bomen gekapt die mogelijk dienst doen als nestlocaties voor algemeen voorkomende vogelsoorten. Door de kap van bomen uit te voeren buiten het broedseizoen (globaal half maart medio juli) zijn negatieve effecten op broedende vogels uit te sluiten. Leefgebieden van andere beschermde soorten worden niet verwacht in het plangebied. De kap van bomen en de bouw van enkele woningen leidt daarmee niet tot overtreding van de Flora- en faunawet. Een nader onderzoek of ontheffingsaanvraag is niet noodzakelijk. Het plangebied ligt buiten de invloedsfeer van beschermde (natuur)gebieden. Hierdoor is met de plannen geen sprake van (significante) aantasting van instandhoudingsdoelstellingen van gebieden beschermd in het kader van de NB-wet of kernkwaliteiten van de EHS. Vervolgwerkzaamheden zijn niet noodzakelijk. datum 16 april 2015 referentie MDE/ pagina 4 van 5

183 AANBEVELINGEN Naast de conclusies die voortkomen uit deze quick scan zijn ook een aantal vrijblijvende aanbevelingen te doen. Deze worden hieronder verwoord: - De nieuwbouw kan geschikt gemaakt worden voor vleermuizen door openingen en ruimte in de spouwmuur te creëren, kasten in te metselen of ruimte achter gevelbetimmering te creëren; - Indien een pannendak toegepast wordt kunnen speciale dakpannen gebruik worden voor soorten als gierzwaluw en huismus. Deze soorten gaan door toenemende isolatie steeds verder achteruit in Nederland; - Geadviseerd wordt om inheemse planten en struiken aan te planten, denk daarbij aan Gelderse roos, kornoelje en kardinaalsmuts. LITERATUURLIJST Limpens, H., Mostert, K., Bongers, W Atlas van de Nederlandse vleermuizen, uitgeverij KNNV, Utrecht. Websites: datum 16 april 2015 referentie MDE/ pagina 5 van 5

184 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan Bijlage 6 Bedrijven en milieuzonering en externe veiligheid 182 bestemmingsplan

185 Memo Ter attentie van Bouwbedrijf Ossendrijver t.a.v. mevrouw Ossendrijver De Stuwdam KM Amersfoort Datum 20 januari 2016 Distributie Projectnummer Onderwerp Bedrijven & milieuzonering en externe veiligheid, revisie 1 Geachte mevrouw Ossendrijver, Bouwbedrijf Ossendrijver is voornemens om woningen te realiseren in de gemeente Veenendaal. Het plangebied is gelegen tussen de Lindenlaan en Acacialaan. Ten behoeve van de bestemmingplanprocedure wordt getoetst aan de eisen van een goede ruimtelijke ordening. In dit document wordt in het deel Bedrijven & milieuzonering een weergave gegeven van de mogelijk invloed van omliggende bedrijven op de geplande ontwikkeling en vice versa. Het deelaspect externe veiligheid gaat in op de externe veiligheidsaspecten die mogelijk van invloed kunnen zijn op het plangebied en vice versa. Tot slot wordt ingegaan op de mogelijke invloed van de nabij gelegen hoogspanningsleiding. Met vriendelijke groet, ing. G.H. (Govert) van Hooff datum 20 juni 2016 referentie GvH/038/ pagina 1 van 12

186 1 BEDRIJVEN EN MILIEUZONERING 1.1 Inleiding Een goede ruimtelijke ordening voorziet in het voorkomen van voorzienbare hinder en gevaar door milieubelastende activiteiten. Door voldoende afstand in acht te nemen tussen milieubelastende activiteiten (zoals bedrijven) en gevoelige functies (zoals woningen) worden hinder en gevaar voorkomen en wordt het bedrijven mogelijk gemaakt zich binnen aanvaardbare voorwaarden te vestigen. Deze systematiek wordt milieuzonering genoemd. De VNG-publicatie Bedrijven en Milieuzonering (editie 2009) is het hulpmiddel bij de uitwerking van de milieuzonering in het bestemmingsplan. Op basis van de activiteiten kunnen bedrijven worden ingedeeld in milieucategorieën als indicatie voor milieuhinder. Daarbij worden de milieuaspecten geur, stof, geluid en gevaar meegenomen. In de publicatie zijn richtafstanden opgenomen, welke bij voorkeur aangehouden dienen te worden ten opzichte van gevoelige objecten. De omgeving waarin de gevoelige objecten zich bevinden speelt daarbij ook een rol. De richtafstanden voor een rustige woonwijk (bijlage 1 VNG-publicatie bedrijven en milieuzonering) zijn groter dan voor een gemengd gebied. Voor gemengd gebied mag richtafstand met één afstandstap worden verlaagd. Voor de typering van het gebied wordt o.a. gekeken naar de aanwezige activiteiten en eventuele aanwezige hinder. Om een beeld te krijgen van de bedrijven en mogelijkheden rondom het projectgebied aan de Acacialaan is gewerkt volgens de volgende stappen: 1. Wat is er conform de geldende bestemmingsplannen toegestaan in en om het plangebied? 2. Inventarisatie van bestaande bedrijven. 3. Invloed planontwikkeling op omgeving. 1.2 Mogelijkheden vigerende bestemmingsplannen Het plangebied en haar omgeving valt binnen het bestemmingplan (correctieve herziening) tussen grift en spoor. De locatie is thans bestemd als Maatschappelijk. Op het plangebied zijn de navolgende bestemmingen van invloed: wonen, groen, maatschappelijk, en bedrijven en bedrijven (Nutsvoorzieningen). Ten zuiden van het plangebied is een Projectbesluit genomen voor de ontwikkeling van woningen welke reeds zijn gerealiseerd. De bestemmingen welke relevante milieu invloed op het plangebied kunnen hebben, zijn hieronder nader beschouwd. De overige bestemmingen zijn goed te combineren met wonen. Bedrijven: Binnen het bedrijventerrein ten noorden van het plangebied (noord van het kanaal) is de vestiging van bedrijven tot categorie 4.2 met een richtafstand van 300 meter mogelijk (rik Valkenburgstraat. De afstand tot aan het plangebied bedraagt ruim 700 meter. Derhalve heeft dit bedrijventerrein geen invloed op de voorgenomen ontwikkeling. Hierbij dient opgemerkt te datum 20 juni 2016 referentie GvH/038/ pagina 2 van 12

187 worden dat het gebied gelegen tussen dit bedrijventerrein en het plangebied de laatste jaren is ontwikkelt tot centrumgebied. Bedrijven (Kanaalweg) Ten noorden van het plangebied op circa 150 meter afstand is een bedrijvenbestemming opgenomen. Hier zijn bedrijven toegestaan tot categorie 2. Hier is onder andere Steenhouwerij Buddingh gevestigd. Door de afstand tot het plangebied van circa 130 meter heeft deze bestemming geen negatieve invloed op het plangebied. Bedrijven (Nutsvoorzieningen): Het bedrijventerrein (westzijde Kastanjelaan) ten westen van het plangebied is ingericht ten behoeve van NUTS voorzieningen. Binnen de contouren van de bestemming mag zich een bedrijf vestigen met de maximale milieucategorie 3.2 met een richtafstand van 100 meter. Aangezien het plangebied zich op circa 130 meter van deze bestemming bevindt en zich tussen het plangebied en de bestemming Nuts zich woningen bevinden heeft de bestemming geen invloed op de ontwikkeling ter plaatse van het plangebied. Maatschappelijk: Het plangebied maakt deel uit van een gebied dat in zijn geheel is bestemd als maatschappelijk. Binnen het bestemmingplan is geen specifieke aanduiding opgenomen die verwijst naar een VNG categorie. Waardoor er vanuit wordt gegaan dat er maximaal categorie 2 is toegestaan met een richtafstand van 30 meter. Hiermee heeft de bestemming een overlap van 30 meter op het plangebied bij een gemengd gebied kan deze 30 meter 1 stap worden gereduceerd tot 10 meter. 1.3 Inventarisatie bedrijven Werkwijze Om de werkelijke situatie in beeld te krijgen is er een inventarisatie gemaakt van alle bedrijven die momenteel aanwezig zijn. De inventarisatie is gemaakt door tijdens een locatiebezoek een bedrijvenlijst op te stellen. Hierbij is getoetst of de bedrijvenlijst die is opgesteld in 2010 nog actueel is. Uit het veldbezoek is gebleken dat de bedrijvenlijst actueel is. Afwijkingen die zijn geconstateerd hebben betrekking op naamgeving maar niet op gebruik. De bedrijvenlijst die hieruit volgde is navolgend weergegeven: Adres Bedrijfsnaam Activiteit Richtafstand Afstand plangebied Kanaalweg 4 Tandarts Heeling Tandarts 10 m (geluid) 230 m Kanaalweg 14 Van Rij Tandarts 10 m (geluid) 180 m mondverzorging Kanaalweg Natuursteen Bewerken van 100 m (geluid) 130 m Buddingh natuursteen Kanaalweg 34 Hydron Vitens Pompstation 50 m (geluid) m meter (gevaar) Eikenlaan 1 Kerk Sola Fide Kerk 30 meter (geluid) 0m datum 20 juni 2016 referentie GvH/038/ pagina 3 van 12

188 t Goeie Spoor 10 Eneco Distributie elektriciteit 30 m (geluid) 140 m Toetsing Op basis van de VNG-publicatie Bedrijven en milieuzonering 2009 zijn alle bedrijven uit de verkregen bedrijvenlijst, ingedeeld in een categorie die overeenkomt met de werkzaamheden binnen het bedrijf. Om een eerste selectie te maken van bedrijven die mogelijk effect hebben op het plangebied zijn de richtafstanden vergeleken met de werkelijke afstanden tot het plangebied. Hierdoor vallen de bedrijven af die op basis van hun richtafstand geen invloed kunnen hebben op het plangebied. Gemotiveerd afwijken van de richtafstanden De VNG-publicatie Bedrijven en milieuzonering is een richtlijn die gehanteerd kan worden bij het ontwerpen en plannen van nieuwe ontwikkelingen. Uit het verleden is gebleken dat de richtafstanden die de publicatie voorschrijft als vaste waarden werden gehanteerd waaraan strik voldaan moet worden. De VNG geeft ook zelf aan dat dit nooit de bedoeling is geweest. Door gemotiveerd af te wijken van de richtafstanden kan een goed woon en leef klimaat net zo goed worden gewaarborgd. 1.4 Bedrijven met invloed op het plangebied. In tabel 1 is het bedrijf opgenomen dat op basis van de richtafstand een knelpunt kan vormen voor de planontwikkeling. In bijlage 2 is weergegeven waar het betreffende bedrijf is gelegen. Adres nr naam VNG cat. Richtafstand Afstand tot plangrens (woonwijk) 1 Eikenlaan 3 Kerk Sola fide 2 30 m (geluid) 0 m Talbel 1:relevante bedrijven in omgeving plangebied 1 Kerk Sola Fide Het plangebied grenst direct aan de grens van de kerk. De kerk heeft een richtafstand van 30 meter voor een rustige woonwijk. Aangezien het gaat om het geluid dat in de kerk geproduceerd wordt tijdens bijeenkomsten is ook hier het milieuaspect geluid bepalend voor de richtafstand van 30 m. De kerk moet voldoen aan vergunningvoorschriften van 50 db(a) etmaalwaarde op 50 m of op de dichtstbijzijnde woningen of andere geluidgevoelige bestemmingen. Om te onderzoeken of de realisatie van 5 woningen in het plangebied akoestisch inpasbaar is. Heeft Aveco de Bondt een akoestisch onderzoek uitgevoerd. Hieruit is gebleken dat het langtijdgemiddeld beoordelingsniveau lager is dan de 50 db(a) etmaalwaarde, waarbij de nieuwe woningen akoestisch inpasbaar zijn naast de kerk. datum 20 juni 2016 referentie GvH/038/ pagina 4 van 12

189 1.5 Invloed planontwikkeling op omgeving Ter plaatse van het plangebied zullen alleen woonbestemmingen worden toegestaan met de daartoe behorende faciliteiten als openbaargroen, infrastructuur parkeren en mogelijk enkele kleine speelplekken. Binnen het plangebied wordt geen relevante bedrijvigheid toegestaan, welke niet verenigbaar zou zijn met woningbouw. De invulling van het plangebied heeft daarom geen negatieve milieugevolgen voor huidige gevoelige functies rondom het plangebied (zoals de bestaande woningen aan de Stationssingel, Lindenlaan en Acacialaan). Uit deze bedrijven en milieuzoneringsnotitie is gebleken dat er op basis van het bestemmingplan alleen de kerk invloed heeft op het plangebied. De ontwikkeling van woningen direct naast de kerk zal geen ruimtelijke beperking opleveren voor de uitbreidingsmogelijkheden van de kerk aangezien deze reeds volledig gebruik maakt van de ontwikkelingsmogelijkheden vastgelegd in het bestemmingplan. Uit de akoestische onderbouwing blijkt verder dat de realisatie van 5 woningen naast de kerk akoestisch inpasbaar zijn. 1.6 Conclusie bedrijven & milieuzonering In dit deel van deze rapportage is onderzocht welke invloed omliggende bedrijven hebben op het ontwikkelen van woningen op het plangebied aan de Lindenlaan/Acacialaan in Veenendaal en vice versa. Bestemmingsplannen Het primaire toetsingskader zijn de vigerende bestemmingplannen. Hierin is juridisch vastgelegd welke ontwikkelingen nu en in de toekomst mogelijk zijn in en om het plangebied. Uit het resultaat van de analyse van de bestemmingplannen blijkt het volgende: De toegestane bedrijvigheid in de omgeving heeft op grond van de richtafstanden geen overlap met het plangebied. De toegestane maatschappelijke functie direct ten noorden van het plangebied heeft wel een overlap met het plangebied op grond van de richtafstanden. Voor de richtafstanden is uitgegaan van bijlage 1 van de VNG-publicatie. Werkelijke situatie De daadwerkelijk aanwezige bedrijven in en om het plangebied zijn in kaart gebracht. Uit deze inventarisatie bleek dat enkel de kerk mogelijk een knelpunt op kon leveren. Hierdoor is door Aveco de Bondt een aanvullende akoestische analyse met kenmerk /wb028, d.d van de kerk uitgevoerd. Uit deze analyse blijkt dat de woningen goed inpasbaar zijn. Inpasbaarheid Voor de vestiging van nieuwe bedrijven zoals planologisch toegestaan in de gebieden rondom de planlocatie worden geen knelpunten verwacht. datum 20 juni 2016 referentie GvH/038/ pagina 5 van 12

190 2 EXTERNE VEILIGHEID 2.1 Inleiding Externe veiligheid betreft de beheersing van de risico's en richt zich op het gebruik, de opslag, de productie en het transport van gevaarlijke stoffen. De normen voor externe veiligheid worden uitgedrukt in plaatsgebonden risico (PR) en groepsrisico (GR). Om de risico's bij een mogelijke calamiteit te beperken dient er bij nieuwbouw een fysieke afstand te worden gehouden tussen (beperkt) kwetsbare objecten en risicobronnen. Het plaatsgebonden risico (PR) is de kans per jaar dat een persoon, die zich continu en onbeschermd op een bepaalde plaats in de omgeving van een risicobron bevindt, overlijdt door een ongeval met de risicobron. Het PR is daarmee de risicomaat om het beschermingsniveau voor de individuele burger uit te drukken. Het toetsingcriterium is in veel gevallen een PR van PR wordt inzichtelijk gemaakt door vaste contouren rondom een risicobron. Het groepsrisico (GR) geeft aan wat de kans is op een ongeval met 10 of meer dodelijke slachtoffers in de omgeving van de beschouwde risicobron. Voor het GR geldt geen harde norm, maar een oriëntatiewaarde. De effecten van de ontwikkeling worden in een curve weergegeven en vergeleken met de curve van de oriëntatiewaarde. Bij overschrijding van de oriëntatiewaarde of een significante toename van het groepsrisico moet het bevoegd gezag het groepsrisico betrekken bij de vaststelling van het besluit (bijv. ruimtelijk besluit of milieuvergunningsbesluit). Voor deze groepsrisico verantwoording is de hoogte van het groepsrisico of de toename ervan onderdeel van de afweging. Daarnaast worden factoren meegenomen als mogelijkheden van de bestrijding en beperking van de omvang van een ramp of zwaar ongeval en de zelfredzaamheid van personen. Daarvoor wordt door het bevoegd gezag advies gevraagd aan de brandweer. Kaders Voor inrichtingen (bedrijven) is het 'Besluit externe veiligheid inrichtingen, (Bevi)' van belang. In dit besluit wordt externe veiligheid omschreven als 'de kans om buiten een inrichting te overlijden als rechtstreeks gevolg van een ongewoon voorval binnen de inrichting waar een gevaarlijke stof bij betrokken is'. Voor transport is de 'Wet Basisnet vervoer gevaarlijke stoffen' van belang. Daarnaast zijn er een aantal besluiten en regelingen vastgesteld waarin het beleid verder uitgewerkt is. 2.2 Toetsing voorgenomen ontwikkeling Het onderhavige plan betreft een ontwikkelingsplan waarin nieuwe kwetsbare functies (wonen) mogelijk worden gemaakt. Mogelijke risicobronnen voor dergelijke functies betreffen: Bedrijven die vallen onder het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi). Bedrijven die op grond van overige milieuwetgeving afstandsnormen voor veiligheid bezitten, zoals het Vuurwerkbesluit of het Activiteitenbesluit (bijv. propaantanks). Het vervoer van gevaarlijke stoffen over weg, spoor en water. Het vervoer van gevaarlijke stoffen door buisleidingen. datum 20 juni 2016 referentie GvH/038/ pagina 6 van 12

191 Op basis van de provinciale risicokaart blijken in de omgeving van het plangebied geen Beviinrichtingen en bedrijven als bedoeld in de tweede bullet aanwezig. Ook zijn er geen wegen of buisleidingen aanwezig waarover vervoer van gevaarlijke stoffen plaatsvindt. In de navolgende paragrafen zullen de effecten van het groep- en plaatsgebonden risico van deze risicobronnen op de voorgenomen ontwikkeling inzichtelijk gemaakt worden. Afbeelding 1: Uitsnede risicokaart (Bron: plangebied blauw omcirkeld 2.3 Bedrijven Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) In de omgeving van het plangebied zijn geen bedrijven aanwezig die vallen onder het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) en die een potentieel risico vormen voor de beoogde ontwikkeling. 2.4 Bedrijven overige wetgeving In de omgeving van het plangebied zijn geen bedrijven aanwezig die een potentieel risico vormen voor de beoogde ontwikkeling. 2.5 Transport van gevaarlijke stoffen over weg, spoor en water In de omgeving van het plangebied zijn geen vervoersassen over spoor en/of water aanwezig welke zijn opgenomen in het Basisnet. Er vindt geen vervoer van gevaarlijke stoffen in de directe omgeving plaats. Over de N233 vindt wel vervoer van gevaarlijke stoffen plaats. Deze weg is niet opgenomen in het Basisnet Weg. De datum 20 juni 2016 referentie GvH/038/ pagina 7 van 12

192 N233 ligt in oostelijke richting op circa 1,6 km van de locatie en in westelijke richting op circa 0,7 km. Hiermee ligt de locatie ver buiten het invloedsgebied van de weg. De A12 ligt op meer dan 2 km afstand en speelt daarmee géén enkele rol van betekenis. Op circa 120 m ten zuiden van de locatie ligt de spoorlijn Rhenen De Haar. Deze spoorlijn is niet opgenomen in de risicokaart en op grond daarvan kan gesteld worden dat er momenteel geen relevant vervoer van gevaarlijke stoffen plaatsvindt. Deze spoorlijn wordt in hoofdzaak gebruikt door intercity s en stoptreinen. Het bestaande vervoer over het spoor levert ten aanzien van externe veiligheid derhalve geen belemmeringen op voor de ontwikkeling van de planlocatie. 2.6 Vervoer van gevaarlijke stoffen door buisleidingen Op basis van de risicokaart (zie afbeelding 1) kan worden geconcludeerd dat in de omgeving van het plangebied geen buisleidingen zijn gelegen die een risico vormen voor de beoogde ontwikkeling. 2.7 Hoogspanningsleiding Direct ten noorden van de planlocatie is een hoogspanningsverbinding aanwezig. Hoogspanningsleidingen kunnen van invloed zijn op nieuwe ontwikkelingen, in het bijzonder wanneer dit gevoelige bestemmingen betreft. Gezien de geringe afstand tot de locatie en het verwachte invloedsgebied van de hoogspanningsmasten is dit risico hieronder separaat beschouwd. Beleid Bovengrondse hoogspanningsleidingen kunnen mogelijk effect hebben op de gezondheid van mensen ten gevolge van de magnetische velden van deze lijnen. Uit enkele studies is gebleken dat er een mogelijk een statistisch verband bestaat tussen het optreden van leukemie bij kinderen en de magnetische velden van bovengrondse hoogspanningsleidingen; dit verband is echter niet bewezen. Op basis van het potentiële risico en de maatschappelijke onrust is een nadere invulling gegeven aan het beleid voor wonen in de buurt van bovengrondse hoogspanningsleidingen. Dit beleid is gebaseerd op het voorzorg principe, waarbij nieuwe situaties waar kinderen worden blootgesteld aan magneetvelden van bovengrondse hoogspanningslijnen zoveel mogelijk vermeden moeten worden. Op basis hiervan is beleid ontwikkeld dat bij vaststelling ruimtelijke plannen en tracés van bovengrondse hoogspanningslijnen, zo veel als redelijkerwijs mogelijk is, dient te worden vermeden dat er nieuwe situaties ontstaan waarbij kinderen langdurig verblijven in het gebied rond de bovengrondse hoogspanningslijven waarbinnen het jaargemiddelde magneetveld hoger is dan 0,4 µt. datum 20 juni 2016 referentie GvH/038/ pagina 8 van 12

193 Hieronder wordt kort weergegeven hoe invulling wordt gegeven aan bovenvermelde begrippen. Onder nieuwe situaties wordt verstaan: Nieuwe bestemmingsplannen, dan wel wijzigingen in de bestaande plannen, of nieuwe bovengrondse hoogspanningslijnen, dan wel wijzigingen aan de bestaande lijnen. Onder kinderen wordt verstaan mensen met een leeftijd van 0 tot 15 jaar. Voor het begrip langdurig blootstelling wordt uitgegaan van kinderen die wonen of verblijven in scholen, crèches of kinderopvangplaatsen die zijn gelegen in magneetveldzones. Als gevoelige bestemmingen worden aangemerkt woningen, scholen, crèches en kinderopvangplaatsen. Locaties waar zich wel kinderen kunnen bevinden, maar waar de verblijftijd met wonen als kort kan worden bestempeld zoals sportvelden, speeltuinen, zwembaden, e.d. worden dus niet aangemerkt als gevoelige bestemming. De gemeente Veenendaal heeft het beleid van de overheden overgenomen. Situatie aan de Acacialaan In het vigerende bestemmingsplan Tussen Grift en Spoor is de ligging van de hoogspanningsleiding aangegeven. Het hart van deze leiding ligt op circa 50 m ten noorden van de locatie (vanaf de noordrand gemeten op de meest nabij gelegen hoek van het plangebied, zie tekening bijlage). Op de netwerkkaart van het RIVM is de ligging van de hoogspanningsleiding weergegeven. Afbeelding 2: Uitsnede netkaart RIVM bron: Binnen een zone van dertig meter aan beide zijden van de hoogspanningsverbinding mag in principe niet gebouwd worden. Dit om onderhoud aan hoogspanningsverbindingen mogelijk te maken en mede in verband met het risico van draadbreuk en van de leidingen vallende datum 20 juni 2016 referentie GvH/038/ pagina 9 van 12

194 ijsafzettingen. In de praktijk zijn er reeds bestaande woningen gelegen binnen deze 30 meterzone of onder direct onder deze leidingen. Zoals ook het geval is nabij het plangebied aan de Eikenlaan. In verband met mogelijke negatieve effecten van hoogspanningsverbindingen op de gezondheid is het beleid van rijk en provincie erop gericht om geen nieuwe situaties mogelijk te maken waarbij kinderen langdurig in het invloedsgebied van de hoogspanningslijn verblijven. Het RIVM heeft in eerste instantie als algemene richtlijn aangegeven dat het invloedsgebied (tot 0,4 µt) van de hoogspanningsverbinding bij Veenendaal een breedte heeft van circa 80 meter. Dit blijkt ook uit de netwerkkaart van het RIVM, zie afbeelding 2. In 2005 zijn berekeningen uitgevoerd naar de werkelijke breedte van het invloedsgebied van de verbinding. Hieruit bleek dat op het traject Dodewaard-Veenendaal (tot aan het verdeelstation aan de Kanaalweg) de breedte 100 meter is en op het traject Veenendaal-Utrecht de breedte 70 meter. De beheerder van de hoogspanningsleiding, Stedin, heeft in 2009 nieuwe berekeningen uitgevoerd en hieruit volgt dat de breedte van het beïnvloedingsgebied groter dan 0,4 µt in werkelijkheid respectievelijk 80 en 60 meter bedraagt. De locatie valt onder het gedeelte Dodewaard-Veenendaal, waardoor hier een veiligheidszone van 80 m van kracht is waarbinnen geen nieuwe scholen, crèches, kinderdagverblijven en woningen mogen worden gebouwd. Gevolgen voor de plannen In de voorgenomen plannen is sprake van woningbouw in de veiligheidszone van 80 meter. Zoals is weergegeven op de kaart van het RIVM. Dit betreft alle woningen, deze zijn namelijk geprojecteerd op een afstand tussen de 50 en 75 meter van de leiding. Volgens het landelijke beleid, dat Veenendaal heeft overgenomen, is dit niet toegestaan. Dit betekent dat zonder aanpassingen aan de bouwplannen of aan de hoogspanningsverbindingen een deel van de herontwikkeling niet mogelijk zou zijn. Oplossing De gemeente Veenendaal heeft in haar ruimtelijke besluit voor de reeds gerealiseerde woningen gelegen aan de Stationssingel, Acacialaan en Lindelaan van VolkerWessels Vastgoed ( ) aangegeven dat Stedin inmiddels wijzigingen aan de hoogspanningsverbinding heeft doorgevoerd. Door technische maatregelen is een aanzienlijke versmalling van de magneetzone en veiligheidszone bereikt. Voor de hoogspanningslijn betreffende het traject Dodewaard Veenendaal, ten oosten van het onderstations nabij de Kastanjelaan, betekent dit het terugdringen van de zone groter dan 0,4 µt van 80 meter naar circa 50 meter. Hierdoor wordt de voorgenomen ontwikkeling wel realiseerbaar, zie afbeelding 3. datum 20 juni 2016 referentie GvH/038/ pagina 10 van 12

195 Afbeelding 3: Afstand tot hoogspanningsleiding 2.8 Antenneregister Uit gegevens van het Antenneregister blijkt dat er in de directe nabijheid van het plangebied geen zendmasten zijn gelegen. De electromagnetische straling als gevolg van zendmasten vormt hiermee geen knelpunt voor de voorgenomen ontwikkeling. In de navolgende afbeelding is een uitsnede opgenomen van het antenneregister. Afbeelding 3: Uitsnede antenneregister, bron: antenneregister datum 20 juni 2016 referentie GvH/038/ pagina 11 van 12

196 2.9 Conclusie De risicobronnen rondom het plangebied zijn geïnventariseerd. Op grond van de beschikbare informatie, de huidige weten regelgeving en rekening houdend met bekend zijnde toekomstverwachtingen levert het aspect externe veiligheid geen beperkingen op voor de ontwikkeling van het plangebied. Er zijn géén nadere onderzoeken of berekeningen noodzakelijk. Wel geldt dat het gebied momenteel deels is gelegen binnen de veiligheidszone van de hoogspanningsverbinding Dodewaard Veenendaal, waardoor de voorgenomen ontwikkeling van de woningen niet zonder meer mogelijk is. Door het doorvoeren van technische maatregelen zoals benoemd in het ruimtelijke besluit van het VolkerWessels Vastgoed project ( ). is een aanzienlijke versmalling van de magneetzone en veiligheidszone bereikt. Hierdoor wordt de voorgenomen ontwikkeling wel realiseerbaar. datum 20 juni 2016 referentie GvH/038/ pagina 12 van 12

197 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan Bijlage 7 reactie VRU Externe Veiligheid bestemmingsplan 195

198 22 jan 2016/1009 VEILIGHEIDSREGIO UTRECHT Datum Gemeente Veenendaal T.a.v. mevrouw M. Wassenaar Postbus BC Veenendaal 'NGEKOiVltivj 2 2 JAN 7m GEMEENTE VEÊNENDAAl contactpersoon N. van Veen Afdeling Beleid en Expertise Directie Risicobeheersing Archimedeslaan BA Utrecht Onderwerp n.van.veen@vru.nl Advies bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan Veenendaal Geachte mevrouw Wassenaar, Ons kenmerk Op 23 december 2015 heeft u de Veiligheidsregio Utrecht in het kader van een vooroverleg, art van het Besluit ruimtelijke ordening (Bro), in de gelegenheid gesteld om een advies uit te brengen over het bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan in Veenendaal. Graag maak ik van deze mogelijkheid gebruik. Uw kenmerk Bijlagen Na bestudering van de stukken en uit eigen onderzoek stel ik vast dat alle relevante zaken ten aanzien van externe veiligheid zijn meegenomen in het voorontwerpbestemmingsplan. Binnen het plangebied zijn geen risicobronnen aanwezig waarvoor een verantwoording plicht geldt voor het groepsrisico. Naast externe veiligheid is in het plangebied een overstromingsrisico aanwezig. Het plangebied ligt namelijk in een preventief te evacueren gebied waar, bij doorbraak van de Grebbedijk, een maximale waterhoogte van 2 tot 3 meter kan optreden. Om ten tijde van een overstroming alsnog de woning te kunnen verlaten is in het kader van zelfredzaamheid een opening, zoals bijvoorbeeld een raam, op een derde woonlaag gewenst. Gemeente Veenendaal kan daarom in overweging nemen de woningen hiermee uit te rusten. De bluswatervoorzieningen en bereikbaarheidsnormen in het plangebied voldoen aan de normen zoals gesteld in de handreiking bluswatervoorziening en bereikbaarheid van Brandweer Nederland. Ik vertrouw erop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd, mocht u nog vragen hebben dan kunt u contact opnemen met de heer N. van Veen, afdeling Beleid en Expertise, n.van.veen@vru.nl of telefonisch op Pagina 1 Veiiigheidsregio Utrecht Postbus GD Utrecht info@vru.nl S; veiligheidsregioutrecht NL18 BNGH kvk

199 VEILIGHEIDSREGIO UTRECHT Met vriendelijke groet, Namens het dagelijks bestuur van de Veiligheidsregio Utrecht, H. Booij Afdelingshoofd Beleid & Expertise Directie Risicobeheersing i.a.a: Afdeling Preventie 3, team Vergunningen & Advisering Veenendaal Dhr. E. Blokker, Provincie Utrecht. Uw kenmerk Ons kenmerk Pagina

200 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan Hoofdstuk Aanleiding en doel INLEIDING Het bestemmingsplan Stationssingel Acacialaan omvat 2 locaties die gelegen zijn tussen de Acacialaan, Lindenlaan, Stationssingel en de kerk Eikenlaan 2. Locatie Stationssingel Op het voormalige terrein van de Christelijke Scholengemeenschap Veenendaal (CSV) zijn langs de Acacialaan reeds 7 woningen en langs de Lindenlaan 5 woningen gerealiseerd. De CSV-locatie is vrijgekomen door nieuwbouw van het ROC elders. Doordat de locatie van de middelbare school is vrijgekomen en de locatie is gelegen in een woonwijk is een ontwikkeling naar wonen een logische invulling van het plangebied. De woningen zijn mogelijk gemaakt met een buitenplanse afwijkingsprocedure (artikel 2.12, lid 1, onder A3) waarvoor in 2011 aan VolkerWessels Vastgoed BV een omgevingsvergunnning is verleend. Regelmatig komen aanvragen binnen voor uitbreidingen van deze woningen. De afwijkingsvergunning heeft de onderliggende bestemming Maatschappelijk niet gewijzigd. Dit betekent dat voor elke gewenste uitbreiding van deze woningen een aparte procedure moet worden opgestart. Door het bestemmingsplan te herzien en voor deze locatie een woonbestemming op te nemen worden aparte procedures voorkomen. In 2011 is eveneens een omgevingsvergunning aan VolkerWessels Vastgoed BV verleend voor 8 twee-onder-een-kapwoningen langs de Stationssingel. Van deze vergunning is geen gebruik gemaakt. Door de ontwikkelaar is voor een betere verkoopbaarheid van de kavels verzocht om ook rijtjeswoningen mogelijk te maken op deze plek. Hierdoor ontstaat tevens ruimte voor twee woningen meer. Locatie Acacialaan 2 Door Bouw- en aannemersbedrijf Ossendrijver BV is een verzoek ingediend voor de bouw van 5 woningen op het perceel Acacialaan 2. Dit perceel grenst aan de reeds gerealiseerde woningen van VolkerWessels Vastgoed BV. aan de Acacialaan en Lindenlaan. Het plan borduurt voort op deze ontwikkelingen ten zuiden van het perceel. Er is daarom voor gekozen om de stedenbouwkundige opzet en uitstraling door te zetten. De bouw van de woningen zorgt voor een goede afronding van de straten. Het verzoek is in strijd met de op grond van de correctieve herziening van het bestemmingsplan Tussen Grift en Spoor geldende bestemming Maatschappelijk. Doel De bestemmingsplanprocedure maakt het mogelijk medewerking te verlenen aan de bouw van 2 extra woningen aan de Stationssingel en 5 woningen op het perceel Acacialaan. Daarnaast voorziet het bestemmingsplan in een juridisch en planologische regeling voor de reeds gerealiseerde woningen. 2.2 Ligging plangebied Het plangebied is gelegen aan de Stationssingel en de Acacialaan. De plangrens van het plangebied ligt op de as van de Stationssingel, Acacialaan en de Lindelaan en de bebouwing van de Eikenlaan 3. Het plangebied omvat de percelen kadastraal bekend onder Veenendaal, D, 9294 tot en met 9313 en Om een indruk te geven van de ligging van het plangebied is een topografische kaart en een uitsnede van een kadastrale kaart opgenomen. 198 bestemmingsplan

201 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan Afbeelding 1.1 Uitsnede topografische overzicht, kadaster 2008 bestemmingsplan 199

202 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan Afbeelding 1.2 Uitsnede kadastrale kaart, kadaster 2015: Het plangebied omvat de percelen kadastraal bekend onder Veenendaal, D, 9294 tot en met 9313 en Vigerend(e) plan(nen) Op de locatie is het bestemmingsplan Correctieve herziening van het bestemmingsplan Tussen Grift en Spoor van kracht.op 1 november 2007 heeft de gemeenteraad het bestemmingsplan Tussen Grift en spoor vastgesteld. Gedeputeerde Staten hebben vervolgens op 19 februari 2008 besloten integraal goedkeuring te onthouden aan dit plan. Waarna de correctieve herziening van het bestemmingsplan Tussen Grift en spoor op 13 november 2008 door de gemeenteraad gewijzigd is vastgesteld. Het plangebied is in dit bestemmingsplan bestemd als Maatschappelijk en kent een maximale hoogte van 7 meter. Tevens zijn er in het plangebied twee zones (aanduidingen) aangegeven te weten een boringsvrije zone en een veiligheidszone hoogspanningsverbinding. Van de plankaart van het bestemmingsplan Tussen Grift en spoor is hieronder een uitsnede opgenomen. 200 bestemmingsplan

203 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan Afbeelding 1.3: Uitsnede plankaart Tussen Grift en spoor De reeds gerealiseerde woningen langs de Lindenlaan en Acacialaan zijn al mogelijk gemaakt met een buitenplanse afwijkingsprocedure (artikel 2.12, lid 1, onder A3) waarvoor in 2011 aan VolkerWessels Vastgoed BV een omgevingsvergunnning is verleend. De andere bouwplannen voor woningbouw zijn strijdig met de vigerende bestemming Maatschappelijk. Binnen het vigerende bestemmingsplan zijn geen binnenplanse afwijkingen opgenomen die het bouwplan voor woningbouw mogelijk maakt. De gemeente is bereid medewerking te verlenen aan de bouw van woningen op voorgenoemde locatie. Om de beoogde ontwikkeling mogelijk te maken zal het bestemmingsplan worden herzien ex artikel 3.1 Wro. 2.4 Leeswijzer Het bestemmingsplan is als volgt opgebouwd: In hoofdstuk 2 is de bestaande situatie beschreven; In hoofdstuk 3 volgt vervolgens een beschrijving van het beleidskader dat van toepassing is op het bestemmingsplan; In hoofdstuk 4 zijn de bouwplannen beschreven; In hoofdstuk 5 zijn hierna de relevante milieu- en omgevingsaspecten behandeld; Hoofdstuk 6 beschrijft het juridische deel van het plan; In hoofdstuk 7 komt de economische uitvoerbaarheid aan bod; In hoofdstuk 8 tenslotte zijn de resultaten uit overleg en inspraak besproken en behandeld. bestemmingsplan 201

204 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan Hoofdstuk Ruimtelijke structuur BEST AANDE SIT UAT IE De locatie is gelegen aan de Stationssingel 46 en Acacialaan 2. Voorheen stonden hier schoolgebouwen. In de huidige situatie zijn rijwoningen aan de Lindelaan en de Acacialaan gerealiseerd. De plangrens van het plangebied ligt op het midden van de Stationssingel, Acacialaan, Lindelaan en de bebouwing aan de Eikenlaan. Om een indruk te geven van het plangebied is hieronder een luchtfot opgenomen. De omgeving van het plangebied kenmerkt zich als woongebied met hoofdzakelijk grondgebonden (rij)woningen bestaande uit twee bouwlagen met kap. Het terrein ten noorden van het plangebied, gelegen aan de Eikenlaan is in gebruik als kerk. De locatie is door haar ligging ten opzichte van het station ten zuiden van het plangebied en het 't Goeie Spoor (N238) goed bereikbaar. Tevens is het plangebied op loopafstand van het centrum gelegen. Afbeelding 2.1 Luchtfoto plangebied 3.2 Functionele structuur De toegevoegde bestemming wonen past binnen de karakteristiek van de omgeving, welke hoofdzakelijk wonen is. 202 bestemmingsplan

205 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan Hoofdstuk Rijksbeleid BELEIDSKADER Hoofddoel van het nationale ruimtelijke beleid is om ruimte te scheppen voor verschillende ruimtevragende functies. Het beperkte oppervlak dat Nederland ter beschikking staat, maakt het nodig dit op een efficiënte en duurzame wijze te doen en niet alleen in kwantitatieve, maar ook in kwalitatieve zin. Bundeling van verstedelijking is een beleidsstrategie die het Rijk hanteert. Er wordt op deze manier optimaal gebruik gemaakt van de ruimte die in het bestaande bebouwde gebied aanwezig is. Verder dient uiteraard ook aandacht besteed te worden aan overig rijksbeleid. Hierbij valt bijvoorbeeld te denken aan: Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte Op 13 maart 2012 is de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR) in werking getreden. Deze visie vervangt verschillende nota's, zoals: de Nota Ruimte; de Structuurvisie Randstad 2040; de Nota Mobiliteit; de MobiliteitsAanpak; de Structuurvisie voor de Snelwegomgeving. Verder vervallen met de SVIR de ruimtelijke doelen en uitspraken uit de Agenda Landschap, Agenda Vitaal Platteland en Pieken in de Delta. In de SVIR staan de plannen voor ruimte en mobiliteit. Het Rijk stelt heldere ambities voor Nederland in 2040; een visie hoe Nederland er in 2040 voor moet staan. Dit doet het Rijk op basis van de (inter)nationale ontwikkelingen die de ruimtelijke en mobiliteitsopgaven zowel bovengronds als ondergronds richting 2040 bepalen. Zo werkt het Rijk aan een concurrerend, bereikbaar, leefbaar en veilig Nederland. Het ruimtelijke en mobiliteitsbeleid wordt meer aan provincies en gemeenten overgelaten.hieronder valt bijvoorbeeld het landschapsbeleid. De Rijksoverheid richt zich op nationale belangen, zoals een goed vestigingsklimaat, een degelijk wegennet en waterveiligheid. Tot 2028 heeft het kabinet in de SVIR drie Rijksdoelen geformuleerd: de concurrentiekracht vergroten door de ruimtelijk-economische structuur van Nederland te versterken. Dit betekent bijvoorbeeld een aantrekkelijk (internationaal) vestigingsklimaat; de bereikbaarheid verbeteren; zorgen voor een leefbare en veilige omgeving met unieke natuurlijke en cultuurhistorische waarden. De provincies en gemeenten krijgen in het nieuwe ruimtelijke en mobiliteitsbeleid meer bevoegdheden. Bijvoorbeeld op het gebied van landschappen, verstedelijking en het behoud van groene ruimte. Provincies en gemeenten zijn volgens het kabinet beter op de hoogte van de situatie in de regio en de vraag van bewoners, bedrijven en organisaties. Daardoor kunnen zij beter afwegen wat er in een gebied moet gebeuren. Navolgende afbeelding geeft aan wat de ambities van het Rijk voor Nederland in 2040 zijn. bestemmingsplan 203

206 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan Afbeelding 3.1 Kaart ambitie Nederland 2040 (bron: SVIR) Conclusie Uit de afbeelding blijkt dat voor de gemeente Veenendaal geldt dat wordt gestreefd naar een veilige en gezonde woon- en werkomgeving, voldoende zoetwater in droge perioden, behoud van biodiversiteit en energietransitie. De uitgangspunten voor het bestemmingsplan voldoen aan dit rijksbeleid. De ontwikkelingen die het bestemmingsplan mogelijk maakt, houden eveneens rekening met het hierboven geschetste rijksbeleid. Zij leiden tot een kwaliteitsverbetering van ruimtelijke diversiteit en functionaliteit, waarbij nadrukkelijk aandacht is voor de cultuurhistorische waarden en waterhuishoudkundige aspecten. 204 bestemmingsplan

207 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan Duurzame verstedelijking In de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte wordt de ladder voor duurzame verstedelijking geïntroduceerd. Deze ladder is per 1 oktober 2012 als motiveringseis in het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) opgenomen. De ladder voor duurzame verstedelijking is ingericht voor een zorgvuldige afweging en transparante besluitvorming bij alle ruimtelijke en infrastructurele besluiten waardoor de ruimte in stedelijke gebieden optimaal benut wordt. De ladder geldt bij stedelijke ontwikkelingen zoals bedrijventerreinen, kantoren, detailhandel, woningbouwlocaties of andere stedelijke voorzieningen voor onderwijs, zorg, cultuur, bestuur, indoorsport en leisure. In het bestemmingsplan moet een motivatie worden opgenomen of er aan de hand van de duurzaamheidsladder gekeken is of het project past bij de regionale behoefte en of de functies binnenstedelijk kunnen worden gerealiseerd. Het Bro bepaalt dat voor ondermeer bestemmingsplannen de treden van de ladder moeten worden doorlopen. Doel van de ladder voor duurzame verstedelijking is een goede ruimtelijke ordening in de vorm van een optimale benutting van de ruimte in stedelijke gebieden. Met de ladder voor duurzame verstedelijking wordt een zorgvuldige afweging en transparante besluitvorming bij alle ruimtelijke en infrastructurele besluiten nagestreefd. De ladder bestaat uit drie treden (de 3 B's): Trede 1.: Behoefte: voorziet de voorgenomen stedelijke ontwikkeling in een actuele regionale behoefte waarin nog niet elders in de regio is voorzien? Het kan zowel om een kwantitatieve als een kwalitatieve behoefte gaan; Trede 2.: Binnen- of buitenstedelijk: indien er sprake is van een actuele regionale behoefte, dan moet worden beoordeeld of deze in bestaand stedelijk gebied van de betreffende regio kan worden gerealiseerd, eventueel door benutting van beschikbare gronden, herontwikkeling of transformatie van bestaande locaties; Trede 3.: Bereikbaarheid met meerdere modaliteiten: indien gekozen moet worden voor een locatie buiten het stedelijke gebied, dan gaat de voorkeur uit naar een plek die (in de toekomst) bereikbaar is via verschillende vervoerswijzen. In een handreiking zijn deze treden als volgt weergegeven: In paragraaf 5.1 van deze toelichting wordt de toetsing aan deze ladder verantwoord. bestemmingsplan 205

208 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan Besluit algemene regels ruimtelijke ordening Het 'Besluit algemene regels ruimtelijke ordening' (Barro) bevestigt in juridische zin de kaderstellende uitspraken uit de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR) en bevat nadere regels waar bestemmingsplannen aan moeten voldoen. Het Barro is op 30 december 2011 in werking getreden, met uitzondering van de artikelen 2.3.6, 2.6.9, 3.2 en 3.5 en titel Het kabinet zal in de SVIR vaststellen dat voor een beperkt aantal onderwerpen de bevoegdheid om algemene regels te stellen zou moeten worden ingezet. Het gaat om de volgende nationale belangen: Rijksvaarwegen, Project Mainportontwikkeling Rotterdam, Kustfundament, Grote rivieren, Waddenzee en waddengebied, Defensie, Ecologische hoofdstructuur, Erfgoederen van uitzonderlijke universele waarde, Hoofdwegen en hoofdspoorwegen, Elektriciteitsvoorziening, Buisleidingen van nationaal belang voor vervoer van gevaarlijke stoffen, Primaire waterkeringen buiten het kustfundament en IJsselmeergebied (uitbreidingsruimte). Het rijk beëindigt de rol bij nationale landschappen, rijksbufferzones en het verstedelijkingsbeleid. In de structuurvisie worden de rijksdoelen en nationale belangen limitatief beschreven. Binnen het plangebied zijn geen onderdelen van Barro aanwezig en hiermee behoeft het geen specifieke aandacht in het onderhavige bestemmingsplan Waterbeleid Een ander belangrijk onderwerp in het rijksbeleid is duurzaam waterbeheer. De Europese Kaderrichtlijn Water, die sinds 2000 van kracht is, speelt hierbij een belangrijke rol. De richtlijn moet er immers voor zorgen dat de kwaliteit van het oppervlakte- en grondwater in Europa in 2015 op orde is. Dit betekent dat de rijksoverheid streeft naar een watersysteem dat zoveel mogelijk de natuurlijke situatie (zonder ingrepen van de mens) benadert. Het streven is onder andere gericht op het behouden en vergroten van de ruimte voor water, waar mogelijk vasthouden van water en verbetering van de waterkwaliteit. De waterbeheerders spelen hierbij een belangrijke rol. In de ruimtelijke plannen, waaronder het bestemmingsplan, moet een Waterparagraaf worden opgenomen. In hoofdstuk 4 wordt hier nader op ingegaan Overig wettelijk kader Bij het opstellen van ruimtelijke plannen is diverse (milieu)wetgeving van toepassing, waaronder de Wet luchtkwaliteit, Wet op de archeologische monumentenzorg, de Flora- en faunawet, besluit externe veiligheid, Wet geluidhinder, etc. Ook op deze aspecten zal in hoofdstuk 4 nader worden ingegaan. 4.2 Provinciaal beleid Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie en Provinciale Ruimtelijke Verordening Op 4 februari 2013 hebben Provinciale Staten de Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie (PRS) vastgesteld. De Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie (PRS) is hét ruimtelijk beleid dat de provincie Utrecht vastlegt voor de periode , en Provinciale Ruimtelijke Verordening (PRV), het instrument dat daarvoor kaders stelt voor gemeenten in de provincie, klaar zijn voor besluitvorming door Provinciale Staten. In de PRS zijn onder meer de volgende provinciale belangen vastgelegd: Duurzame leefomgeving 1. Ontwikkelen van een robuust en duurzaam bodem- en watersysteem en een waterveilige provincie; 2. behoud van de strategische grondwatervoorraden; 3. ruimte voor duurzame energiebronnen; 4. anticiperen op de langetermijngevolgen van klimaatverandering; 5. behouden en versterken van de kernkwaliteiten van het landschap; 6. behouden en ontwikkelen van de kwaliteit van de cultuurhistorische hoofdstructuur en de aardkundige waarden. Vitale dorpen en steden 1. Realiseren van voldoende en op de behoefte aansluitend woningaanbod, met een accent op binnen-stedelijke ontwikkeling; 206 bestemmingsplan

209 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan 2. een vitale en innovatieve regionale economie, met voldoende en diverse vestigingsmogelijkheden; 3. optimaal gebruik van de binnenstedelijke ruimte; 4. een goede bereikbaarheid voor woon-, werk en vrijetijdsverkeer. Het stedelijk programma voor Veenendaal is woningen. De grootste ontwikkelingslocatie in het stedelijk gebied is Veenendaal Oost. Daarnaast is er een aantal kleinere inbreidingslocaties.met deze binnenstedelijke mogelijkheden kan niet alleen de behoefte vanuit Veenendaal zelf, maar ook die van enkele omliggende kernen als Renswoude en Overberg worden opgevangen. Daarnaast kan Veenendaal met de ruime inbreidingsmogelijkheden ook een rol spelen bij de opvang van de woningbehoefte in de regio FoodValley. Het hier voorliggende plan is een binnenstedelijke ontwikkeling zoals hiervoor bedoeld. Het bovengenoemde is van toepassing op het plangebied omdat het gebied in z n geheel binnen de rode bebouwingscontour ligt (zie bijgaande afbeelding). Afbeelding 3.2 Rode contour Veenendaal (bron: Structuurvisie , provincie Utrecht) Provinciaal Waterplan Het Waterplan van de provincie Utrecht omvat het beleid voor waterveiligheid, waterbeheer en gebruik en beleving van water in de provincie Utrecht voor de periode Provinciale Staten heeft dit plan op 23 november 2009 vastgesteld en voldoet daarmee aan de verplichting van de Waterwet om voor een periode van zes jaar een regionaal waterplan op te stellen. Het Provinciaal Waterplan bevat geen specifieke informatie over de gemeente Veenendaal. Van de verschillende kaarten die zijn opgenomen in het Waterplan is wel informatie af te afleiden. bestemmingsplan 207

210 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan Hieruit blijkt dat Veenendaal deels binnen een grondwaterbeschermings- en infiltratiegebied ligt. Dit betekent onder meer dat bij functiewijzigingen rekening moet worden gehouden met het waterwinbelang Als vervolg op het Provinciaal Waterplan zal het Bodem-, water- en milieuplan eind 2015 vastgesteld worden. 4.3 Regionaal beleid Regio Foodvalley Per 1 januari 2011 werken de gemeenten Barneveld, Ede, Renswoude, Rhenen, Nijkerk, Scherpenzeel, Veenendaal en Wageningen samenonder de naam regio FoodValley, dit betreffen de vier WERV gemeenten aangevuld met de gemeenten Renswoude, Barneveld, Nijkerk en Scherpenzeel Gebiedsvisie In de Strategische Agenda van Regio FoodValley is door het regiobestuur prioriteit toegekend aan het opstellen van een gebiedsvisie voor de regio. De acht samenwerkende regiogemeenten hebben een gezamenlijke ambitie beschreven in deze gebiedsvisie aan de hand van zes focusopgaven. In December 2013 heeft het regiobestuur de Regionale Gebiedsvisie vastgesteld. De Regionale Gebiedsvisie gaat over de inrichting van de FoodValley regio. Een Regionale Gebiedsvisie is uitgebreider dan een Gemeentelijke Structuurvisie. Het is een strategisch kader dat in tegenstelling tot een Gemeentelijke Structuurvisie geen wettelijke status heeft. Het is na vaststelling door het regiobestuur ter advies aan de gemeenteraden aangeboden. Voorafgaand aan de vaststelling leggen de colleges concepten van de Regionale Gebiedsvisie voor aan de gemeenteraden. De Regionale Gebiedsvisie kan worden gebruikt als één van de pijlers voor gemeentelijke Structuurvisies over de volgende onderwerpen: Het faciliteren van bedrijven; Het afstemmen van de relatie tussen arbeidsmarkt en onderwijs; Het verbeteren van mobiliteit / bereikbaarheid; Het regionaal afstemmen van woningbouw; Het vernieuwen van de landbouwsector Regionale woonagenda Binnen de Regio FoodValley wordt samen in co-creatie gewerkt aan de regionale woonagenda. De woonagenda heeft tot doel om de aantrekkelijke woonomgeving van de regio te behouden en te versterken. Het is daarom van belang dat de juiste woningen voor de juiste doelgroepen worden gebouwd. Het is van belang om niet alleen te kijken naar het woningaanbod, maar voornamelijk om woningvraag en de daarbij behorende woonwensen. De vraag gaat meer bepalen wat er in de markt gebeurt. In 2016 wordt het speerpunt van de samenwerking het thema 'Kwaliteit van het wonen'. Daarbij wordt samen met onze regionale partners een gezamenlijk beeld gevormd over de kwaliteit van de woningvoorraad en komt de regio tot mogelijke afspraken over kwalitatieve aspecten van woningbouw en herstructurering in de regio (indien nodig). Daarbij wordt de ladder van duurzame verstedelijking als uitgangspunt genomen Waterbeheerprogramma Vallei en Veluwe Op 30 september 2015 is het nieuwe Waterbeheerprogramma Vallei en Veluwe vastgesteld. 208 bestemmingsplan

211 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan Algemeen beleid van het waterschap is dat bij een significante toename van het verhard oppervlak er compensatie plaats dient te vinden voor waterberging, bijvoorbeeld inde vorm van open water. Per project dienen daarover nadere afspraken te worden gemaakt met het waterschap. 4.4 Gemeentelijk beleid Strategische Visie Veenendaal 2025 De visie onderscheidt kwaliteitspijlers en ambities. Kwaliteitspijlers zijn de meest essentiële kwaliteiten waaraan in het beleid van Veenendaal op weg naar 2025 aandacht geschonken zal worden. De kwaliteitspijlers zijn: 1. ruimbaan voor ondernemen; 2. meer binding en innovatie in de ondernemerstraditie; 3. Veenendaal jonge leefstad van de toekomst; 4. De bestaande jeugdige leeftijdsopbouw vasthouden; 5. herkenbare stadslandschappen; 6. meer afwisseling en samenhang in het ruimtelijk beeld. De ambities zijn de doelen die Veenendaal in 2025 bereikt wil hebben. Deze ambities zijn gegroepeerd rondom 4 thema's: sociaal en cultureel profiel; stedelijk profiel; groei na 2015; profiel in de regio. Voor wat betreft het stedelijk profiel, het meest van belang voor dit bestemmingsplan, kent de visie de volgende ambities: stad met menselijke maat, het regionale winkelcentrum, de groenste stad, plaats met een divers en innovatief ondernemersklimaat, waarin bedrijven wortels hebben met de samenleving, en plaats met zichtbare en sterke historische identiteit Structuurvisie Veenendaal 2025 De Structuurvisie geeft de ruimtelijke en verkeerskundige visie op Veenendaal in De visie geeft hierbij de hoofdlijnen van de beoogde ontwikkeling weer. Zij is geformuleerd aan de hand van de volgende tien ambities: 1. Zichtbare en sterke historische identiteit; 2. woon- en werkgebieden met eigen karakters; 3. heldere routes met duidelijke entrees; 4. brandpunten in de stad; 5. groene stad; 6. aantrekkelijke oonwijken; 7. goed gebruik van de beschikbare ruimte; 8. bereikbare economische gebieden; 9. een fietsende stad; 10. goed openbaar vervoer. Voor elk van deze ambities is verwoord hoe deze bereikt kan worden. De visie is ook verbeeld in een Structuurkaart. Deze geeft het beeld van de gewenste ontwikkeling van de stad als geheel. Enkele delen van de stad is verder ingezoomd en wordt een inventarisatie en analyse gegeven. bestemmingsplan 209

212 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan Waterbeleid Het gemeentelijk waterbeleid is vastgelegd in verschillende plannen, waaronder het waterplan, verbreed gemeentelijk rioleringsplan en het afkoppelplan. Het gemeentelijk Waterplan is vastgesteld op 21 september Het plan kent twee onderdelen, namelijk een algemeen visiedeel voor een termijn van 15 jaar en een maatregelendeel voor de kortere termijn van 4 jaar. De doelstelling van het waterplan is te komen tot een duurzaam en integraal waterbeheer in Veenendaal, gericht op het behouden en versterken van de functies en kwaliteiten van het water in al zijn facetten voor de langere termijn. In het gemeentelijk rioleringsplan ( ) is vastgesteld welke (financiële) middelen er nodig zijn voor onder andere het vervangen van riolering en het afkoppelenvan regenwater. In het afkoppelplan (2012)is opgenomen dat bij rioolreconstructies een regenwaterriool wordt meegelegd en regenwater wordt afgekoppeld van het gemengde stelsel. Ook nabij het plangebied Stationsingel is er recent bij een reconstructie een vuil- en een regenwaterriool gelegd (gescheiden stelsel). Op de erfgrenzen van de te realiseren woningen dient via de huisaansluitingen het vuilwater en het regenwater apart van elkaar worden aangeboden.bij de reconstructie is op openbaar terrein eveneens drainage aangebracht. Het bemalenvan grondwater voor een permanente grondwaterstandsverlaging is niet toegestaan Groenstructuurplan Het doel van het groenstructuurplan is als volgt te formuleren: 1. De samenhang van het groen met de landschappelijke, ecologische en cultuurhistorische patronen versterken; 2. met het groen de herkenbaarheid en identiteit van de openbare ruimte vergroten; 3. de gewenste groenstructuur formuleren en realiseren volgens de opgestelde visie; 4. groen bij nieuwe ontwikkelingen als bouwsteen en leidend principe gebruiken; 5. accenten in het groen aanbrengen overeenkomstig de plaats en het niveau. Er wordt een onderscheid gemaakt naar groen op twee niveaus: de hoofdgroenstructuur en het groen binnen wijken. Ten aanzien van de hoofdgroenstructuur is het doel de identiteit en de kwaliteit van de afzonderlijke elementen te vergoten, waarbij de aanwezige of gewenste samenhang (structuur) tussen de verschillende elementen en patronen als kader geldt. De hoofdgroenstructuur bestaat uit de volgende onderdelen: de Grift, de oude linten, pleinen, parken, begraafplaatsen en sportparken, de binnenring, de Rondweg, 't Goeie Spoor / Industrielaan / Wageningselaan, de snelweg A12, de spoorlijnen en de entrees Milieukwaliteitsplan Het Milieukwaliteitsplan beschrijft de milieuambities van de gemeente Veenendaal die moeten leiden tot een integraal milieubeleid. Voor de langere termijn zijn wensbeelden geformuleerd en voor de kortere termijn tot en met 2016 zijn doelstellingen geformuleerd. In deze periode koerst de gemeente Veenendaal naar een samenleving die in balans is, een duurzame samenleving. Om deze samenleving te bereiken wil Veenendaal de milieuthema s integraal, dus in samenhang met elkaar en met medeneming van ruimtelijk en economische ontwikkelingen bezien. De gemeente wil proactief handelen, doelgroepen op maat benaderen en de verantwoordelijkheid nemen om zelf een voorbeeldfunctie te vervullen. Om de aanwezige kansen in het versterken van de milieu-inbreng in ruimtelijke planvorming te benutten is het noodzakelijk dat naast de strategie inzichtelijk wordt wat per sectoraal milieuthema de bijdrage kan zijn aan het optimaliseren van de lokale leefomgevingskwaliteit. Het gaat in het milieukwaliteitsplan vooral om bodem, luchtkwaliteit, geluid, externe veiligheid, duurzaamheid, klimaat, energie, afval, water en biodiversiteit. Naast de fysieke leefomgeving richt dit Milieukwaliteitsplan zich ook op de huidige en toekomstige gebruikers ervan. Milieumaatregelen raken burgers, bedrijven en maatschappelijke organisaties immers direct in hun belangen en beleving van hun dagelijkse omgeving. Communicatie, informatievoorziening en samenwerking zijn daarom de trefwoorden. 210 bestemmingsplan

213 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan Prostitutiebeleid In de Algemene Plaatselijke Verordening is het prostitutiebeleid gereguleerd. Voor het vestigen van een prostitutiebedrijf is een vergunning vereist op grond van de APV. De strijdigheid met het bestemmingsplan wordt daarin als één van de weigeringsgronden genoemd. In het 'Facetbestemmingsplan Uitvoering Prostitutiebeleid' is het prostitutiebeleid ruimtelijk vertaald. Hierbij is bepaald dat woongebieden en bedrijventerreinen ongeschikt zijn om (nieuwe) seksinrichtingen toe te staan Notitie Parkeernormen In 2008 heeft gemeente Veenendaal de "Notitie Parkeernormen" vastgesteld (juli 2008) waarin per functie is aangegeven welke parkeernormering bij nieuwe ontwikkelingen in acht moeten worden genomen. Het doel van deze notitie kan als volgt worden gedefinieerd: Het vaststellen van gemeentelijke parkeernormen voor nieuwe ruimtelijke projecten en ontwikkelingen in Veenendaal. Hierdoor kan nu en in de toekomst worden voorzien in de parkeerbehoefte waarbij tevens de bereikbaarheid en leefbaarheid worden gewaarborgd. Om deze doelstelling te behalen zijn de volgende uitgangspunten geformuleerd: 1. elke initiatiefnemer van een ruimtelijke ontwikkeling is verantwoordelijk voor het realiseren van z n eigen parkeeroplossing. 2. een nieuw bouwinitiatief mag geen parkeerproblemen in de omgeving veroorzaken; 3. het toepassen van de parkeernormen moeten een positieve invloed hebben op de bereikbaarheid en de economische ontwikkeling van Veenendaal; 4. er wordt gestreefd naar een goede balans tussen het aanbod van parkeerplaatsen versus de leebaarheid en de kwaliteit (functie, gebruik, beeld) van de openbare ruimte; 5. indien de voorgeschreven parkeernorm niet realiseerbaar is, wordt er naar alternatieve mogelijkheden gezocht om het parkeren op te lossen Archeologie-/monumentenbeleid Aanleiding voor het opstellen van een gemeentelijk archeologiebeleid is de Wet op de Archeologische Monumentenzorg (Wamz) die op 1 september 2007 in werking is getreden. Sindsdien zijn gemeenten verplicht bij het vaststellen van bestemmingsplannen en beheersverordeningen rekening te houden met het behoud van belangrijke archeologische waarden. De gemeente Veenendaal heeft in dit kader in 2008/2009 voor het hele grondgebied van Veenedaal onderzoek gedaan naar de kans op aanwezigheid van archeolgische resten. Het resultaat hiervan is een archeologische maatregelenkaart die op 30 mei 2011 is vastgesteld door de raad. De gemeente Veenendaal is nu in staat de archeologische waarden van het hele gemeentelijke grondgebied structureel mee te nemen in het ruimtelijke planvormingsproces. De archeologische maatregelenkaart wordt verwerkt in alle nieuw op te stellen bestemmingsplannen. In hoofdstuk 5 wordt nader op de eventuele archeologische waarden ingegaan. De gemeente heeft geen integraal monumentenbeleid. Wel is het wettelijke beleid geïmplementeerd. Hierbij zijn onder andere de erfgoedverordening en de aanwijzing van 108 gemeentelijke monumenten van belang. bestemmingsplan 211

214 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan Welstandsnota 2011 Vanaf 3 november 2011 worden de bouwplannen, die ter advisering aan de welstandscommissie worden voorgelegd, beoordeeld aan de hand van een vastgestelde gemeentelijke welstandsnota. In de gemeente Veenendaal is hiertoe de Welstandsnota 2011 vastgesteld. Een groot voordeel is dat initiatiefnemers en hun architecten zich vooraf in kennis kunnen stellen van de toetsingscriteria welke de welstandscommissie zal hanteren. Een belangrijk uitgangspunt van de Welstandsnota is de gebiedsgerichte benaderingswijze. Met de gebiedsgerichte benaderingswijze zijn de karakteristieken van wijken en samenhangende gebieden in heel de gemeente Veenendaal vastgelegd en gewaardeerd. Hiermee moeten de ontwerpers van nieuwe bouwplannen rekening houden en het biedt de welstandscommissie handvatten voor het formuleren van een welstandsadvisering. Verder heeft gemeente Veenendaal ervoor gekozen om een aantal gebieden welstandsvrij en welstandsluw te maken. Voor de bedrijventerreinen betekend dit dat de welstandstoets op bedrijventerreinen niet overal even streng hoeft te zijn. De bebouwing aan de randen, welke gericht is op de doorgaande wegen langs de bedrijventerreinen, is sterk bepalend voor de uitstraling van het bedrijventerrein. Voor een deel, langs de A12 en de Rondweg-Oost, is deze bebouwing ook bepalend voor de uitstraling van de stad Veenendaal. Daarom blijft voor deze bebouwing het reguliere welstandsbeleid van toepassing. Het middengebied van een bedrijventerrein is minder bepalend voor de uitstraling van het gebied. Daarom zijn hier mogelijkheden om het welstandsbeleid te versoepelen. Voor de bedrijventerreinen ten zuiden van de A12 geldt dat voor het middengebied een minder streng welstandsbeleid geldt. In de middengebieden wordt nog wel getoetst maar, aan minder criteria. De verantwoordelijkheid voor het ontwerp ligt hiermee meer bij de ondernemer. Zoals genoemd is de uitstraling naar buiten toe bepalend voor de keuze voor regulier of welstandsluw c.q. welstandsvrij. Daarom is op de locaties waar bedrijventerrein direct grenst aan woongebieden of buitengebied er voor gekozen het reguliere welstandstoezicht in stand te houden. Op locaties waar een oud lint de grens van het bedrijventerrein vormt (zoals bij de Munnikenweg, Stationsstraat) vormt de bebouwing van het lint de uitstraling naar buiten toe. Daarom is achter deze linten een lichter welstandsbeleid van toepassing. 212 bestemmingsplan

215 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan Hoofdstuk 5 PLANBESCHRIJVING Het plangebied bestaat uit twee delen; Stationssingel en de Acacialaan. Het deel aan de Stationssingel is gedeeltelijk ontwikkeld. De rijwoningen langs de Acacialaan (7 woningen) en de Lindelaan (5 woningen) zijn gerealiseerd. Langs de Stationssingel heeft nog geen ontwikkeling plaatsgevonden. In het oude bouwplan was er ruimte voor 8 twee onder één kap woningen. In het huidige bouwplan is gekozen voor 10 woningen en meer flexibiliteit. Zo wordt het mogelijk om langs de Stationssingel vrijstaande, twee onder één kap woningen en rijwoningen te realiseren. Het grootste deel van de woningen worden ontsloten via het binnenterrein. Op het binnenterrein zijn een groot deel van de parkeerplaatsen gelegen. Afbeelding 4.1: Impressie bouwplan Stationssingel, bron: 4D architecten Het bouwplan aan de Acacialaan bestaat uit 5 grondgebonden woningen. Langs de Acacialaan komt een drie onder één kap. Langs de Lindelaan komt een twee onder één kap. De woningen worden ontsloten door een binnenterrein. Op dit binnenterrein zijn voor een groot deel de parkeerplaatsen gesitueerd. Voor de ontsluiting van parkeerplaatsen, wordt aan de Acacialaan een inrit gerealiseerd. Het bouwplan heeft dezelfde opzet en uitstraling als het bouwplan aan de Stationssingel. Beide ontwikkelingen vormen samen één geheel, zowel in uitstraling als in stedenbouwkundige opzet. Er zijn geen veranderingen aan de structuur van de wijk. bestemmingsplan 213

216 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan Afbeelding 4.2: Impressie bouwplan Acacialaan 2, bron: 4D architecten 214 bestemmingsplan

217 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan Alle woningen binnen het plangebied bestaan uit twee lagen met een kap. De voorgevels zijn georiënteerd op de omliggende wegen. De twee binnenterreinen worden van elkaar gescheiden om te voorkomen dat er een verkeersverbinding ontstaat tussen de Lindelaan en Acacialaan. De ontwikkeling past binnen de stedenbouwkundige opzet van haar omgeving. Het plan bestaat geheel uit woningen en sluit hierbij tevens aan bij de woonfunctie van de omgeving. bestemmingsplan 215

218 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan Hoofdstuk 6 M ILIEU- EN OM GEVINGSASPECT EN In dit hoofdstuk worden de relevante milieu- en omgevingsaspecten voor de ontwikkeling van de planlocatie beschreven. Het gaat hierbij om de aspecten duurzame verstedelijking, natuur, water, archeologie, bodem, geluid, luchtkwaliteit en externe veiligheid. Voor ieder aspect is een onderzoek of toets uitgevoerd. 6.1 Duurzame verstedelijking Aanleiding Zoals ook beschreven in paragraaf van deze toelichting is in de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte de ladder voor duurzame verstedelijking geïntroduceerd. Deze ladder is per 1 oktober 2012 als motiveringseis in het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) opgenomen. De ladder voor duurzame verstedelijking is ingericht voor een zorgvuldige afweging en transparante besluitvorming bij alle ruimtelijke en infrastructurele besluiten waardoor de ruimte in stedelijke gebieden optimaal benut wordt. De ladder geldt bij stedelijke ontwikkelingen zoals bedrijventerreinen, kantoren, detailhandel, woningbouwlocaties of andere stedelijke voorzieningen voor onderwijs, zorg, cultuur, bestuur, indoorsport en leisure. In het bestemmingsplan moet een motivatie worden opgenomen of er aan de hand van de duurzaamheidsladder gekeken is of het project past bij de regionale behoefte en of de functies binnenstedelijk kunnen worden gerealiseerd. Het Bro bepaalt dat voor ondermeer bestemmingsplannen de treden van de ladder moeten worden doorlopen. Doel van de ladder voor duurzame verstedelijking is een goede ruimtelijke ordening in de vorm van een optimale benutting van de ruimte in stedelijke gebieden. Met de ladder voor duurzame verstedelijking wordt een zorgvuldige afweging en transparante besluitvorming bij alle ruimtelijke en infrastructurele besluiten nagestreefd. De ladder bestaat uit drie treden (de 3 B's): Trede 1.: Behoefte: voorziet de voorgenomen stedelijke ontwikkeling in een actuele regionale behoefte waarin nog niet elders in de regio is voorzien? Het kan zowel om een kwantitatieve als een kwalitatieve behoefte gaan; Trede 2.: Binnen- of buiten stedelijk: indien er sprake is van een actuele regionale behoefte, dan moet worden beoordeeld of deze in bestaand stedelijk gebied van de betreffende regio kan worden gerealiseerd, eventueel door benutting van beschikbare gronden, herontwikkeling of transformatie van bestaande locaties; Trede 3.: Bereikbaarheid met meerdere modaliteiten: indien gekozen moet worden voor een locatie buiten het stedelijke gebied, dan gaat de voorkeur uit naar een plek die (in de toekomst) bereikbaar is via verschillende vervoerswijzen Behoefte Woningbouw CBS cijfers Per 1 juli 2014 wonen er personen in Veenendaal en zijn er huishoudens. Dit betekent een gemiddelde van 2,43 personen per huishouden. De verwachting van de ontwikkeling van de bevolking en het aantal huishoudens, is volgens het CBS als volgt: Lokale prognose kerncijfers CBS; INWONERS Onderwerpen Totale bevolking Bevolking naar leeftijd 216 bestemmingsplan

219 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan Regio's (situatie 2011) Perioden 0 tot 20 jaar 20 tot 65 jaar Veenendaal , CBS/PBL jaar of ouder HUISHOUDENS Onderwerpen Totaal Eén-persoon s huishouden Paren Eénouder huishouden Overig Regio's (situatie 2011) Perioden Veenendaal CBS/PBL Uit de bovenstaande tabellen blijkt dat er in 2030 in totaal huishoudens verwacht worden. In relatie met het aantal van inwoners betekent dit dat in 2030 de gemiddelde omvang van een huishouden 2,25 personen bedraagt. Voor dit aantal huishoudens is in deze periode een toename van het aantal woningen noodzakelijk van 4280 woningen. Om minimaal deze hoeveelheid woningen te kunnen realiseren zal er, rekening houdend met gangbare factor van 70% daadwerkelijke realisatie, een plancapaciteit van 6114 woningen moeten zijn Provincie In de op 4 februari 2013 door de Provinciale Staten van Utrecht vastgestelde Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie staat vermeld dat gemeente Veenendaal de opgave heeft om woningen in de periode te realiseren. Vermeld is dat dit stedelijk programma voor Veenendaal geheel via inbreiding kan worden gerealiseerd. bestemmingsplan 217

220 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan Regio Foodvalley Veenendaal is één van de deelnemende gemeenten aan het samenwerkingsverband Regio FoodValley. In 2012 is in opdracht van de Regio FoodValley door Companen een rapport gemaakt over de geplande bouwproductie in de verschillende gemeenten van de Regio FoodValley. In het in oktober 2012 uitgebrachte rapport Inventarisatie en probleemanalyse, Eerste stap naar regionaal woningbouwprogramma? komt naar voren dat voor de regio FoodValley als geheel, niet gesproken kan worden van een samenhangend woningmarktgebied. Wel zien we dat gemeenten wel een sterke relatie hebben met directe buurgemeenten binnen de regio. Met name Ede heeft een relatief sterke relatie met gemeenten binnen de FoodValley, waarbij relatief veel verhuisbewegingen plaatsvinden tussen Ede, Barneveld, Veenendaal en Wageningen. De gemeenten Nijkerk en Scherpenzeel zijn daarentegen meer georiënteerd op gemeenten buiten de regio. Nijkerk is vanwege haar ligging sterk georiënteerd op Amersfoort, en Scherpenzeel op andere gemeenten binnen de provincie Utrecht. Dit heeft geleid tot de conclusie dat het niet nodig is om uitgangspunten op te stellen voor een regionaal afstemmingsprogramma Gemeente Er zijn in de afgelopen jaren meerdere gemeentelijke beleidsdocumenten open vastgesteld over de woningbehoeften. Hieronder volgt een opsomming van en toelichting op de meeste actuele en relevante documenten Woonvisie Op 28 mei 2015 heeft de raad van Veenendaal de Woonvisie vastgesteld. In deze visie wordt de behoefte aan de huidige bouwplannen bevestigd, mede gebaseerd op de prognose voor groei van het aantal inwoners van Veenendaal. Dit heeft geleid tot de conclusie dat er geen overcapaciteit van bouwplannen bestaat voor de lange termijn. In deze Woonvisie is als centrale visie op wonen in Veenendaal aangemerkt: We streven naar een aantrekkelijke leefstad met een daarbij passende woningvoorraad. Daarbij hoort een actieve gemeente die blijft inspelen op de dynamiek en behoeften van haar woningmarkt. De gemeentelijke zorg op het gebied van wonen strekt zich vooral uit tot de doelgroepen in de markt die niet aan geschikte woonruimte kunnen komen, en tot het aantrekken van dynamische woonmilieus. De woningmarkt in Veenendaal zorgt zelf voor evenwicht in vraag en aanbod. Op grond van de woonvisie richt de gemeente Veenendaal zich in de uitvoering vooral op de 3 speerpunten van deze Woonvisie: 1. Dynamische Woonmilieus Doel is meer inwoners van buiten Veenendaal te huisvesten. Eén en ander te bereiken door het promoten van het gevarieerde woningaanbod, de groene omgeving en de goede voorzieningen. 2. Huishoudens met een zorgvraag Doel is de wijken aantrekkelijk te houden door (zorg)voorzieningen en een gevarieerd woningaanbod, waaronder huisvesting voor ouderen. 3. Huishoudens met lagere inkomens Doel is voldoende betaalbare sociale woningen beschikbaar te hebben. Bevordering van de doorstroming is daarvoor een belangrijke maatregel. Ook het bevorderen van de realisering van meer vrije sector huurwoningen en het stimuleren van het kopen van woningen is daarin en belangrijke activiteit. 218 bestemmingsplan

221 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan Actuele Uitgangspunten Als actuele uitgangspunten van het in de woonvisie vastgelegde beleid zijn onder meer aangemerkt: tot 2040 wordt in de provincie Utrecht geen krimp voorzien. De druk op de Utrechtse woningmarkt is dan ook nog steeds hoog; door individualisering en vergrijzing neemt het aantal huishoudens ook de komende jaren sneller toe dan het aantal inwoners. Dit heeft gevolgen voor de woningbehoefte, maar ook bijvoorbeeld voor voorzieningen en mobiliteit; door toepassing van hogere bebouwing is het mogelijk de beschikbare ruimte beter te benutten; In de Woonvisie wordt verwezen naar de groeimogelijkheden voor de regio Zuid-Oost Utrecht die blijken uit de Woningmarkt Monitor van de provincie Utrecht. Zo geldt allereerst dat voor de regio Zuid-Oost sprake is van een toename van het aantal huishoudens tot 2040 van ca In deze monitor blijkt ook dat er nog flinke groei zit in de behoeften ten opzichte van de reeds bekende plannen Nota's wonen 2012 en 2013 De Woonvisie werd voorafgegaan door de Woonvisie Deze woonvisie, met als titel Werken aan een aantrekkelijke leefstad had een looptijd van vijf jaar ( ). De bouwambities in deze Woonvisie waren gebaseerd op een woonbehoefteonderzoek uit De in 2008 begonnen economische crisis stond aan de basis van een drastisch veranderende en veranderde woningmarkt. In 2012 heeft de raad daarom vastgesteld dat toen niet wenselijk was voor een periode van 5 jaar een nieuwe visie op wonen vast te stellen. De woningmarkt bleek erg grillig en gelet daarop constateerde het gemeentebestuur de behoefte om, zolang de instabiele woningmarktsituatie zou aanhouden, jaarlijks een beleidsstuk vast te stellen. Dit met het doel om snel in te spelen op de continu veranderende situatie op de woningmarkt. Om deze reden is toen de Nota Wonen 2012 opgesteld. De uitgangspunten van de Woonvisie 2007 bleven ongewijzigd, echter de snelheid waarmee de uitgangspunten van de Woonvisie 2007 konden worden uitgevoerd was sterk afgenomen. Met de Nota Wonen 2013 is vervolgens aangesloten bij de Nota Wonen In de nota 2013 zijn drie punten opgenomen die niet moeten gebeuren. In de eerste plaats is dat het bijbouwen van appartementen, omdat hierin al met de bestaande bouwplannen in combinatie met de bestaande voorraad en aanbod wordt voorzien. In de tweede plaats moeten er geen dure grondgebonden woningbouwplannen bijkomen. De bestaande voorraad en de bestaande bouwplannen bieden hierin eveneens voldoende aanbod. In de derde plaats wordt in de nota vastgesteld dat er wel degelijk sprake is van een hoge verhuisbehoefte in Veenendaal en dat gelet daarop toekomstige bouwplannen niet definitief moeten worden afgewezen. Zodra het vertrouwen op de woningmarkt is teruggekeerd, moeten nieuwe woningbouwplannen snel kunnen worden uitgevoerd. Beide nota's zijn door het vaststellen van de Woonvisie vervallen Wonen in Veenendaal 2013 In de periode november 2013 januari 2014 is in Veenendaal een woningbehoeftenonderzoek uitgevoerd. De gemeente Veenendaal wil namelijk graag weten hoe de woontevredenheid, verhuisgeneigdheid en woonwensen van haar inwoners eruit ziet. Hiermee kan vervolgens rekening worden gehouden bij het realiseren/aanpassen van het aanbod in Veenendaal. Het onderzoek is uitgevoerd door het onderzoeksbureau van de gemeente Ede (Strategie & Onderzoek). De probleemstelling van het onderzoek luidde: Hoe ziet de Veenendaalse woningbehoefte er de komende jaren uit per wijk? Enkele belangrijke conclusies van dit onderzoek zijn: Veenendalers zijn erg tevreden met hun woning. De tevredenheid is het grootst onder bewoners van bestemmingsplan 219

222 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan de wijken Zuidoost, West, Noordwest en Noordoost, koopwoningen en vrijstaande woningen/bungalows. Onder de Veenendalers die binnen de gemeente willen verhuizen zijn vooral West,Zuidoost en het Centrum geliefde wijken. Buiten Veenendaal zijn vooral de regio en het westen van Nederland in trek. Verhuisgeneigden waarbij studie of werk de verhuisreden is, oriënteren zich grotendeels buiten Veenendaal. Vormt gezondheid of behoefte aan zorg de verhuisreden, dan wordt bijna altijd binnen Veenendaal gezocht. In Veenendaal is vraag naar een mix van tussen- / hoekwoningen, twee-onder-éénkapwoningen, vrijstaande woningen en gestapelde woningen. De woningbehoefte van senioren wijkt wel wat af van de jongere doelgroepen. Onder 55-plussers zijn vooral appartementen en seniorenwoningen in trek, relatief vaak in de huursector Projectboeken 2012 t/m 2015 De Projectenboeken geven jaarlijks een verantwoording van- en vooruitblik op de woningbouwprojecten in de gemeente Veenendaal. Aan de projectenboeken liggen woningbouwprognoses ten grondslag. Uit de vergelijking tussen de huishoudensprognoses en het aanbod aan nieuwe woningen blijkt dat er vanaf 2018 sprake zal zijn van een beperkt tekort aan nieuwe woningen Conclusie Uit de hiervoor genoemde rapporten blijkt dat er geringe cijfermatige verschillen bestaan in de prognoses voor de korte en de lange termijn. Duidelijk is wel dat er in de periode tot 2030 nog behoefte zal bestaan aan substantiële uitbreiding van het aantal woningen. Dit aantal ligt rond het getal van In regionaal perspectief gezien is het realistisch deze behoefte binnen de grenzen van Veenendaal in te vullen. Deze behoefte kan binnen het stedelijke gebied van Veenendaal worden ingevuld. Daarnaast blijkt er geen sprake te zijn van een samenhangende regionale woningmarkt, waardoor opvang van de woningbehoefte elders in de regio geen reële optie is Toetsing plan Toetsing plan Het voorliggende plan is met behulp van het stappenplan getoetst aan de ladder. Dit levert de volgende beoordeling op. Trede 1. Bestaande regionale behoefte: Het voorliggende plan voorziet in het realiseren van 7 extra woningen. De andere 20 woningen zijn al mogelijk gemaakt met een buitenplanse afwijkingsprocedure (artikel 2.12, lid 1, onder A3) waarvoor in 2011 een omgevingsvergunnning is verleend. 12 van deze woningen langs de Lindenlaan en Acacialaan zijn al gerealiseerd. Eén van de doelstellingen van het speerpunt uit de Woonvisie Veenendaal , Dynamische woonmilieus, is: We passen indien nodig bouwprogramma s aan zodat deze matchen met de reeds gebouwde woningen en afzetbare marktvraag, maar we bouwen wel in diverse prijsklassen. Maatregel Om deze doelstelling te bereiken is flexibiliteit in bestemmingplannen en procedures vanaf nu nog meer nodig. Voor meer flexibiliteit zijn in dit bestemmingsplan naast twee-onder-een-kap woningen, ook rijtjeswoningen en vrijstaande woningen mogelijk gemaakt. Hierdoor ontstaat een gevarieerd woningaanbod in type en prijsklasse wat tevens de doorstroming in de wijk bevordert. Maatregel Tevens is in de woonvisie de maatregel opgenomen dat: nieuwe initiatieven tot woningbouw van meer dan drie woningen strijdig met het bestemmingsplan voorlopig worden aangehouden, tenzij deze al 220 bestemmingsplan

223 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan aantoonbaar afgezet zijn De woningen langs de Acacialaan en Lindenlaan die al zijn gerealiseerd worden zo verkocht en er ontstond zelfs een wachtlijst. De verwachting is dan ook dat de nieuw te bouwen woningen binnen afzienbare tijd zijn afgezet. Op verzoek van Ossendrijver BV zijn door makelaar van Dijk de kansen voor de 5 woningen op het perceel Acacialaan 2 in de huidige markt bekeken. Hij geeft aan dat de doelgroep voor de 5 woningen aan de Acacialaan gelijk zal zijn aan de doelgroep van project Stationssingel. De makelaar dat het project in hun ogen een realistisch plan is en hij bevestigt dat de verwaching dat de woningen, onder de huidige marktomstandigheden, binnen afzienbare tijd succesvol zullen worden verkocht. Uit het voorgaande blijkt dat de zeven woningen zowel kwalitatief als kwantitatief binnen de bestaande regionale en plaatselijk behoefte van ca woningen tot 2030 passen. Trede 2. Binnen- of buitenstedelijk: Het plangebied ligt binnen de bebouwde kom, midden in een woonwijk en dicht bij voorzieningen. Dit plan voorziet in een herontwikkeling van een gebied waarop schoolgebouwen stonden. Het plan is daarmee aan te merken als een binnenstedelijk plan. Trede 3 Bereikbaarheid met meerdere modaliteiten Met het bevestigend beantwoorden van de vraag in trede 2 is de motivering afgerond. Het gaat om een binnenstedelijke locatie. Toetsing aan trede 3 is daarmee niet aan de orde. Conclusie De ontwikkeling ter plaatse van het plangebied voldoet aan de ladder voor duurzame verstedelijking doordat wordt voorzien in een regionale behoefte in een binnenstedelijkgebied. 6.2 Milieu Bodem Het is wettelijk geregeld (bouwverordening) dat bouw pas kan plaatsvinden als de bodem geschikt is (of geschikt is gemaakt) voor het beoogde doel. Daarom dient bij iedere nieuwbouwactiviteit de bodemkwaliteit door middel van onderzoek in beeld te worden gebracht. Het onderzoek mag niet meer dan vijf jaar oud zijn en moet een vastgestelde informatiekwaliteit bieden. Indien aan die voorwaarden niet kan worden voldaan, dient aanvullend onderzoek plaats te vinden. Wanneer uit onderzoek blijkt dat de bodem niet geschikt is voor het beoogde doel, dan dient voor aanvang van de bouwwerkzaamheden een bodemsanering te worden uitgevoerd om de bodem wel geschikt te maken, of dient de omgevingsvergunning te worden geweigerd. De doelstelling van het bodembeleid is te voorkomen dat er als bevolg van een aanwezige bodemverontreiniging onaanvaardbare risico's ontstaan voor de gebruikers van deze bodem. Bij het opstellen van een bestemmingsplan dient derhalve te worden bepaald of de aanwezige bodemkwaliteit past bij het huidige of toekomstige gebruik van die bodem en of deze optimaal op elkaar kunnen worden afgestemd. Om hier inzicht in te verkrijgen is bodemonderzoek uitgevoerd. Locatie Stationssingel Om inzicht te verkrijgen in de milieuhygiënische bodemkwaliteit van de locatie Stationssingel is door Aveco de Bondt een verkennend bodemonderzoek met kenmerk R-CDT/2 uitgevoerd. Hieronder is een samenvatting van de belangrijkste conclusies en bevindingen opgenomen. Samenvatting bestemmingsplan 221

224 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan Vooronderzoek Op de locatie heeft in het verleden een sanering plaatsgevonden waarbij een ondergrondse brandstoftank, inclusief de verontreinigde grond is verwijderd. In het grondwater ter plaatse van de voormalige saneringslocatie zijn destijds ten hoogst licht verhoogde concentraties aan benzeen en tolueen aangetoond. Op het aangrenzend perceel, Acacialaan 2, heeft eveneens een gronden grondwatersanering plaatsgevonden, waarbij een restverontreiniging (richting de locatie) in de grond en het grondwater is achtergebleven. In onderhavig onderzoek heeft onderzoek plaatsgevonden of er op de onderzoekslocatie ook een restverontreiniging aanwezig is. Onderzoek naar restverontreiniging aangrenzend perceel, Acacialaan 2 Ter plaatse van boring 102 is op een diepte van cm-mv een lichte verontreiniging met minerale olie aangetroffen. De aangetroffen verontreiniging staat naar alle waarschijnlijkheid in verband met de achtergebleven restverontreiniging van een sanering welke heeft plaatsgevonden op het aangrenzend perceel (Acacialaan 2). In het grondwater zijn geen verontreinigingen met olieproducten aangetroffen. Het is mogelijk dat de lichte verontreiniging met minerale olie zich ook in de grond onder het pand bevindt. Algemene bodemkwaliteit Op de locatie wordt in de bovengrond ten hoogst een licht verontreinigd met lood aangetroffen. In de ondergrond worden geen verhoogde gehalten aangetroffen, met uitzondering van de ondergrond ter plaatste van boring 102 (op de perceelsgrens met Acacialaan 2) en boring 103. Bij boring 103 is een sterke PAK-verontreiniging geconstateerd. PAK-verontreiniging De zintuiglijke waarnemingen ter plaatse van boring 103 geven geen aanleiding om een sterke verontreiniging met PAK te verwachten. De verwachting is dat de gemeten PAK-verontreiniging een sterk lokaal karakter heeft. Gezien het gemeten gehalte is nader onderzoek naar de omvang van de PAK-verontreiniging noodzakelijk. Het onderzoek geeft voldoende inzicht in de kwaliteit van de bodem t.b.v. de aanvraag voor een bestemmingsplanherziening. De kwaliteit van de bodem is voor het overgrote deel van de locatie in principe geschikt voor het beoogde gebruik: wonen met tuin. Aanvullend onderzoek Echter, ten hoogte van boring 103 dient nog wel een nadere afperking van de PAK-verontreiniging plaats te vinden. Dit dient voor de herinrichting en afgifte van de bouwvergunning te worden uitgevoerd. Afhankelijk van de resultaten van dit nader onderzoek dient rekening gehouden te worden met een locale sanering van deze PAK-verontreiniging, alvorens tot herinrichting en bebouwing kan worden overgegaan. Tijdens het verkennend bodemonderzoek is in boring 103 een sterk verhoogt gehalte aan PAK in de grond aangetroffen. In het aanvullend onderzoek is de sterk verhoogde concentratie aan PAK ter plaatse van boring 103 niet reproduceerbaar gebleken. Er is geen sprake van een geval van ernstige bodemverontreiniging en de eerder gemeten PAK-verontreiniging heeft een zeer beperkte omvang. De grond van de onderzoekslocatie bevat licht verhoogde concentraties aan PAK. Conclusie Gezien de vastgestelde bodemkwaliteit zijn er geen risico's voor de volksgezondheid en/of het milieu. Voor geen van de gemeten stoffen wordt de interventiewaarde overschreden. Gegeven de onderzoeksresultaten, wordt de grond vanuit milieuhygiënisch oogpunt geschikt geacht voor het beoogde gebruik: wonen met tuin. Locatie Acacialaan 2 Om inzicht te verkrijgen in de milieuhygiënische bodemkwaliteit van de locatie Acacialaan 2 is een verkennend bodemonderzoek uitgevoerd. Dit betreft "Verkennend bodemonderzoek Acacialaan (voorheen) nr. 2 te Veenendaal"door Aveco de Bondt, rapportnummer , datum 5 juni Hieronder is een samenvatting van de belangrijkste conclusies en bevindingen opgenomen. 222 bestemmingsplan

225 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan Samenvatting Eerder uitgevoerd verkennend bodemonderzoek (rapportnr. R-JTP/ , 5 juni 2015, Aveco de Bondt) is door de ODRU beoordeeld (10 augustus 2015). In dat onderzoek waren ter plaatse van boring 2 enkele stukjes asbestverdacht materiaal aangetroffen. De analyses wezen uit dat één van de verdachte stukjes feitelijk asbesthoudend plaatmateriaal betrof (een stukje plaatmateriaal in de bovengrond van boring 2, op 0,3-0,5 m mv). De stukjes op maaiveld bleken niet asbesthoudend te zijn. De aanbeveling van Aveco de Bondt is om nader onderzoek naar asbest uit te voeren. De ODRU geeft als advies een (aanvullend) onderzoek naar asbest uit te voeren conform de NEN Onderzoek PJ Milieu Het verkennend onderzoek naar asbest in de bodem dat PJ Milieu heeft uitgevoerd 'is afgeleid van de NEN 5707' (volgens tekst in het rapport). In dit onderzoek wordt een beetje afgeweken van de norm, namelijk de veldinspectie is niet uitgevoerd, omdat het terrein te zwaar begroeid was (met gras; het terrein was trouwens ook zeer licht besneeuwd of berijpt). De vegetatie is niet verwijderd met het oog op de veldinspectie omdat dit volgens PJ Milieu zou kunnen leiden tot beschadiging van eventueel op maaiveld aanwezig asbest. Er zijn acht onderzoekskuilen (gaten) gegraven. Deze onderzoeksinspanning volstaat voor een verkennend onderzoek met heterogeen voorkomen van asbest op een terrein van ca m² (deze terreinoppervlakte is genoemd in het onderzoek van Aveco de Bondt) waarop een normale veldinspectie is uitgevoerd. PJ Milieu heeft er niet voor gekozen de onderzoeksinspanning te verhogen als compensatie voor het ontbreken van de veldinspectie. Uit de beschrijving van de bodemopbouw (opgenomen in een bijlage) valt af te leiden dat op sommige plaatsen een laag zand (max. 30 cm dikte) op de oorspronkelijke, licht puinhoudende bodem ligt. De bijmenging in de oorspronkelijke bodem bestaat uit sporen beton en baksteen. Visueel is geen asbest waargenomen in de bodem. Twee mengmonsters van gezeefd materiaal (de deeltjes kleiner dan 16 mm) zijn onderzocht op asbest. Mengmonster A is afkomstig van de gaten 1 t/m 4 en mengmonster B is afkomstig van de gaten 5 t/m 8. De asbestanalyses zijn met name gericht op de grovere fracties van de mengmonsters. Van de fijnste fracties (deeltjes <0,5 mm) is slechts ca. 2 gewichtspromille op asbest onderzocht. Ook analytisch is in beide mengmonster geen asbest is aangetoond. Dit geldt voor alle onderzochte fracties. PJ Milieu concludeert dat de hypothese verdachte locatie mbt de aanwezigheid van asbest moet worden verworpen. Echter, het onderzoek geeft geen aanleiding een geval van ernstige bodemverontreiniging met asbest te verwachten op dit terrein. Voor het bestemmingsplan en de toekomstige vergunningaanvraag (mits de omgevingsvergunning binnen enkele jaren wordt aangevraagd) is de bodem van het terrein voldoende onderzocht. Uit het onderzoek van Aveco de Bondt (2015) komt naar voren dat de onderzochte vaste bodem hooguit licht verontreinigd is met kobalt, kwik, lood en molybdeen en dat het grondwater licht verontreinigd is met barium en naftaleen. Conclusie: het onderzoek van PJ Milieu geeft aan dat dekans op bodemverontreiniging met asbest zeer klein is. De bodemkwaliteit is voldoende voor het beoogde gebruik. Als onverhoopt tijdens graafwerkzaamheden bijzonderheden worden opgemerkt duidend op bodemverontreiniging moet uiteraard contact worden opgenomen met de gemeente. Adviezen voor vrijkomede grond De onderzochte grondmonsters voldoen indicatief aan de hergebruiksklasse Wonen of Achtergrondwaarde. Hergebruik van vrijkomende grond op het eigen terrein is toegestaan zonder aanvullend onderzoek. bestemmingsplan 223

226 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan Overtollige grond die moet worden afgevoerd, kan wellicht binnen de Regio Zuid oost Utrecht worden hergebruikt op basis van de bodemkwaliteitskaart, volgens de regels van de Nota bodembeheer regio ZOU. Grond die buiten de regio wordt toegepast dient vooraf te worden gekeurd volgens de regels van het Besluit bodemkwaliteit. Hergebruik van de grond buiten het eigen terrein moet worden gemeld via Geluid Op basis van artikel 77 van de Wet geluidhinder dient bij de vaststelling of herziening van een bestemmingsplan een bestemmingsplan een akoestisch onderzoek te worden uitgevoerd, indien dat plan mogelijkheden biedt voor: de nieuwbouw van woningen of ander geluidsgevoelige functies; de aanleg van een nieuwe weg en/ of een reconstructie van een bestaande weg; functiewijzigingen van een niet-geluidsgevoelige functie in een geluidsgevoelige functie (bijvoorbeeld via een afwijkingsbevoegdheid). Wegverkeer Tussen de Wet ruimtelijke ordening (Wro) en de Wet geluidhinder (Wgh) is een koppeling gelegd. Dat blijkt uit art. 76 en 76a van de Wgh. Dit betekent dat de geluidssituatie binnen het plangebied moet voldoen aan de voorwaarden uit de Wgh. Als nadere invulling van deze voorwaarden heeft de gemeente de beleidsregel hogere waarden Wgh opgesteld. In dit geluidsadvies wordt beschreven welke aspecten uit de Wgh relevant zijn voor dit plan en wordt de geluidssituatie hieraan getoetst. Wettelijk kader In het kader van de Wet geluidhinder liggen er zones rond wegen, spoorlijnen en gezoneerde industrieterreinen. Wegen op een woonerf of met een maximumsnelheid van 30 km/uur hebben geen zone. Binnen een zone moet voor het realiseren van nieuwe geluidsgevoelige bestemmingen, zoals woningen, onderzoek worden gedaan naar de optredende geluidbelasting. Goede ruimtelijke ordening In het plangebied liggen enkele wegen met een maximumsnelheid van 30 km/uur. Deze wegen zijn volgens de Wgh niet relevant omdat ze geen geluidszone hebben. Toch kan de geluidsbelasting van dergelijke wegen hoger zijn dan de voorkeurswaarde. Bekend is dat al vanaf een intensiteit van motorvoertuigen per etmaal bij asfalt/stille klinkers of 600 motorvoertuigen per etmaal bij klinkers de voorkeurswaarde kan worden overschreden. Gezien de verkeersintensiteit op de omliggende wegen moet in het kader van een goede ruimtelijke ordening de bijdrage van deze wegen worden beoordeeld. In het gemeentelijk beleid is hiervoor opgenomen dat, bij overschrijding van de voorkeurswaarde ten gevolge van een 30 km/uur-weg, op een gelijke wijze wordt getoetst als bij zoneplichtige wegen. Gemeentelijke beleidsregel hogere waarden Wgh De gemeente draagt zorg voor een zo goed mogelijke akoestische kwaliteit van de leefomgeving in situaties waar geluidsniveaus boven de wettelijke voorkeurswaarden niet kunnen worden voorkomen. Hiervoor stelt de gemeente duidelijke kaders voor ruimtelijke plannen en maakt ze de uitvoering tot het vaststellen van hogere waarden transparant. Het college van B&W heeft daarom de beleidsregel hogere waarden Wgh vastgesteld. In deze beleidsregel worden randvoorwaarden genoemd voor het toestaan van hogere geluidsbelastingen dan de voorkeurswaarde van (voor wegverkeer) 48 db. De voorwaarden zijn geformuleerd als eis of als inspanningsverplichting. Indien niet aan de inspanningsverplichting kan worden voldaan dient de initiatiefnemer te motiveren waarom dit niet kan of waarom voor een alternatieve oplossing is gekozen. De belangrijkste aspecten hieruit zijn in onderstaande tabel weergegeven. 224 bestemmingsplan

227 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan Eis of inspanningsverplichting (isvp) Geluidsluwe gevel (eis) Indeling woning (isvp) Buitenruimte (isvp) Maximale ontheffingswaarde voor wegen railverkeerslawaai (isvp) Cumulatie 'Dove' gevels Geluidsabsorberende plafonds bij balkons/loggia's (eis): Volumebeleid (isvp) Toelichting De woning heeft ten minste één gevel met een lager (luw) geluidsniveau. Het geluidsniveau op deze gevel is niet hoger dan de voorkeurswaarde voor elk van te onderscheiden geluidsbronnen. De woning heeft per etage minimaal één verblijfsruimte aan de zijde van de geluidsluwe gevel. Indien de woning beschikt over één of meer buitenruimten, dan is er minimaal één gelegen aan de geluidsluwe zijde. Indien dit niet mogelijk is dan dient het geluidsniveau op de gevel niet meer dan 5 db hoger zijn dan bij de geluidsluwe gevel. De gemeente verleent voor binnenstedelijke situaties geen hogere waarden hoger dan de voorkeurswaarde plus 10 db. De initiatiefnemer dient onderzoek te doen naar de effecten van de samenloop van de verschillende geluidsbronnen. Bij de geluidsisolatie van gevels dient rekening gehouden te worden met de cumulatie van alle akoestisch relevante bronnen (ook 30 km/u wegen). Dit dient te gebeuren volgens hoofdstuk 2 van bijlage I van het Reken- en meetvoorschrift geluidhinder 2012, waarbij de gecumuleerde waarden worden omgerekend naar het spectrum van de maatgevende bronsoort (eis); Dit zijn bouwkundige constructies zonder te openen deuren/ramen (artikel 1b lid 5a en b Wgh). Voor 'dove' gevels zijn geen hogere waarden van toepassing. De aanwezigheid van dove gevels dient zoveel mogelijk te worden voorkomen (inspanningsverplichting). Een woning mag maximaal 2 dove gevels bezitten (eis); Bij de aanwezigheid van balkons/loggia's etc. dient onder de balkons weerbestendige geluidsabsorptie worden geplaatst ter voorkoming van ongewenste reflecties op de gevels; Voor grotere (uitbreiding)locaties met minimaal 100 nieuwe woningen waarbij binnen het bestemmingsplan de behoefte aan flexibiliteit groot is, mag per type geluidsbron maximaal 15% van de nieuw te bouwen woningen een geluidsniveau hebben dat hoger is dan de voorkeurswaarde. Locatie Stationssingel Geluidssituatie en beoordeling akoestisch onderzoek De locatie Stationssingel kent geluidsbelasting ten gevolge van de wegen 't Goeiespoor en Kerkeweg ( 50 km/u) en spoorweglawaai (Rhenen-Veenendaal).In het kader van een goede ruimtelijke ordening is de geluidbelasting ten gevolge van de 30 kw/u- wegen Acacialaan en Lindenlaan ook beschouwd. Ten behoeve van het plan is een akoestisch onderzoek uitgevoerd (Aveco de Bondt, projectnummer: , referentie KLG/024/ , d.d. 15 april 2015). Hieronder is een samenvatting van de belangrijkste conclusies en bevindingen opgenomen. Uit het onderzoek blijkt dat ten gevolge van de spoorweg Rhenen-Veenendaal de voorkeursgrenswaarde van 55 db niet wordt overschreden (51 db). Ten gevolge van de weg 't Goeie Spoor wordt de voorkeurswaarde van 48 db wel overschreden (51 db). Het plan moet getoetst worden aan de voorwaarden uit het gemeentelijk geluidbeleid. Om hieraan te kunnen voldoen zijn voor de voorgestelde invulling bronen overdrachtsmaatregelen onderzocht. De bestemmingsplan 225

228 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan conclusie dat de maatregelen vanuit stedebouwkundig en financieel oogpunt niet wenselijk zijn, wordt gedeeld. Er dienen ten gevolge van de weg 't Goeie Spoor hogere grenswaarden te worden verleend. Op basis van de gecumuleerde geluidbelasting (58 db) dient conform het Bouwbesluit aanvullend onderzoek te worden verricht naar de geluidwering van de gevels. Dit kan plaatsvinden in het kader van de aanvraag omgevingsvergunning voor het onderdeel bouwen. Locatie Acacialaan 2 Geluidssituatie in plangebied en beoordeling akoestisch onderzoek De locatie Acacialaan 2 wordt qua geluid belast door de wegen: 't Goeiespoor en Kerkeweg (50 km/u). In het kader van een goede ruimtelijke ordening is de geluidbelasting ten gevolge van de 30 km/u-wegen Acacialaan, Lindenlaan, Eikenlaan en de Statiossingel ook beschouwd. Ten behoeve van het plan is een akoestisch onderzoek uitgevoerd (Aveco de Bondt, projectnummer: , referentie KLG/023/ , d.d. 10 juni 2015). Hieronder is een samenvatting van de belangrijkste conclusies en bevindingen opgenomen. Uit het onderzoek blijkt dat ter plaatse van het plangebied de voorkeurswaarde van 48 db, ten gevolge van de 50 km/u-wegen, niet wordt overschreden. De geluidbelasting ten gevolge van de Acacialaan en Lindenlaan (beide 30 km/u) bedraagt respectievelijk 52 en 39 db (excl. aftrek ex. art. 110g Wgh). Het plan moet getoetst worden aan de voorwaarden uit het gemeentelijk geluidbeleid. Om hieraan te kunnen voldoen zijn voor de voorgestelde invulling bronen overdrachtsmaatregelen onderzocht inzake de 30 km/u-wegen. Geconcludeerd kan worden dat de maatregelen vanuit stedenbouwkundig en financieel oogpunt niet wenselijk zijn. Op basis van de gecumuleerde geluidbelasting (52 db) is aanvullend onderzoek naar de geluidwering van de gevels conform het Bouwbesluit niet nodig. Het binnen niveau van 33 db etmaalwaarde is gewaarborgd. Geluid (bedrijfslawaai) Locatie Acacialaan De toekomstige woningen worden op korte afstand van de naastgelegen kerk gesitueerd. Onderzocht is of de realisatie van de woningen ruimtelijk en akoestisch inpasbaar is naast de bedrijfsvoering van de kerk. De bevindingen zijn als volgt: Indien de geluidbelasting vanwege de kerk ter plaatse van de nieuwe woningen voldoet aan de grenswaarden uit het Activiteitenbesluit milieubeheer, is een goed woon- en leefklimaat gewaarborgd is. Bovendien geldt in dat geval dat de kerk niet in de bedrijfsvoering beperkt wordt; De representatieve bedrijfssituatie van de kerk wordt gevormd door geluiduitstraling van de gevels van de kerk vanwege muziekgeluid en de voertuigbewegingen op het eigen parkeerterrein; De berekende langtijdgemiddelde beoordelingsniveaus zijn in de dagen avondperiode respectievelijk 41 en 44 db(a), hiermee is voldaan aan de grenswaarde van 50 db(a) etmaalwaarde uit het Activiteitenbesluit milieubeheer; De berekende maximale geluidniveaus bedragen 60 db(a) in zowel de dag- als avondperiode, hiermee is voldaan aan de grenswaarde van 70 en 65 db(a) voor respectievelijk de dagen avondperiode; De geprognosticeerde geluidniveaus vanwege de kerk, op de achtergevels van de woningen, zijn ten minste 10 db lager zijn dan het toetsingskader. Dit geeft eveneens blijk van een voldoende geborgd woon- en leefklimaat. Omdat aan de grenswaarden uit het Activiteitenbesluit is voldaan, wordt de kerk door de voorgenomen bouw van de woningen niet beperkt in de bedrijfsvoering. Daarnaast is ter plaatse van de toekomstige woningen een goed woon- en leefklimaat gewaarborgd. 226 bestemmingsplan

229 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan Bedrijven en Milieuzonering Om hinder tussen bedrijven en woningen te voorkomen is een goede afstemming noodzakelijk. Milieuzonering zorgt ervoor dat nieuwe bedrijven een passende locatie ten opzichte van woningen krijgen en dat nieuwe woningen op een verantwoorde afstand van bedrijven gesitueerd worden. Locatie Stationssingel Ten behoeve van de locatie Stationssingel is een 'Memo Bedrijven en milieuzonering en externe veiligheid (Aveco de Bondt, 9 juni 2015)' opgesteld, welke is opgenomen in de bijlage. Hieruit kan het volgende worden geconcludeerd. Bestemmingsplannen Het primaire toetsingskader zijn de vigerende bestemmingsplannen. Hierin is juridisch vastgelegd welke ontwikkelingen nu en in de toekomst mogelijk zijn in en om het plangebied. Uit het resultaat van de analyse van de bestemmingsplannen blijkt het volgende: De toegestane bedrijvigheid in de omgeving heeft op grond van de richtafstanden geen overlap met het plangebied. Voor de richtafstanden is uitgegaan van bijlage 1 van de VNG-publicatie. Werkelijke situatie De daadwerkelijk aanwezige bedrijven in en om het plangebied zijn in kaart gebracht. Uit deze inventarisatie zijn geen mogelijke knelpunten naar voren gekomen. Inpasbaarheid Voor de vestiging van nieuwe bedrijven zoals planologisch toegestaan in de gebieden rondom de planlocatie worden geen knelpunten verwacht. Locatie Acacialaan 2 Ten behoeve van dit plangebied is een Memo Bedrijven en milieuzonering en externe veiligheid (Aveco de Bondt, 8 juni 2015) opgesteld, welke is opgenomen in de bijlage. Hieruit kan het volgende worden geconcludeerd. Bestemmingsplannen Het primaire toetsingskader zijn de vigerende bestemmingplannen. Hierin is juridisch vastgelegd welke ontwikkelingen nu en in de toekomst mogelijk zijn in en om het plangebied. Uit het resultaat van de analyse van de bestemmingplannen blijkt het volgende: De toegestane bedrijvigheid in de omgeving heeft op grond van de richtafstanden geen overlap met het plangebied. De toegestane maatschappelijke functie direct ten noorden van het plangebied heeft wel een overlap met het plangebied op grond van de richtafstanden. Voor de richtafstanden is uitgegaan van bijlage 1 van de VNG-publicatie. Werkelijke situatie De daadwerkelijk aanwezige bedrijven in en om het plangebied zijn in kaart gebracht. Uit deze inventarisatie bleek dat enkel de kerk mogelijk een knelpunt op kon leveren. Hierdoor is een aanvullende akoestische analyse van de kerk uitgevoerd (zie paragraaf Geluid). Uit deze analyse blijkt dat de woningen goed inpasbaar zijn. Inpasbaarheid Voor de vestiging van nieuwe bedrijven zoals planologisch toegestaan in de gebieden rondom de planlocatie worden geen knelpunten verwacht. bestemmingsplan 227

230 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan Luchtkwaliteit Tussen de luchtkwaliteitseisen van de Wet milieubeheer en de Wet ruimtelijke ordening is een koppeling gelegd. Zo dienen ruimtelijke plannen te worden getoetst aan de in de Wet milieubeheer opgenomen richtwaarden en grenswaarden voor een aantal luchtvervuilende stoffen. Wetgevende kader Wet milieubeheer Voor luchtkwaliteit is de Wet luchtkwaliteit van toepassing. Deze Wet, onderdeel van de Wet milieubeheer, is onder meer verder uitgewerkt in het Besluit niet in betekenende mate en de Regeling niet in betekenende mate. In het Besluit niet in betekenende mate is vastgelegd dat wanneer een ontwikkeling niet meer bijdraagt dan 3% aan de grenswaarde, deze niet hoeft getoetst te worden aan de wettelijke grenswaarden. Door vertaald betekent dat meer dan 1,2 microgram per m 3 wordt aangemerkt als in betekenende mate. In de Regeling niet in betekenende mate is dit door vertaald naar woningen. Wet ruimtelijke ordening Ruimtelijke plannen die procedures doorlopen conform de Wet op de ruimtelijke ordening dienen te voldoen aan het beginsel van een goede ruimtelijke ordening. De formele definitie van het beginsel van een goede ruimtelijke ordening is: het coördineren van de verschillende belangen tot een harmonisch geheel dat een grotere waarde vertegenwoordigd dan het dienen van de belangen afzonderlijk. Een goede luchtkwaliteit is een van de belangen, ofwel de luchtkwaliteit dient geschikt te zijn voor de beoogde functie. Daarom is het wenselijk om inzicht te hebben in de luchtkwaliteit situatie en te bepalen of de mate van blootstelling acceptabel is. Grenswaarden hoofdstuk 5, titel luchtkwaliteitseisen Wet milieubeheer Situatie Aangezien er in het plangebied slechts 15 woningen worden toegevoegd, kan geconcludeerd worden dat de ontwikkeling niet in betekenende mate bijdraagt aan de luchtkwaliteit (voorwaarde c). Nader onderzoek is dan ook niet noodzakelijk. Goed woon- en leefklimaat Naast de effecten van de voorgenomen ontwikkeling op de luchtkwaliteit, moet worden bezien of er voor de te realiseren woningen voldaan kan worden aan een goed woon- en leefklimaat ten aanzien van het aspect luchtkwaliteit. Om te bepalen of de plaatselijke luchtkwaliteit voldoet aan de normen voor een goed woon- en leefklimaat is gebruik gemaakt van de NSLmonitoringstool. Sinds 2010 vindt jaarlijks een monitoring plaats van het NSL. Daarin wordt de ontwikkeling van de luchtkwaliteit gevolgd en wordt de uitvoering van de maatregelen en projecten, die zijn opgenomen in het 228 bestemmingsplan

231 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan NSL, bijgehouden. Ten behoeve van deze monitoring worden berekeningen uitgevoerd met de Monitoringstool. Indien uit de monitoring blijkt dat de doelstellingen van het NSL niet worden gehaald, kunnen extra maatregelen worden getroffen. Op basis van de NSL-monitoringstool blijkt dat de achtergrondconcentraties fijn stof en stikstofdioxide ter plaatse van het plangebied (nabij de weg gelegen dus 'worst case') in 2015 respectievelijk 22,7 µg/m 3 en 22,3 µg/m 3 bedragen. Hiermee wordt ruim voldaan aan de wettelijke norm van 40 µg/m 3. Afbeelding 5.1: weergave concentraties omgeving plangebied (bron: ) Conclusie Het plan draagt niet in betekende mate bij aan verslechtering van de luchtkwaliteit en de grenswaarden worden niet overschreden. Er zijn daarom geen belemmeringen te verwachten vanuit het wetgevende kader voor luchtkwaliteit. De plaatselijke luchtkwaliteit voldoet aan de eisen in het kader van een goed woon- en leefklimaat Externe veiligheid Externe veiligheid betreft de beheersing van de risico's en richt zich op het gebruik, de opslag, de productie en het transport van gevaarlijke stoffen. De normen voor externe veiligheid worden uitgedrukt in plaatsgebonden risico (PR) en groepsrisico (GR). Om de risico's bij een mogelijke calamiteit te beperken dient er bij nieuwbouw een fysieke afstand te worden gehouden tussen (beperkt) kwetsbare objecten en risicobronnen. Het plaatsgebonden risico (PR) is de kans per jaar dat een persoon, die zich continu en onbeschermd op een bepaalde plaats in de omgeving van een risicobron bevindt, overlijdt door een ongeval met de risicobron. Het PR is daarmee de risicomaat om het beschermingsniveau voor de individuele burger uit te drukken. Het toetsingcriterium is in veel gevallen een PR van PR wordt inzichtelijk gemaakt door vaste contouren rondom een risicobron. Het groepsrisico (GR) geeft aan wat de kans is op een ongeval met 10 of meer dodelijke slachtoffers in de omgeving van de beschouwde risicobron. Voor het GR geldt geen harde norm, maar een oriëntatiewaarde. De effecten van de ontwikkeling worden in een curve weergegeven en vergeleken met de curve van de oriëntatiewaarde. Bij overschrijding van de oriëntatiewaarde of een significante toename van het groepsrisico moet het bevoegd gezag het groepsrisico betrekken bij de vaststelling van het besluit (bijv. ruimtelijk besluit of milieuvergunningsbesluit). Voor deze groepsrisico verantwoording is de hoogte van het groepsrisico of de toename ervan onderdeel van de afweging. Daarnaast worden factoren meegenomen als mogelijkheden van de bestrijding en beperking van de omvang van een ramp of zwaar ongeval en de zelfredzaamheid van personen. Daarvoor wordt door het bevoegd gezag advies gevraagd aan de brandweer. bestemmingsplan 229

232 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan Kaders Voor inrichtingen (bedrijven) is het 'Besluit externe veiligheid inrichtingen, (Bevi)' van belang. In dit besluit wordt externe veiligheid omschreven als 'de kans om buiten een inrichting te overlijden als rechtstreeks gevolg van een ongewoon voorval binnen de inrichting waar een gevaarlijke stof bij betrokken is'. Voor transport is de 'Wet Basisnet vervoer gevaarlijke stoffen' van belang. Daarnaast zijn er een aantal besluiten en regelingen vastgesteld waarin het beleid verder uitgewerkt is. Toetsing voorgenomen ontwikkeling Het onderhavige plan betreft een ontwikkelingsplan waarin nieuwe kwetsbare functies (wonen) mogelijk worden gemaakt. Mogelijke risicobronnen voor dergelijke functies betreffen: Bedrijven die vallen onder het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi). Bedrijven die op grond van overige milieuwetgeving afstandsnormen voor veiligheid bezitten, zoals het Vuurwerkbesluit of het Activiteitenbesluit (bijv. propaantanks). Het vervoer van gevaarlijke stoffen over weg, spoor en water. Het vervoer van gevaarlijke stoffen door buisleidingen. Op basis van de provinciale risicokaart blijken in de omgeving van het plangebied geen Bevi-inrichtingen en bedrijven als bedoeld in de tweede bullet aanwezig. Ook zijn er geen wegen of buisleidingen aanwezig waarover vervoer van gevaarlijke stoffen plaatsvindt. In de navolgende paragrafen zullen de effecten van het groep- en plaatsgebonden risico van deze risicobronnen op de voorgenomen ontwikkeling inzichtelijk gemaakt worden. Afbeelding 5.2 Uitsnede risicokaart (Bron: plangebied blauw omcirkeld Bedrijven Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) In de omgeving van het plangebied zijn geen bedrijven aanwezig die vallen onder het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) en die een potentieel risico vormen voor de beoogde ontwikkeling. Bedrijven overige wetgeving In de omgeving van het plangebied zijn geen bedrijven aanwezig die een potentieel risico vormen voor de beoogde ontwikkeling. 230 bestemmingsplan

233 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan Transport van gevaarlijke stoffen over weg, spoor en water In de omgeving van het plangebied zijn geen vervoersassen over spoor en/of water aanwezig welke zijn opgenomen in het Basisnet. Er vindt geen vervoer van gevaarlijke stoffen in de directe omgeving plaats. Over de N233 vindt wel vervoer van gevaarlijke stoffen plaats. Deze weg is niet opgenomen in het Basisnet Weg. De N233 ligt in oostelijke richting op circa 1,6 km van de locatie en in westelijke richting op circa 0,7 km. Hiermee ligt de locatie ver buiten het invloedsgebied van de weg. De A12 ligt op meer dan 2 km afstand en speelt daarmee géén enkele rol van betekenis. Op circa 120 m ten zuiden van de locatie ligt de spoorlijn Rhenen De Haar. Deze spoorlijn is niet opgenomen in de risicokaart en op grond daarvan kan gesteld worden dat er momenteel geen relevant vervoer van gevaarlijke stoffen plaatsvindt. Deze spoorlijn wordt in hoofdzaak gebruikt door intercity s en stoptreinen. Het bestaande vervoer over het spoor levert ten aanzien van externe veiligheid derhalve geen belemmeringen op voor de ontwikkeling van de planlocatie. Vervoer van gevaarlijke stoffen door buisleidingen Op basis van de risicokaart (zie afbeelding 1) kan worden geconcludeerd dat in de omgeving van het plangebied geen buisleidingen zijn gelegen die een risico vormen voor de beoogde ontwikkeling. Hoogspanningsleiding Direct ten noorden van de planlocatie is een hoogspanningsverbinding aanwezig. Hoogspanningsleidingen kunnen van invloed zijn op nieuwe ontwikkelingen, in het bijzonder wanneer dit gevoelige bestemmingen betreft. Gezien afstand tot de locatie en het verwachte invloedsgebied van de hoogspanningsmasten is dit risico hieronder separaat beschouwd. Beleid Bovengrondse hoogspanningsleidingen kunnen mogelijk effect hebben op de gezondheid van mensen ten gevolge van de magnetische velden van deze lijnen. Uit enkele studies is gebleken dat er een mogelijk een statistisch verband bestaat tussen het optreden van leukemie bij kinderen en de magnetische velden van bovengrondse hoogspanningsleidingen; dit verband is echter niet bewezen. Op basis van het potentiële risico en de maatschappelijke onrust is een nadere invulling gegeven aan het beleid voor wonen in de buurt van bovengrondse hoogspanningsleidingen. Dit beleid is gebaseerd op het voorzorg principe, waarbij nieuwe situaties waar kinderen worden blootgesteld aan magneetvelden van bovengrondse hoogspanningslijnen zoveel mogelijk vermeden moeten worden. Op basis hiervan is beleid ontwikkeld dat bij vaststelling ruimtelijke plannen en tracés van bovengrondse hoogspanningslijnen, zo veel als redelijkerwijs mogelijk is, dient te worden vermeden dat er nieuwe situaties ontstaan waarbij kinderen langdurig verblijven in het gebied rond de bovengrondse hoogspanningslijven waarbinnen het jaargemiddelde magneetveld hoger is dan 0,4 µt. Hieronder wordt kort weergegeven hoe invulling wordt gegeven aan bovenvermelde begrippen. Onder nieuwe situaties wordt verstaan: Nieuwe bestemmingsplannen, dan wel wijzigingen in de bestaande plannen, of nieuwe bovengrondse hoogspanningslijnen, dan wel wijzigingen aan de bestaande lijnen. Onder kinderen wordt verstaan mensen met een leeftijd van 0 tot 15 jaar. Voor het begrip langdurig blootstelling wordt uitgegaan van kinderen die wonen of verblijven in scholen, crèches of kinderopvangplaatsen die zijn gelegen in magneetveldzones. Als gevoelige bestemmingen worden aangemerkt woningen, scholen, crèches en kinderopvangplaatsen. Locaties waar zich wel kinderen kunnen bevinden, maar waar de verblijftijd met wonen als kort kan worden bestempeld zoals sportvelden, speeltuinen, zwembaden, e.d. worden dus niet aangemerkt als gevoelige bestemming. De gemeente Veenendaal heeft het beleid van de overheden overgenomen. In het vigerende bestemmingsplan Tussen Grift en Spoor is de ligging van de hoogspanningsleiding bestemmingsplan 231

234 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan aangegeven. Op de netwerkkaart van het RIVM is de ligging van de hoogspanningsleiding weergegeven. Afbeelding 5.3 Uitsnede netkaart RIVM bron: Binnen een zone van dertig meter aan beide zijden van de hoogspanningsverbinding mag in principe niet gebouwd worden. Dit om onderhoud aan hoogspanningsverbindingen mogelijk te maken en mede in verband met het risico van draadbreuk en van de leidingen vallende ijsafzettingen. In de praktijk zijn er reeds bestaande woningen gelegen binnen deze 30 meterzone of onder direct onder deze leidingen. Zoals ook het geval is nabij het plangebied aan de Eikenlaan. In verband met mogelijke negatieve effecten van hoogspanningsverbindingen op de gezondheid is het beleid van rijk en provincie erop gericht om geen nieuwe situaties mogelijk te maken waarbij kinderen langdurig in het invloedsgebied van de hoogspanningslijn verblijven. Het RIVM heeft in eerste instantie als algemene richtlijn aangegeven dat het invloedsgebied (tot 0,4 µt) van de hoogspanningsverbinding bij Veenendaal een breedte heeft van circa 80 meter. Dit blijkt ook uit de netwerkkaart van het RIVM, zie afbeelding 5.3. In 2005 zijn berekeningen uitgevoerd naar de werkelijke breedte van het invloedsgebied van de verbinding. Hieruit bleek dat op het traject Dodewaard-Veenendaal (tot aan het verdeelstation aan de Kanaalweg) de breedte 100 meter is en op het traject Veenendaal-Utrecht de breedte 70 meter. De beheerder van de hoogspanningsleiding, Stedin, heeft in 2009 nieuwe berekeningen uitge-voerd en hieruit volgt dat de breedte van het beïnvloedingsgebied groter dan 0,4 µt in werkelijkheid respectievelijk 80 en 60 meter bedraagt. De locatie valt onder het gedeelte Dodewaard-Veenendaal, waardoor hier een veiligheidszone van 80 m van kracht is waarbinnen geen nieuwe scholen, crèches, kinderdagverblijven en woningen mogen worden gebouwd. Situatie locatie Stationssingel Het hart van de leiding ligt op ruim 100 meter ten noorden van de locatie (vanaf de noordrand gemeten 232 bestemmingsplan

235 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan op de meest nabij gelegen hoek van de locatie). In de voorgenomen plannen is sprake van woningbouw buiten de veiligheidszone van 80 meter. Zoals is weergegeven op de kaart van het RIVM. De hoogspanningsleiding vormt hiermee geen belemmering voor het bouwplan. Situatie locatie Acacialaan 2 Het hart van de leiding ligt op circa 50 m ten noorden van de locatie (vanaf de noordrand gemeten op de meest nabij gelegen hoek van de locatie). In de voorgenomen plannen is sprake van woningbouw in de veiligheidszone van 80 meter. Zoals is weergegeven op de kaart van het RIVM. Dit betreft alle woningen, deze zijn namelijk geprojecteerd op een afstand tussen de 50 en 75 meter van de leiding. Volgens het landelijke beleid, dat Veenendaal heeft overgenomen, is dit niet toegestaan. Dit betekent dat zonder aanpassingen aan de bouwplannen of aan de hoogspanningsverbindingen een deel van de herontwikkeling niet mogelijk zou zijn. De gemeente Veenendaal heeft in haar ruimtelijke besluit voor de reeds gerealiseerde woningen gelegen aan de Stationssingel, Acacialaan en Lindelaan van VolkerWessels Vastgoed ( ) aangegeven dat Stedin inmiddels wijzigingen aan de hoogspanningsverbinding heeft doorgevoerd. Door technische maatregelen is een aanzienlijke versmalling van de magneetzone en veiligheidszone bereikt. Voor de hoogspanningslijn betreffende het traject Dodewaard Veenendaal, ten oosten van het onderstations nabij de Kastanjelaan, betekent dit het terugdringen van de zone groter dan 0,4 µt van 80 meter naar circa 50 meter. Hierdoor wordt de voorgenomen ontwikkeling wel realiseerbaar, zie afbeelding 3. Afbeelding 5.4 Afstand tot hoogspanningsleiding bestemmingsplan 233

236 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan De risicobronnen rondom het plangebied zijn geïnventariseerd. Op grond van de beschikbare informatie, de huidige weten regelgeving en rekening houdend met bekend zijnde toekomstverwachtingen levert het aspect externe veiligheid geen beperkingen op voor de ontwikkeling van het plangebied. Er zijn géén nadere onderzoeken of berekeningen noodzakelijk. Wel geldt dat het gebied momenteel deels is gelegen binnen de veiligheidszone van de hoogspanningsverbinding Dodewaard Veenendaal, waardoor de voorgenomen ontwikkeling van de woningen niet zonder meer mogelijk is. Door het doorvoeren van technische maatregelen zoals benoemd in het ruimtelijke besluit van het VolkerWessels Vastgoed project ( ). is een aanzienlijke versmalling van de magneetzone en veiligheidszone bereikt. Hierdoor wordt de voorgenomen ontwikkeling wel realiseerbaar. 6.3 Waterhuishouding Op grond van artikel uit het Besluit op de Ruimtelijke Ordening dient in de ruimtelijke onderbouwing van ruimtelijke plannen een waterparagraaf te worden opgenomen. In de waterparagraaf wordt aangegeven op welke wijze rekening is gehouden met de gevolgen van het plan voor de waterhuishoudkundige situatie. Het is de schriftelijke weerslag van de zogenaamde watertoets: 'het hele proces van vroegtijdig informeren, het wateradvies van de waterbeheerder, afwegen en beoordelen van waterhuishoudkundige aspecten in de ruimtelijke plannen en besluiten'. Beleid waterschap Vallei en Veluwe Een belangrijk principe is dat een deel van het hemelwater binnen het plangebied wordt vastgehouden en/of geborgen en niet direct wordt afgevoerd via het riool of het oppervlaktewater,tenzij het verhard oppervlak niet wezenlijk toeneemt. In het onderhavige plan blijft het verhard oppervlak nagenoeg gelijk aan die van de oude situatie. Er hoeft daarom geen extra waterberging te worden gerealiseerd. Beleid gemeente Veenendaal Het gemeentelijk waterbeleid is vastgelegd in verschillende plannen, waaronder het waterplan, verbreed gemeentelijk rioleringsplan en het afkoppelplan. Het gemeentelijk Waterplan is vastgesteld op 21 september Het plan kent twee onderdelen, namelijk een algemeen visiedeel voor een termijn van 15 jaar en een maatregelendeel voor de kortere termijn van 4 jaar. De doelstelling van het waterplan is te komen tot een duurzaam en integraal waterbeheer in 234 bestemmingsplan

237 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan Veenendaal, gericht op het behouden en versterken van de functies en kwaliteiten van het water in al zijn facetten voor de langere termijn. In het gemeentelijk rioleringsplan ( ) is vastgesteld welke (financiële) middelen er nodig zijn voor onder andere het vervangen van riolering en het afkoppelen van regenwater. In het afkoppelplan (2012) is opgenomen dat bij rioolreconstructies een regenwaterriool wordt meegelegd en regenwater wordt afgekoppeld van het gemengde stelsel. Ook nabij het plangebied is er recent bij een reconstructie een vuil- en een regenwaterriool gelegd (gescheiden stelsel). Op de erfgrenzen van de te realiseren woningen dient via de huisaansluitingen het vuilwater en het regenwater apart van elkaar worden aangeboden. Bij de reconstructie is op openbaar terrein eveneens drainage aangebracht. Het bemalen van grondwater voor een permanente grondwaterstandsverlaging is niet toegestaan. 6.4 Archeologie Locatie Stationssingel Uit de archeologische verwachtingenkaart die op 30 mei 2011 is vastgesteld door de raad blijkt dat voor deze locatie een lage verwachting geldt. Dit betekent dat er op basis van de eveneens vastgestelde Archeologische beleidsmaatregelenkaart geen onderzoeksplicht geldt, behalve als sprake is van een MER-plichtig project. In dit geval is daar geen sprake van. Een onderzoek is dus niet noodzakelijk. In 2011 is vanwege de buitenplanse afwijkingsprocedure voor deze locatie wel een archeologisch onderzoek verricht. Het ADC Archeologisch adviesbureau archeologisch heeft het onderzoek uitgevoerd. Het onderzoek bestaat uit een bureau- en een veldonderzoek. De bevindingen zijn opgenomen in de rapportage Veenendaal, Stationssingel en Stationskwartier ADC rapport 2252, welke is opgenomen in de bijlage. Bureauonderzoek Op basis van het bureauonderzoek is de volgende verwachting uitgesproken. In het hele plangebied kunnen direct in of op de top van het dekzand archeologische resten het maaiveld tot ca. 100 cm beneden het maaiveld. Archeologische sporen (uitgezonderd diepe paalsporen, waterputten etc.) worden binnen ca. 120 cm beneden het maaiveld verwacht. De verwachte archeologische resten bestaan hoofdzakelijk uit aardewerk- of vuursteenstrooiïngen. Organische resten (zoals bot, hout, leder en textiel) zullen door de relatief droge en zure bodemomstandigheden slecht zijn geconserveerd. De beperkte beschikbare gegevens laten niet toe, het complextype en de omvang van de verwachte resten nader te specificeren. Binnen het plangebied moet sterk rekening worden gehouden met grootschalige bodemverstoringen als gevolg van de veenontginning die daar heeft plaatsgevonden. Als gevolg van de veenontginningen binnen de plangebied worden binnen het veenpakket geen archeologische resten meer verwacht. Booronderzoek Tijdens het booronderzoek zijn geen indicatoren aangetroffen die wijzen op archeologische sporen in de bodem. Conclusie ADC ArcheoProjecten adviseert om het terrein vrij te geven voor de voorgenomen ontwikkeling. Het is echter niet volledig uit te sluiten dat binnen het onderzochte gebied toch nog archeologische resten voorkomen. Het verdient daarom aanbeveling om de uitvoerder van het grondwerk te wijzen op de plicht archeologische vondsten te melden bij het bevoegde overheid, zoals aangegeven in artikel 53 van de Monumentenwet. Locatie Acacialaan 2 Uit de archeologische verwachtingenkaart die op 30 mei 2011 is vastgesteld door de raad blijkt dat voor deze locatie geen verwachting geldt. Dit heeft waarschijnlijk te maken met de bodemsanering die heeft plaatsgevonden. bestemmingsplan 235

238 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan Dit betekent dat er op basis van de eveneens op 30 mei 2011 vastgestelde Archeologische beleidsmaatregelenkaart geen onderzoeksplicht geldt. 6.5 Cultuurhistorie De kerk, Eikenlaan 3 en de drie woningbouwblokken met 22 woningwetwoningen, Lindelaan 2-44 zijn gemeentelijke monumenten. Beide monumenten komen uit dezelfde bouwtijd en hebben dezelfde bouwstijl (traditionalisme). De monumenten zijn o.a. waardevol vanwege hun beeldbepalende ligging aan de Lindelaan/ Eikenlaan, de ensemble waarde en de bouwstijl. De realisatie van het bouwplan aan de Acacialaan - Stationssingel - Lindelaan tast de waarde van beide monumenten niet aan. 6.6 Groen, natuur en landschap Flora- en Faunaonderzoek In Veenendaal is bouwbedrijf Ossendrijver voornemens aan de Acacialaan 2 vijf grondgebonden woningen realiseren. Volker Wessels Vastgoed b.v. is voornemens op het leegstaande perceel aan de Stationssingel, naast de reeds gerealiseerde woningen, nog 10 woningen te realiseren. Om deze nieuwe woningen te bouwen wordt het nieuwe perceel bouwrijp gemaakt, waarbij alle aanwezige elementen worden verwijderd. Voordat deze ingrepen mogelijk worden gemaakt dient te worden nagegaan of in en nabij het plangebied beschermde natuurgebieden en soorten voorkomen en of deze met de beoogde ingrepen worden aangetast. De in de bijlagen opgenomen quick scans flora en fauna beschrijven de effecten van de ingreep op soortenbescherming (Flora- en faunawet) en gebiedsbescherming (Natuurbeschermingswet 1998 en Natuurnetwerk Nederland ). Uit deze quick scans blijkt of de plannen leiden tot aantasting van beschermde gebieden of soorten en worden de eventueel noodzakelijke vervolgstappen beschreven. Methode De quick scan flora en fauna is gebaseerd op literatuuronderzoek en een eenmalige veldverkenning. Door middel van een literatuuronderzoek is bepaald welke beschermde gebieden en soorten er in de omgeving van het plangebied voorkomen. De aanwezigheid van de mogelijk beschermde soorten is door middel van een eenmalig veldbezoek op locatie onderzocht. Op 14 april 2015 heeft Maarten Debruyne, een ecoloog van Aveco de Bondt, het plangebied en de directe omgeving verkend. Het doel van deze veldverkenning was om een indruk te krijgen van de biotopen ter plaatse en de geschiktheid ervan voor beschermde soorten te beoordelen. Tijdens het veldbezoek is gelet op sporen, aanwezige flora en fauna en vaste rusten verblijfplaatsen voor soorten. Het eenmalige veldbezoek heeft niet de status van een volledige veldinventarisatie. Locatie Stationssingel Op het perceel aan de Stationssingel wil men 10 grondgebonden woningen realiseren. Het perceel staat momenteel leeg en is slechts begroeid met enkele struiken en jonge bomen. Op de locatie zijn reeds enkele nieuwbouwwoningen gerealiseerd. Deze woningen blijven ongewijzigd tijdens de werkzaamheden. Onderstaande afbeelding geeft een indruk van de globale ligging van het plangebied en de huidige situatie. Om de bouw van de woningen mogelijk te maken wordt alle opgaande beplanting op het terrein verwijderd. 236 bestemmingsplan

239 bestemmingsplan Stationssingel - Acacialaan Afbeelding 5.5 Globale ligging perceel Stationssingel (bron: Google Earth, 2015). Locatie Acacialaan 2 In Veenendaal wil men op het perceel aan de Acacialaan 2 vijf grondgebonden woningen realiseren. Het perceel staat momenteel leeg en is slechts begroeid met enkele struiken en jonge bomen. Gebouwen ontbreken op deze locatie. Onderstaande afbeelding geeft een indruk van de globale ligging van het plangebied en de huidige situatie. Om de bouw van de woningen mogelijk te maken wordt alle opgaande beplanting op het terrein verwijderd. Afbeelding 5.6 Globale ligging perceel Acacialaan 2 (bron: Google Earth, 2015). Soortenbescherming Soortenbescherming is in alle gebieden van toepassing; alle inheemse flora en fauna zijn in Nederland beschermd op basis van de Flora- en faunawet. De Flora- en faunawet is gericht op het duurzaam in stand houden van soorten in hun natuurlijk leefgebied. Deze wetgeving maakt onderscheid tussen algemeen beschermde soorten (tabel 1) en strikt beschermde soorten (tabel 2en 3). De mogelijke negatieve effecten van de ingreep op betreffende soorten worden hieronder beschreven. Algemeen beschermde soorten bestemmingsplan 237

Nog meer weergeven