GC-SERIE. Vanaf serienummer:

Transcriptie

1 Glazenwasmachines GC-SERIE Installatie- en gebruikershandleiding Vanaf serienummer: VERSIE

2 DE

3 Inhoud Pagina 1 Belangrijke opmerkingen Installatie Opstelling Aansluiting elektriciteit Aansluiting water Aansluiting afvoer Bedieningspaneel Ingebruikname Afwas- / naspoelmiddel Vullen van de aanzuigslangen Ingebouwde reservoirs voor reinigingsmiddelen (optioneel) Waterontharder (optioneel) Bediening Voorbereiding Gebruik Uitschakelen en reinigen van de machine Uitschakelen Onderhoud (dagelijks) Onderhoud (wekelijks) Temperatuurweergave Storingen Instellingen en tellerwaarden Aanpassen van het programma doseerhoeveelheid afwasmiddel P01-P03 / H01-H Aanpassen van de doseerhoeveelheid van het naspoelmiddel Aanpassen van het programma doseerhoeveelheid afwasmiddel COL Aanpassen van de waterhardheid Cyclusteller Waterverbruikteller Teller resterend water voor externe waterzuivering Afsluiten instellingsmodus of tellerdisplay Vorstgevaar Onderhoud Problemen oplossen DE

4 DE 1 Belangrijke opmerkingen Gebruiken volgens de regels Deze machine is uitsluitend bestemd voor het reinigen van glazen. De machine mag niet worden gebruikt voor elektrisch verwarmde kook- en warmhoudapparatuur. Veiligheid Spuit de machine nooit met een slang schoon. Het "Let op"-symbool staat naast instructies die essentieel zijn voor een veilige bediening van de machine. Lees deze passages zorgvuldig door. Productaansprakelijkheid Installatie- of reparatiewerkzaamheden die niet worden uitgevoerd door gekwalificeerde technici of waarbij geen originele reserveonderdelen worden gebruikt, evenals iedere technische wijziging aan de machine, kunnen van invloed zijn op de in de standaard verkoopvoorwaarden vermelde garantie. Geluidsniveau machine: Het geluidsniveau van de machine is 62 db (A). Aansluitspanning: De in deze bedieningshandleiding beschreven machine heeft de volgende aansluitspanning: 400 V/50 Hz/3 Ph/N/PE of 230 V/50 Hz/1 Ph/N/PE Basisregels voor het reinigen van glazen Waterkwaliteit en reinigingsresultaat: De kwaliteit van het lokale leidingwater is van grote invloed op het was- en reinigingsresultaat: sterk mineraalhoudend water kan strepen geven tijdens het droogproces. Mineralen die in water oplossen blijven op de glazen zitten en geven vlekken en strepen. Geautoriseerd HOBART-servicepersoneel kan het mineraalgehalte bepalen door het meten van de elektrische geleiding. Waarden van minder dan 100 microsiemens / cm wijzen op een laag mineraalgehalte. Een hoger gehalte moet worden verlaagd tot onder het kritische niveau door middel van het demineraliseren van het water met behulp van speciale demineralisatie-cartridges of een omgekeerd osmosesysteem. Neem contact op met uw geautoriseerde HOBART-partner voor ondersteuning. Overige belangrijke voorschriften: We raden aan om speciale HOBART-glasrekken te gebruiken. In de Hobart-rekken worden de glazen in een licht hellende positie geplaatst. De glazen worden zo effectiever gespoeld. Om een onaangename geur van het glaswerk te voorkomen, moet u een speciaal chloorvrij naspoelmiddel voor glazen gebruiken. Nieuwe glazen hebben vaak een vettige beschermingslaag die is aangebracht tijdens de productie. Daarom moet er eerst een basisreiniging worden uitgevoerd, voordat de glazen geschikt zijn voor gebruik in een glazenwasmachine. De basisreiniging moeten worden uitgevoerd met een veel hogere chemische dosering afwasmiddel (minimaal 10 g afwasmiddel per liter). We adviseren om de basisreiniging handmatig in de gootsteen uit te voeren (gebruik handschoenen en een borstel bij het reinigen).

5 2 Installatie 2.1 Opstelling Geen minimale afstand tot de achterwand nodig. Zorg ervoor dat de machine rechtop en waterpas staat d.m.v. het aanpassen van de stelvoeten. Verdeel het gewicht van de machine gelijkmatig over alle stelvoeten. Er kan stoom ontsnappen via de deur van de glazenwasmachine. Bescherm meubilair in de buurt van het apparaat daarom tegen uitzetten. DE 2.2 Aansluiting elektriciteit Uitsluitend door gekwalificeerde technici conform de lokale en nationale voorschriften uit laten voeren. De stroomtoevoer dient in overeenstemming te zijn met de gegevens op het typeplaatje. Aansluiting op een alternatieve voeding is mogelijk zoals aangegeven in het bedradingsschema. De corresponderende bedradingsschema's bevinden zich aan de binnenzijde van het bovendeksel. Zekeringen en kabelverbindingen moeten aan de voorschriften voldoen. Er is voorzien in een afsluitklep om de stroomkabel aan te sluiten (isolatieschakelaar of toegankelijke afsluitklep). In overeenstemming met EN dient het apparaat met een equipotentiaal te worden aangesloten. De aansluitschroef ( ) bevindt zich naast de kabeldoorvoer. A 2.3 Aansluiting water Uitsluitend door gekwalificeerde technici conform de nationale en lokale voorschriften uit laten voeren. De machine dient te worden aangesloten op water van drinkwaterkwaliteit. De geleidingswaarde mag niet meer zijn dan 100 µs/cm. Bij sterk mineraalhoudend water wordt een aparte demineraliseerinstallatie aanbevolen. Machines met koude naspoeling (GCHK): sluit aan op zacht en koud water (tot 4 Clark = 0,5 mmol/l, max. 20 C). Machines zonder waterontharder (GC): sluit aan op zacht en indien mogelijk warm water (tot 4 Clark = 0,5 mmol/l, max. 60 C). Machines met waterontharder (GC): sluit indien mogelijk aan op warm water (tot 37,5 Clark = 5,3 mmol/l, max. 60 C). Waterdruk 0,5 10 bar. Belangrijk: de waterdruk mag niet lager zijn dan 0,5 bar. Wanneer de waterdruk meer dan 10 bar is, moet een reduceerventiel bij de bron worden geplaatst. Sluit de wartelmoer "A" ( 3 /4") van de watertoevoerslang aan op de zijkant van het afsluitventiel. Toevoerslang niet knikken of onderbreken. Gebruik bij verlenging van de toevoerslang, een slang met dezelfde specificaties. max. 0.6 m 2.4 Aansluiting afvoer De verbinding tussen de machine en de zijafvoer mag niet meer zijn dan 60 cm. Afvoerslang niet knikken.

6 DE 3 Bedieningspaneel ➀ Machine AAN / UIT ➁ Programma-toets ➂ Stop-knop Door het indrukken van deze knop wordt de machine ingeschakeld. Als de machine klaar is voor gebruik, wordt met het indrukken van deze knop het wasprogramma ook gestart. Door deze knop 3 seconden lang ingedrukt te houden, wordt het het afvoer- en zelfreinigingsprogramma gestart. Aan het einde van het programma wordt de machine automatisch uitgeschakeld. Na het uitschakelen kan de machine nog onder spanning staan! Bovendien licht de knop op om de status van de machine aan te geven: GROEN (knipperen) GROEN (continu) BLAUW (continu) BLAUW (knipperen) ROOD (continu) GROEN/ROOD (afw. knipperen) = Machine vult zich en is aan het opwarmen = Machine is klaar voor gebruik = Bezig met wasprogramma = Machine bezig met afvoeren / uitschakelen = Foutmelding (zie hoofdstuk 8) = Foutmelding (zie hoofdstuk 8) Druk deze knop in om een van de standaardprogramma's te selecteren (afhankelijk van model en apparaat). Het programmanummer (bijv. P02 / H02) is zichtbaar op de display ➄. Bij bedieningsfouten of storingen is het mogelijk om de machine onmiddellijk, zonder afvoercyclus, uit te schakelen. Na het uitschakelen kan de machine nog onder spanning staan! ➃ Display Bijv. temperatuurindicatie Wassen ( C) (zie hoofdstuk 7). ➄ Display Bijv. temperatuurindicatie Spoelen ( C) (zie hoofdstuk 7). ➅ Zout toevoegen Geeft aan dat er regeneratiezout moet worden toegevoegd. (Alleen bij ingebouwde waterontharder.) ➆ Service-indicator Geeft aan dat er een storing of defect is (zie hoofdstuk 8). ➇ Afwas- / naspoelmiddelindicator Alleen bij machines met ingebouwde reservoirs voor reinigingsmiddelen (zie hoofdstuk 4.3) Geeft aan dat er niet genoeg afwas- of naspoelmiddel is.

7 4 Ingebruikname 4.1 Afwas- / naspoelmiddel Gebruik uitsluitend afwas- en naspoelmiddel voor industrieel gebruik. Volg altijd de veiligheidsinstructies van de fabrikant op. DE Voor machines met ingebouwde reservoirs voor reinigingsmiddelen zie hoofdstuk 4.3. De doseerpompen kunnen een maximale opvoerhoogte aan van 1,5 m. Verwissel de reservoirs niet! Afwasmiddel Gebruik bij een ingebouwde doseerpomp geen zure afwasmiddelen. (De ph-waarde moet boven de 7 zijn.) Plaats de aanzuigslang in het aparte reservoir voor afwasmiddel. Vul de aanzuigslang volgens hoofdstuk Naspoelmiddel Plaats de aanzuigslang ( blauwe markering) in het aparte reservoir voor naspoelmiddel. Vul de aanzuigslang volgens hoofdstuk Wijzigen van type afwas- / naspoelmiddel Voordat u overstapt op een ander product (zelfs van dezelfde leverancier), moeten de aanzuigslangen grondig worden gespoeld met vers water (procedure beschreven onder 4.2). Anders kan er door de verschillende soorten reinigingsmiddelen kristallisatie ontstaan, waardoor de doseerpomp mogelijk niet goed meer functioneert. 4.2 Vullen van de aanzuigslangen Wordt automatisch uitgevoerd, maar duurt een aantal wascycli. Daarom raden we aan om de slangen als volgt handmatig te vullen. LET OP: De machine moet worden uitgeschakeld. Open de deur. Druk tegelijkertijd op Stop en ➂ op Programma, totdat ➁ de bovenste display ➄ "CH1" aangeeft en de onderste display ➃ "6.0". Houd Programma ingedrukt totdat de display "d" en "0" aangeeft. Sluit de deur. De bovenste display geeft "SF1" aan, de onderste "0".

8 DE Ingebruikname Aanzuigslang afwasmiddel Door het indrukken van de AAN/UIT-knop ➀ wordt de slang 65 seconden lang gevuld. Elke cyclus kan worden onderbroken door de AAN/UIT-knop opnieuw in te drukken Aanzuigslang naspoelmiddel Druk de Programma-knop ➁ in. De bovenste display ➄ geeft "SF2" aan, de onderste display ➃ "0". Door het indrukken van de AAN/UIT-knop ➀ wordt de slang 560 seconden lang gevuld. Elke cyclus kan worden onderbroken door de AAN/UIT-knop opnieuw in te drukken Het vullen van de slang stoppen Open de deur en sluit de deur weer of raak de knoppen 10 seconden niet aan. 4.3 Ingebouwde reservoirs voor reinigingsmiddelen (optioneel) Gebruik uitsluitend afwas- en naspoelmiddel voor industrieel gebruik. Volg altijd de veiligheidsinstructies van de fabrikant op. Op de reservoirs voor reinigingsmiddelen staat aangegeven: "naspoelmiddel" en "afwasmiddel". Let erop dat de reservoirs worden gevuld met het corresponderende reinigingsmiddel! Afwasmiddel Gebruik bij een ingebouwde doseerpomp geen zure afwasmiddelen! (De ph-waarde moet boven de 7 zijn.) Open het reservoir rechts ( transparant) en vul dit met afwasmiddel tot aan de markering "MAX". Gebruik hiervoor een trechter. Doe niet teveel afwasmiddel in het reservoir! In geval van te weinig afwasmiddel licht "DOS" op en geeft de bovenste display "CH1" aan. Dit houdt in dat er nog genoeg afwasmiddel is voor ongeveer 15 cycli en dat het reservoir moet worden bijgevuld.

9 Ingebruikname Naspoelmiddel Open het reservoir links ( blauw) en vul dit met naspoelmiddel tot aan de markering "MAX". Gebruik hiervoor een trechter. Doe niet teveel naspoelmiddel in het reservoir! DE In geval van te weinig naspoelmiddel licht "DOS" op en geeft de onderste display "CH2" aan. Dit houdt in dat er nog genoeg afwasmiddel is voor ongeveer 50 cycli en dat het reservoir moet worden bijgevuld. Als beide reservoirs voor reinigingsmiddelen leeg zijn, licht de "DOS" indicator op en geeft de bovenste display afwisselend "CH1" en "CH2" aan. 4.4 Waterontharder (optioneel) Voor het eerste gebruik moet de waterontharder worden gevuld met regeneratiezout en water van drinkkwaliteit. Het vullen van het zoutreservoir met een reinigingsmiddel brengt schade toe aan de waterontharder. Open de deur. Draai het deksel van de waterontharder los en vul de ontharder met 1,5 kg "Regeneratie-zoutkorrels" (gebruik geen zouttabletten). Vul de ontharder met water van drinkkwaliteit (alleen bij het eerste gebruik). Reinig de dop en de rand van het deksel van de waterontharder zorgvuldig, voordat u de dop dichtdraait. Sluit de dop en draai vast. Om corrosie te voorkomen, moeten alle zoutresten van de tankbodem worden verwijderd. Stel de waterhardheid in als beschreven in hoofdstuk 9.4! Wanneer de Zout-indicator ➅ oplicht tijdens gebruik, moet de waterontharder worden bijgevuld met regeneratiezout. Na het bijvullen duurt het even voordat het lampje van de zout-indicator uitgaat.

10 DE 5 Bediening 5.1 Voorbereiding Controleer de juiste stand van de was- en naspoelarmen en filters. Open de afsluitklep. Zet de hoofdschakelaar aan of steek de stekker in het stopcontact. Controleer het niveau in de reservoirs van het afwas- en naspoelmiddel. Sluit de deur en druk de AAN/UIT-knop ➀ in; de tank wordt bijgevuld. De AAN/UIT-knop licht groen op tijdens de vul- en opwarmcyclus. Dit proces kan een aantal minuten in beslag nemen. Wanneer de knop groen wordt, is de machine klaar voor gebruik. 5.2 Gebruik Verwijder vooraf citroenschillen, tandenstokers, olijfpitten, papier, enz. Plaats de glazen vervolgens met de opening naar beneden in het rek. Schuif het rek in de machine en sluit de deur. Druk de AAN/UIT-knop ➁ in. Tijdens de wascyclus licht de knop blauw op. Machines met een ingebouwde waterontharder: Als tijdens de regeneratie* een programma is gestart, duurt de cyclus tot 4 minuten langer. * Dit wordt aangegeven door een bewegend lichtpunt op de display van de spoeltemperatuur. Zodra de AAN/UIT-knop ➀ groen wordt, is de wascyclus klaar.

11 Bediening Open de deur en schuif het rek naar buiten. Laat de glazen ongeveer 1 minuut opdrogen. DE Machines met koude naspoeling: Als de deur niet binnen 2 minuten na een koude naspoelcyclus wordt geopend, wordt de koude naspoeling automatisch herhaald (2 keer). Programmaselectie De machine werkt automatisch met standaard cyclustijden. Indien nodig kan een korter of langer programma worden geselecteerd. Druk om het huidige progrmma weer te geven op Programma ➁ voordat u het wasprogramma start. Druk opnieuw op Programma om het programma te wijzigen. De machine gaat verder met de gekozen cyclustijd, totdat de machine wordt uitgeschakeld of er een ander programma wordt gekozen. Machines zonder koude naspoeling (GC/GCS): P01 = Korte cyclus (naspoeling met warm water) P02 = Standaardcyclus (naspoeling met warm water) P03 = Lange cyclus (naspoeling met warm water) Machines met koude naspoeling (GCHK): H01 = Korte cyclus (naspoeling met warm water) H02 = Standaardcyclus (naspoeling met warm water) H03 = Lange cyclus (naspoeling met warm water) COL = Programma met koude naspoeling OPMERKING: Voor het automatisch laten drogen van de glazen raden we aan om een naspoeling met warm water te gebruiken.

12 DE 6 Uitschakelen en reinigen van de machine 6.1 Uitschakelen Sluit de deur. Houd de AAN/UIT-knop ➀ ingedrukt, todat de knop "blauw" knippert. OPMERKING: Tijdens de afvoercyclus wordt de binnenkant van de machine automatisch gereinigd. Een laatste controle voor het verwijderen van voedselresten wordt aanbevolen. Machines met een ingebouwde waterontharder: Als de afvoercyclus is gestart tijdens de regeneratie, duurt de cyclus 4 minuten langer. Wanneer het lampje van de AAN/UIT-knop is gedoofd: Schakel de hoofdschakelaar uit of trek de stekker uit het stopcontact en sluit de afsluitklep! 6.2 Onderhoud (dagelijks) Gebruik bij het reinigen van de machine geen chloorhoudende, zuurhoudende of agressieve producten en geen metalen borstels. Open de deur, verwijder en reinig de filters. Let erop dat er geen voedselresten in de pompinvoer komen! Spoel de fijne zeef schoon. Reinig de binnenkant van de machine. Plaats de filters terug in de machine. Laat de deur open voor ventilatie. 6.3 Onderhoud (wekelijks) Draai de bevestigingsschroeven ( A) los door deze tegen de klok in te draaien. Verwijder de was- en naspoelarmen en spoel deze schoon.

13 7 Temperatuurweergave Houd ( 3 seconden) de Programma-knop ➁ ingedrukt, totdat de temperaturen ( C) worden weergegeven (boven = spoelen, onder = wassen). De indicatoren gaan 10 seconden na het loslaten van de Programmaknop uit. Op verzoek kan een servicemonteur de display instellen op een permanent weergeven van de temperatuur. DE 8 Storingen Bij een storing verschijnt er een corresponderende foutcode in de bovenste display ➄ (zie onderstaande tabel). Geef de foutcode door aan de servicemonteur. Als de AAN/UIT-knop ➀ afwisselend GROEN/ROOD knippert, kan dit wijzen op een fout of storing: CODE MOGELIJKE OORZAAK MAATREGELEN AL Afvoerslang verstopt. Start de afvoercyclus opnieuw. Reinig indien nodig de afvoerslang. HEI Verwarming naspoelboiler defect. Neem contact op met aftersales. d 0 CH1 CH2 SAL DOS OPTIE Externe demineralisatiecartridge leeg. Te weinig afwasmiddel (alleen bij machines met ingebouwd reservoir) Te weinig naspoelmiddel (alleen bij machines met ingebouwd reservoir) Te weinig zout (alleen bij ingebouwde waterontharder) Vervang de cartridge. Vul het afwasmiddel bij. Vul het naspoelmiddel bij. Vul de waterontharder bij met regeneratiezoutkorrels. De AAN/UIT-knop ➀ licht ROOD op en de Service-indicator ➆ is verlicht: CODE MOGELIJKE OORZAAK MAATREGELEN FIL Afsluitklep is gesloten. Open de afsluitklep aan de zijkant en zet de machine weer aan. Vulklep of vulsysteem defect. Neem contact op met aftersales. SIE Tankfilter niet op de juiste plek. Plaats de filter op de juiste plaats. UL Afvoerslang verstopt. Reinig de afvoerslang en start de afvoercyclus opnieuw. Vul- of afvoersysteem defect. Neem contact op met aftersales. F01 Temperatuursonde "naspoelboiler" defect. Neem contact op met aftersales. F02 Temperatuursonde "tank" defect. Neem contact op met aftersales. F03 Drukoverbrenging "naspoelboiler" defect. Neem contact op met aftersales. F04 Drukoverbrenging "tank" defect. Neem contact op met aftersales. Andere indicaties Bewegend lichtpunt in de bovenste display: CODE OORZAAK MAATREGELEN... Regeneratie waterontharder (alleen bij ingebouwde waterontharder). Geen.

14 DE 9 Instellingen en tellerwaarden LET OP: de machine moet worden uitgeschakeld. Open de deur. Als de deur wordt gesloten of als er 10 seconden lang geen knop wordt ingedrukt, wordt de indicator automatisch uitgeschakeld en worden de nieuwe instellingen opgeslagen. Het instellen kan daarom op elk moment in de procedure worden onderbroken. 9.1 Aanpassen van het programma doseerhoeveelheid afwasmiddelp01-p03 / H01-H03 Houd gelijktijdig de Stop-knop ➂ en de Programma-knop ➁ ingedrukt, totdat de bovenste display ➄ "CH1" aangeeft. De onderste display ➃ geeft bijv. "6.0" aan: voorgeprogrammeerde waarde van de doseertijd van het afwasmiddel = 6 sec. 2,6 g/l. Druk voor het aanpassen van de dosering van het afwasmiddel een aantal keer op de AAN/UIT-knop ➀, totdat de gewenste waarde (0-50 sec 0-21,6 g/l) wordt weergegeven. Aanpassingen moeten volgens de aanbevelingen van de fabrikant van de reinigingsmiddelen worden uitgevoerd. 9.2 Aanpassen van de doseerhoeveelheid van het naspoelmiddel Druk opnieuw de Programma-knop ➁ in. De bovenste display ➄ geeft "CH2" aan. De onderste display ➃ geeft bijv. "5,5" weer: voorgeprogrammeerde waarde van de doseertijd van het afwasmiddel = 5,5 sec. 0,3 g/l. Druk voor het aanpassen van de dosering van het naspoelmiddel een aantal keer op de AAN/UIT-knop ➀, totdat de gewenste waarde (0-50 sec 0-2,7 g/l) wordt weergegeven. Aanpassingen moeten volgens de aanbevelingen van de fabrikant van de reinigingsmiddelen worden uitgevoerd. 9.3 Aanpassen van het programma doseerhoeveelheid afwasmiddel COL Druk opnieuw de Programma-knop in➁. De bovenste display ➄ geeft "CH3" aan. De onderste display ➃ geeft bijv. "12" aan: voorgeprogrammeerde waarde van de doseertijd van het afwasmiddel = 12 sec. 2,6 g/l. Druk voor het aanpassen van de dosering van het afwasmiddel een aantal keer op de AAN/UIT-knop ➀, totdat de gewenste waarde (0-50 sec 0-10,8 g/l) wordt weergegeven. Aanpassingen moeten volgens de aanbevelingen van de fabrikant van de reinigingsmiddelen worden uitgevoerd. 9.4 Aanpassen van de waterhardheid Alleen bij optionele waterontharder. Om de waterontharder aan te passen aan de lokale waterhardheid (vraag informatie op bij de plaatselijke waterinstantie): Druk een aantal keer op de Programma-knop ➁, totdat de bovenste display ➄ "H04" aangeeft.

15 Instellingen en tellerwaarden Druk een aantal keer op de AAN/UIT-knop ➀, totdat de benodigde waarde (H01-H04) wordt weergegeven. H01 = tot 9 eh / H02 = 10 tot 18 eh / H03 = 19 tot 26 eh / H04 = 27 tot 38 eh waterhardheid ( eh = Engelse graden - Clark). DE 9.5 Cyclusteller Druk opnieuw de Programma-knop ➁ in. De display toont of "P" of het aantal wascycli. In de onderste display ➃ verschijnt het aantal tot 999. De bovenste display toont het aantal vanaf 1000 ➄. Voorbeeld: 1023 washcycli Max. aantal Waterverbruikteller Druk opnieuw de Programma-knop ➁ in. De display toont of "E" of het waterverbruik (liter). In de onderste display ➃ verschijnt het aantal tot 999liter. De bovenste Display toont het aantal vanaf 1000 ➄. Voorbeeld: liter Max. aantal Teller resterend water voor externe waterzuivering Alleen beschikbaar indien dit is geactiveerd in de servicemodus (S18). Het volume (liter) van de waterzuivering moet worden opgeslagen via C79/80. Druk opnieuw de Programma-knop ➁ in. De display toont of "d" en/of het resterend watervolume (liter). In de onderste display ➃ verschijnt het aantal tot 999 liter. De bovenste Display toont het aantal vanaf 1000 ➄. Voorbeeld: 1586 liter Max. aantal Houd ( 3 seconden) de AAN/UIT-knop ingedrukt om de teller weer op het standaardaantal te zetten ➀. 9.8 Afsluiten instellingsmodus of tellerdisplay Sluit de deur, open en sluit de deur opnieuw of raak de knoppen 10 seconden niet aan.

16 DE 10 Vorstgevaar Bij vorst of als de machine langere tijd niet wordt gebruikt (bijv. bij seizoensactiviteiten), moet de machine volledig worden geleegd. Dit moeten worden gedaan door aftersales. Opnieuw instellen voor gebruik volgens hoofdstuk Onderhoud Voor een probleemloze werking adviseren wij u een servicecontract af te sluiten met het lokale servicekantoor. 12 Problemen oplossen SOORT STORING MOGELIJKE OORZAAK OPLOSSING Slecht wasresultaat Glazen zijn niet schoon. Glazen drogen niet goed. De wasarmen zijn geblokkeerd (u moet deze eenvoudig met de hand kunnen draaien). De sproeiers van de wasarmen zijn verstopt (visuele controle). De sproeiers van de naspoelarmen zijn verstopt (mogelijk door kalkafzetting). De concentratie van het afwasmiddel is te laag of te hoog. De grove filter is vervuild. De fijne filter is vervuild of verstopt door kalk. Verkeerd programma geselecteerd voor zwaar vervuilde vaat. De concentratie van het naspoelmiddel is te laag. Rek is niet geschikt voor dit type glazen (hellend). De glazen blijven na afloop van het programma te lang in de machine. Verwijder de wasarmen en reinig deze zorgvuldig. Controleer of de waterafvoer van de machine naar wasarmen vrij is. Verwijder de wasarmen en reinig deze zorgvuldig, totdat alle vuil is verwijderd. Plaats ze daarna weer correct terug. Verwijder de naspoelarmen en ontkalk deze in een aparte bak. Controleer de instelling van de concentratie van het afwasmiddel. Zie ook de gebruiksinstructies in hoofdstuk 9. Verwijder de filter en leeg en reinig deze. Verwijder de fijne filter. Indien ernstig vervuild, laten weken in een azijnoplossing. Daarna grondig reinigen totdat de gaatjes weer open zijn. De reiniging moet dagelijks worden uitgevoerd (zie gebruiksinstructies). Selecteer programma met een langere wascyclus. Verhoog de concentratie. Zie ook de gebruiksinstructies in hoofdstuk 9. Gebruik geschikte rekken voor een hellende positie waardoor het water uit de holtes kan worden afgevoerd. Verwijder glazen direct na afloop van de cyclus om ze te laten drogen.

17 Problemen oplossen SOORT STORING MOGELIJKE OORZAAK OPLOSSING Slecht wasresultaat Strepen en vlekken op de glazen. De concentratie van het naspoelmiddel is te hoog. Hard water of sterk mineraalhoudend water. Rek is niet geschikt voor dit type glazen (hellend). Onvoldoende concentratie naspoelmiddel veroorzaakt vlekken. Machine met waterontharder: verkeerd zout gebruikt. Verlaag de hoeveelheid (zie instructies). Controleer de kwaliteit van het water. Vraag informatie op bij de plaatselijke waterinstantie. Aanbevolen waarde: Ideale hardheidswaarde is 4 Clark. Ideale geleidingswaarde is max. 100 µs/cm. Gebruik geschikte rekken voor een hellende positie waardoor het water uit de holtes kan worden afgevoerd. Verhoog de hoeveelheid (zie instructies). Gebruik alleen regeneratiezoutkorrels. DE Overige storingen Glazen zijn volledig of gedeeltelijk mistig. Oppervlakte van de glazen is grof en poreus. Dit wordt glascorrosie genoemd. Dit wordt niet veroorzaakt door een storing in de machine. Vervang door nieuwe glazen. Breken van glas. Gebruik van ongeschikte glasrekken. Gebruik geschikte rekken. De machine schakelt zichzelf plotseling uit tijdens een wasprogramma. De machine is op een "maximale stroomtoevoereenheid" aangesloten die de stroom afsluit op een bepaald punt, of de machine is aangesloten op een andere stroomverbruiker. Defecte zekering. Sluit de machine apart aan (neem contact op met een elektricien). Controleer de zekeringen. Als er 6 uur lang geen knop wordt ingedrukt, schakelt de machine zichzelf automatisch uit zonder leeg te lopen.

18 Aangezien HOBART voortdurend werkt aan verbetering van de producten, mogen specificaties zonder kennisgeving worden gewijzigd. Gedrukt in Duitsland ag--pc