Reglement Programma van toetsing en afsluiting (PTA)

Transcriptie

1 Reglement Programma van toetsing en afsluiting (PTA) Tweede Fase 5 havo 6 atheneum Eindexamen 2017 De GSG Leo Vroman

2 REGLEMENT PROGRAMMA VAN TOETSING EN AFSLUITING havo en atheneum (Tweede Fase) Begrippenlijst ANW Algemene natuurwetenschappen. Een vak in het gemeenschappelijk deel op atheneum, waarin de leerling een overzicht krijgt van wat er in grote lijnen in de natuurwetenschappen gebeurt. Het eindexamen bestaat uit een schoolexamen. Het eindcijfer voor ANW telt mee in het combinatiecijfer. Centraal Examen Dit bestaat uit landelijk vastgestelde toetsen die de examenkandidaten aan het eind van hun opleiding moeten maken. Per schoolsoort zijn de opgaven gelijk of gelijkwaardig. Het gemaakte werk wordt beoordeeld volgens landelijk vastgestelde normen. CKV Culturele en kunstzinnige vorming. Het examenprogramma van dit vak bestaat uit: culturele activiteiten, kennis van kunst en cultuur, praktische activiteiten, reflectie en kunstdossier. Het eindexamen voor CKV is het schoolexamen. Het schoolexamen dient met voldoende of goed te worden afgesloten. Indien een leerling hier niet aan voldoet, is hij voor het eindexamen gezakt. Combinatiecijfer Cijfer dat wordt berekend uit de kleine vakken en het profielwerkstuk. Voor havo: het gemiddelde van de eindcijfers voor maatschappijleer en het profielwerkstuk Voor Atheneum: het gemiddelde van de eindcijfers voor ANW, maatschappijleer en het profielwerkstuk (voor leerlingen die na het behalen van het havodiploma overstappen naar atheneum geldt dat zij vrijstelling hebben voor ANW, maatschappijleer en CKV; voor hen wordt het combinatiecijfer vastgesteld op basis van het cijfer voor het profielwerkstuk). Eindexamenbesluit VWO-HAVO-MAVO In dit besluit geeft de rijksoverheid voorschriften voor de keuze van eindexamenvakken en het bepalen van de uitslag van het examen. Examendossier Het geheel van onderdelen van het schoolexamen. Examenreglement Openbaar Voortgezet Onderwijs Gouda In dit reglement geeft de Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs Gouda (STOVOG) als bevoegd gezag van de school een nadere invulling aan het eindexamenbesluit VWO-HAVO- MAVO-VBO. Handelingen Activiteiten per vak die voor de leerling belangrijk zijn, maar waarvoor geen cijfer wordt gegeven. Leerlingen dienen de handelingen naar behoren af te leggen. CKV en lichamelijke opvoeding bestaan uitsluitend uit handelingsdelen. OVO Oriëntatie op vervolgopleidingen. Profiel De leerling kan kiezen uit vier profielen: cultuur en maatschappij (CM), economie en maatschappij (EM), natuur en techniek (NT) en natuur en gezondheid (NG). Elk profiel bestaat uit een gemeenschappelijk deel, dat voor alle profielen gelijk is, een profieldeel, dat kenmerkend is voor het betreffende profiel, en een vrij deel, ter keuze aan de leerling. Ieder Reglement PTA 5 havo en 6 atheneum eindexamen 2017 de GSG Leo Vroman pag. 1 van 17

3 deel beslaat een vast deel van de onderwijstijd. In 4 atheneum kiest een leerling nog geen definitief profiel, maar maakt een keuze uit twee stromen: M-stroom (CM/EM) N-stroom (NG/NT) Het is voor leerlingen mogelijk om een zodanig vakkenpakket te kiezen, dat zij voldoen aan de eisen van meer dan één profiel. In de praktijk gaat het dan om de combinatie NT/NG of EM/CM. Profielwerkstuk (PWS) Het profielwerkstuk is een uitgebreide praktische opdracht waarbij minimaal één groot vak uit het profiel betrokken is. Het profielwerkstuk wordt met een cijfer beoordeeld en telt mee in het combinatiecijfer. De studielast voor het profielwerkstuk bedraagt voor zowel havo als atheneum 80 studielasturen (slu). Schoolexamen Het examen bestaat uit een schoolexamen en het centraal examen. Het schoolexamen heeft de vorm van een examendossier. Studielasturen De tijd die de gemiddelde leerling nodig heeft om zich een bepaalde hoeveelheid stof eigen te maken. Voortgangstoetsen De proefwerken/repetities en overhoringen die de docent afneemt voor het rapport. Ze tellen niet mee voor het schoolexamen. PTA Het Programma van Toetsing en Afsluiting is een document waarin welke onderdelen van het schoolexamen in welke periode worden afgelegd wat de weging is van de verschillende onderdelen. Het betreft hier toetsen en praktische opdrachten. Daarnaast is in het PTA ook een opgenomen welke handelingen op welk moment moeten zijn afgerond. Artikel 1 Algemeen 1. Het PTA (Programma van Toetsing en Afsluiting) vormt een onverbrekelijk geheel met het Eindexamenbesluit VWO-HAVO-MAVO-VBO en het Examenreglement Openbaar Voortgezet Onderwijs Gouda. In dit programma van toetsing en afsluiting zijn de aanvullende regelingen met betrekking tot het schoolexamen en de vakspecifieke regelingen vermeld. 2. Het schoolexamen vindt plaats onder de bepalingen dienaangaande in het Eindexamenbesluit en het Examenreglement Openbaar Voortgezet Onderwijs Gouda. 3. Het Examenreglement Openbaar Voortgezet Onderwijs Gouda ligt ter inzage bij de directie van de school, bij de afdelingsleiders waaronder de leerjaren van de Tweede Fase vallen en in het studiecentrum. 4. Het schoolexamen voor VWO en HAVO bestaat uit een examendossier. Het examendossier is het geheel van onderdelen van het schoolexamen, zoals gedocumenteerd in een door het bevoegd gezag gekozen vorm. Zie artikel 17 van het Examenreglement Openbaar Voortgezet Onderwijs Gouda. Artikel 2 Het schoolexamen 1. Het schoolexamen bestaat uit : A. mondelinge toetsen; B. schriftelijke toetsen met gesloten en/of open vragen; C. praktische opdrachten, waartoe ook practica behoren; Reglement PTA 5 havo en 6 atheneum eindexamen 2017 de GSG Leo Vroman pag. 2 van 17

4 D. het profielwerkstuk; E. handelingsdelen. 2. In het programma van toetsing en afsluiting wordt per vak ten minste aangegeven welke onderdelen in welke periode worden afgelegd en wat de weging is van de verschillende toetsen en praktische opdrachten. 3. Het moment van aanvang van het schoolexamen kan per vak verschillen. In het PTA is aangegeven wanneer de vakken starten met onderdelen van het schoolexamen. 4. Het moment waarop het schoolexamen wordt afgesloten, kan per vak verschillen. In het PTA is aangegeven wanneer van de vakken de laatste onderdelen van het schoolexamen worden getoetst. 5. Het schoolexamen als geheel wordt in april van het eindexamenjaar afgesloten. 6. Voor het afnemen van de toetsen van het schoolexamen worden toetsperiodes georganiseerd. De toetsen worden in deze toetsperiodes afgenomen. Een aantal toetsen wordt buiten deze periodes afgenomen. Om welke toetsen het gaat, staat vermeld in de vakspecifieke regelingen van het PTA. Het inleveren van praktische opdrachten en het profielwerkstuk, het afleggen van de handelingen en het doen van practica zijn niet aan deze periodes gebonden. De tijdstippen van inleveren of afleggen, zijn in de vakspecifieke regelingen opgenomen. 7. Een leerling (5H en 6A) kan alleen dan deelnemen aan de mondelinge toets Nederlands over het leesdossier, als het leesdossier tijdig en volledig is afgerond; als niet aan deze voorwaarde voldaan is, dan wordt het cijfer 1 toegekend (dit cijfer 1 kan via de herkansingsregeling worden verhoogd, mits het leesdossier alsnog volledig is afgerond). 8. Een leerling (5H en 6A) kan alleen dan deelnemen aan het SE-onderdeel gedocumenteerd schrijven voor het vak Nederlands, als het schrijfdossier tijdig en volledig is afgerond; als niet aan deze voorwaarde voldaan is dan wordt het cijfer 1 toegekend (dit cijfer kan via de herkansingsregeling worden verhoogd, mits het schrijfdossier alsnog volledig is afgerond). 9. Aan het einde van elk schooljaar ontvangen de leerlingen een overzicht van de behaalde cijfers en andere beoordelingen in het examendossier. Na controle tekenen de meerderjarige leerlingen of de ouders, voogden of verzorgers van de minderjarige leerlingen de lijst met cijfers voor akkoord. Hiermee zijn de beoordelingen voor de dat jaar afgelegde onderdelen van het examendossier definitief. Indien de lijst met cijfers niet binnen de door de rector vastgestelde termijn voor akkoord is getekend, dan zijn alle cijfers en overige beoordelingen op deze lijst na het verstrijken van de termijn definitief geworden. 10. Voor het begin van het centraal examen deelt de rector de kandidaten schriftelijk mede welke cijfers zij hebben behaald voor het schoolexamen. Eveneens wordt de beoordeling van het profielwerkstuk en van de handelingsdelen schriftelijk medegedeeld. Na controle tekenen de meerderjarige kandidaten of de ouders, voogden of verzorgers van minderjarige kandidaten de lijst met cijfers voor akkoord. Vanaf dat moment zijn alle cijfers en overige beoordelingen definitief. Indien de lijst met cijfers niet binnen de door de rector vastgestelde termijn voor akkoord is getekend, dan zijn alle cijfers en overige beoordelingen na het verstrijken van de termijn definitief geworden. 11. De verantwoordelijkheid voor de vaststelling van de opgaven, voor de beoordelingsmodellen en voor de cijfers van het schoolexamen ligt bij de examinatoren. Artikel 3 Tijdvakken 1. Het schoolexamen wordt ingesteld overeenkomstig hetgeen voor ieder vak afzonderlijk in het Programma van Toetsing en Afsluiting is aangegeven, met dien verstande dat afwijkingen van de daar genoemde data of perioden, als die noodzakelijk zouden zijn, worden voorbehouden. Van zodanige afwijkingen stelt de rector of een door hem daartoe aangewezen leraar de kandidaten zo spoedig mogelijk in kennis. 2. Teneinde de voortgang van de lessen zo optimaal mogelijk te laten verlopen, worden de toetsen van de schoolexamens zo veel mogelijk in de toetsperiodes afgenomen. Bij dit reglement is een bijlage opgenomen met het overzicht van data van perioden en data van toetsen en herkansingen. Reglement PTA 5 havo en 6 atheneum eindexamen 2017 de GSG Leo Vroman pag. 3 van 17

5 3. In bijzondere gevallen, bijvoorbeeld als gevolg van langdurige afwezigheid van een docent, kan van bovenstaande planning worden afgeweken. 4. Toetsing in de vorm van handelingsdelen, praktische opdrachten en het profielwerkstuk geschiedt buiten de toetsperiodes om en vindt gespreid plaats. De practica vinden soms wel en soms niet in de toetsweken plaats. Artikel 4 Cijferbepaling 1. De examinator drukt zijn oordeel over een toets, een praktische opdracht of het profielwerkstuk uit in een cijfer. Daartoe gebruikt hij een schaal van cijfers lopende van 1 tot en met 10 met de daartussen liggende cijfers, afgerond op één decimaal. 2. In afwijking van het eerste lid worden de handelingen van het vak culturele en kunstzinnige vorming en het vak lichamelijke opvoeding uit het gemeenschappelijke deel van elk profiel beoordeeld als onvoldoende, voldoende of goed. Deze beoordeling gaat uit van de mogelijkheden van de kandidaat. 3. De zogenaamde kleine vakken (ANW en maatschappijleer voor het atheneum en maatschappijleer voor het havo) en het profielwerkstuk tellen bij de vaststelling van de uitslag voor het eindexamen minder zwaar mee dan de andere vakken. Uit de eindcijfers (het gaat om gehele getallen) van deze vakken en het profielwerkstuk wordt het combinatiecijfer berekend. Het combinatiecijfer telt mee in de bepaling van de uitslag van het eindexamen. Zie ook de slaag-zakregeling (bijlage 4) 4. Literatuur is niet als apart vak geformuleerd. De onderdelen van literatuur staan in de examenprogramma s van de verschillende talen. 5. Voor onderdelen van het handelingsdeel van een vak wordt volstaan met aftekening, indien de opdracht naar behoren is afgerond. 6. De weging van de diverse onderdelen per vak wordt vermeld in de vakspecifieke regelingen die in het PTA zijn opgenomen. 7. De resultaten, behaald voor de onderdelen van het schoolexamen tellen mee voor de bevordering. Dit is geregeld in de bevorderingsnormen Het eindcijfer voor het schoolexamen is het gewogen gemiddelde van de cijfers die een leerling voor de verschillende onderdelen van het schoolexamen heeft behaald Indien het een schoolexamen van een vak betreft, dat met een centraal examen wordt afgesloten, is het eindcijfer schoolexamen een cijfer op één decimaal. Bij de bepaling van het eindcijfer van de schoolexamencijfers is er verschil tussen de vakken met toetsen en praktische opdrachten en de vakken met alleen toetsen: Bij vakken met alleen toetsen worden alle cijfers gemiddeld, rekening houdend met de bijbehorende gewichten. Bij vakken met zowel toetsen als praktische opdrachten gaat de berekening als volgt: o o o o alle cijfers voor de toetsen (schriftelijk, mondeling of luistertoetsen) worden gemiddeld, rekening houdend met de onderlinge gewichten; vervolgens wordt dit gemiddelde in één stap afgerond op één decimaal; alle cijfers voor de praktische opdrachten worden gemiddeld, rekening houdend met de onderlinge gewichten; ook dit cijfer wordt in één stap afgerond op één decimaal; het gemiddelde cijfer schoolexamen wordt nu berekend door de beide hierboven genoemde gemiddelde cijfers (voor zowel toetsen als voor praktische opdrachten zijn dit cijfers op één decimaal) weer te middelen en in één stap af te ronden op een cijfer op één decimaal. Bij dit middelen gelden de volgende afgesproken onderlinge gewichten: het gemiddelde cijfer van de toetsen weegt voor 80% mee en het gemiddelde cijfer voor de praktische opdrachten weegt voor 20% mee; wanneer bovengenoemde percentages afwijken, is dit expliciet vermeld in de vakspecifieke delen van het PTA Indien het een schoolexamen van een vak betreft dat niet met een centraal examen wordt afgerond, is het eindcijfer voor het schoolexamen een geheel getal. De Reglement PTA 5 havo en 6 atheneum eindexamen 2017 de GSG Leo Vroman pag. 4 van 17

6 afronding geschiedt in twee stappen: eerst wordt er volgens de systematiek van lid 8.2 op één decimaal afgerond; daarna wordt het op één decimaal afgeronde cijfer op een heel cijfer afgerond. 9. In afwijking van lid 8 worden het vak culturele en kunstzinnige vorming en het vak lichamelijke opvoeding uit het gemeenschappelijk deel van elk profiel beoordeeld als voldoende of goed. 10. Indien een kandidaat voor een onderdeel/vak door twee docenten wordt beoordeeld, bepalen deze examinatoren in onderling overleg het cijfer. Kunnen zij niet tot overeenstemming komen, dan wordt er gemiddeld. 11. Als een beoordeling geschiedt op grond van een mondelinge toets, gebeurt dit zo mogelijk in aanwezigheid van een andere leraar van de school. Van de toetsing zal door de examinerende leraar een proces-verbaal worden opgesteld. Indien er geen tweede leraar aanwezig is tijdens de mondelinge toetsing, bestaat de mogelijkheid het examen middels een geluidsdrager op te nemen; de opnamen worden toegevoegd aan het proces-verbaal. 12. De examinator stelt de kandidaat zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk vóór een in de jaaragenda opgenomen datum, welke binnen drie weken na afname valt, in kennis van het resultaat van de beoordeling. Voor praktische opdrachten en het profielwerkstuk geldt dat de beoordeling zo spoedig mogelijk, doch binnen 4 weken, aan de kandidaat wordt meegedeeld. 13. Een kandidaat en/of zijn ouders/voogden kan/kunnen tot uiterlijk binnen vijf werkdagen na mededeling van de beoordeling hiertegen schriftelijk in beroep gaan bij een door de rector in te stellen interne commissie van beroep. Zie hiervoor artikel 15, lid 3, van het Examenreglement openbaar voortgezet onderwijs. 14. Aan het einde van de leerjaren 4 atheneum, 5 atheneum en 4 havo verstrekt de school aan de leerlingen een lijst met daarop een overzicht van de behaalde resultaten voor die onderdelen van het schoolexamen die inmiddels zijn afgelegd. Zie ook artikel 2 lid Vóór aanvang van het centraal examen wordt de kandidaat schriftelijk in kennis gesteld van het geheel aan beoordelingen voor het schoolexamen. Na controle tekenen de meerderjarige kandidaten of de ouders, voogden of verzorgers van minderjarige leerlingen de lijst met deze cijfers voor akkoord. Indien de lijst met beoordelingen niet binnen de door de rector vastgestelde termijn voor akkoord zijn getekend, zijn de eindcijfers na het verstrijken van de termijn definitief geworden. Artikel 5 Handelingsdelen en praktische opdrachten 1. De volgende vakken hebben handelingsdelen, dan wel zijn opgebouwd uit handelingsdelen: Nederlands, culturele en kunstzinnige vorming en lichamelijke opvoeding. 2. De handelingsdelen worden in de vakspecifieke regelingen nader omschreven. 3. Per handelingsdeel wordt aangegeven op welk moment zij naar behoren dan wel voldoende of goed moeten zijn afgerond. Indien de voor een leerjaar voorgeschreven handelingsdelen niet op tijd zijn afgelegd, kan de leerling niet zonder meer naar een volgend leerjaar worden bevorderd. Zie hiervoor de bevorderingsnormen. 4. In de leerjaren 4H en 5A kan een leerling een extra herkansing doen, indien deze leerling voor de peildatum alle handelingen voor de vakken CKV en Nederlands, die volgens het PTA op dat moment afgerond moeten zijn, ook daadwerkelijk naar behoren heeft afgelegd. Zie hiervoor ook de herkansingsregeling schoolexamen in artikel 7 van dit reglement. 5. Indien de handelingsdelen van Nederlands niet op het tijdstip van afsluiting van het schoolexamen naar behoren zijn afgerond, wordt er geen eindcijfer voor het schoolexamen gegeven en wordt de leerling uitgesloten van deelname aan het centraal examen. 6. Een leerling is voor het eindexamen gezakt, indien de vakken culturele en kunstzinnige vorming (CKV) en lichamelijke opvoeding (LO) niet met voldoende of goed zijn beoordeeld. Reglement PTA 5 havo en 6 atheneum eindexamen 2017 de GSG Leo Vroman pag. 5 van 17

7 7. In geval van bijzondere omstandigheden kan de rector besluiten dat een kandidaat het schoolexamen culturele en kunstzinnige vorming en/of lichamelijke opvoeding na aanvang van het eerste tijdvak van het centraal examen afsluit. In een dergelijke situatie dient het schoolexamen altijd uiterlijk een week voordat de uitslag het Centraal Examen wordt vastgesteld te zijn afgerond. 8. Bij het verstrekken van een praktische opdracht geeft de docent het tijdstip aan waarop de opdracht uiterlijk moet zijn ingeleverd. De inleverdata voor de praktische opdrachten zijn ook opgenomen in het vakkengedeelte van het PTA. 9. Indien de praktische opdracht niet op het aangegeven tijdstip is voltooid, zijn de consequenties, zoals vermeld in de bijlage Praktische opdrachten van toepassing. 10. De beoordelingscriteria voor praktische opdrachten en handelingen zullen tegelijk met de opdracht door de docent aan de leerlingen worden verstrekt. 11. Voltooide handelingsdelen en praktische opdrachten worden de examinator persoonlijk ter hand gesteld. Bij diens afwezigheid worden zij persoonlijk overhandigd aan de afdelingsleider Tweede Fase. 12. De leerling dient een kopie te bewaren van ingeleverde handelingsdelen en praktische opdrachten. Artikel 6 Het profielwerkstuk 1. Met betrekking tot het profielwerkstuk heeft de individuele leerling keuzemogelijkheden. Het profiel werkstuk heeft betrekking op één vak of meer vakken. Het vak of de vakken waarop het profielwerkstuk betrekking heeft maakt onderdeel uit van het gehele pakket of profiel van de leerling. Ten minste een van deze vakken is een zogenaamd groot vak (op havo heeft een groot vak een omvang van minimaal 320 studielasturen en op atheneum van minimaal 440 studielasturen). 2. Het profielwerkstuk wordt afzonderlijk beoordeeld met een cijfer dat wordt meegenomen bij de berekening van het combinatiecijfer. 3. De studielast van het profielwerkstuk bedraagt 80 studielasturen. 4. Bij het verstrekken van de opdracht voor het profielwerkstuk geeft de examinator het tijdstip aan waarop het profielwerkstuk uiterlijk moet zijn ingeleverd. 5. Het profielwerkstuk wordt de examinator persoonlijk ter hand gesteld. Bij diens afwezigheid wordt het persoonlijk overhandigd aan de afdelingsleider havo of atheneum. 6. De leerling dient een kopie van het ingeleverde profielwerkstuk en van de procesbeschrijving te bewaren. 7. De beoordelingscriteria voor profielwerkstukken zullen gelijktijdig met de opdracht door de examinator aan de kandidaten worden verstrekt. 8. Nadere bijzonderheden betreft het profielwerkstuk zijn opgenomen in de Handleiding profielwerkstuk. Artikel 7 Herkansingen 1. De herkansingsregeling heeft betrekking op de schriftelijke, mondelinge en luistertoetsen van het schoolexamen. 2. De herkansingsregeling is niet van toepassing op het vak culturele en kunstzinnige vorming en het vak lichamelijke opvoeding uit het gemeenschappelijk deel van elk profiel, alsmede de praktische opdrachten (waaronder de practica), het profielwerkstuk en de handelingsdelen. 3. Per toets mag nooit meer dan één herkansing worden gedaan Een leerling van 4 havo en 5 atheneum heeft 2 herkansingsrondes. De eerste herkansingsronde heeft betrekking op de toetsperiode I; de tweede herkansingsronde op de toetsperiode II. In beide herkansingsrondes mogen de leerlingen één toets herkansen, waarbij ze een keuze maken uit de herkansbare toetsen uit de betreffende periode. In de tweede herkansingsronde mogen de leerlingen een tweede toets Reglement PTA 5 havo en 6 atheneum eindexamen 2017 de GSG Leo Vroman pag. 6 van 17

8 herkansen indien de leerling op de peildatum van april de handelingen voor de vakken CKV, LO en Nederlands die volgens het PTA op dat moment afgerond moeten zijn naar behoren heeft afgelegd. Het aantal herkansingen in de tweede herkansingsperiode is dan maximaal twee. De leerlingen kunnen voor deze extra herkansing een keuze maken uit de herkansbare toetsen uit de tweede periode De peildatum voor de handelingen i.v.m. de extra herkansing voor de leerlingen van 4 havo en 5 atheneum wordt jaarlijks vastgesteld en is opgenomen in bijlage De leerlingen van 5 havo en 6 atheneum hebben 2 herkansingsrondes. De eerste herkansingsronde heeft betrekking op de toetsperiode I; de tweede herkansingsronde op de toetsperiodes II (luistertoetsen) en III. In beide herkansingsronden mogen de leerlingen twee toetsen herkansen, waarbij ze een keuze maken uit de herkansbare toetsen uit de betreffende perioden. 5. Herkansingen vinden plaats op de in deze regeling opgenomen data. 6. Het hoogste van de twee behaalde cijfers geldt als definitief. 7. In geval van geoorloofde absentie tijdens de toetsweken, als gevolg van ziekte of bijzondere omstandigheden, maakt de leerling de gemiste toets of toetsen in de eerstvolgende herkansingsperiode. Mondelinge toetsen van laatste toetsperiode van het examenjaar zijn hiervan uitgezonderd: deze toetsen worden z.s.m. ingehaald. Toetsen die worden ingehaald tijdens de herkansingsperiode, mogen niet meer worden herkanst. Zie ook artikel In geval van ongeoorloofde absentie is artikel 10 van toepassing In geval van bijzondere omstandigheden beslist de rector. 8. De herkansingen worden binnen drie dagen, nadat de leerlingen daartoe schriftelijk zijn uitgenodigd, eveneens schriftelijk door de kandidaat aangevraagd. Artikel 8 Verhindering 1. De ouder(s)/verzorger(s) van de kandidaat of de meerderjarige kandidaat, die door ziekte of een andere dwingende reden verhinderd is aan een onderdeel van het schoolexamen deel te nemen, stellen of stelt de betrokken afdelingsleider van de Tweede Fase zo vroeg mogelijk vóór aanvang van de betreffende toets in kennis van deze verhindering en van de reden daarvan. Deze melding dient schriftelijk bevestigd te worden. 2. Indien een kandidaat een onderdeel van het schoolexamen mist, moet hij dit onderdeel afleggen op het tijdstip waarop dit onderdeel wordt herkanst. Dit houdt derhalve in dat de kandidaat dit onderdeel niet meer kan herkansen. In bijzondere omstandigheden kan hiervan worden afgeweken. Zulks ter beoordeling aan de rector. 3. In afwijking van artikel 8 lid 2 worden mondelinge toetsen van laatste toetsperiode van het examenjaar z.s.m. ingehaald. Een dergelijke ingehaalde toets kan dus tijdens de herkansingsperiode worden herkanst. 4. Wanneer een kandidaat zich aan een onderdeel van het schoolexamen onttrekt of zonder geldige reden bij een onderdeel van het schoolexamen afwezig is, zijn de bepalingen van artikel 10 van toepassing Technische mankementen, zoals defecte printers en computers, gelden in principe niet als excuus voor het te laat inleveren van werk dat tot het schoolexamen behoort. De consequenties van te laat inleveren staan vermeld in de bijlage Praktische opdrachten Hetzelfde geldt bij afwezigheid als gevolg van ziekte op de dag dat werk behorende tot het schoolexamen moet worden ingeleverd In bijzondere gevallen kan hiervan worden afgeweken. Zulks ter beoordeling aan de rector. Artikel 9 Te laat komen en absentie Reglement PTA 5 havo en 6 atheneum eindexamen 2017 de GSG Leo Vroman pag. 7 van 17

9 1. Een leerling die te laat komt, kan tot uiterlijk 10 minuten na het tijdstip van aanvang van de toets worden toegelaten tot de ruimte waarin het schoolexamen wordt afgenomen. Het tijdstip waarop de toets eindigt, is voor deze kandidaat evenwel hetzelfde als voor de overige kandidaten. In afwijking van artikel 18, lid 2, van het Examenreglement openbaar voortgezet onderwijs wordt de kandidaat die te laat komt tijdens een luistertoets, niet meer tot de toets toegelaten. De leerling krijgt het cijfer 1. Op dit cijfer is de herkansingsregeling van toepassing. 2. In bijzondere gevallen kan van lid 1 worden afgeweken. Zulks ter beoordeling aan de rector. 3. In geval van ongeoorloofde absentie is artikel 10 van toepassing. Artikel 10 Onregelmatigheden 1. Indien een kandidaat zich ten aanzien van enig deel van het eindexamen dan wel ten aanzien van een aanspraak op vrijstelling aan enige onregelmatigheid schuldig maakt of heeft gemaakt, dan wel zonder geldige reden afwezig is, kan de rector maatregelen nemen. 2. De maatregelen, bedoeld in het eerste lid, die afhankelijk van de aard van de onregelmatigheid ook in combinatie met elkaar genomen kunnen worden, zijn: a. het toekennen van het cijfer 1 voor een toets van het schoolexamen of het centraal examen; b. het ontzeggen van de deelname of de verdere deelname aan één of meer toetsen van het schoolexamen of het centraal examen; c. het ongeldig verklaren van één of meer toetsen van het reeds afgelegde deel van het schoolexamen of het centraal examen; d. het bepalen dat het diploma en de cijferlijst slechts kunnen worden uitgereikt na een hernieuwd examen in door de rector aan te wijzen onderdelen. Indien het hernieuwd examen bedoeld in de vorige volzin betrekking heeft op één of meer onderdelen van het centraal examen legt de kandidaat dat examen af in een volgend tijdvak van het centraal examen. 3. Alvorens een beslissing ingevolge het tweede lid wordt genomen, hoort de rector de kandidaat welke zich door een door hem of haar aan te wijzen meerderjarige kan laten bijstaan. De rector deelt zijn beslissing mee aan de kandidaat, zo mogelijk mondeling en in ieder geval schriftelijk. 4. Het besluit waarbij een in het eerste lid bedoelde maatregel wordt genomen, wordt tegelijkertijd in afschrift toegezonden aan de inspectie, aan het bevoegd gezag en, indien de kandidaat minderjarig is, aan de wettelijke vertegenwoordigers van de kandidaat. 5. De kandidaat kan tegen een beslissing van de rector in beroep gaan bij de door het bevoegd gezag van de school ingestelde commissie van beroep. Van de commissie van beroep mag de rector van de school geen deel uitmaken. Het adres van voornoemde commissie luidt: Commissie van Beroep Eindexamen VO STOVOG Krugerlaan EJ GOUDA Postadres: Postbus BG Gouda In overeenstemming met artikel 30a van de wet wordt het beroep binnen drie dagen, nadat de beslissing van de rector aan de kandidaat is bekend gemaakt, schriftelijk ingesteld bij de commissie van beroep. De commissie stelt een onderzoek in en beslist binnen twee weken na ontvangst van het beroepsschrift, tenzij zij deze termijn gemotiveerd heeft verlengd met ten hoogste twee weken. De commissie stelt bij haar Reglement PTA 5 havo en 6 atheneum eindexamen 2017 de GSG Leo Vroman pag. 8 van 17

10 beslissing zo nodig vast op welke wijze de kandidaat alsnog in de gelegenheid zal worden gesteld het eindexamen geheel of gedeeltelijk af te leggen onverminderd het bepaalde in de laatste volzin van het tweede lid. De commissie deelt haar beslissing schriftelijk mede aan de kandidaat, alsmede aan de ouders, voogden of verzorgers van de kandidaat, indien deze minderjarig is, aan de rector, het bevoegd gezag en aan de inspectie. 6. Het in lid 1 en 2 gestelde is ook van toepassing op handelingsdelen, praktische opdrachten en het profielwerkstuk. Artikel 11 Het examendossier 1. Het schoolexamen voor het atheneum en het havo bestaat uit een examendossier. Het examendossier is het geheel van de onderdelen van het schoolexamen, zoals in het volgende lid is bepaald. 2. Het examendossier van de leerling wordt gevormd door: a. het Programma van Toetsing en Afsluiting; b. de examenplanning; c. een beoordelingsoverzicht, bestaande uit: de cijfers behaald voor de onderdelen van het schoolexamen, inclusief de herkansingen; de beoordeling van de vakken culturele en kunstzinnige vorming en lichamelijke opvoeding; de beoordeling van het profielwerkstuk; de beoordeling van de praktische opdrachten; de beoordeling ( afvinken ) van de handelingsdelen; d. de gemaakte toetsen, werkstukken en dossiers. 3. Het examendossier wordt als volgt beheerd: de leerling houdt het examendossier onder verantwoordelijkheid van de mentor bij; Artikel 12 Doubleren de decaan beheert het overzicht van de studielasturen per leerling; de afdelingsleider Tweede Fase of de examinator bewaart de gemaakte toetsen, praktische opdrachten, handelingsdelen en het profielwerkstuk tot het moment waarop de beoordeling definitief is geworden; Het toekomstdossier OVO wordt door de decaan beheerd. 1. Behoudens het gestelde in lid 4, 5, 7 en 8 doet een leerling, die is blijven zitten, afhankelijk van het jaar van doubleren, alle schriftelijke en mondelinge toetsen over, die in leerjaar van het havo of leerjaar 4 of 5 van het atheneum zijn afgenomen. 2. Behoudens het gestelde in lid 5, 7, 8 en 9 vervallen voor de leerling die doubleert, alle schoolexamencijfers behaald in het schooljaar van doubleren. 3. Leerlingen die in 4 havo of 4 atheneum of 5 atheneum doubleren, volgen alle vak- en begeleidingslessen volgens de geldende lessentabel, tenzij gebruik maken van de onder lid 5, 7 en 8 geboden mogelijkheid eindcijfers te laten staan. 4. Voor de leerling die in 5 atheneum doubleert, blijven de cijfers en beoordelingen van de toetsen, de praktische opdrachten en de handelingsdelen, die in leerjaar 4 tot stand zijn gekomen, staan. De cijfers en beoordelingen behaald in leerjaar 5, behoudens het gestelde in lid 7 en 8, zijn vervallen. 5. Een leerling die in 4 atheneum doubleert, mag, indien het behaalde eindcijfer 6 of hoger is, zelf beslissen of hij het vak ANW, waarvan het schoolexamen in leerjaar 4 is afgesloten, overdoet of niet. Indien de leerling ervoor kiest het eindcijfer te laten staan, dan dient hij dit vóór 15 oktober van het betreffende schooljaar schriftelijk te bevestigen. Indien hij het vak niet overdoet, dan blijft het in het eerste jaar behaalde eindcijfer staan. Indien hij het vak wel overdoet, dan komt het in het tweede jaar behaalde eindcijfer in plaats van het eerder behaalde eindcijfer. Reglement PTA 5 havo en 6 atheneum eindexamen 2017 de GSG Leo Vroman pag. 9 van 17

11 6. Een leerling die aan het einde van 4 atheneum niet wordt bevorderd en daarna overstapt naar 4 havo mag het vak ANW mits dit met een voldoende is afgerond - meenemen naar het havo. Het vak kan dan bij het eindexamen op de eindlijst worden vermeld. De individuele leerling die dit betreft, moet voordat de eindcijfers voor het Schoolexamen (SE) voor de start van het Centraal Eindexamen (CE) naar de inspectie gaan, aangeven of hij van deze mogelijkheid gebruik wil maken. Als de leerling hiertoe heeft besloten dan telt voor deze leerling het cijfer voor ANW mee in de bepaling van het zogenaamde combinatiecijfer. Deze situatie is dus afwijkend van hetgeen in de begrippenlijst aan het begin van dit reglement en in artikel 4 lid 3 over het combinatiecijfer is vermeld. 7. Een leerling die in 4 havo doubleert, mag, indien het behaalde eindcijfer 6 of hoger is, zelf beslissen of hij het vak maatschappijleer, waarvan het schoolexamen in leerjaar 4 is afgesloten, wel of niet overdoet. Indien de leerling ervoor kiest het eindcijfer te laten staan, dan dient hij dit vóór 15 oktober van het betreffende schooljaar schriftelijk te bevestigen. Indien de leerling het vak niet overdoet, dan blijft het in het eerste jaar behaalde eindcijfer staan. Indien de leerling het vak wel overdoet, dan komt het in het tweede jaar behaalde eindcijfer in plaats van het eerder behaalde eindexamencijfer. Voor het vak CKV geldt een overeenkomstige regeling, indien voor dit vak tenminste de eindbeoordeling voldoende (v) is behaald. 8. Een leerling die in 5 atheneum doubleert, mag, indien het behaalde eindcijfer 6 of hoger is, zelf beslissen of hij het vak maatschappijleer, waarvan het schoolexamen in leerjaar 5 is afgesloten, wel of niet overdoet. Indien de leerling ervoor kiest een of meer eindcijfers te laten staan, dan dient de leerling dit vóór 15 oktober van het betreffende schooljaar schriftelijk te bevestigen. Indien de leerling een vak niet overdoet, dan blijft het in het eerste jaar behaalde eindcijfer staan. Indien de leerling een vak wel overdoet, dan komt het in het tweede jaar behaalde eindcijfer in plaats van het eerder behaalde eindcijfer. Voor het vak CKV geldt een overeenkomstige regeling, indien voor dit vak tenminste de eindbeoordeling voldoende (v) is behaald. 9. Leerlingen die doubleren, hebben de keus beoordelingen van een 6,0 of hoger voor praktische opdrachten, die in het voorafgaande jaar zijn gemaakt te laten staan, indien de inhoud ervan overeenkomt met die van de praktische opdrachten van het PTA van het huidige schooljaar (dit ter beoordeling aan de betrokken examinator of vakdocent). Indien de leerling ervoor kiest cijfers te laten staan, dan dient hij dit vóór 15 oktober van het betreffende schooljaar schriftelijk te bevestigen. Praktische opdrachten met een beoordeling van 5,9 of lager, die in het voorafgaande jaar zijn gemaakt, moeten worden overgedaan. Indien de leerling nieuwe praktische opdrachten maakt, dan komen de in het tweede jaar behaalde cijfers in plaats van de eerder behaalde cijfers. Tekenopdrachten en de practica natuur- en scheikunde dienen altijd te worden overgedaan. 10. Indien de leerling besluit praktische opdrachten, zoals in lid 9 bedoeld, te laten staan, dan worden deze in principe meegeteld volgens de vakregelingen, zoals zij in het PTA van het lopende schooljaar zijn opgenomen. 11. Een leerling die besluit eindcijfers van afgesloten vakken of beoordelingen, zoals onder lid 8 vermeld, te laten staan, dient de vrijkomende studielasturen te besteden aan onderdelen waarin hij zwak is en/of aan een eventueel aanvullend programma. 12. Een leerling die doubleert in 4 atheneum, 5 atheneum of 4havo doet dient het vak lichamelijke opvoeding opnieuw te volgen. 13. Een leerling die doubleert in 4 atheneum, 5 atheneum of 4 havo mag naar behoren afgesloten handelingen van de vakken Nederlands en CKV laten staan, indien het eindcijfer (het cijfer op het eindrapport) in het voorgaande jaar voldoende was. 14. Indien er als gevolg van herverkaveling van leerstof tussen de leerjaren 4, 5 en 6 toetsen en praktische opdrachten zijn verschoven en/of veranderingen in de weging optreden, en hierdoor onduidelijkheid ontstaat, dan beslist de rector. Artikel 13 Herhalen van het laatste leerjaar 1. De kandidaten doen in alle gevallen het centraal examen in zijn geheel opnieuw. Reglement PTA 5 havo en 6 atheneum eindexamen 2017 de GSG Leo Vroman pag. 10 van 17

12 2. De cijfers en beoordelingen van toetsen, praktische opdrachten en handelingsdelen die in vooreindexamenklassen tot stand zijn gekomen, blijven staan. 3. Behoudens het gestelde in lid 5, 6, 7 en 9 doet de kandidaat alle schriftelijke, mondelinge en luistertoetsen van het schoolexamen in het examenjaar over. Hiertoe behoren ook de praktische opdrachten en het profielwerkstuk. De in het eerste examenjaar behaalde schoolexamencijfers en beoordelingen zijn dan ook vervallen, behoudens het gestelde in lid 5, 6, 7 en Gezakte kandidaten volgen de vak- en begeleidingslessen volgens de geldende lessentabel, tenzij zij gebruik maken van de onder lid 5 en 6 geboden mogelijkheden. 5. De gezakte kandidaat mag indien de beoordeling hiervoor 6,0 of hoger is - zelf beslissen of hij het profielwerkstuk al dan niet overdoet. Indien hij het niet overdoet, dan blijft de in het eerste jaar behaalde beoordeling staan. Indien hij het wel overdoet, dan komt de in het tweede jaar behaalde beoordeling in plaats van de eerder behaalde beoordeling. Indien de leerling ervoor kiest de beoordeling te laten staan, dan dient hij dit vóór 15 oktober van het betreffende schooljaar schriftelijk te bevestigen. In geval van overdoen, mag hij daarbij gebruik maken van het profielwerkstuk dat in het eerste jaar is gemaakt. 6. Praktische opdrachten, die in examenjaar zijn gemaakt, hoeven, voor zover de stof ervan overeenkomt met die van de praktische opdrachten opgenomen in het PTA van het daaropvolgende schooljaar, niet opnieuw te worden gedaan, indien het behaalde cijfer voor een praktische opdracht 6,0 of hoger is. Zulks ter keuze aan de leerling. Indien de leerling ervoor kiest cijfers te laten staan, dan dient hij dit vóór 15 oktober van het betreffende schooljaar schriftelijk te bevestigen. Indien hij deze opdrachten overdoet, dan komen de in het tweede jaar behaalde cijfers in plaats van de eerder behaalde cijfers. Tekenopdrachten en de practica voor natuurkunde en scheikunde dienen altijd te worden overgemaakt. 7. Indien de leerling besluit praktische opdrachten, zoals onder lid 7 bedoeld, te laten staan, dan worden deze meegeteld volgens de vakregelingen, zoals zij in het PTA van het lopende schooljaar zijn opgenomen. 8. Handelingsdelen behorende tot examenjaar dienen opnieuw naar behoren te worden afgelegd, indien het eindcijfer voor het betreffende vak onvoldoende was. Indien het eindcijfer voldoende was, kan de docent adviseren de handelingsdelen over te doen. 9. Gezakte leerlingen zijn verplicht lichamelijke opvoeding opnieuw te volgen en naar behoren af te sluiten. 10. Indien er als gevolg van herverkaveling van leerstof tussen het voorexamenjaar en het examenjaar, toetsen en praktische opdrachten zijn verschoven en/of veranderingen in de weging optreden, en hierdoor onduidelijkheid ontstaat, dan beslist de rector. Artikel 14 Examenruimtes Het is niet toegestaan in de examenruimtes zowel tijdens schoolexamens als het centraal examen - andere zaken mee naar de tafel te nemen dan de door dat examenonderdeel toegestane hulpmiddelen. Zie bijlage 1. Tassen en jassen, mobiele telefoons en andere communicatiemiddelen zijn derhalve niet toegestaan. Bij schoolexamens waarbij leerlingen zelf voor papier moeten zorgen, mag een leerling alleen een volledig onbeschreven schrijfblok bij zich hebben. In principe wordt tijdens SE-toetsen het papier door de school beschikbaar gesteld en uitgedeeld. Artikel 15 Schoolexamencijfers De schoolexamencijfers die zijn behaald in het jaar of de jaren, voorafgaande aan het examenjaar, worden pas rechtsgeldig op het moment dat de eindcijfers volgens artikel 2, lid 8, definitief zijn geworden en naar de inspectie zijn verzonden. Artikel 16 Reglement PTA 5 havo en 6 atheneum eindexamen 2017 de GSG Leo Vroman pag. 11 van 17

13 Deelname aan het centraal examen 1. De leerling dient het schoolexamen te hebben afgesloten vóór de aanvang van het eerste tijdvak van het centraal examen. 2. Dit betekent dat: a. de handelingdelen naar behoren moeten zijn afgelegd; b. alle schriftelijke en mondelinge toetsen, waaronder praktische opdrachten en luistertoetsen, gemaakt en beoordeeld dienen te zijn. 3. Indien de vakken culturele en kunstzinnige vorming en lichamelijke opvoeding niet als voldoende of goed zijn beoordeeld, wordt de leerling wel tot het centraal examen toegelaten. Hij is echter bij voorbaat gezakt. 4. Indien een kandidaat zich aan enige onregelmatigheid schuldig maakt of heeft gemaakt, kan onder meer besloten worden de kandidaat de deelname of verdere deelname aan één of meer toetsen van het centraal examen te ontzeggen. Zie artikel 10. Artikel 17 Afwijking wijze van examineren 1. De rector kan toestaan dat een gehandicapte kandidaat het examen geheel of gedeeltelijk aflegt op een wijze die is aangepast aan de mogelijkheden van die kandidaat. In dat geval bepaalt de rector de wijze waarop het examen zal worden afgelegd. Hij doet hiervan zo spoedig mogelijk mededeling aan de inspectie. Zie voor de nadere uitwerking het Examenreglement openbaar voortgezet onderwijs, artikel Het bevoegde gezag kan in verband met onvoldoende beheersing van de Nederlandse taal afwijken van de voorschriften gegeven bij of krachtens dit besluit, ten aanzien van een kandidaat die met inbegrip van het schooljaar waarin hij eindexamen aflegt, ten hoogste zes jaren onderwijs in Nederland heeft gevolgd en voor wie het Nederlands niet de moedertaal is. Zie voor de nadere uitwerking het Examenreglement openbaar voortgezet onderwijs, artikel 37. Artikel 18 Onvoorziene gevallen 1. In gevallen waarin dit PTA niet voorziet, beslist de rector na overleg met de afdelingsleider Tweede Fase, de betrokken examinator(en) en zo nodig de onderwijsinspectie. Reglement PTA 5 havo en 6 atheneum eindexamen 2017 de GSG Leo Vroman pag. 12 van 17

14 Bijlage 1 Overzicht van perioden, data van toetsen en herkansingen Voor 4 Atheneum (toetsen niet in de toets perioden) Voor een aantal vakken wordt een praktische opdracht gemaakt (welke in dit leerjaar meetelt als voortgangstoets en vanaf klas 5 atheneum onderdeel uitmaakt van het examendossier) en zijn er voor de vakken Nederlands, CKV en lichamelijke opvoeding handelingsdelen. De toetsperiodes: Voor 4 havo en 5 atheneum: Periode 1: 7 november t/m 15 november 2016 Herkansing 1: maandag 16 januari 2017 Periode 2: 13 maart t/m 17 maart 2017 (uitloop t/m 20 maart 2017) Herkansing 2: woensdag 19 t/m vrijdag 21 april 2017 Voor 5 havo en 6 atheneum: Periode 1: 7 november t/m 15 november 2016 Herkansing 1: maandag 16 januari en dinsdag 17 januari 2017 Luistertoetsen: in week 4 van 2017 luistertoetsen voor Frans, Duits en Engels Periode 2: 13 maart t/m 17 maart 2017 (uitloop t/m 20 maart 2017) Herkansingen 2: maandag 3 april t/m woensdag 5 april 2017 Zie voor het aantal herkansingsmogelijkheden de herkansingsregeling (PTA reglement, art. 7). De peildatum voor de handelingen i.v.m. de mogelijkheid van een extra herkansing voor leerlingen van 4 havo en 5 atheneum (zie de herkansingsregeling in artikel 7 van het PTA reglement) is voor het schooljaar gesteld op 10 april Reglement PTA 5 havo en 6 atheneum eindexamen 2017 de GSG Leo Vroman pag. 13 van 17

15 Bijlage 2 Toegestane hulpmiddelen bij het centraal examen De toegestane hulpmiddelen worden verdeeld in: 1. Het basispakket Bij het centraal examen zijn bij ieder vak toegestaan: schrijfmaterialen, inclusief millimeterpapier een woordenboek der Nederlandse taal tekenpotlood blauw en rood kleurpotlood liniaal met millimeterverdeling passer geometrische driehoek vlakgum een gewone elektronische rekenmachine (In de nadere bepalingen staan de specificaties waaraan een gewone rekenmachine moet voldoen) woordenboek Nederlands Dit basispakket (behalve het papier) dient de leerling zelf mee te nemen naar het examen en kan bij ieder examen nodig zijn. 2. De vakspecifieke hulpmiddelen Jaarlijks publiceert het ministerie de lijst van toegestane hulpmiddelen. Deze lijst wordt opgenomen in het zogenaamde examenboekje. Reglement PTA 5 havo en 6 atheneum eindexamen 2017 de GSG Leo Vroman pag. 14 van 17

16 Bijlage 3 Regeling praktische opdrachten 1. Bij het verstrekken van een praktische opdracht, geeft de docent het tijdstip aan waarop de opdracht uiterlijk moet zijn ingeleverd. 2. Daaraan voorafgaand houdt de docent voortgangscontrole(s). 3. De beoordelingscriteria voor praktische opdrachten zullen tegelijk met de opdracht door de docent aan de leerlingen worden verstrekt. 4. Overschrijding van het tijdstip van inleveren betekent het volgende: De punten die worden toegekend voor het proces en de planning worden in mindering gebracht. De examinator brengt de afdelingsleider Tweede Fase hiervan op de hoogte op de dag waarop de praktische opdracht ingeleverd had moeten zijn. Indien de leerling vervolgens nalaat het werk binnen 5 schooldagen in te leveren, zijn de bepalingen van artikel 5 van het Examenreglement Openbaar Voortgezet Onderwijs van toepassing. 5. Praktische opdrachten zijn niet herkansbaar. 6. Praktische opdrachten worden de docent persoonlijk ter hand gesteld. 7. Bij onverwachte afwezigheid (bijv. ziekte) van de docent worden praktische opdrachten ingeleverd bij de afdelingsleider Tweede Fase. 8. De leerling zorgt ervoor dat hij beschikt over kopieën van de praktische opdrachten. 9. Indien de kandidaat aantoonbaar werk van een ander heeft ingeleverd, is artikel 10 van toepassing. Tot werk van een ander worden onder meer kopieën van internetteksten gerekend. Beoordeling praktische opdrachten Voor de beoordeling van de praktische opdrachten wordt gebruik gemaakt van vaststaande beoordelingscriteria. Op het beoordelingsformulier wordt onderscheid gemaakt tussen inhoud, proces en planning en vorm. Elk van deze drie aspecten wordt in meerdere beoordelingscriteria onderverdeeld. Per opdracht kunnen verfijningen worden toegepast: uitbreiding en beperking. De maximale totaal score voor een praktische opdracht is 100, de startscore is 10. Aan elk criterium (bijv. vakinhoud, informatievaardigheden enz.) binnen de aspecten wordt een maximumscore toegekend. Deze deelscores kunnen naar gelang van de opdracht verschillen, maar worden altijd vooraf aan de leerling bekend gemaakt. Het door de leerling doorlopen proces wordt, voor zover relevant, door de leerling zelf gedocumenteerd (onderwerpskeuze, vraagstelling, verrichte werkzaamheden, geraadpleegde literatuur e.d.). Dit wordt in de beoordeling betrokken. Voor schriftelijke en mondelinge praktische opdrachten worden dezelfde criteria gebruikt, afgezien van het vormaspect. Reglement PTA 5 havo en 6 atheneum eindexamen 2017 de GSG Leo Vroman pag. 15 van 17

17 Bijlage 4 Slaag-/zakregeling eindexamen De slaag-/zakregeling voor havo en atheneum zijn te allen tijde op de website te vinden. Reglement PTA 5 havo en 6 atheneum eindexamen 2017 de GSG Leo Vroman pag. 16 van 17