>>> Mobiliteitsonderzoek
|
|
- Sebastiaan van der Horst
- 9 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 >>> Mobiliteitsonderzoek >>> Column Te complex Op Prinsjesdag stuurde Eric Wiebes, onze Staatssecretaris van Financiën, een brief naar de Tweede Kamer met als onderwerp Keuzes voor een beter belastingstelsel. Daarin ondermeer aandacht voor de autobelastingen. Het is, volgens de brief, een van de meest complexe belastingsystemen ter wereld. Een andere conclusie is dat de jaarlijkse veranderingen in dit systeem voor de Belastingdienst bijna niet meer uitvoerbaar zijn! Dat is toch van de zotte! Tijd voor verandering, schrijft Wiebes. Het stelsel van autobelastingen in het algemeen en de duurzaamheidsprikkels in het bijzonder, moeten worden ingericht op een meer massale doorbraak van elektrische en zeer zuinige voertuigen. Ik mag het hopen. Er zijn landen die hun autobelastingen in combinatie met elektrisch rijden wel op orde hebben. Zo was ik met mijn gezin dit jaar op vakantie in Noorwegen. Nu rijden er in Nederland al redelijk wat Tesla s rond, in Noorwegen kom je ze letterlijk op elke straathoek tegen. Om niet te spreken van de nog grotere aantallen Nissan Leaf s, Volkswagen E- Upjes, E-Golf s en BMW-i3 s. En Plug-in hybrids? Niet gezien, niet één! Daarnaast is de tolheffing op de wegen door de Noren goed geregeld. We hebben gedurende drie weken ruim km in dit mooie, maar dure land rondgereden en waren ongeveer 50 euro kwijt aan tolgelden. Gewoon geïnd via camera s, kenteken en creditcard. Met de huidige IT-technologie moet zo n systeem toch ook in Nederland eenvoudig te realiseren zijn? Daarom beste Wiebes, ga eens kijken in Noorwegen, zonder weer met een nieuw complex autobelastingsysteem te komen. Daar zit niemand op te wachten! Mobiliteitsonderzoek Fleet Profile Focus op kosten Afgelopen zomer hield Fleet Profile in samenwerking met het vakblad Zakenauto een mobiliteitsonderzoek. In totaal werden 199 interviews afgerond bij personen verantwoordelijk voor het wagenparkbeheer binnen hun organisatie. Wat speelt er bij de wagenparkbeheerder anno 2014 en met welke mobiliteitsvraagstukken is hij/zij bezig? Voor een elftal aspecten die kunnen spelen rondom wagenparkbeheer is gekeken welk belang hier aan wordt toegekend door de geïnterviewde fleet verantwoordelijke personen (figuur 1). Elk aspect kon worden gescoord op een vierpuntschaal. Daaruit blijkt dat het maandbedrag leasebudget als belangrijkste wordt gezien. Voor 50% van de respondenten was dit aspect zeer belangrijk, voor nog eens 35% van de respondenten was dit aspect belangrijk. Op basis van de belangscore die kan worden berekend is het brandstofverbruik het op één na belangrijkste aspect met betrekking tot wagenparkbeheer. Duidelijk gepercipieerd als minst belangrijk betreft het aspect Shortlease, in totaal geeft 52% van de geïnterviewde respondenten aan dat dit aspect onbelangrijk voor ze is. Voor een zevental aspecten is in kaart gebracht hoe actueel deze zijn voor de fleet verantwoordelijke personen (figuur 2). Terwijl zaken als mobiliteitskaarten, carsharing en het gebruik van openbaar vervoer juist op veel belangstelling mogen rekeningen in de media en bij diverse leasebedrijven, scoren juist deze onderwerpen laag bij de actualiteit van mobiliteitsvraagstukken. Op een vierpuntschaal van Niet actueel tot Zeer actueel scoort het onderwerp CO2 reductie juist het hoogst. Ook hier geldt dat dit aspect een hogere actualiteitsscore ontvangt bij bedrij Paul Quaedvlieg Hoofdredacteur Zakenauto p.quaedvlieg@eisma.nl Figuur oktober 2014 nr. 1
2 en Zakenauto en milieu ven met een groot wagenpark (50+) dan bij de kleinere wagenparken. Het aspect dat op dit moment het minst resoneert bij de respondenten betreft Carsharing. Daarbij geldt dat dit aspect vrijwel dezelfde score ontvangt bij bedrijven met kleine, middel en grote wagenparken. Universeel, dealer of captive Leasen kan op meerdere manieren, zoals bijvoorbeeld de universele leasemaatschappij, de lokale dealer of een captive leasemaatschappij (merkgebonden). De universele leasemaatschappij is het meest gebruikte kanaal bij het leasen van de voertuigen met geel kenteken (zie figuur 3). Ongeveer 9 van de 10 respondenten geeft aan dat een of meer voertuigen op deze bedrijven onder contract staan. Leasing via een (lokale) dealermaatschappij gebeurt bij ongeveer 1 op de 5 respondenten. Een captive leasemaatschappij wordt door 1 op de 10 respondenten gebruikt. Omdat een bedrijf via meerdere kanalen voertuigen kan leasen tellen de percentages per segment niet op tot 100% maar kunnen hoger liggen. Sommige bedrijven geven aan hun leaserijders een shortlist qua keuze en merk als ze toe zijn aan een nieuwe leaseauto (figuur 4). Echter is het beperken van de keuze in merken geen gemeengoed bij de geïnterviewde locaties. Ruim 70% van de bedrijven geeft aan geen shortlist te hanteren bij het kiezen van lease voertuigen. Samenstellig wagenpark Kijken we naar de samenstelling van de wagenparken, dan zien we dat het grootste deel van de respondenten, namelijk 43%, aangeeft dat het wagenpark in de categorie 10 tot 49 auto s met geelkenteken valt (figuur 5). Ongeveer 26% van de respondenten heeft minder dan 10 auto s met een geel kenteken in het wagenpark, de resterende 31% heeft een wagenpark van 50 of meer auto s. Daarbij is ruim driekwart van het wagenpark in beheer bij de 199 respondenten geleased (figuur 6). Bij een groter wagenpark neemt het percentage voertuigen dat wordt geleased toe. Zijn er meer dan 50 auto s met geel kenteken, dan bedraagt het aandeel lease 85%. Figuur 3 Figuur 4 Figuur 5 >>> Mobiliteitsonderzoek Figuur 2 Figuur 6 Vakblad voor Ondernemers en Wagenparkbeheerders 5
3 >>> Mobiliteitsonderzoek Figuur 7 Figuur 8 Figuur 9 Over Fleet Profile Fleet Profile is een direct marketing organisatie die zich specifiek richt op de fleet- en leasemarkt in de Benelux. De Fleet Profile Database bevat de TOP organisaties en instellingen in de Benelux. Fleet Profile verrijkt dit bestand met informatie over het wagenpark, waaronder omvang, merken en merkenbeleid (Shortlist), type financiering en brandstofpassen. De kwaliteit van de data wordt gewaarborgd door een intensief en continu update programma. Voor het verzamelen en valideren van de informatie maakt Fleet Profile gebruik van haar eigen call centers in Breda en Zaventem. Kijken we naar de gemiddelde catalogusprijs van de wagenparken, dan zien we dat bijna twee derde van de auto s een catalogusprijs heeft van tussen de en euro (figuur 7). Iets minder dan een kwart van de auto s met geel kenteken kent een aanschafprijs boven de euro. Voertuigen onder de euro komen vrijwel niet voor in het totale wagenpark van de respondenten. Bijtelling Fiscaliteit is een belangrijk aspect bij het tot stand komen van een wagenpark. Anno 2014 valt ongeveer 8% van de voertuigen binnen de onderzochte doelgroep in het laagste bijtellingssegment (figuur 8). De overige voertuigen kennen een redelijk gelijkmatige verdeling naar de klassen 14%, 20% en 25% bijtelling. Zoals blijkt heeft de omvang van het wagenpark geen grote invloed op de samenstelling naar fiscaliteit tot gevolg. Bedrijven met een groter wagenpark zijn duidelijk al beter voorzien van de infrastructuur ter ondersteuning van hybride en elektrische voertuigen dan de bedrijven met een kleiner wagenpark. Zijn er 50 of meer auto s aanwezig, dan is er in 61% van de gevallen al een oplaadvoorziening aanwezig (figuur 9). Dat is bijna drie keer zoveel als bij wagenparken onder de 10 voertuigen. Het percentage respondenten dat aangeeft laadpunten op de planning te hebben staan ligt opmerkelijk genoeg voor de verschillende segmenten vrijwel gelijk. Privégebruik en beperkingen Veel privékilometers met een leaseauto raken een bedrijf direct qua kosten. Bij 8% van de respondenten mogen de voertuigen niet voor privé doeleinden worden gebruikt. Dat is met name bij wat kleinere wagenparken, tot 10 voertuigen, het geval (16%). Zijn er 10 tot 50 auto s dan geeft 6 procent aan dat er geen privé gebruik is toegestaan. Bij bedrijven met een wagenpark van 50 of meer voertuigen ligt dit percentage op 3. Kijkend naar het totale wagenpark dan wordt ongeveer een kwart van de auto s met geel kenteken niet in de privésfeer gebruikt. Bij die bedrijven waar privé gebruik van auto s met geel kenteken is toegestaan gelden in 28% van de gevallen wel beperkingen ten aanzien van het aantal kilometers dat privé mag worden gereden. Als er een maximum aan de privé kilometers wordt gesteld dan is dat in de meeste gevallen een km limiet. Ook kwam het gebruik van Track & Trace systemen (zogenaamde black boxen) aan bod. Dit soort systemen zijn in gebruik bij een kwart van de bedrijven. Is het wagenpark groter dan 50 voertuigen, dan ligt het gebruik van Track & Trace op 39% van de bedrijven. Bij 10 tot 50 voertuigen is dat 23% terwijl bij locaties met minder dan 10 voertuigen slechts 10% van de locaties aangeeft dergelijke systemen toe te passen. Trending topics Dit eerste mobiliteitsonderzoek, een samenwerking tussen Fleet Profile en het vakblad Zakenauto, geeft een goed beeld van wat er speelt bij de wagenparkbeheerders in Nederland. Aangezien dit een eerste onderzoek betreft kunnen we niet direct conclusies trekken qua ontwikkelingen en trends. Wel geeft het een goede indicatie dat de meeste bedrijven vooral bezig zijn met kostenbeheersing en de MVO-gedachte. Onderwerpen die niet alleen betrekking hebben op het wagenpark, maar vaak van weerslag zijn op een compleet bedrijf. Zeker nu de economie langzaam uit het dal klimt, blijft de druk op kosten van belang. Dus wordt er met nadruk gekeken naar de leasebudgetten en de brandstofkosten. Dit zijn zaken waar de ondernemer namelijk meteen zijn winst kan behalen. 6 oktober 2014 nr. 1
Samenmogelijkmaken. Onderzoeknaardemotivaties vancrowdfundersinnederland. PetervandenAkker,RonaldKleverlaan, GijsbertKorenenKoenvanVliet
Samenmogelijkmaken Onderzoeknaardemotivaties vancrowdfundersinnederland PetervandenAkker,RonaldKleverlaan, GijsbertKorenenKoenvanVliet Op dit werk is de volgende Creative Commons licentie van toepassing:
Nadere informatieAls wachten te lang duurt
VROM-Inspectie Regio Noord Overheden Als wachten te lang duurt Urgentie in de sociale huursector Hoofdrapport onderzoeksrapportage Cascadeplein 10 Postbus 30020 9700 RM Groningen Telefoon 050-5992700 Fax
Nadere informatieM201109. MVO-ambities in het MKB
M201109 MVO-ambities in het MKB Coen Bertens Christi Veldhuis-Van Essen Johan Snoei Zoetermeer, juni 2011 2 Dit onderzoek is mogelijk gemaakt door het Onderzoeksprogramma Ondernemerschap en MKB van het
Nadere informatieStimuleren van leesbevordering op de BSO
STAND VAN ZAKEN 2013 Deze publicatie is uitsluitend te downloaden via www.lezen.nl STAND VAN ZAKEN 2013 Colofon Nieuwe Prinsengracht 89 1018 VR Amsterdam 020-6230566 www.lezen.nl info@lezen.nl Vormgeving
Nadere informatieGedragsonderzoek rijden op groen gas/aardgas
Gedragsonderzoek rijden op groen gas/aardgas kwalitatieve studie naar percepties van wagenparkbeheerders Gedragsonderzoek rijden op groen gas/aardgas Kwalitatieve studie naar percepties van wagenparkbeheerders
Nadere informatiein opdracht van Gehandicaptensport Nederland
in opdracht van Gehandicaptensport Nederland W.J.H. Mulier Instituut s-hertogenbosch, september 2010 instituut - centrum voor sociaal-wetenschappelijk sportonderzoek W.J.H. Mulier Instituut Centrum voor
Nadere informatieCompensatie na geweld
Compensatie na geweld Wie krijgen er een vergoeding van het Schadefonds Geweldsmisdrijven en wat zijn de effecten van zo n financiële vergoeding? Door Drs. J.D.W.E. Mulder José Mulder is als promovenda
Nadere informatieToezicht op herbeoordelingen door banken van rentederivaten bij het nietprofessionele
Rapportage rentederivatendienstverlening aan het MKB Toezicht op herbeoordelingen door banken van rentederivaten bij het nietprofessionele MKB Maart 2015 3333 Autoriteit Financiële Markten De AFM bevordert
Nadere informatieWat hoort er in het basispakket volgens verzekerden?
Dit rapport is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen worden gebruikt met bronvermelding. Wat hoort er in het basispakket volgens verzekerden? Romy Bes Emiel Kerpershoek Anne Brabers Margreet Reitsma-van
Nadere informatieDe markt voor dienstverlening aan huis : onderzoek naar vraag- en. aanbodzijde. Conclusie
Opdrachtgever SZW De markt voor dienstverlening aan huis : onderzoek naar vraag- en aanbodzijde Opdrachtnemer Panteia / S. de Visser, F. Volker, R. Hoevenagel, A. Witkamp, M. Engelen Onderzoek De markt
Nadere informatieSociale (wijk)teams in vogelvlucht
Sociale (wijk)teams in vogelvlucht State of the art najaar 2014 Auteur(s) Datum Movisie Silke van Arum en Rosanna Schoorl Utrecht, februari 2015 Movisie: kennis en aanpak van sociale vraagstukken Movisie
Nadere informatieVrouwen op agrarische bedrijven: actief en betrokken. Harold van der Meulen, Ilse Matser, Chantal Remery, Ida Terluin, Jelle Bouma en Jakob Jager
Vrouwen op agrarische bedrijven: actief en betrokken Harold van der Meulen, Ilse Matser, Chantal Remery, Ida Terluin, Jelle Bouma en Jakob Jager Vrouwen op agrarische bedrijven: actief en betrokken Harold
Nadere informatieOuders over hun positie in Passend Onderwijs
Ouders over hun positie in Passend Onderwijs Ouders over hun positie in Passend Onderwijs Opdrachtgever: POLSO Utrecht, februari 2009 Oberon Postbus 1423 3500 BK Utrecht tel. 030-2306090 fax 030-2306080
Nadere informatieParticipatie in zicht
Participatie in zicht Gemeenten, jeugdigen, ouders en jeugdzorgcliënten in de transitie jeugdzorg 2013 Renske van der Gaag Rob Gilsing Jodi Mak Participatie in zicht Gemeenten, jeugdigen, ouders en jeugdzorgcliënten
Nadere informatieOmgaan met armoede. Frontliniewerkers aan het woord. Auteur(s) Datum Movisie
Omgaan met armoede Frontliniewerkers aan het woord Auteur(s) Datum Movisie Bard Briels & Barbara Panhuijzen Utrecht, april 2015 1 Movisie: kennis en aanpak van sociale vraagstukken Movisie is het landelijke
Nadere informatieArbozorg in Nederland. datum september 2013
Arbozorg in Nederland datum september 2013 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Naleving van de arbozorgverplichtingen 3 3 Werking van de RI&E 5 4 Werking van de preventiemedewerker 6 5 De effecten van de RI&E 7 6 Preventie
Nadere informatieStructuur in de markt. Structuuronderzoek ambulante handel
Structuur in de markt Structuuronderzoek ambulante handel Structuur in de markt Structuuronderzoek ambulante handel 2011 Structuur in de markt Structuuronderzoek ambulante handel 2011 Structuur in de markt
Nadere informatieDe voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA 's GRAVENHAGE
> Retouradres Postbus 20201 2500 EE Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA 's GRAVENHAGE Korte Voorhout 7 2511 CW Den Haag Postbus 20201 2500 EE Den Haag www.rijksoverheid.nl
Nadere informatieVoor wat hoort wat. Een beschrijving van de uitvoering van de tegenprestatie naar vermogen door gemeenten
Voor wat hoort wat Een beschrijving van de uitvoering van de tegenprestatie naar vermogen door gemeenten Colofon Programma Programma B Projectnaam Tegenprestatie WWB Versie 19 september 2013 Pagina 2 van
Nadere informatieVan evalueren kun je leren
Van evalueren kun je leren Voorwoord Wie zich bezighoudt met cliëntenparticipatie doet er goed aan om van tijd tot tijd stil te staan bij de praktijk van dat moment. Cliëntenparticipatie is niet iets wat
Nadere informatieVraag het de VMBO er! Snuffelonderzoek naar VMBO vanuit leerling-perspectief. Januari 2011 P.S. Onderzoek Nijmegen
Vraag het de VMBO er! Snuffelonderzoek naar VMBO vanuit leerling-perspectief Januari 2011 P.S. Onderzoek Nijmegen Opdrachtgever LAKS Contactpersonen: Chanine Drijver en Anne Hertman Opdrachtnemer P.S.
Nadere informatieWie zwemt er tegenwoordig? Tien. Zwemvaardigheid. punten C0 M48 Y95 K0 C100 M88 Y0 K5
Wie zwemt er tegenwoordig? Verbetering Zwemvaardigheid 2006-2009 Tien punten C0 M48 Y95 K0 C100 M88 Y0 K5 Wie zwemt er tegenwoordig? Een beschrijving van actueel zwemgedrag en de attitude over zwemmen
Nadere informatieOnderzoek in opdracht van EP-Nuffic Steffie Hampsink Carlijn Braam
Wel of niet naar het buitenland? Het dilemma van de scholier. Motieven, ondersteuning en informatiebehoefte van scholieren bij hun voorbereiding om naar het buitenland te gaan voor studie of tussenjaar
Nadere informatieKINDEREN IN ARMOEDE IN NEDERLAND
KINDEREN IN ARMOEDE IN NEDERLAND Datum: 25 juni 2013 Rapportnummer: KOM4/2013 Kinderen in armoede in Nederland Verwey-Jonker Instituut Majone Steketee Trudi Nederland Jodi Mak Renske van der Gaag Maxine
Nadere informatieHOE THUISZORGORGANISATIES SAMENWERKING ORGANISEREN: VISIES, PRAKTIJKEN EN DILEMMA S
HOE THUISZORGORGANISATIES SAMENWERKING ORGANISEREN: VISIES, PRAKTIJKEN EN DILEMMA S Rapportage over de samenwerking van thuiszorgmedewerkers met mantelzorgers en andere organisaties Marieke van Wieringen
Nadere informatieDit rapport is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen worden gebruikt met bronvermelding.
Dit rapport is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen worden gebruikt met bronvermelding. Zelfmanagement vanuit het perspectief van mensen met astma of COPD D. Baan M. Heijmans P. Spreeuwenberg M.
Nadere informatieEen vergelijking van de Werktop-aanpak met de aanpak in de gemeente Assen
Bijlage III Een vergelijking van de Werktop-aanpak met de aanpak in de gemeente Assen 1 Inleiding In deze bijlage kijken we in de spiegel van Assen. De gemeente Assen heeft namelijk, samen met aangrenzende
Nadere informatieLet s do something drastic today.
Voorwoord Let s do something drastic today. Dat is niet de motivatie wanneer je als organisatie met een mobiliteitsbudget ervaring wilt opdoen, maar wellicht wel een belemmerende gedachte in het achterhoofd.
Nadere informatieHet CJG, de oplossing voor de jeugdzorg? De invloed van vertrouwen en samenwerking op de organisaties binnen het Centrum voor Jeugd en Gezin.
Het CJG, de oplossing voor de jeugdzorg? De invloed van vertrouwen en samenwerking op de organisaties binnen het Centrum voor Jeugd en Gezin. Auteur: Eva Geesing 2 Het CJG, de oplossing voor de jeugdzorg?
Nadere informatieKosten per student. Methodologie, schattingen en een internationale vergelijking. Ben Jongbloed Carlo Salerno Frans Kaiser. Enschede.
Kosten per student Methodologie, schattingen en een internationale vergelijking Ben Jongbloed Carlo Salerno Frans Kaiser Enschede Juni 2003 Kenmerk: C3BJ227 Center for Higher Education Policy Studies (CHEPS)
Nadere informatie