Beste klant, Wij feliciteren en bedanken u dat u voor een Fiat Professional hebt gekozen. Wij hebben dit boekje opgesteld om u te helpen alle
|
|
- Quinten Jansen
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 F I A T T A L E N T O G E B R U I K E N O N D E R H O U D
2
3 Beste klant, Wij feliciteren en bedanken u dat u voor een Fiat Professional hebt gekozen. Wij hebben dit boekje opgesteld om u te helpen alle kenmerken van dit voertuig te leren kennen en het op de beste manier te gebruiken. Dit boekje bevat informatie, adviezen en belangrijke waarschuwingen voor een juist gebruik van het voertuig, zodat u het beste uit de technologische eigenschappen van uw Fiat Talento kunt halen. Het wordt geadviseerd het eerst helemaal te lezen voordat u voor de eerste keer de weg op gaat, om bekend te raken met de bedieningselementen en met name die elementen die betrekking hebben op de remmen, stuurinrichting en versnellingsbak, tegelijkertijd kunt u het gedrag van het voertuig op verschillende wegdekken begrijpen. In dit document vindt u een beschrijving van de speciale kenmerken en tips, evenals essentiële informatie over veilig rijden, onderhoud van en zorg voor uw Fiat Talento. In het bijgevoegde Garantieboekje vindt u ook een beschrijving van de Diensten die Fiat haar klanten biedt, het Garantiecertificaat en de details van de voorwaarden om de geldigheid ervan te behouden. Wij zijn ervan overtuigd dat u met behulp van deze middelen spoedig vertrouwd zult raken met uw nieuwe voertuig en de service van de mensen bij Fiat Professional zult waarderen. Veel leesplezier gewenst.... en goede reis!
4 AANDACHTIG LEZEN TANKEN Tank uitsluitend diesel voor motorvoertuigen die aan de Europese norm EN590 voldoet. Het gebruik van andere producten of mengsels kan de motor onherstelbaar beschadigen en derhalve de garantie, door de veroorzaakte schade, ongeldig maken. DE MOTOR STARTEN Controleer of de handrem is aangetrokken, zet de versnelling in de vrijstand, trap het koppelingspedaal volledig in zonder het gaspedaal in te trappen, draai de contactsleutel naar de stand AVV en laat hem los zodra de motor start. Bij uitvoeringen met een elektronische sleutel, start de motor zodra de knop op de startinrichting wordt ingedrukt. PARKEREN BOVEN BRANDBAAR MATERIAAL De katalysator ontwikkelt tijdens zijn werking zeer hoge temperaturen. Parkeer het voertuig dus niet boven gras, dennennaalden of ander ontvlambaar materiaal: brandgevaar. MILIEUBESCHERMING Het voertuig is uitgerust met een systeem dat een continue diagnose van de componenten verbonden aan de uitlaatgassen mogelijk maakt om een betere milieubescherming te waarborgen. AANVULLENDE ELEKTRISCHE APPARATEN Als u na de aankoop van het voertuig accessoires wilt installeren die een elektrische voeding vereisen (met het risico dat de accu geleidelijke aan leeg loopt), wend u dan tot het Fiat Servicenetwerk om de volledige stroomopname te laten beoordelen en te laten verifiëren of de installatie van uw voertuig de vereiste belasting aan kan. GEPROGRAMMEERD ONDERHOUD Correct onderhoud zorgt ervoor dat de prestaties van het voertuig en de veiligheidskenmerken, de bescherming van het milieu en lage gebruikskosten ook na verloop van tijd behouden blijven.
5 GEBRUIK VAN DE HANDLEIDING OPERATIONELE AANWIJZINGEN Elke keer dat richtingaanwijzingen worden gegeven die aan het voertuig zijn verbonden (links/rechts of vooruit/achteruit), dienen deze te worden gezien vanuit de positie van een persoon die op de bestuurdersplek is gezeten. Situaties die van deze aanwijzing afwijken, zullen op passende wijze in de tekst worden aangegeven. De afbeeldingen in het handboek hebben slechts een aanduidende functie: dit kan inhouden dat bepaalde details van een afbeelding niet met uw voertuig overeenstemmen. Het handboek is opgesteld voor voertuigen met het stuur links. Het kan daarom zijn dat bepaalde bedieningen in het geval van voertuigen met het stuur rechts op een andere plaats zijn aangebracht of anders zijn gemaakt dan in de exact gespiegelde weergave het geval zou zijn. U kunt de alfabetische index aan het einde van dit handboek raadplegen om het hoofdstuk met de gewenste informatie op te sporen. De hoofdstukken kunnen snel worden herkend dankzij een specifieke grafische tab op elke oneven bladzijde. Een aantal bladzijden verderop vindt u een legenda die u kunt gebruiken om bekend te raken met de volgorde van de hoofdstukken en de aanverwante symbolen op de tabs. Aan de zijde van elke even bladzijde is hoe dan ook een tekstuele aanduiding van het hoofdstuk aangebracht.
6 VOORZORGSMAATREGELEN EN WAARSCHUWINGEN Dit handboek bevat een reeks WAARSCHUWINGEN die voorkomen dat u procedures verricht die schade aan uw voertuig kunnen veroorzaken. Bovendien worden VOORZORGSMAATREGELEN gegeven die nauwgezet moeten worden nageleefd om een verkeerd gebruik van de componenten van het voertuig te voorkomen, waardoor ongevallen of letsel kunnen worden veroorzaakt. Het wordt daarom aanbevolen om de aanbevelingen van de VOORZORGSMAATREGELEN en de WAARSCHUWINGEN na te leven. De VOORZORGSMAATREGELEN en de WAARSCHUWINGEN worden in de tekst opgeroepen met de symbolen: voor de veiligheid van personen; voor de intactheid van het voertuig; voor de bescherming van het milieu. 4 OPMERKING Wanneer nodig worden deze symbolen naast de titel of aan het einde van de alinea weergegeven en worden ze door een nummer gevolgd. Dit nummer verwijst naar de overeenkomstige waarschuwing aan het einde van het desbetreffende deel. LET OP In dit handboek worden alle versies van de Fiat Talento beschreven. Optionele inhoud, uitrustingen voor specifieke markten of bijzondere versies worden niet specifiek in de tekst vermeld: neem daarom uitsluitend de informatie verbonden aan de uitrusting, de aandrijving en de versie van het voertuig dat u gekocht heeft in beschouwing. Eventuele inhoud die tijdens het productieleven van het model wordt toegevoegd, maar die niet is verbonden aan de uitdrukkelijke aanvraag voor optionele inhoud ten tijde van de aankoop, zal worden aangegeven met (voor versies/markten, waar voorzien). De inhoud van deze uitgave is erop gericht om u te begeleiden bij een correct gebruik van het voertuig. FCA Italy S.p.A. is verwikkeld in een continu verbeteringsproces van de geproduceerde voertuigen. Daarom wordt het recht voorbehouden om wegens commerciële en/of technische redenen wijzigingen aan het beschreven model te verrichten. Neem voor meer informatie contact op met het Fiat Servicenetwerk. SYMBOLEN Sommige onderdelen van het voertuig zijn voorzien van gekleurde plaatjes met daarop symbolen die de voorzorgsmaatregelen aangeven die in acht genomen moeten worden wanneer het betreffende onderdeel wordt gebruikt. Bovendien is onder de motorkap een plaatje met een samenvatting van de symbolen aangebracht.
7 MODIFICATIES / WIJZIGINGEN AAN HET VOERTUIG WAARSCHUWINGEN Elke verandering of wijziging aan het voertuig kan ernstige negatieve invloed hebben op de veiligheid en de wegligging ervan, hetgeen kan leiden tot ongevallen waarbij de inzittenden zelfs dodelijk gewond kunnen raken. DOOR DE KLANT GEKOCHTE ACCESSOIRES Als u na de aankoop van het voertuig elektrische apparaten wilt installeren die een permanente elektrische voeding vereisen (bijv. autoradio, satelliet inbraakalarm, enz.) of die van invloed zijn op de elektrische installatie, wend u dan tot het Fiat Servicenetwerk om te laten verifiëren of de elektrische installatie van uw voertuig de vereiste belasting aan kan of dat een grotere accu nodig is. BELANGRIJK Let buitengewoon goed op bij de installatie van extra spoilers, lichtmetalen velgen of wieldoppen die niet tot de standaarduitrusting behoren: ze kunnen de ventilatie en dus de werking van de remmen bij herhaaldelijk en hard remmen of bij het afrijden van lange hellingen beperken. Verzeker u er tevens van dat niets (bijvoorbeeld matten, enz.) de beweging van de pedalen hindert. INSTALLATIE ELEKTRISCHE EN ELEKTRONISCHE SYSTEMEN De elektrische/elektronische systemen die na de aankoop van het voertuig en door de aftersales service geïnstalleerd worden, moeten zijn voorzien van de markering. Fiat staat de montage van radiozendapparatuur toe mits deze door een gespecialiseerd centrum geïnstalleerd wordt volgens de technische normen en de aanwijzingen van de fabrikant. BELANGRIJK De montage van systemen die de eigenschappen van het voertuig wijzigen kunnen ertoe leiden dat de toestemming voor het rijden over de openbare weg door de bevoegdheden wordt ingetrokken. Bovendien kan daardoor de garantie vervallen met betrekking tot de defecten die door de wijziging zijn veroorzaakt of die daar direct of indirect aan zijn verbonden. Fiat aanvaardt geen aansprakelijkheid voor schade veroorzaakt door de installatie van accessoires die niet door Fiat zijn geleverd of aanbevolen en die niet in overeenstemming met de geleverde voorschriften zijn geïnstalleerd. 5
8 6 RADIOZENDAPPARATUUR EN MOBIELE TELEFOONS Radiozendapparatuur (autotelefoons, CB-zenders, radioamateurs e.d.) mag alleen in het voertuig worden gebruikt met een aparte antenne die op het dak van het voertuig is gemonteerd. De zend- en ontvangstkwaliteit kan beperkt worden door het afschermingseffect van de carrosserie. Voor wat betreft het gebruik van mobiele telefoons (GSM, GPRS, UMTS, LTE) met het officiële EU-keurmerk, wordt verwezen naar de gebruiksaanwijzingen van de fabrikant van de mobiele telefoon. BELANGRIJK Het gebruik van deze apparaten in het voertuig (zonder buitenantenne) kan, behalve potentieel gevaar voor de gezondheid van de passagiers, storingen in de elektrische systemen van het voertuig veroorzaken, wat de veiligheid van het voertuig in gevaar brengt.
9 GRAFISCHE INDEX KENNIS VAN HET VOERTUIG KENNIS VAN HET INSTRUMENTENPANEEL VEILIGHEID STARTEN EN RIJDEN NOODGEVALLEN ONDERHOUD EN ZORG TECHNISCHE GEGEVENS INDEX
10
11 GRAFISCHE INDEX VOORAANZICHT 1 KOPLAMPEN Dagrijlichten...37 Stadslicht/dimlicht...37 Grootlicht...37 Lamp vervangen WIELEN Velgen en banden Bandenspanning Een wiel vervangen Bandenopblaaskit BUITENSPIEGELS Verstellen...36 PORTIEREN Openen/sluiten...21 RUITENWISSERS Werking...41 Wisserbladen vervangen MOTOR Niveaus controleren Technische gegevens
12 GRAFISCHE INDEX ACHTERAANZICHT 2 ACHTERLICHTEN Lamp vervangen LAADRUIMTE Openen/sluiten...23 DERDE REMLICHT lamp vervangen PARKEERRADAR Werking
13 INSTRUMENTENPANEEL 3 LUCHTROOSTERS Luchtroosters...49 LINKERHENDEL Buitenverlichting...37 INSTRUMENTENPANEEL Bedieningspaneel en boordinstrumenten...89 Controlelampjes...81 RECHTERHENDEL Ruiten reinigen...41 AUTORADIO / TOUCH-RADIO NAV Systeem...70 FRONTAIRBAG PASSAGIERSZIJDE Frontairbag DASHBOARDKASTJE Interieuruitrusting...63 VERWARMING/KLIMAATREGELING Verwarming en ventilatie...48 Handbediende klimaatregeling Automatische klimaatregeling...53 VERSNELLINGSPOOK Gebruik van de versnellingsbak. 143 STUURWIEL Verstellen...33 Frontairbag bestuurderszijde
14 KENNIS VAN HET VOERTUIG Hier begint uw betere kennis van uw nieuwe voertuig. Het handboek dat u leest vertelt u op eenvoudige en directe wijze hoe het voertuig is gemaakt en werkt. Daarom adviseren we u om het in alle rust in uw voertuig te raadplegen, zodat u direct alles kunt verifiëren. KENNIS VAN HET VOERTUIG DE SLEUTELS PORTIEREN...21 HOOFDSTEUN...28 STOELEN STUURWIEL / STUURBEKRACHTIGING...33 START&STOP-SYSTEEM...34 BUITENSPIEGELS...36 BUITENVERLICHTING BINNENVERLICHTING...40 RUITENWISSER / ACHTERRUITWISSER...41 TANKEN...44 ADBLUE-TANK...45 STARTSYSTEEM...46 KLIMAATREGELING...47 PARKEERRADAR...57 CAMERA ACHTERZIJDE...58 RUITBEDIENING...60 MOTORKAP...62 INTERIEURUITRUSTING...63 AUTORADIO...70 BAGAGE-AFDEKPLAAT CRUISECONTROL (snelheidsregelaar)...71 SPEED LIMITER MILIEUBESCHERMING...76 DIESELVERSIESPECIFIEKE KENMERKEN
15 DE SLEUTELS SLEUTEL MET AFSTANDSBEDIENING 1) Radiofrequentie-afstandsbediening fig. 4 - fig. 5 4 T Metalen gedeelte voor het starten van de motor en het vergrendelen/ ontgrendelen van de portieren. 2 Alle opengaande delen vergrendelen. 3 Ontgrendeling van alle opengaande delen of, afhankelijk van de versie, alleen het bestuurdersportier. 4 Vergrendelen/ontgrendelen van de achterklep (voor bepaalde versies/markten) en, afhankelijk van de versie, het zijschuifportier. 5 T25028 BELANGRIJK De sleutel mag nooit voor andere functies worden gebruikt dan voor de beschreven functie. BELANGRIJK Leg de afstandsbediening niet in de buurt van een bron van hitte, koude of vocht. Bereik radiofrequentieafstandsbediening Het bereik varieert afhankelijk van de omgeving; ga daarom voorzichtig om met de afstandsbediening, aangezien de portieren abusievelijk zouden kunnen vergrendelen of ontgrendelen als per ongeluk druk op de knoppen wordt uitgeoefend. OPMERKING Op sommige voertuigen worden de portieren automatisch weer vergrendeld, als binnen (ongeveer) 2 minuten geen portier is geopend. Interferentie Afhankelijk van de omgevingsomstandigheden (externe systemen of gebruik van apparaten die op dezelfde frequentie werken als de afstandsbediening) kan de werking van de afstandsbediening verhinderd worden. BELANGRIJK Raadpleeg voor vervanging van of een extra afstandsbediening alleen het Fiat Servicenetwerk. Als een afstandsbediening moet worden vervangen, ga dan met het voertuig en alle sleutels naar een Fiat Servicepunt: om het systeem te initialiseren, zijn het voertuig en de afstandsbedieningen nodig; afhankelijk van de versie van het voertuig kunt u beschikken over maximaal vier afstandsbedieningen. BELANGRIJK Zorg ervoor dat de batterijen altijd in goede staat verkeren, van het vereiste type zijn en correct geplaatst zijn. De levensduur van een batterij is ongeveer twee jaar. Raadpleeg de paragraaf over het vervangen van de batterij, om uzelf bekend te maken met de procedure voor het vervangen van de batterij. 13
16 KENNIS VAN HET VOERTUIG Ontgrendeling opengaande delen Voor voertuigen waarvan ontgrendeling niet is beperkt tot het bestuurdersportier, druk op knop 2 fig. 6 om alle opengaande delen te ontgrendelen. Voor voertuigen waarvan ontgrendeling is beperkt tot het bestuurdersportier, druk op knop 2 om het bestuurdersportier te ontgrendelen. Druk binnen 20 seconden na de eerste keer nogmaals op de knop om alle portieren te ontgrendelen. 6 T103A Druk kort op knop 3 (voor bepaalde versies/markten) fig. 7 om de achterportieren te openen en, afhankelijk van de versie, de zijschuifportieren. 7 T T25028 Ontgrendeling wordt aangeduid door het knipperen van de richtingaanwijzers. OPMERKING Als binnen 2 minuten na ontgrendeling met de afstandsbediening geen portieren worden geopend, worden de portieren automatisch weer vergrendeld. Vergrendeling opengaande delen Druk eenmaal op knop 2 fig. 8 om alle opengaande delen te vergrendelen. Druk kort op knop 4 (voor bepaalde versies/markten) fig. 8 om de achterportieren te sluiten en, afhankelijk van de versie, de zijschuifportieren. Vergrendeling wordt aangeduid door het knipperen van de richtingaanwijzers. Als een portier openstaat of niet goed dicht zit, kunnen de opengaande delen snel worden geopend en weer gesloten, zonder dat de richtingaanwijzers gaan knipperen. Centrale portiervergrendeling (DEAD LOCK) 2) Als het voertuig is voorzien van centrale portiervergrendeling kunt u de opengaande delen vergrendelen en voorkomen dat de portieren met de handgrepen in het interieur worden geopend (voor als het glas wordt gebroken in een poging een portier van binnenuit te openen). Om de centrale vergrendeling te activeren, druk twee keer achter elkaar op knop 1 fig. 9 - fig
17 Batterij van de afstandsbediening vervangen 1) Draai schroef 1 fig. 11 los om de afdekking van de afstandsbediening te nemen. 9 T T T De richtingaanwijzers knipperen vijf keer om aan te geven dat de portieren zijn vergrendeld. OPMERKING Centrale portiervergrendeling is niet mogelijk als de alarmknipperlichten aan zijn. 11 T29999 BELANGRIJK Batterijen zijn verkrijgbaar bij het Fiat Servicenetwerk en hebben een levensduur van ongeveer twee jaar. Zorg ervoor dat er geen inktresten op de batterij zitten: daardoor bestaat het risico op een onjuist elektrisch contact. Vervang batterij 2 fig. 12 met inachtneming van de polariteit die in de afdekking gedrukt staat. OPMERKING Raak tijdens het vervangen van de batterij het elektronische circuit in de afdekking van de sleutel niet aan. BELANGRIJK Zorg er tijdens het terugplaatsen van de afdekking voor dat de afdekking correct wordt geplaatst en de schroef wordt vastgedraaid. 13 T
18 KENNIS VAN HET VOERTUIG ELEKTRONISCHE SLEUTEL (Keyless ENTRY / Keyless GO) 1) 1 fig. 14 Alle opengaande delen ontgrendelen. 2 Alle opengaande delen vergrendelen. 3 Binnenverlichting inschakelen vanop afstand. 4 Kofferbak en zijschuifportieren vergrendelen/ontgrendelen. 5 Geïntegreerde sleutel. 14 T26787 Met de elektronische sleutel kunt u: de portieren vergrendelen/ ontgrendelen (zie volgende pagina's); de binnenverlichting vanop afstand inschakelen (zie volgende pagina's); de motor starten; zie de paragraaf "De motor starten". Autonomie Zorg ervoor dat uw accu's in goede staat verkeren, van het vereiste type zijn en correct geplaatst zijn. De accu heeft een levensduur van twee jaar: vervang de accu, zodra het bijbehorende bericht op het instrumentenpaneel wordt weergegeven (zie volgende pagina's). Bereik van de elektronische sleutel Het bereik varieert afhankelijk van de omgeving; ga daarom voorzichtig om met de afstandsbediening, aangezien de portieren abusievelijk zouden kunnen vergrendelen of ontgrendelen als per ongeluk druk op de knoppen wordt uitgeoefend. Geïntegreerde sleutel De geïntegreerde sleutel 5 fig. 15 is bedoeld om het linkervoorportier en, afhankelijk van het voertuig, het achterportier te vergrendelen of ontgrendelen als de elektronische sleutel niet werkt: de batterijen van de elektronische sleutel zouden leeg kunnen zijn; er worden apparaten met dezelfde frequentie als die van de kaart gebruikt; het voertuig bevindt zich in een gebied dat bekendstaat om de grote aanwezigheid van elektromagnetische golven. Toegang tot de sleutel: druk op knop 6 fig. 15, trek de sleutel 5 uit en laat de knop weer los. 15 T26788 Gebruik van de sleutel: raadpleeg de paragraaf "Opengaande delen vergrendelen/ontgrendelen". Stop de geïntegreerde sleutel terug in de behuizing in de elektronische sleutel als u eenmaal toegang tot het voertuig hebt verkregen. Plaats de elektronische sleutel in de kaartlezer om de motor te starten. BELANGRIJK Leg de sleutel niet in de buurt van een bron van hitte, koude of vocht. Leg de elektronische sleutel niet op een plaats waar die per ongeluk kan worden gevouwen of kapot kan gaan (bijv. in een broekzak waar u vervolgens op gaat zitten). 16
19 BELANGRIJK Raadpleeg het Fiat Servicenetwerk voor vervanging van de elektronische sleutel of voor een vervangende sleutel als u de sleutel hebt verloren. Bij vervanging van een elektronische sleutel moet u het voertuig en alle elektronische sleutels voor reïnitialisatie naar een Fiat Servicepunt brengen. Aan ieder voertuig kunnen max. vier elektronische sleutels worden toegewezen. Sleutelloze TOEGANG Hiermee kunt u het voertuig vergrendelen/ontgrendelen zonder dat u de elektronische sleutel nodig hebt, als u zich in toegangsgebied 1 fig. 16 bevindt. Het voertuig vergrendelen/ ontgrendelen Het voertuig kan op twee manieren worden vergrendeld/ontgrendeld: fysiek in het toegangsgebied of met gebruik van de elektronische sleutel. BELANGRIJK Leg de elektronische sleutel niet op plaatsen waar deze in contact kan komen met ander elektronische apparatuur (computer, telefoon, enz.), waardoor de werking van de sleutel zou kunnen afnemen. In het toegangsgebied: Druk, afhankelijk van het voertuig, op knop 2 fig. 17 fig. 18 fig. 19 op een van de handgrepen van de voorportieren, de achterklep of het openslaande achterportier. 18 T T T T36508 De alarmknipperlichten knipperen om u te informeren over de status van het voertuig: twee keer knipperen betekent dat het voertuig is vergrendeld; één keer knipperen betekent dat het voertuig is ontgrendeld. 17
20 KENNIS VAN HET VOERTUIG Gegevens over het afsluiten van het voertuig Als een portier tijdens het afsluiten, openstaat of niet goed dicht zit, wordt het voertuig snel vergrendeld/ ontgrendeld, zonder dat de alarmknipperlichten gaan knipperen; als het voertuig met knop 2 fig. 17 fig. 18 fig. 19 is vergrendeld, moet u ongeveer drie seconden wachten, voordat u het voertuig weer kunt ontgrendelen. Ontgrendelen met gebruik van de elektronische sleutel: Druk op knop 3 fig. 20. De alarmknipperlichten knipperen eenmaal om te bevestigen dat het voertuig open is. Vergrendelen met de elektronische sleutel: Druk met gesloten portieren op knop 4 fig. 20: het voertuig is vergrendeld. U kunt zien dat het vergrendeld is doordat de alarmknipperlichten knipperen. 20 T OPMERKING De maximumafstand vanaf het voertuig vanwaar het voertuig kan worden vergrendeld is afhankelijk van de omgeving. 21 T36509 OPMERKING U kunt het voertuig niet vergrendelen als: een portier open is of niet goed dichtzit; de sleutel zich niet in gebied 1 fig. 21 bevindt. BELANGRIJK Nadat het voertuig met de knoppen op de elektronische sleutel is vergrendeld/ontgrendeld, wordt de vergrendel- en ontgrendelmodus "easy access" uitgeschakeld. Herstart de motor om de modus weer in te schakelen: Als de motor draait en de sleutel zich, nadat een portier is geopend of gesloten, niet meer in gebied 5 fig. 22 bevindt, wordt een speciaal bericht weergegeven (en wordt boven een bepaalde snelheid een geluidssignaal afgegeven) om u te laten weten dat de sleutel zich niet meer in het voertuig bevindt. Op die manier wordt bijvoorbeeld voorkomen dat u vertrekt en een passagier met de sleutel achterlaat. De melding verdwijnt weer zodra de sleutel weer wordt gedetecteerd. 22 T36626 Functie van "verlichting op afstand" Door eenmaal op knop 6 fig. 23 te drukken gaat de binnenverlichting ongeveer 30 seconden aan. Op die manier kunt u bijvoorbeeld uw auto op een parkeerplaats vanop afstand terugvinden. OPMERKING Als knop 6 nogmaals wordt ingedrukt, gaat de verlichting weer uit. 18
21 Opengaande delen aan de achterkant vergrendelen/ ontgrendelen Druk op knop 7 fig. 23 om de openslaande achterportieren of, op sommige versies, de achterklep en zijportieren te vergrendelen/ ontgrendelen fig. 18 fig T De alarmknipperlichten gaan knipperen en duiden de status van de opengaande achterportieren aan: twee keer knipperen betekent dat de opengaande achterste delen vergrendeld zijn; één keer knipperen betekent dat de opengaande achterste delen ontgrendeld zijn. BELANGRIJK Nadat het voertuig met de knoppen op de elektronische sleutel is vergrendeld/ontgrendeld, wordt de vergrendel- en ontgrendelmodus "easy access" uitgeschakeld. Start de motor opnieuw, om "easy access" weer in te schakelen. Centrale portiervergrendeling (DEAD LOCK) Als het voertuig is voorzien van centrale portiervergrendeling, kunt u de opengaande delen vergrendelen en voorkomen dat de portieren met de handgrepen in het interieur worden geopend (voor als het glas wordt gebroken in een poging een portier van binnenuit te openen). 2) Centrale portiervergrendeling inschakelen: Druk tweemaal snel op knop 2 fig. 24; of: Als het voertuig is afgesloten, kunt u ook twee keer snel op knop 3 fig. 25 op het bestuurdersportier, passagiersportier of, afhankelijk van het voertuig, de achterklep of het achterportier drukken. 25 T In beide gevallen gaan de alarmknipperlichten vijf keer knipperen om aan te geven dat het portier is vergrendeld. Centrale portiervergrendeling uitschakelen: ontgrendel het voertuig met knop 1 fig. 24 op de elektronische sleutel. De alarmknipperlichten knipperen eenmaal om te bevestigen dat het voertuig open is. 24 T
22 KENNIS VAN HET VOERTUIG 26 T T T26913 BELANGRIJK Nadat de centrale vergrendeling is uitgeschakeld met knop 2 fig. 24, is de vergrendel-/ ontgrendelfunctie "easy access" uitgeschakeld. Start de motor opnieuw om de functie "easy access" weer in te schakelen. De batterij vervangen Vervang de batterij van de elektronische sleutel, wanneer het bericht op het instrumentenpaneel wordt weergegeven. Druk op knop 1 fig. 26, trek de extra sleutel 2 uit fig. 26 en haak de afdekking 3 fig. 27 los met behulp van de tong 4 fig. 27. Verwijder de batterij door er aan één kant op te drukken (beweging A) en de andere kant omhoog te tillen (beweging B) en vervang de batterij met inachtneming van de polariteit die op de afdekking 3 is aangegeven. Ga in omgekeerde volgorde te werk om de batterij aan te brengen en druk vervolgens in de buurt van het voertuig vier keer op de knoppen van de kaart: als u de motor weer start, verdwijnt het bericht. OPMERKING Raak tijdens het vervangen van de batterij niet het elektronische circuit en de contacten in de buurt van de elektronische sleutel aan. BELANGRIJK Controleer of de afdekking correct is aangesloten. BELANGRIJK Batterijen zijn verkrijgbaar bij het Fiat Servicenetwerk en hebben een levensduur van ongeveer twee jaar. Zorg ervoor dat er geen inktresten op de batterij zitten: daardoor bestaat het risico op een onjuist elektrisch contact. Onregelmatige werking Als de batterij te leeg is om goed te werken, kunt u toch de motor starten (plaats de elektronische sleutel in de lezer) en de portieren vergrendelen/ ontgrendelen (zie de paragraaf "Portieren vergrendelen/ontgrendelen" in het hoofdstuk "Kennismaking met uw voertuig"). 1) 20
23 BELANGRIJK 1) Laat het voertuig nooit onbeheerd achter met de elektronische sleutel en een kind, een gehandicapt persoon of een dier in het voertuig, zelfs niet voor korte tijd. Hierdoor zou uw eigen veiligheid en die van anderen in gevaar kunnen komen, als de motor wordt gestart of systemen in werking worden gesteld, zoals de elektrisch bediende ruiten of zelfs de portiervergrendeling. Bovendien loopt de temperatuur in warm en/of zonnig weer snel op. Gevaar voor dodelijk of ernstig letsel. 2) Gebruik nooit de centrale portiervergrendeling als er nog iemand in het voertuig zit. BELANGRIJK 1) Gebruikte batterijen kunnen schadelijk zijn voor het milieu als ze niet op de juiste wijze als afval verwerkt worden. Ze moeten overeenkomstig de wet in speciale bakken gedeponeerd worden. Ze kunnen ook ingeleverd worden bij het Fiat Servicenetwerk dat voor hun verwerking zal zorgen. PORTIEREN VOORPORTIEREN 3) 4) 5) 6) 7) 8) Openen van buitenaf Voertuigen met afstandsbediening: ontgrendel het voertuig met de afstandsbediening en trek aan handgreep 2 fig. 29. Voertuigen met elektronische sleutel: druk op de knop 1 fig. 29 op de sleutel om het voertuig te ontgrendelen en trek aan handgreep 2. Sluiten van buitenaf Duw tegen het portier. Vergrendel het met de afstandsbediening of druk op knop 2 op de elektronische sleutel, op voertuigen die daarmee zijn uitgerust. 29 T36507 Openen van binnenuit Trek aan handgreep 4 fig. 30 en duw tegen het portier. Sluiten van binnenuit Gebruik alleen handgreep 3 om aan het portier te trekken. fig T36515 Wanneer het portier opengaat, geeft een geluidssignaal aan dat de lampen nog aan zijn, zelfs als de startinrichting niet meer is ingeschakeld. Waarschuwing elektronische sleutel vergeten (voor bepaalde versies/markten): wanneer u het bestuurdersportier opent, terwijl de elektronische sleutel nog in de lezer zit, wordt een bericht op het instrumentenpaneel weergegeven en klinkt er een geluidssignaal. Waarschuwing sleutel vergeten (voor bepaalde versies/markten): wanneer u het bestuurdersportier opent, wordt er een geluidssignaal afgegeven om aan te geven dat de sleutel nog in het contactslot zit. 21
24 KENNIS VAN HET VOERTUIG Waarschuwing portier open: als een portier open is of niet goed gesloten is, wordt hierover een bericht op het instrumentenpaneel weergegeven en gaat een controlelampje branden, zodra het voertuig sneller gaat dan ongeveer 20 km/h. OPMERKING Afhankelijk van het voertuig, gaan accessoires (autoradio, enz.) uit wanneer de motor wordt afgezet, het bestuurdersportier wordt geopend of de portieren worden vergrendeld. ZIJSCHUIFPORTIER 9) 10) 11) Voertuigen met afstandsbediening De zijschuifportieren worden vergrendeld/ontgrendeld met de knop op de afstandsbediening. Voertuigen met elektronische sleutel De zijschuifportieren worden vergrendeld en ontgrendeld: door te drukken op de knop op de elektronische sleutel; door in de modus "easy access" de voorportieren of de achterklep te vergrendelen/ontgrendelen. Opening vanaf de buitenkant Trek hendel 1 fig. 31 naar u toe, wanneer het voertuig is vergrendeld, en schuif het portier naar de achterkant van het voertuig. Sluiten van buitenaf Trek aan hendel 1 fig. 31 en schuif het portier naar voren tot het volledig gesloten is. 31 T36529 Openen van binnenuit Trek hendel 2 fig. 32 naar achteren en open het schuifportier tot het op zijn plaats vergrendelt. Sluiten van binnenuit Duw hendel 2 fig. 32 naar voren en sluit het portier tot het op zijn plaats vergrendelt. Portieren handmatig van binnenuit vergrendelen Druk knop 3 fig. 32 omlaag. Het schuifportier wordt vergrendeld. 32 T ) 13) Kinderveiligheid Draai schroef 4 fig. 33 en sluit het portier, om te voorkomen dat kinderen het portier van binnenuit openen. Controleer of de portieren naar behoren zijn afgesloten van binnenuit. Het portier kan nu alleen van buitenaf worden geopend. 33 T
25 OPENSLAANDE ACHTERPORTIEREN 14) 15) Opening vanaf de buitenkant Voertuigen met afstandsbediening: ontgrendel het voertuig met de afstandsbediening en trek aan handgreep 1 fig. 34. Voertuigen met elektronische sleutel: druk op de knop 2 op de sleutel om het voertuig te ontgrendelen en trek aan handgreep 1 fig T36537 De linker openslaande portier vergrendelen Sluit het linker portier als het rechter openslaande portier open staat. Als het voertuig ermee is uitgerust, sluit dan het linker portier door de grendel 5 fig. 36 te draaien tot deze in gleuf 4 is geplaatst. Maximale opening portier Trek voor ieder portier aan handgreep 6 fig. 37 om het trekgedeelte van het portier 7 fig. 38 vrij te geven. Open het portier zover mogelijk. 37 T T36532 Trek aan handgreep 3 fig. 35 om het portier te openen. 36 T T
26 KENNIS VAN HET VOERTUIG Sluiten van buitenaf Doe het rechter openslaande portier bijna volledig dicht en sluit het af door het op zijn plaats vast te klikken. Doe hetzelfde met het linker openslaande portier. Vergrendel de openslaande portieren. Om portier A fig. 39 te ontgrendelen, zie paragraaf "Centrale portiervergrendeling /ontgrendeling" in het hoofdstuk "Kennismaken met uw voertuig. Portieren handmatig van binnenuit vergrendelen/ontgrendelen Draai knop 8 fig. 39 rechtsom om portier A te vergrendelen. Draai knop 8 linksom om portier A te ontgrendelen. Openen van binnenuit Trek aan handgreep 9 fig. 39 en duw tegen portier A. Trek aan handgreep 3 fig. 40 om portier B te openen. 40 T Sluiten van binnenuit Doe eerst portier B fig. 40 bijna volledig dicht en gooi het vervolgens hard dicht. Doe hetzelfde met het openslaande portier A. ACHTERKLEP Voertuigen met elektronische sleutel De achterklep wordt vergrendeld en ontgrendeld: door te drukken op de knop op de elektronische sleutel; door in de modus "easy access" de voorportieren te vergrendelen/ ontgrendelen. Openen Druk op knop 2 fig. 41 als de achterklep is ontgrendeld en til de achterklep omhoog. 16) 39 T40615 Voertuigen met afstandsbediening De achterklep wordt vergrendeld/ ontgrendeld met de knop op de afstandsbediening. 41 T36513 Sluiten Breng de achterklep eerst met de binnenste handgreep 2 fig. 42 omlaag. Laat, als de klep op schouderhoogte is, hendel 2 los en sluit de achterklep door er vanaf de buitenkant op te drukken. 24
27 42 T36531 CENTRALE PORTIERVERGRENDELING/- ONTGRENDELING VOOR OPENGAANDE DELEN Vergrendeling/ontgrendeling van binnenuit Met knop 1 fig. 43 worden alle portieren tegelijkertijd bediend. Als een opengaand portier opengaat of niet goed dicht is, worden de portieren snel vergrendeld/ontgrendeld. Als u een voorwerp met openstaande achterklep wilt vervoeren, kunnen de overige openslaande portieren of achterklep wel worden afgesloten: druk met afgezette motor langer dan vijf seconden op knop 1 fig. 43 om de overige portieren te vergrendelen. Het sluiten van de openbare delen zonder gebruik van de sleutel of elektronische sleutel Als de accu bijvoorbeeld leeg is of de elektronische sleutel of afstandsbediening tijdelijk niet werken, enz. Ga als volgt te werk: druk met afgezette motor, gesloten achterportieren en open voorportier langer dan 5 seconden op knop 1 fig. 43. Controleer of u de sleutel bij u hebt voordat u het voertuig verlaat. Wanneer u het portier sluit, worden alle andere opengaande delen ook vergrendeld. De portieren kunnen alleen van buitenaf worden ontgrendeld met de afstandsbediening of elektronische sleutel. BELANGRIJK Nadat het voertuig met de knoppen op de elektronische sleutel is vergrendeld/ontgrendeld, wordt de vergrendel- en ontgrendelmodus "easy access" uitgeschakeld. Start de motor opnieuw om de functie "easy access" weer in te schakelen. 4) 5) Controlelampje opengaande delen Als de motor draait, zal het controlelampje in knop 1 fig. 43 de vergrendelde status van de opengaande delen aanduiden: lampje aan, opengaande delen vergrendeld; lampje uit, opengaande delen ontgrendeld. 43 T36595 Als de startinrichting is uitgeschakeld wanneer u de portieren sluit, blijft het lampje aan en gaat vervolgens uit. Portieren vergrendelen met openstaande achterklep Om het voertuig te vergrendelen met openstaande achterklep (om voorwerpen met openstaande achterklep te vervoeren, bijvoorbeeld), als het voertuig zich in een omgeving met een grote aanwezigheid van elektromagnetische golven bevindt, of als de sleutel niet werkt: druk met afgezette motor langer dan 5 seconden op knop 1 fig. 43. OPMERKING Als u de achterklep sluit, wordt hij vergrendeld. 25
28 KENNIS VAN HET VOERTUIG HANDMATIGE PORTIERVERGRENDELING/- ONTGRENDELING 4) 5) De portieren vergrendelen van buitenaf Dit kan met de afstandsbediening of de elektronische sleutel worden gedaan: raadpleeg de paragrafen "Sleutel met afstandsbediening" of "Elektronische sleutel" in het hoofdstuk "Kennismaking met het voertuig". Het is mogelijk dat de radiofrequentieafstandsbediening of de elektronische sleutel niet in alle gevallen werkt: de batterijen van de afstandsbediening of de elektronische sleutel kunnen leeg zijn, enz.; er worden apparaten met dezelfde frequentie als die van de elektronische sleutel gebruikt (mobiele telefoon, enz.); het voertuig bevindt zich in een gebied dat bekendstaat om de grote aanwezigheid van elektromagnetische golven. 44 T T36611 In dat geval kunt u: de in de afstandsbediening of elektronische sleutel geïntegreerde sleutel gebruiken, of de in de ontgrendelkaart van het voorportier geïntegreerde noodsleutel gebruiken of, afhankelijk van het voertuig, de openslaande achterportieren gebruiken; ieder portier handmatig vergrendelen de bediening in het voertuig voor de portiervergrendeling/-ontgrendeling gebruiken (zie de paragraaf "Centrale vergrendeling/ontgrendeling opengaande delen" in het hoofdstuk "Kennismaking met het voertuig"). De sleutel gebruiken Steek de sleutel in het slot 1 fig. 45 en vergrendel of ontgrendel het linkervoorportier of, afhankelijk van het voertuig, het achterste schuifportier. Ieder portier handmatig vergrendelen Draai met open portier de inrichting 2 fig. 46 (met het uiteinde van de sleutel) en sluit het portier. 46 T36616 Nu is het van buitenaf gesloten. Het voorportier kan alleen van binnenuit of met de sleutel worden geopend. 26
29 Voertuigen met één achterklep: als de portieren handmatig worden vergrendeld, blijft de achterklep ontgrendeld. AUTOMATISCHE PORTIERVERGRENDELING TIJDENS HET RIJDEN Functie inschakelen: Druk met de sleutel in het contact ongeveer 5 seconden op knop 1 fig. 47, tot u een geluidssignaal hoort. Functie uitschakelen: Druk met de sleutel in het contact ongeveer 5 seconden op knop 1 fig. 47, tot u een geluidssignaal hoort. 47 T36595 Werkingsprincipe Nadat het voertuig is gestart, vergrendelt het systeem automatisch de portieren, zodra u sneller gaat dan ongeveer 7 km/h. Ontgrendeling gebeurt wanneer: u op knop 1 fig. 47 drukt om de portieren te openen; het voertuig stilstaat en u een voorportier opent. OPMERKING Als een portier wordt geopend en weer wordt gesloten, wordt het automatisch weer vergrendeld, zodra u sneller gaat dan 7 km/h. Storingen Als u een storing ontdekt (de automatische portiervergrendeling werkt niet) controleer dan eerst of alle opengaande portierdelen correct zijn gesloten. Als deze correct zijn gesloten en het probleem houdt aan, neem dan contact op met het Fiat Servicenetwerk. Controleer ook of het vergrendelsysteem niet per ongeluk is uitgeschakeld. Als het systeem was uitgeschakeld, schakel dan de startinrichting uit en weer in, om het systeem te heractiveren. BELANGRIJK 3) Controleer uit veiligheidsoverwegingen voordat u vertrekt of alle portieren goed dicht zijn. 4) Verlaat het voertuig nooit als de afstandsbediening of de elektronische sleutel nog in het voertuig is. 5) Open/sluit de portieren uit veiligheidsoverwegingen altijd terwijl het voertuig stilstaat. 6) Laat kinderen NOOIT zonder toezicht achter in het voertuig, laat staan dat u het voertuig verlaat met ontgrendelde portieren op een plaats die gemakkelijk toegankelijk is voor kinderen. Kinderen kunnen zich ernstig of zelfs dodelijk verwonden. Zorg er ook voor dat kinderen niet per ongeluk de handrem of het rempedaal kunnen bedienen. 7) Tijdens het openen of sluiten van het portier of enige andere opengaande delen van het voertuig, moeten altijd de voorzorgsmaatregelen voor deze handeling in acht worden genomen: controleer of deze manoeuvre kan worden verricht, zonder daarbij iemand, lichaamsdelen, dieren of voorwerpen te raken. Gebruik alleen de handgrepen aan de binnen- en buitenkant van het portier om het te openen of sluiten. Wees voorzichtig, zowel bij het openen als het sluiten van het portier. Let op: als het voertuig op een helling is geparkeerd, open of sluit het portier dan voorzichtig tot het goed dichtzit. Controleer altijd of het schuifportier volledig is gesloten voordat u met het voertuig gaat rijden. 8) Controleer, voordat er een portier geopend wordt, of dit op een veilige manier kan gebeuren. 9) Het linker schuifportier mag niet geopend worden als het tankluikje geopend is tijdens het tanken. Controleer of het tankluikje gesloten is tijdens het openen/sluiten van het schuifportier om schade te voorkomen. 27
30 KENNIS VAN HET VOERTUIG 10) Laat het zijschuifportier niet openstaan als het voertuig op een helling is geparkeerd. Door een stoot tegen het voertuig zou de grendel open kunnen gaan, waardoor het portier naar voren kan zakken. 11) Controleer wanneer de auto wordt geparkeerd met geopende schuifdeuren, of ze goed vergrendeld zijn. 12) Gebruik dit systeem altijd wanneer er kinderen worden vervoerd. 13) Het verbindingssysteem is ontworpen voor optimaal gebruik. Bij onbedoelde schokken of een windstoot kunnen de veren losraken waardoor de deuren plotseling dicht kunnen vallen. 14) Sluit eerst het rechterportier volledig, voordat het linkerportier gesloten wordt. Sluit de deuren nooit tegelijkertijd. 15) Laat als het waait de openslaande achterportieren niet openstaan. Gevaar voor letsel. 16) Wanneer u langs de weg stopt en de achterklep volledig openstaat, zijn de achterlampen mogelijk niet zichtbaar. Waarschuw de overige weggebruikers dat uw voertuig daar staat door de gevarendriehoek te plaatsen of andere wettelijk toegestane middelen in het land waar u zich bevindt. HOOFDSTEUN VOORSTE HOOFDSTEUN 17) Verstellen Trek de hoofdsteun tot de gewenste hoogte omhoog. Zorg ervoor dat de stoel goed op zijn plaats vastzit. Druk op knop 1 fig. 48 en duw de hoofdsteun 2 tot de gewenste hoogte omlaag. Zorg ervoor dat de stoel goed op zijn plaats vastzit. 48 T36589 Verwijderen Zet de hoofdsteun in de hoogste stand (kantel de rugleuning, indien nodig). Druk op de knop en trek aan de hoofdsteun tot hij los gaat. Terugplaatsen Steek de stangen van de hoofdsteun in de gleuven (kantel de rugleuning, indien nodig). Duw de hoofdsteun omlaag tot hij op zijn plaats klikt en druk op de knop om hem op de gewenste hoogte af te stellen. Controleer of iedere stang op zijn plaats in de rugleuning van de stoel is bevestigd. 49 T
31 ACHTERSTE HOOFDSTEUN 17) Verwijderen Druk op knop 1 fig. 50 en trek de hoofdsteun omhoog tot u hem af kunt nemen (kantel de rugleuning, indien nodig). 50 T36588 Terugplaatsen Steek de stangen van de hoofdsteun in de gleuven (kantel de rugleuning, indien nodig). Duw de hoofdsteun zover mogelijk omlaag en trek hem dan weer omhoog tot hij vastklikt. Controleer of iedere stang op zijn plaats in de rugleuning van de stoel is bevestigd. 51 T36587 BELANGRIJK STOELEN VOORSTOELEN 18) 19) 20) Stoelverstelling Trek hendel 1 fig. 52 omhoog om de stoel te ontgrendelen en naar voren of naar achteren te kunnen schuiven. Laat de hendel los als de stoel in de gewenste positie staat en controleer of de stoel goed op zijn plaats vastzit. Trek of duw de hendel 3 fig. 52 tot de stoel op de gewenste hoogte staat. Stoelverwarming (Voor bepaalde versies/markten indien voorzien) Druk met draaiende motor op knop 2 fig. 52 en het geïntegreerde controlelampje gaat aan. Het systeem is uitgerust met een thermostaat om de verwarming te regelen en eventueel uit te schakelen. 17) De hoofdsteunen moeten zodanig versteld worden dat het hoofd en niet de nek er tegenaan steunt. Alleen op deze manier oefenen ze hun beschermende werking uit. Elke verwijderde hoofdsteun moet weer correct op zijn plaats gezet worden, om de inzittenden in geval van een aanrijding te beschermen: volg bovenstaande aanwijzingen op. 52 T
32 KENNIS VAN HET VOERTUIG Draai aan knop 4 fig. 53 om de lendensteun te verhogen of verlagen. Gebruik voor het kantelen van de stoel hendel 6 fig. 53. Verstelbare voorste armleuningen Voorste armleuning 5 fig. 53 Druk op de achterkant van de stoel om hem op zijn plaats vast te zetten. Zorg ervoor dat de rugleuning naar behoren op zijn plaats vastzit. 54 T36618 ENKELE ACHTERSTOELEN 18) 22) 23) 24) Afhankelijk van het uitrustingsniveau kan het voertuig zijn voorzien van twee enkele achterstoelen: één enkele achterstoel 2 fig. 55 (2e stoelenrij) en een enkele stoel 1 fig. 55 (3e stoelenrij). 53 T36597 De middelste passagiersstoel inklappen 21) Zorg ervoor dat bekerhouder 6 fig. 54 gesloten is. Zorg ervoor dat geen voorwerpen de verstelling van de stoel verhinderen. Houd de rugleuning van boven vast en bereid u voor om hem te verlagen; druk tegelijkertijd op bediening 7 fig. 54 en klap de stoel naar voren. Zorg ervoor dat geen voorwerpen de verstelling van de middelste passagiersstoel verhinderen. Gebruik bediening 7 fig. 54 om de rugleuning te ontgrendelen; trek hem weer omhoog; zorg ervoor dat de stoel goed op zijn plaats vastzit. 55 T36584 Breng bediening 5 fig. 55 omlaag (beweging A) fig. 55 om de rugleuning 2 fig. 55 in de afbeelding te kantelen, zodat gemakkelijker toegang tot de laatste rij kan worden verkregen (enkele stoel 1). 30
33 Enkele stoel 2 Steek gesp 3 fig. 56 in de behuizing 4 fig. 56 voordat de stoelen worden verplaatst. Vergeet niet de gordel weer vast te doen als er een passagier op die plaats zit. Neerklappen: trek aan de ontgrendelriem op rugleuning 6; fig. 58 breng de rugleuning omlaag tot hij de stoel raakt; pak de buizen 7 fig. 58 en breng ze tegelijkertijd naar elkaar toe (beweging B) fig T T36644 Enkele stoel 1 De stoel 1 fig. 57 in de afbeelding kan worden neergeklapt en gekanteld. 58 T36586 Kantelen (afhankelijk van de versie van het voertuig): kantel de stoelen samen naar voren om ze te vergrendelen; druk tegen het bovenste gedeelte van de stoel (in C) fig. 59 en zet de stoel op zijn plaats vast, door tegen de vergrendelhendels 8 fig. 59 te duwen; zorg ervoor dat de stoel goed op zijn plaats vastzit. 25) Enkele stoelen losmaken/ terugplaatsen (Voor bepaalde versies/markten indien voorzien) Stoelen 1-2 fig. 60 kunnen op dezelfde manier worden losgemaakt en teruggeplaatst. 60 T T
34 KENNIS VAN HET VOERTUIG Losmaken Maak eerst de veiligheidsgordels aan de zijkanten los uit hun behuizing. Druk onder de enkele stoel op pal 9 fig. 61 en trek hem naar voren, bewegingen C en D fig. 61; trek hem omhoog, beweging E; fig T36659 verplaats de enkele stoel naar de achterkant van het voertuig, zodat de verankeringspunten vrijkomen (beweging F) fig. 62; trek de enkele stoel omhoog (beweging G fig. 62 ); zet de stoel weer terug (beweging H fig. 62 ) om de voorste verankeringspunten vrij te geven; verwijder de stoel door hem naar de voorkant van het voertuig te verplaatsen. 62 T T BELANGRIJK Maak stoel 2 fig. 60 los voordat stoel 1 fig. 60 wordt losgemaakt. Terugplaatsen Sluit de stoel aan ten opzichte van de voorste verankeringspunten; duw tegen de stoel totdat deze in de achterste verankeringspunten gaat; breng de pallen 9 fig. 63 omlaag en duw ertegen tot ze op hun plaats vergrendelen; controleer de juiste uitlijning aan de hand van de tekening op pallen 9 fig. 63. BELANGRIJK 18) Voer deze handelingen uit veiligheidsoverwegingen uit terwijl het voertuig stilstaat. 19) Wanneer de rugleuning van de voorstoel naar beneden is geklapt, moet de passagiersairbag gedeactiveerd worden (zie de paragraaf Airbag en kinderzitjes passagierszijde hoe de airbags te deactiveren in het hoofdstuk Veiligheid ). Gevaar voor ernstig letsel als de airbag wordt opgeblazen en de voorwerpen die op de neergeklapte rugleuning lagen door de auto vliegen. Het etiket (op het dashboard) en de geprinte markeringen en op zeefdruk (op de voorruit) herinneren u aan deze instructies. 20) Bevestig voor de veiligheid van de inzittenden voorwerpen die met de stoel in de tafelstand worden vervoerd. 32
35 21) Voer deze handelingen uit veiligheidsoverwegingen uit terwijl het voertuig stilstaat. Kantel de rugleuningen niet te ver naar achteren, om de werking van de veiligheidsgordel niet te belemmeren. Er mogen geen voorwerpen op de bodemplaat aan bestuurderszijde liggen: als er hard moet worden geremd kunnen ze onder de pedalen terechtkomen en het gebruik daarvan verhinderen. 22) Zorg er bij het verplaatsen van een enkele achterstoel voor dat de desbetreffende verankeringen schoon zijn (er mogen geen stenen, stukjes stof of andere voorwerpen inzitten die zouden kunnen verhinderen dat de veiligheidsgordel goed op zijn plaats wordt vastgezet). 23) De enkele achterstoelen moeten absoluut in hun originele verankeringen worden teruggeplaatst. Zet de enkele stoelen tijdens het rijden nooit met de rugleuning tegen de rijrichting in. 24) Zorg ervoor dat de veiligheidsgordels tijdens het terugplaatsen goed op hun plaats vastzitten. Zorg ervoor dat de veiligheidsgordels aan de zijkant in hun behuizing zijn vastgezet. 25) Verwissel stoelen 1 en 2 niet. STUURWIEL / STUURBEK RACHTIGING AFSTELLING STUURWIEL 26) 27) 28) 1) Het stuurwiel op de gewenste hoogte en diepte zetten Trek aan hendel 1 fig. 64 en zet het stuurwiel in de gewenste stand: duw de hendel tot voorbij het weerstandspunt om het stuurwiel te vergrendelen. Controleer of het stuurwiel goed vastzit. 64 T36525 Variabele stuurbekrachtiging De variabele stuurbekrachtiging is een elektronisch systeem dat de stuurbekrachtiging aanpast aan de snelheid van het voertuig. Tijdens het parkeren verloopt het sturen dus minder zwaar (voor meer comfort), maar het sturen wordt zwaarder naarmate de snelheid toeneemt. BELANGRIJK 26) Verstellingen mogen alleen bij stilstaand voertuig en uitgeschakelde motor gebeuren. 27) Zet nooit de motor af als u heuvelafwaarts rijdt noch als het voertuig gewoon rijdt (als de motor wordt afgezet, wordt de stuurbekrachtiging uitgeschakeld). 28) After-market werkzaamheden waarbij wijzigingen van de stuurinrichting of de stuurkolom betrokken zijn (bijv. bij montage van een alarmsysteem) zijn ten strengste verboden. Dergelijke werkzaamheden kunnen de prestaties van het systeem en de garantie in gevaar brengen en het kan ook ernstige veiligheidsproblemen veroorzaken of erin resulteren dat de auto niet meer aan de typegoedkeuring voldoet. BELANGRIJK 1) Met afgezette motor of bij storingen van het systeem, kan het stuurwiel nog wel gedraaid worden. Er moet alleen meer kracht worden uitgeoefend. 33
36 KENNIS VAN HET VOERTUIG START&STOP- SYSTEEM 29) Met dit systeem kunt u het brandstofverbruik en de uitstoot van schadelijke gassen verlagen. Het systeem wordt automatisch ingeschakeld als het voertuig wordt gestart. Tijdens het rijden zet het systeem de motor af (op stand-by), als het voertuig stilstaat (file, verkeerslichten, enz.) BEDIENINGSWIJZE De motor staat op stand-by als: er in het voertuig is gereden na zijn laatste stilstand; de versnelling in de vrijstand staat; het koppelingspedaal wordt losgelaten; de snelheid van het voertuig lager is dan 3 km/h. 2) 3) 4) Het controlelampje op het instrumentenpaneel gaat aan om aan te geven dat de motor op stand-by staat. De apparatuur in het voertuig blijft zelfs met afgezette motor werken. De motor wordt automatisch weer gestart als het koppelingspedaal wordt ingetrapt en het voertuig in een versnelling wordt gezet. HET SYSTEEM IN- EN UITSCHAKELEN Druk op knop 1 fig. 65 om deze functie uit te schakelen. Er wordt een bijbehorend bericht op het instrumentenpaneel weergegeven en het controlelampje 2 fig. 65 op de knop gaat aan. Druk er nogmaals op om het systeem weer in te schakelen. Er wordt een bijbehorend bericht op het instrumentenpaneel weergegeven en het controlelampje 2 op de knop 1 gaat uit. 65 T36535 Het systeem heractiveert automatisch wanneer het voertuig vrijwillig wordt gestart (zie de paragraaf De motor starten in het hoofdstuk starten en rijden ). OPMERKINGEN: Druk met de motor op stand-by op knop 1: de motor wordt automatisch opnieuw gestart. Speciale gevallen Als op voertuigen met een elektronische sleutel het systeem is ingeschakeld, de motor is afgezet (file, verkeerslichten, enz.), en de bestuurder zijn stoel verlaat of zijn veiligheidsgordel losmaakt, wordt het contact afgezet. Om het Start&Stop systeem te herstarten, druk op de contactknop (zie paragraaf "Startschakelaar in het hoofdstuk Kennismaken met uw auto ). Trap ingeval de motor stopt, terwijl het systeem is ingeschakeld, stevig op het koppelingspedaal om het systeem weer op te starten. GEMISTE AFZETOMSTANDIGHEDEN VAN DE MOTOR Afhankelijk van het voertuig, kan het systeem onder sommige omstandigheden de motor niet op stand-by zetten, namelijk: als de achteruitversnelling is ingeschakeld; als de motorkap niet is gesloten; op voertuigen met een elektronische sleutel, als het bestuurdersportier niet is gesloten; op voertuigen met een elektronische sleutel, als de veiligheidsgordel niet is bevestigd; 34
F I A T B R A V O 603.83.122 NL S N E L G I D S
F I A T B R A V O 603.83.122 NL S N E L G I D S DASHBOARD 1 Linker hendel: bediening buitenverlichting - 2 Instrumentenpaneel - 3 Rechter hendel: bediening ruitenwissers, achterruitwisser, trip computer
Nadere informatieF I A T 5 0 0 603.83.297 NL S N E L G I D S
F I A T 5 0 0 603.83.297 NL S N E L G I D S Raadpleeg voor een uitvoerige beschrijving en meer informatie, of in noodgevallen, het instructieboek. DASHBOARD 1 Linker hendel: bediening buitenverlichting
Nadere informatieStoelen IN DE JUISTE HOUDING ZITTEN
IN DE JUISTE HOUDING ZITTEN E81931 2 U mag de stoel niet tijdens het rijden verstellen. Als u dit toch doet, kunt u de macht over het stuur verliezen en letsel veroorzaken. 1 De stoel, de hoofdsteun, de
Nadere informatieIN EEN OOGOPSLAG. Panoramadak. Parkeerhulp achter
Panoramadak Dankzij het brede glazen dak zijn het zicht en de lichtinval in het interieur ongekend. 78 Te openen achterruit (SW) Dankzij deze voorziening hebt u eenvoudig toegang tot de bagageruimte zonder
Nadere informatieStoelen VOORSTOELEN. Juiste zithouding H6544L. Stoelen
Stoelen VOORSTOELEN De stoel nooit afstellen als het voertuig in beweging is. Als van deze instructies wordt afgeweken, kan dit leiden tot lichamelijk letsel of verlies van controle over het voertuig.
Nadere informatieRenault TRAFIC. Instructieboekje
Renault TRAFIC Instructieboekje eenpassievoor presteren ELF partner van de RENAULT adviseert ELF ELF en Renault, partners op het vlak van hightech in de automobielsector, bundelen hun krachten zowel op
Nadere informatieELEKTRISCHE INSTALLATIE BI-VAN CAN COM2000
INFOTEC AP/TAVG/MMXP/MUX BEVESTIGING DIAGNOSE BSI ELEKTRISCHE INSTALLATIE BI-VAN CAN COM2000 G05 CONTROLEPROCEDURE VAN DE FUNCTIE CENTRALE VERGRENDELING Toepassing bij PEUGEOT 206 (vanaf DAM-nr. 9076)
Nadere informatieVoorstoelen HANDMATIG VERSTELBARE STOELEN
Voorstoelen HANDMATIG VERSTELBARE STOELEN verstellen. Als u dit toch doet, kunt u de macht over het stuur verliezen en letsel veroorzaken. 1. Verstelling naar voren/naar achteren. 2. Hoogteverstelling.
Nadere informatieGefeliciteerd met uw nieuwe autoalarm! Inhoud
Gefeliciteerd met uw nieuwe autoalarm! Lees de gebruikershandleiding voor gebruik zorgvuldig door en maak u vertrouwd met de verschillende functies van uw autoalarm. Deze handleiding beschrijft de functies
Nadere informatieHandleiding. Tilly Light fietsendrager
Handleiding Tilly Light fietsendrager mei 2015 Tilly Light BV Inhoudsopgave Algemeen 4 Onderdelen 5 Stekker aansluiting 10 Eerste gebruik 11 Op de auto plaatsen 15 Fietsen plaatsen 18 Rijden 23 Fietsen
Nadere informatieCOP Quick start KA OLANDESE :32 Pagina 1. FordKa. Feel the difference
OP Quick start K OLNS 7-07-2008 8:32 Pagina FordKa Kort Owner s overzicht handbook Feel the difference K0468_Service_Portfolio_090508. 09.05.2008 5:52:47 Uhr 604.39.307 PP K OL 8-07-2008 4:03 Pagina S
Nadere informatieHandleiding. Tilly Light fietsendrager
Handleiding Tilly Light fietsendrager Versie 1, 2015 Tilly Light BV 2 inhoudsopgave Inhoudsopgave Onderdelen 5 Eerste gebruik 8 Op de auto plaatsen 12 Fietsen plaatsen 15 Rijden 20 Fietsen afnemen 21 Van
Nadere informatieVerkorte gebruiksaanwijzing
Verkorte gebruiksaanwijzing VeloPlus Contactgegevens fabrikant: Tel. +31 (0)315 257370 E-mail: info@vanraam.com Website: www.vanraam.com Van Raam Aaltenseweg 56 7051 CM Varsseveld Nederland Versie 18.06
Nadere informatieAluTech 500 Series Gebruikershandleiding.
Gebruikershandleiding. AluTech 3400 serie (opbouw) AluTech 3500 serie (inbouw) AluTech 540 AluTech 540/O Inhoud Pagina Overzicht bedieningselementen 2 Rugleuning instellen 3 Hoogte voetensteun instellen
Nadere informatieSloten en alarm ALARM-SYSTEEM
Sloten en alarm ALARM-SYSTEEM H6716G Uw voertuig is voorzien van een uiterst verfijnd elektronisch diefstalalarm en motor-immobilisatiesysteem. Tevens beschikt het voertuig over een aantal extra veiligheidssystemen.
Nadere informatieHandleiding: Rupsdumper roterende kipbak.
Handleiding: Rupsdumper roterende kipbak. Veiligheidsvoorzieningen Beschermingsvoorzieningen mogen alleen worden verwijderd resp. geopend na stilstand van de dumper met geactiveerde parkeerrem, uitschakelen
Nadere informatieHandleiding. Tilly Light fietsendrager
Handleiding Tilly Light fietsendrager Versie 2, 2015 Tilly Light BV 2 Inhoudsopgave Algemeen 4 Onderdelen 5 Stekker aansluiting 9 Eerste gebruik 10 Op de auto plaatsen 14 Fietsen plaatsen 17 Rijden 22
Nadere informatieTRAFIC INSTRUCTIEBOEKJE
TRAFIC INSTRUCTIEBOEKJE een passie voor presteren ELF partner van de RENAULT adviseert ELF ELF en Renault, partners op het vlak van hightech in de automobielsector, bundelen hun krachten zowel op het circuit
Nadere informatieGT-912/GT-913/GT-914 Gebruikers handleiding
GT-912/GT-913/GT-914 Gebruikers handleiding Rho-Delta b.v. Escudostraat 2 2991 XV Barendrecht Tel. +03110-4795755 Fax. +03110-2927461 www.rhodelta.nl info@rhodelta.nl - OMSCHRIJVING De GT-912 /GT-913/GT-914
Nadere informatieInstallation instructions, accessories. Stuurwiel, leer. Volvo Car Corporation Gothenburg, Sweden , ,
Installation instructions, accessories Instructienr. 30756608 Versie 1.2 Ond. nr. 30756607, 30756606, 31316446 Stuurwiel, leer IMG-339612 Volvo Car Corporation Stuurwiel, leer- 30756608 - V1.2 Pagina 1
Nadere informatieVerkorte gebruiksaanwijzing
Verkorte gebruiksaanwijzing Fun2Go Contactgegevens fabrikant: Tel. +31 (0)315 257370 E-mail: info@vanraam.com Website: www.vanraam.com Van Raam Aaltenseweg 56 7051 CM Varsseveld Nederland Versie 18.06
Nadere informatieCobra Alarm 4627. Gebruikers Handleiding
Cobra Alarm 4627 Gebruikers Handleiding Clifford Electronics Benelux BV Tel.+31 20 40 40 919 info@clifford.nl ISO 9001:2008 Cobra Alarmsysteem: Diefstal is de laatste tijd explosief gestegen. CAN Bus manipulatie
Nadere informatieCobra 4627 Alarmsysteem met DriverCards
Cobra 4627 Alarmsysteem met DriverCards Gebruikershandleidingding Effectief en gebruiksvriendelijk Het in uw voertuig gemonteerde Cobra alarmsysteem biedt een simpele, maar uiterst effectieve en gebruiksvriendelijke
Nadere informatieGemaksvoorzieningen ZONNEKLEPPEN DIMMER VOOR DE INSTRUMENTENVERLICHTING ZONNESCHERMEN
Gema ksvoorzie ningen ZONNEKLEPPEN DIMMER VOOR DE INSTRUMENTENVERLICHTING AUTO E80434 De zonneklep kan tegen verblinding naar beneden of zijwaarts worden geklapt. ZONNESCHERMEN E993 Verdraai het duimwieltje
Nadere informatieRenault CLIO. Instructieboekje
Renault CLIO Instructieboekje een passie voor presteren ELF partner van de RENAULT adviseert ELF ELF en Renault, partners op het vlak van hightech in de automobielsector, bundelen hun krachten zowel op
Nadere informatieGebruiksaanwijzing kort
O-Pair² Van Raam BV Aaltenseweg 56 7051 CM Varsseveld Tel. : +31 (0)315 257370 E-mail : info@vanraam.nl Internet : www.vanraam.nl Versie 14.10 Zadelhoogte U stelt de zadelhoogte correct in, door op de
Nadere informatievoorwaarts gericht Gebruiksaanwijzing groep gewicht leeftijd kg 9m-4j
voorwaarts gericht Gebruiksaanwijzing ECE R44 04 groep gewicht leeftijd 1 9-18 kg 9m-4j 1 Dank u voor uw keuze voor de Besafe izi Comfort. BeSafe heeft dit product uiterst zorgvuldig ontworpen om uw kind
Nadere informatieVerkorte gebruiksaanwijzing
Verkorte gebruiksaanwijzing OPair Contactgegevens fabrikant: Tel. +31 (0)315 257370 E-mail: info@vanraam.com Website: www.vanraam.com Van Raam Aaltenseweg 56 7051 CM Varsseveld Nederland Versie 18.06 Let
Nadere informatieVodafone Automotive 4627 Alarmsysteem met DriverCards. Gebruikershandleiding. Vodafone Power to you
Vodafone Automotive 4627 Alarmsysteem met DriverCards Gebruikershandleiding Vodafone Power to you Effectief en gebruiksvriendelijk 1. Alarmsysteem met aparte autorisatie Het in uw voertuig gemonteerde
Nadere informatieVehicle Security System VSS3 - Alarm system remote
Vehicle Security System VSS3 - Alarm system remote Alarmsysteem met afstandsbediening leidraad bij het instellen - Dutch Geachte klant, In deze handleiding vindt u de informatie en bedieningen die nodig
Nadere informatieHandleiding: Verreiker roterend max. hefvermogen 20,6 mtr. incl. machinist
Handleiding: Verreiker roterend max. hefvermogen 20,6 mtr. incl. machinist BEDIENINGSUITLEG 1 - Bestuurderszetel 17 - Hendel stuurafstelling 2 - Sleutelschakelaar (START) 18 - Bedieningshendel hijsen linker
Nadere informatieBeste klant, Wij feliciteren u en bedanken u dat u voor een Fiat hebt gekozen. Wij hebben dit boekje opgesteld om u te helpen alle kenmerken van dit
T I P O 5 D O O R T I P O S T A T I O N W A G O N G E B R U I K E N O N D E R H O U D Beste klant, Wij feliciteren u en bedanken u dat u voor een Fiat hebt gekozen. Wij hebben dit boekje opgesteld om
Nadere informatiePackard Bell Easy Repair
Packard Bell Easy Repair EasyNote MZ serie Instructies voor het vervangen van geheugenmodules 7429180005 7429180005 Documentversie: 1.0 - Mei 2007 www.packardbell.com Belangrijke veiligheidsinstructies
Nadere informatieGEBRUIK EN ONDERHOUD
GEBRUIK EN ONDERHOUD Dit instructieboekje toont het gebruik van het voertuig. Alfa Romeo maakt de raadpleging van een specifiek deel in elektronisch formaat mogelijk voor de liefhebbende gebruiker die
Nadere informatieVodafone Automotive 4627 Alarmsysteem met DriverCards. Gebruikershandleiding. Vodafone Power to you
Vodafone Automotive 4627 Alarmsysteem met DriverCards Gebruikershandleiding Vodafone Power to you Effectief en gebruiksvriendelijk 1. Alarmsysteem met aparte autorisatie Het in uw voertuig gemonteerde
Nadere informatieGebruikershandleiding kort
kort Van Raam BV Aaltenseweg 56 7051 CM Varsseveld Positie zitting Om de positie van de stoel correct in te stellen zet de berijder een voet op het pedaal in de uiterste stand vanaf de berijder. Stel de
Nadere informatieVOERTUIGCONTROLE SEAT IBIZA. Rijschool van Zuylen
VOERTUIGCONTROLE SEAT IBIZA OPENEN MOTORKAP Motorkap in gesloten toestand OPENEN MOTORKAP Trek de hendel naar achteren en de motorkap is ontgrendeld. OPENEN MOTORKAP In het midden van de motorkap, net
Nadere informatieinstallatiehandleiding Alarmlicht met sirene
installatiehandleiding Alarmlicht met sirene INSTALLATIEHANDLEIDING ALARMLICHT MET SIRENE Gefeliciteerd met de aankoop van het Egardia alarmlicht met sirene. Website Egardia www.egardia.com Klantenservice
Nadere informatieinstallatiehandleiding Alarmlicht met sirene
installatiehandleiding Alarmlicht met sirene INSTALLATIEHANDLEIDING ALARMLICHT MET SIRENE Gefeliciteerd met de aankoop van het WoonVeilig alarmlicht met sirene. Telefoonnummer WoonVeilig 0900-388 88 88
Nadere informatieTegen de rijrichting in. Gebruiksaanwijzing kg 0-12 m
Tegen de rijrichting in Gebruiksaanwijzing ECE R44 04 GROEP GEWICHT LEEFTIJD 0+ 0-13 kg 0-12 m 1 Bedankt voor uw keuze voor BeSafe izi Go BeSafe heeft dit product uiterst zorgvuldig ontworpen om uw kind
Nadere informatieVehicle Security System VSS3 - Vehicle original remote
Vehicle Security System VSS3 - Vehicle original remote Originele afstandsbediening van het voertuig leidraad bij het instellen - Dutch Geachte klant, In deze handleiding vindt u de informatie en bedieningen
Nadere informatieDe voorkant. De zijkant. De banden
Controlepunten: De voorkant De verlichting moet heel zijn en werken (de werking van de verlichting, remlichten en richtingaanwijzers kan voor je gaat rijden gecontroleerd worden door de examinator) De
Nadere informatieGebruikershandleiding kort
Velo-Plus² Van Raam BV Aaltenseweg 56 7051 CM Varsseveld Zadelhoogte U stelt de zadelhoogte correct in, door op de fiets te gaan zitten en een voet op het pedaal in de onderste stand te zetten. In die
Nadere informatieAutomatische transmissie
Automatische transmissie TRANSMISSIEHENDEL H3916 De CommandShift transmissie kan als automaat en als handbak worden gebruikt. Automatische bediening Normaal staat de transmissie op 'automatisch'. Nadat
Nadere informatieVerwarming en ventilatie
Verwarming en ventilatie BEDIENINGSELEMENTEN 1. Temperatuurregeling. Afzonderlijk instelbaar voor de bestuurder en de passagier voorin. 2. Programma voor maximaal ontdooien. 3. Luchtverdeling. In de geselecteerde
Nadere informatiePowerpack. gebruikshandleiding
Powerpack gebruikshandleiding 1 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding De RMA powerpack is een hulpmiddel voor de begeleiding. Het vergemakkelijkt het duwen van een rolstoel gebruiker. De hulpmotor is niet ontworpen
Nadere informatieNL ESP-Systeem
603.83.515 NL ESP-Systeem ESP-SYSTEEM (Electronic Stability Program) Dit systeem bewaakt de stabiliteit van de auto als de wielen hun grip verliezen, waardoor de auto beter op koers blijft. De werking
Nadere informatieRenault KADJAR. Instructieboekje
Renault KADJAR Instructieboekje een passie voor presteren ELF partner van de RENAULT adviseert ELF ELF en Renault, partners op het vlak van hightech in de automobielsector, bundelen hun krachten zowel
Nadere informatieAntenneversterker, meerweg "Diversity" Antenneversterker, meerweg "Diversity" V1.0
Installation instructions, accessories Instructienr. 9172665 Versie 1.0 Ond. nr. Antenneversterker, meerweg "Diversity" M3903263 Volvo Car Corporation Antenneversterker, meerweg "Diversity"- 9172665 -
Nadere informatieGebruiksaanwijzing. izi Modular: voor- & achterwaarts gericht. izi Modular RF: achterwaarts gericht. Lichaamslengte cm.
a f d e b c i Gebruiksaanwijzing g h 4 > 5 cm izi Modular: voor- & achterwaarts gericht izi Modular RF: achterwaarts gericht 5 Lichaamslengte 6-05 cm. Lichaamslengte 88-05 cm. Max. gewicht 8 kg. Leeftijd
Nadere informatiePackard Bell Easy Repair
Packard Bell Easy Repair EasyNote MZ serie Instructies voor het vervangen van de wireless LAN kaart 7429160005 7429160005 Documentversie: 1.0 - Mei 2007 www.packardbell.com Belangrijke veiligheidsinstructies
Nadere informatieINTELLISTART 4 INSTALLATIE
Standaard mogelijkheden van de IntelliStart 4. INTELLISTART 4 INSTALLATIE Op afstand starten voor automaten en handgeschakelde auto's tevens ook geschikt voor diesels Automatisch starten bij lage accu
Nadere informatieRenault SCENIC. Instructieboekje
Renault SCENIC Instructieboekje een passie voor presteren ELF partner van de RENAULT adviseert ELF ELF en Renault, partners op het vlak van hightech in de automobielsector, bundelen hun krachten zowel
Nadere informatieVoertuig Controle BMW 116d Sportline
Voertuig Controle BMW 116d Sportline Voor het praktijkexamen wordt door de examinator een aantal vragen gesteld over de motor, de banden of het dashboard. Lees deze pagina een aantal keren aandachtig door
Nadere informatiePagina. Paragraaf. 1.1 Openen. 1.2 Starten. 1.3 Uitschakelen. 1.4 Afsluiten. 2.1 Tanken. 3.1 Openen kap. 3.2 Sluiten kap. 1.
Paragraaf 1.1 Openen 1.2 Starten 1.3 Uitschakelen 1.4 Afsluiten 2.1 Tanken 3.1 Openen kap 3.2 Sluiten kap 1.3 Zijruiten verwijderen en plaatsen 1.3 Uitschakelen 5.1 Motorkap openenn 6.1 Kachel bedienenn
Nadere informatieFIAT ULYSSE 603.45.458 NL INSTRUCTIEBOEK
FIAT ULYSSE 603.45.458 NL INSTRUCTIEBOEK WEGWIJS IN UW AUTO Fiat-CODE... 7 Diefstalalarm... 12 Start-/contactslot... 14 Portieren... 14 Kinderveiligheidsslot... 19 Zitplaatsen voor... 20 Zitplaatsen achter...
Nadere informatieHandleiding Morgan Plus 8
Klassiekershuren.nl Huur een klassieke auto voor bruiloft, gala of dagje uit! http://www.klassiekershuren.nl Handleiding Morgan Plus 8 Om ervoor te zorgen dat je zo veel mogelijk kunt genieten van de Morgan,
Nadere informatie604.31.649 NL INSTRUCTIEBOEK ALFA
604.31.649 NL INSTRUCTIEBOEK ALFA 147 Geachte cliënt, Hartelijk dank dat u voor een Alfa Romeo hebt gekozen. Uw Alfa 147 is ontworpen om maximale veiligheid, comfort en rijplezier te garanderen. Dit instructieboekje
Nadere informatieMEGANE COUPE CABRIOLET INSTRUCTIEBOEKJE
MEGANE COUPE CABRIOLET INSTRUCTIEBOEKJE een passie voor presteren ELF partner van de RENAULT adviseert ELF ELF en Renault, partners op het vlak van hightech in de automobielsector, bundelen hun krachten
Nadere informatieRenault CAPTUR. Instructieboekje
Renault CAPTUR Instructieboekje eenpassievoor presteren ELF partner van de RENAULT adviseert ELF ELF en Renault, partners op het vlak van hightech in de automobielsector, bundelen hun krachten zowel op
Nadere informatieGebruiksaanwijzing Multi-Motion M5
Gebruiksaanwijzing Multi-Motion M5 1 VOORDAT U GEBRUIK GAAT MAKEN VAN UW MULTIMOTION ROLSTOEL DIENT U, EN INDIEN VAN TOEPASSING UW BEGELEIDER, EERST DEZE HANDLEIDING AANDACHTIG DOOR TE LEZEN. Algemene
Nadere informatieMitsubishi - Cobra Alarm CO4627. Gebruikers Handleiding
Mitsubishi - Cobra Alarm CO4627 Gebruikers Handleiding Clifford Electronics Benelux BV Tel.+31 20 40 40 919 info@clifford.nl ISO 9001:2008 Mitsubishi - Cobra Alarmsysteem: Om uw auto optimaal te beschermen
Nadere informatieRenault KADJAR. Instructieboekje
Renault KADJAR Instructieboekje een passie voor presteren ELF partner van de RENAULT adviseert ELF ELF en Renault, partners op het vlak van hightech in de automobielsector, bundelen hun krachten zowel
Nadere informatieDe voorkant. De zijkant. De banden
Controlepunten: In deze handleiding vind je de specifieke voertuigkenmerken van de Suzuki Swift. Algemene dingen kun je in je Ris praktijkboek vinden. Dus hier kun je b.v. vinden met welk knopje je de
Nadere informatieVOORWAARTS GERICHT GEBRUIKSAANWIJZING ECE R GROEP GEWICHT LEEFTIJD kg 4-12 j
VOORWAARTS GERICHT GEBRUIKSAANWIJZING ECE R44 04 GROEP GEWICHT LEEFTIJD 2-3 15-36 kg 4-12 j 1 Bedankt dat U voor de BeSafe izi Up hebt gekozen BeSafe heeft dit product uiterst zorgvuldig ontworpen om uw
Nadere informatieSloten en alarmen. Gebruiken van de zender
Sloten en alarmen ALARMSYSTEEM* Uw voertuig is voorzien van een uiterst verfijnd elektronisch diefstalalarm en motorimmobilisatiesysteem. Teneinde maximale veiligheid en maximaal bedieningsgemak te garanderen
Nadere informatieDatum/Date: 04/2003ne Update: 07/2007 Car Access System E60, E61, E63, E64, E70, E81, E87, E90, E91, E92, E93
Datum/Date: 04/2003ne Update: 07/2007 Car Access System E60, E61, E63, E64, E70, E81, E87, E90, E91, E92, E93 Inleiding Het Car Access System (CAS) regelt de toegangsmogelijkheden tot de auto.ne De CASregeleenheid
Nadere informatieclick! a b c d g h Gebruiksaanwijzing j k > 25 cm l m Lichaamslengte cm. Max. gewicht 13 kg. UN regulation no. R129 i-size Leeftijd 0-12 m.
1 3 a b c d e f g h click! Gebruiksaanwijzing 4 i j k l m > 25 cm 2 5 Lichaamslengte 40-75 cm. Max. gewicht 13 kg. Leeftijd 0-12 m. UN regulation no. R129 i-size 8 9 Dank u voor uw keuze voor de BeSafe
Nadere informatieONLINE INSTRUCTIEBOEK
T I P O 5 D O O R T I P O S T A T I O N W A G O N G E B R U I K E N O N D E R H O U D Dit Instructieboek is bedoeld om de bedrijfsomstandigheden van het voertuig te verduidelijken. Voor de enthousiaste
Nadere informatieGebruikershandleiding Peugeot CE22, CE33, CE141, CE132, CE122, CE151, CE101, CE111
Gebruikershandleiding Peugeot CE22, CE33, CE141, CE132, CE122, CE151, CE101, CE111 Gefeliciteerd! U heeft gekozen voor een fiets met elektische ondersteuning, de E-bike. Uw E-bike zal u meer mogelijkheden
Nadere informatieHandleiding Quick start
Handleiding Quick start Geachte klant, Hartelijk dank dat u heeft gekozen voor de mobiele telefoon General Mobile Discovery. Deze quick start handleiding is bedoeld om de belangrijkste functies van het
Nadere informatieGebruikershandleiding
Gebruikershandleiding MamaLoes Ding Twist 360 0-36kg Autostoel YB104A 1 Hoofdsteun Rugsteun Kussen Bovenstel Schouderkussen Gesp Onderstel Gordelhouder 0+) FIX-connector (voor Handgreep voor rotatie FIX-ontgrendelingsknop
Nadere informatieINSTALLATIEHANDLEIDING
INSTALLATIEHANDLEIDING Designsierpaneel BYCQ40EP BYCQ40EPB 4PNL9-.book Page Monday, January 7, 09 :07 PM c b a e b g a 4 4 4+ d f h g g 4 ~8 mm 4 7 4 4 9 8 8 4 4 0 BYCQ40EP Designsierpaneel BYCQ40EPB Installatiehandleiding
Nadere informatieGebruikershandleiding Puch Radius, State of the Art, Boogy BMS
Gebruikershandleiding Puch Radius, State of the Art, Boogy BMS Gefeliciteerd! U heeft gekozen voor een fiets met elektrische ondersteuning, de E-bike. Uw E-bike zal u door zijn elektrische ondersteuning
Nadere informatieINLEIDING VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN SYMBOLEN. De symbolen in deze gebruiksaanwijzing. Symbolen op het apparaat
INLEIDING Deze gebruiksaanwijzing is bedoeld voor Rapid 100E. Lees ze eerst grondig door alvorens u het apparaat in gebruik neemt. Deze gebruiksaanwijzing bevat de veiligheidsvoorschriften, de voorschriften
Nadere informatieCAPTUR INSTRUCTIEBOEKJE
CAPTUR INSTRUCTIEBOEKJE een passie voor presteren ELF partner van de RENAULT adviseert ELF ELF en Renault, partners op het vlak van hightech in de automobielsector, bundelen hun krachten zowel op het circuit
Nadere informatieANCIA 603.45.549 NL LANCIA PHEDRA INSTRUCTIEBOEK
ANCIA 603.45.549 NL LANCIA PHEDRA INSTRUCTIEBOEK Veilig en milieubewust rijden... 2 Signalen voor een correct gebruik van de auto... 6 Symbolen... 7 Inhoud... 11 WEGWIJS IN UW AUTO... 12 Lancia CODE...
Nadere informatieClifford Electronics Benelux bv. Tel.+31 20 40 40 919 Fax. +31 20 40 40 948
Clifford Electronics Benelux bv. Tel.+31 20 40 40 919 Fax. +31 20 40 40 948 Belangrijke informatie Gefeliciteerd met de aankoop van uw voertuig beveiligingsysteem. Het is ontworpen om jaren van probleemloze
Nadere informatieUitrusting in interieur van auto
Uitrusting in interieur van auto BINNENVERLICHTING KLOK OFF 12 ON 9 3 H2592 Schakelaarstanden: "UIT" - Verlichting permanent uit. "AAN" - De verlichting blijft branden. Met de schakelaar in de middenstand
Nadere informatieNederlandstalige handleiding Autoalarm AS5
Nederlandstalige handleiding Autoalarm AS5 Inhoud verpakking: Alarmunit Sirene Handzender ( 2 stuks) Kabels incl. zekeringen Zoekfunctie Stil alarm Startblokkering Paniek functie Anti carjacking Aansturing
Nadere informatieKOLEOS INSTRUCTIEBOEKJE
KOLEOS INSTRUCTIEBOEKJE RENAULT adviseert ELF ELF ontwikkelt voor RENAULT een compleet assortiment smeermiddelen: motoroliën oliën voor handgeschakelde en automatische versnellingbakken Waarschuwing: voor
Nadere informatieRenault KOLEOS. Instructieboekje
Renault KOLEOS Instructieboekje een passie voor presteren ELF partner van de RENAULT adviseert ELF ELF en Renault, partners op het vlak van hightech in de automobielsector, bundelen hun krachten zowel
Nadere informatieGebruiksaanwijzing ECE R kg 4-12 jr
Voorwaarts gericht Gebruiksaanwijzing ECE R44 04 Groep Gewicht Leeftijd 2-3 15-36 kg 4-12 jr 1 Bedankt dat U voor de BeSafe izi Up FIX hebt gekozen BeSafe heeft dit product uiterst zorgvuldig ontworpen
Nadere informatieSmartHome Huiscentrale
installatiehandleiding SmartHome Huiscentrale Vervanging voor WoonVeilig Huiscentrale (model WV-1716) INSTALLATIEHANDLEIDING SMARTHOME HUISCENTRALE Website WoonVeilig www.woonveilig.nl Klantenservice Meer
Nadere informatieMauer GmbH Technologie voor beveiliging. Code Combi B VdS-Cl 2 Artikelnummer 82131 - standaard
Informatie over de bediening: Mauer GmbH Technologie voor beveiliging Code Combi B VdS-Cl 2 Artikelnummer 82131 - standaard Bedieningsinstructies Lees deze instructies aandachtig door voordat u het slot
Nadere informatieinstallatiehandleiding Alarmlicht
installatiehandleiding Alarmlicht INSTALLATIEHANDLEIDING ALARMLICHT Gefeliciteerd met de aankoop van het WoonVeilig alarmlicht. Telefoonnummer WoonVeilig 0900-388 88 88 E-mail WoonVeilig klantenservice@woonveilig.nl
Nadere informatieLampen en waarschuwingslampjes
Lampen en waarschuwingslampjes VERLICHTING OP BUITENKANT VAN AUTO Hoofdverlichtingsschakelaar H5740 1 1. Uit. 2. Stadslichten. 3. Koplampen aan. 4. Automatische controlelampjes. Stadslichten De voorste
Nadere informatieLAGUNA INSTRUCTIEBOEKJE
LAGUNA INSTRUCTIEBOEKJE een passie voor presteren Un réseau automobile à l échelle mondiale 6 000 points Renault en France 11 000 en Europe ELF partner van de 14 000 dans le Monde À votre service RENAULT
Nadere informatieGefeliciteerd met de aanschaf van uw SPINDER TOUR fietsendrager
Handleiding 01 Gefeliciteerd met de aanschaf van uw SPINDER TOUR fietsendrager 02 Gebruiksklaar maken van de SPINDER TOUR 1 2 C 3 B D 1 lvorens u de drager op de trekhaak kunt plaatsen dient u eerst de
Nadere informatieOPEL Vivaro Gebruikershandleiding
OPEL Vivaro Gebruikershandleiding Inhoud Inleiding... 2 Kort en bondig... 6 Sleutels, portieren en ruiten... 21 Stoelen, veiligheidssystemen... 45 Opbergen... 70 Instrumenten en bedieningsorganen... 78
Nadere informatieINSTALLATIEHANDLEIDING
INSTALLATIEHANDLEIDING Sierpaneel BYCQ0EW BYCQ0EWW BYCQ0EWB PNL0-A.book Page Thursday, January 0, 09 :8 PM c b a e b g a +6 d f h g g 6 6 mm 6 6 7 9 8 8 0 BYCQ0EW BYCQ0EWW BYCQ0EWB Sierpaneel Installatiehandleiding
Nadere informatieKADJAR INSTRUCTIEBOEKJE
KADJAR INSTRUCTIEBOEKJE een passie voor presteren ELF partner van de RENAULT adviseert ELF ELF en Renault, partners op het vlak van hightech in de automobielsector, bundelen hun krachten zowel op het circuit
Nadere informatieContiComfortKit Handleiding
Inleiding Dankzij de ContiComfortKit blijft u ook met een lekke band mobiel. De combinatie van een compressor met een afdichtmiddel maakt het mogelijk om snijbeschadigingen tot ongeveer 6 mm lang doeltreffend
Nadere informatieINSTRUCTIEBOEK 604.31.037 NL ALFA
INSTRUCTIEBOEK 604.31.037 NL ALFA 156 Geachte cliënt, Hartelijk dank dat u voor een Alfa Romeo hebt gekozen. Zoals iedere Alfa Romeo is uw Alfa 156 ontworpen om maximale veiligheid, comfort en rijplezier
Nadere informatieElektrische fiets Pedelec
Versie 06/2010 Bestnr. 86 20 23 Elektrische fiets Pedelec Alle rechten, ook vertalingen, voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een automatische gegevensbestand,
Nadere informatieGEBRUIKSAANWIJZING (NL)
Gebruiksaanwijzing GEBRUIKSAANWIJZING (NL) Lees de handleiding goed door vóór gebruik en bewaar hem goed voor later gebruik Mill HT5512 Gebruiksaanwijzing Belangrijke veiligheidsinformatie Wanneer u elektrische
Nadere informatieGEBRUIKSHANDLEIDING. Art. 866 DRIVERCARD 06DE1939A - 03/04. Cobra is a registered trade mark by DELTA ELETTRONICA
GEBRUIKSHANDLEIDING Art. 866 DRIVERCARD 12 Cobra is a registered trade mark by DELTA ELETTRONICA 06DE1939A - 03/04 1 06DE1939A.pmd 1 GARANTIE Garantie bepaling INHOUD Introductie... pagina 2 1. DriverCard
Nadere informatieGEBRUIKSAANWIJZING (NL)
Gebruiksaanwijzing GEBRUIKSAANWIJZING (NL) Lees de handleiding goed door vóór gebruik en bewaar hem goed voor later gebruik. Mill HT600 Gebruiksaanwijzing Belangrijke veiligheidsinformatie Wanneer u elektrische
Nadere informatieMercedes-Benz Mobility voor meer vrijheid. Aangepast vervoer nu af fabriek.
Mercedes-Benz Mobility voor meer vrijheid. Aangepast vervoer nu af fabriek. Geniet van het unieke Mercedes-Benz gevoel. Gemakkelijk en zelfstandig op uw bestemming aankomen. Ook met een handicap is dat
Nadere informatie