Wet Inburgering Nieuwkomers

Transcriptie

1 gemeente Eindhoven Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling Raadsnummer 05.RI202.00I Inboeknummer osbstoogo8 Beslisdatum BRW z6 april 2005 Dossiernummer Str.SSz Oplegvel Raadsvoorstel tot het vaststellen van de Verordening Boete Wet Inburgering Nieuwkomers 1 Samenvatting Vanaf 1 januari 2005 heeft de gemeente de Wet Werk en Bijstand (WWB) volledig ingevoerd. In samenhang met deze vernieuwing heeft de gemeenteraad per 15 november 2004 de Afstemmings- en Fraudeverordening 2005 aangenomen. Met de invoering van de WWB is ook de Wet lnburgering Nieuwkomers (WIN) gewijzlgcl. In het kader van dezelfde vernieuwing dient een nieuwe Verordening Boete Wet Inburgering te worden vastgesteld, teneinde met ingang van 1 januari 2005 opnieuw te kunnen beschikken over een bestuurlijk instrument om het gedrag van personen, die niet (willen) voldoen aan hun inburgeringplicht, middels een boete te kunnen corrigeren. De verordening, na vaststelling en publicatie, treedt met terugwerkende kracht in werking per 1 januari 2005 en kent geen nieuwe of andere consequenties, ten opzichte van de tot aan 1 januari 2005 geldende boeteverordening WIN. Ook de bedragen van de boete zijn in de nieuwe verordening niet gewijzigd ten opzichte van de vorige verordening. 2 Bijlage(n) Geen. wa

2 gemeente Eindhoven Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling Raadsnummer 05.RI202.00I Inboeknummer osbstoogoa Beslisdatum Bikw a6 april 2005 Dossiernummer Sxy.SSs Raadsvoorstel tot het vaststellen van de Verordening Boete Wet Inburgering Nieuwkomers 1 Inleiding Vanaf 1 januari 2005 heeft de gemeente de Wet Werk en Bijstand (WWB) volledig ingevoerd. In het kader van deze nieuwe wet heeft de gemeente meer beleidsvrijheid gekregen. Een van de wijzigingen betrof de regelgeving rondom boeten en maatregelen. Deze regelgeving is vervangen door gemeentelijk beleid in de vorm van een Afstemmings- en Fraudeverordening Deze verordening is op 15 november 2004 door de raad aangenomen en is per 1 januari 2005 in werking getreden. Met de invoering van de WWB is ook de Wet inburgering Nieuwkomers (WIN) gewijzigd. Het college dient, op basis van artikel 18, lid 7 van de WIN lokale regels te stellen met betrekking tot de hoogte van de boete in het kader van de WIN. De Afstemmings- en Fraudeverordening voorziet hier namelijk niet in. Op grond van artikel 18, eerste lid van de WIN moet het college een boete opleggen als een nieuwkomer in strijd handelt met een uit de WIN voortvloeiende, in de betreffende bepaling nader aangeduide verplichting. Het kan daarbij bijvoorbeeld gaan om het niet of onvoldoende nakomen van de verplichting een inburgeringprogramma te volgen. Bij dringende redenen heeft het college de bevoegdheid om af te zien van de boeteoplegging. De hoogte van de boeteoplegging was tot op het moment van de Afstemmings- en Fraudeverordening WWB in werking trad, landelijk geregeld via het Boetebesluit Inburgering Nieuwkomers. Deze regeling is vervallen per 1 januari De boete bedroeg 20ro van de voor de nieuwkomer geldende bijstandsnorm, die voor hem geldt, dan wel zou gelden indien hij bijstandsgerechtigd zou zijn geweest. Ingeval van recidive binnen 12 maanden nadat eerder een boete is opgelegd, wordt de boete verhoogd tot 40% van de toepasselijke bijstandsnorm. De Verordening Boete WIN dient, sporend met de WWB, gelijktijdig met de Afstemmingsverordening WWB van WZI per 1 januari 2005 geimplementeerd te worden. Hoewel de verordening met terugwerkende kracht in werking treedt, behoeven in deze verordening geen bijzondere overgangsregelingen getroffen te worden.

3 Raadsnummer 05.RI202.00I Deze verordening heeft namelijk geen materiele wijzigingen tot gevolg, waarmee op basis van deze nieuwe verordening de nieuwkomers niet in een nadeliger positie komen te verkeren ten opzichte van het oorspronkelijk Boetebesluit WIN. 2 Wat willen we bereiken Nieuwkomers zijn bij wet verplicht om medewerking te verlenen aan een inburgeringprogramma. Het niet meewerken aan deze verplichting, zoals bijvoorbeeld verzuim bij de taallessen Nederlands, heeft een nadelige invloed op de kansen op succesvolle integratie en maatschappelijke participatie. Om te bewerkstelligen dat personen ook daadwerkelijk deelnemen aan de inburgeringactiviteiten, kan in een bepaald stadium, indien de nieuwkomer duidelijk heeft laten merken niet te (willen) voldoen aan de gestelde verplichtingen, gesanctioneerd worden middels het opleggen van een bestuurlijke boete. Het doel van een sanctie dient altijd een correctie van gedrag te zijn. 3 Wat gaan we daarvoor doen Doordat de verordening pas aangenomen wordt in het voorjaar van 2005 betekent dit dat momenteel geen boetes WIN kunnen worden opgelegd, omdat de grondslag ontbreekt. Nadat de verordening is aangenomen en gepubliceerd treedt deze in werking met terugwerkende kracht per 1 januari De gemeente kan twee jaar na de "overtreden gedraging" nog een boete opleggen, zodat alle gevallen in de periode vanaf 1 januari 2005 tot aan het moment van de inwerkingtreding van de nieuwe verordening dan alsnog beboet kunnen worden. Met het vaststellen van de Verordening Boete WIN beschikt de gemeente opnieuw over een instrument om, middels het opleggen van een bestuurlijke boete, het gedrag van nieuwkomers, die niet aan hun wettelijke verplichting inzake inburgering (willen) voldoen, te kunnen corrigeren. 4 Wat kost het Dit voorstel heeft geen nieuwe of andere financiele consequenties, ten opzichte van de tot aan 1 januari 2005 geldende Boeteverordening WIN. De werkwijze is en blijft als volgt: Bij ernstig verzuim meldt Bureau lnburgering dit verzuim aan de dienst Werk, Zorg en Inkomen, afdeling Verhaal en Incasso. De afdeling Verhaal en Incasso beoordeelt of er voldoende grond is tot een boeteopleg ging, horen de deelnemer, en kunnen dan al dan niet besluiten tot een boete oplegging. De afdeling Verhaal en Incasso int de boete die wordt gestort in het budget lnburgering MO.

4 Raadsnnmmer 05.RI202.00I De kosten voor oplegging en inning kunnen ten laste van inburgering MO worden gebracht door de dienst Werk, Zorg en Inkomen. Een ontwerpraadsbesluit bieden wij u hierbij ter vaststelling aan. Burgemeester en wethouders van Eindhoven, C. Langerwerf, secretaris.

5 Raadsnummer 05.RI202.00I Raad sbesl uit De raad van de gemeente Eindhoven; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 26 april en 8 juni 2005; gelet op artikel 18 van de Wet inburgering nieuwkomers en gelet op de Wet Werk en Bijstand; besluit: vast te stellen de navolgende: Verordening Boete Wet lnburgering Nieuwkomers. Hoofdstuk l. Algemene bepalingen. Artikel 1. Begripsbepalingen. In deze verordening wordt verstaan onder: a. vvet: de Wet inburgering nieuwkomers (WIN); b. WWB: de Wet Werk en Bijstand; c. college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Eindhoven; d. bijstandsnorm: de bijstandsnorm bedoeld in artikel 5, onderdeel c van de WWB; e. boete: de bestuurlijke boete als bedoeld in artikel 18, eerste lid van de wet; f. maatregel: het verlagen van de bijstand of de langdurigheidtoeslag op grond van artikel 18, tweede lid van de WWB. Artikel 2. Afstemming en dringende redenen. 1. Bij het opleggen van een boete wordt deze verordening in acht genomen, onverminderd het bepaalde in artikel 18, tweede en vierde, lid van de wet. 2. Als elke vorm van verwijtbaarheid ontbreekt wordt geen boete opgelegd. Artikel 3. Hoogte van de boete. 1. De boete bedraagt 209b van de bijstandsnorm die voor de nieuwkomer geldt of zou gelden als hij belanghebbende in de zin van de WWB zou zijn. 2. Bij herhaling van een gedraging als bedoeld in artikel 18, eerste lid, van de wet, binnen twaalf maanden nadat aan de nieuwkomer terzake van die gedraging een boete is opgelegd, bedraagt de boete 409o van de in het eerste lid bedoelde bijstandsnorm.

6 Raadsnummer 05.RI202.00I Hoofdstuk 3 Slotbepalingen. Artikel 4. Inwerkingtreding. Deze verordening treedt in werking op 1 januari Artikel5. Citeertitel. Deze verordening wordt aangehaald als "Verordening Boete Wet inburgering Nieuwkomers". Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 20 juni A. Sakkers, voorzitter. J. Verheugt, griffier.

7 Raadsnummer 05.RI202.00I Toelichting verordening boete wet inburgering nieuwkomers. Inleiding - invoering van de Wet Werk en Bijstand en wijziging van de Wet Inburgering Nieuwkomers. Vanaf 1 januari 2005 heeft de dienst Werk, Zorg en Inkomen de Wet Werk en Bijstand (WWB) volledig ingevoerd. In het kader van deze nieuwe wet heeft de gemeente meer beleidsvrijheid. De WWB vervangt onder meer de Algemene bijstandswet (Abw). Met de WWB is de beleidsmatige en financiele verantwoordelijkheid voor de reintegratie en inkomensondersteuning van mensen die daarop aanspraak kunnen maken, volledig aan de gemeenten overgedragen. Er is gekozen om in deze verordening aan te sluiten bij het bestaande boeteregeling van de WIN. Mede gelet op de rechtszekerheid en gelijke behandeling van klanten voorziet de WWB onder meer in een opdracht aan de gemeenteraad om gemeentelijke verordeningen vast te stellen ten aanzien van: het ondersteunen van klanten bij arbeidsinschakeling en het aanbieden van daarop gerichte voorzieningen (Reintegratieverordening WWB); het verlagen van de bijstand of de langdurig heidtoeslag als een klant tekortschietend besef van verantwoordelijkheid betoont of verplichtingen, waaronder begrepen de inlichtingenplicht, niet of onvoldoende nakomt (Afstemmingsverordening WWB). Wijziging van de Wet Inburgering Nieuwkomers (WIN). Met de invoering van de WWB wordt ook de WIN gewijzigd. In het verlengde van de hiervoor genoemde WWB-verordeningen, moet het college in een gemeentelijke verordening nadere regels stellen met betrekking tot het opleggen van de administratieve boete in het kader van de WIN. Op grond van artikel 18, eerste lid van de WIN moet het college een boete opleggen als een nieuwkomer in strijd handelt met een uit de WIN voortvloeiende, in de betreffende bepaling nader aangeduide verplichting. Het kan daarbij bijvoorbeeld gaan om het niet of onvoldoende nakomen van de verplichting een inburgeringprogramma te volgen. De hoogte van de boete is, tot het moment dat de in de inleiding genoemde WWBverordeningen in werking treden, landelijk geregeld via het Boetebesluit inburgering Nieuwkomers. De boete bedraagt 20fo van de voor de nieuwkomer geldende bijstandsnorm, die voor hem geldt of voor hem zou gelden als hij bijstandsgerechtigd zou zijn geweest. Ingeval van recidive binnen twaalf maanden nadat eerder een boete is opgelegd, wordt de boete verhoogd tot 40%o van de toepasselijke bijstandsnorm.

8 Raadsnummer 05.RI202.00I Door de in werking treden van de WWB-verordeningen, bij de dienst Werk, Zorg en Inkomen vanaf 1 januari 2005, vervalt, op grond van de lnvoeringswet WWB en artikel 2 van de invoeringsregeling WWB, het Boetebesluit WIN en treedt artikel 47 van de Invoeringswet WWB feitelijk in werking. Op grond van het aldus gewijzigde artikel 18, zevende lid van de WIN moeten vanaf dat moment, bij gemeentelijke verordening nadere regels zijn gesteld over de hoogte van de boete. Geen materiele wijziging. Deze verordening beoogt geen materiele wijziging ten opzichte van het Boetebesluit WIN. De boete blijft 209o van de bijstandsnorm, alleen vormt, vanaf de datum van inwerkingtreding van de genoemde WWB-verordeningen en in het verlengde daarvan, de Verordening Boete WIN de formele grondslag voor de bepaling van de hoogte van de boete. Dat betekent dat ook geen bijzondere overgangsregelingen getroffen behoeven te worden, omdat nieuwkomers als gevolg van deze verordening materieel niet in een nadeliger positie komen te verkeren. Relatie met het maatregelenbeleid WWB. Voorzover het gaat om nieuwkomers die bijstand ontvangen, blijft een boete achterwege als voor dezelfde gedraging een maatregel, in de vorm van een verlaging van de bijstand, is opgelegd. Daarbij is van belang dat het volgen van een inburgeringsprogramma als verplichting aan de bijstand kan worden verbonden. Het verwijtbaar niet-nakomen van die verplichting leidt, net als onder de Abw, op grond van de WWB en de hierboven genoemde Afstemmingsverordening WWB tot een verlaging van de bijstand met eveneens 2096 van de bijstandsnorm gedurende een maand. Bij recidive binnen twaalf maanden nadat een maatregel is opgelegd, wordt percentage of de duur verdubbeld, Artikelsgewijze toelichting. Artikel 1. De begrippen in deze verordening hebben dezelfde betekenis als in de WIN. Het begrip bijstandsnorm, waaraan de hoogte van de boete is gerelateerd, is ontleend aan de WWB. Het is het normbedrag per maand waarop krachtens de WWB aanspraak gemaakt kan worden als men over onvoldoende middelen beschikt om te kunnen voorzien in de algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan. De hoogte van het bedrag is onder meer afhankelijk van de woon- en leefsituatie. In een gemeentelijke verordening moeten nadere regels worden gesteld ten aanzien van het

9 wf4+ Raadsnummer 05.RI202.00I verhogen of verlagen van de bijstandsnorm. De Verordening toeslagen en verlagingen WWB voorziet daar in. Ook het begrip maatregel is aan de WWB ontleend. Een maatregel wordt toegepast als een bijstandsgerechtigde de aan de bijstand verbonden verplichtingen niet of onvoldoende nakomt. Een maatregel bestaat uit een tijdelijke verlaging van de bijstand. Het gemeentelijk sanctiebeleid in het kader van de WWB is verder in een verordening uitgewerkt. De Afstemmings- en Fraudeverordening WWB 2005 voorziet daar in. Artikel 2. Artikel 18, tweede lid van de WIN bepaalt dat de hoogte van de boete wordt afgestemd op de ernst van het feit, de omstandigheden waarin de nieuwkomer verkeert en de mate van verwijtbaarheid. De boete mag met andere woorden niet disproportioneel zijn. Verder kan het college op grond van artikel 18, vierde lid van de WIN afzien van het opleggen van een boete als daarvoor dringende redenen zijn. Deze bepaling kan gezien worden als een hardheidsclausule. Gelet op de mogelijkheden om op grond van de in artikel 2, tweede lid van deze verordening genoemde criteria al een vergaande individualisering toe te passen, in het bijzonder doordat rekening gehouden kan worden met de persoonlijke omstandigheden van de klant, zal er slechts in zeer uitzonderlijke situaties aanleiding zijn om toepassing aan deze bepaling te geven. De dringende redenen kunnen geen verband houden met de omstandigheden waaronder een verplichting niet is nagekomen, maar uitsluitend gelegen zijn in de onaanvaardbaarheid van de gevolgen die een maatregel voor een belanghebbende heeft. In het eerste lid is bepaald dat die uitgangspunten onverkort van kracht blijven bij toepassing van deze verordening. Het maakt het mogelijk maatwerk te leveren en af te wijken van de standaardboete als de bijzondere omstandigheden van het geval daar aanleiding toe geven. In het tweede lid is, om ieder mogelijk misverstand daarover uit te sluiten en in navolging van artikel 18, tweede lid van de WWB expliciet bepaald dat geen boete wordt opgelegd als iedere vorm van verwijtbaarheid ontbreekt. Artikel 3, Zoals in het algemeen deel van de toelichting is verwoord, beoogt deze verordening geen wijziging te brengen in het materiele recht. In deze bepaling is dan ook vastgelegd dat de hoogte van de boete 209o van de bijstandsnorm blijft. In het tweede lid is geregeld dat bij recidive de boete 40%o van de bijstandsnorm bedraagt. Ook het begrip recidive is ten opzichte van het, in het Boetebesluit WIN gehanteerde begrip, niet gewijzigd.

10 Raadsnummer 05.RI202.00I Artikel 4. De inwerkingtreding is met terugwerkende kracht op 1 januari 2005 bepaald. De verordening heeft, nu de wettelijke grondslag voor toepassing van het Boetebesluit WIN is komen te vervallen en in de invoeringswet WWB geen bijzondere overgangsrecht is opgenomen, exclusieve werking. Dit betekent dat de nieuwe regels ook van toepassing zijn op gedragingen die voor de datum van inwerkingtreding van deze verordening hebben plaatsgevonden. Dat spoort ook met de overwegingen van de wetgever om in het domein van de bijstand te voorzien in exclusieve werking op het terrein van verhaal en terugvordering van bijstand en de boete en de maatregel, zoals verwoord in de toelichting op het vervallen van artikel 6 van de Invoeringswet WWB (kamerstuk, 28960, nr. 7), Omdat deze verordening, in vergelijking tot het Boetebesluit WIN, materieel geen wijzigingen tot gevolg heeft, behoeven ook in deze verordening geen bijzondere overgangsregelingen getroffen te worden, nu nieuwkomers door deze verordening niet in een nadeliger positie komen te verkeren. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 20 juni A. Sakkers voorzitter. J, Verheugt griffier. wa

11 gemeente Eindhoven Faxx (o4o) a43 33 BS Griffie gemeenteraad Commissiesecretariaat Retouradres Postbus 9oxSo, S6oo RB Eindhoven Aan de leden van de raad van de gemeente Eindhoven. Raadsnummer 05.RI Behandeld door M. Honing Telefoon (o4o) Ons kenmerk griffie Versenddatum ao mei 2005 Commissieadvies Betreft cie Sp: Raadsvoorstel tot het vaststellen van de Verordening Boete Wet Inburgering Nieuwkomers. De commissie Sociale pijler heeft in haar vergadering van 19 mei 2005 beraadslaagd over het bovengenoemde onderwerp. De commissie heeft als volgt geadviseerd: leefbaar eindhoven : Akkoord; CDA: Akkoord; PvdA: Akkoord, kanttekening: beroepsmogelijkheid; VVD: Akkoord; SP: Akkoord, kanttekening: terugwerkende kracht; (sroenlinks: Akkoord, bij de start principieel bezwaar tegen de uitwerking van de wet Boete; D66: OuderenAppbl: De Stadspartij: Akkoord; mogelijk verdeeld stemgedrag binnen de fractie; Akkoord, kanttekening: beroep en terugwerkende kracht; Akkoord. Toezegging wethouder J. Kuppens: gaat na wat exact de beroepsmogelijkheden zijn. De secretaris van de commissie, M. Honing Besoekadres Stadhuisplein xo Eindhoven Openingstijden ma t/m vr B.oo-x6.oo uur Bereikbaar per openbaar vervoer met bus 3 Postadres Postbus 9oxSo S6oo RB Eindhoven Telefonisch bereikbaar 9.oo-x2.30 exl r3.30 x6.oo Ulli

12 9emeente Eindhoven Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling Raadsnummer 05.RZ202.00$ inboeknummer osbstoxzya Beslisdatum B&W 8 juni zoog Dossiernurnmer S.Sozz Nadere toelichting bij raadsvoorstel Betreft Verordening Boete Wet Inburgering Nieuwkomers (WIN). Naar aanleiding van de behandeling in de raadscommissie sociale pijler d.d.19 mei 2005 hierbij de aanvullende informatie inzake mogelijkheid tot bezwaar en beroep binnen de verordening boeteoplegging WIN. Tegen het besluit van een boeteopleg ging in het kader van de boeteverordening Wet inburgering Nieuwkomers (WIN) kan een bezwaarschrift worden ingediend, op grond van de Algemene wet bestuursrecht, In het boetebesluit staat daarom hierover de volgende tekst: (citaat:) "Als u het niet eens bent met het gestelde in deze beschikking, kunt u een bezwaarschrift indienen bij het college van burgemeester en wethouders, p/a de dienst Werk, Zorg en Inkomen, postbus 90151, 5600 RC Eindhoven. Het bezwaarschrift moet u indienen binnen 6 weken nadat dit besluit is bekendgemaakt. Als u van deze mogelijkheid gebruik wilt maken, moet u het bezwaarschrift ondertekenen (art.6;5, 6:7,6:8, 6:9 van de Algemene wet bestuursrecht). Verder moet u in het bezwaarschrift de volgende gegevens vermelden: - uw naam en adres; - de datum van deze beschikking; - de datum waarop u het bezwaarschrift geschreven hebt; - een omschrijving van het besluit waar uw bezwaar zich tegen richt; - de reden van uw bezwaar; - het kenmerk, dat bovenaan deze beschikking staat vermeld," (einde citaat) Als het bezwaar niet of slechts gedeeltelijk wordt gehonoreerd, kan betrokkene daartegen weer in beroep gaan bij de rechtbank, Sector bestuursrecht.

13 Raadanummer 05.RI Tegen de uitspraak van de rechtbank kan nog hoger beroep worden ingesteld bij de Centrale Raad van Beroep. Betrokkene die een boete in het kader van de boeteverordening WIN krijgt opgelegd wordt gemeld bij de oplegging hoe betrokkene bezwaar of beroep kan aantekenen tegen deze beslissing. Burgemeester en wethouders van Eindhoven, C. Langerwerf, secretaris wa