: Boeteverordening Wet Inburgering Nieuwkomers 2005

Transcriptie

1 Gemeente n Eergen op Zoom Datum raadsvergadering Nummer Onderwerp : 2 8 APR, 2005 : SMD/05/04 : Boeteverordening Wet Inburgering Nieuwkomers 2005 Aan de gemeenteraad, Voorstel De boeteverordening Wet inburgering nieuwkomers 2005 vast te stellen. Inleiding Volgens de Wet inburgering nieuwkomers, is inburgering een plicht voor de nieuwkomer. Het college van burgemeester en wethouders heeft de taak dit te handhaven. Zij houden toezicht op het nakomen van de verplichting en zo nodig leggen zij een bestuurlijke boete op, indien de nieuwkomer niet voldoet aan de wettelijke inburgeringverplichtingen. In de Invoeringswet Wet werk en bijstand is een wijziging van de Wet inburgering nieuwkomers geregeld. In deze wijziging is geregeld dat vaststelling van de hoogte van de boete, die ik het kader van het niet nakomen van de inburgeringverplichting wordt opgelegd, vastgelegd dient te worden in een gemeentelijke verordening. Hetgeen met deze Boeteverordening inburgering nieuwkomers is geregeld. Bijlagen De volgende bijlagen zijn, als achtergrondinformatie voor dit raadsvoorstel, ter inzage gelegd: Publicatie Boeteverordening Wet Inburgering nieuwkomers 2005 Een ontwerpbesluit bieden wij u hierbij ter vaststelling aan. Het college van burgemeester en wethouders van Bergen op Zoorn, De secretaris, De burgemeester, Drs. A. Haasnoot. Dhr. D.W. de Cloe.

2 ^h Gemeente n Bergen op Zoom

3 Gemeente J Bergen op Zoom De raad van de gemeente Bergen op Zoom; gezien het voorstel van het college van 15 februari 2005, nr. SMD/05/04 ; gelet op artikel 18, zevende lid van de Wet inburgering nieuwkomers en artikel 18 van de Wet werk en bijstand.; BESLUIT: Vast te stellen de navolgende: DE BOETEVERORDENING WET INBURGERING NIEUWKOMERS Artikel 1. Begripsomschrijving 1. In deze verordening wordt verstaan onder: a. Win: de Wet inburgering nieuwkomers (Stb. 1998,261); b. Wwb: de Wet werk en bijstand (Stb. 2003, 375); c. college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Bergen op Zoom; d. bijstandsnorm: - de bijstandsnorm bedoeld in artikel 5, onderdeel c, van de Wwb als de nieuwkomer periodieke bijstand op grond van de Wwb ontvangt of - de bijstandsnorm die voor de nieuwkomer zou gelden indien hij voor de voorziening in de noodzakelijke kosten van het bestaan wel aangewezen zou zijn op een Wwb-uitkering; e. maatregel: het verlagen van de bijstand of de langdurigheidstoeslag op grond van artikel 18, tweede lid, van de Wwb; f. Afstemmingsverordening : g. boete: de bestuurlijke boete als bedoeld in artikel 18,1 e lid van de Win; h. nieuwkomer: de persoon als bedoeld in artikel 1 van de Win. 2. De overige begripsbepalingen van de Win zijn op deze verordening van toepassing, tenzij daarvan in deze verordening uitdrukkelijk wordt afgeweken.

4 -4- Artikel 2. Afstemming en dringende redenen 1. Bij het opleggen van een boete wordt deze verordening in acht genomen, onverminderd artikel 18, 2 e en 4 e lid van de Win. 2. Geen boete wordt opgelegd als iedere vorm van verwijtbaarheid ontbreekt. Artikel 3. Samenloop van boete en maatregelen op grond van de Wwb 1. Indien de nieuwkomer voor de voorziening van de kosten van het bestaan is aangewezen op bijstand op grond van de Wwb, worden aan de verlening van de Wwb-uitkering tevens de navolgende voorwaarden verbonden: a. zich melden voor een inburgeringsonderzoek (artikel 2 Win); b. verlenen van medewerking aan het inburgeringsonderzoek (artikel 4, 4 e lid Win); c. zich laten inschrijven bij een instelling voor het volgen van het educatieve programma (artikel 8 Win); d. aanwezig zijn bij alle onderdelen van het voor hem vastgestelde educatieve programma (artikel 9,1 e lid Win); e. afleggen van een toets (artikel 10, 3 e lid Win); f. verlenen van medewerking aan de overige onderdelen van het voor hem vastgestelde inburgeringsprogramma, zoals maatschappelijke begeleiding en doorgeleiding naar een scholingsinstituut of reïntegratiebedrijf (artikel 12,1 e lid Win). 2. Indien de nieuwkomer periodieke bijstand o.g.v. de Wwb ontvangt en de in het eerste lid genoemde voorwaarden verwijtbaar niet nakomt, wordt voor deze gedraging een maatregel opgelegd o.g.v. art. 18 Wwb juncto de Afstemmingsverordening en blijft de oplegging van een bestuurlijke boete op grond van deze verordening achterwege. 3. Indien toepassing moet worden gegeven aan het 2 e lid vindt de maatregeloplegging Wwb, bij niet nakoming van de in het eerste lid onder a tot en met c genoemde voorwaarden, plaats op basis van artikel 6, sub e van de Afstemmingsverordening Als sprake is van het verwijtbaar niet nakomen van de in het eerste lid onder d tot en met e genoemde voorwaarden, wordt bij toepassing van het 2 e lid de Wwb-maatregel gebaseerd op artikel 6, sub d van de Afstemmingsverordening Artikel 4. Hoogte van de boete op grond van artikel 18 van de Win 1. De hoogte van de op te leggen boete is afhankelijk van de aard van de verwijtbare gedragingen volgens onderstaande matrix:

5 -5- Indeling art..3 Iid1 a b. c. d e. f. Aard van de gedraging aanmelding inburgeringsonderzoek medewerking aan inburgeringsonderzoek inschrijving educatieve programma aanwezigheid alle onderdelen educatieve programma afleggen van een toets verlenen van medewerking aan overige onderdelen vastgestelde inburgeringsprogramma Cat f gedraging 2 e gedraging (in percentages van de bijstandsnorm) 2. Van een 2 e of volgende verwijtbare gedraging als bedoeld in het 1 e lid is sprake indien de nieuwkomer zich binnen 12 maanden na bekendmaking van een besluit waarbij een boete is opgelegd, opnieuw schuldig maakt aan een verwijtbare gedraging van dezelfde of naast hogere categorie. Met een besluit waarmee een boete is opgelegd wordt gelijkgesteld het besluit om daarvan af te zien op grond van dringende redenen, zoals bedoeld in artikel 18, 4 e lid van de Win 3. Ter bepaling van deze (fictief) van toepassing zijnde bijstandsnorm wordt uitgegaan van de gegevens zoals opgenomen in de Gemeentelijke Basisadministratie (GBA) en/of de personalia zoals deze door de nieuwkomer zijn vermeld op het door hem ingevulde formulier inburgeringsonderzoek. Artikel 5. Inwerkingtreding Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 mei 2005 en werkt terug tot 1 januari Artikel 6. Hardheidsclausule Burgemeester en wethouders kunnen in bijzondere gevallen ten gunste van de persoon genoemd in artikel 1 onder h van deze verordening afwijken van bepalingen van deze verordening, indien toepassing van deze verordening tot onbillijkheden van overwegende aard leidt. Artikel 7. Citeertitel Deze verordening wordt aangehaald als : "Boeteverordening Wet inburgering nieuwkomers 2005". Aldus vastgesteld in de opejjfeare vergadering van 9 L R APR?fl(l*ï "' " LWJ De griffier, FP.de Vos

6 -6- Toelichting Boeteverordening Wet inburgering nieuwkomers Algemene toelichting Volgens de Wet inburgering nieuwkomers is inburgering (Win) een plicht voor de nieuwkomer. Het college heeft de taak dit te handhaven. Het college houdt toezicht op het nakomen van de verplichting en zo nodig legt het college een bestuurlijke boete op, indien de nieuwkomer niet voldoet aan de wettelijke inburgeringverplichtingen. Het gaat daarbij om de volgende verplichtingen op grond van artikel 19 Win: a. zich melden voor een inburgeringonderzoek (artikel 22 Win); b. verlenen van medewerking aan het inburgeringonderzoek (artikel 4,4 e lid Win); c. zich laten inschrijven bij een instelling voor het volgen van educatieve programma (artikel 8 Win); d. aanwezig zijn bij alle onderdelen van het voor hem vastgestelde educatieve programma (artikel 9,. 1 e lid Win); e. afleggen van een toetst (artikel 10,3 e lid Win); f. verlenen van medewerking aan de overige onderdelen van het voor hem vastgestelde inburgeringprogramma, zoals maatschappelijke begeleiding en doorgeleiding naar een scholinginstituut of reïntegratiebedrijf (artikel 12,1 e lid Win). De inburgeringverplichtingen kunnen echter ook deel uitmaken van de aan de bijstandsuitkering verbonden verplichtingen. Op 1 januari 2004 is de Wet werk en bijstand (Wwb) ingevoerd. Op deze datum vervallen het Maatregelenbesluit volgens de Algemene wet bestuursrecht (Awb), Wet Inkomensvoorziening Oudere en gedeeltelijk Arbeidsongeschikte Werknemers (IOAW) en Wet Inkomensvoorziening voor Oudere en gedeeltelijk Arbeidsongeschikte Zelfstandigen (IOAZ) en het Boetebesluit inburgering nieuwkomers. Op grond van de Wwb heeft de gemeente het maatregelenbeleid bij het niet voldoen aan verplichtingen die aan de uitkering zij verbonden geregeld in de "Afstemmingverordening ". In de Invoeringswet Wet werk en bijstand is een wijziging van de Win geregeld. In deze wijziging is geregeld dat vaststelling van de hoogte van de boete, die in het kader van het niet nakomen van de inburgeringverplichting wordt opgelegd, vastgelegd dient te worden in een gemeentelijke verordening, hetgeen met deze Boeteverordening inburgering nieuwkomers is geregeld. Omdat bijstandsgerechtigde nieuwkomers zowel een boete als een korting op de uitkering opgelegd kunnen krijgen, is ter voorkoming daarvan in de Boeteverordening Wet inburgering nieuwkomers een bepaling opgenomen om dit te voorkomen. Hierin staat dat het opleggen van een boete achterwege blijft, indien voor dezelfde gedraging de bijstand is verlaagd op grond van artikel 18,2 8 lid Wwb. Artikelgewijze toelichting Artikel 1 Begripsomschrijving De begrippen in deze verordening hebben dezelfde betekenis als in de Win. Het begrip "bijstandsnorm", waaraan de hoogte van de boete is gerelateerd, is ontleend aan de Wwb. Het is het normbedrag per maand, inclusief de toeslag of verlaging op grond van de Toesiagenverordening Wwb, waarop krachtens de Wwb aanspraak gemaakt kan worden als men over onvoldoende middelen beschikt om in de algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan te kunnen voorzien. Het begrip "maatregel" stamt uit de Wwb. De Wwb spreekt over afstemming van de uitkering. Een maatregel wordt toegepast als een belanghebbende tekortschietend besef van verantwoordelijkheid vertoont voor de

7 -7- voorziening in het bestaan dan wel de aan de bijstand verbonden verplichtingen niet of onvoldoende nakomt. Een maatregel bestaat uit een tijdelijke verlaging van de bijstandsuitkering. Met het begrip "boete" wordt de bestuurlijke boete van artikel 18,1 e lid Win bedoeld. Het begrip is aldaar niet gedefinieerd. Wel in het voorontwerp Vierde tranch Awb. Er wordt onder verstaan: de bestuurlijke sanctie, inhoudende een onvoorwaardelijke verplichting tot betaling van een geldsom, die is gericht op bestraffing van de overtreder. Het is een bestraffende (punitieve) sanctie waarbij het leedtoevoegend karakter voorop staat. Dit is een belangrijk verschil met de maatregel. De maatregel is een herstellende (reparatoire) sanctie gericht op het (weer) in overeenstemming brengen van de hoogte van de bijstandsuitkering met de mate waarin de bijstandsgerechtigde de aan de uitkering verbonden verplichtingen nakomt. Artikel 2 Afstemming en dringende redenen Er wordt een boete opgelegd als de nieuwkomer zich gedraagt in strijd met de in de Win opgenomen verplichtingen. De betreffende artikelen genoemd in het eerste lid geven de verplichtingen aan. In het tweede lid wordt aangegeven dat er van een boete kan worden afgezien als het strijdige gedrag niet verwijtbaar is. Artikel 3. Samenloop van boete en maatregelen op grond van de Wwb Om te voorkomen dat bijstandsgerechtigde nieuwkomers een dubbele sanctie krijgen opgelegd, een boete op grond van de Boeteverordening Win en een maatregel op grond van de "Afstemmingsverordening Wwb ", wordt in dit artikel geregeld dat bijstandsgerechtigde nieuwkomers in geval van een verwijtbare gedraging een maatregel op grond van de "Afstemmingsverordening Wwb " krijgen opgelegd. Artikels, 1 e lid In het 1 e lid wordt geregeld dat voor de bijstandsgerechtigde nieuwkomer de verplichtingen verbonden aan de Win tevens worden verbonden aan de verlening van een uitkering op grond van Wwb. Artikel 3,2» lid In het 2 e lid wordt geregeld dat, indien de bijstandsgerechtigde nieuwkomer niet voldoet aan het in het 1 e lid genoemde voorwaarden, deze een maatregel krijgt opgelegd op gronde van de Wwb. Dit betekent dat er geen boete wordt opgelegd op grond van de Win. Artikel 3,3 e lid In het 3 e lid is geregeld dat: 1. bij het niet nakomen van de in het 1 e lid vermelde verplichtingen: a. zich melden voor een inburgeringsonderzoek (artikel 2 Win); b. verlenen van medewerking aan het inburgeringsonderzoek (artikel 4,4 e lid Win); c. zich laten inschrijven bij een instelling voor het volgen van het educatieve programma (artikel 8 Win), een maatregel wordt opgelegd op basis van artikel 10,2 e lid onder b van de "Afstemmingsverordening Wwb ". Het gaat hier om het niet of in onvoldoende mate meewerken aan een onderzoek naar de mogelijkheden tot verkrijgen van gesubsidieerd werk of sociale activering als (eerste) stap naar arbeidsinschakeling; 2. bij het niet nakomen van de in het 1 e lid vermelde verplichtingen: d. aanwezig zijn bij alle onderdelen van het voor hem vastgestelde educatieve programma (artikel 9 Win); e. afleggen van een toets (artikel 10 Win), een maatregel wordt opgelegd op basis van artikel 10,3 e lid onder b van de "Afstemmingsverordening Wwb ". Hieronder wordt verstaan het niet of in onvoldoende mate gebruik maken van een door het college aangeboden voorziening gericht op arbeidsinschakeling.

8 -8- Artikel 4 Hoogte van de boete op grond van artikel 18 van de Win In dit artikel wordt de hoogte van de boete geregeld voor de nieuwkomer die niet voor de voorziening van de kosten van het bestaan is aangewezen op bijstand op grond van de Wwb. Artikel 4, 1 e lid In het 1 e lid wordt geregeld dat de hoogte van de boete afhankelijk is van de ernst van de verwijtbare gedraging volgens een indeling naar 2 categorieën gedragingen. Verwijtbare gedragingen binnen de 1 e categorie wordt lager beboet dan verwijtbare gedragingen binnen de 2 e categorie. De genoemde percentages van de bijstandsnorm gelden als uitgangspunt. Hiervan kan nadat door de gemeente de 4, in de toelichting op artikel 2 vermelde stappen zijn doorlopen, worden afgeweken. De op te leggen boete kan dus hoger of lager zijn dan de in de matrix vermelde percentages. Artikel 4,2 S lid In het 2 e lid wordt geregeld dat, indien binnen 12 maanden na bekendmaking van een besluit waarbij hem een boete is opgelegd sprake is van een herhaling van een verwijtbare gedraging, de grotere mate van verwijtbaarheid tot uitdrukking wordt gebracht in een verhoging van de boete. Deze verhoging komt overeen met de strekking van artikel 10,3 e lid van de "Afstemmingsverordening Wwb ". Met 1 e verwijtbare gedraging wordt de 1 e gedraging verstaan die aanleiding is geweest tot het opleggen van de boete. Voor het bepalen van de aanvang van de termijn van 12 maanden geldt het tijdstip waarop het besluit waarmee de boete is opgelegd, bekend is gemaakt. Artikel 4,3 e lid Voor de vaststelling van de hoogte van de boete aansluiting gezocht bij de "Afstemmingsverordening Wwb ". Bepaald dient te worden welke bijstandsnorm voor de nieuwkomer zou gelden indien hij wel voor de voorziening van de kosten van het bestaan is aangewezen op bijstand op grond van de Wwb. Hierdoor wordt gegarandeerd dat nieuwkomers zonder bijstandsuitkering dezelfde sanctie krijgen als nieuwkomers met een bijstandsuitkering. Artikel 5 Inwerkingtreding Dit artikel behoeft geen nadere toelichting Artikel 6 Hardheidsclausule Het college van burgemeester en wethouders kan in zeer bijzondere omstandigheden ten gunste van de nieuwkomer afwijken van de bepalingen in deze verordening, indien toepassing van de verordening tot onbillijkheden van overwegende aard leidt. Artikel 7 Citeertitel Dit artikel behoeft geen nadere toelichting