HOODSTUK 1: VOORBEREIDENDE WERKEN EN GRONDWERKEN 1. VOORBEREIDENDE WERKEN

Transcriptie

1 ACTIVITEIT GEVAAR/ RISICO MAATREGELEN HOODSTUK 1: VOORBEREIDENDE WERKEN EN GRONDWERKEN 1. VOORBEREIDENDE WERKEN 1.1. Verwijderen van houtachtige Val van voorwerpen, materialen - Contoleren van de windrichting en de gewassen windrichting. - Gebruik van kettingzagen met trillingsarme handvaten. - Regelmatige afwisseling in deze belastende taakopdrachten - Regelmatig nazicht van het materiaal. - Bekijken van de valrichting. - Zich voldoende verwijderen. - Gebruik maken van gekeurd hijsmateriaal. - Juiste hijsmethode en stapeling hanteren. - Bij gebruik van de hakselaar dienen de nodige afschermingen en andere collectieve beschermingsmiddelen gebruikt te worden. - Er dient voldoende afstand gerespecteerd te worden van de draaiende onderdelen. - De machine moet dusdanig opgesteld staan zodat de projectie van kleine deeltjes niet in de richting van de werkzone gebeurt. - Dragen van PBM (helm, veiligheidsschoenen) Beschadigen nutsleidingen (ondergronds / bovengronds) - Opvragen liggingsplannen bij nutsmaatschappijen - Voorafgaandelijke sonderen van de leidingen - Impact van de werkzone bepalen ten opzichte van de aanwezige kabels, buizen en leidingen. - Zonodig technische bijstand vragen aan de nutsmaatschappijen. - Kabels, buizen en leidingen steeds voldoende afschermen of stutten. - Gewijzigde liggingen bestaande toestand of as-built steeds inmeten en melden aan de maatschappijen en wegbeheerders. Contact met bewegende delen - Projectie in werkzone vermijden door oordeelkundig opstellen Contact met geprojecteerde deeltjes werktuigen. - Werken laten uitvoeren door opgeleid en bevoegde personen. - Afscherming voor bestuurder / bediener / derden voorzien.

2 - Gebruik van gekeurd, niet gemodificeerd materieel. - Dragen van PBM (veiligheidsschoenen, beenbescherming, veiligheidshandschoenen). Breken van ketting of leng Letsels aan de ledematen Blootstelling aan lawaai Inspanningsletsels / lichamelijke letsels Val van personen - Voldoende verwijderen onder spanning staande ketting / leng. - Regelmatig nazicht materieel. - Afscherming voor bestuurder tractor. - Dragen PBM (helm, gelaatsbescherming). - Afschermen van draaiende delen. - Minimum veligheidsafstand (0.80m) respecteren. - Geen loshangende kledij. - Dragen van PBM (veiligheidsschoenen,veiligheidshandschoenen) - Dragen PBM (gehoorbescherming) - Ergonomische werkhouding en juiste tiltechniek ( bij manueel hanteren van lasten max.: 25 kg/persoon). - Rustpauze inlassen. - Beurtrol bij belastende werken. - Vooraf opruimen van hindernissen. - Dragen van PBM (veiligheidsschoenen met antislipzolen). 2. DROOG GRONDVERZET 2.1. Afgraving Inherente verkeersrisico's - Aanbrengen van signalisatie - Afschermen van werkzone / afbakenen voor derden - Goede coördinatie tussen machinist en overige personeel/ gebruik van genormaliseerd hand- en armseinen of communicatiemiddel - Dragen van signalisatiekledij - Zorgen voor voldoende verlichting - Werfpiste / circulatiewegen vastleggen - Veiligheidsafstanden tot machines respecteren - Geluidsignaal bij achteruitrijden - Voertuigen uitrusten met zichtveldverbeterende systemen

3 ( dodehoekspiegel of camera ) - Onvrijwillig starten van de machine moet onmogelijk zijn ( dmv sleutelvergrendeling ) - Bestuurders mogen de machine niet verlaten zoalng ze in werking is Beschadiging bestaande te behouden delen / verzakkingen / instortingen Kantelen van machine Inspanningsletsels / lichamelijke letsels Contact met verontreinigde gronden/ slib / water Val van voorwerpen, materialen - Stelselmatig verdichten - Rekening houden met natuurlijke afschuivingshoek - Stabiel opstellen van machines - Machine niet te dicht bij de bouwput plaatsen - Machine uitgerust met ROPS ( = rolling over protection system ) - Ergonomische werkhouding en tiltechniek hanteren - Rustpauzes inlassen - Beurtrol bij belastende werken. - Toezien op de vereiste inentingen van de werknemers - Hygiëne in acht nemen - Dragen van de vereiste PBM ( beschermende kledij, veiligheidschoenen, ) - Veiligheidsafstand tot machines respecteren - Vrachtwagen niet overladen - Dragen van vereiste PBM 2.2. Uitgraving Inherente verkeersrisico's - Aanbrengen van signalisatie - Afschermen van werkzone / afbakenen voor derden - Goede coördinatie tussen machinist en overige personeel/ gebruik van genormaliseerd hand- en armseinen of communicatiemiddel - Dragen van signalisatiekledij - Zorgen voor voldoende verlichting - Werfpiste / circulatiewegen vastleggen - Veiligheidsafstanden tot machines respecteren - Geluidsignaal bij achteruitrijden

4 - Voertuigen uitrusten met zichtveldverbeterende systemen ( dodehoekspiegel of camera ) - Onvrijwillig starten van de machine moet onmogelijk zijn ( dmv sleutelvergrendeling ) - Bestuurders mogen de machine niet verlaten zoalng ze in werking is Beschadiging bestaande te behouden delen / verzakkingen / instortingen Kantelen van machines Inspanningsletsels / lichamelijke letsels Val van personen - Stelselmatig verdichten - Rekening houden met natuurlijke afschuivingshoek - Diepte > 1,20 m: taludering, beschoeiing of sleufbak toepassen - Vermijden/afstand houden, met verkeer, trillende machines - Veiligheidsafstand tussen grondopslag en sleufrand respecteren ( min. 0,60 m ) - Stabiel opstellen van machines - Machine niet te dicht bij de bouwput plaatsen - Machine uitgerust met ROPS ( = rolling over protection system ) - Ergonomische werkhouding en tiltechniek hanteren - Rustpauzes inlassen - Beurtrol bij belastende werken. - Openingen signaleren en afschermen - Voldoende verlichting voorzien Electrocutie - Liggingsplannen ondergrondse leidingen en kabels vooraf opvragen Brand- of explosiegevaar en raadplegen - Manueel graven in de nabijheid van leidingen en kabels Contact met verontreinigde gronden/ slib / water Val van voorwerpen, materialen - Toezien op de verieste inentingen van de werknemers - Hygiëne in acht nemen - Dragen van de vereiste PBM ( beschermende kledij, veiligheidschoenen, ) - Veiligheidsafstand tot machines respecteren

5 - Vrachtwagen niet overladen - Dragen van vereiste PBM Contact met bewegende delen - Projectie in werkzone vermijden door oordeelkundig opstelling Contact met geprojecteerde deeltjes van de machines - Afschermen van de bestuurder/bediener/derden - Gebruik van gekeurd materiaal - Dragen van de vereiste PBM HOOFDSTUK 2 - ONDERFUNDERINGEN EN FUNDERINGEN 1. BESCHERMING VAN DE ONDERFUNDERING OF DE FUNDERING Inherente verkeersrisico's Val van personen Val van voorwerpen, materialen - Aanbrengen van signalisatie - Afschermen van werkzone / afbakenen voor derden - Goede coördinatie tussen machinist en overige personeel/ gebruik van genormaliseerd hand- en armseinen of communicatiemiddel - Dragen van signalisatiekledij - Zorgen voor voldoende verlichting - Werfpiste / circulatiewegen vastleggen - Veiligheidsafstand tot machines respecteren - Geluidsignaal bij achteruitrijden - Voertuigen uitrusten met zichtveldverbeterende systemen ( dodehoekspiegel of camera ) - Onvrijwillig starten van de machine moet onmogelijk zijn ( dmv sleutelvergrendeling ) - Bestuurders mogen de machine niet verlaten zolang ze in werking is - Orde en netheid - Voldoende verlichting voorzien. - Dragen van PBM (veligheidsscheonen) - Afbakenen werkzone. - Gebruik van gekeurd hijsmaterieel. - Niet onder bewegende last plaatsnemen. - Dragen van PBM (helm, veiligheidsschoenen)

6 Inspanningsletsels / lichamelijke letsels 2. WAPENEN VAN DE ONDERFUNDERING OF DE FUNDERING Inherente verkeersrisico's Val van personen Val van voorwerpen, materialen Inspanningsletsels / lichamelijke letsels - Ergonomische werkhouding en juiste tiltechniek (bij manueel hanteren van lasten max. 25kg / persoon) - Rustpauze inlassen. - Beurtrol bij belastende werken. - Aandacht bij snijden / naaien. - Aangepast handgereedschap. - Dragen van PBM (handschoenen) - Aanbrengen van signalisatie - Afschermen van werkzone / afbakenen voor derden - Goede coördinatie tussen machinist en overige personeel/ gebruik van genormaliseerd hand- en armseinen of communicatiemiddel - Dragen van signalisatiekledij - Zorgen voor voldoende verlichting - Werfpiste / circulatiewegen vastleggen - Veiligheidsafstand tot machines respecteren - Geluidsignaal bij achteruitrijden - Voertuigen uitrusten met zichtveldverbeterende systemen ( dodehoekspiegel of camera ) - Onvrijwillig starten van de machine moet onmogelijk zijn ( dmv sleutelvergrendeling ) - Bestuurders mogen de machine niet verlaten zolang ze in werking is - Orde en netheid - Voldoende verlichting voorzien. - Dragen van PBM (veligheidsschoenen) - Afbakenen werkzone. - Gebruik van gekeurd hijsmaterieel. - Niet onder bewegende last plaatsnemen. - Dragen van PBM (helm, veiligheidsschoenen) - Ergonomische werkhouding en juiste tiltechniek (bij manueel hanteren van lasten max. 25kg / persoon)

7 - Rustpauze inlassen. - Beurtrol bij belastende werken. - Aandacht bij snijden / naaien. - Aangepast handgereedschap. - Dragen van PBM (handschoenen) - Oorspoeling aanwezig op werf. - Dragen van PBM (lasscherm, veiligheidsbril) Contact met bewegende delen - Projectie in werkzone vermijden door oordeelkundig opstelling Contact met geprojecteerde deeltjes van de machines - Afschermen van de bestuurder/bediener/derden - Gebruik van gekeurd materiaal, niet gemodificeerd materieel. - Dragen van de vereiste PBM Letsels aan de ledematen Contact met schadelijke stoffen Blootselling aan stof Blootstelling aan lawaai Brand- of explosiegevaar - Afschermen van draaiende delen - Minimum veiligheidsafstand respecteren - Geen loshangende kledij dragen - Dragen van de vereiste PBM - Rekeninig houden met de windrichting. - Voldoende ventilatie voorzien. - Bij onvoldoende ventilatie: FFP2SL- masker toepassen. - Materieel reinigen in open lucht (nooit in besloten ruimte) - Bij lassen: geen brandbaar materiaal in onmiddelijke omgeving + blustoestel binnen handbereik. - Brandwonden: overvloedig spoelen met water + brandwondenzalf aanbrengen. - Dragen van PBM (beschermende kledij, veiligheidshandschoenen) 3. ONDERFUNDERINGEN ALGEMEEN Inherente verkeerrisico's - Aanbrengen van signalisatie - Afschermen van werkzone / afbakenen voor derden - Goede coördinatie tussen machinist en overige personeel/ gebruik van genormaliseerd hand- en armseinen of communicatiemiddel

8 - Dragen van signalisatiekledij - Zorgen voor voldoende verlichting - Werfpiste / circulatiewegen vastleggen - Veiligheidsafstand tot machines respecteren - Geluidsignaal bij achteruitrijden - Voertuigen uitrusten met zichtveldverbeterende systemen ( dodehoekspiegel of camera ) - Onvrijwillig starten van de machine moet onmogelijk zijn ( dmv sleutelvergrendeling ) - Bestuurders mogen de machine niet verlaten zolang ze in werking is Kantelen van machine Val van personen Val van voorwerpen, materialen Blootstelling aan trillingen - Stabiel opstellen van machines - Machine uitgerust met ROPS ( = rolling over protection system ) - Voldoende verlichting voorzien. - Aandacht voor orde en netheid. - Gebruik maken van treden en handgreep bij in- en uitstappen van machines. - Werkplatformen voorzien van randbeveiliging en degelijke toegang (ook platformen aan machines) - Dragen van PBM (veiligheidsschoenen) - Gebruik van gekeurd hijsmateriaal. - Dragen van PBM (helm, veiligheidsschoenen) - Rustpauze inlassen. - Beurtrol toepassen. Blootstelling aan lawaai - Dragen van PBM (gehoorbescherming ) Inspanningsletsels / lichamelijke letsels - Rechtstreeks huidcontact vermijden. - Aandacht voor persoonlijke hygiëne. - Bij terechtkomen van beton in schoenen of laarzen onmiddellijk uitdoen en reinigen i.v.m. vermijden brandwonden. - Dragen van PBM (veiligheidsbril, veiligheidshandschoenen)

9 - Ergonomische werkhouding en juist tiltechniek (bij manueel hanteren van lasten max. 25kg/persoon) - Rustpauze inlassen. - Beurtrol bij belastende werken. - Aangepaste werkkledij (geen korte broek of bloot bovenlichaam) 3.1. Aanbrengen onderfundering type I Inherente verkeerrisico's - Aanbrengen van signalisatie - Afschermen van werkzone / afbakenen voor derden - Goede coördinatie tussen machinist en overige personeel/ gebruik van genormaliseerd hand- en armseinen of communicatiemiddel - Dragen van signalisatiekledij - Zorgen voor voldoende verlichting - Werfpiste / circulatiewegen vastleggen - Veiligheidsafstand tot machines respecteren - Geluidsignaal bij achteruitrijden - Voertuigen uitrusten met zichtveldverbeterende systemen ( dodehoekspiegel of camera ) - Onvrijwillig starten van de machine moet onmogelijk zijn ( dmv sleutelvergrendeling ) - Bestuurders mogen de machine niet verlaten zolang ze in werking is Kantelen van machine Val van personen Val van voorwerpen, materialen - Stabiel opstellen van machines - Machine uitgerust met ROPS ( = rolling over protection system ) - Voldoende verlichting voorzien. - Aandacht voor orde en netheid. - Gebruik maken van treden en handgreep bij in- en uitstappen van machines. - Werkplatformen voorzien van randbeveiliging en degelijke toegang (ook platformen aan machines) - Dragen van PBM (veiligheidsschoenen) - Gebruik van gekeurd hijsmateriaal. - Dragen van PBM (helm, veiligheidsschoenen)

10 Blootstelling aan trillingen - Rustpauze inlassen. - Beurtrol toepassen. Blootstelling aan lawaai - Dragen van PBM (gehoorbescherming ) Inspanningsletsels / lichamelijke letsels - Rechtstreeks huidcontact vermijden. - Aandacht voor persoonlijke hygiëne. - Bij terechtkomen van beton in schoenen of laarzen onmiddellijk uitdoen en reinigen i.v.m. vermijden brandwonden. - Dragen van PBM (veiligheidsbril, veiligheidshandschoenen) - Ergonomische werkhouding en juist tiltechniek (bij manueel hanteren van lasten max. 25kg/persoon) - Rustpauze inlassen. - Beurtrol bij belastende werken. - Aangepaste werkkledij (geen korte broek of bloot bovenlichaam) 3.2. Aanbrengen onderfundering typeii Inherente verkeerrisico's - Aanbrengen van signalisatie - Afschermen van werkzone / afbakenen voor derden - Goede coördinatie tussen machinist en overige personeel/ gebruik van genormaliseerd hand- en armseinen of communicatiemiddel - Dragen van signalisatiekledij - Zorgen voor voldoende verlichting - Werfpiste / circulatiewegen vastleggen - Veiligheidsafstand tot machines respecteren - Geluidsignaal bij achteruitrijden - Voertuigen uitrusten met zichtveldverbeterende systemen ( dodehoekspiegel of camera ) - Onvrijwillig starten van de machine moet onmogelijk zijn ( dmv sleutelvergrendeling ) - Bestuurders mogen de machine niet verlaten zolang ze in werking is Kantelen van machine - Stabiel opstellen van machines - Machine uitgerust met ROPS ( = rolling over protection system )

11 Val van personen Val van voorwerpen, materialen Blootstelling aan trillingen - Voldoende verlichting voorzien. - Aandacht voor orde en netheid. - Gebruik maken van treden en handgreep bij in- en uitstappen van machines. - Werkplatformen voorzien van randbeveiliging en degelijke toegang (ook platformen aan machines) - Dragen van PBM (veiligheidsschoenen) - Gebruik van gekeurd hijsmateriaal. - Dragen van PBM (helm, veiligheidsschoenen) - Rustpauze inlassen. - Beurtrol toepassen. Blootstelling aan lawaai - Dragen van PBM (gehoorbescherming ) Inspanningsletsels / lichamelijke letsels - Rechtstreeks huidcontact vermijden. - Aandacht voor persoonlijke hygiëne. - Bij terechtkomen van beton in schoenen of laarzen onmiddellijk uitdoen en reinigen i.v.m. vermijden brandwonden. - Dragen van PBM (veiligheidsbril, veiligheidshandschoenen) - Ergonomische werkhouding en juist tiltechniek (bij manueel hanteren van lasten max. 25kg/persoon) - Rustpauze inlassen. - Beurtrol bij belastende werken. - Aangepaste werkkledij (geen korte broek of bloot bovenlichaam) 3.3. Aanbrengen onderfundering type III Inherente verkeerrisico's - Aanbrengen van signalisatie - Afschermen van werkzone / afbakenen voor derden - Goede coördinatie tussen machinist en overige personeel/ gebruik van genormaliseerd hand- en armseinen of communicatiemiddel - Dragen van signalisatiekledij - Zorgen voor voldoende verlichting - Werfpiste / circulatiewegen vastleggen

12 - Veiligheidsafstand tot machines respecteren - Geluidsignaal bij achteruitrijden - Voertuigen uitrusten met zichtveldverbeterende systemen ( dodehoekspiegel of camera ) - Onvrijwillig starten van de machine moet onmogelijk zijn ( dmv sleutelvergrendeling ) - Bestuurders mogen de machine niet verlaten zolang ze in werking is Kantelen van machine Val van personen Val van voorwerpen, materialen Blootstelling aan trillingen - Stabiel opstellen van machines - Machine uitgerust met ROPS ( = rolling over protection system ) - Voldoende verlichting voorzien. - Aandacht voor orde en netheid. - Gebruik maken van treden en handgreep bij in- en uitstappen van machines. - Werkplatformen voorzien van randbeveiliging en degelijke toegang (ook platformen aan machines) - Dragen van PBM (veiligheidsschoenen) - Gebruik van gekeurd hijsmateriaal. - Dragen van PBM (helm, veiligheidsschoenen) - Rustpauze inlassen. - Beurtrol toepassen. Blootstelling aan lawaai - Dragen van PBM (gehoorbescherming ) Inspanningsletsels / lichamelijke letsels - Rechtstreeks huidcontact vermijden. - Aandacht voor persoonlijke hygiëne. - Bij terechtkomen van beton in schoenen of laarzen onmiddellijk uitdoen en reinigen i.v.m. vermijden brandwonden. - Dragen van PBM (veiligheidsbril, veiligheidshandschoenen) - Ergonomische werkhouding en juist tiltechniek (bij manueel hanteren van lasten max. 25kg/persoon) - Rustpauze inlassen.

13 - Beurtrol bij belastende werken. - Aangepaste werkkledij (geen korte broek of bloot bovenlichaam) 4. FUNDERINGEN ALGEMEEN Inherente verkeerrisico's - Aanbrengen van signalisatie - Afschermen van werkzone / afbakenen voor derden - Goede coördinatie tussen machinist en overige personeel/ gebruik van genormaliseerd hand- en armseinen of communicatiemiddel - Dragen van signalisatiekledij - Zorgen voor voldoende verlichting - Werfpiste / circulatiewegen vastleggen - Veiligheidsafstand tot machines respecteren - Geluidsignaal bij achteruitrijden - Voertuigen uitrusten met zichtveldverbeterende systemen ( dodehoekspiegel of camera ) - Onvrijwillig starten van de machine moet onmogelijk zijn ( dmv sleutelvergrendeling ) - Bestuurders mogen de machine niet verlaten zolang ze in werking is Kantelen van machine Val van personen Val van voorwerpen, materialen Blootstelling aan trillingen - Stabiel opstellen van machines - Machine uitgerust met ROPS ( = rolling over protection system ) - Voldoende verlichting voorzien. - Aandacht voor orde en netheid. - Gebruik maken van treden en handgreep bij in- en uitstappen van machines. - Werkplatformen voorzien van randbeveiliging en degelijke toegang (ook platformen aan machines) - Dragen van PBM (veiligheidsschoenen) - Gebruik van gekeurd hijsmateriaal. - Dragen van PBM (helm, veiligheidsschoenen) - Rustpauze inlassen.

14 - Beurtrol toepassen. Blootstelling aan lawaai - Dragen van PBM (gehoorbescherming ) 4.6. Aanbrengen van zandcementfundering Inherente verkeerrisico's - Aanbrengen van signalisatie - Afschermen van werkzone / afbakenen voor derden - Goede coördinatie tussen machinist en overige personeel/ gebruik van genormaliseerd hand- en armseinen of communicatiemiddel - Dragen van signalisatiekledij - Zorgen voor voldoende verlichting - Werfpiste / circulatiewegen vastleggen - Veiligheidsafstand tot machines respecteren - Geluidsignaal bij achteruitrijden - Voertuigen uitrusten met zichtveldverbeterende systemen ( dodehoekspiegel of camera ) - Onvrijwillig starten van de machine moet onmogelijk zijn ( dmv sleutelvergrendeling ) - Bestuurders mogen de machine niet verlaten zolang ze in werking is Kantelen van machine Val van personen Val van voorwerpen, materialen Blootstelling aan trillingen - Stabiel opstellen van machines - Machine uitgerust met ROPS ( = rolling over protection system ) - Voldoende verlichting voorzien. - Aandacht voor orde en netheid. - Gebruik maken van treden en handgreep bij in- en uitstappen van machines. - Werkplatformen voorzien van randbeveiliging en degelijke toegang (ook platformen aan machines) - Dragen van PBM (veiligheidsschoenen) - Gebruik van gekeurd hijsmateriaal. - Dragen van PBM (helm, veiligheidsschoenen) - Rustpauze inlassen.

15 - Beurtrol toepassen. Blootstelling aan lawaai - Dragen van PBM (gehoorbescherming ) Aanbrengen van een fundering van Inherente verkeerrisico's - Aanbrengen van signalisatie drainerend schraal beton - Afschermen van werkzone / afbakenen voor derden - Goede coördinatie tussen machinist en overige personeel/ gebruik van genormaliseerd hand- en armseinen of communicatiemiddel - Dragen van signalisatiekledij - Zorgen voor voldoende verlichting - Werfpiste / circulatiewegen vastleggen - Veiligheidsafstand tot machines respecteren - Geluidsignaal bij achteruitrijden - Voertuigen uitrusten met zichtveldverbeterende systemen ( dodehoekspiegel of camera ) - Onvrijwillig starten van de machine moet onmogelijk zijn ( dmv sleutelvergrendeling ) - Bestuurders mogen de machine niet verlaten zolang ze in werking is Kantelen van machine Val van personen Val van voorwerpen, materialen Blootstelling aan trillingen - Stabiel opstellen van machines - Machine uitgerust met ROPS ( = rolling over protection system ) - Voldoende verlichting voorzien. - Aandacht voor orde en netheid. - Gebruik maken van treden en handgreep bij in- en uitstappen van machines. - Werkplatformen voorzien van randbeveiliging en degelijke toegang ( ook platformen aan machines) - Dragen van PBM (veiligheidsschoenen) - Gebruik van gekeurd hijsmateriaal. - Dragen van PBM (helm, veiligheidsschoenen) - Rustpauze inlassen.

16 HOOFDSTUK 3 - VERHARDINGEN - Beurtrol toepassen. Blootstelling aan lawaai - Dragen van PBM (gehoorbescherming ) ALGEMEEN Aanrijding / botsen van machine / - Aanbrengen van signalisatie verkeersrisico - Afschermen van werkzone / afbakenen voor derden - Goede coördinatie tussen machinist en overige personeel/ gebruik van genormaliseerd hand- en armseinen of communicatiemiddel - Dragen van signalisatiekledij - Zorgen voor voldoende verlichting - Werfpiste / circulatiewegen vastleggen - Veiligheidsafstand tot machines respecteren - Geluidsignaal bij achteruitrijden - Voertuigen uitrusten met zichtveldverbeterende systemen ( dodehoekspiegel of camera ) - Onvrijwillig starten van de machine moet onmogelijk zijn ( dmv sleutelvergrendeling ) - Bestuurders mogen de machine niet verlaten zolang ze in werking is Kantelen van machines Vallen van personen Opname / contact met schadelijke - Stabiel opstellen van machines - Machine uitgerust met ROPS ( = rolling over protection system ) - Orde en netheidwerkpost - Openingen / putten signaliseren en afschermen. - Putten zo snel mogelijk terug dichten. - Voldoende verlichting voorzien. - Gebruik maken van treden en handgreep bij in- en uitstappen van machines. - Werkplatformen voorzien van randbeveiliging en degelijke toegang (ook platformen en machines ) - Dragen van PBM (veiligheidshandsschoenen) - Aandacht voor persoonlijke hygiëne (handen wassen voor eten)

17 producten en stof - Stof beperken door bevochtigen, rekening houden met de windrichting. - Dragen van PBM (beschermende kledij, handschoenen, stofmasker) Blootstelling aan lawaai Dragen van PBM (gehoorbescherming ) Blootstelling aan zon / UV- straling / projectie (warme) deeltjes - Aangepaste werkkledij (geen korte broek of bloot bovenlichaam) - Dragen van PBM (oogbescherming bij o.a. slijpen en lassen) 1. CEMENTBETONVERHARDINGEN Boren en verankeren duvels Inspanning / verkeerde beweging / - Manueel spreiden tot minimum beperken. Aanvoer en lossen wapening rugletsel - Ergonomische werkhouding en tiltechniek. Plooien, knippen, snijden, lassen wapening - Max. tillast = 25 kg /persoon, voor zwaardere lasten gekeurd Plaatsen en binden wapening hijsmaterieel. Aanvoer en lossen beton Vullen finisher Vallen van personen vanaf hoogte: - Goed coördinatie tussen chauffeur, kraanman en helper. Spreiden en verdichten - Afstappen van vrachtwagen (niet afspringen) Uitwassen / uitborstelen /reinigen oppervlak (sproeimachine, borstelmachine, Vallen van personen op begane grond / - Verplaatsing over ingeoliede bekisting vermijden. hogedrukreiniger) struikelen met mogelijk contact met - Wachtwapening signaleren en afschermen. Aanbrengen voegen (zagen, frezen, wachtwapening - Indien mogelijk fijnmazige wapeningsnetten toepassen (beperken afschuinen en voegvullen) struikelgevaar bij verplaatsen over wapening) Nabehandeling / curing Uitvoeren proeven (plaatproef, slagsonde, Gegrepen worden door: - Instructie en opleiding personeel. waterproef, kernboringen) - finisher - Veiligheidsafstand tot machine respecteren. - glijbekistingsmachine (slibformpaver) - Geen loshangende kledij. - Afscherming bewegende delen. - Noodstop voorzien. - Gebruik van geluidsignaal tijdens achteruitrijden. - Gebruik van handseinen tijdens achteruitrijden. Klemmen / pletten / knellen ledematen - Opgeleid en ervaren personeel. - Veiligheidsafstand tot machine respecteren. - Inzetten CE- gekeurde machines voorzien van afschermingen. Terugslag boorzuiger / vastlopen boor bij - Instructie personeel.

18 boren ankergaten - Gekeurd en goed onderhouden boormachine voorzien van antiblokkeersysteem. Brand- en ontploffingsgevaar / brandwonde- Machine uitschakelen vóór vullen. - bij vullen brandstof machines - Trechter gebruiken (voorkomen morsen op warme machinedelen. - bij contact uitlaat van machine - Rookverbod bij vullen. - bij overpompen curingproduct - Uitlaat afschermen. - bij aanbrengen voegvulling / gietasfalt - Aarding pomp (statische elektriciteit) - bij laswerk aan wapening - Hydraulische of explosiebeveiligde pomp. - bij aanbrengen gietasfalt / voegvulling - Bij lassen: geen brandbaar materiaal in onmiddelijke omgeving (vlotplaten) + blustoestel binnen handbereik. - Schoenen of laarzen onmiddellijk uitdoen en proper maken ingeval er beton in terechtkomt (i.v.m. vermijden van brandwonden) - Brandwonden: overvloedig spoelen met water + brandwondenzalf aanbrengen. Contact met bewegende delen: - Aandrijving afschermen. - aandrijving sproeimachine - Geen ingrepen aan in bedrijf zijnde machines. - borstelmachine - Onderhoud conform werkinstructies. - curingwagen - Noodstop voorzien. - aanvoer d.m.v. kraan - Koppeling borstels pas inschakelen na starten motor. - gebruik handgereedschap - Min. 10m uit worprichting borstels blijven (i.v.m. wegvliegende deeltjes) + borstels afschermen. - Geen loshangende kledij. - Koppeling tussen motor en schijf van vloerzaagmachine (beletten dat schijf draait van zodra motor wordt ingeschakeld) - Schijf vloerzaag voorzien van afschermkap en nalooprem. contact met: - Rekening houden met windrichting. - velvormende vertrager bij uitwassen - Veiligheidsfiche (MSDS- fiche) product raadplegen en naleven + - betonstof bij borstelen reglementaire etikettering. - curing compound bij nabehandelen - Controle leidingen t.b.v. overpompen vertrager / curingproduct op - voegvulling / gietasfalt lekkage. - cement - Aangepaste werkkledij (geen korte broek, geen ontbloot - beton bovenlichaam)

19 Blootstelling aan elektrische stroom bij - Gebruik van gekeurd, dubbel geïsoleerd gereedschap voorzien van gebruik elektrisch gereedschap de nodige afschermingen en beveiligingen + aansluiten op differentieelschakelaar. Oogletsel door: - Oogspoeling aanwezig op werf. - contact bekistingsolie : betonspatten - lassen / slijpen - contact gietasfalt: voegvulling (vlotplaten) Inademen schadelijke stoffen: - Niet in nevel gaan staan / met wind mee vernevelen. - nevel van bekistingsolie bij vernevelen - Voldoende ventilatie voorzien. - lasdampen - Bij onvoldoende ventilatie: FFP2SL- masker toepassen. - cementstof - Materieel reinigen in open lucht (nooit in besloten ruimte) - dampen epoxyhars - Voldoende lange uitlaatpijp gericht buiten de werkzone. - dampen bij reinigen injectiematerieel - uitlaatgassen Snijwonden: - Afschermen (scherpe) wachtwapening. - bij knippen wapening - Dragen van PBM (veiligheidshandschoenen) - contact met (wacht) wapening 2. BITUMINEUZE VERHARDINGEN Asfalteren: Klemmen / pletten / knellen ledematen - Opgeleid en ervaren personeel. * veegwerken voorafgaand aan asfaltering - Veiligheidsafstand tot machine respecteren. * opstellen finisher - Inzetten CE- gekeurde machines voorzien van afschermingen. * inspuiten asfaltverdeler * aanbrengen kleeflaag (emulsiewagen) Verplettering persoon tussen vrachtwagen - Veiligheidsafstand respecteren. * spuitlans en asfaltverdeler - Geluidsignaal bij achteruitrijden. * aanvoer asfalt * vullen finisher Valrisico - Antislibtraptredes op machine. * spreiden asfalt (manueel of finisher) - Handgrepen op machine. * staalname - Antislibveiligheidsschoenen. * afwalsen * plaatsen voegband (brander) Gegrepen worden door: - Instructie en opleiding personeel. * greppel en opkant in gietasfalt - inhaalketting bij inspuiten asfaltverdeler - Veiligheidsafstand tot machine respecteren.

20 - wals - Niet in bak afsfaltverdeler stappen. - finisher - Wals uitrusten met vangnet. Brand- en ontploffingsgevaar / brandwonde- Indien technische verantwoord: gebruiken van koud asfalt. - bij vullen brandstof machines - Uitvoering door bevoegd personeel. - bij contact uitlaat van machine - Alle machines uitgerust met blustoestel. - bij aanbrengen kleeflaag - Hydraulishe of explosiebeveiligde pomp. - bij contact met asfalt (temp. 150 à 180 C- Juiste behandeling gasflessen brander + regelmatige controle - bij plaatsen voegband ontspanner en slangen. Contact met gevaarlijke producten: - Rekening houden met windrichting. - bij aanbrengen kleeflaag - Veiligheidsfiche (MSDS- fiche) product raadplegen en naleven + - bij reinigen finisher reglementaire etikettering. - Gebruik van spuitlans met voldoende lange spuitmond. - Spatten kleeflaag op huid verwijderen d.m.v. solventvrije reinigingsmiddelen / margarine + overvloedig spoelen met water. - Oogspoeling op werf voozien. Beschadigen luchtleidingen of nabijgelege - Luchtleidingen vooraf verkennen. kunstwerken (bruggen / viaducten) bij - Aanduiden max. hoogte doorgang. vullen finisher - Niet wegrijden met geheven laadbak. Inspanning / verkeerde beweging / rugletsel - Manueel spreiden tot minimum beperken. - Ergonomische werkhouding en tiltechniek. Inademen schadelijke dampen: - Rekening houden met de windrichting. - asfaltdampen (in bijz. in tunnels) - Asfaltemperatuur beperken tot< 180 C (> 180 C komen - uitlaatgassen kankerverwekkend stoffen vrij / benzopyreen) - stof - Voldoende lange uitlaatpijp gericht buiten werkzone. - Dragen van PBM (ademhalingsbescherming) Blootstelling aan trillingen: - Rechtstreeks contact met trilbalk vermijden. - bij spreiden asfalt met finisher - Trillingsabsorberende bestuurderszetel. - bij walsen 3. BESTRATINGEN

21 Aanbrengen bestrating: (keien, Vallende voorwerpen - Afbakenen werkzone (weren derden) mozaïekkeien, betonstraatstenen, - Gebruik van gekeurd hijmaterieel. gebakken straatstenen, betontegels) - Nooit plaatsnemen onder hangende last. - Gebruik van handklem / schaarklem. - Stapelen op draagkrachtig en effen terrein + stapelhoogte beperken. Contact met bewegen delen: - Gebruik van gekeurd materieel (CE- keurmerk) - bij doorslijpen of zagen - Voorzien van afschermingen. - Slijpschijf niet neerleggen vooraleer volledig gestopt met draaien. - Aangepast zaagblad. Inspanning / verkeerde beweging / rugletsel / overbelasting knieen - Manueel spreiden tot minimum beperken. - Ergonomische werkhouding en tiltechniek. - Max. tillast = 25 kg /persoon, voor zwaardere lasten gekeurd hijsmaterieel. - Dragen van PBM (kniebeschermers) Brand- en ontploffingsgevaar / brandwonde- Uitlaat afschermen. - bij vullen voegsnijmachine - Dragen van PBM (beschermende kledij) - bij opgieten voegen Blootstelling aan elektrische stroom bij - Gebruik van gekeurd, dubbel geïsoleerd gereedschap voorzien van gebruik elektrisch gereedschap de nodige afschermingen en beveiligingen + aansluiten op differentieelschakelaar. Contact met perslucht bij schoonblazen voegen - Spuitlans niet op personen richten. HOOFDSTUK 4 - RIOLERING EN AFVOER VAN WATER A. NIEUWE RIOLERINGEN Algemeen Inherente verkeerrisico's - Aanbrengen van signalisatie - Afschermen van werkzone / afbakenen voor derden - Goede coördinatie tussen machinist en overige personeel/ gebruik van genormaliseerd hand- en armseinen of communicatiemiddel - Dragen van signalisatiekledij

22 - Zorgen voor voldoende verlichting - Werfpiste / circulatiewegen vastleggen - Veiligheidsafstand tot machines respecteren - Geluidsignaal bij achteruitrijden - Voertuigen uitrusten met zichtveldverbeterende systemen ( dodehoekspiegel of camera ) - Onvrijwillig starten van de machine moet onmogelijk zijn ( dmv sleutelvergrendeling ) - Bestuurders mogen de machine niet verlaten zolang ze in werking is Kantelen van machine Beschadiging bestaande te behouden delen / verzakkingen / instortingen Val van personen - Stabiel opstellen van machines - Machine uitgerust met ROPS ( = rolling over protection system ) - Vanaf diepte > 1.20m: taludering, beschoeiing of sleufbak toepassen. - Vermijden / afstand houden met verkeer, trillende machines - Veiligheidsafstand tussen grondopslag en sleufrand respecteren (min. 0.60m) - Injectie van bindmiddel in bodem. - Voldoende verlichting voorzien. - Aandacht voor orde en netheid. - Gebruik maken van treden en handgreep bij in- en uitstappen van machines. - Werkplatformen voorzien van randbeveiliging en degelijke toegang (ook platformen aan machines) - Dragen van PBM (veiligheidsschoenen) - Degelijke toegang tot (bouw)put voorzien. - Sleuf / put signaleren en afschermen (omheining plaatsen of tijdelijk afdekken) + zo snel mogelijk terug dichten. - Beperkte (sleuf)lengte openleggen. Beschadigingen nutsleidingen - Navraag en controle bij de wegbeheerders omtrent aanwezige (ondergronds / bovengronds) nutsmaatschappijen - Opvragen en bestuderen van plannen van nutsleidingen / afstandsbepaling tussen de diverse kabels, buizen en leidingen

23 - Voorafgaandelijk sonderen - Impact van de werkzone bepalen ten opzichte van de aanwezige kabels, buizen en leidingen - Zonodig technische bijstand vragen aan de nutmaatschappijen - Kabels, buizen en leidingen steeds voldoende afschermen of stutten - Gewijzigde liggingen bestaande toestand of as- built steeds inmeten en melden aan de maatschappijen en wegbeheerders Contact met verontreiniging (bodem / water / slib) schadelijke stoffen - Toezien op de vereiste inentingen van de werknemers - Hygiëne in acht nemen - Dragen van de vereiste PBM ( beschermende kledij, veiligheidschoenen, ) Blootstelling aan lawaai - Dragen van PBM (gehoorbescherming ) Lichamelijke letsels - Aangepast werkkledij (geen korte broek op bloot bovenlichaam) - Dragen van PBM (helm, veiligheidsschoenen, veiligheidshandschoenen) 1. RIOLERING EN AFVOER VAN WATER AANGELEGD IN EEN SLEUF 1.1. Grondwerk voor de uitgraving Inherente verkeerrisico's - Aanbrengen van signalisatie - Afschermen van werkzone / afbakenen voor derden - Goede coördinatie tussen machinist en overige personeel/ gebruik van genormaliseerd hand- en armseinen of communicatiemiddel - Dragen van signalisatiekledij - Zorgen voor voldoende verlichting - Werfpiste / circulatiewegen vastleggen - Veiligheidsafstand tot machines respecteren - Geluidsignaal bij achteruitrijden - Voertuigen uitrusten met zichtveldverbeterende systemen ( dodehoekspiegel of camera ) - Onvrijwillig starten van de machine moet onmogelijk zijn ( dmv sleutelvergrendeling ) - Bestuurders mogen de machine niet verlaten zolang ze in werking is

24 Kantelen van machine Beschadiging bestaande te behouden delen / verzakkingen / instortingen Val van personen - Stabiel opstellen van machines - Machine uitgerust met ROPS ( = rolling over protection system ) - Vanaf diepte > 1.20m: taludering, beschoeiing of sleufbak toepassen. - Vermijden / afstand houden met verkeer, trillende machines - Veiligheidsafstand tussen grondopslag en sleufrand respecteren (min. 0.60m) - Injectie van bindmiddel in bodem. - Voldoende verlichting voorzien. - Aandacht voor orde en netheid. - Gebruik maken van treden en handgreep bij in- en uitstappen van machines. - Werkplatformen voorzien van randbeveiliging en degelijke toegang (ook platformen aan machines) - Dragen van PBM (veiligheidsschoenen) - Degelijke toegang tot (bouw)put voorzien. - Sleuf / put signaleren en afschermen (omheining plaatsen of tijdelijk afdekken) + zo snel mogelijk terug dichten. - Beperkte (sleuf)lengte openleggen. Beschadigingen nutsleidingen - Navraag en controle bij de wegbeheerders omtrent aanwezige (ondergronds / bovengronds) nutsmaatschappijen - Opvragen en bestuderen van plannen van nutsleidingen / afstandsbepaling tussen de diverse kabels, buizen en leidingen - Voorafgaandelijk sonderen - Impact van de werkzone bepalen ten opzichte van de aanwezige kabels, buizen en leidingen - Zonodig technische bijstand vragen aan de nutmaatschappijen - Kabels, buizen en leidingen steeds voldoende afschermen of stutten - Gewijzigde liggingen bestaande toestand of as- built steeds inmeten en melden aan de maatschappijen en wegbeheerders

25 Contact met verontreinigde (bodem / water / slib) schadelijke stoffen - Toezien op de vereiste inentingen van de werknemers - Hygiëne in acht nemen - Dragen van de vereiste PBM ( beschermende kledij, veiligheidschoenen, ) Blootstelling aan lawaai - Dragen van PBM (gehoorbescherming ) Lichamelijke letsels - Aangepast werkkledij (geen korte broek op bloot bovenlichaam) - Dragen van PBM (helm, veiligheidsschoenen, veiligheidshandschoenen) 1.2. Fundering en/of omhulling van Inherente verkeerrisico's - Aanbrengen van signalisatie de buizen - Afschermen van werkzone / afbakenen voor derden - Goede coördinatie tussen machinist en overige personeel/ gebruik van genormaliseerd hand- en armseinen of communicatiemiddel - Dragen van signalisatiekledij X - Zorgen voor voldoende verlichting - Werfpiste / circulatiewegen vastleggen - Veiligheidsafstand tot machines respecteren - Geluidsignaal bij achteruitrijden - Voertuigen uitrusten met zichtveldverbeterende systemen ( dodehoekspiegel of camera ) - Onvrijwillig starten van de machine moet onmogelijk zijn ( dmv sleutelvergrendeling ) - Bestuurders mogen de machine niet verlaten zoalng ze in werking is Kantelen van machine Beschadiging bestaande te behouden delen / verzakkingen / instortingen - Stabiel opstellen van machines - Machine uitgerust met ROPS ( = rolling over protection system ) - Vanaf diepte > 1.20m: taludering, beschoeiing of sleufbak toepassen. - Vermijden / afstand houden met verkeer, trillende machines - Veiligheidsafstandtussen grondopslag en sleufrand respecteren (min. 0.60m) - Injectie van bindmiddel in bodem.

26 Val van personen Beschadigingen nutsleidingen (ondergronds / bovengronds) Contact met verontreiniging (bodem / water / slib) schadelijke stoffen Blootstelling aan lawaai Lichamelijke letsels - Voldoende verlichting voorzien. - Aandacht voor orde en netheid. - Gebruik maken van treden en handgreep bij in- en uitstappen van machines. - Werkplatformen voorzien van randbeveiliging en degelijke toegang (ook platformen aan machines) - Dragen van PBM (veiligheidsschoenen) - Degelijke toegang tot (bouw)put voorzien. - Sleuf / put signaleren en afschermen (omheining plaatsen of tijdelijk afdekken) + zo snel mogelijk terug dichten. - Beperkte (sleuf)lengte openleggen. - Navraag en controle bij de wegbeheerders omtrent aanwezige nutsmaatschappijen - Opvragen en bestuderen van plannen van nutsleidingen / afstandsbepaling tussen de diverse kabels, buizen en leidingen - Voorafgaandelijk sonderen - Impact van de werkzone bepalen ten opzichte van de aanwezige kabels, buizen en leidingen - Zonodig technische bijstand vragen aan de nutmaatschappijen - Kabels, buizen en leidingen steeds voldoende afschermen of stutten - Gewijzigde liggingen bestaande toestand of as- built steeds inmeten en melden aan de maatschappijen en wegbeheerders - Toezien op de vereiste inentingen van de werknemers - Hygiëne in acht nemen - Dragen van de vereiste PBM ( beschermende kledij, veiligheidschoenen, ) - Dragen van PBM (gehoorbescherming van 90dB) - Aangepast werkkledij (geen korte broek op bloot bovenlichaam) - Dragen van PBM (helm, veiligheidsschoenen, veiligheidshandschoenen)

27 1.3. Leggen van buizen Val van voorwerpen, materialen - Gebruik van gekeurd hijsmaterieel + goed onderlinge coördinatie tussen machinist en overig personeel. - Afbakenen hijszone. - Nooit plaatsnemen onder hangende last. - Maximumlast niet overschrijden + juiste aanslagtechniek. - Dragen van PBM (helm, veiligheidsschoenen, veiligheidshandschoenen). Letsels aan de ledematen - Afschermen van draaiende delen. - Minimum veiligheidsafstand (0.80m) respecteren. - Geen loshangende kledij. - Dragen van PBM (veiligheidsschoenen, veiligheidshandschoenen) Inspanningsletsels / lichamelijke letsels Contact met bewegende delen Contact met geprojecteerde deeltjes - Ergonomische werkhouding en juiste tiltechniek ( bij manueel hanteren van lasten max.: 25 kg/persoon). - Rustpauze inlassen. - Beurtrol bij belastende werken. - Projectie in werkzone vermijden door oordeelkundig opstellen werktuigen. - Afscherming voor bestuurder / bediener / derden voorzien. - Gebruik van gekeurd, niet gemodificeerd materieel. - Dragen van PBM (veiligheidsschoenen, veiligheidsbril, beenbescherming, veiligheidshandschoenen) Aansluiting op de injectieput Val van voorwerpen, materialen - Gebruik van gekeurd hijsmaterieel + goed onderlinge coördinatie tussen machinist en overig personeel. - Afbakenen hijszone. - Nooit plaatsnemen onder hangende last. - Maximumlast niet overschrijden + juiste aanslagtechniek. - Dragen van PBM (helm, veiligheidsschoenen, veiligheidshandschoenen). Verstikking (bij betreden van inspectieput - Veiligheidsprocedure toepassen: besloten ruimte!) * Uitvoeren van zuurstofmeting vóór betreden van de besloten ruimte (zuurstofgehalte = volumeprocenten én < 23 volumeprocenten) * Gebruik van autonoom ademhalingssysteem, zoniet: besloten

28 ruimte mechanisch ventileren. * Tijdens werken in besloten ruimte: permanente zuurstofmeting met alarmfunctie of autonoom ademhalingssysteem. * Uitvoeren door ten minste 2 personen + leeftijd uitvoerders: min. 18 jaar. * Permanent inzetten van veiligheidswacht welke toezicht houdt van buitenaf (incl. toezicht op goed werking van ventilatiesysteem) * Werknemers in besloten ruimte dragen verplicht een reddingsgordel met schouderbanden welke is verbonden met een reddingskoord dat naar buiten leidt en vastgehouden wordt doot de veiligheidswacht. * Voorafgaande afspraken tussen de veiligheidswacht en werknemers in de besloten ruimte m.b.t. communicatie (geven van signalen) * Evacuatiemogelijkheid garanderen: omgeving afbakenen / vrijhouden, GSM aanwezig (hulpdiensten verwittigen), ladders + draagberrie. * Dragen van PBM (reddingsgordel + levenslijn, ademhalingsbescherming) Brand- of explosiegevaar Contact met schadelijke stoffen. Contact met schadelijke stoffen - Geen brandbaar materiaal nabij laswerk. - Brandblustoestel binnen handbereik. - Gebruik van lasbril of -kap + zone afschermen. - Gasflessen: rechtop in flessenkar en voorzien van terugslagbeveiliging / elektrisch lasapparatuur: conform AREI. - Voldoende ventilatie. - Brandwonden: overvloedig spoelen met water + brandwondenzalf aanbrengen. - Dragen van PBM (veiligheidshandschoenen, lasbril, beschermkledij) - Aangepaste werkkledij ( geen korte broek of bloot bovenlichaam) - Voorafgaande reiniging van riolering / inspectieput. - Rechtstreeks huidcontact vermijden. - Aandacht voor persoonlijke hygiëne (handen wassen vóór eten) - Schoenen of laarzen onmiddellijk uitdoen en proper maken ingeval er beton in terechtkomt (i.v.m. vermijden van brandwonden) - Veiligheidsfiche gevaarlijke produkten aanwezig en naleven + reglementaire etikettering.

29 - Rekening houden met windrichting (niet in nevel / stofwolk / dampen gaan staan) - Voldoende ventilatie (zoniet FFP2SL- masker dragen) Materieel / gereedschap reinigen in open lucht (nooit in put of besloten ruimte) - Dragen van PBM (veiligheidsschoenen, veiligheidshandschoenen, beschermende kledij, veiligheidsbril, stofmasker) Contact met bewegende delen Contact met geprojecteerde deeltjes Letsels aan de ledematen Lichamelijke letsels - Projectie in werkzone vermijden door oordeelkundig opstellen werktuigen. - Afscherming voor bestuurder / bediener / derden voorzien. - Gebruik van gekeurd, niet gemodificeerd materieel. - Dragen van PBM (veiligheidsschoenen, veiligheidsbril, beenbescherming, veiligheidshandschoenen). - Afschermen van draaiende delen. - Minimum veiligheidsafstand (0.80m) respecteren. - Geen loshangende kledij. - Dragen van PBM (veiligheidsschoenen, veiligheidshandschoenen) - Oogspoeling aanwezig op werf. - Dragen van PBM (veiligheisbril, veiligheidshandschoenen) 1.5. Plaatsen van buizen op Val van personen - Gebruik van personelift of hoogwerker + valbeveiliging. paalfundering Beschadigingen nutsleidingen - Navraag en controle bij de wegbeheerders omtrent aanwezige (ondergronds / bovengronds) nutsmaatschappijen - Opvragen en bestuderen van plannen van nutsleidingen / afstandsbepaling tussen de diverse kabels, buizen en leidingen - Voorafgaandelijk sonderen - Impact van de werkzone bepalen ten opzichte van de aanwezige kabels, buizen en leidingen - Zonodig technische bijstand vragen aan de nutmaatschappijen - Kabels, buizen en leidingen steeds voldoende afschermen of stutten - Gewijzigde liggingen bestaande toestand of as- built steeds inmeten en melden aan de maatschappijen en wegbeheerders

30 Val van voorwerpen, materialen Letsels aan de ledematen Inspanningsletsels / lichamelijke letsels Contact met bewegende delen Contact met geprojecteerde deeltjes Stukspringen betontoevoerleiding (bij in grond gevormde palen) Brand- of explosiegevaar Contact met schadelijke stoffen. - Gebruik van gekeurd hijsmaterieel + goed onderlinge coördinatie tussen machinist en overig personeel. - Afbakenen hijszone. - Nooit plaatsnemen onder hangende last. - Maximumlast niet overschrijden + juiste aanslagtechniek. - Dragen van PBM (helm, veiligheidsschoenen, veiligheidshandschoenen). - Afschermen van draaiende delen. - Minimum veiligheidsafstand (0.80m) respecteren. - Geen loshangende kledij. - Dragen van PBM (veiligheidsschoenen, veiligheidshandschoenen) - Ergonomische werkhouding en juiste tiltechniek ( bij manueel hanteren van lasten max.: 25 kg/persoon). - Rustpauze inlassen. - Beurtrol bij belastende werken. - Projectie in werkzone vermijden door oordeelkundig opstellen werktuigen. - Afscherming voor bestuurder / bediener / derden voorzien. - Gebruik van gekeurd, niet gemodificeerd materieel. - Dragen van PBM (veiligheidsschoenen, veiligheidsbril, beenbescherming, veiligheidshandschoenen). - Regelmatig nazicht van betontoevoerleiding + beschadigde onderdelen tijdig vervangen. - Geen brandbaar materiaal nabij laswerk. - Brandblustoestel binnen handbereik. - Gebruik van lasbril of -kap + zone afschermen. - Gasflessen: rechtop in flessenkar en voorzien van terugslagbeveiliging / elektrisch lasapparatuur: conform AREI. - Voldoende ventilatie. - Brandwonden: overvloedig spoelen met water + brandwondenzalf aanbrengen.

31 - Dragen van PBM (veiligheidshandschoenen, lasbril, beschermkledij) 1.6. Grondwerk voor aanvulling van de Inspanningsletsels / lichamelijke letsels - Ergonomische werkhouding en juiste tiltechniek ( bij manueel sleuf en verdichting hanteren van lasten max.: 25 kg/persoon). - Rustpauze inlassen. - Beurtrol bij belastende werken. Contact met bewegende delen Contact met geprojecteerde deeltjes - Projectie in werkzone vermijden door oordeelkundig opstellen werktuigen. - Afscherming voor bestuurder / bediener / derden voorzien. - Gebruik van gekeurd, niet gemodificeerd materieel. - Dragen van PBM (veiligheidsschoenen, veiligheidsbril, beenbescherming, veiligheidshandschoenen) Drooghouden van de sleuf Val van voorwerpen, materialen - Gebruik van gekeurd hijsmaterieel + goed onderlinge coördinatie tussen machinist en overig personeel. - Afbakenen hijszone. - Nooit plaatsnemen onder hangende last. - Maximumlast niet overschrijden + juiste aanslagtechniek. - Dragen van PBM (helm, veiligheidsschoenen, veiligheidshandschoenen). Inspanningsletsels / lichamelijke letsels Elektrocutie Contact met bewegende delen - Ergonomische werkhouding en juiste tiltechniek ( bij manueel hanteren van lasten max.: 25 kg/persoon). - Rustpauze inlassen. - Beurtrol bij belastende werken. - Liggingsplannen van ondergrondse leidingen en kabels vooraf opvragen en raadplegen. - Voorafgaand uitvoeren van sonderen / peilingen / proefsleuven. - Manueel graven in nabijheid van kabels. - Bij stoten op hindernis geen extra kracht zetten. - Periodiek keuring (5-jaarlijks) + degelijke aarding stroomgroep. - Kabels (pompinstallatie) afschermen, ingraven of ophangen, kabelbruggen + kabeltype HO7RNF gebruiken + regelmatig visuele controle van kabels. - Dragen van PBM (isolerende veiligheidsschoenen) - Bewegende delen (pompinstallatie) afschermen + ongehinderd

32 opstellen. - Dragen van PBM (veiligheidshandschoenen) Blootstelling aan lawaai - Pomp en stroomgroep in goed staat van onderhoud. - Geluidswerende omkasting. - Dragen van PBM (gehoorbescherming vanef 90dB) Milieuverontreiniging (o.a. bij lekkage van - Inkuiping (lekbak) + overvulbeveiliging + lekdetectie voorzien. de stroomgroep of morsen bij vullen met - Trechter gebruiken bij vullen. brandstof) Brand- of explosiegevaar Beschadiging bestaande te behouden delen / verzakking / instortingen - Trechter gebruiken bij vullen. - Geen brandstof bijvullen bij warme motor (gevaar voor ontbranden van langslopende / gemorste benzine) - Niet roken bij vullen brandstoftank. - Benzinestop degelijk afsluiten. - Brandwonden: overvloedig spoelne met water + brandwondenzalf aanbrengen. - Dragen van PBM (beschermende kledij, veiligheidshandsschoenen) - Regelmatige controle van taluds op scheurvorming - Vermijden/afstand houden met verkeer, trillende machines - Veiligheidsafstand tussen grondopslag en sleufrand ( min. 0,60 m ) - Voorafgaandelijke plaatsbeschrijvingen uitvoeren van omliggende gebouwen. - Zorgen voor voldoende beschoeiing. - Verankeringsmaatregelen bij risicovolle gebouwen. - Principe van retourbemaling Instandhouding van de sleuf Val van voorwerpen, materialen - Gebruik van gekeurd hijsmaterieel + goed onderlinge coördinatie tussen machinist en overig personeel. - Afbakenen hijszone. - Nooit plaatsnemen onder hangende last. - Maximumlast niet overschrijden + juiste aanslagtechniek. - Duidelijke richtlijnen i.v.m. te volgen procedure bij plaatsing van de