Arbitragetechniek voor kleine velden

Transcriptie

1 Arbitragetechniek voor kleine velden RCS Rayon West, samensteller: Roelof Willemze

2 Inhoudsopgave Inleiding... blz. 2 De problemen... blz. 3 De positie van de lead official... blz. 4 De positie van de trail official... blz. 7 Van trail official naar lead official... blz. 9 Tot slot, andere problemen... blz. 10 1

3 Inleiding De arbitrage techniek die wordt gepubliceerd door de FIBA is geschikt voor 2 of 3 officials en gaat uit van een groot veld in een grote hal. Dat wil zeggen een veld van maximaal 28 meter lang en 15 meter breed met een 2 meter obstakel vrije ruimte rondom het veld (de baskets) staan zelf op 2 meter van de eindlijn of komen uit de lucht. Kortom de meest ideale omstandigheden voor een scheidsrechter om de juiste positie in te nemen. De praktijk is vaak anders, waarbij de volgende twee situaties zich het meest voordoen en van invloed zijn op de arbitragetechniek van de scheidsrechters (dus niet alleen de lead official): - Binnen 2 meter van de eindlijn (soms zelfs vlak voor de eindlijn) staat de steun van de basket. - Aan de korte zijde van het veld bevindt zich binnen 2 meter, soms op minder dan 1 meter een muur (wandrek). In de korte publicatie wordt een aanvulling gegeven op de arbitragetechniek gericht op velden waarbij het principe van 2-man-officiating van toepassing is en er 2 meter obstakelvrije ruimte is. Voor alle duidelijkheid: het kan zo zijn dat er sprake is van een hele grote sporthal met daarin kleine velden (vaak over dwars neergelegd) waardoor er geen 2 meter obstakel vrije ruime is. In deze publicatie zal daarom in de bovenstaande gevallen worden gesproken over kleine velden. 2

4 De problemen Bij kleine velden komt vaak de positie van de lead official volgens het boekje in de problemen. De lead official kan zich niet lekker bewegen achter de eindlijn waardoor een slechte positie wordt ingenomen bij een rebound. Een slechte positie wil in dit geval zeggen: 1. de juiste positie volgens het boekje, maar je staat te dicht op de eindlijn waardoor je de eerste paar meter in het veld niet kan zien, of 2. misschien wel de juiste positie voor een klein veld maar je collega trail official past zich niet aan. Een ander probleem is misschien wel het fluiten van fouten/overtredingen laag in vak vijf en dan met name rechts van de basket gezien van uit de lead official. Ook de trail official heeft problemen hoewel die zich dat niet bewust is. Denk bijvoorbeeld aan nummer 2 bij de bovenstaande opsomming of bij een break/steal en hij in volle sprint naar de overkant moet. Kortom, er zijn meer problemen dan je op het eerste gezicht zou denken. 3

5 De positie van de lead official De lead official heeft op kleine velden een kwetsbare positie. De lead official wil een goede positie innemen maar kan dat niet omdat er een wandrek of muur in zijn rug zit en het speelveld dicht op hem. Bij jeugd wedstrijden komt deze situatie minder bedreigend over ten opzichte van U22- of senioren wedstrijden waar de spelers atletischer zijn en veel kracht hebben. Kortom, als lead official ben je niet blij als je onder het bord moet staan om een reboundsituatie of charge/bloksituatie te beoordelen. Het loopgebied en bewegen Daar waar je als lead official gewend bent om de gehele linkerzijde van de basket op de eindlijn te bestrijken en zelfs voorbij de basket gaat in bepaalde gevallen, gaat dat nu veranderen. In de situatie met kleine velden blijf je alleen aan de linkerzijde van de basket. Figuur 1: Loopgebied lead official Als het goed is zal je bij een groot veld afstand proberen te nemen van de eindlijn om je hoek in het veld te vergroten. Dat zal nu niet lukken omdat er muur vlak achter je staat. Heb je die ruimte niet om naar achteren te lopen, ga dan haaks op de eindlijn bewegen. Dit scheelt toch iets en je kan sneller uitwijken naar achteren of naar voren dan zijwaarts (is geen natuurlijke beweging). Figuur 2: haaks op de lijn lopen als er voldoende ruimte achter de eindlijn is. 4

6 Bal is links van de as basket-basket, geen rebound situatie Zoals al bij figuur 2 is aangegeven blijf je aan de linkerzijde van de basket (de basket is dus aan je rechterhand), maar altijd ter hoogte van de bal als de bal in de vakken 3 en 4. Als de bal aan de linkerzijde is van de as basket-basket in de vakken 2 en 5, ook dan loop je ter hoogte van de bal aan de eindlijn. Je verantwoordelijke gebied blijft ongewijzigd. Figuur 3: bal aan linkerzijde as basket-basket Bal is rechts van de as basket-basket, geen rebound situatie Als de bal aan de rechterzijde is van de as basket-basket, ongeacht in welk vak de bal is, gaat de lead official in een hoek van 45 graden staan op de eindlijn (dus met zijn heupen het veld in), ter hoogte van het bord (het bord is de aan je rechterzijde), en je kijkt dus niet naar de bal. Figuur 4: de bal is aan de andere zijde van de as basket-basket 5

7 Reboundsituatie Normaal gesproken ben je gewend om onder de basket te kruipen en dat is bij een rebound situatie om meerdere redenen niet verstandig. Ten eerste je kan niet alles zien door dat er wellicht een basket-steun op de eindlijn staat, je feitelijke de eerste twee meter in het veld niet kunt beoordelen doordat je een slechte hoek hebt en/of omdat het gevaarlijk is zeker als er mensen in komen vliegen. Ga als lead official dan ook op het snijpunt staan van de vakken 4 en 5 op de eindlijn (snijpunt bucketlijn met eindlijn) in een hoek van 45 graden ten opzichte van de eindlijn Figuur 5: de lead official staat ter hoogte van het zijpunt bucketlijn met de eindlijn. 6

8 De positie van de trail official Ook de positie van de trail official zal wijzigen. Niet omdat hij het in reboundposities moeilijker krijgt omdat er een muur in zijn rug staat of om het te weinig ruimte heeft om te bewegen. Dat niet. Hij zal zijn positie moeten aanpassen omdat de lead official zijn positie moet aanpassen. Kortom, hij moet iets compenseren dat de lead official noodgedwongen moet laten liggen. Daarbij gaat het om de momenten dat de bal in vak 6 is of aan de zijde van de trail official van de as basket-basket in vak 5 en in reboundsituaties. Het bewegen De trail official zal (nog) meer moeten bewegen dan hij normaal gewend is. Normaal zal de trail official een soort van boog lopen tussen einde vak 1 en vrije worplijn ter hoogte van ongeveer 1 meter van de 3-puntslijn. Nu zal hij een stap meer moeten maken en ongeveer 1 meter voorbij de vrije worplijn moeten gaan. Gelijk wil ik het argument ontkrachten dat dit niet mogelijk is, omdat de trail official anders te laat is bij de break. Figuur 6: het loopgebied van de trail official is nu 1 meter dieper (1 meter in vak 6). Er zijn 2 argumenten namelijk: 1. het veld is korter, dus hoef je minder te lopen, en 2. je kan niet voluit sprinten (je moet eerder remmen) want er is niet of nauwelijks uitloop aan de eindlijn aan de overzijde. Hoe je dit laatste oplost, lees je in het volgende hoofdstuk. Bal aan de zijde van de trail official in vak 5 en geheel vak 6, geen reboundsituatie Als de bal aan de zijde is van de trail official van de as basket-basket staat de lead official ter hoogte van de zijkant van de basket in een hoek van 45 graden het veld in te kijken ( zie figuur 4). 7

9 De trail official zal dan ook zijn positie moeten aanpassen om geheel vak 6 en een stukje van vak 5 te kunnen bekijken. De trail official gaat dan in vak 1 staan ter hoogte van de 3 puntlijns aan de zijlijn (loop je het veld in dan sta je snel in de weg bij een break/steal). Figuur 7: de trail official neemt aan de zijlijn positie wanneer de bal in 6 is of aan zijn kan van de as basket-basket. Reboundsituatie Normaal gesproken ben je gewend rond de vrije worplijn te staan ter hoogte van de driepuntslijn aangezien je hier ook met vrije worpen staat. De lead official heeft nu letterlijk een paar pasjes achteruit gedaan zoals je zag in figuur 5. Hierdoor heeft hij dus wat meer afstand genomen van de reboundsituatie en dat betekent dat de trail official die wel wat meer ruimte heeft een stapje naar voren moet doen om: Figuur 8: de trail official loopt 1 meter door over de vrije worplijn en gaat staan aan de zijlijn. 1. alle spelers tussen de beide arbiters in te hebben, en 2. samen een goed zicht te hebben op de spelers. De trail official loopt 1 meter door over de vrije worplijn en gaat staan op de zijlijn en gaat in een hoek van 45 graden ten opzichte van de zijlijn. Dit kan omdat vaak niet alleen het speelveld korter maar naar verhouding ook smaller is. Je staat er dus automatisch wat dichter op. 8

10 Van Trail official naar lead official Ook de trail official heeft problemen bij kleine velden, namelijk: - hij kan niet voluit sprinten aangezien afstoppen moeilijk gaat (achter de eindlijn), en - speler een voorsprong kunnen hebben bij een break uit een rebound omdat de trail official 1 meter moet doorlopen in vak 6 (voorbij de vrijeworplijn). Kortom, het wordt moeilijk om voor een break uit te lopen. Neemt niet de verplichting weg om toch te proberen voor de break uit te lopen. Echter, in die gevallen dat je als nieuwe lead official merkt dat je dit niet gaat lukken. Loop dat zo dicht mogelijk achter de break. Probeer als trail official dan positie in te nemen (dus sprint naar) de driepuntlijn in vak 3 of 4 en probeer stil te staan op het moment dat de doelpoging wordt ondernomen. Probeer altijd die positie in te nemen zodat je tussen de spelers door kan kijken (meestal in een break niet meer dan 2). Gaat het spel door loop dan door naar je positie op/achter de eindlijn want inmiddels is de nieuwe trail official ook op zijn positie aangekomen. Figuur 9: de nieuwe lead official neemt positie in op de driepuntslijn en beoordeelt de gehele doelpoging. Gaat het spel verder dan loopt hij door naar zijn positie. Noot: Dit kan je ook gebruiken op een groot veld. Echter, dit mag je dan niet te vaak gebeuren (dat wil zeggen maximaal 2 maal per wedstrijd). Gebeurt het meer dan heb je dus een slechte positie ingenomen, sta je niet op te letten of moet je aan je conditie werken. Kortom, het is dan een noodoplossing. 9

11 Tot slot, nog andere problemen In deze aanvulling is aandacht gegeven aan de arbitragetechniek voor 2 scheidsrechters voor speelvelden die geen maximale obstakel vrije uitloop hebben. In de voorgaande 3 hoofdstukken is ingegaan op de positie van de lead official, die van de trail official en bij een transition van lead official naar trail official. Daarnaast spelen in hallen met een klein speelveld nog wat andere zaken die niet zozeer van invloed zijn op de arbitrage techniek maar wel in de weg staan. Hierbij valt te denken aan: - Slingers (om met name basket op hoogte te brengen) en andere materiaal aan de wanden; - Spelersbanken en jurytafel, en - 24 secondenklok en bedrading. Als scheidsrechter ben je onder andere verantwoordelijk voor de opstelling van deze attributen. Draag er dan ook zorg voor dat er geen gevaarlijke voorwerpen uit de muur steken zoals slingers of ophangsystemen van badmintonnetten onder een basket. In het geval er bedrading noodzakelijk is voor apparatuur draag er dan zorg voor dat deze bedrading zo ver als mogelijk weg ligt van het speelveld en in een rechte lijn zonder krullen (voorkomt struikelen). In veel gevallen is de zaal in de lengte te klein maar in de breedte breed genoeg. Toch staat vaak de spelersbank, de jurytafel en/of de wisselbank binnen 2 meter van de zijlijn terwijl meer dan voldoende ruimte is. Laat dan deze materialen verplaatsen. Je scherpt hierdoor ruimte voor je zelf en voor anderen wat een prettiger gevoel geeft en veel belangrijker het is een stuk veiliger. Noot Rayon Scheidsrechter Commissie In alle gevallen, waarin het mogelijk is om de voorgeschreven arbitrage-techniek toe te passen, dienen de scheidsrechters dit dan ook uit te voeren. Dit boekje is slechts ter illustratie van oplossingen voor arbitrage in kleine zalen. 10