Schoolondersteuningsprofiel Het Hooghuis Locatie Den Bongerd OPDC Het Hooghuis

Transcriptie

1 Schoolondersteuningsprofiel Het Hooghuis Locatie Den Bongerd OPDC Het Hooghuis Samenwerkingsverband Voortgezet onderwijs Brabant noordoost

2 School- en locatienaam Directeur: Naam: Hans Terpstra Zorgcoördinator(en): Naam: Sandra van den Heuvel Bezoekadres: Staringstraat GH Oss Tel.: infodenbongerd@hethooghuis.nl 2

3 1 Inhoudsopgave 1 Inhoudsopgave Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 2 Inleiding Wat is een schoolondersteuningsprofiel? 4 3 De school en de ondersteuningsstructuur Visie van de school op onderwijs en ondersteuning Onderwijsaanbod De ondersteuningsstructuur Organisatie van de ondersteuning Samenwerking met ouders en leerling Beschikbare protocollen in het kader van ondersteuning 9 4 Inhoud van de ondersteuning Basisondersteuning Thema s in de basisondersteuning Toelichting op activiteiten in de basisondersteuning Ontwikkelambities van de school op het gebied van de basisondersteuning Extra ondersteuning Structurele ondersteuning op de zorglocatie Maatwerk op de zorglocatie 19 5 Bijlagen 21 - Bijlage 1 Protocol lesverwijdering - Bijlage 2 Protocol medisch handelen en handelen bij ziekte - Bijlage 3 Protocol regelmatig verzuim - Bijlage 4 Overzicht interne trainingen op maat - Bijlage 5 Omschrijving training Taakspel - Bijlage 6 Protocol ZAT procedure Lijst van afkortingen 3

4 2 Inleiding Wat is een schoolondersteuningsprofiel? Het schoolondersteuningsprofiel is een beschrijving van de voorzieningen die zijn getroffen voor leerlingen die extra ondersteuning behoeven. Deze voorzieningen kunnen eventueel in samenwerking met ketenpartners worden geboden. De basisondersteuning die binnen het samenwerkingsverband op iedere school wordt geboden wordt eveneens in de beschrijving opgenomen. (Referentiekader Passend Onderwijs) Samenwerkingsverband Voortgezet Onderwijs (SWV VO 30 06) is een stichting waar alle scholen voor voortgezet (speciaal) onderwijs in de gemeenten Oss, Uden, Veghel en Bernheze aan verbonden zijn. Een samenwerkingsverband is wettelijk verplicht om afspraken te maken over hoe passend onderwijs gerealiseerd wordt voor álle leerlingen in de regio. Meer informatie over het samenwerkingsverband en de afspraken die gemaakt zijn, is te vinden in het ondersteuningsplan. Dit is te downloaden van de website ( In dit schoolondersteuningsprofiel worden achtereenvolgens de volgende onderwerpen beschreven: Een korte beschrijving van de school en haar ondersteuningsstructuur; De regionale afspraken over de basisondersteuning en de wijze waarop deze school daar uitvoering aan geeft; Werkwijze in het geval de leerling extra ondersteuning nodig heeft. Leerlingen die onderwijs volgen op Zorglocatie Den Bongerd hebben naast de basisondersteuning allemaal een vorm van intensieve extra ondersteuning nodig. Dit aanbod kan bestaan uit het algemene pedagogisch-didactische aanbod van de school, maar in een aantal gevallen is daarnaast maatwerk nodig. Hieronder wordt uitgewerkt wat de extra ondersteuning op de Zorglocatie behelst, alsook onze werkwijze indien daarnaast nog voorzien moet worden in specifieke onderwijsbehoeften van de leerling. 4

5 3 De school en de ondersteuningsstructuur In dit hoofdstuk is een beknopte beschrijving te vinden van de school. Voor uitgebreidere informatie wordt verwezen naar de schoolgids, het schoolplan en de website ( 3.1 Visie van de school op onderwijs en ondersteuning Den Bongerd wil leerlingen zo goed mogelijk voorbereiden op de overstap of terugkeer naar het reguliere voortgezet onderwijs. Dat is de hoofdtaak. Het onderwijs is speciaal aangepast aan kinderen met duidelijk aantoonbare leerachterstanden en/of sociaal-emotionele problemen. We geven daarom onderwijs op vmbo-niveau met extra ondersteuning. De vmbo-opleiding duurt vier jaar, de havo-opleiding duurt max. 2 jaar (1 e en 2 e jaar). Op Den Bongerd is het streven erop gericht om leerlingen na een of twee jaar hun opleiding voort te laten zetten op een reguliere locatie We werken nauw samen met alle andere VO-scholen in de regio. We willen de overstap naar die andere school zo soepel mogelijk laten verlopen. Op Den Bongerd volgen de leerlingen alle lessen die horen bij een vmbo- of havo-opleiding. Daarnaast krijgen de leerlingen speciale, meer individueel gerichte programma s. Deze programma s helpen hen omgaan met hun leer- en/of gedragsproblemen. We kennen op Den Bongerd twee soorten begeleiding: didactische en pedagogische. Bij didactische begeleiding: reken- en taalbegeleiding (RTB) werken we op verschillende niveaus aan achterstanden bij rekenen, spelling, technisch en begrijpend lezen. De pedagogische begeleiding wordt aan alle eerstejaars leerlingen aangeboden middels de cursus Rots en Water. Daarnaast hebben we een aantal gerichte trainingen voor leerlingen die dat nodig hebben. Zie bijlage 4 Aan Den Bongerd is het Team Onderzoek & Expertise verbonden. In dit team zitten onder andere psychologen, orthopedagogen en gespecialiseerde docenten. Indien nodig kan t.b.v. de begeleiding van leerlingen ook een beroep op hun expertise worden gedaan. 3.2 Onderwijsaanbod Het aanbod voor wat betreft leerweg/niveau bestaat uit: Basisberoepsgerichte leerweg Kaderberoepsgerichte leerweg Gemengde leerweg Theoretische leerweg HAVO onderbouw (voor leerlingen die behoefte hebben aan een gestructureerde aanpak, passend bij ASS-problematiek) Het onderwijs en de begeleiding op Den Bongerd zijn gericht op doorstroom naar een reguliere vorm van onderwijs. Een proces dat we schakelen noemen. Schakelen moet in dit geval gezien worden als een continu proces van begeleiding van de leerling en communicatie hierover met leerling, ouder/verzorger en regulier onderwijs. Leidend in het proces is het leerarrangement, wat we OPP (Ontwikkelingsperspectief Plan) noemen. In dit document staat een overzicht van de bevorderende en belemmerende factoren van de leerling alsmede de gewenste aanpak beschreven. Bij toelating tot de zorglocatie door de reguliere locatie al een OPP opgesteld. Gedurende de periode waarin de leerling op de zorglocatie onderwijs volgt, wordt het OPP verschillende keren geëvalueerd en indien nodig 5

6 weer aangepast. Dit gebeurt altijd in overleg met de ouder(s)/verzorger(s), de leerling, de school van inschrijving en het samenwerkingsverband. Voor de begeleiding en ondersteuning wordt doorgaans twee jaar uitgetrokken. De leerling moet dan voldoende toegerust zijn om een adequate overstap te maken om zo de gekozen leerweg elders succesvol af te ronden. Voor leerlingen die de overstap niet kunnen maken (alle betrokkenen dienen het hierover eens te zijn), zoeken wij een passende oplossing. Voor leerlingen die tussentijds geplaatst worden, bestaat de mogelijkheid om de basisberoepsgerichte, de kaderberoepsgerichte en de (gemengd) theoretische leerweg op Den Bongerd af te ronden. Basis en Kader worden in nauwe samenwerking met de locaties Zuid en West van Het Hooghuis aangeboden. Als een overstap naar het regulier voortgezet onderwijs of een langer verblijf op Den Bongerd onvoldoende perspectief bieden, wordt op zoek gegaan naar een alternatief traject. Ouders/verzorgers worden hierover tijdig geïnformeerd en in de keuze van het vervolgtraject meegenomen. 3.3 De ondersteuningsstructuur In onderstaande afbeelding staat schematisch weergegeven hoe de ondersteuningsstructuur er op het niveau van het samenwerkingsverband uitziet. Voor nadere toelichting wordt verwezen naar het ondersteuningsplan van dit samenwerkingsverband (te downloaden van 6

7 Regulier VO Basisondersteuning (met middelen van de school) Paragraaf 4.1 Preventie & signaleren: Voor elke leerling Licht curatief: Voor specifieke leerlingen Extra ondersteuning (met middelen van het SWV) Paragraaf 4.2 Schooloverstijgende setting Lichte extra ondersteuning Den Bongerd Zware extra ondersteuning Curatief: Intern arrangement Curatief: Tijdelijke plaatsing in tussenvoorziening* Curatief: Onderwijs in het VSO* *Tussenvoorzieningen en het VSO bieden basisondersteuning met daar bovenop een aanbod voor extra ondersteuning. Leerlingen worden op Den Bongerd geplaatst als een reguliere VO school heeft aangegeven dat tijdelijk lichte extra ondersteuning noodzakelijk is. In hoofdstuk 4 staat beschreven hoe de school de afspraken op het niveau van het samenwerkingsverband vorm geeft. Hieronder staat de ondersteuningsstructuur van de school beschreven Organisatie van de ondersteuning Extra ondersteuning Den Bongerd is een school voor leerlingen die speciale ondersteuning en begeleiding nodig hebben. Zorg voor de leerlingen staat bij ons centraal. Ons onderwijs is aangepast aan kinderen met duidelijk aantoonbare leerachterstanden en/of sociaal-emotionele problemen. We geven onderwijs op vmboniveau met zogenaamde leerwegondersteuning. Deze leerwegondersteuning is een aanvulling op de zorg die op de andere Hooghuis locaties en scholen binnen het samenwerkingsverband geboden wordt. We werken in groepen van 12 tot maximaal 16 leerlingen. Structuurklas Voor leerjaar 1 en 2 is op Den Bongerd ook een speciale afdeling havo/vwo. Deze is in principe bestemd voor leerlingen met een Autisme Spectrum Stoornis of een behoefte hebben aan een aanpak passend bij ASS kenmerken: de structuurklas. Voor plaatsing in de structuurklas is niet langer een rugzak of REC-indicatie nodig. Plaatsing in de structuurklas is mogelijk via een reguliere havo/vwo-school en is van tijdelijke aard. Na een, of zo nodig, twee jaar wordt het onderwijs weer op de reguliere locatie voortgezet. 7

8 Hoe ziet ons onderwijs eruit? Op Den Bongerd worden alle lessen gegeven die horen bij een VO-opleiding. Daarnaast worden speciale, meer individueel gerichte programma s verzorgd voor leerlingen met specifieke leer- en/of gedragsprobleem. We kennen op Den Bongerd twee soorten begeleiding: didactische en pedagogische. Didactische begeleiding Bij Reken- en taalbegeleiding afgekort RTB, werken we op verschillende niveaus aan achterstanden bij rekenen, spelling, technisch en begrijpend lezen. Leerlingen krijgen extra hulp en uitleg bij de domeinen waarop zij uitval vertonen of achterstand laten zien. Pedagogische begeleiding De pedagogische begeleiding wordt in leerjaar 1 klassikaal gegeven in de vorm van een cursus Rots en Water. Dit is een sociaal-emotionele training die de leerlingen leert hoe adequaat te reageren op en samen te werken met anderen. Voorts wordt een aantal gerichte trainingen aangeboden aan leerlingen die dat nodig hebben, zoals faalangsttraining, muziektherapie, dramatherapie, sociale vaardigheidstraining, agressie-regulatietraining en examenvreestraining. Naast deze groepsgewijze trainingen, is er ook de mogelijkheid dat er individuele begeleiding geboden wordt. Mentor Spil in de begeleiding van leerlingen op Den Bongerd is de mentor. Een goede relatie met de mentor vinden wij van groot belang. In het taakbeleid wordt rekening gehouden met het belang dat wij hechten aan de rol van de mentor. De mentor voert gesprekken met leerlingen en ouders en houdt nauwlettend in de gaten hoe de ontwikkeling van de leerling verloopt. De ontwikkelpunten, leerdoelen en evaluatiemomenten worden door de mentor opgenomen en bijgehouden in het Ontwikkelingsperspectief Plan (OPP). Persoonlijke aanpak Alle docenten van Den Bongerd kennen hun leerlingen goed en weten welke aanpak het beste bij hen past. Omdat wij in kleinere groepen werken is er ruim aandacht mogelijk voor de onderwijs- en ondersteuningsbehoeften van onze leerlingen. Om op de hoogte te blijven van de laatste ontwikkelingen volgen onze docenten regelmatig bijscholing, bijvoorbeeld op het gebied van dyslexie, dyscalculie, ASS en ADHD. Maar ook thema s als klassenmanagement en gespreksvoering krijgen de aandacht. Binnen aanvaardbare grenzen moeten schoolregels soms wijken om voor leerlingen de gang naar school te stimuleren. Regels omtrent tolerantie, respect en veiligheid worden nooit aangepast. Team Onderzoek & Expertise Aan Den Bongerd is het Team Onderzoek & Expertise verbonden. Hierin werken onder andere psychologen, orthopedagogen en gespecialiseerde docenten. Indien nodig kan t.b.v. de begeleiding van leerlingen ook een beroep op hun expertise worden gedaan. Het zorgteam (ZT) en het zorgadviesteam (ZAT) De procedure aanmelding ZT/ZAT omvat een traject dat loopt via 4 niveaus. Zie bijlage 6. Preventie schoolverzuim Om schoolverzuim te voorkomen dan wel vroegtijdig te kunnen terugdringen, werken wij nauw samen met het regionaal bureau leerplicht. Eén dag per week is de leerplichtambtenaar op onze school aanwezig om zowel preventieve als curatieve aandacht te geven aan schoolverzuim. Den 8

9 Bongerd neemt in 2016 deel aan een onderzoek naar de problematiek rond leerlingen met langdurig schoolverzuim Samenwerking met ouders en leerling Er vindt regelmatig overleg met de ouders/verzorgers plaats; dat kan telefonisch, via alsmede middels gesprekken op school. In het begin van het schooljaar vinden er individuele gesprekken plaats met ouders van alle eerstejaars leerlingen (o.a. bespreken van het OPP). De mentor neemt hiervoor contact op. Ouderavonden Den Bongerd kent de volgende informatieve bijeenkomsten en contactmomenten: - Introductieavond voor de zomervakantie voor ouders/verzorgers van nieuwe leerlingen voor klas 1 gericht op uitleg en toelichting van de schoolorganisatie - Kennismakings- en voorlichtingsavond voor de ouders/verzorgers van de leerlingen uit het 1 e jaar en de zij-instromers, gericht op kennismaking met de mentor en een toelichting - Kennismakings- en voorlichtingsavond voor de ouders/verzorgers van de leerlingen uit het 2e, 3e en 4 e leerjaar, gericht op kennismaking met de mentor en toelichting op het komende schooljaar - Bijeenkomsten gericht op het bespreken van pedagogische/didactische trainingen die bepaalde leerlingen gaan volgen. - Thema-avonden, doorgaans in samenwerking met de ouderraad. - 3 maal per jaar 15-minuten gesprekken, waarin de voortgang en het perspectief van de leerling wordt besproken. Overige informatievoorziening - Informatieve briefings uit de jaargroepen, waarin meer gedetailleerde voorlichting en toelichting op activiteiten gegeven wordt. Deze worden in principe via de mail verzonden. - Memo's om ouders specifiek aan iets te herinneren of urgente zaken onder de aandacht te brengen. Deze worden ook via de mail verzonden. - Website: - Bespreking van het OPP (Ontwikkelingsperspectief) bij zij-instroom - Bespreking met de oude mentor bij overstap Beschikbare protocollen in het kader van ondersteuning De school voorziet in onderstaande protocollen: Dyslexieprotocol (Website) Protocol lesverwijdering (bijlage 1) Protocol medisch handelen en handelen bij ziekte (bijlage 2) Verzuimprotocol (bijlage 3) Pestprotocol (website) Protocol social media (website) Schoolreglement (website/locatiegids) Het protocollen website zijn te vinden op de website van Den Bongerd (hethooghuis.nl/den-bongerd). De overige protocollen zijn als bijlage van dit document toegevoegd. 9

10 4 Inhoud van de ondersteuning 4.1 Basisondersteuning Binnen het samenwerkingsverband van middelbare scholen in Oss, Uden, Veghel en Bernheze zijn afspraken gemaakt over de basisondersteuning die alle scholen aanbieden aan leerlingen. De afspraak over de kwaliteit van het onderwijsproces luidt als volgt: De scholen van SWV VO dragen zorg voor een kwalitatief goede primaire onderwijsomgeving, waarin voldoende aandacht is voor preventie van leer-, sociaal-emotionele en gedragsproblemen. Er wordt op een passende wijze omgegaan met verschillen tussen leerlingen, zodat zowel de leerlingen die extra instructie nodig hebben als de leerlingen die gebaat zijn bij verrijking of verdieping (ten opzichte van het schoolniveau) bediend worden. Hieronder staat schematisch weergegeven op welke thema s basisondersteuning wordt geboden binnen dit samenwerkingsverband en hoe deze school daar uitvoering aan geeft. De activiteiten en voorzieningen binnen de basisondersteuning worden door de school georganiseerd met eigen middelen. Voor de meeste leerlingen is dit voldoende om hun schoolloopbaan op onze school succesvol te doorlopen. Na het overzicht is toelichting te vinden op de activiteiten die in het schema genoemd worden. Ook geeft de school daar toelichting op haar ontwikkelambities 1 t.a.v. de basisondersteuning. De kwaliteit van het reguliere onderwijsproces is voor de overzichtelijkheid niet in onderstaande schema opgenomen. Dit wordt beoordeeld door de onderwijsinspectie. Meer informatie hierover is te vinden op A Thema s in de basisondersteuning Ondersteuning aan leerlingen met leerproblemen, o.a. bij ernstige lees- en/of spellingsproblemen en dyslexie, ernstige rekenproblemen en dyscalculie, en problemen in de informatieverwerking, concentratie en planning. Ontwikkelambitie of Concretisering van de afspraken in het Hoe de school hier werk van maakt evalueren samenwerkingsverband (preventief en licht curatief) en bijstellen Er vinden op verschillende momenten gedurende het schooljaar toetsafnames plaats (TOA-toetsing) aan de hand van Volgen en signaleren van leerlingen met leerproblemen. deze resultaten worden de leerlingen gevolgd. Daarnaast vindt er voor alle nieuwe leerlingen (1 e jaar alsook zijinstromers) een zogenaamde dyslexie en dyscalculie screening plaats. Hierin wordt 10 1 Alle scholen in het samenwerkingsverband moeten voldoen aan de norm voor basisondersteuning. Ontwikkelambities hebben betrekking op de activiteiten die de school uitvoert om de kwaliteit van de basisondersteuning verder te verhogen.

11 Ondersteuning gericht op het versterken van de taalvaardigheid. Werken met en volgens protocol dyslexie: faciliteiten en hulpmiddelen. Ondersteuning gericht op het versterken van de rekenvaardigheid. Werken met en volgens protocol dyscalculie: faciliteiten en hulpmiddelen. Begeleiden van leerlingen bij het leren leren. Aandacht voor leerlingen die op specifieke leergebieden extra instructie en begeleiding nodig hebben. Aandacht voor leerlingen die op specifieke leergebieden extra uitdaging nodig hebben. gekeken of er mogelijk sprake kan zijn van dyslexie en dyscalculie. Deze screening bestaat uit afname van toetsen en dossieranalyse door gedragsdeskundige (Team O&E). Aanbieden van taalbegeleiding. Dit is uitgesplitst in een aantal onderdelen. Deze lessen worden klassen overstijgend aangeboden en er wordt gewerkt in niveaugroepen, welke 2x per jaar worden aangepast. In leerjaar 4 is deze begeleiding facultatief. Leerlingen met een dyslexieverklaring werken met een protocol dat aangepast is op de individuele leerling. Zie website. Aanbieden van rekenbegeleiding. Er staat in leerjaar 1, 2 en 3 rekenbegeleiding op het rooster. Deze lessen worden klassen overstijgend aangeboden en er wordt gewerkt in niveaugroepen, welke 2x per jaar worden aangepast. In leerjaar 4 is deze begeleiding facultatief. Leerlingen met een dyscalculie verklaring werken met een protocol dat aangepast is op de individuele leerling. Dit protocol wordt op dit moment opgesteld door gedragsdeskundigen van team O&E en wordt steeds geëvalueerd en bijgesteld. Aanbieden van studievaardigheden tijdens het mentoruur. Aanbieden van extra begeleidingsuren (EB) uren. Deze EB uren staan vast in het rooster. Er wordt gewerkt met een groepsplan, in dit plan staat de specifieke aanpak per leerling beschreven. Dit groepsplan is besproken met het betreffende klassenteam. Wanneer extra instructie of begeleiding nodig is, staat dit beschreven en hoe dit uit te voeren (vragen stellen, herhaling..) Er wordt gewerkt met een groepsplan, in dit plan staat specifieke aanpak per leerling beschreven. Dit groepsplan is besproken met het betreffende klassenteam. Wanneer extra uitdaging nodig is, staat dit in het groepsplan beschreven. x x x x x x 11

12 B C Ondersteuning aan leerlingen met sociaal-emotionele problematiek en internaliserende gedragsproblemen 2, o.a. milde vormen van angst en onzekerheid, zoals faalangst, examenvrees en keuzeproblemen, moeite in de sociale omgang met leeftijdsgenoten en volwassenen, en belemmeringen door een gebrek aan onderwijsmotivatie. Concretisering van de afspraken in het samenwerkingsverband Signaleren van leerlingen met sociaal-emotionele problematiek en/of internaliserende gedragsproblemen. Begeleiding van leerlingen met faalangst/examenvrees. Ondersteuning van leerlingen met keuzeproblemen. Ondersteuning bij het ontwikkelen en versterken van sociale vaardigheden. Aandacht voor het bevorderen van schoolmotivatie. Hoe de school hier werk van maakt (preventief en licht curatief) Aanbieden van verschillende trainingen binnen de school voor de klassen 1 tot en met 3. Zie bijlage 4. Aanbieden van een interne faalangsttraining of examenvrees training. Zie bijlage 4. Aanbieden van verschillende beroepskeuze testen door een aan de school verbonden decaan. In leerjaar 1 volgen alle leerlingen de Rots en Water training. Vanuit deze resultaten, de bevindingen van het klassenteam en dossieranalyse wordt bekeken of er meer nodig is voor de leerling. Wanneer dit blijkt, kan er gekozen worden voor een groepsgewijze training; Zie bijlage 4. Op dit moment is dit het meest belangrijke ontwikkelpunt. Om hier op een goede manier te anticiperen, is dit punt het onderwerp van teamprofessionalisering. Ontwikkelambitie of evalueren en bijstellen Ondersteuning als er bij de leerling sprake is van externaliserende 3 gedragsproblemen, o.a. bewegingsonrust, impulsiviteit, mild opstandig gedrag, en problemen in de sociale afstemming (ongepast gedrag). Ontwikkelambitie of Concretisering van de afspraken in het Hoe de school hier werk van maakt evalueren samenwerkingsverband (preventief en licht curatief) en bijstellen Signaleren van leerlingen met externaliserende gedragsproblemen. Bij aanmelding bij het opdc wordt er door een gedragsdeskundige een grondige dossieranalyse gemaakt, deze analyse is het beginpunt van de begeleiding. Hierin staat dit punt uitgebreid beschreven. Dit wordt verder uitgewerkt naar doelen in het OPP. Omdat leerlingen alleen op de zorglocatie geplaatst kunnen worden indien er sprake is van een specifieke onderwijsbehoefte, blijkt er in praktijk ook altijd wel sprake van sociaal emotionele problematiek. x x x x x x 2 Internaliserend wil zeggen dat het probleemgedrag naar binnen, op zichzelf, gericht is. 3 Externaliserend wil zeggen dat het probleemgedrag naar buiten, op anderen, gericht is. 12

13 Aandacht voor het bevorderen van sociale veiligheid in de groep/school. Aandacht voor het voorkomen van gedragsproblemen in en buiten de klas. Maatregelen voor leerlingen die tijdelijk niet in de klas kunnen zijn als gevolg van storend gedrag voor zichzelf of anderen. In alle leerjaren is er aan het begin van het schooljaar een observatie van team O&E in alle klassen. Voorafgaand aan deze observaties geeft de mentor aan of en welke specifieke vragen/aandachtspunten er zijn. Er wordt in verschillende lessen geobserveerd en de bevindingen worden met de mentor doorgesproken en omgezet naar doelen en bijbehorende handelingen in OPP. Training Rots en water in leerjaar 1. Tijdens het mentoruur zijn er ook lessen samengesteld met als doel sociale veiligheid en voorkomen van pesten. Indien nodig aanbieden van Taakspel bij het signaleren van problemen in een klas. Zie bijlage 5. De mentor is de spil hierin, door gesprekken met de leerlingen, ouders en eventuele externe partijen. Door het opstellen van een OPP met bijbehorende doelen wordt gewerkt aan een positieve ontwikkeling passend bij de leerling. Dit wordt op vaste momenten geëvalueerd. Wanneer er zorg is over de ontwikkeling, wordt dit in het klassenteam of leerlingbespreking en met de gedragsdeskundige besproken. De aanpak wordt aangepast om zo tijdig bij te kunnen sturen. Deze maatregel is intern in ontwikkeling om nog efficiënter in te kunnen spelen op de gedragsproblemen. Als interventie wordt er met zgn. gele kaarten gewerkt met als doel dat de leerling inzicht gaat krijgen in zijn gedrag. Zie bijlage 1 waarin deze procedure wordt omschreven. x x x D Ondersteuning aan leerlingen met lichamelijke beperkingen, o.a. bij milde auditieve, visuele of motorische beperkingen, bij milde spraaktaal belemmeringen, en bij milde belemmeringen als gevolg van een medische conditie. Concretisering van de afspraken in het samenwerkingsverband Werken met en volgens een protocol medisch handelen en handelen bij ziekte. Fysieke toegankelijkheid van het gebouw voor leerlingen met een lichamelijke beperking. Hoe de school hier werk van maakt (preventief en licht curatief) Indien nodig maakt school gebruik van het protocol medisch handelen en handelen bij ziekte. Dit protocol is in samenwerking met de GGD vastgelegd. Zie bijlage 3. Schoolgebouw is toegankelijk voor rolstoelgebruikers Ontwikkelambitie of evalueren en bijstellen x 13

14 Beschikbaarheid van hulpmiddelen en aangepast lesmateriaal voor leerlingen met een lichamelijke beperking. Begeleiding van leerlingen met spraaktaal belemmeringen. Samenwerking met ketenpartners in de signalering en begeleiding van leerlingen met fysiek-medische problematiek, bijvoorbeeld GGD en ambulante begeleiding. Op individueel niveau wordt hier naar gekeken en afspraken over gemaakt. Er is ambulante begeleiding vanuit cluster 3 aanwezig voor individuele leerlingen. Ook is er de mogelijkheid om preventief hierover met een ambulante begeleider in gesprek te gaan. School werkt intensief samen met ambulante begeleider van Kentalis voor leerlingen die een Taalontwikkelingsstoornis (TOS) hebben. De ambulante begeleider is zeer regelmatig binnen school aanwezig en is ook beschikbaar voor vragen/ontwikkelingen rondom andere leerlingen met deze belemmeringen, die geen Taal- ontwikkelingsstoornis hebben. De reguliere onderzoeken/gesprekken vanuit GGD vinden op school, onder schooltijd plaats. Dit zijn voornamelijk tweedejaars leerlingen. De resultaten worden teruggekoppeld naar school. Voor overige groep leerlingen wordt GGD benaderd volgens protocol. x x x E Ten aanzien van problemen die zich (voornamelijk) afspelen op andere levensgebieden dan het onderwijsproces hebben scholen een signalerende functie in samenwerking met ketenpartners. Concretisering van de afspraken in het samenwerkingsverband Goed functionerende ondersteuningsstructuur in de school. Afstemming met ketenpartners in het ZAT. Hoe de school hier werk van maakt (preventief en licht curatief) Er is op school een duidelijk omschreven stappenplan hoe de ondersteuning plaats vindt. Deze is terug te vinden in het zgn. Rode Boekje. In dit Rode Boekje wordt exact omschreven wie/wat/wanneer doet. Omschreven in het ZAT protocol zie bijlage 6. Ontwikkelambitie x Toelichting op activiteiten in de basisondersteuning 'Rots en Water' Rots en Water is een sociale weerbaarheidstraining. De trainingen leveren op onze locatie een belangrijke bijdrage aan een veilig en prettig schoolklimaat voor iedereen. Inmiddels beschikt Den Bongerd over een aantal gecertificeerde Rots en Watertrainers. De uitgangspunten van het Rots en Water programma zijn o.a.: elkaar op een respectvolle, rustige manier aanspreken vooral oog hebben voor elkaars kwaliteiten en talenten volop ruimte om elkaar te complimenteren Leerlingen worden bewust aangesproken op competenties als zelfbeheersing en verbondenheid. Zelfreflectie en integriteit vormen hierbij belangrijke bouwstenen om zodoende zelfkennis en zelfvertrouwen te ontwikkelen. In het eerste leerjaar volgen alle leerlingen de basiscursus van tien lessen. De training wordt afgesloten met een certificaat. 14

15 Reken- en Taalbegeleiding in klas 1 en klas 2 RTB 2 lesuren per week (gegeven door dezelfde docent!) 2 periodes per schooljaar In gedifferentieerde groepen Zwakste leergebied wordt tijdens deze uren aangeboden. De volgende periode komt altijd een ander leergebied aan bod. Iedere les 40 minuten met klassikale methode evt. 10 minuten individueel op een speelse wijze met een ander didactisch gebied bezig zijn SP BL RK TL (: alleen in 2 e periode van klas 1) Inhoud: Technisch Lezen: Spelling: Begrijpend Lezen: Rekenen: RALFI Methode Opdidakt Klas 1: pakketjes van Lestra/Zuid-Vallei, klas 2: Nieuwsbegrip Getal en Ruimte Indeling RTB: - Klas 1 / 1 e periode: inventarisatie onderwijsbehoeften, screening op basisscholen - Rest van klassen / periodes: TOA ( tevens controlemiddel of leerlingen zich goed ontwikkelen richting 2F) Getoetst: TOA Taalverzorging / Nederlands lezen / Rekenen N.B.: Na iedere periode ontvangen ouders (bij het rapport) de TOA uitslagen en een overzicht van het gevolgde RTB. Reken- en Taalbegeleiding in klas 3 1 lesuur RTB per week 1 periode per schooljaar In gedifferentieerde groepen Zwakste onderdeel wordt tijdens dit uur aangeboden 50 minuten 15

16 BL RK Inhoud: Begrijpend lezen: Rekenen: Nieuwsbegrip Getal en Ruimte Indeling RTB: - Middels uitslagen TOA (juni klas 2) Getoetst: TOA (Nederlandse Leesvaardigheid en Taalverzorging) en de landelijke Rekentoets. N.B. - Ouders ontvangen aan het eind van leerjaar 3 een aanbeveling over het al dan niet volgen van RTB in klas 4. Begeleiding van leren leren In leerjaar 1 werken alle leerlingen met een zogenaamde BLIK-agenda. Deze agenda is verplicht voor de leerlingen, naast dat deze agenda een overzichtelijke structuur heeft, zit er in deze agenda een zogenaamde planfunctie De leerling schrijft niet alleen het huiswerk op, maar maakt ook een planning van huis- en leerwerk. In de eerste periode van het schooljaar heeft de mentor dagelijks aan het einde van de dag een moment met de klas om dit plangedeelte gezamenlijk in te vullen. Langzaam wordt dit (als de leerling dit aankan) afgebouwd en krijgt de leerling daarin meer verantwoordelijkheid. Daarnaast staat er in het eerste leerjaar een zogenaamd STUVA-uur (studievaardigheden) op het rooster. Dit uur wordt door de mentor gegeven. Er is hiervoor een eigen programma ontwikkeld, wat grotendeels is opgebouwd uit onderdelen van de methode Breingeheimen. In dit lesuur wordt er dus expliciet geleerd hoe te leren leren, plannen en organiseren. In de andere leerjaren is het werken met de BLIK-agenda niet verplicht, maar is er wel de mogelijkheid deze te bestellen (waar veel ouders en leerlingen voor kiezen). In deze leerjaren is er ook een programma gericht op studievaardigheden (ook weer voornamelijk gebaseerd op de methode Breingeheimen) welke zowel individueel als groepsgewijs aangeboden kunnen worden, afhankelijk van de behoefte. Verder is er een werkgroep STUVA binnen school die bezig is om verder ontwikkelingen op dit gebied verder vorm te geven. Zo wordt er op dit moment gewerkt met verschillende planners voor leerlingen Ontwikkelambities van de school op het gebied van de basisondersteuning Locatie Den Bongerd van Het Hooghuis is voortdurend in ontwikkeling. In schooljaar willen wij ons binnen de basisondersteuning met name gaan richten op de volgende ontwikkelingen: 16

17 Domeinen. Op dit moment zijn er een aantal werkgroepen in het leven geroepen onder begeleiding van medewerkers van team O&E om 6 aandachtsgebieden te professionaliseren: Domein Kennisoverdracht Domein Sociaal emotionele leerling begeleiding Domein Rekenen en dyscalculie Domein Taal en Dyslexie Domein Studievaardigheden Domein HGD Methode Engels. Op dit moment wordt er gewerkt met de vierde editie Stepping Stones. Volgend schooljaar gaan we overstappen naar de vijfde editie. In schooljaar wordt dit ingevoerd. Deze methode voldoet aan de ERK en betreffende docenten zullen komend schooljaar gebruiken om de nieuwe versie eigen te maken. Sociaal emotioneel functioneren. Komend schooljaar zal er gekeken worden op welke wijze de uitslag van de afgenomen SAQI toets vertaald kan worden naar een hulpvraag van de leerling. Scholing personeel. Er zal een scholing aangeboden worden aan het personeel waarin de keuze gemaakt kan worden uit de volgende onderdelen: differentiëren, digitaliseren, activerende didactiek, executieve functies, pedagogisch handelen en vergroten van ouderbetrokkenheid. OPP. Komend schooljaar wordt er opnieuw gekeken naar de schrijfwijzer van het nieuwe format OPP, vastgesteld door SWV VO Verzuim. Het verzuim van de leerlingen wordt onderzocht en gekeken hoe hier nog preventiever mee om gegaan kan worden. Docentprofiel (in ontwikkeling). Het docentprofiel beschrijft de competenties en bekwaamheden en bevoegdheden van de docent opdc. 4.2 Extra ondersteuning Leerlingen die onderwijs volgen op Zorglocatie Den Bongerd hebben naast de basisondersteuning allemaal een vorm van intensieve extra ondersteuning nodig. Dit aanbod kan bestaan uit het algemene pedagogisch-didactische aanbod van de school, maar in een aantal gevallen is daarnaast maatwerk nodig. Hieronder wordt uitgewerkt wat de extra ondersteuning is, die onze school alle leerlingen biedt, alsook onze werkwijze indien daarnaast nog voorzien moet worden in specifieke onderwijsbehoeften van de leerling Structurele ondersteuning op de zorglocatie Het standaard aanbod van Den Bongerd bestaat uit lessen in lesgroepen van maximaal 16 leerlingen. De eerstejaars leerlingen volgen allemaal Rots & Water om ze een basis van weerbaarheid en zelfvertrouwen mee te geven. Naast de reguliere vakken staan remediale begeleidingsuren op het 17

18 rooster waarin leerlingen de kans krijgen hun leerachterstanden op taal- en of rekenen te verminderen. Weekevaluatie: bijeenkomst van 15 minuten waarbij mentoren/vakdocenten aanwezig zijn. Komend schooljaar gaan we een pilot doen met deze vorm van leerlingbespreking. Aanwezige mentoren/vakdocenten mogen in mededelende vorm vertellen over één of meerdere leerling(en). Leerlingbespreking: mentor vult voorafgaand aan de leerlingbespreking volgens vast format de hulpvraag in van zijn/haar leerling. Dit wordt naar de zorgcoördinator en medewerker Team O&E gestuurd. Tijdens de leerlingbespreking wordt de hulpvraag met het onderwijsteam besproken en eventuele interventies genoteerd. Groepsplanbespreking: voor eerstejaars leerlingen wordt 3x per jaar een groepsplanbespreking gehouden, voor overige leerjaren 2x keer per jaar. In dit groepsplan is per leerling een foto, bijzonderheden, doel en handeling terug te vinden. Iedere vakdocent ontvangt van de mentor het groepsplan als uitgangspunt van het pedagogisch en didactisch handelen bij de betreffende groep. Na een aantal weken wordt het groepsplan geëvalueerd en indien nodig, aangepast. De doelen die in het groepsplan beschreven staan, zijn afkomstig uit het OPP van de leerling. De leerling wordt op de hoogte gebracht welk doel actueel is (handhaven). NUT : Twee keer per schooljaar wordt de zgn. NUT-bespreking gehouden. Hiervoor wordt van tevoren door de vakdocent per leerling de volgende items ingevuld (vast format in SOM): N = niveau, U= uitstroom en T= toelichting. Bij niveau ( N ) wordt aangegeven of het huidige niveau haalbaar is, of dat er mogelijk afstroom of opstroom moet plaatsvinden. Het docententeam geeft volgens de richtlijnen van handelingsgericht werken aan wat de betreffende leerling nog nodig heeft om te kunnen uitstromen. Dit wordt bij U ingevuld. Bij T kan er nog een toelichting gegeven worden, vaak een pedagogische opmerking over de leerling. De mentor verzamelt alle gegevens van zijn/haar leerlingen en zorgt dat ook de teamleider voorafgaand aan de NUT-bespreking een overzicht heeft van de klas. Tijdens de bespreking zijn alle vakdocenten aanwezig en worden de resultaten besproken. De teamleider maakt aantekeningen die gebruikt worden bij bespreking met de reguliere locatie. Collega s van andere locaties die praktijkvakken geven, worden ook uitgenodigd hun bevindingen in SOMtoday te plaatsen. Ook het bijwonen van NUT-bespreking door teamleider /zorgcoördinator van reguliere locatie is mogelijk. Wanneer een leerling op de zorglocatie komt, heeft hij/zij een ontwikkelingsperspectief plan (OPP). Hierin staan specifieke doelen, handelingen en ondersteuningsbehoeftes van de leerling beschreven. Dit OPP wordt met ouders/leerling besproken en ondertekend. Minstens één keer per jaar wordt het OPP geëvalueerd. De doelen beschreven in het OPP zijn leidend voor het groepsplan die elke mentor van zijn/haar mentorklas samenstelt (voor het standaardaanbod hoef je het handelingsdeel van het OPP niet in te vullen, omdat de handelingen dan in feite voor iedere leerling gelijk zijn). Als de activiteiten in de basisondersteuning onvoldoende ondersteuning bieden aan de leerling om succesvol te zijn op school, kunnen bij het samenwerkingsverband middelen voor extra ondersteuning aangevraagd worden. Dit is gebonden aan bepaalde voorwaarden. Zodra er een vermoeden is dat een leerling extra ondersteuning nodig heeft, zal de zorgcoördinator in samenwerking met de mentor contact opnemen met ouders en leerling om dit te bespreken. Het zorgadviesteam van de school (ZAT) stelt vast welke onderwijsondersteuningsbehoefte de leerling heeft en beschrijft dit in het ontwikkelingsperspectief (OPP). De Commissie Ondersteuningstoewijzing (COT) van het samenwerkingsverband kijkt of aan de voorwaarden voor de toekenning van middelen voor extra ondersteuning is voldaan. Scholen hebben een grote mate van 18

19 vrijheid in het bepalen hoe zij de extra ondersteuning vorm geven in hun school. Zo kunnen scholen maatwerk bieden voor de leerling passend bij de specifieke kenmerken van leerling en school. Naast de basisondersteuning worden er verschillende soorten trainingen gegeven. Leerlingen moeten hier wel voor open staan en voldoen aan het profiel. Zie bijlage Maatwerk op de zorglocatie Wanneer blijkt dat een leerling meer nodig heeft dan het basisaanbod van onze locatie kan bieden, is er de mogelijkheid om voor deze leerling maatwerkaanbod aan te vragen. Dit gaat altijd via het Zorg advies team, zodat de expertise die daar aanwezig is, ingezet kan worden om te komen tot het juiste maatwerkaanbod. Ouders zullen nauw in dit proces betrokken worden, zonder schriftelijke toestemming zal de leerling dan ook niet in het ZAT besproken kunnen worden. Nadat duidelijk is om wat voor maatwerk het gaat, zal de betreffende partij geïnformeerd worden en zullen de nodige stappen gezet gaan worden om dit maatwerkaanbod te gaan realiseren. Wij hebben sociaal emotionele trainingen op maat binnen school. Zie bijlage 4. Maar denk hierbij ook aan het aanvragen van een arrangement bij het samenwerkingsverband of bijvoorbeeld het inschakelen van een ambulant begeleider. Dit maatwerkaanbod wordt vastgelegd in het handelingsgedeelte van het OPP en zal, volgens afspraak, ook geëvalueerd worden met betrokken partijen. Dan wordt ook duidelijk of voortzetting van maatwerkaanbod nodig is, of dat de leerling weer voldoende heeft aan het basisaanbod. Indien na evaluatie blijkt dat ook het aangeboden maatwerk niet heeft geholpen, zullen er andere interventies gepleegd moeten worden. 19

20 In het realiseren van extra ondersteuning in de school werken wij samen met de volgende organisaties: Organisatie Visio Expertise op het gebied van leerlingen met visuele belemmeringen. Kentalis / SSOE-De Taalbrug Expertise op het gebied van leerlingen met auditieve en/of communicatieve belemmeringen. Mytylschool Gabriël Expertise op het gebied van leerlingen met fysiekmedische problematiek. Vierland / Vlechtwerk Expertise op het gebied van leerlingen met gedragsproblemen en/of psychiatrische problematiek. Team Onderzoek & Expertise Team van het samenwerkingsverband met brede expertise op het gebied van didactische en sociaalemotionele ontwikkeling van leerlingen, alsook schoolontwikkeling. Ondersteuningsteam SWV VO Team van het samenwerkingsverband dat de school kan begeleiden om te komen tot een passend arrangement voor extra ondersteuning. Basisteam Jeugd & Gezin Team van gemeentelijke ketenpartners, dat betrokken is bij signalering en begeleiden van opvoed- en opgroeivraagstukken in het gezin. Toelichting Momenteel niet van toepassing, indien nodig kunnen we hier een beroep op doen. Een vast moment in de week zal er een ambulante begeleider vanuit Kentalis op school zijn, om individuele leerlingen te begeleiden en om de expertise vanuit Kentalis binnen school meer vorm te geven. Momenteel niet van toepassing, indien nodig kunnen we hier een beroep op doen. Vanuit REC Vierland is er regelmatig een ambulante begeleider op school aanwezig om leerlingen individueel te begeleiden en om de expertise vanuit REC Vierland binnen school meer vorm te geven. Vijf dagen in de week is er een psycholoog/orthopedagoog van Team O&E aanwezig op onze school. Zij ondersteunen bij leerlingbesprekingen, zorg(advies)teams en CVO s. Daarnaast verzorgen zij specifieke trainingen, individuele begeleidingen en doen zij onderzoeken en observaties. Tevens zijn ze betrokken bij kwaliteitsverbetering op ondersteuningsvlak. Voor aanvragen voor extra ondersteuning, naast de basisonderwijs, is er contact met het SWV VO Rondom casuïstiek kunnen we advies vragen. Tijdens vergaderingen vanuit het SWV worden we op de hoogte gehouden en betrokken bij nieuwe ontwikkelingen. Vanuit basisteam Jeugd en Gezin sluit SMW aan bij het ZAT op school. Zij is de contactpersoon bij alle zaken rondom zorg buiten school. 20

21 5 Bijlagen Lijst met bijlagen: - Bijlage 1 Protocol lesverwijdering - Bijlage 2 Protocol medisch handelen en handelen bij ziekte - Bijlage 3 Protocol regelmatig verzuim - Bijlage 4 Overzicht interne trainingen op maat - Bijlage 5 Omschrijving training Taakspel - Bijlage 6 Protocol ZAT procedure 21

22 Bijlage 1 PROTOCOL LESVERWIJDERING Leerling wordt eruit gezet Vakdocent meldt dit in klassenboek, geeft dit na de les door aan SCC, mailt dit naar mentor Mentor stelt ouders op de hoogte (bij voorkeur diezelfde dag: mailen of bellen) Leerling meldt zich op de administratie Administratie geeft de leerling een gele kaart en zet de lesverwijdering in SOM Administratie stuurt leerling met de gele kaart naar SCC (indien afwezig: naar teamleider) SCC heeft een reflectiegesprek met leerling Leerling vult de gele kaart in Leerling bespreekt ingevulde gele kaart met SCC SCC vult bevindingen in op de gele kaart en zegt tegen de leerling dat hij/zij zich aan het einde van het lesuur bij de vakdocent moet melden Leerling gaat het volgende lesuur weer les volgen (in principe) SCC geeft de gele kaart aan vakdocent Vakdocent bespreekt gele kaart met leerling (in principe diezelfde dag, en indien mogelijk met mentor) Vakdocent vult de achterkant van de gele kaart in Vakdocent geeft de gele kaart aan de leerling mee naar huis (in principe diezelfde dag) 22

23 Leerling laat gele kaart thuis ondertekenen Mentor neemt de volgende dag de getekende gele kaart van de leerling in ontvangst Mentor noteert de gele kaart in SOM ( Begeleiding / Zorgvierkant / Afwezigheid / Meldingen / Melding wijzigen (=groen pictootje achter Verwijderd) / jouw opmerkingen toevoegen en Afgehandeld aanklikken) Mentor retourneert de gele kaart aan SCC (SCC archiveert) 23

24 Format gele kaart bij officiële lesverwijdering Naam: Datum: Docent: Klas : Lesuur: Mentor: STAP 1: Waarom ben je eruit gestuurd? Wat is er daarvóór gebeurd? STAP 2: Wat zeg je tegen de docent? Waarom zeg je dit? Hoe zorg JIJ ervoor dat dit niet meer gebeurt? STAP 3: Opmerking in te vullen door Mw. Schackman 24

25 STAP 4: In te vullen door de docent die je eruit gestuurd heeft / Mentor Naam docent: Ik heb uit de les verwijderd omdat: Afspraak met de leerling is: STAP 5: Handtekening docent: Handtekening leerling: Handtekening ouders: Handtekening mentor: Handtekening Mw. Schackman: 25

26 Bijlage 2 Protocol medisch handelen en handelen bij ziekte Aanmeldformulier leerling bij de jeugdarts ivm ziekteverzuim Hierbij melden wij onderstaande leerling aan bij de jeugdarts in verband met ziekteverzuim. Naam leerling Geboortedatum Adres Telefoonnummer School Klas Aanmelddatum Aangemeld door Te bereiken op Vraagstelling: Hebben er reeds gesprekken door school plaats gevonden met de leerling en/of ouders? Nee Ja Zo ja, wanneer en met wie Datum gesprek leerling Namens school: Korte samenvatting gesprek: vader moeder Eventuele vervolggesprek(ken) Datum gesprek n.v.t. nog niet gepland leerling vader moeder Namens school: 26

27 Korte samenvatting gesprek: Bijzonderheden mbt leerprestaties: Op dit moment matig/onvoldoende Overige bijzonderheden of problemen: Is de leerplichtambtenaar al op de hoogte van deze casus x Ja Nee Zijn ouders op de hoogte van aanmelding? Ja, mondeling evt telefonisch Ja, schriftelijk nee Graag de volgende bijlage toevoegen: verzuimstatus Verzuimstatus toegevoegd ja nee GGD Hart voor Brabant Postbus DA Tilburg Telefoon: (lokaal tarief) Telefax: (073) KvK: Bankrek.: Vestigingen s-hertogenbosch Tilburg GGD Hart voor Brabant is partner van het Centrum voor Jeugd en Gezin 27

28 Bijlage 3 Protocol bij regelmatig verzuim Te-laat-kom-protocol. Wanneer een leerling 3x te laat is gekomen, stuurt de mentor via de mail een brief (zie bijlage ook op data gedeeld) naar ouders. Bij 6x te laat wordt er nogmaals een mail gestuurd via een standaardbrief (zie bijlage ook op data gedeeld) en wordt de leerling uitgenodigd op het spreekuur van de leerplichtambtenaar op school. Vanaf 9x te laat informeert de mentor de leerplichtambtenaar. Deze nodigt leerling en ouders uit en wordt passende maatregelen genomen. Regelmatig verzuim door ziekte. Wanneer een leerling in een trimester langer dan 3 weken of meer dan 3x ziek is, dient de mentor een melding te doen bij de jeugdarts. Daarvoor dient het aanmeldformulier te worden ingevuld te worden (zie bijlage ook op data gedeeld) en doorg d te worden naar Hans van den Heuvel. Die draagt er zorg voor dat dit bij de jeugdarts komt. De jeugdarts zal dan de leerling uitnodigen voor een bezoek, nadien vindt terugkoppeling plaats. Wanneer de leerling niet komt bij de jeugdarts, zal de melding worden doorgegeven aan de leerplichtambtenaar en neemt deze het over. 28

29 Bijlage 4 Overzicht interne trainingen op maat Afcheckformulier sociaal-emotionele trainingen Den Bongerd: Naam: Klas: Handeling De mentor vermoedt dat de volgende training passend zou zijn en heeft dit met de trainers overlegd: Datum Mentor heeft de leerling en ouders geïnformeerd dat er een intake komt Geef hierna dit formulier aan de trainer) (Uiterlijk VR 23 januari) Intake is geweest. Besluit na intake is:. (Mocht een andere training geïndiceerd zijn, dan graag onderaan aangeven*). Trainer communiceert besluit naar mentor (Geef hierna dit formulier aan mentor) De mentor informeert het kind en ouders over wel of geen deelname (hierna dit formulier in postvak Anne doen). (Onderstaande alleen invullen als er na intake een aanvullende intake voor een andere training wordt gehouden). Aanvullende intake is geweest. Besluit na deze intake is:. Trainer communiceert besluit naar ouders & mentor (Geef hierna dit formulier aan mentor) De mentor informeert het kind over wel of geen deelname (hierna dit formulier in postvak Anne doen). De mentor vult dit formulier voor zijn leerlingen in. De mentor gaat eerst in overleg met de trainers om te kijken of zij een intake gerechtvaardigd vinden. Nadat de mentor de leerling en ouders heeft geïnformeerd over de intake gaat het formulier weer terug naar de trainer, die dan de intake gaat doen. De trainer communiceert na de intake het besluit over wel of geen deelname aan de mentor, die dit vervolgens weer aan leerling en ouders doorgeeft. Wanneer er besloten is dat een leerling kan deelnemen, zullen de trainers het vanaf daar verder oppakken. 29

30 Als alle stappen doorlopen zijn, kan de mentor het formulier in het postvak van Anne doen, zodat zij het overzicht kan houden. SOCIALE VAARDIGHEDEN Doelgroep Er zijn veel kinderen die kampen met een tekort aan sociale vaardigheden. Deze tekorten kunnen zich op verschillende manieren uiten. Het ene kind laat onaangepast gedrag zien, het andere kind laat juist niets van zichzelf zien of horen. Het zijn kinderen met weinig zelfafbakening en zelfvalidatie. Het Hooghuis locatie Den Bongerd biedt deze groep leerlingen een groepstraining sociale vaardigheden aan. Het doel van deze begeleiding is, naast sociale vaardigheden, de rol en betekenis van hun gedrag te onderzoeken. Wat houdt de training in? Tijdens de training doen we rollenspellen, doe-opdrachten en bespreken we opdrachten die de leerlingen in hun vrije tijd moeten oefenen. Voorbeelden daarvan zijn gesprekjes aangaan met iemand die je niet kent of oefenen met onderhandelen. Elke training beginnen we met een eigenwijsje. Dit is een inzichtkaart waarbij de kinderen leren reflecteren. Met de groepssamenstelling proberen we zowel de rustige als de wat drukkere leerlingen te combineren. Hiermee hopen we dat er veel leermomenten van elkaar zullen zijn. De vier thema s die in deze training worden behandeld, zijn: Thema s - contact maken en ervaren - voor jezelf opkomen, ook als dat moeilijk/lastig is - wat zeggen ze tegen me (feedback ontvangen) - wat zeg ik tegen een ander (feedback geven) Aantal bijeenkomsten 8 bijeenkomsten van 2 aaneengesloten lesuren Periode Midden februari - april Aantal deelnemers Minimaal 6 en maximaal 10 deelnemers 30

31 BETER OMGAAN MET FAALANGST Doelgroep Faalangst is een vorm van angst die zich voordoet bij het uitvoeren van cognitieve, sociale en/of motorische taken en waarvan het effect is dat mensen minder presteren dan waartoe zij in staat zouden zijn, wanneer die angst zich niet zou voordoen. Angst om te falen kan er echter ook voor zorgen dat je beter presteert (gezonde spanning), dus tijdens een faalangsttraining leren kinderen beter omgaan met faalangst. De doelgroep van de training zijn dan ook die leerlingen die hinder ondervinden van hun faalangst. Stoornissen in het autistisch spectrum vormen een uitsluitingscriterium voor deze training. Wat houdt de training in? Dit doen we door middel van rollenspellen, doe-opdrachten en oefeningen die de leerlingen in hun vrije tijd moeten uitvoeren. Ook besteden we aandacht aan het plannen van huis- en leerwerk. Met de leerlingen wordt besproken wat hen faalangstig maakt. We leren een aantal ontspanningsoefeningen aan en laten zien hoe de leerlingen deze ook tijdens bijvoorbeeld toetsen uit kunnen voeren. Iedere training beginnen we met een Eigenwijsje Dat is een inzichtkaart waarbij ze leren reflecteren. Thema s De hoofdthema s die in deze training worden behandeld zijn: - Wat is faalangst bij mij? - Hoe kan ik me ontspannen? - Welke positieve gedachten helpen mij? - Hoe moet ik plannen? Aantal bijeenkomsten 8 bijeenkomsten van 2 aaneengesloten lesuren Periode Midden februari - juni Aantal deelnemers Minimaal 6 en maximaal 10 deelnemers 31