Samenwerkingsverband Voortgezet onderwijs Brabant noordoost

Transcriptie

1 Samenwerkingsverband Voortgezet onderwijs Brabant noordoost

2 School- en locatienaam Directeur: Jan van Vucht Zorgcoördinator(en): Jan van Gils Bezoekadres: Mondriaanlaan CN Oss Tel.: jvgils@hethooghuis.nl 2

3 1 Inhoudsopgave 1 Inhoudsopgave 3 2 Inleiding Wat is een schoolondersteuningsprofiel? 4 3 De school en de ondersteuningsstructuur Visie van de school op onderwijs en ondersteuning Onderwijsaanbod De ondersteuningsstructuur Organisatie van de ondersteuning Het zorgadviesteam (ZAT) Samenwerking met ouders en leerling Beschikbare protocollen in het kader van ondersteuning 9 4 Inhoud van de ondersteuning Basisondersteuning Thema s in de basisondersteuning Toelichting op activiteiten in de basisondersteuning Ontwikkelambities van de school op het gebied van de basisondersteuning Extra ondersteuning Extra ondersteuning in de school Samenwerking in het kader van interne extra ondersteuning Ontwikkelambities van de school op het gebied van interne extra ondersteuning Als de school (tijdelijk) onvoldoende ondersteuning kan bieden 15 5 Bijlagen 16 3

4 2 Inleiding Wat is een schoolondersteuningsprofiel? Het schoolondersteuningsprofiel is een beschrijving van de voorzieningen die zijn getroffen voor leerlingen die extra ondersteuning behoeven. Deze voorzieningen kunnen eventueel in samenwerking met ketenpartners worden geboden. De basisondersteuning die binnen het samenwerkingsverband op iedere school wordt geboden wordt eveneens in de beschrijving opgenomen. (Referentiekader Passend Onderwijs) Samenwerkingsverband Voortgezet Onderwijs (SWV VO 30 06) is een stichting waar alle scholen voor voortgezet (speciaal) onderwijs in de gemeenten Oss, Uden, Veghel en Bernheze aan verbonden zijn. Een samenwerkingsverband is wettelijk verplicht om afspraken te maken over hoe passend onderwijs gerealiseerd wordt voor álle leerlingen in de regio. Meer informatie over het samenwerkingsverband en de afspraken die gemaakt zijn is te vinden in het ondersteuningsplan. Dit is te downloaden van de website ( In dit schoolondersteuningsprofiel worden achtereenvolgens de volgende onderwerpen beschreven: Een korte beschrijving van de school en haar ondersteuningsstructuur; De regionale afspraken over de basisondersteuning en de wijze waarop deze school daar uitvoering aan geeft; Werkwijze in het geval de leerling extra ondersteuning nodig heeft. 4

5 3 De school en de ondersteuningsstructuur In dit hoofdstuk is een beknopte beschrijving te vinden van de school. Voor uitgebreidere informatie wordt verwezen naar de schoolgids, het schoolplan en de website ( Visie van de school op onderwijs en ondersteuning Het Hooghuis locatie Stadion wil een veilige leer- werk- en verblijfsomgeving zijn voor leerlingen en medewerkers. De leerling moet het vmbo-diploma behalen dat past bij zijn/haar niveau en dat goede ontwikkelingsperspectieven voor de toekomst biedt. De zorg voor elke leerling is erop gericht dat waar nodig extra ondersteuning wordt verleend op didactisch en sociaal-emotioneel gebied. Onderwijsaanbod Het Hooghuis locatie Stadion biedt in de onderbouw twee instroommogelijkheden aan; vmbo-t en vmbo-tk. Na leerjaar één vindt de determinatie plaats. De leerlingen maken na klas 2 een keuze voor een vakkenpakket. Daarbij kiezen ze voor een beroepsrichting. Een deel van het onderwijs van locatie Stadion richt zich door middel van de LOBlessen en talententijd op de vragen Wie ben ik? Wat wil ik? Wat kan ik?. Dit heeft als doel om een goede beroepsrichting en/of vervolgstudie te kunnen kiezen. Daarnaast vindt op onze locatie horizontale instroom plaats van leerlingen die vanuit de andere locaties instromen ( i.v.m. opstroom en afstroom of doorstroom vanuit de zorglocatie). Ook in de bovenbouw vindt veel horizontale instroom plaats voor de afdeling SDV. De ondersteuningsstructuur In onderstaande afbeelding staat schematisch weergegeven hoe de ondersteuningsstructuur er op het niveau van het samenwerkingsverband uitziet. Voor nadere toelichting wordt verwezen naar het ondersteuningsplan van dit samenwerkingsverband (te downloaden van 5

6 Schooloverstijgende setting Regulier VO Basisondersteuning (met middelen van de school) Paragraaf 4.1 Preventie & signaleren: Voor elke leerling Licht curatief: Voor specifieke leerlingen Extra ondersteuning (met middelen van het SWV) Paragraaf 4.2 Lichte extra ondersteuning Zware extra ondersteuning Curatief: Intern arrangement Curatief: Tijdelijke plaatsing in tussenvoorziening* Curatief: Onderwijs in het VSO* *Tussenvoorzieningen en het VSO bieden basisondersteuning met daar bovenop een aanbod voor extra ondersteuning. In hoofdstuk 4 staat beschreven hoe de school de afspraken op het niveau van het samenwerkingsverband vorm geeft. Hieronder staat de ondersteuningsstructuur van de school beschreven. 6

7 3.1.1 Organisatie van de ondersteuning 7

8 Toelichting op de bovenstaande zorgniveaus: 1. Niveau 1: zorg door de mentor Mentor is eerste aanspreekpunt voor leerlingen en ouders binnen de begeleiding van de leerling. 2. Niveau 2: zorg door docenten en mentor Er kan aanleiding zijn een leerling te bespreken tijdens de LVV (leerlingvolgvergadering). Afspraken worden vastgelegd in het logboek van de leerling. Individueel handelingsplan wordt indien nodig vastgesteld en besproken met ouders en leerling. Ouders ondertekenen individueel handelingsplan. 3. Niveau 3: zorg op IZT-niveau Over de begeleiding van de leerling wordt advies gevraagd aan het Intern Zorgteam (IZT) wanneer de zorg in niveau 2 onvoldoende soelaas biedt. Aanmelding geschiedt door de mentor bij de zorgcoördinator. Hiervoor regelt de mentor mondelinge toestemming van de ouders. Voordat de mentor aanmeldt bij het zorgteam kan een bespreking van de leerling met een lid van Team Onderzoek en Expertise (Team O&E) zinvol zijn. Handelingsplan wordt indien nodig vastgesteld en besproken met ouders en leerling. Ouders ondertekenen individueel handelingsplan. 4. Niveau 4: zorg op ZAT-niveau Over de begeleiding van de leerling wordt advies gevraagd aan Zorg Advies Team (ZAT) wanneer de zorg in niveau 3 onvoldoende soelaas biedt. Aanmelding geschiedt door de mentor bij de zorgcoördinator op advies van het IZT. Hiervoor regelt de mentor schriftelijke toestemming van de ouders Handelingsplan wordt indien nodig vastgesteld en besproken met ouders en leerling. Ouders ondertekenen handelingsplan. 5. Niveau 5: zorg buiten de school Leerling krijgt onderwijs/zorg buiten de school met mogelijkheid tot terugkeer naar de locatie van afkomst of verwijzing naar een andere vorm van onderwijs Het zorgadviesteam (ZAT) Wanneer de zorg voor een leerling op niveau 3 terecht komt, komt het IZT in beeld. Het IZT (intern zorgteam) bestaat uit de mentor van de betreffende leerling, een orthopedagoog/psycholoog van Team Onderzoek en Expertise (zie bijlage 5) de schoolmaatschappelijk werk(er)(ster). Teamleiders kunnen aanschuiven bij dit overleg wanneer zij dat willen. De voorzitter is de zorgcoördinator die de bijeenkomsten organiseert, notuleert en leidt. In voorkomende gevallen kunnen ook ouder(s) en kind deelnemen aan dit overleg. Wanneer zorgniveau 4 in beeld komt kan een leerlingen worden aangemeld bij het ZAT. Het zorgadviesteam treedt aan wanneer de problematiek van de leerlingen op IZT-niveau (=zorgniveau 3) niet te behandelen valt. Het ZAT bestaat uit het IZT, de leerplichtambtenaar, vertegenwoordiging van de GGD en elke ander ter zaken doende deskundige op afroep. In voorkomende gevallen kunnen ook ouder(s) en kind deelnemen aan dit overleg. 8

9 In beide gevallen verloopt de aanmelding door de mentor en/of teamleider via de zorgcoördinator. Evaluaties van de besproken procedures vinden plaats in de leerlingvolgvergaderingen ( mentoren, leerjaarcoördinator en docenten) en in een volgend IZT/ZAT Samenwerking met ouders en leerling Bij een aanmelding van een leerling bij het IZT/ZAT wordt door de mentor toestemming gevraagd aan de ouders. Ouders worden daar waar mogelijk meegenomen als partner in de overlegvormen en begeleiding van de leerling. De leerling zelf wordt waar dat zinvol is betrokken bij het overleg Beschikbare protocollen in het kader van ondersteuning De school voorziet in onderstaande protocollen: Dyslexieprotocol Dyscalculieprotocol Protocol medisch handelen en handelen bij ziekte Verzuimprotocol Pestprotocol Schoolveiligheidsplan Deze protocollen zijn te vinden als bijlage bij dit schoolondersteuningsprofiel. 9

10 4 Inhoud van de ondersteuning Basisondersteuning Binnen het samenwerkingsverband van middelbare scholen in Oss, Uden, Veghel en Bernheze zijn afspraken gemaakt over de basisondersteuning die alle scholen aanbieden aan leerlingen. De afspraak over de kwaliteit van het onderwijsproces luidt als volgt: De scholen van SWV VO dragen zorg voor een kwalitatief goede primaire onderwijsomgeving, waarin voldoende aandacht is voor preventie van leer-, sociaal-emotionele en gedragsproblemen. Er wordt op een passende wijze omgegaan met verschillen tussen leerlingen, zodat zowel de leerlingen die extra instructie nodig hebben als de leerlingen die gebaat zijn bij verrijking of verdieping (ten opzichte van het schoolniveau) bediend worden. Hieronder staat schematisch weergegeven op welke thema s basisondersteuning wordt geboden binnen dit samenwerkingsverband en hoe deze school daar uitvoering aan geeft. De activiteiten en voorzieningen binnen de basisondersteuning worden door de school georganiseerd met eigen middelen. Voor de meeste leerlingen is dit voldoende om hun schoolloopbaan op onze school succesvol te doorlopen. Na het overzicht is toelichting te vinden op de activiteiten die in het schema genoemd worden. Ook geeft de school daar toelichting op haar ontwikkelambities 1 t.a.v. de basisondersteuning. De kwaliteit van het reguliere onderwijsproces is voor de overzichtelijkheid niet in onderstaande schema opgenomen. Dit wordt beoordeeld door de onderwijsinspectie. Meer informatie hierover is te vinden op A Thema s in de basisondersteuning Ondersteuning aan leerlingen met leerproblemen, o.a. bij ernstige lees- en/of spellingsproblemen en dyslexie, ernstige rekenproblemen en dyscalculie, en problemen in de informatieverwerking, concentratie en planning. Concretisering van de afspraken in het samenwerkingsverband Hoe de school hier werk van maakt (preventief en licht curatief) Ontwikkelambitie Volgen en signaleren van leerlingen met leerproblemen. Mentor, leerlingvolgvergadering, zorgteam, pre-advies, ouders en leerling Meten d.m.v. ICE-Toa toetsen. Participeren in DTT-ontwikkeling Begeleidingslessen voor lln. met achterstanden. Steunlessen Taal en Rekenen klas 1 Ondersteuning gericht op het versterken van de taalvaardigheid. Ontwikkeling op gebied van taalbeleid om docenten bewust laten omgaan met vaktaal binnen hun vakgebied. Doel is om alle leerlingen het 2F niveau te laten behalen. Taalbeleid moet plek krijgen in vakwerkplan. Werken met en volgens protocol dyslexie: faciliteiten en hulpmiddelen. Ondersteuning gericht op het versterken van de rekenvaardigheid. Zie bijlage 1: Meest gestelde vragen over dyslexie Meten d.m.v. ICE-Toa toetsen. Participeren in DTT-ontwikkeling Begeleidingslessen voor lln. met achterstanden. Steunlessen Taal en Rekenen klas 1 1 Alle scholen in het samenwerkingsverband moeten voldoen aan de norm voor basisondersteuning. Ontwikkelambities hebben betrekking op de activiteiten die de school uitvoert om de kwaliteit van de basisondersteuning verder te verhogen.

11 Werken met en volgens protocol dyscalculie: faciliteiten en hulpmiddelen. Begeleiden van leerlingen bij het leren leren. Aandacht voor leerlingen die op specifieke leergebieden extra instructie en begeleiding nodig hebben. Aandacht voor leerlingen die op specifieke leergebieden extra uitdaging nodig hebben. Ambitie: Rekenonderwijs meer plek geven in klas 2/3. Ambitie: ontwikkeling protocol, ook in afwachting van protocol vanuit expertisecentrum/swv. Ondersteuningslessen rekenen Mentor, studiebegeleiding door specialisten (tegen onkostenvergoeding) Studievaardighedenbegeleiding bovenbouw Ondersteuningslessen klas 1: spelling, begrijpend lezen, rekenen, technisch lezen Tk-klas: ontwikkelambitie is om vakdocenten meer te kunnen laten differentiëren in de les. Scholing is hierbij een speerpunt. docent Schoolveiligheidsplan april van 114

12 B Ondersteuning aan leerlingen met sociaal-emotionele problematiek en internaliserende gedragsproblemen 2, o.a. milde vormen van angst en onzekerheid, zoals faalangst, examenvrees en keuzeproblemen, moeite in de sociale omgang met leeftijdsgenoten en volwassenen, en belemmeringen door een gebrek aan onderwijsmotivatie. Concretisering van de afspraken in het samenwerkingsverband Signaleren van leerlingen met sociaal-emotionele problematiek en/of internaliserende gedragsproblemen. Begeleiding van leerlingen met faalangst/examenvrees. Ondersteuning van leerlingen met keuzeproblemen. Ondersteuning bij het ontwikkelen en versterken van sociale vaardigheden. Hoe de school hier werk van maakt (preventief en licht curatief) - Basisschool-ouders-mentor-docenten Pre-advies - Sociaal-emotionele begeleiding door Team Onderzoek en Expertise - GGD vragenlijst leerjaar 2 - Deelname aan depressiepreventietraject in gemeente Oss is ontwikkelambitie Leerlingen met mogelijke faalangst komen in aanmerking voor een intake en eventuele deelname aan een traject van sociaal emotionele begeleiding. Deze begeleiding kan zowel individueel als in groepen plaatsvinden. Op het gebied van examenvreesreductietraining ligt er een ontwikkelambitie; deze wordt nog niet gegeven. Loopbaanleren Talententijd Mentor Decaan Sociaal-emotionele begeleiding door Team Onderzoek en Expertise Deze begeleiding kan zowel individueel als in groepen plaatsvinden. Ontwikkelambitie Aandacht voor het bevorderen van schoolmotivatie. mentor C Ondersteuning als er bij de leerling sprake is van externaliserende 3 gedragsproblemen, o.a. bewegingsonrust, impulsiviteit, mild opstandig gedrag, en problemen in de sociale afstemming (ongepast gedrag). Concretisering van de afspraken in het samenwerkingsverband Hoe de school hier werk van maakt (preventief en licht curatief) Ontwikkelambitie Signaleren van leerlingen met externaliserende Leerlingvolgvergadering ( mentor en gedragsproblemen. docenten), incidenten (teamleider) Aandacht voor het bevorderen van sociale veiligheid in de Pestprotocol, mentorlessen, contact groep/school. mentor-ouders, Team O&E Pestprotocol, mentorlessen, contact mentor-ouders, zorgteam, teamleider, Aandacht voor het voorkomen van gedragsproblemen in team O&E, ambulante begeleider vanuit en buiten de klas. expertisecentrum (indien ruimte vrije uren) Maatregelen voor leerlingen die tijdelijk niet in de klas kunnen zijn als gevolg van storend gedrag voor zichzelf of anderen. Opvanglokaal bij verwijdering, tijdelijk individueel werken waar mogelijk, ambulant begeleider vanuit expertisecentrum (indien ruimte vrije uren) 2 Internaliserend wil zeggen dat het probleemgedrag naar binnen, op zichzelf, gericht is. 3 Externaliserend wil zeggen dat het probleemgedrag naar buiten, op anderen, gericht is. 12

13 D E Ondersteuning aan leerlingen met lichamelijke beperkingen, o.a. bij milde auditieve, visuele of motorische beperkingen, bij milde spraaktaal belemmeringen, en bij milde belemmeringen als gevolg van een medische conditie. Concretisering van de afspraken in het samenwerkingsverband Werken met en volgens een protocol medisch handelen en handelen bij ziekte. Fysieke toegankelijkheid van het gebouw voor leerlingen met een lichamelijke beperking. Beschikbaarheid van hulpmiddelen en aangepast lesmateriaal voor leerlingen met een lichamelijke beperking. Begeleiding van leerlingen met spraaktaal belemmeringen. Samenwerking met ketenpartners in de signalering en begeleiding van leerlingen met fysiek-medische problematiek, bijvoorbeeld GGD en ambulante begeleiding. Hoe de school hier werk van maakt (preventief en licht curatief) Kijken wat er op maat mogelijk is, mentor is het aanspreekpunt en deze communiceert met docenten. Bij aanmelding vindt intern overleg plaats met teamleider en zorgspecialist. Lift, geen drempels Kijken wat er op maat mogelijk is ( gerelateerd aan de hulpvraag) Ambulante begeleiding Kentalis, mentor, leerlingvolgvergadering Structureel overleg met de te zake doende ketenpartners tijdens zorgteam Overleg ambulante begeleider-mentor Ten aanzien van problemen die zich (voornamelijk) afspelen op andere levensgebieden dan het onderwijsproces hebben scholen een signalerende functie in samenwerking met ketenpartners. Concretisering van de afspraken in het samenwerkingsverband Goed functionerende ondersteuningsstructuur in de school. Afstemming met ketenpartners in het ZAT. Hoe de school hier werk van maakt (preventief en licht curatief) Inzet Team Onderzoek en Expertise Overleg binnen en buiten zorgteam met ketenpartners Stroomlijning door zorgcoördinator Vaststaande overlegmomenten Zo nodig uitnodiging op afspraak Uitzetten van rolverdeling en verantwoordelijkheden tijdens zorgteam Evaluatiemomenten binnen zorgteam Ontwikkelambitie Ontwikkelambitie Toelichting op activiteiten in de basisondersteuning Leerlingvolgvergadering: zes keer per jaar overleg met docententeam over prestaties en cognitieve en sociaal emotionele ontwikkeling van de leerling (per klas). Zorgteam: kan in dit geval verwijzen naar IZT of ZAT. Team Onderzoek en Expertise ( Team O&E): Overkoepelend expertisecentrum Het Hooghuis op het gebied van pedagogische, didactische en psychologische ontwikkeling. Pre-advies: schooladvies samengesteld door Team O&E op basis van door basisschool aangereikte gegevens ( inclusief screening op gebied van didactische ontwikkeling, sociaal emotionele ontwikkeling en intelligentie). Mentorlessen: wekelijks contactmoment tussen mentor en klas, dit kan zowel klassikale begeleiding als individuele begeleiding betekenen op het gebied van leren en sociale vaardigheden. Loopbaanleren: wekelijks moment waarbij mentor te maken loopbaankeuzes begeleid. Ambulante begeleiding Kentalis: organisatie op gebied van cluster 2 leerlingen. Schoolveiligheidsplan april van 114

14 4.1.3 Ontwikkelambities van de school op het gebied van de basisondersteuning In de tabel reeds toegelicht. Extra ondersteuning Extra ondersteuning in de school Als de activiteiten in de basisondersteuning onvoldoende ondersteuning bieden aan de leerling om succesvol te zijn op school, kunnen bij het samenwerkingsverband middelen voor extra ondersteuning aangevraagd worden. Dit is gebonden aan bepaalde voorwaarden. Zodra er een vermoeden is dat een leerling extra ondersteuning nodig heeft zal de zorgcoördinator in samenwerking met de mentor contact opnemen met ouders en leerling om dit te bespreken. Het zorgadviesteam van de school (ZAT) stelt vast welke onderwijsondersteuningsbehoefte de leerling heeft en beschrijft dit in het ontwikkelingsperspectief (OPP). De Commissie Ondersteuningstoewijzing (COT) van het samenwerkingsverband kijkt of aan de voorwaarden voor de toekenning van middelen voor extra ondersteuning is voldaan. Scholen hebben een grote mate van vrijheid in het bepalen hoe zij de extra ondersteuning vorm geven in hun school. Zo kunnen scholen maatwerk bieden voor de leerling passend bij de specifieke kenmerken van leerling en school Samenwerking in het kader van interne extra ondersteuning In het realiseren van extra ondersteuning in de school werken wij samen met de volgende organisaties: Organisatie Visio Expertise op het gebied van leerlingen met visuele belemmeringen. Kentalis / SSOE-De Taalbrug Expertise op het gebied van leerlingen met auditieve en/of communicatieve belemmeringen. Mytylschool Gabriël Expertise op het gebied van leerlingen met fysiekmedische problematiek. Vierland / Vlechtwerk Expertise op het gebied van leerlingen met gedragsproblemen en/of psychiatrische problematiek. Team Onderzoek & Expertise Team van het samenwerkingsverband met brede expertise op het gebied van didactische en sociaalemotionele ontwikkeling van leerlingen, alsook schoolontwikkeling. Ondersteuningsteam SWV VO Team van het samenwerkingsverband dat de school kan begeleiden om te komen tot een passend arrangement voor extra ondersteuning. Basisteam Jeugd & Gezin Team van gemeentelijke ketenpartners, dat betrokken is bij signalering en begeleiden van opvoed- en opgroeivraagstukken in het gezin. Toelichting Momenteel niet van toepassing, kan een beroep op worden gedaan indien nodig. In samenwerking met de mentor vindt de begeleiding van één leerling plaats. Ambulante begeleider begeleid leerling veel individueel. Mentor deelt ontwikkelingen en afspraken met docententeam. Momenteel niet van toepassing, kan een beroep op worden gedaan indien nodig. In samenwerking met de mentor vindt de begeleiding van één leerling plaats. Ambulante begeleider begeleid leerling veel individueel. Mentor deelt ontwikkelingen en afspraken met docententeam. Jaarlijkse afspraken over inkoop arrangement. Het arrangement houdt in wat de bijdrage is van Team O&E in de begeleiding van leerlingen en docenten. Kan indien nodig een beroep op worden gedaan wanneer er vragen zijn omtrent ondersteuningsvragen. Brede Jeugdprofessional maakt deel uit van het zorgteam. Ondersteunt leerlingen, ouders en docenten bij het omgaan met sociaal emotionele problematiek en 14

15 Leerplichtambtenaar GGD systeemproblematiek. Deze professional is tevens schakel tussen het betreffende basisteam en de school. Aanwezig bij zorgteam. Spreekuur op school waar docenten, ouders en leerlingen gebruik van kunnen maken. Aanwezig bij zorgteam. Spreekuur op school waar docenten, ouders en leerlingen gebruik van kunnen maken Ontwikkelambities 4 van de school op het gebied van interne extra ondersteuning - Vormgeven van doorlopende lijn van ondersteuning van onderbouw naar bovenbouw. - Trainingen voor examenvrees in leerjaar 4 zijn in ontwikkeling. - Ieder jaar evalueren, handhaven en verbeteren van de geboden zorg Als de school (tijdelijk) onvoldoende ondersteuning kan bieden Als ook extra ondersteuning binnen de school onvoldoende is voor de leerling om succesvol te kunnen zijn op school, kan de school een beroep doen op externe voorzieningen in de regio. Het vaststellen van de schooloverstijgende onderwijsondersteuningsbehoefte vindt plaats in het ZAT in nauw overleg met leerling en ouders en ook hier beoordeelt de COT de aanvraag. Op de website van het samenwerkingsverband ( is meer informatie te vinden over de regionale bovenschoolse voorzieningen. 4 Ontwikkelambities hebben in deze paragraaf betrekking op de activiteiten die de school uitvoert om leerlingen in de school extra ondersteuning te bieden met middelen van het samenwerkingsverband. Het kan gaan om het versterken van bestaande voorzieningen alsook over het ontwikkelen van trajecten voor nieuwe doelgroepen. Schoolveiligheidsplan april van 114

16 5 Bijlagen Lijst met bijlagen: Dyslexieprotocol Verzuimprotocol Pestprotocol Schoolveiligheidsplan 16

17 Meest gestelde vragen over dyslexie 1. Wat is dyslexie? Dyslexie is een stoornis die gekenmerkt wordt door een hardnekkig probleem met het aanleren van het accuraat en/of vlot toepassen van het lezen en/of spellen op woordniveau. 2. Wanneer kan men een dyslexieonderzoek aanvragen? Er zijn twee voorwaarden om in aanmerking te komen voor een dyslexieonderzoek: - Er moet sprake zijn van een achterstand op het gebied van lezen en/of spellen. De richtlijn daarbij is dat een leerling driemaal achterelkaar een E-score heeft behaald. De school moet in ieder geval overtuigend de achterstand kunnen aantonen. - Er moet sprake zijn van didactische resistentie: na een periode van gerichte begeleiding is er nog steeds een significante achterstand. Er wordt in deze context ook wel gesproken over een hardnekkigheidtraining: in een periode wordt dat adequate remediërende instructie en oefening geboden. Wanneer er na deze extra ondersteuning geen of niet voldoende groei zichtbaar is kunnen leerlingen in aanmerkingen komen voor een dyslexieonderzoek. Een dyslexieonderzoek kan worden aangevraagd wanneer na een half jaar hardnekkigheidtraining blijkt dat er nog steeds een leerachterstand bestaat op het gebied van spelling en technisch lezen. Deze achterstand moet beduidend afwijken van datgene wat van de leerling verwacht kan worden op basis van capaciteiten en overige leervorderingen. 3. Wanneer komt men in aanmerking voor hardnekkigheidtraining? Leerlingen met een grote leerachterstand op gebied van spelling en technisch lezen komen hiervoor in aanmerking. Het één en ander moet blijken uit het leerlingvolgsysteem van de basisschool en/of erkende testen. Richtsnoer is daarbij een leerachterstand van 20 tot 25% of meer en de visie van de basisschool t.a.v. de leerling. Deze leerling heeft een overdrachtsdossier dyslexie van de basisschool. Schoolveiligheidsplan april van 114

18 4. Waar kan met terecht voor een dyslexieonderzoek? Het Hooghuis verzorgt zelf geen dyslexieonderzoeken. Ouders dienen dit zelf te regelen en te bekostigen. Voor dit soort onderzoeken kunt u terecht bij diverse particuliere onderwijskundige bureaus. Wij kunnen u in deze wel van advies voorzien. 5. Wat kost een dyslexieonderzoek? Een dyslexieonderzoek kost rond de 1.100,--. (prijspeil januari 2016). De kosten zijn afhankelijk van de gegevens die al aanwezig zijn en de onderzoeken die nog moeten worden gedaan. 6. Wanneer krijgt een leerling een dyslexiepas? Een leerling komt in aanmerking voor een dyslexiepas als alle twee de volgende voorwaarden is voldaan: De leerling in het bezit is van een officiële dyslexieverklaring. Een kopie van de verklaring en een kopie van het rapport waaraan deze verklaring ten grondslag ligt in het bezit zijn van de school. 7. Welke faciliteiten krijgt een leerling met een dyslexiepas? Een leerlingen met een dyslexiepas mag gebruik maken van onderstaande faciliteiten. a. Indien nodig krijgen leerlingen extra tijd (maximaal 25%) voor het maken van overhoringen en proefwerken. Wanneer dat mogelijk is mag men in een andere ruimte zitten. b. Leerlingen mogen proefwerken en overhoringen die er zich voor lenen mondeling doen. c. Leerlingen kunnen op eigen verzoek extra auditieve ondersteuning krijgen via digitale hulpmiddelen. d. De leerlingen kunnen wanneer nodig een vergroot lettertype krijgen. e. De leerlingen mogen gebruik maken van de computer met spellingscontrole bij opdrachten waar dit mogelijk is. f. Opdrachten die er zich voor lenen mogen geheel of gedeeltelijk worden voorgelezen. g. Spellingsfouten worden minder aangerekend. 18

19 8. Waar gelden de dyslexiefaciliteiten? faciliteiten gelden voor alle vakken. De 9. Wanneer krijgt een leerling een voorlopige dyslexiepas? Een leerlingen komt in aanmerking voor een voorlopige dyslexiepas als aan één van de volgende voorwaarden is voldaan: De leerling heeft een half jaar hardnekkigheidtraining afgesloten met als uitkomst dat deze leerling in aanmerking komt voor een dyslexieonderzoek. De leerling heeft een zgn. overdrachtsdossier dyslexie meegebracht van de toeleverende (basis)school waaruit blijkt dat extra faciliteiten zinvol zijn. 10. Welke faciliteiten krijgt een leerling met een voorlopige dyslexiepas? Een leerling met een voorlopige dyslexiepas heeft dezelfde faciliteiten als een die een verklaring heeft. 11. Hoe lang is een dyslexiepas geldig? Een dyslexiepas is in principe tijdens het gehele verblijf op onze school geldig. 12. Hoe lang is een voorlopige dyslexiepas geldig? Een voorlopige dyslexiepas is steeds geldig tot het van het lopende schooljaar. Onder voorwaarden is verlenging mogelijk. einde 13. Stelt de school voor dyslectische leerlingen elektronisch hulpmiddelen beschikbaar voor thuisgebruik? De school stelt geen elektronische hulpmiddelen als laptops, daisyspelers e.d. beschikbaar. Ook programma s als claro-read, kursweil, amis e.d. worden niet door de school verstrekt. U als ouders dient deze zaken zelf aan te schaffen. Wel kunnen wij u hierover adviseren. De school heeft wel het programma claroread op de schoolcomputers geïnstalleerd staan. Schoolveiligheidsplan april van 114

20 14. Stelt de school voor dyslectische leerlingen leerboeken beschikbaar voor b.v. daisyspelers en programma s als claro-read? De school stelt digitale leerboeken beschikbaar voor dyslectische leerlingen. Aan deze service zitten voor u geen kosten verbonden. De meeste kinderen werken inmiddels met een app op telefoon of tablet. 15. Worden alle docenten op de hoogte gebracht van de dyslexie van mijn kind? Ja, zo vroeg mogelijk in het schooljaar worden alle docenten geïnformeerd omtrent de dyslexie van uw kind. 16. Krijgt mijn kind extra begeleiding i.v.m. de dyslexie? Uw kind krijgt geen extra begeleiding op het gebied van spelling en technisch lezen. Het proberen te genezen van de handicap is onmogelijk en daardoor een frustrerende bezigheid voor leerling en docent. Wel krijgen de leerlingen een aantal bijeenkomsten waarbij het omgaan met dyslexie centraal staat. De leerling kan zelf aangeven of daar behoefte aan is. Ook kan de leerling aangeven als er behoefte is aan individuele coaching. 17. Hoe worden dyslectische kinderen behandeld tijdens het eindexamen? Afhankelijk van de mate en de ernst van de dyslexie komen de volgende maatregelen voor: - (maximaal een half uur) extra tijd - een geschikte lettergrootte: (vanaf 2013 wordt het examen in Arial punt 12 aangeleverd en is vergroting niet meer mogelijk) - verklanking (voorlezen van teksten) In het Centraal Eindexamen kan een leerling met dyslexie nooit meer dan 1 punt aftrek krijgen voor spelling 18. Kan een dyslexieverklaring ook nadelig werken voor mijn kind? Bepaalde beroepsopleidingen zijn met een dyslexieverklaring niet mogelijk. Dit geldt b.v. bij een aantal beroepen binnen de luchtvaart en het leger. 19. Kun je een dyslexieverklaring intrekken om wel in aanmerking te komen voor een bepaalde beroepsopleiding? Nee, dat kan niet. Een verklaring dat men dyslexie heeft kan niet worden ingetrokken. 20

21 20. Waar kan ik meer informatie over dyslexie vinden? Er zijn volop sites te vinden met goede informatie. Goede informatie kun je vinden op Waar vind ik informatie over electronische hulpmiddelen en software betreffende dyslexie? De site is een betrouwbare informatiebron. 22. Nog meer vragen? Neem contact op met de mentor of met de dylexiecoach. Schoolveiligheidsplan april van 114

22 Te laat registratie en ongeoorloofd verzuim van Stadion leerlingen schooljaar Om het te laat aanwezig zijn - het ongeoorloofd afwezig zijn van onze leerlingen goed te kunnen registreren, zijn een aantal medewerkers essentieel bij het uitvoeren van een aantal taken. Hieronder wordt omschreven wie wat wanneer moet doen. Te laat komen: Aan de leerling-balie komen leerlingen zich melden als zij te laat zijn. De medewerker maakt een inschatting of dit verzuim geoorloofd / ongeoorloofd is, bij twijfel wordt contact met de betreffende teamleider gelegd. Afwezigheid wordt meteen geregistreerd in Vocus. Ongeoorloofd te laat komen geeft lik op stuk beleid; de leerling krijgt meteen het aantal keren ongeoorloofd te laat te horen en afspraken worden gemaakt. Tevens wordt er een informatiebrief aan de ouders meegegeven. Deze dient de volgende dag ondertekend retour te komen bij de leerling-balie. Deze informatiebrief wordt via de mentor (postvakje) in het dossier toegevoegd. Om het veelvuldig te laat komen te voorkomen hebben we al diverse afspraken staan: Een leerling die het 1 e uur of gedurende de dag te laat is en een te laat briefje moet halen meldt zich de volgende ochtend om uur bij de leerlingenbalie. 1e uur vrij om 8.45 uur melden, 1 e - 2 e uur vrij om 9.30 uur melden Bij 3 maal te laat gaat er een brief in opdracht van de teamleider via de leerlingenbalie naar huis/mentor. Volgt een pedagogisch gesprek met mentor en dit wordt vastgelegd in het dossier ( actie mentor). Bij de 1 e tot en met de 6 e maal te laat moet een leerling zich de volgende ochtend om uur melden. Bij 6 maal te laat gaat er een brief in opdracht van de teamleider via de leerlingenbalie naar huis/mentor. Kopie van de brief naar de leerplichtambtenaar en een pedagogisch gesprek met mentor/teamleider. Dit wordt vastgelegd in het dossier ( actie mentor). Bij de 7 e maal te laat en de volgende keren moet een leerling zich een hele week om uur melden bij de leerling balie Bij 9 maal te laat gaat er een brief in opdracht van de teamleider via de leerlingenbalie naar huis/mentor en naar de leerplichtambtenaar ( eventueel volgt er een taakstraf). Dit wordt ook vastgelegd in het dossier ( actie mentor). Ongeoorloofd afwezig: Op de leerling-balie worden de absenties dagelijks verwerkt in Vocus. Via de absentencontrole wordt gezien dat een leerling onbekend afwezig is geweest. In Vocus wordt aangegeven dat dit onbekend verzuim niet afgehandeld is en de leerling-balie stuurt dagelijks een klas overzicht via de mail (in een pdf-file) naar de mentor. De mentor gaat over de onbekende afwezigheid in gesprek met leerling of ouders. Bij vermoedelijk ongeoorloofd verzuim neemt hij/zij contact op met ouders en informeert leerling-balie en teamleider wat de reden is van het verzuim. De leerling-balie registreert de reden en geeft aan dat het is afgehandeld. Bij ongeoorloofd verzuim neemt teamleider de formele stappen, de mentor gaat in gesprek over de redenen en doet het pedagogische gesprek naar leerling / ouders. De mentor registreert ook de formele stappen in het dossier. Bij frequent en of twijfelachtig verzuim, kan er direct een gesprek worden ingepland met de leerplichtambtenaar die 3 wekelijks op dinsdag op onze locatie spreekuur heeft in lokaal

23 Te laat / ongeoorloofd afwezig Actie door Opmerkingen 1 e en 2 e maal te laat Medewerker leerlingenbalie afspraak met leerling en geeft de infobrief voor de ouders mee informeert mentor via mail op het einde van de dag door een overzicht van zijn/haar leerlingen mbt te laat ongeoorloofd afwezig Medewerker leerlingenbalie mailt op vrijdag een weekoverzicht aan teamleider voor zijn klassen. 3 e maal te laat Medewerker leerlingenbalie in overleg met teamleider brief naar ouders met hierin overzicht Vocus van de te laat registratie. Mentor pedagogisch gesprek + brief in leerlingdossier Leerling volgende ochtend uur melden Leerling levert de ondertekende infobrief weer in bij de leerlingbalie 1e uur vrij om 8.45u melden, 1 e - 2 e uur vrij om 9.30u melden. Leerling volgende ochtend uur melden Leerling levert de ondertekende infobrief weer in bij de leerlingbalie 1e uur vrij om 8.45u melden, 1 e - 2 e uur vrij om 9.30u melden 4 e - 5 e maal te laat Als bij 1 e en 2 e maal te laat Leerling volgende ochtend uur melden Leerling levert de ondertekende infobrief weer in bij de leerlingbalie 1e uur vrij om 8.45u melden, 1 e - 2 e uur vrij om 9.30u melden 6 e maal te laat Medewerker leerlingenbalie in overleg met teamleider brief naar ouders met hierin overzicht Vocus van de te laat registratie. + leerplichtambtenaar. Mentor/teamleider pedagogisch gesprek + brief in leerlingdossier 7 e 8 e maal te laat Medewerker leerlingenbalie maakt afspraak met leerling. Bericht mentor Leerling volgende ochtend uur melden Leerling levert de ondertekende infobrief weer in bij de leerlingbalie 1e uur vrij om 8.45u melden, 1 e - 2 e uur vrij om 9.30u melden Per volgende te laat registratie meldt de leerling zich de hele week om uur bij de leerlingenbalie Leerling levert de ondertekende infobrief weer in bij de leerlingbalie 1e uur vrij om 8.45u melden, 1 e - 2 e uur vrij om 9.30u melden 9 e maal te laat Medewerker leerlingenbalie in Per te laat registratie meldt de Schoolveiligheidsplan april van 114

24 overleg met teamleider brief naar ouders met hierin overzicht Vocus van de te laat registratie. + leerplichtambtenaar. Leerplicht nodigt uit voor een gesprek/taakstraf Mentor/teamleider pedagogisch gesprek + brief in leerlingendossier. Ongeoorloofd afwezig Medewerker leerlingenbalie registreert in Vocus brengt mentor via mail op de hoogte. Mentor gaat in gesprek met leerling belt ouders. Indien ongeoorloofd contact met teamleider en het aantal spijbeluren worden dubbel ingehaald. Inplannen door mentor en terugkoppelen naar leerlingenbalie zodat het aangepast wordt in Vocus door medewerker leerlingenbalie Herhaald ongeoorloofd afwezig Frequent te laat en of onbekend verzuim Als hierboven maar teamleider maakt melding bij leerplicht + ouders en leerling uitnodigen voor een gesprek met mentor - vastleggen in een brief met met hierin overzicht Vocus van de ongeoorloofd verzuim registratie. door teamleider - brief in leerlingdossier door mentor Mentor iom teamleider inplannen gesprek met leerplichtambtenaar leerling zich de hele week om uur bij de leerlingenbalie Leerling levert de ondertekende infobrief weer in bij de leerlingenbalie 1e uur vrij om 8.45u melden, 1 e - 2 e uur vrij om 9.30u melden Aantal gespijbelde uren dubbel inhalen - inplannen Aantal gespijbelde uren dubbel inhalen - inplannen Ouders kunnen hierbij ook uitgenodigd worden, bij herhaling volgt gesprek op gemeentehuis 24

25 Schoolveiligheidsplan april van 114

26 Ze pesten me, altijd Voor mij is er slechts eenzaamheid Waarom moeten ze altijd mij Maakt treiteren hen zo blij Angst is alles wat ik ken Oh God wat haat ik hen Tranen is wat ik met mij draag Altijd en alle daag Houdt het dan echt pas op Wanneer ik zelf met ALLES stop Henry. 26

27 Pesten komt helaas op iedere school voor, ook bij ons De piek van het pesten ligt in de onderbouw, maar ook in de bovenbouw kan pesten voorkomen. Het is een probleem dat wij onder ogen zien en op onze school serieus aan willen pakken. het bij een groep willen horen is belangrijker dan ooit en dat maakt leerlingen extra kwetsbaar. Pesten is vaak een groepsverschijnsel. Als ouder krijg je daar moeilijk vat op. Het gepeste kind zegt vaak niets en de pester ook niet. Pesten kan omschreven worden als: Het psychisch en/of fysiek mishandelen van één of meer klasgenoten die niet in staat zijn zichzelf te verdedigen. Om pesten serieus aan te pakken moeten we aan een aantal voorwaarden voldoen: 1. Pesten moet als probleem worden gezien door alle direct betrokken partijen: leerlingen (gepeste kinderen, pesters en de zwijgende groep), leerkrachten en de ouders/ verzorgers (hierna genoemd: ouders) 2. De school moet proberen pestproblemen te voorkomen. Los van het feit of pesten wel of niet aan de orde is, moet het onderwerp pesten met de leerlingen bespreekbaar zijn. 3. Als pesten optreedt, moeten leerkrachten (in samenwerking met de ouders) dat kunnen signaleren en duidelijk stelling nemen 4. Wanneer het probleem niet op de juiste wijze wordt aangepakt of de aanpak niet het gewenste resultaat oplevert dan is de inschakeling van externe hulp een mogelijkheid. Schoolveiligheidsplan april van 114

28 Bij het voorkomen/bestrijden van pesten nemen we de volgende regels in acht: REGEL 1: Leerlingen die gepest worden hebben het recht hun probleem voor te leggen aan mentor, docenten en/of schoolleiding en dienen daarin serieus genomen te worden. REGEL 2: Een tweede stelregel is dat een medeleerling ook de verantwoordelijkheid heeft om het pestprobleem bij de leerkracht aan te kaarten. Alle leerlingen zijn immers verantwoordelijk voor een goede sfeer in de klas en op de school. Bij b.v. drama, levensbeschouwing en/of maatschappijleer aandacht besteden aan het pest-probleem. REGEL 3: Samenwerken zonder bemoeienissen: school en gezin halen voordeel uit een goede samenwerking en communicatie. Dit neemt niet weg dat iedere partij moet waken over haar eigen grenzen. Het is bijvoorbeeld niet de bedoeling dat ouders naar school komen om eigenhandig een probleem voor hun kind op te komen lossen. Bij problemen van pesten zullen de directie en de leerkrachten hun verantwoordelijkheid (moeten) nemen en indien nodig overleg voeren met de ouders. De inbreng van de ouders blijft bij voorkeur beperkt tot het aanreiken van informatie, tot het geven van suggesties en tot het ondersteunen van de aanpak van de school. De vijf sporen aanpak. Binnen pesten kiest onze school voor een aanpak waarbij vijf partijen een rol spelen bij het bestrijden en/of voorkomen van het probleem 1. de gepeste leerling 2. de pester 3. de toeschouwers 4. de school zelf 5. de ouders 28

29 Steun bieden aan de leerling die gepest wordt. Het probleem serieus nemen en er achter zien te komen hoe erg het is. Met de leerling overleggen welke mogelijkheden en oplossingen er zijn. De leerling steunen bij het werken aan een oplossing. Zo nodig zorgen voor deskundige hulp, b.v. sociale vaardigheidstraining. Steun bieden aan de leerling die pest. Met hem/haar bespreken wat pesten voor een ander betekent. Duidelijk maken dat je op school pesten niet tolereert en daar indien nodig sancties aan verbindt. Met hem/haar bespreken hoe het pestgedrag om te bouwen is naar een positiever gedrag. Zo nodig zorgen voor deskundige hulp, bijv. sociale vaardigheidstraining. Toeschouwers betrekken bij de oplossing. Met andere leerlingen praten over pesten en over hun eigen rol daarbij. Met hen overleggen over mogelijke oplos-singen en over wat ze zelf kunnen bijdragen aan die oplossingen. Proberen te werken aan oplossingen waarbij leerlingen zelf een actieve rol spelen. De school zelf. Geeft informatie aan alle betrokkenen over pesten als algemeen verschijnsel en over het aanpakken van pesten in de klas en op de school. Zorgt voor een duidelijk beleid rondom veiligheid en pesten. De ouders steunen. Schoolveiligheidsplan april van 114

30 Ouders duidelijk maken dat zij bij pesten of een vermoeden daarvan niet moeten twijfelen om contact met de school op te nemen. Ouders die zich zorgen maken over pesten serieus nemen. Informatie en advies geven over pesten en de manier waarop pesten kan worden aangepakt. In samenwerking tussen school en ouders het pestprobleem aanpakken. Zo nodig ouders doorverwijzen naar deskundige ondersteuning. Mocht u na het lezen het lezen van deze brochure nog vragen hebben, neem dan gerust contact op met de school. Mondriaanlaan CN Oss 30

31 Schoolveiligheidsplan Het Hooghuis Het Hooghuis Centrale Dienst Coördinator Gezondheid en Welzijn: Lisette Snaterse Coördinator Veiligheid: Jos IJzermans Postadres: Postbus 384, 5340 AJ OSS Bezoekadres: Nieuwe Hescheweg 11, 5342 EB OSS Tel. Nummer: Schoolveiligheidsplan april van 114

32 1. Uitgangspunten 1.1 Identiteit van de school Missie Waarden en normen Levensbeschouwing, schoolklimaat, gedragsregels Gedragscode / leerlingenstatuut Pestprotocol Non Discriminatie Code 2. Verantwoordelijkheid 2.1 Verantwoordelijkhedenmatrix op naam 2.2 Taakomschrijving verantwoordelijkheid 3. Meetinstrumenten voor de veiligheid 4. Maatregelen en protocollen 4.1 Overtreding schoolregels Stappenplan overtreding schoolregels 4.2 Pesten Plagen en pesten Pesten voorkomen Pesten bestrijden De niet-confronterende methode De confronterende methode Hulp aan de gepeste leerling en zijn of haar ouders/verzorgers Hulp aan de pester en zijn of haar ouder(s) / verzorger(s) Praten over moeilijke onderwerpen 4.3 Sancties leerlingen Sancties algemeen Waarschuwing Berisping Maatregel Schorsing Definitieve verwijdering 4.4 Sancties personeel Officiële sancties Waarschuwing Berisping Schorsing Ontslag 32

33 4.5 Conflicten Stappenplan conflicten tussen leerlingen Stappenplan conflicten tussen personeelslid en leerling Stappenplan conflicten tussen personeelsleden 4.6 Seksuele intimidatie en misbruik Stappenplan seksuele intimidatie en misbruik In eerste instantie In tweede instantie In derde instantie Ernstige incidenten met personeel als slachtoffer 4.7 Strafbare feiten Stappenplan strafbare feiten In eerste instantie Categorie (a): bij het op heterdaad betrappen op het plegen van een strafbaar feit Categorie (b): bij een melding van een (al dan niet) gepleegd strafbaar feit Stap 1b In tweede instantie In derde instantie 4.8 Ongevallen Stappenplan ongevallen Ongevallen tijdens stage 4.9 Overlijden Stappenplan (protocol) overlijden leerling of medewerker 4.10 Stappenplan schade 4.11 Incidentenregistratie Doelen van incidentenregistratie Organisatie van incidentenregistratie Incidenten Voorwaarden voor incidentenregistratie Incidentenregistratieformulier 4.12 Ontruiming 4.13 Omgang met de media Wat te doen bij media-aandacht Wat na te laten bij media-aandacht Overige aandachtspunten Bijlagen Schoolveiligheidsplan april van 114

34 1. Uitgangspunten Voorliggend schoolveiligheidsplan betreft een integraal beleidsplan voor sociale en fysieke veiligheid op Het Hooghuis. Dit wil zeggen dat het plan zich richt op alle vormen van agressie, geweld, seksuele intimidatie, discriminatie en pesten plus alle vormen van fysieke veiligheid die binnen of in de directe omgeving van de school kunnen voorkomen. 1.1 Identiteit van de school Visie en Missie Visie: Binnen Het Hooghuis werken we vanuit gezamenlijke waarden aan ontplooiing en ontwikkeling. Dit doen we met respect voor ieders eigenheid. Iedereen krijgt hier de ruimte om gelukkig te worden. Missie: Het Hooghuis zet betekenisvolle stappen in de richting van vraag- en interesse gestuurd leren in de maatschappelijke context. We doen dit in onderwijskundige, pedagogische en organisatorische samenhang. We werken in teams op coachende, autonome, competente en betrokken wijze samen. Bij dit alles zijn we ons bewust van onze verantwoordelijkheid voor elkaar en zijn daarop aanspreekbaar Waarden en normen Vanuit bovengenoemde visie en missie vloeien de Hooghuis-waarden voort. Bij de vaststelling daarvan zijn we uitgegaan van het principe van het Dienstbaar Leiderschap. Er zijn tien gezamenlijk gedragen kern - en cultuurwaarden ontwikkeld met de daarbij behorende normering en gedrag. Deze waarden zijn: empathie - betrokkenheid mensgerichtheid - teamgeest - integriteit - trots - professionalisme - lef & durf - recht doen aan verscheidenheid - externe gerichtheid. Gevoegd bij de visie en missie van de school kunnen we ons onderwijs als professionals binnen de teams aan de hand van deze waarden uitstekend vormgeven. Normering en gedrag staan voorop, anders verworden genoemde waarden snel tot loze kreten. Door elkaar op deze normen aan te spreken, waarborgen we de Hooghuis-waarden. Op onze site zullen binnenkort deze waarden met de daarbij horende normeringen en gedragsverwachtingen gepubliceerd worden, zoals dat geformuleerd is in de nota Identiteit. Omdat de Hooghuis-waarden voor onze school enorm belangrijk zijn, gaan we op elk van deze waarden uitgebreid in. Onze Waarden: EMPATHIE Normering: Zichzelf willen verplaatsen in het gezichtspunt van de ander. Zichtbaar gedrag: - Willen invoelen - Gekend zijn en willen kennen - De andere ervaart jouw empathie; jij ervaart de empathie van de ander 34

35 BETROKKENHEID Normering: Zich oprecht verbinden aan Het Hooghuis en haar mensen, waarbij sprake is van een balans tussen idealisme en realiteit, met als doel te groeien. Zichtbaar gedrag: - Belangstelling - Pro-activiteit - Bereidheid een stap extra te zetten - Gedrevenheid - Openheid MENSGERICHTHEID Normering: In alles wat we doen gaan we uit van de behoeften, wensen en mogelijkheden van onze collega s, leerlingen en ouders. Zichtbaar gedrag: - We spreken over leerlingen en ouders en niet over klanten en opdrachtgevers - We spreken over behoeften van mensen in verhouding tot tijd en geld - We spreken elkaar als gelijkwaardige aan - We bieden ruimte tot persoonlijke ontwikkeling. Daarbij hebben leerlingen invloed op wat zij leren en leren zij invloed te hebben op hun eigen ontwikkeling - We voelen ons persoonlijk verantwoordelijk voor elkaar; we tonen daarin initiatieven en spreken elkaar erop aan TEAMGEEST Normering: In gezamenlijke verantwoordelijkheid onderschrijven we de visie en missie van Het Hooghuis en dragen die uit. Zichtbaar gedrag: - Ieder mens moet zich gekend voelen - Betrokkenheid op elkaar - Samenwerking middels consultatie, feedback, advies en intervisie - Gevoel van veiligheid - Risico s mogen en durven nemen - Elkaar aanspreken op visie en missie en elkaar daarin ondersteunen - Onderlinge contacten - Belangstelling voor elkaar INTEGRITEIT Normering: Een professioneel werkklimaat scheppen, waarbij leerlingen en medewerkers zich geborgen voelen. Dit wordt bereikt door een respectvolle, open en eerlijke communicatie en dito omgang met elkaar. Schoolveiligheidsplan april van 114

36 36 Zichtbaar gedrag: - Afspraak is afspraak. Doen wat je zegt - Hoor wederhoor - Praten met elkaar in plaats van over elkaar - Wederzijds vertrouwen - Fouten durven toegeven

37 TROTS Normering: Het gevoel dat een mens heeft als hij iets goeds heeft bereikt. Hij herkent zijn eigen invloed en voelt zich met zijn creatie verbonden. Dat gevoel krijgt iemand ook als een ander hem positieve feedback geeft op iets wat hij heeft gedaan. Het succes van anderen straalt ook op hem af en dat veroorzaakt een gevoel van trots. Zichtbaar gedrag: - Enthousiasme - Zelfbewustzijn, geloof in eigen invloed - Hoge verwachtingen - Geloof in andermans kunnen - Ruimte nemen en geven - Openstaan - Oplossingsgerichtheid - Opkomen voor onze belangen - Trots op Het Hooghuis begint met trots op de eigen locatie PROFESSIONALISME Normering: Wij staan er als school garant voor dat leerlingen les krijgen van vakdeskundige medewerkers. Elke medewerker wordt als professional benaderd en erkend. Hij legt verantwoording af over zijn doen en laten en wordt op zijn verantwoordelijkheden aangesproken. Zichtbaar gedrag: - Resultaat verantwoordelijk - Betrokkenheid - Samenwerking - Scholing - Intervisie/consultatie - Autonomie LEF & DURF Normering: Nek durven uitsteken vanuit een creatieve instelling. Durven uitgaan van eigen analyse en weging en proberen voorop te lopen in ons vakgebied. Risico s durven nemen en af durven wijken van het bestaande. Op een vernieuwende manier doorzetten. Zichtbaar gedrag: - Reflectie - Visie/overtuiging - Pro-activiteit - Balans kennen tussen lef & durf en roekeloosheid - Kritisch zijn - Draagvlak kunnen verwerven - Goed geïnformeerd zijn Schoolveiligheidsplan april van 114