Zitten of betalen? Op 20 januari 2012 besteedde het programma Nieuwsuur. thema: het slachtoffer. 1 Inleiding

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Zitten of betalen? Op 20 januari 2012 besteedde het programma Nieuwsuur. thema: het slachtoffer. 1 Inleiding"

Transcriptie

1 Mr. G.J.M. van Spanje en Mr. G.J. van Oosten zijn beiden werkzaam als advocaat bij Van Oosten Advocaten te Amsterdam. Zitten of betalen? Het effect van de vervangende hechtenis bij oplegging van een schadevergoedingsmaatregel voor slachtoffer, dader en maatschappij Dit artikel handelt over het beleid dat ten grondslag ligt aan de executie van een schadevergoedingsmaatregel en de wijze waarop het CJIB hieraan uitvoering geeft bij veroordeelden zonder draagkracht. 1 Inleiding Op 20 januari 2012 besteedde het programma Nieuwsuur aandacht aan het beleid dat ten grondslag ligt aan de executie van een schadevergoedingsmaatregel. Dit beleid is neergelegd in de Aanwijzing executie (vervangende) vrijheidsstraffen, taakstraffen, geldboetes, schadevergoedings- en ontnemingsmaatregelen (hierna: Aanwijzing executie ) 1. Het Centraal Justitieel Incassobureau (CJIB) is namens het Openbaar Ministerie de instantie die met de executie van schadevergoedingsmaatregelen is belast. De directe aanleiding voor het nieuwsitem bij Nieuwsuur was een kortgedingprocedure tegen de Staat, aangespannen door een alleenstaande moeder van drie jonge kinderen, mevrouw S., die tot betaling van een schadevergoeding met schadevergoedingsmaatregel was veroordeeld en waartegen inmiddels een arrestatiebevel was uitgevaardigd. 2 Zij voldeed volgens het CJIB namelijk niet aan haar betalingsverplichting jegens het slachtoffer, ondanks het feit dat zij maandelijks het voor haar maximaal mogelijke aflossingsbedrag afloste. De gevorderde vervangende hechtenis van drie maanden zou in haar geval leiden tot het oplopen van haar schulden en mogelijk het verlies van haar huis en het uit huis plaatsen van haar kinderen. Deze zaak riep de vraag op in hoeverre de Aanwijzing exe- cutie en de wijze waarop het CJIB hieraan uitvoering geeft, leidt tot onwenselijke situaties. Niet alleen voor de veroordeelde in kwestie, maar tevens voor de slachtoffers waarvoor het CJIB het schadevergoedingsbedrag dient te incasseren. En bovendien voor de Staat, die immers wordt belast met de kosten die verbonden zijn aan de vervangende hechtenis. Een snelle zoektocht op rechtspraak.nl leidt tot 31 relevante uitspraken waarin met een voorlopige voorziening is getracht vervangende hechtenis te voorkomen. 3 De oudste uitspraak dateert van 13 juli en de meest recente uitspraak van 7 maart In ruim de helft van deze zaken speelde de draagkracht een cruciale rol. In slechts een van deze zaken is de eiser (gedeeltelijk) in het gelijk gesteld. Dit betrof de zaak van voornoemde mevrouw S. In dit artikel wordt eerst uiteengezet wat de schadevergoedingsmaatregel en de vervangende hechtenis precies inhoudt. Daarna wordt stilgestaan bij de totstandkoming van de schadevergoedingsmaatregel. Tot slot wordt uiteengezet wat het effect van de schadevergoedingsmaatregel in de praktijk is en op welke wijze de mogelijk onwenselijke effecten van de vervangende hechtenis kunnen worden voorkomen. 1 De aanwijzing is in werking getreden op 1 juli 2010 en geldig tot en met 30 juni Vindplaats: zoek.officielebekendmakingen.nl/ stcrt html. 2 Rechtbank s-gravenhage 10 januari 2012, LJN BV Zoekopdracht uitgevoerd op 27 juli jl. met als zoekterm schadevergoedingsmaatregel en rechtsgebied civiel overig. 4 Hof s-gravenhage 13 juli 2006, LJN AY Strafblad SEPTEMBER 2012 Sdu Uitgevers

2 zitten of betalen? 2 De schadevergoedingsmaatregel en vervangende hechtenis De schadevergoedingsmaatregel is een door de strafrechter opgelegde maatregel tot betaling aan de staat ten behoeve van een slachtoffer als bedoeld in artikel 36f Wetboek van Strafrecht (Sr). Binnen de grenzen van artikel 24c Sr stelt de rechter vervangende hechtenis op niet-betaling door de verdachte. Deze beloopt ten minste een dag en ten hoogste een jaar. 5 De regels omtrent de tenuitvoerlegging van schadevergoedingsmaatregelen zijn zoals gezegd verder uiteengezet in de Aanwijzing executie. Tijdens de inningsfase worden de door het CJIB ontvangen gelden onverwijld afgedragen aan het slachtoffer. Indien de veroordeelde het verschuldigde bedrag niet of niet tijdig betaalt, kan een wettelijke verhoging worden opgelegd (art. 24b Sr). Ook kan er een tweede aanmaning volgen met wederom een wettelijke verhoging. Indien hierop niet of onvoldoende wordt gereageerd, gaat de zaak door naar de incassofase. In de incassofase wordt zo veel mogelijk aan lokale instanties, zoals deurwaarders uit de omgeving, verzocht de incassering over te nemen. Wanneer ook in deze fase onvoldoende financieel resultaat wordt behaald, wordt een arrestatiebevel uitgevaardigd voor de tenuitvoerlegging van de vervangende hechtenis. 6 In tegenstelling tot de geldboete of de ontnemingmaatregel, wordt bij het opleggen van een schadevergoedingsmaatregel geen rekening gehouden met draagkracht van de veroordeelde. De hoogte van de schade is immers gebaseerd op de door het slachtoffer feitelijk geleden schade. Dat is ook de bedoeling geweest van de wetgever. Door de schadevergoedingsplicht aan te merken als maatregel behoeft deze niet te worden gerelateerd aan de ernst van het feit, de verwijtbaarheid van het gedrag en de draagkracht van de verdachte. 7 De consequentie hiervan is dat soms relatief hoge betalingsverplichtingen als schadevergoedingsmaatregel worden opgelegd aan veroordeelden met geen tot weinig inkomsten, een hoge schuldenlast en weinig zicht op verbetering van de financiële situatie op korte termijn. Deze problematiek heeft in al eens tot een aanpassing geleid van artikel 561 Wetboek van Strafvordering (Sv), dat handelt over de voortvarendheid van de tenuitvoerlegging. Het voormalig lid 4 bepaalde dat het totale bedrag in elk geval moet worden voldaan binnen twee jaar en drie maanden na de dag waarop 5 Art. 36f lid 7 Sr jo. art. 24 c Sr. 6 Aanwijzing executie, tekst geldend 26 januari 2010, par t/m Kamerstukken II 1989/90, , nr. 3, p. 6. de strafbeschikking, het vonnis of het arrest voor tenuitvoerlegging vatbaar is geworden. Dit artikellid is geschrapt. In de toelichting op deze wetswijziging staat vermeld dat de schrapping van dit lid op verzoek van het CJIB tot stand zou zijn gekomen, 8 waarover later meer. Uit bijlage 3 bij de Aanwijzing executie volgt dat de termijn waarbinnen volledige betaling moet zijn gerealiseerd in beginsel twaalf maanden bedraagt, maar dat deze termijn in bijzondere gevallen kan worden verlengd tot 36 maanden. In uitzonderingsgevallen, waarbij sprake is van een schrijnende situatie, kan ook van de termijn van 36 maanden worden afgeweken. Dit betreft de zogenaamde hardheidsclausule. Een betalingsregeling moet in ieder geval altijd binnen een redelijke termijn leiden tot voldoening van die schadevergoedingsmaatregel, zo staat in de Kamerstukken. Over wat deze redelijke termijn inhoudt, heeft de wetgever zich niet In tegenstelling tot de geldboete of de ontnemingmaatregel, wordt bij het opleggen van een schadevergoedingsmaatregel geen rekening gehouden met draagkracht van de veroordeelde uitgelaten. 9 De voorzieningenrechter oordeelde in 2011 in een zaak van een alleenstaande moeder aangewezen op een bijstandsuitkering, en van wie duidelijk was dat zij geen verdere draagkracht had, dat de vraag of sprake was van een schrijnend geval in het midden kon blijven, nu afbetaling binnen zestien jaar geen redelijke termijn betreft. 10 In de eerdergenoemde zaak van mevrouw S. werd door de voorzieningenrechter geoordeeld dat op grond van de in deze zaak van toepassing zijnde schrijnende omstandigheden een maximale termijn van 72 maanden redelijk is. Dat is het dubbele van de verlengde termijn in de Aanwijzing executie. 11 De tenuitvoerlegging van de vervangende hechtenis in geval van betalingsonmacht kan op grond van vaste jurisprudentie niet als onrechtmatig worden aangemerkt. De Hoge Raad heeft in zijn arrest van 20 juni geoordeeld dat uit de wetsgeschiedenis kan worden afgeleid dat door de wetgever 8 Kamerstukken II 2007/08, , nr. 19, p Kamerstukken II 2007/08, , nr. 19, p Rechtbank s-gravenhage 14 april 2011, LJN BQ 2740, r.o Rechtbank s-gravenhage 10 januari 2012, LJN BV0540, r.o HR 20 juni 2000, NJ 2000, 634. Strafblad SEPTEMBER 2012 Sdu Uitgevers 297

3 onder ogen is gezien dat de bij de oplegging van een schadevergoedingsmaatregel te bepalen vervangende hechtenis ook ten uitvoer kan worden gelegd in gevallen waarin de veroordeelde niet aan de schadevergoedingsmaatregel kan voldoen. 3 Totstandkoming van de schadevergoedingsmaatregel Uit de Kamerstukken blijkt dat de schadevergoedingsmaatregel is bedoeld om de slachtoffer(s) van een delict een aantal voordelen te bieden. In de eerste plaats biedt het een sanctie die ten goede komt aan het slachtoffer en niet, zoals bij de geldboete, de staat. 13 Ten tweede wordt het slachtoffer ontlast doordat bij de oplegging van een schadevergoedingsmaatregel het Openbaar Ministerie is belast met de executie van deze maatregel. De meer principiële betekenis van de schadevergoedingsmaatregel is gelegen in het feit dat zij een sanctie is waarin het belang van het slachtoffer erkenning vindt. 14 De wetgever heeft voorts beoogd de dreiging die van de vervangende hechtenis uitgaat een daadwerkelijke stimulans te laten vormen voor de betalingsbereidheid van de veroordeelde, temeer nu toepassing van de vervangende hechtenis niet de verplichting opheft de schade aan het slachtoffer naar burgerrechtelijke maatstaven te vergoeden. 15 De term vervangende hechtenis is dus misleidend, aangezien de schuld, anders dan bijvoorbeeld bij een verhaal van geldboetes of ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel, na het uitzitten, nog steeds bestaat. Bij de effectiviteit van dit laatste doel plaatsen wij vraagtekens in gevallen waarin sprake is van betalingsonmacht en geen onwil. 4 De praktijk Uit cijfers van het CJIB blijkt dat in dossiers zijn gesloten. In 9244 van deze zaken was de veroordeelde de betalingsverplichting aan het slachtoffer volledig nagekomen. In 1574 zaken, 14,2 procent van het totaal aantal afgedane zaken, heeft de veroordeelde de vervangende hechtenis moeten ondergaan. 16 In slechts enkele van deze zaken is met een kort geding getracht om vervangende hechtenis te voorkomen, zo blijkt uit het aantal gepubliceerde uitspraken. Uit jurisprudentie blijkt dat de voorzieningenrechter aan handen en voeten is gebonden op het moment dat een kort geding tegen de Staat wordt aangespannen ter voorkoming 13 Kamerstukken II 1989/90, , nr. 3, p Kamerstukken II 1989/90, , nr. 3, p Kamerstukken II 1989/90, , nr. 3, p Cijferbijlage jaarbericht 2011 van het CJIB, p. 20. Te vinden op nl. van vervangende hechtenis waarin draagkracht een rol speelt. Een veroordelende beslissing van de strafrechter, waartegen geen gewoon rechtsmiddel meer openstaat, mag immers niet alleen, maar moet ook worden uitgevoerd door het CJIB. Bovendien komt het CJIB een zeer ruime beleidsvrijheid toe, welke ingevolge vaste jurisprudentie slechts marginaal mag worden getoetst. Deze twee overwegingen worden dan ook in vrijwel elke uitspraak aangetroffen. Een derde overweging betreft dat de persoonlijke omstandigheden al zijn meegenomen door de strafrechter en het stelsel van gesloten rechtsmiddelen daarom niet toestaat dat de kortgedingrechter zich hier (nogmaals) over buigt. Tot slot, zoals reeds gezegd, kan de tenuitvoerlegging van de vervangende hechtenis in geval van betalingsonmacht op grond van vaste jurisprudentie niet als onrechtmatig worden aangemerkt omdat de wetgever hier al rekening mee heeft gehouden. De voorgaande overwegingen maken (tezamen dan wel apart) onderdeel uit van vrijwel elke afwijzing van een vordering in kort geding en laten vrijwel geen, althans minimale, ruimte voor de voorzieningenrechter om een eiser tegemoet te komen. Een kortgedingrechter is immers niet bevoegd te oordelen dat sprake is van schrijnende omstandigheden, die dienen te leiden tot een langere afbetalingstermijn indien deze persoonlijke omstandigheden reeds bij de strafrechter bekend waren of hadden kunnen zijn. 17 In de zaak van mevrouw S. heeft de voorzieningenrechter zich van zijn creatieve kant laten zien. Het totaal toegewezen bedrag van schade werd gehalveerd toen bleek dat mevrouw S. hoofdelijk was veroordeeld door de strafrechter. Dit terwijl na de zitting in kort geding was gebleken dat de mededader abusievelijk geen schadevergoedingsmaatregel was opgelegd. Daarnaast overwoog de voorzieningenrechter dat, in tegenstelling tot het oordeel van het CJIB, in de onderhavige zaak wel degelijk sprake was van schrijnende omstandigheden. Zo was de jongste van haar drie zonen na het onherroepelijk worden van de strafzaak geboren. Bovendien was zij inmiddels, wegens haar lichamelijke of geestelijke toestand, onder bewind gesteld. Op grond van deze bijkomende omstandigheden was de voorzieningenrechter van oordeel dat van de maximale betalingstermijn van 36 maanden kon worden afgeweken. 18 Mevrouw S. werd in staat gesteld binnen 72 maanden de helft van het totaalbedrag te betalen, waarmee er zicht is op volledige betaling binnen een 17 Zie bijv. Rechtbank s-gravenhage, LJN BK3986, r.o. 3.6: Voor zover er al bij de oplegging van de schadevergoedingsmaatregel al rekening gehouden kan worden met de onvermogendheid van de betrokkene, moet de strafrechter geacht worden hier oog voor te hebben gehad en past ter zake grote terughoudendheid van de civiele rechter. 18 Rechtbank s-gravenhage 10 januari 2012, LJN BV0540, r.o Strafblad SEPTEMBER 2012 Sdu Uitgevers

4 zitten of betalen? passende termijn. 19 Dit lijkt tot nu toe de enige zaak te zijn waarin de voorzieningenrechter de ruimte had dan wel nam om een voorziening te treffen. In andere zaken waren de eisers niet succesvol, terwijl het ook in die zaken niet aan schrijnende omstandigheden ontbrak. In een zaak waarin eiser juist zijn straf had uitgezeten, inmiddels een huurhuis en werk had gevonden (waarmee hij 1050 per maand verdiende) en onder behandeling bij De Waag en Pelier stond, werd de verzochte voorlopige voorziening afgewezen. Dit hoewel zijn vrouw net zwanger was van haar vierde kind, een omstandigheid waarmee de strafrechter geen rekening had kunnen houden. De voorzieningenrechter overwoog dat het ongelukkig is dat de vervangende hechtenis aanvangt op een moment dat eiser stappen heeft ondernomen om tot resocialisatie te komen, maar oordeelde dat deze omstandigheden de tenuitvoerlegging van de vervangende hechtenis niet onrechtmatig maakt. 20 Eenzelfde overweging leidde tot afwijzing van een verzoek om een voorlopige voorziening van iemand die na zijn vrijlating met behulp van maatschappelijke en juridische dienstverlening zijn schulden aan het afbetalen was, onder behandeling stond voor zijn gokverslaving en inmiddels een eigen bedrijf aan het opstarten was. Dit zijn slechts enkele voorbeelden van zaken waarin afbetaling wel degelijk plaatsvindt, maar niet binnen de door het CJIB beoogde termijn. 5 Hoe vervangende hechtenis te voorkomen Toen in 2011 de alleenstaande moeder het kort geding verloor, omdat zij niet tot afbetaling van het gehele bedrag binnen een redelijke termijn in staat was, zij zou er immers zestien jaar over doen, had dit tot gevolg dat zij een vervangende hechtenis van 359 dagen diende uit te zitten. Haar schrijnende omstandigheden leidden tot Kamervragen aan staatssecretaris Teeven in april Op een vraag van het Kamerlid Recourt in hoeveel zaken het CJIB gebruik heeft gemaakt van de zogenaamde hardheidsclausule, antwoordde de staatsecretaris dat nog geen enkel beroep op een schrijnende situatie was gehonoreerd. Dat is opmerkelijk, nu uit de Kamerstukken blijkt dat artikel 561 lid 4 Sv, waarin een dwingende betalingstermijn stond opgenomen, juist op ver- 19 De Staat heeft hoger beroep ingesteld tegen dit vonnis op 6 februari Dit appel richt zich niet tegen het oordeel dat het geval van S. als schrijnend moet worden aangemerkt, noch tegen het oordeel dat er in zodanig geval een maximale termijn van 72 maanden een redelijke termijn voor een afbetalingsregeling is. De Staat is van mening dat er voor de halveringvan het uit hoofde van de schadevergoedingsmaatregel verschuldigde bedrag geen reden was. 20 Rechtbank s-gravenhage 10 augustus 2010, LJN BN3635, r.o zoek van het CJIB zou zijn geschrapt. De Nederlandse Vereniging van Strafrecht Advocaten heeft hiervoor bij brief van 28 juni jongstleden bij de minister van Justitie en Veiligheid aandacht gevraagd. De discretionaire bevoegdheid om af te wijken van de maximale betalingstermijnen komt het CJIB immers niet voor niets toe; daarmee zou veel leed kunnen worden voorkomen. Van de minister is bij het gereedkomen van dit artikel nog geen reactie ontvangen. Het wordt naar onze mening vaak als vanzelfsprekend aangenomen dat schade door middel van een schadevergoedingsmaatregel door het CJIB geïnd zal moeten gaan worden Omdat het CJIB kennelijk geen gebruik maakt van de discretionaire bevoegdheid om af te wijken van de maximale betalingstermijn, is het van belang dat al bij de strafrechter indien noodzakelijk verweer wordt gevoerd tegen de oplegging van de schadevergoedingsmaatregel en het aantal dagen vervangende hechtenis dat zal worden opgelegd. Gelet op de uitspraak en het proces-verbaal van de zitting had de verdediging hier in de zaak S. geen oog voor gehad. Het wordt naar onze mening vaak als vanzelfsprekend aangenomen dat schade door middel van een schadevergoedingsmaatregel door het CJIB geïnd zal moeten gaan worden. Echter, hoewel draagkracht in principe geen argument mag vormen bij het bepalen van de hoogte van de schade en het al dan niet opleggen van de schadevergoedingsmaatregel, kunnen andere (persoonlijke) omstandigheden wel worden meegewogen. De Hoge Raad heeft immers op 16 juni bepaald dat wanneer de oplegging van de schadevergoedingsmaatregel slechts tot tenuitvoerlegging van de vervangende hechtenis zal leiden, de schadevergoedingsmaatregel niet opgelegd hoeft te worden. Het Hof Leeuwarden legde in een zaak geen schadevergoedingsmaatregel op door het volgende te overwegen: Het opleggen van een vervangende hechtenis middels schadevergoedingsmaatregel zal niet leiden tot een meer voortvarende betaling, maar mogelijk wel tot een door het hof niet gewenste vrijheidsbeneming van verdachte. 22 Ook in de zaak van Milly Boele volgde de rechtbank het verweer van de ver- 21 HR 16 juni 2009, NJ 2009, Hof Leeuwarden 13 september 2010, LJN BN7112. Strafblad SEPTEMBER 2012 Sdu Uitgevers 299

5 dediging en bepaalde, gelet op de hoogte van de straf en de opgelegde tbs-maatregel, dat een vervangende hechtenis zou worden opgelegd van slechts één dag. 23 In de Amsterdamse zedenzaak tegen Robert M. werd de vordering van elk van de benadeelde partijen ook vervangen door slechts één dag hechtenis. De Rechtbank Amsterdam merkte hieromtrent expliciet op dat daarmee wordt voorkomen dat de vervangende hechtenis niet meer het karakter draagt van extra waarborg voor de betalingsverplichting, maar veeleer als een extra gevangenisstraf moet worden aangemerkt. 24 Een andere mogelijkheid om vervangende hechtenis te voorkomen, betreft het treffen van een regeling tussen veroordeelde en slachtoffer. Hoewel in 2007 nog 207 dossiers door het CJIB op deze wijze kon worden gesloten, blijkt dat in 2011 nog slechts in 25 zaken onderling een regeling werd getroffen. 25 Onbekend is wat de reden voor deze daling Een andere mogelijkheid om vervangende hechtenis te voorkomen, betreft het treffen van een regeling tussen veroordeelde en slachtoffer is geweest. Mogelijk houdt dit verband met de aard van de zaken, nu het tot stand brengen van contact tussen dader en slachtoffer niet altijd wenselijk is, zoals in eerder genoemde zaken van Robert M. of Milly Boele. In andere zaken zou een onderlinge afbetalingsregeling mogelijk wel uitkomst bieden. Bijvoorbeeld in de zaak van mevrouw S. betrof de benadeelde partij een bedrijf en was het evident dat zij wel wilde betalen, maar niet kon betalen. Door het sluiten van een deal met het slachtoffer, wordt het CJIB buiten spel gezet. Hiertoe zou in dergelijke zaken door de advocaat initiatief kunnen worden genomen. Tot slot bestaat de mogelijkheid om gratie te verzoeken. De wetgever wijst expliciet hierop, nu de schadevergoedingsverplichting als maatregel is opgenomen in het Wetboek van Strafrecht. 26 Deze mogelijkheid blijkt echter puur theoretisch. Zo nu en dan worden er wel daartoe strekkende gratieverzoeken gedaan, maar deze worden buiten behandeling gelaten. Op een door ons ingediend WOB-verzoek 27, antwoordde het Bureau Gratie dat gratie voor een opgelegde schadevergoedingsmaatregel niet mogelijk is, ook niet van een subsidiair opgelegde hechtenis. De gegevens hieromtrent worden dan ook niet bijgehouden. Overigens zou gratie ook niet de civielrechtelijke betalingsverplichting van de veroordeelde opheffen Conclusie Onbetwist is dat men van een kale kip niet kan plukken. In de praktijk blijkt dat het stringent vasthouden aan het beleid zoals vervat in de Aanwijzing executie door het CJIB tot schrijnende situaties leidt. Het op deze wijze uitoefenen van pressie op veroordeelden die aantoonbaar wel willen betalen, maar niet kunnen betalen is zinloos, voor dader en slachtoffer. Het uitzitten van de vervangende hechtenis leidt in voornoemde zaken niet alleen tot verslechtering van de situatie van de veroordeelde, maar ook van het slachtoffer. Detentie gaat immers vaak gepaard gaat met verlies van huis, inkomen en het ontstaan of toenemen van de schulden. Het slachtoffer zal in dat geval nog minder, dan wel niets meer, ontvangen. Ook de motivatie voor de veroordeelde om na de vervangende hechtenis alsnog te betalen zal uiteraard niet toenemen. Het slachtoffer wordt dientengevolge een tweede maal benadeeld en de staat draait niet alleen op voor de kosten van de vervangende hechtenis, maar veelal ook voor de resocialisatiekosten die reeds zijn gemaakt en in de toekomst wederom moeten worden gemaakt. Het executeren van de vervangende hechtenis in voornoemde zaken maakt dan ook van elke betrokken partij, de veroordeelde, het slachtoffer en de Staat, een verliezer. Door wijziging van (de uitvoering van) het beleid van het CJIB ten aanzien van de schrijnende omstandigheden van de veroordeelde, kunnen procedures bij de voorzieningenrechter worden voorkomen. Ook indien advocaten tijdens de strafzaak (meer) oog hebben voor de (mogelijk) toekomstige consequenties van de schadevergoedingsmaatregel, kan belangrijke winst worden geboekt voor de cliënt. De praktijk leert immers dat de voorzieningenrechter achteraf weinig ruimte toekomt en gedane zaken daarom geen keer nemen. 23 Rechtbank Dordrecht 26 november 2010, LJN BO Rechtbank Amsterdam 21 mei 2012, LJN BW Cijferbijlage jaarbericht 2011 van het Centraal Justitieel Incassobureau, p Kamerstukken II 1989/90, , nr. 3, p Verzoek op grond van de Wet openbaarheid bestuur. 28 Het slachtoffer dient zich dan tot de burgerlijke rechter te wenden om een executoriale titel te verkrijgen. 300 Strafblad SEPTEMBER 2012 Sdu Uitgevers

Kale kikker of toch kale kip?

Kale kikker of toch kale kip? Kale kikker of toch kale kip? Martine Wouters Het slachtoffer is de afgelopen jaren steeds centraler komen te staan in de Nederlandse straf(proces)wetgeving. 1 Vanaf 1 januari 2014 is het mogelijk om conservatoir

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2017:2679

ECLI:NL:RBDHA:2017:2679 ECLI:NL:RBDHA:2017:2679 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 17-03-2017 Datum publicatie 21-03-2017 Zaaknummer C/09/525879 / KG ZA 17/111 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Verbintenissenrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2017:4929

ECLI:NL:RBDHA:2017:4929 ECLI:NL:RBDHA:2017:4929 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 10-05-2017 Datum publicatie 12-05-2017 Zaaknummer C/09/529332 / KG ZA 17-374 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Verbintenissenrecht

Nadere informatie

Slachtofferhulp. concept wetsvoorstel betreffende hétieggen van conservatoir beslag door de staat voor slachtoffers van misdrijven.

Slachtofferhulp. concept wetsvoorstel betreffende hétieggen van conservatoir beslag door de staat voor slachtoffers van misdrijven. ~,tl~ 3 / Nootailfafiltoor 7: ~.,1 e d 1ff 0 Postbus 14208 3508 SH Utrecht Pallas Athertedreef 27 3561 PE Utrecht 03023401 16 F 030 231 76 55 info@s~achtofferhuip.fli w www.s}achtofferhulp.ni / Ministerie

Nadere informatie

Beoordeling Bevindingen

Beoordeling Bevindingen Rapport 2 h2>klacht Verzoeker klaagt er over dat het Centraal Justitieel Incasso Bureau (CJIB) hem geen uitstel van betaling voor onbepaalde tijd verleent ten aanzien van de aan hem opgelegde schadevergoedingsmaatregel,

Nadere informatie

Datum 2 augustus 2010 Onderwerp Beantwoording Kamervragen over het toepassen van vervangende hechtenis door het CJIB

Datum 2 augustus 2010 Onderwerp Beantwoording Kamervragen over het toepassen van vervangende hechtenis door het CJIB 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Schedeldoekshaven 100 2511 EX Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den

Nadere informatie

arrest GERECHTSHOF AMSTERDAM Parketnummer: X Datum uitspraak: 20 oktober 2016 TEGENSPRAAK (gemachtigde raadsman)

arrest GERECHTSHOF AMSTERDAM Parketnummer: X Datum uitspraak: 20 oktober 2016 TEGENSPRAAK (gemachtigde raadsman) arrest GERECHTSHOF AMSTERDAM Parketnummer: X Datum uitspraak: 20 oktober 2016 TEGENSPRAAK (gemachtigde raadsman) Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis

Nadere informatie

Vergoeding kosten van de bank bij conservatoir beslag

Vergoeding kosten van de bank bij conservatoir beslag RAPPORT Vergoeding kosten van de bank bij conservatoir beslag Een onderzoek naar een afwijzing van het Openbaar Ministerie in Den Haag om kosten na vrijspraak te vergoeden. Oordeel Op basis van het onderzoek

Nadere informatie

Rapport. Datum: 29 november 2007 Rapportnummer: 2007/277

Rapport. Datum: 29 november 2007 Rapportnummer: 2007/277 Rapport Datum: 29 november 2007 Rapportnummer: 2007/277 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat het Centraal Justitieel Incassobureau (CJIB) te Leeuwarden ten aanzien van de zelfmeldprocedure en elektronische

Nadere informatie

Rapport. Datum: 23 februari 2007 Rapportnummer: 2007/038

Rapport. Datum: 23 februari 2007 Rapportnummer: 2007/038 Rapport Datum: 23 februari 2007 Rapportnummer: 2007/038 2 Klacht Verzoeker klaagt er over dat het Centraal Justitieel Incasso Bureau (CJIB) het bedrag dat zijn pleegzoon heeft betaald, onjuist heeft verwerkt,

Nadere informatie

U hebt een schadevergoeding toegewezen gekregen

U hebt een schadevergoeding toegewezen gekregen Regelingen en voorzieningen CODE 6.5.3.7 U hebt een schadevergoeding toegewezen gekregen bronnen www.cjib.nl, januari 2011 Openbaar Ministerie, brochure: Hoe krijg ik mijn schade vergoed? januari 2011

Nadere informatie

Rapport. Rapport naar aanleiding van een klacht over het Ministerie van Veiligheid. en Justitie. Publicatiedatum: 23 september 2014

Rapport. Rapport naar aanleiding van een klacht over het Ministerie van Veiligheid. en Justitie. Publicatiedatum: 23 september 2014 Rapport Rapport naar aanleiding van een klacht over het Ministerie van Veiligheid en Justitie. Publicatiedatum: 23 september 2014 Rapportnummer: 2014 /122 20 14/122 d e Natio nale o mb ud sman 1/5 Feiten

Nadere informatie

ECLI:NL:GHLEE:2011:BP4388

ECLI:NL:GHLEE:2011:BP4388 ECLI:NL:GHLEE:2011:BP4388 Instantie Datum uitspraak 10-02-2011 Datum publicatie 14-02-2011 Gerechtshof Leeuwarden Zaaknummer 24-001943-10 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBLEE:2009:BJ8522

ECLI:NL:RBLEE:2009:BJ8522 ECLI:NL:RBLEE:2009:BJ8522 Instantie Rechtbank Leeuwarden Datum uitspraak 17-09-2009 Datum publicatie 24-09-2009 Zaaknummer 99339 / KG ZA 09-274 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

HoE krijg Ik mijn ScHADE vergoed?

HoE krijg Ik mijn ScHADE vergoed? Hoe krijg ik mijn schade vergoed? De schadevergoedingsmaatregel Heeft u als gevolg van een misdrijf schade geleden, dan is het strafproces een manier om uw schade vergoed te krijgen. Als de rechter vindt

Nadere informatie

ECLI:NL:GHLEE:2009:BK2993

ECLI:NL:GHLEE:2009:BK2993 ECLI:NL:GHLEE:2009:BK2993 Instantie Datum uitspraak 11-11-2009 Datum publicatie 11-11-2009 Gerechtshof Leeuwarden Zaaknummer 24-002029-08 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBSGR:2010:BM5070

ECLI:NL:RBSGR:2010:BM5070 ECLI:NL:RBSGR:2010:BM5070 Instantie Datum uitspraak 12-05-2010 Datum publicatie 19-05-2010 Rechtbank 's-gravenhage Zaaknummer 365458 - KG ZA 10-564 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

In cassatie op : ECLI:NL:GHAMS:2013:417, (Gedeeltelijke) vernietiging en zelf afgedaan Conclusie: ECLI:NL:PHR:2014:1483

In cassatie op : ECLI:NL:GHAMS:2013:417, (Gedeeltelijke) vernietiging en zelf afgedaan Conclusie: ECLI:NL:PHR:2014:1483 ECLI:NL:HR:2014:2652 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 09-09-2014 Datum publicatie 10-09-2014 Zaaknummer 13/01257 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie In cassatie op

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2001 321 Besluit van 4 juli 2001 tot wijziging van het Besluit tenuitvoerlegging geldboetevonnissen, het Besluit tenuitvoerlegging ontnemings- en

Nadere informatie

ECLI:NL:HR:2010:BO2558

ECLI:NL:HR:2010:BO2558 ECLI:NL:HR:2010:BO2558 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 02-11-2010 Datum publicatie 03-11-2010 Zaaknummer 09/00354 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2010:BO2558

Nadere informatie

De positie van het slachtoffer in het strafproces. 3.2. De benadeelde. 3.3. Nabestaanden. 3.4. Splitsing van de vordering door de benadeelde

De positie van het slachtoffer in het strafproces. 3.2. De benadeelde. 3.3. Nabestaanden. 3.4. Splitsing van de vordering door de benadeelde 3. Schadevergoeding (voegen) 3.2. De benadeelde Degene die rechtstreeks schade heeft geleden door een strafbaar feit, kan zich ter zake van zijn vordering tot schadevergoeding als benadeelde partij voegen

Nadere informatie

Datum 18 mei 2011 Onderwerp Beantwoording Kamervragen over bericht Mishandelde bejaarde moet zelf achter daders aan

Datum 18 mei 2011 Onderwerp Beantwoording Kamervragen over bericht Mishandelde bejaarde moet zelf achter daders aan 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Staatssecretaris van Veiligheid en Schedeldoekshaven 100 2511 EX

Nadere informatie

RAPPORT 2001/281, NATIONALE OMBUDSMAN 14 SEPTEMBER 2001

RAPPORT 2001/281, NATIONALE OMBUDSMAN 14 SEPTEMBER 2001 RAPPORT 2001/281, NATIONALE OMBUDSMAN 14 SEPTEMBER 2001 Klacht 1 Beoordeling 1 Conclusie 5 Aanbeveling 6 Onderzoek 6 Bevindingen 6 Achtergrond 9 KLACHT Verzoeker klaagt erover dat het Centraal Justitieel

Nadere informatie

Rapport. Datum: 14 september 2001 Rapportnummer: 2001/281

Rapport. Datum: 14 september 2001 Rapportnummer: 2001/281 Rapport Datum: 14 september 2001 Rapportnummer: 2001/281 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat het Centraal Justitieel Incassobureau te Leeuwarden (CJIB) ter executie van de op 24 maart 1998 ten gunste

Nadere informatie

Datum 5 november 2012 Onderwerp Antwoorden kamervragen over strafrechtelijke ontruiming van krakers

Datum 5 november 2012 Onderwerp Antwoorden kamervragen over strafrechtelijke ontruiming van krakers 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Schedeldoekshaven 100 2511 EX Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den

Nadere informatie

ECLI:NL:RBLIM:2017:4418

ECLI:NL:RBLIM:2017:4418 ECLI:NL:RBLIM:2017:4418 Instantie Rechtbank Limburg Datum uitspraak 04052017 Datum publicatie 15052017 Zaaknummer C/03/232895 / KG ZA 17112 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

Uitvoeringsbesluit voorschot schadevergoedingsmaatregel

Uitvoeringsbesluit voorschot schadevergoedingsmaatregel Regelingen en voorzieningen CODE 6.5.6.441 Uitvoeringsbesluit voorschot schadevergoedingsmaatregel tekst + toelichting bronnen Staatsblad 2010, 311 datum inwerkingtreding 1.1.2011 Het Uitvoeringsbesluit

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2016:5635 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHAMS:2016:5635 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer ECLI:NL:GHAMS:2016:5635 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 10-11-2016 Datum publicatie 29-12-2016 Zaaknummer 23-000872-16 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Hoger

Nadere informatie

Artikel 3:40 Een besluit treedt niet in werking voordat het is bekendgemaakt.

Artikel 3:40 Een besluit treedt niet in werking voordat het is bekendgemaakt. Wetgeving Algemene wet bestuursrecht Artikel 1:3 1. Onder besluit wordt verstaan: een schriftelijke beslissing van een bestuursorgaan, inhoudende een publiekrechtelijke rechtshandeling. 2. Onder beschikking

Nadere informatie

ECLI:NL:RBAMS:2011:BU5011

ECLI:NL:RBAMS:2011:BU5011 ECLI:NL:RBAMS:2011:BU5011 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 16-11-2011 Datum publicatie 18-11-2011 Zaaknummer 13/656781-11 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg - meervoudig

Nadere informatie

Uitspraak. Parketnummer: Datum uitspraak: 17 november 2016 VERSTEK

Uitspraak. Parketnummer: Datum uitspraak: 17 november 2016 VERSTEK ECLI:NL:GHAMS:2016:5593 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 17-11-2016 Datum publicatie 29-12-2016 Zaaknummer 23-001668-16 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARN:2011:BQ0420

ECLI:NL:GHARN:2011:BQ0420 ECLI:NL:GHARN:2011:BQ0420 Instantie Gerechtshof Arnhem Datum uitspraak 05-04-2011 Datum publicatie 07-04-2011 Zaaknummer 21-002244-10 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Hoger

Nadere informatie

Rapport. Datum: 22 september 2003 Rapportnummer: 2003/329

Rapport. Datum: 22 september 2003 Rapportnummer: 2003/329 Rapport Datum: 22 september 2003 Rapportnummer: 2003/329 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat het Centraal Justitieel Incasso Bureau (CJIB) de gegevens van het arrest van het gerechtshof Arnhem van 20

Nadere informatie

ontnemingsbeslissing

ontnemingsbeslissing ontnemingsbeslissing GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN CURAÇAO Parketnummer: 500.00339/16 Uitspraak: : 8 mei 2019 Tegenspraak Beslissing van dit gerecht van 8 mei 2019 gegeven op de vordering van het openbaar

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSHE:2013:BZ8341

ECLI:NL:GHSHE:2013:BZ8341 ECLI:NL:GHSHE:2013:BZ8341 Instantie Datum uitspraak 24-04-2013 Datum publicatie 24-04-2013 Zaaknummer 20-000702-11 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-hertogenbosch Strafrecht

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 44630 31 december 2015 Besluit van de Minister van Veiligheid en Justitie van 2 december 2015, kenmerk 708251, tot vaststelling

Nadere informatie

ECLI:NL:RBUTR:2011:BT1675

ECLI:NL:RBUTR:2011:BT1675 ECLI:NL:RBUTR:2011:BT1675 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 07-09-2011 Datum publicatie 15-09-2011 Zaaknummer 16-600572-11 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:GHDHA:2016:935

ECLI:NL:GHDHA:2016:935 ECLI:NL:GHDHA:2016:935 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 31-03-2016 Datum publicatie 06-04-2016 Zaaknummer 22-004068-15 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARL:2013:BZ4692

ECLI:NL:GHARL:2013:BZ4692 ECLI:NL:GHARL:2013:BZ4692 Instantie Datum uitspraak 19-03-2013 Datum publicatie 19-03-2013 Zaaknummer 21-000368-12 Formele relaties Rechtsgebieden Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Eerste aanleg: ECLI:NL:RBGRO:2009:BH3578,

Nadere informatie

LJN: BV6124,Voorzieningenrechter Rechtbank Arnhem, Datum uitspraak: Datum publicatie:

LJN: BV6124,Voorzieningenrechter Rechtbank Arnhem, Datum uitspraak: Datum publicatie: LJN: BV6124,Voorzieningenrechter Rechtbank Arnhem, 225359 Datum uitspraak: 15-02-2012 Datum publicatie: Rechtsgebied: 17-02-2012 Handelszaak Soort procedure: Kort geding Inhoudsindicatie: In deze zaak

Nadere informatie

CLI:NL:RBMNE:2014:6501

CLI:NL:RBMNE:2014:6501 CLI:NL:RBMNE:2014:6501 Instantie: Rechtbank Midden-Nederland Datum uitspraak: 09-12-2014 Datum publicatie: 09-12-2014 Zaaknummer: 16/711877-11 (ontneming) Rechtsgebieden: Strafrecht Bijzondere kenmerken:

Nadere informatie

Uitspraak. Afdeling strafrecht. Parketnummer: Datum uitspraak: 1 november TEGENSPRAAK (gemachtigd raadsman)

Uitspraak. Afdeling strafrecht. Parketnummer: Datum uitspraak: 1 november TEGENSPRAAK (gemachtigd raadsman) ECLI:NL:GHAMS:2016:5673 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 01-11-2016 Datum publicatie 30-12-2016 Zaaknummer 23-003159-15 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2017:886

ECLI:NL:RBROT:2017:886 ECLI:NL:RBROT:2017:886 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 19-01-2017 Datum publicatie 03-02-2017 Zaaknummer C/10/518779 / KG ZA 17-53 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

34300 VI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Veiligheid en Justitie (VI) voor het jaar 2016

34300 VI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Veiligheid en Justitie (VI) voor het jaar 2016 34300 VI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Veiligheid en Justitie (VI) voor het jaar 2016 Nr. 75 Brief van de minister van Veiligheid en Justitie Aan de Voorzitter van de Tweede

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2009:BI9049

ECLI:NL:CRVB:2009:BI9049 ECLI:NL:CRVB:2009:BI9049 Instantie Datum uitspraak 28-05-2009 Datum publicatie 22-06-2009 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 07-4976 AOW Bestuursrecht

Nadere informatie

Rapport. Rapport over een klacht over het openbaar ministerie. Bestuursorgaan: de minister van Veiligheid en Justitie uit Den Haag.

Rapport. Rapport over een klacht over het openbaar ministerie. Bestuursorgaan: de minister van Veiligheid en Justitie uit Den Haag. Rapport Rapport over een klacht over het openbaar ministerie. Bestuursorgaan: de minister van Veiligheid en Justitie uit Den Haag. Datum: 27 september 2011 Rapportnummer: 2011/281 2 Klacht Verzoeker klaagt

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSGR:2009:BH2061

ECLI:NL:GHSGR:2009:BH2061 ECLI:NL:GHSGR:2009:BH2061 Instantie Datum uitspraak 03-02-2009 Datum publicatie 05-02-2009 Gerechtshof 's-gravenhage Zaaknummer 22-002670-08 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht

Nadere informatie

Rapport. Rapport over een klacht over het College van procureurs-generaal te Den Haag. Datum: 25 februari 2014. Rapportnummer: 2014/010

Rapport. Rapport over een klacht over het College van procureurs-generaal te Den Haag. Datum: 25 februari 2014. Rapportnummer: 2014/010 Rapport Rapport over een klacht over het College van procureurs-generaal te Den Haag. Datum: 25 februari 2014 Rapportnummer: 2014/010 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat het College van procureurs-generaal

Nadere informatie

Algemene bepalingen. Transactie DDD. Na titel VIII wordt een titel ingevoegd, luidende: TITEL VIIIA BIJZONDERE BEPALINGEN VOOR JEUGDIGEN.

Algemene bepalingen. Transactie DDD. Na titel VIII wordt een titel ingevoegd, luidende: TITEL VIIIA BIJZONDERE BEPALINGEN VOOR JEUGDIGEN. DDD Na titel VIII wordt een titel ingevoegd, luidende: TITEL VIIIA BIJZONDERE BEPALINGEN VOOR JEUGDIGEN Algemene bepalingen Artikel 79a Ten aanzien van degene die ten tijde van het begaan van een strafbaar

Nadere informatie

ECLI:NL:GHLEE:2011:BU1518

ECLI:NL:GHLEE:2011:BU1518 ECLI:NL:GHLEE:2011:BU1518 Instantie Datum uitspraak 17-10-2011 Datum publicatie 25-10-2011 Gerechtshof Leeuwarden Zaaknummer 24-003332-09 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht

Nadere informatie

ONDERZOEK OP DE TERECHTZITTING Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 15 oktober 2015.

ONDERZOEK OP DE TERECHTZITTING Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 15 oktober 2015. ECLI:NL:RBROT:2015:7773 Instantie: Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak: 29-10-2015 Datum publicatie: 02-11-2015 Zaaknummer: 11/870399-12.ov Rechtsgebieden: Strafrecht Bijzondere kenmerken: Eerste aanleg

Nadere informatie

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep van 24 augustus 2016.

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep van 24 augustus 2016. ECLI:NL:GHAMS:2016:5663 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 07-09-2016 Datum publicatie 30-12-2016 Zaaknummer 23-000259-16 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:PHR:2014:1700 Parket bij de Hoge Raad Datum conclusie Datum publicatie Zaaknummer 12/04833

ECLI:NL:PHR:2014:1700 Parket bij de Hoge Raad Datum conclusie Datum publicatie Zaaknummer 12/04833 ECLI:NL:PHR:2014:1700 Instantie Parket bij de Hoge Raad Datum conclusie 01-07-2014 Datum publicatie 26-09-2014 Zaaknummer 12/04833 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken - Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:RBNNE:2015:389

ECLI:NL:RBNNE:2015:389 ECLI:NL:RBNNE:2015:389 Instantie Datum uitspraak 03-02-2015 Datum publicatie 03-02-2015 Zaaknummer Awb 15/245 Rechtsgebieden Rechtbank Noord-Nederland Bestuursrecht Bijzondere kenmerken Voorlopige voorziening

Nadere informatie

ECLI:NL:HR:2013:1157. 1 Geding in cassatie. 2 Beoordeling van het eerste middel. 3 Beoordeling van het derde middel. Uitspraak.

ECLI:NL:HR:2013:1157. 1 Geding in cassatie. 2 Beoordeling van het eerste middel. 3 Beoordeling van het derde middel. Uitspraak. ECLI:NL:HR:2013:1157 Uitspraak 12 november 2013 Strafkamer nr. 11/04366 P Hoge Raad der Nederlanden Arrest op het beroep in cassatie tegen een bij verstek gewezen uitspraak van het Gerechtshof te Amsterdam

Nadere informatie

Civielrechtelijke aspecten van de schadevergoedingsmaatregel

Civielrechtelijke aspecten van de schadevergoedingsmaatregel Civielrechtelijke aspecten van de schadevergoedingsmaatregel M r. I. C. E n g e l s e n m r. G. C. N i e u w l a n d * 1 Inleiding Bij wet van 23 december 1992 is in art. 36f van het Wetboek van Strafrecht

Nadere informatie

Rapport. Datum: 1 juli 1998 Rapportnummer: 1998/258

Rapport. Datum: 1 juli 1998 Rapportnummer: 1998/258 Rapport Datum: 1 juli 1998 Rapportnummer: 1998/258 2 Klacht Op 10 oktober 1997 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van de heer D. te Heemstede, met een klacht over een gedraging van de Huurcommissie

Nadere informatie

ECLI:NL:GHLEE:2010:BO3296

ECLI:NL:GHLEE:2010:BO3296 ECLI:NL:GHLEE:2010:BO3296 Instantie Datum uitspraak 05-11-2010 Datum publicatie 08-11-2010 Gerechtshof Leeuwarden Zaaknummer 24-000669-10 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBAMS:2011:BQ4413

ECLI:NL:RBAMS:2011:BQ4413 ECLI:NL:RBAMS:2011:BQ4413 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 19-04-2011 Datum publicatie 13-05-2011 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie awb 09-5337 wwb en awb 10-4936

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2016:1754

ECLI:NL:RBROT:2016:1754 ECLI:NL:RBROT:2016:1754 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 09-03-2016 Datum publicatie 09-03-2016 Zaaknummer ROT 16/920 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursprocesrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2017:9296

ECLI:NL:RBDHA:2017:9296 ECLI:NL:RBDHA:2017:9296 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 08-05-2017 Datum publicatie 17-08-2017 Zaaknummer C/09/531370 / KG ZA 17/527 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Verbintenissenrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2014:3775

ECLI:NL:GHAMS:2014:3775 ECLI:NL:GHAMS:2014:3775 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 01-07-2014 Datum publicatie 05-12-2014 Zaaknummer 23-004323-13 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSHE:2017:3619

ECLI:NL:GHSHE:2017:3619 ECLI:NL:GHSHE:2017:3619 Instantie Datum uitspraak 15-08-2017 Datum publicatie 16-08-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-hertogenbosch 200.216.119_01

Nadere informatie

ECLI:NL:GHDHA:2014:205

ECLI:NL:GHDHA:2014:205 ECLI:NL:GHDHA:2014:205 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 06-02-2014 Datum publicatie 06-02-2014 Zaaknummer 2200071413 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie

Nadere informatie

Beoordeling. h2>klacht

Beoordeling. h2>klacht Rapport 2 h2>klacht Verzoeker (advocaat) klaagt erover dat een met naam genoemde officier van justitie te Breda hem op 10 november 2006 pas één minuut voor aanvang van de behandeling van zijn ingediende

Nadere informatie

ECLI:NL:RBMAA:2011:BP5002

ECLI:NL:RBMAA:2011:BP5002 ECLI:NL:RBMAA:2011:BP5002 Instantie Rechtbank Maastricht Datum uitspraak 16-02-2011 Datum publicatie 17-02-2011 Zaaknummer 03-702714-08 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg - meervoudig

Nadere informatie

ECLI:NL:RBOVE:2016:1480. Datum uitspraak: Datum publicatie: Bijzondere kenmerken: Eerste aanleg - meervoudig.

ECLI:NL:RBOVE:2016:1480. Datum uitspraak: Datum publicatie: Bijzondere kenmerken: Eerste aanleg - meervoudig. ECLI:NL:RBOVE:2016:1480 Instantie: Rechtbank Overijssel Datum uitspraak: 26-04-2016 Datum publicatie: 26-04-2016 Zaaknummer: 08.910038-15 (P) Rechtsgebieden: Strafrecht Bijzondere kenmerken: Eerste aanleg

Nadere informatie

EXECUTIE EN VERREKENING

EXECUTIE EN VERREKENING EXECUTIE EN VERREKENING Geregeld komt het in familiezaken voor dat in het dictum van de uitspraak niet het bedrag wordt genoemd dat de één aan de ander verschuldigd is. Vaak gebeurt dit in verdelingszaken

Nadere informatie

Datum 2 september 2013 Onderwerp Antwoorden kamervragen over het gijzelen van mensen bij het niet betalen van (verkeers)boetes

Datum 2 september 2013 Onderwerp Antwoorden kamervragen over het gijzelen van mensen bij het niet betalen van (verkeers)boetes 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj

Nadere informatie

Een onderzoek naar het geen gevolg geven aan een rechterlijke uitspraak door het Openbaar Ministerie te Den Haag

Een onderzoek naar het geen gevolg geven aan een rechterlijke uitspraak door het Openbaar Ministerie te Den Haag Rapport Een onderzoek naar het geen gevolg geven aan een rechterlijke uitspraak door het Openbaar Ministerie te Den Haag Oordeel Op basis van het onderzoek vindt de klacht over het Openbaar Ministerie

Nadere informatie

JOR 2017/224, Gerechtshof Amsterdam, , ECLI:NL:GHAMS:2017:2172, (annotatie)

JOR 2017/224, Gerechtshof Amsterdam, , ECLI:NL:GHAMS:2017:2172, (annotatie) Over dit document: Jurisprudentie, gepubliceerd Bron: JOR JOR 2017/224 Gerechtshof Amsterdam, 07-06-2017, 23-003027-16, ECLI:NL:GHAMS:2... Wetsbepaling(en): BW BOEK 2 artikel 394, BW BOEK 2 artikel 395A,

Nadere informatie

ECLI:NL:GHDHA:2015:84

ECLI:NL:GHDHA:2015:84 ECLI:NL:GHDHA:2015:84 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 27-01-2015 Datum publicatie 27-01-2015 Zaaknummer 22000511-14 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSHE:2014:2181

ECLI:NL:GHSHE:2014:2181 ECLI:NL:GHSHE:2014:2181 Instantie Datum uitspraak 15-07-2014 Datum publicatie 16-07-2014 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-hertogenbosch HD 200.132.743_01 Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2016:10161

ECLI:NL:RBROT:2016:10161 ECLI:NL:RBROT:2016:10161 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 04-11-2016 Datum publicatie 13-01-2017 Zaaknummer 10/710336-16 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RBARN:2010:BM1303

ECLI:NL:RBARN:2010:BM1303 ECLI:NL:RBARN:2010:BM1303 Instantie Rechtbank Arnhem Datum uitspraak 14-04-2010 Datum publicatie 15-04-2010 Zaaknummer 198015 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht Kort geding

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2016:2091 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHAMS:2016:2091 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer ECLI:NL:GHAMS:2016:2091 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 03-06-2016 Datum publicatie 16-08-2016 Zaaknummer 23-003649-15 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Hoger

Nadere informatie

Management samenvatting

Management samenvatting Management samenvatting Achtergrond, doelstelling en aanpak Op 1 januari 2014 is de Wet conservatoir beslag ten behoeve van het slachtoffer (hierna: conservatoir beslag) 1 in werking getreden. Doel van

Nadere informatie

thans uit anderen hoofde gedetineerd in het Huis van Bewaring [locatie] te [plaats 2],

thans uit anderen hoofde gedetineerd in het Huis van Bewaring [locatie] te [plaats 2], ECLI:NL:RBAMS:2013:3850 Uitspraak RECHTBANK AMSTERDAM INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER Parketnummer: 13/737331-13 RK nummer: 13/2646 Datum uitspraak: 28 juni 2013 UITSPRAAK op de vordering ex artikel 23

Nadere informatie

ECLI:NL:RBNHO:2015:1805

ECLI:NL:RBNHO:2015:1805 ECLI:NL:RBNHO:2015:1805 Uitspraak Vonnis RECHTBANK NOORD-HOLLAND, LOCATIE HAARLEM Strafrecht Datum uitspraak : 10 maart 2015 Parketnummer: 15/840083-08 (ontneming) Vonnis ex artikel 36e van het Wetboek

Nadere informatie

ECLI:NL:GHLEE:2009:BH4974 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHLEE:2009:BH4974 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer ECLI:NL:GHLEE:2009:BH4974 Instantie Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak 05-03-2009 Datum publicatie 05-03-2009 Zaaknummer 24-002073-08 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2011 2012 32 853 Wijziging van de regeling van de bevrijdende verjaring in het Burgerlijk Wetboek in geval van schade veroorzaakt door strafbare feiten C

Nadere informatie

Rapport. Rapport betreffende een klacht over het Centraal Justitieel Incasso Bureau en/of het Openbaar Ministerie. Datum: 14 november 2011

Rapport. Rapport betreffende een klacht over het Centraal Justitieel Incasso Bureau en/of het Openbaar Ministerie. Datum: 14 november 2011 Rapport Rapport betreffende een klacht over het Centraal Justitieel Incasso Bureau en/of het Openbaar Ministerie. Datum: 14 november 2011 Rapportnummer: 2011/338 2 Klacht Op 8 december 2008 heeft een kantonrechter

Nadere informatie

Uitspraak. parketnummer: datum uitspraak: 3 november 2016 TEGENSPRAAK

Uitspraak. parketnummer: datum uitspraak: 3 november 2016 TEGENSPRAAK ECLI:NL:GHAMS:2016:5390 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 03-11-2016 Datum publicatie 21-12-2016 Zaaknummer 23-003117-15 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARL:2013:BZ0609

ECLI:NL:GHARL:2013:BZ0609 ECLI:NL:GHARL:2013:BZ0609 Instantie Datum uitspraak 06-02-2013 Datum publicatie 06-02-2013 Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Zaaknummer 200.085.406, 200.085.407, 200.085.408 en 200.085.409 Rechtsgebieden Bijzondere

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSGR:2003:AI1012

ECLI:NL:GHSGR:2003:AI1012 ECLI:NL:GHSGR:2003:AI1012 Instantie Datum uitspraak 11-06-2003 Datum publicatie 12-08-2003 Zaaknummer 2200326602 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-gravenhage

Nadere informatie

Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG

Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Directoraat-Generaal Jeugd en Sanctietoepassing Directie Sanctie- en

Nadere informatie

Rapport. Datum: 9 november 2005 Rapportnummer: 2005/345

Rapport. Datum: 9 november 2005 Rapportnummer: 2005/345 Rapport Datum: 9 november 2005 Rapportnummer: 2005/345 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat het Centraal Justitieel Incasso Bureau te Leeuwarden onvoldoende heeft getracht de door de politierechter te

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2015:5213 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHAMS:2015:5213 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer ECLI:NL:GHAMS:2015:5213 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 16-12-2015 Datum publicatie 16-12-2015 Zaaknummer 23-000433-15 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2005:AT3000

ECLI:NL:CRVB:2005:AT3000 ECLI:NL:CRVB:2005:AT3000 Instantie Datum uitspraak 21-03-2005 Datum publicatie 01-04-2005 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 05-1503 MAW-VV Bestuursrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2016:3674

ECLI:NL:GHAMS:2016:3674 ECLI:NL:GHAMS:2016:3674 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 12-09-2016 Datum publicatie 12-09-2016 Zaaknummer 23-004422-15 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie

Nadere informatie

Rapport. Rapport over een klacht over het Centraal Justitieel Incasso Bureau uit Leeuwarden. Bestuursorgaan: de minister van Veiligheid en Justitie

Rapport. Rapport over een klacht over het Centraal Justitieel Incasso Bureau uit Leeuwarden. Bestuursorgaan: de minister van Veiligheid en Justitie Rapport Rapport over een klacht over het Centraal Justitieel Incasso Bureau uit Leeuwarden. Bestuursorgaan: de minister van Veiligheid en Justitie Datum: 3 maart 2011 Rapportnummer: 2011/0077 2 Klacht

Nadere informatie

Rapport. Oordeel. Op basis van het onderzoek vindt de Nationale ombudsman de klacht over het Openbaar Ministerie gegrond.

Rapport. Oordeel. Op basis van het onderzoek vindt de Nationale ombudsman de klacht over het Openbaar Ministerie gegrond. Rapport Een onderzoek naar klachten over het niet eerder seponeren van een strafzaak en over het doorsturen van een verzoek om schadevergoeding naar de rechtbank. Oordeel Op basis van het onderzoek vindt

Nadere informatie

Parketnummer: /17 Uitspraak: 2 november 2018 Tegenspraak

Parketnummer: /17 Uitspraak: 2 november 2018 Tegenspraak vonnis GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN CURAÇAO Parketnummer: 500.00480/17 Uitspraak: 2 november 2018 Tegenspraak Vonnis van dit Gerecht in de strafzaak tegen de verdachte: R.M.C., geboren op Curaçao, wonende

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSGR:2010:BO0993

ECLI:NL:GHSGR:2010:BO0993 ECLI:NL:GHSGR:2010:BO0993 Instantie Datum uitspraak 07-09-2010 Datum publicatie 18-10-2010 Gerechtshof 's-gravenhage Zaaknummer 22-005986-09 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht

Nadere informatie

Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving

Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving ϕ Ministerie van Justitie Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving Directie Juridische en Operationele Aangelegenheden Postadres: Postbus 2030, 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede

Nadere informatie

ECLI:NL:GHDHA:2013:4308

ECLI:NL:GHDHA:2013:4308 ECLI:NL:GHDHA:2013:4308 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 12-11-2013 Datum publicatie 14-11-2013 Zaaknummer 200.092.575 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht Hoger

Nadere informatie

Leidraad voor het nakijken van de toets

Leidraad voor het nakijken van de toets Leidraad voor het nakijken van de toets STRAFPROCESRECHT 14 OKTOBER 2011 (Uit het antwoord moet blijken dat de cursist de stof heeft begrepen en juist heeft toegepast; een enkel ja of nee is niet voldoende)

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2015:4468

ECLI:NL:RBROT:2015:4468 ECLI:NL:RBROT:2015:4468 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 24-06-2015 Datum publicatie 14-07-2015 Zaaknummer C-10-459512 - HA ZA 14-950 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARN:2009:BH3792

ECLI:NL:GHARN:2009:BH3792 ECLI:NL:GHARN:2009:BH3792 Instantie Gerechtshof Arnhem Datum uitspraak 23-02-2009 Datum publicatie 26-02-2009 Zaaknummer 24-001873-06 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Hoger

Nadere informatie