Plan van aanpak Uitbraak gastro-enteritis in zorginstelling
|
|
- Lander de Koning
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Plan van aanpak Uitbraak gastro-enteritis in zorginstelling Auteur: A. Theuws Decos: Titel: Plan van aanpak Uitbraak gastro-enteritis in zorginstelling Versie: 0.8 Aangepaste versie voor buiten de regio. Datum: 16 januari 2015 GGD West-Brabant
2 Inhoudsopgave Samenvatting / stroomdiagram 4 Pagina 1. Achtergrondinformatie gastro-enteritis Wat is het? Ziekteverwekkers Norovirus Besmetting en besmettelijkheid Besmetting Besmettelijkheid Incubatietijd Immuniteit Risicopatiënten 6 2. Diagnostiek 7 3. Wet Publieke Gezondheid: Meldplicht instellingen artikel Plan van aanpak uitbraak gastro-enteritis Informatieverzameling na diagnose en informeren GGD Start registratie zieken Samenstellen uitbraakteam Communicatie in- en extern Afspraken De boodschap Ondersteunende materialen Hygiëneadviezen en -maatregelen Organisatorische maatregelen Handhygiëne Dienstkleding/beschermende kleding Hygiënisch werken Reiniging en desinfectie Wasinstructie Opheffen van de maatregelen Eindronde Na de uitbraak Bronvermelding 21
3 Bijlagen 1. Registratielijst zieken
4 Stroomdiagram uitbraak braken/diarree Zorginstellingen Meerdere bewoners of medewerkers met braken en/of diarree Inventariseer de situatie mbv anamnesevragen (hoofdstuk 4.1) Meld de uitbraak bij de GGD (hoofdstuk 3) Informeer medewerkers, bewoners, familie, betrokkenen (hoofdstuk 4.3) Start registratie van zieken (bijlage 1) Zet iom arts diagnostiek in (hoofdstuk 2) Verscherp de hygiene en neem maatregelen (hoofdstuk 4.4) 4
5 1 Achtergrondinformatie gastro-enteritis 1.1 Wat is het? Gastro-enteritis oftewel besmettelijke maag- en darmziekte komt in Nederland bij zo n 4,5 miljoen mensen per jaar voor. In de volksmond wordt het vaak buikgriep genoemd. De meest voorkomende klachten zijn braken en/of diarree, soms in combinatie met misselijkheid, hoofdpijn, buikpijn, koorts. Over het algemeen is het een onschuldige maar besmettelijke - aandoening die binnen enkele dagen vanzelf over gaat. In zorginstellingen worden vaak uitbraken van gastro-enteritis gezien: er treden vrij plotseling veel ziektegevallen op (meer dan normaal is voor de instelling). 1.2 Ziekteverwekkers Gastro-enteritis kan veroorzaakt worden door verschillende ziekteverwekkers. Meestal gaat het om virussen, maar ook sommige bacteriën en parasieten kunnen klachten van braken en/of diarree veroorzaken. Veel voorkomende virussen zijn het rotavirus en het norovirus. Bij de bacteriën zijn salmonella en campylobacter vaak verantwoordelijk Norovirus Het norovirus neemt een bijzondere plaats in: het is een veelvoorkomende veroorzaker van gastro-enteritis, is zeer besmettelijk en onvoldoende gevoelig voor desinfectie met alcohol. Vaak worden explosies van maagdarminfecties gezien waar grote groepen personen met elkaar in contact komen, zoals in verpleeg- en verzorgingshuizen, kinderdagverblijven, restaurants. Doordat het virus erg besmettelijk is kunnen veel ziektegevallen ontstaan onder zowel bewoners, personeelsleden en bezoekers. 1.3 Besmetting en besmettelijkheid Besmetting Besmetting vindt vooral plaats van mens-op-mens, via een besmette omgeving (denk aan deurklinken, telefoons, lichtknopjes, gezamenlijke snoeppot of koektrommel et cetera) of via voedsel of water. Het wordt vooral overgedragen via de fecaal-orale route. Dat wil zeggen dat ontlasting en braaksel de besmettelijke (virus)deeltjes bevatten, die door besmette handen, via besmet voedsel of water, of via besmette voorwerpen in de mond terecht komen. Bij bijvoorbeeld braken of toilet doorspoelen kan besmetting echter ook via druppeltjes (aerosolen) verlopen. De druppeltjes met virusdeeltjes komen vrij in de lucht en kunnen bij inademing voor besmetting zorgen. Ook een fruitschaal met fruit die in deze ruimte staat raakt besmet! 5
6 1.3.2 Besmettelijkheid Gastro-enteritis en met name het norovirus is erg besmettelijk. Er zijn maar weinig virusdeeltjes nodig om ziek te worden. Dit geldt vooral voor braken: mensen en voorwerpen die in dezelfde ruimte verblijven waar gebraakt wordt kunnen makkelijk ziek of besmet worden, zelfs tot op meters afstand. Mensen kunnen al besmettelijk zijn vanaf enkele dagen voor het ontstaan van de klachten, tot circa 3 weken na de ziekteverschijnselen. Mensen kunnen dus nog besmettelijk zijn voor anderen, ondanks dat de klachten over zijn! 1.4 Incubatietijd Afhankelijk van de verwekker, maar meestal 1 tot 3 dagen. 1.5 Immuniteit Mensen ontwikkelen na infectie wel enige immuniteit, maar deze is maar kort en werkt alleen voor het specifieke type ziekteverwekker. In de praktijk betekent dit dat een persoon achtereenvolgens door verschillende typen virussen (of andere verwekkers) besmet kan worden. 1.6 Risicopatiënten Bij jonge kinderen, ouderen en mensen met een verzwakte afweer kunnen de klachten ernstiger zijn en langer duren. Ook het risico van uitdroging door braken en/of diarree is bij hen groter. 6
7 2 Diagnostiek De meest voorkomende verwekkers van een gastro-enteritis uitbraak zijn: Norovirus, Rotavirus, Salmonella, Shigella, Giardia lamblia en Cryptosporidium. Met de basisbepalingen norovirus, rotavirus, salmonella/shigella en campylobacter zal bij een meerderheid (90%) van de uitbraken de verwekker gevonden worden. Afhankelijk van de anamnese/symptomen kunnen andere verwekkers gezocht worden. Overleg bij voorkeur vooraf met de medisch microbioloog van het laboratorium en/of de GGD over in te zetten diagnostiek, soort test (bij voorkeur PCR), werkwijze en geschatte datum van de uitslag. Voor de praktijk: Insturen van 3 tot 5 monsters is meestal voldoende. Doe bij voorkeur bij een voedselgerelateerde en common source uitbraak (uitbraak met ziektegevallen over langere tijd, vermoedelijk veroorzaakt door een gemeenschappelijke bron, bijv drinkwatervoorziening) fecesonderzoek van minimaal 5 zieken en 5 nietzieken. Voor vrijwel alle verwekkers geldt dat monsters afgenomen in de acute fase (tot 3 dagen na begin klachten) de grootste kans op positieve diagnostiek geven. Bij latere monstername is diagnostiek vaak nog wel mogelijk, maar indien negatief minder onderscheidend. Verpleeghuizen en ziekenhuizen vallen onder de Kwaliteitswet Zorginstellingen en moeten zelf laboratoriumonderzoek bekostigen. Indien het onderzoek een individueel belang dient komen de kosten normaliter ten laste van de ziektekostenverzekeraar. Voor instellingen zoals kinderdagverblijven en verzorgingshuizen kan de GGD zelf onderzoek laten uitvoeren. 7
8 3 Wet Publieke Gezondheid art 26 Meldplicht Zorginstellingen Op basis van artikel 26 van de Wet publieke gezondheid is het hoofd van een instelling, waar voor infectieziekten kwetsbare groepen verblijven of samenkomen, verplicht om de directeur van de GGD op de hoogte te stellen van het optreden van een ongewoon aantal zieken. Het gaat daarbij om verpleeghuizen, ziekenhuizen, verzorgingshuizen, instellingen voor verstandelijk gehandicapten, residentiële jeugdinstellingen, semi-residentiële jeugdvoorzieningen, kinderdagverblijven, scholen voor basisonderwijs en aanmeld- en opvangcentra voor asielzoekers, opvang voor dak- en thuislozen. Per zorginstelling zijn hiervoor criteria geformuleerd: Instelling Maagdarmproblemen Verpleeghuizen Ongewoon hoge incidentie of > 1/5 deel van de unit/week, of > 1/10 deel van de instelling/week Verzorgingshuizen Ongewoon hoge incidentie of > 1/5 deel van de afdeling/week Instellingen voor > 1/5 deel van de unit/week, of > 1/10 deel van de verstandelijke instelling/week handicap Ziekenhuizen Ongewoon hoge incidentie of > 1/5 deel van de afdeling / week Bron: LCI/CIb/RIVM draaiboek infectieziektebestrijding Door de GGD op de hoogte te stellen kan deze in een vroeg stadium onderzoeken om welke ziekte het gaat en de ernst van de situatie beoordelen. Door het treffen van maatregelen op het gebied van hygiëne e.d. kunnen de gevolgen worden beperkt. 8
9 4 Plan van aanpak uitbraak gastro-enteritis 4.1 Verzamel informatie en stel de GGD op de hoogte De GGD adviseert u graag over de te treffen maatregelen bij een uitbraak van gastro-enteritis. Hiervoor is het van belang een goed beeld te krijgen van de situatie. Probeer daarom vóór melding aan de GGD alvast de volgende informatie te verzamelen: 1. Algemene gegevens over de zorginstelling (naam, type instelling, locatie, afdeling, contactpersoon, bereikbaarheid). 2. Schets van het probleem: op welke afdeling(en)/unit(s) speelt het probleem? aard van de klachten (braken, diarree (bloedbijmenging?), koorts) indien al bekend: ziekteduur, ernst ziektebeeld is het mogelijk voedselgerelateerd (denk aan gemeenschappelijke keuken, bijeenkomsten, feestjes, traktaties e.d.) datum eerste ziektegeval datum laatste ziektegeval totaal aantal zieken aantal zieke personeelsleden (zorg, keuken?) aantal zieke bewoners / patiënten / leerlingen e.d. aantal ziekenhuisopnames aantal overledenen totaal aantal bewoners/cliënten op de afdeling/ in de instelling totaal aantal personeelsleden op de afdeling/ in de instelling 3. Is er al laboratorium onderzoek ingezet? - Zo ja: welke diagnostiek is ingezet (PCR, kweek), wanneer, bij welk laboratorium, wanneer wordt de uitslag verwacht? - Indien uitslag al bekend, gevonden verwekker(s): 4. Welke (hygiëne)maatregelen zijn er al in gang gezet? N.B. Schakel de NVWA in bij verdenking van een voedselgerelateerde gastro-enteritis en stel evt. verdachte voedselresten veilig Start registratie zieken Precieze registratie van ziektegevallen geeft overzicht en controle op de effectiviteit van de bestrijding. Door per afdeling daglijsten bij te houden van de personen met klachten (ook medewerkers!), is het moment te bepalen wanneer de maatregelen weer kunnen stoppen. Zie bijlage 1 voor voorbeeld registratielijst. 9
10 4.2 Samenstellen uitbraakteam Een uitbraak van gastro-enteritis in een zorginstelling vergt een goede organisatie en participatie van een aantal betrokkenen. Om de uitbraak snel en adequaat aan te pakken, is het van belang om met de juiste personen af te stemmen. Stel een uitbraakteam samen en maak afspraken over ieders taken en verantwoordelijkheden. Mogelijke deelnemers: Functie Teamleider / manager betreffende afdeling of instelling Arts Facilitair/hoofd huishoudelijke dienst (evt. wasserij) Secretariële/adm-ondersteuning Communicatieadviseur (Praktijk)verpleegkundige / verzorgende van werkvloer Hygiënist /adviseur infectie preventie GGD infectieziektebestrijding Bedrijfsarts / arbodienst Bespreek en maak afspraken over: Monitoren en registreren zieke bewoners en personeelsleden. Zie bijlage 1. Inzetten diagnostiek Informeren medewerkers, bewoners, familieleden, overige betrokkenen. Instellen verscherpte hygiënemaatregelen incl. persoonlijke beschermingsmiddelen Extra schoonmaak en desinfectie (en z.n. extra benodigd personeel hiervoor) Aanschaf (extra) materialen i.v.m. schoonmaak en hygiëne Contactpersoon voor GGD Aanspreekpunt voor medewerkers, bewoners, familieleden en overigen (bv. pers) Aanwezigheid, bereikbaarheid en waarneming Communicatie in- en extern (denk aan evt. belangstelling pers). Zie paragraaf 4.3 Structuur van instelling (afdelingen, activiteiten) Vervolgoverleg: data en tijden 4.3 Communicatie in- en extern Communiceren is een doorlopend proces. Informeer zo snel mogelijk betrokkenen over de uitbraak en evt. maatregelen. Houd gedurende de uitbraak de betrokkenen op de hoogte. 10
11 Informeer medewerkers, cliënten, familie en direct betrokkenen zo snel mogelijk over de situatie. Helderheid geeft rust; dat mensen weten wat ze kunnen doen, is een voorwaarde voor effectieve uitbraakbestrijding. Medewerkers op de afdeling met zieken hebben korte, concrete werkinstructies nodig, die op hen toegesneden zijn. Zorg voor specifieke instructies voor de schoonmaakmedewerkers. Draag als management bij aan een positieve sfeer: complimenten en aandacht doen wonderen. Blijf vooral niet weg bij de betreffende afdelling! Juist nu is er behoefte aan sturing en steun door de hoge werkdruk en andersoortige taken. Met goede handhygiëne kan een manager de risico s voor de rest van het huis inperken en ter plaatse veel betekenen voor effectieve uitbraakbestrijding. Label de afdeling en vraag bezoekers om zich bij medewerkers te melden voor nadere informatie. Markeer de kamers van cliënten met klachten en leg dit aan hen uit. Wees voorbereid op aandacht van pers en andere media Afspraken Maak afspraken over: 1. het informeren van groepen binnen en buiten de organisatie, wie hiervoor verantwoordelijk is en stel deadlines vast; 2. activiteiten die al dan niet kunnen doorgaan; 3. instructie aan bezoekers; Bespreek gaandeweg het proces of er andere groepen moeten bijkomen. Doelgroep (voorbeeld) Directie (koepel)organisatie Medewerkers betreffende afdeling Schoonmaak / wasserij betreffende afdeling Medewerkers andere afdelingen Paramedische diensten in- en extern Avond-/nacht- weekend medewerkers Cliëntenraad Patiënten/bewoners betr. afdeling Familieleden en bezoekers patiënten/bewoners betr. afdeling Patiënten/bewoners op andere afdelingen Wie verantwoordelijk (naam) Deadline (datum) 11
12 Familieleden en bezoekers andere afdelingen Uitzendkrachten Vrijwilligers Huisartsen Kapper/pedicure/etc. Inspectie Gezondheidszorg Gemeente Anders nl De boodschap Neem in de informatie die je verstrekt de volgende informatie op: a) Wat is gastro-enteritis, hoe overdraagbaar, mogelijke klachten b) Informeren wat er speelt, onrust vermijden c) Inventariseren nieuwe gevallen d) Informeren over maatregelen die genomen worden e) Wat medewerkers zelf kunnen / moeten doen f) Wie kan waar terecht met vragen en eventuele ziekmeldingen g) Streef naar positieve sfeer en saamhorigheid. Toon begrip voor het extra werk h) Instructies voor ziekmelding en werkhervatting Ondersteunende materialen De film Norovirus, je ziet het niet maar het is er wel geeft inzicht in de verspreiding van het virus en de maatregelen die genomen kunnen worden. De film is ontwikkeld voor zorgmedewerkers, maar kan ook voor paramedische disciplines, schoonmaakmedewerkers, cliënten en bezoekers ingezet worden. Bekijk hem bijvoorbeeld tijdens de ochtendoverdracht. De film is gratis te downloaden 1. Een checklist voor hygiëneadvies binnen zorginstellingen. Een deurbriefje om bezoekers te informeren. Een folder over buikgriep. Een flyer handen wassen voor de verpleegpost. Daarnaast kunnen voorlichtingsmaterialen over (hand)hygiëne voor bezoekers en medewerkers gevonden worden bij de toolkit Hygiëne van het RIVM. Voor uitgebreide informatie verwijzen we u naar de website van het RIVM. Hier vindt u ook diverse van de bovengenoemde ondersteunende materialen. 1 Op website GGD Rotterdam-Rijnmond: of via Youtube: 12
13 4.4 Hygiëneadviezen en -maatregelen Bij een uitbraak van gastro-enteritis dient de hygiëne te worden aangescherpt. Daarvoor zal een aantal extra (tijdelijke) hygiënemaatregelen genomen moeten worden, naast de altijd geldende standaard voorzorgsmaatregelen rondom hygiëne. Bij het begin van de uitbraak is vaak (nog) niet bekend om welke ziekteverwekker het gaat. Voor de te treffen preventieve maatregelen is het goed altijd uit te gaan van het norovirus, deze maatregelen zijn ook doeltreffend tegen andere verwekkers. Andersom geldt dit niet. Ongeacht de verwekker, is een goede handhygiëne essentieel!! De belangrijkste maatregel die mensen kunnen nemen om zichzelf te beschermen en verdere verspreiding te voorkomen is handen wassen. De mate van de overige te adviseren maatregelen moet passen bij de ernst van de situatie, de hardnekkigheid van de uitbraak en de mogelijkheden van de setting. Sommige maatregelen moeten mogelijk worden aangepast aan de situatie. De te nemen maatregelen worden in overleg met de leiding van de zorginstelling vastgesteld. Zorg voor een protocol specifiek voor de eigen zorginstelling, waarin beschreven is welke (beschermende) maatregelen moeten worden uitgevoerd. Raadpleeg de deskundige infectiepreventie over de te nemen maatregelen Organisatorische maatregelen De maatregelen worden genomen voor een logisch af te grenzen afdeling of groep, verder te noemen afdeling, waar personen zijn met klachten. Informeren Informeer personeel, bewoners, familie en direct betrokkenen over de situatie. Geef advies over preventieve maatregelen, zoals hand- en toilethygiëne. Dit is één van de belangrijkste maatregelen bij het inperken van de verspreiding van het virus. Medewerkers en materialen Verplegend/verzorgend personeel wordt niet uitgewisseld tussen afdelingen waar zieken en gezonden verblijven. Geen invalkrachten inzetten, die ook op andere afdelingen moeten werken. Medewerkers brengen de pauzes op de afdeling door en verlaten na werktijd de instelling direct. Medewerkers die klachten hebben, melden dat bij de leidinggevende, ook wanneer zij vrij zijn. Medewerkers met klachten van braken of diarree tijdens hun dienst, gaan onmiddellijk naar huis. 13
14 Medewerkers mogen weer werken als de klachten gestopt zijn (niet meer braken/ geen diarree), bij voorkeur op de afdeling waar de norovirusuitbraak heerst. Bij werkhervatting moet de werknemer de persoonlijke hygiënemaatregelen, vooral handhygiëne na toiletgebruik, strikt naleven omdat er nog wel 3 weken virus uitgescheiden kan worden na herstel van de klachten! Maak afspraken over therapieën en activiteiten op de afdeling. Therapeuten/paramedische diensten kunnen aan het eind van de dag naar de afdeling(en) met zieken komen en daarna het pand verlaten, waarbij zij strikte hygiëne toepassen. Materialen zoals schoon linnengoed, eten en post worden bij de ingang van de afdeling afgeleverd en door de medewerkers van de afdeling verder verspreid. Handvatten/contactpunten van karren en materialen die de afdeling verlaten, worden eerst gereinigd en gedesinfecteerd. Cliënten en bezoekers De maatregelen gelden voor alle cliënten en bezoekers van een afdeling waar zieken zijn, ook als zij zelf geen klachten hebben. Cliënten blijven bij voorkeur op de eigen afdeling en doen niet mee aan (groeps)activiteiten buiten deze afdeling tot de klachten gestopt zijn. Cliënten en bezoekers kunnen wel naar buiten, maar bij voorkeur niet naar gemeenschappelijke voorzieningen zoals restaurant, winkeltje, lounge of andere afdelingen. Spreek eventueel een specifieke route af. Wanneer een cliënt of bezoeker toch gebruik maakt van gezamenlijke voorzieningen is strikte handhygiëne en goede instructie noodzakelijk. Personen met klachten blijven voorzover mogelijk op de eigen kamer en maken alleen van eigen sanitair gebruik4. Plaats cliënten niet over naar andere afdelingen of instellingen, tenzij het belang van overplaatsing het besmettingsrisico overstijgt. Overweeg een opnamestop. Beperk bezoek, met name van jonge kinderen (kinderen <6 jaar hebben minder hygiënebesef) en bezoekers met een verzwakte weerstand. Weer bezoekers die zelf klachten hebben van braken en diarree. Bezoekers dienen na het bezoek de handen te wassen - met het oog op infecties thuis. 14
15 4.4.2 Handhygiëne Om de verspreiding van het norovirus tegen te gaan, is handen wassen met water en zeep de belangrijkste maatregel. Handalcohol werkt onvoldoende tegen (hoge besmettingen met) norovirus. Wanneer was je je handen? Voor: aanvang van de werkzaamheden en bij werkhervatting na pauzes het aanraken en bereiden van voedsel het eten lichamelijk verzorging van cliënten schone/steriele zorghandelingen het verlaten van de unit Na: toiletbezoek contact met vuil textiel, afval of de afvalbak schoonmaakwerkzaamheden lichamelijke verzorging van cliënten contact met diarree of braaksel het dragen van handschoenen Was de handen op de volgende wijze: Zorg voor korte, verzorgde nagels en draag geen ringen/sieraden of horloges. Maak de handen eerst goed nat onder de kraan en voorzie ze daarna van een laagje vloeibare zeep uit het zeeppompje (geen handalcohol) Wrijf de handen minstens 10 seconden goed over elkaar. Wrijf hierbij de polsen, de vingertoppen, de duimen en de gebieden tussen de vingers goed in Spoel de handen goed af Sluit de kraan met de elleboog of met behulp van een wegwerpdoekje. Droog de handen goed af met een schone doek of wegwerphanddoeken. Vergeet hierbij niet de polsen en de huid tussen de vingers te drogen Gooi het doekje in de daarvoor bestemde afvalbak 15
16 Bron: Hygienerichtlijnen voor verpleeghuizen en woonzorgcentra. LCHV, Dienstkleding/ beschermende kleding Draag korte mouwen (dit is praktisch bij het handen wassen, de mouwen kunnen niet nat worden en de polsen kunnen goed gewassen worden). Draag bij werkzaamheden waarbij men in aanraking kan komen met diarree of braaksel (bij de verzorging van zieke personen, bij het opruimen van braaksel of ontlasting én bij het schoonmaken van daarmee bevuilde oppervlakken): o wegwerphandschoenen (nitril, nauwsluitend). Deze worden na eenmalig gebruik direct weggegooid en vervolgens worden handen en polsen gewassen. o wegwerpschort met lange mouwen. De schort is disposable en wordt na eenmalig gebruik direct weggegooid. o mondneusmasker (minimaal FFP1) bij werkzaamheden waarbij men in aanraking kan komen met braaksel of diarree en bij het opmaken/afhalen van het bed. Zorg dat er maskers in de directe nabijheid van besmette cliënten zijn. o gooi de persoonlijke beschermingsmiddelen direct na gebruik weg in een afsluitbare afvalbak, bij voorkeur met pedaal. Was direct daarna de handen met water en zeep en droog ze af aan een papieren handdoekje Hygiënisch werken Gebruik afvalbakken en met een deksel met voetbediening. Zijn deze niet aanwezig, haal dan het deksel ervan af zodat deze niet met de handen hoeft te worden aangeraakt. Doe incontinentiemateriaal meteen in de afvalzak/emmer. 16
17 Een po wordt gereinigd en gedesinfecteerd in de pospoeler. Een postoel dient persoonsgebonden te zijn. Als dat niet kan, reinig en desinfecteer de postoel dan na gebruik. Leeg en reinig afvalemmers dagelijks. Knoop afvalzakken en waszakken goed dicht als ze nog niet te vol zijn. Druk geen lucht uit de zakken om te voorkomen dat virusdeeltjes via de uitgedrukte lucht in het gezicht worden geblazen. Vermijd bij het opmaken van het bed het wapperen met gebruikte lakens. Informeer degenen die de was doen. Overweeg bij mogelijk besmet wasgoed speciaal gekleurde (plastic) zakken te gebruiken. Bewaar schoon en vuil textiel niet in dezelfde ruimte. Bewaar het schone textiel in een schone en stofvrije ruimte. Verwijder al het onverpakte voedsel uit gezamenlijke ruimtes (zoals fruitschalen en snoeppotten) Reiniging en desinfectie Met reiniging wordt een normale schoonmaakbeurt met neutraal schoonmaakmiddel bedoeld (of met vochtig microvezeldoekje). Desinfectie betekent ontsmetting met een speciaal ontsmettingsmiddel, voor norovirus is een chlooroplossing van 1000 ppm het meest effectief. Gebruik voor reiniging wat gangbaar is; sop met een katoenendoek of vochtige microvezeldoek. Belangrijke principes zijn; Werk van schoon naar vuil. Het schoonmaakmateriaal kan besmet raken. Daarom is het belangrijk eerst de ruimtes schoon te maken van de mensen die geen klachten hebben en de ruimtes van de mensen met klachten het laatst schoon te maken. Pak indien mogelijk na iedere ruimte (zeker bij een persoon met klachten) schone materialen; nieuwe sopdoek en schoon sop of nieuwe microvezeldoek. Gebruik bij voorkeur wegwerpmaterialen. Reinig en droog schoonmaakspullen, zoals emmers, dagelijks. Maak onderscheid tussen oppervlakken met hoog risico en laag risico op besmetting met het norovirus. Contactpunten voor de handen zoals lichtknoppen, handles, handvatten, zeepdispensers, kranen, deurknoppen, bedpapegaaien, armleuningen, etc. vormen hoog risico. Gezamenlijk gebruikte toiletten vormen ook een hoog risico. Vloeren en grotere meubeloppervlakken (kasten, tafels) vormen laag risico. Op basis van deze principes wordt schoongemaakt en gedesinfecteerd volgens het volgende schema. 17
18 Reiniging en desinfectie Hoog risico Wat Contactpunten voor handen Werkoppervlakken in de keuken Gezamenlijk gebruikte toiletten (alle oppervlakken) Oppervlakken bevuild met ontlasting/ braaksel Laag risico Overige oppervlakken Vloeren Hoe 1. Reinigen met een neutraal reinigingsmiddel en water 2. Daarna desinfecteren met chlooroplossing 1000 ppm (zie onderstaand) 3. Alleen werkoppervlakken in de keuken en grote oppervlakken daarna afnemen met schone doek en water Bij braaksel en ontlasting (zie onderstaand): Opnemen met papieren doekjes (schort, mondmasker en handschoenen aan) Handschoenen vervangen en Bovenstaande 2- of 3- staps procedure uitvoeren Reinigen met sop/ microvezeldoek en water Frequentie Persoonlijke kamer binnen de afgebakende afdeling en materialen: 1x daags Gezamenlijke ruimtes (incl. keuken en personeelsruimte); 1x daags Gezamenlijk gebruikte toiletten; 3x daags Extra bij zichtbare verontreiniging van braaksel/diarree. 1x daags Procedure: desinfectie met chloor 1. Neem persoonlijke beschermingsmaatregelen; schort, handschoenen en masker. 2. Als er risico bestaat op spatten draag dan ook een beschermingsbril. 3. Zorg dat het oppervlak eerst goed gereinigd is. Vervuiling maakt de chloor 18
19 minder effectief en zorgt voor meer chloordamp. 4. Bij grote oppervlakken; zorg dat er geen cliënten in de ruimte aanwezig zijn. 5. Dosering chloor moet zijn 1000 ppm, dat wil zeggen 1 gram in 1 liter (of 1,5 gram in anderhalve liter). 6. Gebruik koud tot lauw water, warm water geeft meer chloordamp. 7. Gebruik een katoenen doek of disposable microvezeldoekjes. 8. Kleine oppervlakken kunnen drogen aan de lucht. 9. Werkoppervlakken in de keuken en grote oppervlakken na een korte inwerktijd (één minuut is voldoende) vochtig afnemen met schone doek en schoon water. 10. Ventileer zo goed mogelijk. Gebruik alleen een toegelaten chloormiddel - met een N-nummer. Meng chloor nooit met andere middelen zonder uitdrukkelijke vermelding op het etiket. Vernevel of spray een chlooroplossing nooit. Procedure: opruimen van diarree en braaksel 1. Neem persoonlijke beschermingsmaatregelen; schort, handschoenen en masker 2. Neem diarree en braaksel op met een grote hoeveelheid absorberend materiaal (bv keukenrol) en gooi dit weg in een plastic vuilniszak. Gooi ook direct de handschoenen weg. 3. Trek nieuwe handschoenen aan. 4. Reinig de oppervlakte(n) grondig met reinigingsmiddel of microvezeldoek. 5. Desinfecteer met chlooroplossing 6. Werkoppervlakken in de keuken worden daarna met schone doek en water vochtig afgenomen. 7. Ventileer de ruimte. 8. Als gebraakt is in een ruimte waar etenswaren staan, gooi deze dan weg Wasinstructie Neem beschermende maatregelen bij het hanteren van vuil wasgoed van een noropatiënt (wegwerphalterschort, handschoenen en mondmasker) Was de kleding en lakens minimaal op 40 C, schoonmaakdoeken/moppen op minimaal 60 C. Sterk verontreinigd textiel bij voorkeur weggooien in afgesloten plastic zak. Als dat niet kan: wassen en spoelen op de hoogst mogelijke temperatuur (minimaal 73 C). Gebruik een totaalwasmiddel (dus geen fijnwasmiddel of wasmiddelen die bestemd zijn voor speciale kleuren). Was op een volledig wasprogramma met voorwas en centrifugeren. Gebruik geen verkorte of eco wasprogramma s met verminderd watergebruik. Gebruik na het wassen bij voorkeur een wasdroger. 19
20 4.5 Opheffen van de maatregelen Het advies is om de preventiemaatregelen nog 3 dagen (maximale incubatietijd) na het stoppen van de klachten van het laatste ziektegeval vol te houden. Personeel kan na deze periode weer uitgewisseld worden met andere afdelingen, de gezamenlijke activiteiten/dagbestedingen kunnen weer worden hervat, etc Eindronde Het is aan te bevelen om na deze 3 dagen een eindronde te doen, d.w.z. een afsluitende ronde waarbij alle mogelijk besmette materialen weggegooid of gewassen worden. Dit kan het geval zijn als deze (niet in een afgesloten kast) in ruimtes lagen waar personen met klachten verbleven speciaal ook sanitaire ruimtes. Denk aan: Linnengoed (handdoeken/lakens/douchegordijnen/bedgordijnen) Kleding Beschermende middelen (handschoenen, schorten) Closetrollen Patiëntgebonden materialen Dienstkleding wat hier en daar nog hangt Ondanks de eindronde moeten de betrokkenen ingelicht worden dat goede standaard toilet- en handhygiëne gehandhaafd blijft omdat het virus nog weken in de ontlasting uitgescheiden kan worden. 4.6 Na de uitbraak Informeer alle betrokkenen dat de uitbraak voorbij en is communiceer duidelijk vanaf wanneer de maatregelen opgeheven worden en activiteiten hervat kunnen worden. Denk na over een feestelijke afsluiting na alle inspanningen. Evalueer de uitbraak. Denk hierbij aan zaken als: o een chronologische beschrijving van wat er is gebeurd (incl. totaal aantal zieken, start- en einddatum uitbraak) o een overzicht van de middelen die zijn ingezet (capaciteit, geld) o de behaalde resultaten, de successen die zijn geboekt (bijvoorbeeld inzet en discipline van medewerkers, toepassing van maatregelen, goede communicatie etc.) o de knelpunten die zijn geconstateerd o aanbevelingen voor veranderingen 20
21 . Bronvermelding Voor dit plan van aanpak is gebruik gemaakt van de volgende documenten: LCI Draaiboek Uitbraken van gastro-enteritis en voedselvergiftigingen, 2008 LCI Draaiboek Wet Publieke gezondheid, Artikel 26 meldingen instellingen, 2008 LCI richtlijn Calicivirus (norovirus): herziene versie, maart 2014 LCHV richtlijn Hygienerichtlijnen voor verpleeghuizen en woonzorgcentra, 2014 DVD Norovirus, je ziet het niet maar het is er wel. GGD Rotterdam-Rijnmond, Youtube: - GGD Rotterdam: 21
22 Bijlage 1 Registratielijst zieken Nr - naam (of initialen of patientnr.) - geb.dat. of leeftijd - geslacht (B)ewoner / (P)ersoneel Groep / afdeling Datum eerste ziektedag en uur Temp. en duur Andere significante klachten (zie voetnoot) Uitslag Symptomen (D)iarree (B)raken labonderzoek OPMERKINGEN Verdacht voedsel gegeten? Opname ziekenhuis? Overleden? / (K)ind Naam huisarts? Andere klachten: alléén indien opvallend aanwezig: buikpijn (BP), misselijk (MI), bloed in ontlasting (BO), slijm in ontlasting (SO), hoofdpijn (HP), spierpijn (SP), andere. 22
23 23
Norovirusinfectie. Bijlage IV Praktische uitwerking maatregelen bij een uitbraak van norovirus in kindercentra
Norovirusinfectie Bijlage IV Praktische uitwerking maatregelen bij een uitbraak van norovirus in kindercentra In deze bijlage van de richtlijn Norovirusinfectie komen de maatregelen aan de orde die genomen
Nadere informatieNorovirusinfectie. Bijlage II Maatregelen bij een uitbraak van norovirus in groepsaccommodaties, inclusief cruiseschip of hotel
Norovirusinfectie Bijlage II Maatregelen bij een uitbraak van norovirus in groepsaccommodaties, inclusief cruiseschip of hotel In deze bijlage komen de maatregelen aan de orde die genomen moeten worden
Nadere informatieAANPAK (VERMOEDEN) NOROVIRUS- UITBRAAK IN EEN WZC
AANPAK (VERMOEDEN) NOROVIRUS- UITBRAAK IN EEN WZC 1 Algemeen In dit document worden de infectiepreventiemaatregelen besproken die genomen moeten worden bij een vermoeden van een uitbraak met norovirus
Nadere informatieChecklist hygiëneadvies voor een zorginstelling bij een uitbraak van gastro-enteritis
Checklist hygiëneadvies voor een zorginstelling bij een uitbraak van gastro-enteritis Naam locatie: Bezoekadres: Naam contactpersoon: Datum: Ingevuld door: Voorbereiding op hygiëne advies bezoek Soort
Nadere informatieAANPAK (VERMOEDEN) NOROVIRUS- UITBRAAK IN EEN WZC
AANPAK (VERMOEDEN) NOROVIRUS- UITBRAAK IN EEN WZC 1 Algemeen In dit document worden de infectiepreventiemaatregelen besproken die genomen moeten worden bij een vermoeden van een uitbraak met norovirus
Nadere informatieInformatie over het norovirus
Informatie over het norovirus 2 Net als in andere Nederlandse ziekenhuizen en zorginstellingen komt er in het Ommelander Ziekenhuis Groningen af en toe buikgriep onder patiënten voor. Vaak is het norovirus
Nadere informatieHet norovirus wordt gemakkelijk overgedragen en er zijn maar weinig virusdeeltjes nodig om besmet te raken.
Norovirus Inleiding Net als in andere Nederlandse ziekenhuizen en zorginstellingen komt er in de OZG af en toe een buikgriepuitbraakje voor, die wordt veroorzaakt door het norovirus. Bij een uitbraak van
Nadere informatieLandelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid Werkinstructies hygiëne gemeentelijke crisisopvang voor vluchtelingen Oktober 2015, versie 4
Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid Werkinstructies hygiëne gemeentelijke crisisopvang voor vluchtelingen Oktober 2015, versie 4 Inhoud Werkinstructies voor werknemers en vrijwilligers... 3 1 Handen
Nadere informatieHet griepvirus bijvoorbeeld vertoont zich steeds weer in een nieuwe gedaante waardoor vaccinatie moeilijk is.
Norovirus Inleiding Net als in andere Nederlandse ziekenhuizen en zorginstellingen komt er in de OZG af en toe een buikgriepepidemie voor, die wordt veroorzaakt door het norovirus. Bij een uitbraak van
Nadere informatie2 Bijkomende of aanvullende voorzorgsmaatregelen
AANPAK (VERMOEDEN) NOROVIRUS- UITBRAAK IN EEN WZC Eerste versie: december 2017 Revisie: maart 2019 1 Algemeen In dit document worden de infectiepreventiemaatregelen besproken die genomen moeten worden
Nadere informatieNorovirus Help mee het Norovirus te bestrijden
Norovirus Help mee het Norovirus te bestrijden Afdeling infectiepreventie Onlangs is bij u het Norovirus geconstateerd. Deze folder geeft u informatie over dit virus. Bovendien leest u welke maatregelen
Nadere informatieBijlage 7. Reinigen en desinfecteren van een ruimte 1 waar een patie nt met (mogelijke) ebola is verbleven
Bijlage 7. Reinigen en desinfecteren van een ruimte 1 waar een patie nt met (mogelijke) ebola is verbleven Richtlijn voor het reinigen en desinfecteren van ruimten en materialen die in aanraking zijn geweest
Nadere informatieBUIKGRIEP. en infectiepreventie
BUIKGRIEP en infectiepreventie BUIKGRIEP en infectiepreventie Wat is buikgriep? Buikgriep of gastro-enteritis is een ontsteking van de darmen die vaak veroorzaakt wordt door virussen en gepaard gaat met
Nadere informatieInfectiepreventie. Noro-virus. www.catharinaziekenhuis.nl
Infectiepreventie Noro-virus www.catharinaziekenhuis.nl Patiëntenvoorlichting: patienten.voorlichting@catharinaziekenhuis.nl INF004 / Noro-virus / 27-03-2014 2 Noro-virus U bent opgenomen in het Catharina
Nadere informatieProtocol Hygiëne thuiszorg
Protocol Hygiëne thuiszorg Algemene hygiëne De woning van de cliënt mag niet zodanig vervuild zijn dat de zorgverlener of het zorgverleningsproces wordt geschaad. Als de algemene hygiënische omstandigheden
Nadere informatieINFECTIEPREVENTIE. Norovirus (buikgriepvirus)
INFECTIEPREVENTIE Norovirus (buikgriepvirus) Norovirus (buikgriepvirus) In deze folder vindt u als patiënt of bezoeker informatie over het norovirus. U leest wat de maatregelen zijn als u een afdeling
Nadere informatieBijlage 4. Praktische uitwerking vervoer van (verdachte) ebola/marburgpatie nten
Bijlage 4. Praktische uitwerking vervoer van (verdachte) ebola/marburgpatie nten (= aanvulling/verduidelijking op het Landelijk Protocol Ambulancezorg 7.2 & 8 en de Hygiënerichtlijnen voor ambulancediensten)
Nadere informatieWerkdocument 31-08-2009. Hygiëneprotocol Grieppandemie Zuidwester
Werkdocument 31-08-2009 Hygiëneprotocol Grieppandemie Zuidwester Betreft : Opgesteld door: Hygiëneprotocol Grieppandemie Zuidwester Werkgroep Grieppandemie Datum: 31 augustus 2009 Hygiëneprotocol Nieuwe
Nadere informatieHandhygiëne bezoekers CWZ
Handhygiëne bezoekers CWZ 2 Deze folder is bedoeld om u te informeren hoe u door eenvoudige handelingen als het wassen of desinfecteren van de handen, de overdracht van micro-organismen (zoals bacteriën
Nadere informatieBehandeling Voorkoming van verspreiding Geïsoleerd verplegen Maatregelen voor bezoekers Heeft u nog vragen?
NORO virus Net als in andere Nederlandse ziekenhuizen en zorginstellingen komt er in Het Van Weel-Bethesda Ziekenhuis af en toe een buikgriepepidemie voor, veroorzaakt door het norovirus. Bij een uitbraak
Nadere informatieInformatiebrief Hand-, voet- en mondziekte
Informatiebrief Hand-, voet- en mondziekte Wat is hand-, voet- en mondziekte? Hand-, voet- en mondziekte is een besmettelijke ziekte. Mensen krijgen het door een virus. De ziekte is meestal niet ernstig
Nadere informatiePatiënteninformatie. Norovirus
Patiënteninformatie Norovirus Inhoud Inhoud... 2 Inleiding... 3 Informatie over Norovirus... 3 Wat is het Norovirus?... 3 Besmettelijkheid... 3 Hoe wordt Norovirus opgespoord?... 4 Behandeling... 4 Maatregelen...
Nadere informatieNorovirus. Infobrochure voor patiënt en bezoeker. Jessa Ziekenhuis vzw. Dienst kwaliteit. versie juni 2015 (Object-ID )
Norovirus Heeft u opmerkingen of suggesties i.v.m. deze brochure? Geef ons gerust een seintje! Dienst kwaliteit E-mail: info@jessazh.be Tel: 011 30 81 11 Infobrochure voor patiënt en bezoeker Jessa Ziekenhuis
Nadere informatieHandhygiëne: Waarom, Wie en Wanneer?
Handhygiëne: Waarom, Wie en Wanneer? WAAROM? Per dag overlijden wereldwijd duizenden mensen aan zorggerelateerde infecties Handen zijn een vervoersmiddel voor ziekteverwekkende bacteriën Handhygiëne is
Nadere informatieProtocol Persoonlijke Hygiëne Pluimveeverwerkende industrie
Dit voorbeeld-hygiëneprotocol draagt bij aan een gemeenschappelijk beleid van hygiënemaatregelen binnen de pluimveesector. Het aspect persoonlijk hygiëne is hieraan soms ondergeschikt, en zou daarom meer
Nadere informatieDeze informatie is bestemd voor patiënten met een mogelijke of aangetoonde MRSA besmetting.
Deze informatie is bestemd voor patiënten met een mogelijke of aangetoonde MRSA besmetting. Wat is MRSA? Staphylococcus aureus, is een bacterie die bij 20-60% van gezonde personen voorkomt op de huid.
Nadere informatieHygiëne/infectiepreventie
Hygiëne/infectiepreventie Hoe we ervoor zorgen dat u bij een verblijf in het ziekenhuis geen infectie oploopt. Van elke honderd patiënten, die in de Nederlandse ziekenhuizen worden opgenomen, lopen ongeveer
Nadere informatieHandhygiëne redt levens. Dienst Ziekenhuishygiëne
Handhygiëne redt levens Dienst Ziekenhuishygiëne Inhoud Hoe schoon zijn uw handen? 3 Vormen van handhygiëne 3 Wanneer handhygiëne toepassen? 4 Patiënt 4 Familie en bezoekers 4 Zorgmedewerkers 5 Techniek
Nadere informatieMaatregelen bij Bijzonder Resistent Microorganismen
BRMO en isolatie Maatregelen bij Bijzonder Resistent Microorganismen Deze folder geeft u informatie over bijzonder resistente microorganismen (BRMO) en de extra maatregelen die binnen het Laurentius Ziekenhuis
Nadere informatieInleiding. Algemeen. Blijvende bacteriën
Handhygiëne Inleiding Deze folder is bedoeld om u te informeren hoe u de overdracht van microorganismen, zoals bacteriën en virussen, kunt voorkomen. Uw handen wassen of desinfecteren zijn de belangrijkste
Nadere informatieIs den rooden loop terug in het land?*
Is den rooden loop terug in het land?* Transmissiedag 14/9/2010 Anouk Vanlander CLB-arts * Observatie bij een dysenterie-epidemie van 1779. Geschiedenis der geneeskunde 2008;4(12):208-14 Melding door school
Nadere informatieAntibioticaresistentie in de thuiszorg: Voorkom verspreiding van resistente bacteriën met de standaard (hygiëne)maatregelen!
Antibioticaresistentie in de thuiszorg: Voorkom verspreiding van resistente bacteriën met de standaard (hygiëne)maatregelen! Wat is antibioticaresistentie? Infecties die veroorzaakt worden door bacteriën
Nadere informatieBCOU PROTOCOL NIEUWE INFLUENZA A H1N1, DE ZOGENAAMDE MEXICAANSE GRIEP, VERSIE 26 AUGUSTUS 2009 / IVK
BCOU PROTOCOL NIEUWE INFLUENZA A H1N1, DE ZOGENAAMDE MEXICAANSE GRIEP, VERSIE 26 AUGUSTUS 2009 / IVK MEDE OP BASIS VAN NOTITIE NUOVO Teksten voor website PCOU en Willibrord Het H1N1-influenzavirus (de
Nadere informatieDit project werd mogelijk gemaakt door: Handhygiëne Programma Kinderdagverblijven
Dit project werd mogelijk gemaakt door: Handhygiëne Programma Kinderdagverblijven Kennistraining Handhygiëne Richtlijn Voor Pedagogisch Medewerkers in Kinderdagverblijven Inhoudsopgave 1 Waarom is handhygiëne
Nadere informatieProtocollen Voorbehouden, Risicovolle en Overige handelingen Hygiene en infectiepreventie 9
Protocollen Voorbehouden, Risicovolle en Overige handelingen Hygiene en infectiepreventie 9 Beschermende kleding Er wordt ingegaan op het gebruik van handschoenen; overschorten; mondneusmaskers; beschermende
Nadere informatieDwarrelende stofdeeltjes kunnen ademhalingsmoeilijkheden opleveren bij astmapatiënten. Door goed schoonmaken wordt het aantal stofdeeltjes verlaagd.
Schoonmaakprotocol kinderdagverblijf De Speelhaven Schuitevoerderslaan 16 1671 JZ Medemblik Februari 2015 Inhoudsopgave Inleiding 1. Schoonmaakmethoden 2. Aandachtspunten reiniging 3. Desinfecteren van
Nadere informatieNoro-virus Maatregelen om verspreiding van het virus te voorkomen
Noro-virus Maatregelen om verspreiding van het virus te voorkomen Albert Schweitzer ziekenhuis maart 2015 pavo 0659 1 van 5 Inleiding U heeft van uw arts gehoord dat u (mogelijk) het Noro-virus heeft.
Nadere informatieIsolatiemaatregelen. Infectiepreventie
Isolatiemaatregelen Infectiepreventie Inleiding Ieder mens draagt miljarden bacteriën met zich mee. Bacteriën worden ook wel micro-organismen genoemd omdat zij niet met het blote oog te zien zijn maar
Nadere informatiePersoonlijke hygiëne Voor patiënt en bezoeker
Persoonlijke hygiëne Voor patiënt en bezoeker Patiënten in een ziekenhuis hebben een verhoogd risico op het krijgen van een infectie. Het risico van besmetting kan voor patiënten groter zijn dan bij gezonde
Nadere informatie002936, te gebruiken tot 24 uur na 18-12-2013, 09:12.
002936, te gebruiken tot 24 uur na, 09:12. Page 1 of 7 Document ID 002936 Versie 7 Titel Handhygiëne, Uitvoeren en toepassen van Specialisme JBZ breed document Definitie Dit protocol beschrijft hoe handhygiëne
Nadere informatieTHEMA: HANDHYGIËNE: WAAROM, WIE EN WANNEER?
THEMA: HANDHYGIËNE: WAAROM, WIE EN WANNEER? WAAROM? Per dag overlijden wereldwijd duizenden mensen aan zorg gerelateerde infecties. Handen zijn een vervoersmiddel voor ziekteverwekkende bacteriën en virussen.
Nadere informatieNorovirus. Maatregelen om verspreiding van het virus te voorkomen. Naar het ziekenhuis? Lees eerst de informatie op
Norovirus Maatregelen om verspreiding van het virus te voorkomen Naar het ziekenhuis? Lees eerst de informatie op www.asz.nl/brmo. Inleiding U heeft van uw arts gehoord dat u (mogelijk) het Norovirus
Nadere informatieProtocol Ebola. Doel Preventie van besmetting met het Ebola virus.
Doel Preventie van besmetting met het virus. Toepassingsgebied Iedere telefonische melding koorts, algehele malaise al dan niet in combinatie met bloedingen, in combinatie met verblijf West-Afrika korter
Nadere informatieProtocol Hygiëne & Voeding
Protocol Hygiëne & Voeding Inhoudsopgave: Persoonlijke hygiëne Blz 3 Handen wassen Blz 4 Voeding Blz 5 Contact met dieren Blz 6 Bijlage: Checklist Hygiëne en Voeding 2 Persoonlijke hygiëne Hieronder staan
Nadere informatieBijlage 3: Vragenlijst protocol contactisolatie in het MZH oktober 2013
Bijlage 3: Vragenlijst protocol contactisolatie in het MZH oktober 2013 Beste specialist, arts-assistent, fysiotherapeut, verpleegkundige, helpende, voedingsassistent of afdelingsassistent, Deze vragenlijst
Nadere informatiePersoonlijke beschermingsmiddelen
Verpleeghuis- woon- en thuiszorg Persoonlijke beschermingsmiddelen Dit document mag vrijelijk worden vermenigvuldigd en verspreid mits steeds de Werkgroep Infectiepreventie als auteur wordt vermeld. Vergewis
Nadere informatieGriep (influenza) Maatregelen bij besmetting
Griep (influenza) Maatregelen bij besmetting Naar het ziekenhuis? Lees eerst de informatie op www.asz.nl/brmo. Inleiding U bent opgenomen in ons ziekenhuis en heeft van uw arts gehoord dat u (mogelijk)
Nadere informatieNiet altijd treden ziekteverschijnselen op. Als er ziekteverschijnselen optreden, gebeurt dat meestal 3-4 dagen na de besmetting.
E. coli infecties (EHEC = Enterohemorragische Escherichia coli ) 1 Wat is het De E-coli bacterie is meestal een onschuldige darmbewoner bij de mens. Er zijn echter ook E.coli bacteriën waarvan je ziek
Nadere informatieLandelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid Checklist Hygiënebegeleiding Noodopvang (op basis van AZC) September 2015
Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid Checklist Hygiënebegeleiding Noodopvang (op basis van AZC) September 2015 Naam locatie Datum bezoek Contactpersoon en telefoonnummer Ingevuld door Capaciteit opvanggelegenheid
Nadere informatieNOROVIRUS
NOROVIRUS Wat is het Norovirus? Het Norovirus is de veroorzaker van buikgriep of gastro-enteritis. De symptomen hiervan zijn plots opkomende diarree en/of braken. De klachten beginnen vaak één tot drie
Nadere informatieCalicivirusinfectie A08.1 Norovirusinfectie Winter vomiting disease
Calicivirusinfectie A08.1 Norovirusinfectie Winter vomiting disease 1. Algemeen In 1972 werd in fecesmonsters, verzameld tijdens een epidemie van gastro-enteritis op een basisschool in Norwalk, voor het
Nadere informatieProtocollen Voorbehouden, Risicovolle en Overige handelingen Hygiene en infectiepreventie 9
Protocollen Voorbehouden, Risicovolle en Overige handelingen Hygiene en infectiepreventie 9 Handhygiëne Deze WIP richtlijn betreft de handhygiëne voor zover het niet gaat om operatieve ingrepen en voeding.
Nadere informatieDoel: Het benoemen van maatregelen om het risico van overdracht van micro-organismen van medewerkers van Hap t Hellegat naar patiënten te verminderen.
Toepassing richtlijn Doel: Het benoemen van maatregelen om het risico van overdracht van micro-organismen van medewerkers van Hap t Hellegat naar patiënten te verminderen. Kwaliteitseisen Infectiepreventie
Nadere informatieChemotherapie INTERNE GENEESKUNDE. Maatregelen thuis
Chemotherapie Maatregelen thuis INTERNE GENEESKUNDE In deze folder leest u adviezen over beschermende maatregelen in de thuissituatie, nadat u een behandeling met cytostatica (chemotherapie) heeft gehad.
Nadere informatieIsolatie. Hygiëne en Infectiepreventie. Beter voor elkaar
Isolatie Hygiëne en Infectiepreventie Beter voor elkaar 2 Inleiding Deze folder is bedoeld voor patiënten die geïsoleerd verpleegd worden en voor familie/bezoek van deze patiënten. Bij u is onlangs een
Nadere informatieInformatie over Clostridium difficile
Informatie over Clostridium difficile 2 Clostridium difficile is een bacterie die bij elk mens in de dikke darm voorkomt. Door toediening van antibiotica kan het evenwicht in de darmen verstoord raken.
Nadere informatieWaterpokken. Maatregelen om verspreiding van het virus te voorkomen
Waterpokken Maatregelen om verspreiding van het virus te voorkomen Inleiding U heeft van uw arts gehoord dat bij u of uw kind (mogelijk) het waterpokkenvirus aanwezig is. Net als alle andere Nederlandse
Nadere informatieBeroepsmatig in aanraking komt met levende varkens, vleeskalveren of vleeskuikens.
MRSA 1 U wordt behandeld in een zorginstelling en bent mogelijk in contact gekomen met de MRSA bacterie (Meticilline Resistente Staphylococcus Aureus). Dit kan zijn doordat u Beroepsmatig in aanraking
Nadere informatieWat is M RSA? Wat zijn de ziekteverschijnselen van M RSA? Hoe kun je M RSA krijgen en hoe kun je anderen besmetten?
MRSA In deze folder leest u wat MRSA is, welke gevolgen dit kan hebben voor uw opname en behandeling en welke maatregelen er genomen worden om de verspreiding van MRSA te voorkomen. U wordt behandeld
Nadere informatieDarmontsteking door Clostridium difficile. Dienst Ziekenhuishygiëne
Darmontsteking door Clostridium difficile Dienst Ziekenhuishygiëne Inhoud Wat is Clostridium difficile? 3 C. difficile opsporen 3 Overdracht voorkomen 3 Ziekenhuismedewerkers 4 Patiënt 5 Bezoek 5 Wanneer
Nadere informatieInleiding : Inhoud: 1. Persoonlijke hygiëne 2. Voeding en hygiëne 3. Hygiëne in en om het gebouw
Inleiding : In dit protocol staan alle afspraken die BSO Kids Pleasure hanteert omtrent hygiëne in de meest ruime zin van het woord. Het gaat om afspraken op vlak van persoonlijke hygiëne, voedselhygiëne
Nadere informatieClostridium difficile
Clostridium difficile 2 Inleiding U heeft van uw arts gehoord dat bij u de ziekenhuisbacterie Clostridium difficile aanwezig is. Deze folder geeft informatie over deze bacterie. Ook leest u in deze folder
Nadere informatieMRSA INFORMATIE VOOR PATIËNTEN
MRSA INFORMATIE VOOR PATIËNTEN Inleiding U kunt in deze folder informatie vinden over de Methicilline Resistente Staphylococcus aureus (MRSA) en de maatregelen die het Franciscus Gasthuis & Vlietland treft
Nadere informatieModel Hygiëneprotocol voor de Arbocatalogus Vlees werkt
Model Hygiëneprotocol voor de Arbocatalogus Vlees werkt Dit hygiëneprotocol draagt bij aan een gemeenschappelijk beleid van hygiënemaatregelen binnen de vleessector en vleeswarensector. De huidige hygiëneprotocollen
Nadere informatieZiekenhuishygiëne BRMO
Ziekenhuishygiëne BRMO Bij u is een BRMO gevonden. Maar wat is een BRMO? In deze folder leest u meer over BRMO en welke maatregelen genomen moeten worden. WAT IS EEN BRMO? BRMO is de afkorting van Bijzonder
Nadere informatieVRE-bacterie. Vancomycine resistente enterokok. Neem altijd uw verzekeringsgegevens en identiteitsbewijs mee!
VRE-bacterie Vancomycine resistente enterokok Uit kweekonderzoek is gebleken dat u drager bent van de VRE-bacterie (Vancomycine resistente enterokok). Dit betekent dat de VRE-bacterie zich gevestigd heeft
Nadere informatieHygiëne en Infectiepreventie. Patiënteninformatie. VRE-bacterie. Vancomycine resistente enterokok. Slingeland Ziekenhuis
Hygiëne en Infectiepreventie VRE-bacterie i Patiënteninformatie Vancomycine resistente enterokok Slingeland Ziekenhuis Algemeen Uit kweekonderzoek is gebleken dat u drager bent van de VRE-bacterie (Vancomycine
Nadere informatieMRSA-bacterie. 'ziekenhuisbacterie' Afdeling Infectiepreventie
00 MRSA-bacterie 'ziekenhuisbacterie' Afdeling Infectiepreventie 1 Inleiding De ziekenhuisbacterie MRSA zorgt bij gezonde mensen meestal niet voor klachten. Maar mensen met een verminderde weerstand kunnen
Nadere informatieH y g i ë n e r i c h t l i j n e n. Evenementen met dieren
H y g i ë n e r i c h t l i j n e n Evenementen met dieren Versie 1.0 - augustus 2016 Zijn er dieren op het evenement? Dan kunnen er extra risico s zijn. Dieren kunnen namelijk allerlei ziekteverwekkers
Nadere informatieHandhygiëne medewerkers
Ziekenhuizen Handhygiëne medewerkers Dit document mag vrijelijk worden vermenigvuldigd en verspreid mits steeds de Werkgroep Infectiepreventie als auteur wordt vermeld. Vergewis u er van dat u de meest
Nadere informatieAlgemeen Aangemaakt: Documentbeheerders. Beoordeling. Opmerkingen. Hyperlinks (migratiegebruiker) (Timmermans, Manon)
Titel: Norovirus calamiteit intramuraal draaiboek (V&V 7957) Versie: 2Uitgeprint document is maximaal 24 uur geldig. Printdatum: Huidige datum: 28-11-2016 Norovirus calamiteit intramuraal draaiboek (V&V
Nadere informatieGeïsoleerde verpleging van kinderen
Wilhelmina Ziekenhuis Assen Vertrouwd en dichtbij Informatie voor patiënten Kindergeneeskunde Geïsoleerde verpleging van kinderen contact-isolatie en druppel-isolatie 1 Uw kind is opgenomen op de kinder-
Nadere informatieMRSA staat voor Methicilline (M) resistente (R) Staphylococcus (S) aureus (A).
MRSA MRSA staat voor Methicilline (M) resistente (R) Staphylococcus (S) aureus (A). Stafylokokken zijn bacteriën die ongemerkt leven bij vele mensen, bij voorkeur in de neus of op de huid. Deze bacteriën
Nadere informatieINFECTIERISICO VERMINDEREN
INFECTIERISICO VERMINDEREN In deze folder leest u welke maatregelen het UCCZ Dekkerswald treft om de kans op een infectie voor u zo klein mogelijk te maken. Wat is een infectie? Infecties w orden veroorzaakt
Nadere informatieMaatregelen thuis na chemotherapie
Maatregelen thuis na chemotherapie Deze folder is gemaakt op basis van het Arboconvenant Veilig werken met cytostatica en aangepast op basis van inventarisatie van informatiemateriaal bij leden van de
Nadere informatieALGEMENE EN BIJKOMENDE VOORZORGSMAATREGELEN BIJ ISOLATIE. - Patiëntinformatie -
ALGEMENE EN BIJKOMENDE VOORZORGSMAATREGELEN BIJ ISOLATIE - Patiëntinformatie - Goede en slechte bacteriën Bacteriën leven overal: in onze omgeving, op onze huid en in ons lichaam, ze zijn microscopisch
Nadere informatieClostridium Difficile Associated Diarrhoea (CDAD)
Clostridium Difficile Associated Diarrhoea (CDAD) s Herenbaan 172 2840 Rumst tel: 03 880 90 11 (algemeen) tel: 03 880 91 90 (afspraken) Informatiebrochure e-mail: info@hfr.be www.azheiligefamilie.be 2
Nadere informatieIsolatieverpleging Op de algemene verpleegafdelingen
Isolatieverpleging Op de algemene verpleegafdelingen Albert Schweitzer ziekenhuis afdeling Infectiepreventie april 2014 pavo 0529 Inleiding U bent in het Albert Schweitzer ziekenhuis opgenomen. De arts
Nadere informatieBijzonder Resistente Micro-Organismen. Isolatiemaatregelen infectiepreventie bij BRMO
Bijzonder Resistente Micro-Organismen Isolatiemaatregelen infectiepreventie bij BRMO In deze folder vindt u meer informatie over Bijzonder Resistente Micro Organismen (BRMO) en Extended Spectrum Beta-Lactamase
Nadere informatieMRSA: uitleg en isolatiemaatregelen
MRSA: uitleg en isolatiemaatregelen U heeft van uw arts gehoord dat u (mogelijk) drager bent van de ziekenhuisbacterie MRSA. De afkorting MRSA staat voor de naam van de bacterie: Methicilline Resistente
Nadere informatieClostridium difficile. Infobrochure voor patiënt en bezoeker. Jessa Ziekenhuis vzw. www.jessazh.be. Dienst kwaliteit
Clostridium difficile Heeft u opmerkingen of suggesties i.v.m. deze brochure? Geef ons gerust een seintje! Dienst kwaliteit E-mail: info@jessazh.be Tel: 011 30 81 11 Infobrochure voor patiënt en bezoeker
Nadere informatieISOLATIE KINDERAFDELING Infectiepreventie FRANCISCUS VLIETLAND
ISOLATIE KINDERAFDELING Infectiepreventie FRANCISCUS VLIETLAND Inleiding Uw kind is opgenomen op de kinderafdeling van Franciscus Vlietland en wordt geïsoleerd verpleegd. In deze folder vindt u informatie
Nadere informatiePas op voor prikaccidenten! Zo werk je prettiger!
Pas op voor prikaccidenten! Zo werk je prettiger! Vooraf Een stuk glas met bloed eraan. Een gebruikte injectienaald. Een bebloede zakdoek. Een plas bloed. Als schoonmaker kún je in contact komen met het
Nadere informatieWie hebben een hoger risico op MRSA?
MRSA Via deze folder willen wij u antwoord te geven op enkele van de meest gestelde vragen over MRSA. MRSA is een afkorting voor Methicilline Resistente Staphylococcus Aureus. Wat is MRSA? Staphylococcus
Nadere informatieIsolatie verpleging op de kinderafdeling
Isolatie verpleging op de kinderafdeling Isolatie verpleging Uw kind is opgenomen op de kinderafdeling. Het vermoeden bestaat dat uw kind een infectie heeft of een bacterie of virus bij zich draagt, die
Nadere informatieHet opstellen van een bedrijfsplan, hoofdstuk hygiëne
Het opstellen van een bedrijfsplan, hoofdstuk hygiëne Workshop GGD Amsterdam Janneke Verheijen augustus/september 2013 Vandaag Uitleg over bedrijfsplan hygiëne en de inspectie van de GGD Inhoud bedrijfsplan
Nadere informatieAfdeling hygiëne en infectiepreventie MRSA-bacterie? Voorkomen is beter
Afdeling hygiëne en infectiepreventie MRSA-bacterie? Voorkomen is beter Bent u de afgelopen 2 maanden in een buitenlands ziekenhuis opgenomen of behandeld geweest? Hebt u beroepsmatig contact met varkens
Nadere informatiePatiënteninformatie. MRSA bacterie
Patiënteninformatie MRSA bacterie 2 Inhoud Inhoud... 3 Inleiding... 4 Informatie over MRSA... 4 Wat is MRSA?... 4 Hoe wordt MRSA overgedragen?... 4 Word je ziek van de MRSA bacterie?... 4 Hoe word je opgevolgd?...
Nadere informatieAudit: Handhygiëne-materialen in verpleeghuizen
Audit: Handhygiëne-materialen in verpleeghuizen Dit is een handvat hoe je in je verpleeghuis handhygiëne-materialen op orde kunt krijgen. Pagina 1 en 2 geven uitleg over goede handhygiëne. Vanaf pagina
Nadere informatieLandelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid Checklist hygiëne gemeentelijke crisisopvang voor vluchtelingen. Oktober 2015, versie 4
Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid Checklist hygiëne gemeentelijke crisisopvang voor vluchtelingen Oktober 2015, versie 4 Naam locatie Datum bezoek Contactpersoon en telefoonnummer Ingevuld door Capaciteit
Nadere informatieMRSA Radboud universitair medisch centrum
MRSA U wordt behandeld in het Radboudumc en bent mogelijk in contact gekomen met de MRSA bacterie (Meticilline Resistente Staphylococcus Aureus). Dit kan zijn doordat u Beroepsmatig in aanraking komt
Nadere informatieWorkshop infectiepreventie
Workshop infectiepreventie Carolien Oldenkamp Berkelaar, deskundige infectiepreventie bestuurslid, trainer voorzitter a.i. Waar denk je aan bij infectiepreventie? Handhygiëne Bacteriën Schoonmaak Desinfectie
Nadere informatieBuikgriep bij kinderen Informatie voor ouders. Maatschap Kindergeneeskunde IJsselland Ziekenhuis
Buikgriep bij kinderen Informatie voor ouders Maatschap Kindergeneeskunde IJsselland Ziekenhuis Uw kind is op de Spoedeisende Hulp gekomen omdat hij of zij buikgriep heeft. In deze folder krijgt u de nodige
Nadere informatieZiekenhuishygiëne en infectiepreventie MRSA
Ziekenhuishygiëne en infectiepreventie MRSA Via deze folder geven wij u antwoorden op de enkele van de meest gestelde vragen over MRSA. Wat is MRSA? Staphylococcus aureus, is een bacterie die in veel gevallen
Nadere informatieadviezen na een MRSA informatiefolder voor hernia-operatie patiënt en bezoeker van ZorgSaam Ziekenhuis ZorgSaam
MRSA adviezen na een informatiefolder voor hernia-operatie patiënt en bezoeker van ZorgSaam Ziekenhuis ZorgSaam 1 Wat is MRSA en wat zijn de gevolgen voor u, uw familie, voor medewerkers en andere patiënten?
Nadere informatieMRSA informatie voor de (poli)klinische patiënt
MRSA informatie voor de (poli)klinische patiënt Volgens landelijk beleid controleert Gelre ziekenhuizen patiënten die mogelijk de MRSA bacterie bij zich dragen. Het gaat om patiënten die horen bij de volgende
Nadere informatieMRSA en patiënt in het Maasziekenhuis
MRSA en patiënt in het Maasziekenhuis Tijdens uw opname of consult in Maasziekenhuis Pantein worden extra maatregelen getroffen, omdat u mogelijk de moeilijk te bestrijden bacterie MRSA bij u draagt. In
Nadere informatieVerpleeghuis- woon- en thuiszorg. Persoonlijke beschermingsmiddelen
Verpleeghuis- woon- en thuiszorg Persoonlijke beschermingsmiddelen Werkgroep Infectie Preventie Vastgesteld: januari 2004 Gewijzigd: januari 2005 Revisie: januari 2009 Aan de samenstelling van deze richtlijn
Nadere informatieEBOLAPROTOCOL AMBULANCEZORG NEDERLAND. En regionale toevoegingen
EBOLAPROTOCOL AMBULANCEZORG NEDERLAND En regionale toevoegingen de belangrijkste informatie voorop Hoe raak je besmet met het EBOLA virus?: Direct contact met: Lichaamsvloeistoffen van (al dan niet overleden)
Nadere informatieInfectiepreventiemaatregelen bij openstelling Ebola december 2014
Infectiepreventiemaatregelen bij openstelling Ebola december 2014 - Wat hebben we er van geleerd? Marischka van der Jagt, Deskundige Infectiepreventie 02-11-2015 WIZA (Werkgroep Infectie Ziekten en Arbeid)
Nadere informatie