HUISHOUDELIJK REGLEMENT GGZ NEDERLAND 2014

Transcriptie

1 HUISHOUDELIJK REGLEMENT GGZ NEDERLAND 2014 DEFINITIES Artikel 1 Voor de toepassing van het bij of krachtens dit reglement bepaalde wordt verstaan onder: 1. GGZ Nederland: de statutair te Utrecht gevestigde Vereniging Geestelijke Gezondheidszorg Nederland, hierna ook te noemen 'de vereniging'; 2. algemene ledenvergadering: de algemene ledenvergadering van de vereniging; 3. bestuur: het bestuur van de vereniging; 4. ggz: geestelijke gezondheidszorg inclusief verslavingszorg, kinder- en jeugdpsychiatrie en forensische psychiatrie; 5. lid: de door het bestuur of algemene ledenvergadering toegelaten rechtspersoon die een of meer zorginstellingen, zijnde instellingen voor geestelijke gezondheidszorg, exploiteert of doet exploiteren; 6. vertegenwoordiger: personen die krachtens wet of statuten dan wel krachtens schriftelijke volmacht bevoegd zijn het desbetreffende lid te vertegenwoordigen. HOOFDSTUK 1 HET LIDMAATSCHAP (artikel 3 statuten) 1 lidmaatschapscriteria Artikel 2 1. Bij de beslissing op een verzoek om toelating tot het lidmaatschap van de vereniging zoals bedoeld in artikel 3 lid 4 van de statuten bepaalt het bestuur of sprake is van een instelling voor geestelijke gezondheidszorg. 2. Bij de besluitvorming omtrent een verzoek tot toelating van het lidmaatschap zoals bedoeld in het vorige lid beoordeelt het bestuur onder andere of: a. de doelgroep van de verzoeker personen zijn met DSM benoemde psychische stoornissen of met verslavings- of ernstige psychosociale problemen; b. de diagnostiek door de verzoeker geschiedt conform vigerende psychiatrische classificatiesystemen of indicatiestelling; en c. de behandeling dan wel de begeleiding door de verzoeker plaatsvindt conform multidisciplinaire richtlijnen. Brancheorganisatie voor de geestelijke gezondheids- en verslavingszorg Piet Mondriaanplein GZ Amersfoort Postbus AV Amersfoort T KVK info@ggznederland.nl IBAN: NL56 INGB BIC: INGBNL2A IBAN: NL08 ABNA BIC: ABNANL2A

2 2 beroep tegen afwijzing verzoek lidmaatschap Artikel 3 1. Binnen twee maanden na ontvangst van het bestuursbesluit waarbij een verzoek om toelating tot het lidmaatschap van de vereniging wordt afgewezen, kan de verzoeker schriftelijk tegen deze afwijzing in beroep gaan bij de algemene ledenvergadering. 2. Het schriftelijk beroep tegen de afwijzende beslissing dient gemotiveerd te zijn. 3. De verzoeker ontvangt binnen drie weken na de datum van de algemene ledenvergadering waarin het beroep is behandeld, de beslissing op zijn beroep. Artikel 4 1. Een commissie adviseert de algemene ledenvergadering ten aanzien van het ingestelde beroep. 2. Deze commissie wordt benoemd door het bestuur. 3. De commissie bestaat uit vertegenwoordigers van twee leden van de vereniging werkzaam in dezelfde sector als de appellant en een onafhankelijke voorzitter, die geen binding heeft met een lid van GGZ Nederland. 4. De directeur van GGZ Nederland, of een door hem aan te wijzen vervanger, fungeert als secretaris en adviseur van de commissie. 5. De commissie krijgt de beschikking over alle relevante stukken en is gerechtigd nadere informatie in te winnen bij appellant en zich desgewenst voor rekening van de vereniging te voorzien van externe juridische bijstand. Artikel 4a 1. Naast de in artikel 3 lid 9 en 5 lid 8 van de statuten en artikel 3 van het huishoudelijk reglement bedoelde beroepsmogelijkheid staat voor de verzoeker om het lidmaatschap respectievelijk het lid, dat is geroyeerd of geschorst, beroep open op een van GGZ Nederland of haar leden onafhankelijke commissie. 2. De in het vorige lid bedoelde commissie bestaat uit drie leden, die geen arbeidsrechtelijke, bestuurlijke of toezichthoudende relatie hebben met GGZ Nederland of de bij de vereniging aangesloten leden en doet uitspraak op basis van bindend advies. 3. De werkwijze van de in het vorige lid bedoelde commissie wordt nader geregeld in een geschillenreglement. HOOFDSTUK 2 CONTRIBUTIE DIENSTVERLENINGSOVEREENKOMSTEN 1 leden (artikel 15 statuten) Artikel 5 1. De contributie wordt berekend op basis van een jaarlijks vast te stellen percentage van het totaalbedrag aan personeelskosten van het lid en al zijn zorginstellingen waarover het lidmaatschap zich uitstrekt, zulks in relatie tot de vast te stellen begroting van GGZ Nederland van het betreffende boekjaar met een minimum van een door het bestuur jaarlijks vast te stellen bedrag. 2. Een lid, dat in de loop van het jaar van een verenigingsjaar is toegetreden, is over dat jaar naar rato de contributie verschuldigd.

3 2 dienstverleningsovereenkomsten Artikel 6 1. Onder een CAO volger wordt verstaan een rechtspersoon die al dan niet vrijwillig de CAO GGZ toepast en als zodanig geen instelling voor geestelijke gezondheidszorg exploiteert of doet exploiteren. 2. Het bestuur kan na een schriftelijk verzoek van een CAO volger besluiten deze CAO volger schriftelijke informatie die betrekking heeft op de CAO GGZ, te doen toekomen en de dienstverlening van de helpdesk CAO van GGZ Nederland voor deze CAO volger open te stellen. 3. Het bestuur is gerechtigd zonder opgaaf van redenen een verzoek als bedoeld in het vorige lid niet te honoreren. 4. Het verstrekken respectievelijk aanbieden van deze diensten als bedoeld in het tweede lid wordt geregeld bij schriftelijke overeenkomst. 5. De kosten per jaar verbonden aan deze diensten bedragen een jaarlijks door het bestuur vast te stellen bedrag per fte van de CAO volger met een minimum van een eveneens jaarlijks door het bestuur vast te stellen bedrag. 6. De in het vierde lid bedoelde overeenkomst kan door elk van beide partijen schriftelijk per aangetekende brief worden opgezegd tegen het einde van het boekjaar en met in achtneming van een opzegtermijn van drie maanden. HOOFDSTUK 3 ALGEMENE LEDENVERGADERING 1 procedurele aspecten (artikel 7 statuten) Artikel 7 1. Toegang tot de algemene ledenvergadering hebben de vertegenwoordigers van de leden alsmede bestuurs- en directieleden van de vereniging en zij die door de voorzitter tot de algemene ledenvergadering zijn toegelaten. 2. Bij de aanvang van de algemene vergadering zijn de vertegenwoordigers van de leden gehouden de presentielijst te tekenen met vermelding van de naam en de plaats van het lid dat zij vertegenwoordigen. 3. De datum van een algemene vergadering wordt als regel ten minste een maand doch in ieder geval veertien dagen tevoren door het bestuur schriftelijk aan de leden bekend gemaakt, tenzij daarvan in spoedeisende gevallen door het bestuur wordt afgeweken. 4. Met inachtneming van het bepaalde in artikel 7 lid 5 van de statuten geschiedt de oproep tot een algemene vergadering schriftelijk met vermelding van de overeenkomstig artikel 8 van dit reglement ingediende voorstellen alsmede de overige te behandelen onderwerpen. 2 voorstellen ter behandeling in een algemene ledenvergadering Artikel 8 1. Voorstellen ter behandeling in een algemene vergadering kunnen worden ingediend door: a. het bestuur en; b. ten minste tien of meer leden gezamenlijk.

4 2. Voorstellen als in het vorige lid onder sub b bedoeld worden voorzien van een toelichting, ten minste één maand voor de datum van de algemene ledenvergadering schriftelijk ingediend bij het bestuur. Een zodanig voorstel voorziet het bestuur zo mogelijk van een preadvies. 3 voorstellen en amendementen Artikel 9 1. Tijdens een algemene vergadering kan de vertegenwoordiger van een lid een voorstel indienen dat betrekking heeft op een onderwerp in de agenda vermeld. 2. Een zodanig voorstel dient, alvorens het in behandeling kan worden genomen, door vertegenwoordigers van ten minste vijf andere leden te worden ondersteund. 4 voorstellen van orde Artikel De vertegenwoordiger van een lid kan tijdens een algemene ledenvergadering een voorstel van orde indienen, mits het voorstel betrekking heeft op een onderwerp dat op deze vergadering in behandeling is. 2. Het voorstel dient naar het oordeel van de voorzitter in voldoende mate door andere leden te worden ondersteund, alvorens in behandeling te kunnen worden genomen. 3. Een voorstel van orde wordt bij voorrang behandeld. 5 moties Artikel Een motie kan tijdens een algemene ledenvergadering schriftelijk worden ingediend door vertegenwoordigers van ten minste vijf leden gezamenlijk. 2. Een motie wordt niet in behandeling genomen dan nadat naar het oordeel van de voorzitter voldoende geconstateerd is dat de motie slechts een mening van de vergadering uitspreekt. 6 stemprocedure (artikel 8 statuten) Artikel Indien bij stemming over de benoeming van personen sprake is van meerdere kandidaten voor een vacature, kan slechts een stem worden uitgebracht op één van de kandidaten. 2. Indien bij stemming over de benoeming van personen als bedoeld in het vorige lid geen van de kandidaten de volstrekte meerderheid heeft verkregen, heeft een tweede stemming plaats tussen de kandidaten, die het hoogst aantal stemmen hebben behaald. 3. Indien sprake is van meer dan één vacature, dan wordt gestemd per afzonderlijke vacature. 4. In het geval als bedoeld in het vorige lid, heeft een lid de mogelijkheid een kandidaat te stellen voor één of meer vacatures. 5. Indien een lid een kandidaat heeft gesteld voor meer dan één vacature, vervalt na een benoeming de kandidatuur voor de overige vacatures.

5 HOOFDSTUK 4 BESTUUR 1 benoeming algemeen (artikel 9 statuten) Artikel 13 Paragraaf 1 van dit hoofdstuk heeft geen betrekking op de benoeming van de voorzitter. Artikel Het rooster van aftreden van het bestuur wordt zodanig opgesteld, dat enerzijds de bestuurlijke continuïteit blijft gewaarborgd en anderzijds sprake is van regelmatige aanwas van nieuwe bestuursleden. 2. Het bestuur brengt het rooster van aftreden ter kennis van de algemene ledenvergadering. Artikel Uiterlijk vier maanden vóór het tijdstip dat een zetel volgens het rooster van aftreden vacant komt en zo spoedig mogelijk nadat een bestuurslid tussentijds is afgetreden, nodigt het bestuur de leden uit kandidaten voor te dragen. In bijzondere gevallen kan het bestuur afwijken van de termijn van vier maanden. 2. Het bestuur stelt bij een vacature eventueel vast welk aandachtsveld de vacante zetel betreft. 3. Kandidaatstelling door leden dient binnen vier weken na de aankondiging van de vacature door het bestuur plaats te vinden. Artikel Het bestuur maakt een voordracht op voor de benoeming van een nieuw bestuurslid. 2. Het bestuur benoemt daartoe uit zijn midden een voordrachtscommissie bestaande uit ten hoogste drie leden, die het bestuur adviseert door een voorstel te formuleren ten behoeve van de voordracht die het bestuur aan de algemene ledenvergadering uitbrengt. 3. De voorzitter van het bestuur maakt uit dien hoofde deel uit van de voordrachtscommissie. 4. De directeur is als zodanig geen lid van deze commissie, maar fungeert als adviseur van de voordrachtscommissie. Artikel De voordrachtscommissie vergaart de noodzakelijke informatie voor het uitbrengen van het advies en voert de eventuele gesprekken met kandidaten. 2. De voordrachtscommissie houdt bij het opstellen van het advies rekening met de kandidaatstelling door de leden alsmede met de bestuurlijke kwaliteit en affiniteit van kandidaten met eventuele aandachtsveld(en). Artikel 18 Het bestuur brengt de leden zo spoedig mogelijk in kennis van de inhoud van de voordracht. 2 ontslag door algemene ledenvergadering (artikel 9 lid 11 statuten)

6 Artikel 19 De algemene ledenvergadering kan een lid van het bestuur schorsen of ontslaan op grond van elk handelen of nalaten, dat naar het oordeel van de algemene ledenvergadering de belangen of het aanzien van de vereniging in ernstige mate schaadt. Artikel Een besluit tot schorsing of ontslag kan alleen worden genomen nadat het betreffende bestuurslid in de gelegenheid is gesteld zich hetzij schriftelijk hetzij mondeling in de algemene ledenvergadering te verantwoorden en te verdedigen. 2. De voorzitter stelt het betreffende bestuurslid zo spoedig mogelijk, doch ten minste twee weken voor de algemene ledenvergadering als bedoeld in lid 1, in kennis van het voorstel tot schorsing of ontslag onder vermelding van de gronden waarop het rust en van de mogelijkheid om zich te verweren of te worden gehoord. 3. In spoedeisende gevallen, zulks ter beoordeling van de voorzitter, kan van het bepaalde in lid 1 en lid 2 van dit artikel worden afgeweken. Artikel 21 Indien een bestuurslid wordt geschorst geschiedt zulks voor een termijn van ten hoogste drie maanden waarbinnen de algemene ledenvergadering een besluit neemt over het te volgen ontslag overeenkomstig de wijze als bepaald in de artikel 19 van dit reglement. 3 werkwijze bestuur (artikel 12 statuten) Artikel Het bestuur vergadert zo dikwijls als de voorzitter of twee andere bestuursleden dit wenselijk achten, maar in ieder geval zes keer per jaar. 2. De oproepingen tot de bestuursvergaderingen geschieden schriftelijk door of vanwege de voorzitter. De oproep bevat ten minste de tijd en plaats van de vergadering, alsmede een opgave van de te behandelen agendapunten. Artikel De leiding van de vergadering berust bij de voorzitter en bij diens afwezigheid bij de vicevoorzitter. 2. Door of vanwege de secretaris worden de notulen opgesteld, die in een volgende vergadering worden vastgesteld en ten bewijze van de vaststelling door de voorzitter van de vergadering worden ondertekend. 3. De voorzitter kan bepalen, dat ook andere personen de vergadering van het bestuur kunnen bijwonen en in de vergadering het woord kunnen voeren. HOOFDSTUK 5 COMMISSIES (artikel 13 statuten) Artikel 24 De taken en bevoegdheden alsmede de werkzaamheden van de commissies worden nader geregeld in het desbetreffende instellingsbesluit van het bestuur. Artikel Indien het bestuur een commissie instelt dan wel sprake is van één of meerdere vacatures in een bestaande commissie roept het bestuur ten minste acht weken vóór de

7 vergadering waarin de commissie wordt ingesteld of in de vacature van een bestaande commissie wordt voorzien, de leden van de vereniging op kandidaten te stellen. 2. De leden kunnen tot uiterlijk vier weken voor de vergadering van het bestuur waarin de benoeming plaatsvindt, kandidaten voorstellen voor de benoeming in de betreffende commissie. Artikel Het bestuur kan de desbetreffende commissie om advies vragen omtrent de benoeming van de kandidaten. 2. Indien het een in te stellen commissie betreft benoemt het bestuur uit zijn midden een voordrachtscommissie die ten aanzien van de benoeming advies uitbrengt aan het bestuur. 3. De voorzitter van het bestuur maakt uit dien hoofde deel uit van de in het vorige lid bedoelde voordrachtscommissie. 4. De directeur fungeert als adviseur van deze voordrachtscommissie. Artikel Eén lid van het bestuur met het aandachtsveld dat aansluit bij het beleidsterrein van de vereniging ten aanzien waarvan de commissie is ingesteld, fungeert als voorzitter van de commissie en vormt daarmee een schakel tussen de commissie en het bestuur. 2. De leden van een commissie zijn deskundig op het terrein van de commissie. 3. De leden van een commissie worden benoemd voor een periode van vier jaar en zijn daarna eenmaal terstond herbenoembaar. 4. De leden van een commissie treden tussentijds af volgens een op te stellen rooster van aftreden. HOOFDSTUK 6 SLOTBEPALINGEN Artikel 28 Alle door de algemene ledenvergadering afzonderlijk vast te stellen reglementen worden geacht onderdeel uit te maken van het huishoudelijk reglement. Deze regelingen mogen niet in strijd zijn met de wet, de statuten of het huishoudelijk reglement. Artikel Dit huishoudelijk reglement kan worden gewijzigd door een besluit van de algemene ledenvergadering. 2. Een besluit tot wijziging van het huishoudelijk reglement kan slechts worden genomen indien het voorstel daartoe in de oproep tot de algemene ledenvergadering is vermeld en ten minste drie weken van tevoren ter kennis van de leden is gebracht. Artikel Dit reglement is vastgesteld door de algemene ledenvergadering van GGZ Nederland op 14 juni 2001 en in werking getreden op 1 juli Het reglement is laatstelijk gewijzigd door de algemene ledenvergadering op 15 november 2012 en dit gewijzigde reglement treedt in werking op 1 januari Het reglement is laatstelijk gewijzigd door de algemene ledenvergadering op 14 november 2013 en dit gewijzigde reglement treedt in werking op 1 januari 2014.