AGENDAPUNTEN VAN HET SCHEPENCOLLEGE

Transcriptie

1 PROVINCIE OOST-VLAANDEREN GEMEENTE WACHTEBEKE UITTREKSEL UIT DE NOTULEN VAN DE GEMEENTERAAD VAN 9185 WACHTEBEKE Openbare zitting van 29 januari 2009 Tegenwoordig: M.M. De Vliegher, Burgemeester-Voorzitter Penneman, De Block, Bruggeman, Wuytack, schepenen; Van Cronenburg, Colpaert, De Loose, Bastiaens, Fermont, Van Hoecke, Van de Velde, Van Vlaender, Remorie, Roets, Gabriël en Ongenae, raadsleden; Tack, Secretaris. Verontschuldigd: Vereecke, schepen. AGENDAPUNTEN VAN HET SCHEPENCOLLEGE 01. OCMW. Ontslag raadslid De Gemeenteraad neemt kennis van het ontslag van de heer Georges Ongenae, te 9185 Wachtebeke als OCMW-raadslid met ingang vanaf heden. 02. Aanstelling OCMW-raadslid Gelet op het besluit van de gemeenteraad van Wachtebeke d.d , betreffende de verkiezing van de leden van de raad van het maatschappelijk welzijn van het plaatselijk Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn; Gelet op het besluit van de Raad voor Verkiezingsbetwistingen van 22 januari 2007 waarbij de verkiezing van de leden van de raad van het maatschappelijk welzijn van het plaatselijk Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn wordt geldig verklaard; Gelet op het ontslag van de heer Georges Ongenae als OCMW-raadslid; Dat van dit ontslag akte werd genomen door de gemeenteraad in zitting van heden; Overwegende dat de heer Willy Celie als eerste opvolger voor de heer Georges Ongenae werd aangeduid; Overwegende dat de heer Willy Celie ononderbroken aan de verkiesbaarheidsvoorwaarden heeft voldaan; Gelet op de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de OCMW s; BESLUIT: met algemene stemmen Art.01. De heer Willy Celie, geboren op 8 september 1942, wonende Ramonshoek 90 te 9185 Wachtebeke wordt verkozen verklaard als raadslid van het OCMW Wachtebeke; 1

2 Art.02. Afschrift van dit besluit zal overgemaakt worden aan: - Raad voor Verkiezingsbetwistingen Oost-Vlaanderen, Gouvernementstraat 1 te 9000 Gent; - Mevrouw de voorzitter van het OCMW Wachtebeke, Godshuisstraat 13 te 9185 Wachtebeke; - De heer Willy Celie, Ramonshoek 90 te 9185 Wachtebeke. 03. Beleidsnota budget 2009 Gelet op het decreet van 28 april 1993 houdende regeling, voor het Vlaamse Gewest, van het administratief toezicht op de gemeenten; Gelet op het gemeentedecreet; Gelet op de omzendbrief BB 2008/08 betreffende de instructies voor het opstellen van de budgetten voor 2009 en de bijhorende meerjarenplannen van de gemeenten en van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn van het Vlaamse Gewest; Keurt de beleidsnota over het budget 2009 als volgt goed: met 10 ja-stemmen en 6 onthoudingen. 04. Budget 2009 Na individuele stemming over het artikel 040/ Milieubelasting + Diftar: goedgekeurd met 10 ja-stemmen en 6 neen-stemmen; Keurt de gewone begroting van de gemeente Wachtebeke voor het jaar 2009 als volgt goed : met 10 ja-stemmen en 6 onthoudingen : Ontvangsten van het dienstjaar : Uitgaven van het dienstjaar : Resultaat : Vorige dienstjaren : Overboekingen Geraamd resultaat vh dienstjaar Geraamd algemeen begr. resultaat VJ Geraamd algemeen begr. resultaat Keurt de buitengewone begroting van de gemeente Wachtebeke voor het jaar 2009 als volgt goed : 10 ja-stemmen en 6 onthoudingen Ontvangsten van het dienstjaar : Uitgaven van het dienstjaar : Resultaat : Vorige dienstjaren (uitgaven) Overboekingen Geraamd resultaat vh dienstjaar 0 Geraamd algemeen begr. resultaat VJ 0 Geraamd algemeen begr. resultaat 0 2

3 05. Financieel beleidsplan Gelet op het decreet van 28 april 1993 houdende regeling, voor het Vlaamse Gewest, van het administratief toezicht op de gemeenten; Gelet op het gemeentedecreet; Gelet op de omzendbrief BB 2008/08 betreffende de instructies voor het opstellen van de budgetten voor 2009 en de bijhorende meerjarenplannen van de gemeenten en van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn van het Vlaamse Gewest; Keurt het financieel beleidsplan als volgt goed met 10 ja-stemmen en 6 neenstemmen; Financiële toestand : - na rekening 2007 : ,00 - na gewijzigd budget: 2008 : ,00 - na budget 2009 : ,00 - prognose 2010 : ,00 - prognose 2011 : ,00 - prognose 2012 : ,00 - prognose 2013: , Algemene gemeentelijke milieubelasting Gelet op het gemeentedecreet ; Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen ; Gelet op de omzendbrief BB 2008/07 van 18 juli 2008 ; Overwegende dat de inwoners van de gemeente genieten van een dienst voor het weghalen van huisvuil, ophaling van het grof vuil, ophaling G.F.T., dienst K.G.A en bovendien op het gemeentelijk containerpark terecht kunnen met alle soorten afval, naast de selectieve huisaan-huisophaling van diverse afvalstoffen; Dat deze dienstverlening jaarlijks een steeds hogere financiële last uitmaakt en een gedeeltelijke recuperatie via de genieters van deze dienstverlening noodzakelijk is; Gelet op de uitslag van de stemming; BESLUIT: met 10 ja-stemmen en 6 neen-stemmen. ART.01. Met ingang van 1 januari 2009 en voor de duur van vier jaar, eindigend op 31 december 2012 wordt ten behoeve van de gemeente een algemene gemeentelijke milieubelasting geheven. 3

4 ART.02. ART.03. ART.04. Deze belasting is hoofdelijk verschuldigd door de leden van ieder gezin, ingeschreven in de bevolkings- of vreemdelingenregisters en werkelijk in de gemeente verblijvend op 1 januari van het dienstjaar. De inschrijving in de bevolkingsregisters is beslissend tenzij andersluidend bewijs. Ook de bedrijven of rechtspersonen die een pand betrekken zijn belastbaar. Onder gezin wordt verstaan, hetzij een persoon die gewoonlijk alleen leeft, hetzij een vereniging van twee, of meer personen die al dan niet door familiebanden gebonden gewoonlijk eenzelfde woning of woongelegenheid betrekken en er samen leven. Ook de gezinnen die de gemeente als tweede of tijdelijk verblijf bewonen zijn belastbaar. De leden van ieder gezin, ingeschreven in de bevolkings- of vreemdelingenregisters en werkelijk in de gemeente verblijvend zijn hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de belasting. De belasting bedraagt 80,00 euro per gezin. De belasting bedraagt slechts 50,00 euro per jaar voor: Belastingsplichtigen die op meer dan 100 m wonen van een door de huisvuildienst bediende straat en geen gebruik maken van de dienst. Deze verminderingen worden slechts toegestaan na het overleggen van de nodige attesten. Afstand woning tot bediende straat: attest burgemeester. De gezinnen die de gemeente als tweede of tijdelijk verblijf bewonen en op meer dan 100 meter wonen van een door de huisvuildienst bediende straat en geen gebruik maken van de dienst zijn vrijgesteld van de belasting. De personen die de gemeente als tijdelijk of tweede verblijf bewonen en die van het containerpark gebruik maken, worden beschouwd als wonende in een bediende straat. ART.05. ART.06. ART.07. ART.08. De belasting wordt niet geheven op de onroerende goederen, bestemd voor een dienst van openbaar nut, hetzij deze dienst al dan niet kosteloos wordt verstrekt, zelfs wanneer de goederen geen domeingoederen zijn of rechtstreeks door de staat of zijn aangestelden in huur worden genomen. Deze ontslaging slaat evenwel niet op de delen van deze goederen die door de aangestelde van de staat voor zijn persoonlijk gebruik worden betrokken. De belasting wordt ingevorderd bij wege van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar wordt verklaard door het college van burgemeester en schepenen. De belasting is betaalbaar binnen de twee maanden na verzending van het aanslagbiljet. De belastingplichtige die meent ten onrechte of te hoog belast te zijn, kan bezwaar tegen de aanslag indienen bij het College van Burgemeester en Schepenen, Dorp 61, 9185 Wachtebeke. Het bezwaar moet schriftelijk gebeuren, met redenen omkleed zijn, gedagtekend en ondertekend door de belastingplichtige of diens vertegenwoordiger. Het moet overhandigd of per post verzonden worden. De bezwaartermijn bedraagt drie maanden te rekenen vanaf de derde kalenderdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet. Indien de belastingplichtige wenst gehoord te worden, 4

5 dient hij daar uitdrukkelijk om te vragen in zijn bezwaarschrift. Een ontvangstbewijs wordt afgeleverd. ART.09. Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van het decreet van 30 mei 2008, zijn de bepalingen van titel VII (Vestiging en invordering van de belastingen), hoofdstukken I (algemene bepalingen), 3 (onderzoek en controle), 4 (bewijsmiddelen van de administratie),6 (aanslagtermijnen), 7 tot en met 9 (rechtsmiddelen; invordering van de belasting waaronder de nalatigheids- en moratoriumintresten; rechten en voorrechten van de schatkist; strafbepalingen) van het Wetboek van de inkomstenbelasting en de artikelen 126 tot 175 van het uitvoeringsbesluit van dit Wetboek (betreft o.m. de verjaring en de vervolgingen) van toepassing voor zover zij met name niet de belastingen op de inkomsten betreffen. ART.10. Deze verordening wordt aan de toezichthoudende overheid toegezonden. 07. Belasting op de afgifte van administratieve stukken Gelet op het gemeentedecreet ; Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen ; Gelet op de omzendbrief BB 2008/07 van 18 juli 2008 ; Overwegende dat de financiële toestand van de gemeente de invoering vergt van alle rendabele belastingen; BESLUIT: met algemene stemmen. ART.01. ART.02. Voor een termijn beginnend op en eindigend op wordt ten behoeve van de gemeente onder de navolgende voorwaarden een belasting geheven op de afgifte van getuigschriften en andere stukken. De belasting valt ten bezware van de personen of instellingen aan wie deze stukken door de gemeente op verzoek of ambtshalve worden uitgereikt. Het bedrag van de belasting wordt als volgt bepaald: a) Op de afgifte van allerlei getuigschriften, uittreksels, afschriften, legalisaties, vergunningen, enz. die ambtshalve of op verzoek worden uitgereikt 2,50 euro per exemplaar. b) Op de afgifte van een elektronische vreemdelingenkaarten, attesten van immatriculatie en verblijfskaarten : 10,00 euro. c) Op de afgifte van trouwboekjes: 10,00 euro. d) Op de afgifte of vernieuwing van identiteitsbewijzen voor personen onder de twaalf jaar (model met plastiekzakje) : kosteloos e) Op de afgifte of vernieuwing van identiteitsbewijzen voor personen onder de 12 jaar (model met foto) : 1,00 euro. f) Aanvragen tot stedebouwkundige en/of verkavelingsinlichtingen : 25,00 euro per kadastraal perceel. g) Op de afgifte van reispassen: - Nieuwe reispas: 4,00 euro h) Op de afgifte van een elektronische identiteitskaart: normaal : 10,00 euro, dringend:100,00 euro, zeer dringend: 150,00 euro. 5

6 ART.03. ART.04. ART.05. ART.06. Zijn van de belasting vrijgesteld: a) De stukken die krachtens een wet, een decreet, een koninklijk besluit, een besluit van de Vlaamse regering of een andere overheidsverordening kosteloos door het gemeentebestuur dienen te worden afgegeven. b) De stukken die als dusdanig reeds het voorwerp zijn van de heffing van een belasting of retributie ten behoeve van de gemeente krachtens een wet, decreet of verordening; c) Geldigheidsverklaring van aanvraagformulieren voor reductiekaarten voor grote gezinnen; d) Alle stukken die vereist zijn voor eenieder die verklaart dat voormelde stukken dienen te worden voorgelegd om een tewerkstelling te bekomen, te kunnen solliciteren of aan examens of proeven deel te nemen met het oog op een eventuele aanwerving; e) Paspoorten voor kinderen jonger dan 12 jaar; f) Getuigschriften voor het bekomen van een sociaal telefoontarief voor Belgacom. Bij de aanvraag zal een bedrag gelijk aan de belasting, vermeerderd met de eventuele verzendingskosten, in consignatie worden gegeven bij de gemeenteontvanger of bij zijn afgevaardigde, indien het stuk niet onmiddellijk bij de aanvraag kan afgegeven worden. De belasting en de eventuele verzendingskosten moeten bij de afgifte van het stuk contant worden betaald, tegen afgifte van een betalingsbewijs. Bij gebreke van contante betaling, wordt de belasting ingekohierd en is ze onmiddellijk eisbaar. De belastingplichtige die meent ten onrechte of te hoog belast te zijn, kan bezwaar tegen de aanslag indienen bij het College van Burgemeester en Schepenen, Dorp 61, 9185 Wachtebeke. Het bezwaar moet schriftelijk gebeuren, met redenen omkleed zijn, gedagtekend en ondertekend door de belastingplichtige of diens vertegenwoordiger. Het moet overhandigd of per post verzonden worden. De bezwaartermijn bedraagt drie maanden te rekenen vanaf de derde kalenderdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet. Indien de belastingplichtige wenst gehoord te worden, dient hij daar uitdrukkelijk om te vragen in zijn bezwaarschrift. Een ontvangstbewijs wordt afgeleverd. ART.07. Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van het decreet van 30 mei 2008, zijn de bepalingen van titel VII (Vestiging en invordering van de belastingen), hoofdstukken I (algemene bepalingen), 3 (onderzoek en controle), 4 (bewijsmiddelen van de administratie),6 (aanslagtermijnen), 7 tot en met 9 (rechtsmiddelen; invordering van de belasting waaronder de nalatigheids- en moratoriumintresten; rechten en voorrechten van de schatkist; strafbepalingen) van het Wetboek van de inkomstenbelasting en de artikelen 126 tot 175 van het uitvoeringsbesluit van dit Wetboek (betreft o.m. de verjaring en de vervolgingen) van toepassing voor zover zij met name niet de belastingen op de inkomsten betreffen. ART.08. Deze verordening wordt aan de toezichthoudende overheid toegezonden. 6

7 08. Indirecte belasting op het gebruik van het openbaar domein ter gelegenheid van markten Gelet op het gemeentedecreet ; Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen ; Gelet op de omzendbrief BB 2008/07 van 18 juli 2008 ; Overwegende dat de financiële toestand van de gemeente de invoering vergt van alle rendabele belastingen; BESLUIT: met algemene stemmen ART.01. ART.02. ART.03. Er wordt voor de aanslagjaren 2009 tot en met 2012 een indirecte gemeentebelasting gevestigd op het gebruik van het openbaar domein ter gelegenheid van de wekelijkse markt, tenzij deze ingebruikname onderworpen is aan een andere gemeenteverordening inzake belasting of retributie of toegestaan is krachtens een kontrakt. De belasting is verschuldigd door de gebruiker. De belasting wordt per marktdag als volgt vastgesteld: - Standplaats met kraam (overdekt/onoverdekt met max. diepte van 3 m) : 1,00 euro per strekkende meter - Standplaats met als kraam ingericht voertuig: 1,00 euro per strekkende meter met een minimum van 3,00 euro. - Standwerker of demonstreerder: 1,00 euro per m² met een minimum van 3,00 euro. - Liedjeszanger (zonder kraam): 3,00 euro per dag - Wagens, auto s, landbouwmachines: 3,00 euro per stuk. - Standplaatsen zonder kraam (pluimvee, kleine huisdieren, enz ) 1,00 euro per m² met een minimum van 3,00 euro. De delen van een strekkende meter of van een vierkante meter worden als een volle strekkende meter of vierkante meter aangerekend. ART.04. ART.05. De belasting moet vanaf het ogenblik van het plaatsen contant betaald worden, tegen afgifte van een kwitantie. Bij gebreke aan een contante betaling binnen de 30 dagen, wordt de belasting van ambtswege ingekohierd en is ze onmiddellijk eisbaar. De belastingplichtige die meent ten onrechte of te hoog belast te zijn, kan bezwaar tegen de aanslag indienen bij het College van Burgemeester en Schepenen, Dorp 61, 9185 Wachtebeke. Het bezwaar moet schriftelijk gebeuren, met redenen omkleed zijn, gedagtekend en ondertekend door de belastingplichtige of diens vertegenwoordiger. Het moet overhandigd of per post verzonden worden. De bezwaartermijn bedraagt drie maanden te rekenen vanaf de derde kalenderdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet. Indien de belastingplichtige wenst gehoord te worden, 7

8 dient hij daar uitdrukkelijk om te vragen in zijn bezwaarschrift. Een ontvangstbewijs wordt afgeleverd. ART.06. Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van het decreet van 30 mei 2008, zijn de bepalingen van titel VII (Vestiging en invordering van de belastingen), hoofdstukken I (algemene bepalingen), 3 (onderzoek en controle), 4 (bewijsmiddelen van de administratie),6 (aanslagtermijnen), 7 tot en met 9 (rechtsmiddelen; invordering van de belasting waaronder de nalatigheids- en moratoriumintresten; rechten en voorrechten van de schatkist; strafbepalingen) van het Wetboek van de inkomstenbelasting en de artikelen 126 tot 175 van het uitvoeringsbesluit van dit Wetboek (betreft o.m. de verjaring en de vervolgingen) van toepassing voor zover zij met name niet de belastingen op de inkomsten betreffen. ART.07. Deze verordening wordt aan de toezichthoudende overheid toegestuurd. 09. Belasting op ambulante activiteiten Gelet op het gemeentedecreet ; Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen ; Gelet op de omzendbrief BB 2008/07 van 18 juli 2008 ; Overwegende dat de financiële toestand van de gemeente de invoering vergt van alle rendabele belastingen; BESLUIT: met algemene stemmen. ART.1. Er wordt voor een termijn vanaf en eindigend op 31 december 2012 een gemeentebelasting gevestigd op ambulante activiteiten, waarvan de uitoefening onderworpen is aan de voorafgaande machtiging van de Minister van Middenstand overeenkomstig de wet van 25 juni 1993 betreffende de uitoefening van ambulante activiteiten en de organisatie van openbare markten. ART.2. ART.3. ART.4. De belasting is verschuldigd door de ambulante handelaar die een standplaats inneemt op het openbaar domein van de gemeente Wachtebeke. De belasting wordt vastgesteld op 40,00 euro per dag. Een gedeelte van een dag wordt beschouwd als een volle dag. De belastingsplichtige is gehouden, minstens vierentwintig uren vooraf, aan het gemeentebestuur de voor de aanslag noodzakelijke gegevens ter beschikking te stellen. Bij gebreke van aangifte of bij onvolledige aangifte wordt de belastingsplichtige van ambtswege belast volgens de gegevens waarover het gemeentebestuur beschikt, onverminderd het recht van bezwaar en beroep. Vooraleer over te gaan tot de ambtshalve vaststelling van de belasting, betekent het college aan de belastingsplichtige, per aangetekend schrijven, de motieven om gebruik te maken van deze procedure, de elementen waarop de 8

9 aanslag is gebaseerd evenals de wijze van bepaling van deze elementen en het bedrag van de belasting. De belastingsplichtige beschikt over een termijn van dertig dagen volgend op de datum van verzending van de betekening om zijn opmerkingen schriftelijk voor te dragen. ART.5. ART.6. De overeenkomstig artikel 4 ingekohierde belasting wordt verhoogd met een bedrag gelijk aan de verschuldigde belasting. Het bedrag van deze verhoging wordt ingekohierd. De belasting wordt ingevorderd overeenkomstig de regelen betreffende de invordering inzake de rijksbelastingen op de inkomsten. ART.7. Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van het decreet van 30 mei 2008, zijn de bepalingen van titel VII (Vestiging en invordering van de belastingen), hoofdstukken I (algemene bepalingen), 3 (onderzoek en controle), 4 (bewijsmiddelen van de administratie),6 (aanslagtermijnen), 7 tot en met 9 (rechtsmiddelen; invordering van de belasting waaronder de nalatigheids- en moratoriumintresten; rechten en voorrechten van de schatkist; strafbepalingen) van het Wetboek van de inkomstenbelasting en de artikelen 126 tot 175 van het uitvoeringsbesluit van dit Wetboek (betreft o.m. de verjaring en de vervolgingen) van toepassing voor zover zij met name niet de belastingen op de inkomsten betreffen. ART.8. ART.9. ART.10. ART.11. De belasting wordt ingevorderd bij wege van een kohier. Het kohier wordt vastgesteld en uitvoerbaar verklaard door het college van burgemeester en schepenen. De belastingplichtige die meent ten onrechte of te hoog belast te zijn, kan bezwaar tegen de aanslag indienen bij het College van Burgemeester en Schepenen, Dorp 61, 9185 Wachtebeke. Het bezwaar moet schriftelijk gebeuren, met redenen omkleed zijn, gedagtekend en ondertekend door de belastingplichtige of diens vertegenwoordiger. Het moet overhandigd of per post verzonden worden. De bezwaartermijn bedraagt drie maanden te rekenen vanaf de derde kalenderdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet. Indien de belastingplichtige wenst gehoord te worden, dient hij daar uitdrukkelijk om te vragen in zijn bezwaarschrift. Een ontvangstbewijs wordt afgeleverd. Deze verordening wordt aan de toezichthoudende overheid toegezonden. 10. Gemeentebelasting op de milieuvergunningsplichtige inrichtingen Gelet op het besluit van de Vlaamse Executieve dd. 6 februari 1991 tot vaststelling van het Vlaams Reglement betreffende de milieuvergunningen; Overwegende dat het houden van de openbare onderzoeken opgedragen aan de gemeente, belangrijke administratieve kosten met zich meebrengen die billijkheidshalve kunnen verhaald worden op de aanvragers; Gelet op het gemeentedecreet ; 9

10 Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen ; Gelet op de omzendbrief BB 2008/07 van 18 juli 2008 ; Overwegende dat de financiële toestand van de gemeente de invoering vergt van alle rendabele belastingen; BESLUIT: met algemene stemmen ART.01. ART.02. ART.03. ART.04. ART.05. Voor een termijn beginnend op en eindigend op wordt er ten behoeve van de gemeente een belasting gegeven ten laste van de personen die een aanvraag hebben ingediend tot het bekomen van een milieuvergunning, waarvan de lijst en de indeling het voorwerp uitmaken van bijlage I bij het besluit van de Vlaamse Executieve houdende vaststelling van het Vlaamse Reglement betreffende de milieuvergunningen (VLAREM) dd ; De tarieven van deze belasting worden als volgt vastgesteld: - 65,00 euro voor een inrichting 2 klasse, verhoogd met de portkosten van wettelijk voorgeschreven aangetekende zendingen ,00 euro voor een inrichting 1 klasse, verhoogd met de publicatiekosten in twee dagbladen, de eventuele kosten van het opmaken van een MER-rapport, eventuele advieskosten, alsmede de portkosten van wettelijk voorgeschreven aangetekende zendingen. De belasting is verschuldigd door de exploitanten van de vergunningsplichtige inrichting. Ze is kontant te betalen bij de aanvraag van een milieuvergunning, tegen ontvangst van een kwitantie. Bij gebrek aan betaling wordt de belasting ambtshalve ingekohierd en is ze onmiddellijk eisbaar. Voor een 2 klasse inrichting moet de belasting worden betaald bij het indienen van de aanvraag, ofwel dient een bewijs van betaling bij de aanvraag gevoegd te worden. Voor een 1 klasse inrichting moet bij de opening van het onderzoek het bedrag van de belasting, namelijk 250 euro, verhoogd met de benaderende kosten van de bekendmaking in twee dagbladen, de eventuele advieskosten, alsmede de portkosten van de aangetekende zendingen door de vergunningsaanvrager in bewaring gegeven worden in de gemeentekas. De belastingplichtige die meent ten onrechte of te hoog belast te zijn, kan bezwaar tegen de aanslag indienen bij het College van Burgemeester en Schepenen, Dorp 61, 9185 Wachtebeke. Het bezwaar moet schriftelijk gebeuren, met redenen omkleed zijn, gedagtekend en ondertekend door de belastingplichtige of diens vertegenwoordiger. Het moet overhandigd of per post verzonden worden. De bezwaartermijn bedraagt drie maanden te rekenen vanaf de derde kalenderdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet. Indien de belastingplichtige wenst gehoord te worden, dient hij daar uitdrukkelijk om te vragen in zijn bezwaarschrift. Een ontvangstbewijs wordt afgeleverd. ART.06. Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van het decreet van 30 mei 2008, zijn de bepalingen van titel VII (Vestiging en invordering van de belastingen), hoofdstukken I (algemene bepalingen), 3 (onderzoek en controle), 4 (bewijsmiddelen van de administratie),6 (aanslagtermijnen), 7 tot en met 9 10

11 (rechtsmiddelen; invordering van de belasting waaronder de nalatigheids- en moratoriumintresten; rechten en voorrechten van de schatkist; strafbepalingen) van het Wetboek van de inkomstenbelasting en de artikelen 126 tot 175 van het uitvoeringsbesluit van dit Wetboek (betreft o.m. de verjaring en de vervolgingen) van toepassing voor zover zij met name niet de belastingen op de inkomsten betreffen. ART.07. Deze verordening wordt aan de toezichthoudende overheid toegezonden. 11. Belasting op ontgravingen Gelet op het gemeentedecreet ; Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen ; Gelet op de omzendbrief BB 2008/07 van 18 juli 2008 ; Overwegende dat de financiële toestand van de gemeente de invoering vergt van alle rendabele belastingen; BESLUIT: met algemene stemmen ART.01. ART.02. ART.03. ART.04. ART.05. ART.06. ART.07. ART.08. Er wordt een gemeentebelasting gevestigd op de ontgravingen van stoffelijke overblijfselen. Deze belasting gaat in op en eindigt op De belasting is verschuldigd door diegene die de machtiging tot ontgraven aanvraagt. Geven geen aanleiding tot toepassing van de belasting, de ontgravingen verricht in uitvoering van rechterlijke beslissingen, alsmede deze ambtshalve door de gemeente verricht. De belasting wordt vastgesteld op 500,00 euro per te ontgraven stoffelijk overblijfsel. Bij de aanvraag wordt een bedrag gelijk aan de belasting in consignatie gegeven aan de gemeenteontvanger. De belasting moet vanaf de dag van de ontgraving contant worden betaald tegen afgifte van een kwitantie. Bij gebreke aan contante betaling binnen de 10 dagen wordt de belasting van ambtswege ingekohierd en is ze onmiddellijk eisbaar. Het wegnemen of verplaatsen van urnen uit de grond of uit het columbarium is aan dezelfde belasting onderworpen. De belastingplichtige die meent ten onrechte of te hoog belast te zijn, kan bezwaar tegen de aanslag indienen bij het College van Burgemeester en Schepenen, Dorp 61, 9185 Wachtebeke. Het bezwaar moet schriftelijk gebeuren, met redenen omkleed zijn, gedagtekend en ondertekend door de belastingplichtige of diens vertegenwoordiger. Het moet overhandigd of per 11

12 post verzonden worden. De bezwaartermijn bedraagt drie maanden te rekenen vanaf de derde kalenderdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet. Indien de belastingplichtige wenst gehoord te worden, dient hij daar uitdrukkelijk om te vragen in zijn bezwaarschrift. Een ontvangstbewijs wordt afgeleverd. ART.09. Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van het decreet van 30 mei 2008, zijn de bepalingen van titel VII (Vestiging en invordering van de belastingen), hoofdstukken I (algemene bepalingen), 3 (onderzoek en controle), 4 (bewijsmiddelen van de administratie),6 (aanslagtermijnen), 7 tot en met 9 (rechtsmiddelen; invordering van de belasting waaronder de nalatigheids- en moratoriumintresten; rechten en voorrechten van de schatkist; strafbepalingen) van het Wetboek van de inkomstenbelasting en de artikelen 126 tot 175 van het uitvoeringsbesluit van dit Wetboek (betreft o.m. de verjaring en de vervolgingen) van toepassing voor zover zij met name niet de belastingen op de inkomsten betreffen. ART.10. Deze verordening wordt aan de toezichthoudende overheid toegestuurd. 12. Gemeentebelasting. ophalen restafval en GFT (DIFTAR) Overwegende dat door de intercommunale Durme-Moervaart het zogenaamd DIFTARsysteem is ingevoerd voor het ophalen van restafval en GFT; Overwegende dat het dan ook aanbevolen is een tarief per kg opgehaald afval vast te stellen; Gelet op het gemeentedecreet ; Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen ; Gelet op de omzendbrief BB 2008/07 van 18 juli 2008 ; Overwegende dat de financiële toestand van de gemeente de invoering vergt van alle rendabele belastingen; BESLUIT: met algemene stemmen ART.01. ART.02. Er wordt voor de aanslagjaren 2009 tot en met 2012 een belasting geheven op het selectief ophalen van huishoudelijke en daarmee gelijkgestelde afvalstoffen via gewichtsregistratie. De belasting is hoofdelijk verschuldigd door: de referentiepersoon van elk gezin als zodanig ingeschreven in de bevolkingsregisters of in het vreemdelingenregister; de referentiepersoon van elk gezin dat op het grondgebied van de gemeente om het even welke woning of woongelegenheid in gebruik heeft of zich het gebruik ervan voorbehoudt zonder nochtans ingeschreven te zijn in de bevolkingsregisters of in het vreemdelingenregister; door ieder natuurlijk persoon en rechtspersoon die als hoofd en/of bijkomende activiteit op het grondgebied van de gemeente een 12

13 commerciële, industriële, landbouw- of dienstverlenende activiteit uitoefent; de leden van elke vereniging die op hun verzoek geïnitialiseerd zijn als ophaalpunt van huisvuil en alsdusdanig gekend zijn als afvalproducent gebruik makend van container(s) voorzien van een elektromagnetische chip. ART.03. Het restafval en het GFT-afval dienen verplicht aangeboden te worden in respectievelijk de grijze en groene container, welke door de gemeente, via de Intercommunale Durme-Moervaart (IDM) op aanvraag ter beschikking wordt gesteld. De container bevat een ingebouwde computerchip waardoor de identiteit van de normale gebruiker is gekend tot wederopzegging. ART.04 De belasting bestaat zowel voor rest- als voor GFT-afval uit twee elementen: met name een tarief per lediging van de container en een tarief per aangeboden kilogram afval. De belasting wordt vastgesteld op: a) per aangeboden gewicht: 0,20 euro per kilogram aangeboden restafval 0,12 euro per kilogram aangeboden GFT-afval b) per lediging/ 0,12 euro per container van 40 liter 0,25 euro per container van 120 liter 0,50 euro per container van 240 liter 2,50 euro per container van 1100 liter ART.05. ART.06. ART.07. De belasting wordt ingevorderd bij wege van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het College van Burgemeester en Schepenen. De belasting moet betaald worden binnen twee maanden na de verzending van het aanslagbiljet. De belastingplichtige die meent ten onrechte of te hoog belast te zijn, kan bezwaar tegen de aanslag indienen bij het College van Burgemeester en Schepenen, Dorp 61, 9185 Wachtebeke. Het bezwaar moet schriftelijk gebeuren, met redenen omkleed zijn, gedagtekend en ondertekend door de belastingplichtige of diens vertegenwoordiger. Het moet overhandigd of per post verzonden worden. De bezwaartermijn bedraagt drie maanden te rekenen vanaf de derde kalenderdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet. Indien de belastingplichtige wenst gehoord te worden, dient hij daar uitdrukkelijk om te vragen in zijn bezwaarschrift. Een ontvangstbewijs wordt afgeleverd. ART.08. Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van het decreet van 30 mei 2008, zijn de bepalingen van titel VII (Vestiging en invordering van de belastingen), hoofdstukken I (algemene bepalingen), 3 (onderzoek en controle), 4 (bewijsmiddelen van de administratie),6 (aanslagtermijnen), 7 tot en met 9 (rechtsmiddelen; invordering van de belasting waaronder de nalatigheids- en moratoriumintresten; rechten en voorrechten van de schatkist; strafbepalingen) van het Wetboek van de inkomstenbelasting en de artikelen 126 tot 175 van het uitvoeringsbesluit van dit Wetboek (betreft o.m. de 13

14 ART.09. verjaring en de vervolgingen) van toepassing voor zover zij met name niet de belastingen op de inkomsten betreffen. Deze verordening wordt aan de toezichthoudende overheid toegezonden. 13. Belasting op het weghalen van sluikstorten Gelet op het gemeentedecreet ; Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen ; Gelet op de omzendbrief BB 2008/07 van 18 juli 2008 ; Overwegende dat de financiële toestand van de gemeente de invoering vergt van alle rendabele belastingen; BESLUIT: met algemene stemmen ART.01. ART.02. ART.03. ART.04. ART.05. Voor de aanslagjaren 2009 tot en met 2012 wordt, ten voordele van de gemeente, een belasting gevestigd op het weghalen van afvalstoffen die gestort worden op plaatsen waar dit wettelijk of reglementair verboden is of gestort of achtergelaten op niet-reglementaire tijdstippen of in nietreglementaire recipiënten. De belasting is in hoofdorde verschuldigd door diegene die de afvalstoffen gestort heeft en in bijkomende orde, zo de dader onbekend is, door de eigenaar van de afvalstoffen voor zover aangenomen en bewezen kan worden dat de eigenaar effectief schuldig of medeplichtig is. In geval er meerdere daders zijn, is elke dader hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de volledige belasting. Evenzo ingeval er meerdere eigenaars van de afvalstoffen zijn, is elke eigenaar hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de volledige belasting zo de dader onbekend is en voor zover aangenomen en bewezen kan worden dat de eigenaars effectief schuldig of medeplichtig zijn. Het bedrag van de belasting is gelijk aan de kostprijs voor het weghalen en verwerken van de sluikgestorte goederen evenwel met een minimumaanslag van 250,00 euro. De belasting is contant te betalen, op de dag van het weghalen, tegen afgifte van een kwitantie. Bij gebreke van contante betaling wordt de belasting ambtshalve ingekohierd en is ze onmiddellijk eisbaar. De belastingplichtige die meent ten onrechte of te hoog belast te zijn, kan bezwaar tegen de aanslag indienen bij het College van Burgemeester en Schepenen, Dorp 61, 9185 Wachtebeke. Het bezwaar moet schriftelijk gebeuren, met redenen omkleed zijn, gedagtekend en ondertekend door de belastingplichtige of diens vertegenwoordiger. Het moet overhandigd of per post verzonden worden. De bezwaartermijn bedraagt drie maanden te rekenen vanaf de derde kalenderdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet. Indien de belastingplichtige wenst gehoord te worden, dient hij daar uitdrukkelijk om te vragen in zijn bezwaarschrift. Een ontvangstbewijs wordt afgeleverd. 14

15 ART.06. Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van het decreet van 30 mei 2008, zijn de bepalingen van titel VII (Vestiging en invordering van de belastingen), hoofdstukken I (algemene bepalingen), 3 (onderzoek en controle), 4 (bewijsmiddelen van de administratie),6 (aanslagtermijnen), 7 tot en met 9 (rechtsmiddelen; invordering van de belasting waaronder de nalatigheids- en moratoriumintresten; rechten en voorrechten van de schatkist; strafbepalingen) van het Wetboek van de inkomstenbelasting en de artikelen 126 tot 175 van het uitvoeringsbesluit van dit Wetboek (betreft o.m. de verjaring en de vervolgingen) van toepassing voor zover zij met name niet de belastingen op de inkomsten betreffen. ART.07. Deze verordening wordt aan de toezichthoudende overheid toegezonden. 14. Belasting op de tweede verblijven Gelet op het gemeentedecreet ; Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen ; Gelet op de omzendbrief BB 2008/07 van 18 juli 2008 ; Gelet op de financiële toestand van de gemeente; Overwegende dat de financiële toestand van de gemeente de invoering vergt van alle rendabele belastingen; BESLUIT: met algemene stemmen ART.01. ART.02. ART.03. ART.04. Er wordt voor de aanslagjaren 2009 tot en met 2012 een gemeentebelasting gevestigd op de tweede verblijven. Als tweede verblijf wordt beschouwd elke constructie met woon- of verblijfgelegenheid en waarvoor niemand is ingeschreven in de bevolkingsregisters voor het hoofdverblijf. De belasting bedraagt 372,00 euro per tweede verblijf. De belasting valt ten laste van diegene die op het adres van het tweede verblijf niet in de bevolkingsregisters of het vreemdelingenregister is ingeschreven voor het hoofdverblijf en, hetzij als eigenaar, hetzij als huurder of als gebruiker, een tweede verblijf betrekt of kan betrekken. De belasting is verschuldigd door diegene die het verblijf betrekt of kan betrekken op 1 januari van het belastingsjaar. ART.05. Vallen niet onder toepassing van de belasting: 1. Het lokaal uitsluitend bestemd voor het uitoefenen van een beroepsactiviteit; 2. de tenten, verplaatsbare caravans en mobilhomes, kampeerauto s, tenzij zij minstens zes maanden 15

16 opgesteld blijven om als woongelegenheid te kunnen dienen. 3. de leegstaande woongelegenheden, waarvan het bewijs wordt voorgelegd dat zij tijdens het aan het belastingsjaar voorafgaand kalenderjaar niet als tweede verblijf werden aangewend. ART.06. ART.07. De belastingplichtige ontvangt vanwege het gemeentebestuur een aangifteformulier dat door hem, behoorlijk ingevuld en ondertekend, voor de erin vermelde vervaldatum moet worden teruggestuurd. De belastingplichtige die geen aangifteformulier heeft ontvangen, is gehouden, uiterlijk op 31 maart van het belastingsjaar, aan het gemeentebestuur de voor de aanslag noodzakelijke gegevens ter beschikking te stellen. Bij gebrek aan aangifte binnen de in artikel 6 vastgestelde termijn of bij onvolledige, onjuiste of onnauwkeurige aangifte wordt de belastingplichtige ambtshalve ingekohierd volgens de gegevens waarover het gemeentebestuur beschikt, onverminderd het recht van bezwaar en beroep. Vooraleer over te gaan tot de ambtshalve vaststelling van de belasting, betekent het college aan de belastingsplichtige, per aangetekend schrijven, de motieven om gebruik te maken van deze procedure, de elementen waarop de aanslag is gebaseerd evenals de wijze van bepaling van deze elementen en het bedrag van de belasting. De belastingsplichtige beschikt over een termijn van dertig dagen volgend op de datum van verzending van de betekening om zijn opmerkingen schriftelijk voor te dragen. ART.08. ART.09. ART.10. ART.11. De overeenkomstig artikel 7 ambtshalve ingekohierde belasting wordt verhoogd met een bedrag gelijk aan de verschuldigde belasting. Het bedrag van deze verhoging wordt ingekohierd. De belasting wordt ingevorderd bij wege van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen. De belasting moet betaald worden binnen twee maanden na de verzending van het aanslagbiljet. De belastingplichtige die meent ten onrechte of te hoog belast te zijn, kan bezwaar tegen de aanslag indienen bij het College van Burgemeester en Schepenen, Dorp 61, 9185 Wachtebeke. Het bezwaar moet schriftelijk gebeuren, met redenen omkleed zijn, gedagtekend en ondertekend door de belastingplichtige of diens vertegenwoordiger. Het moet overhandigd of per post verzonden worden. De bezwaartermijn bedraagt drie maanden te rekenen vanaf de derde kalenderdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet. Indien de belastingplichtige wenst gehoord te worden, dient hij daar uitdrukkelijk om te vragen in zijn bezwaarschrift. Een ontvangstbewijs wordt afgeleverd. ART.12. Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van het decreet van 30 mei 2008, zijn de bepalingen van titel VII (Vestiging en invordering van de belastingen), hoofdstukken I (algemene bepalingen), 3 (onderzoek en controle), 4 (bewijsmiddelen van de administratie),6 (aanslagtermijnen), 7 tot en met 9 16

17 (rechtsmiddelen; invordering van de belasting waaronder de nalatigheids- en moratoriumintresten; rechten en voorrechten van de schatkist; strafbepalingen) van het Wetboek van de inkomstenbelasting en de artikelen 126 tot 175 van het uitvoeringsbesluit van dit Wetboek (betreft o.m. de verjaring en de vervolgingen) van toepassing voor zover zij met name niet de belastingen op de inkomsten betreffen. ART.13. Deze verordening wordt aan de toezichthoudende overheid toegezonden. 15. Belasting van het vervoer van personen met een politievoertuig van de lokale politie Overwegende dat ook de bestuurlijk aangehouden personen, net zoals dronken personen, moeten vervoerd worden naar het politiekantoor en dat dit de werklast van het politiepersoneel aanzienlijk verzwaart. Dat daardoor andere taken in het gedrang kunnen komen, o.m. de aanwezigheid in de straat en dat deze aanwezigheid nochtans van het grootste belang is om het veiligheidsgevoel van de burger te ondersteunen; Overwegende dat het dan ook aangewezen en billijk is het vervoer van bestuurlijk aangehouden personen te belasten zoals het vervoer van dronken personen. Overwegende dat de Vlaamse Minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Ambtenarenzaken en Buitenlands Beleid te kennen heeft gegeven dat hij de heffing van belastingen op het vervoer van personen die gerechtelijk of bestuurlijk aangehouden worden mogelijk acht. Gelet op de artikels 41, 162 en 170 van de grondwet. Gelet op het gemeentedecreet ; Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen ; Gelet op de omzendbrief BB 2008/07 van 18 juli 2008 ; BESLUIT: met algemene stemmen Enig artikel: Het belastingsreglement op het vervoer van personen met een politievoertuig, zoals hierna bepaald, wordt goedgekeurd. REGLEMENT ART.01. ART.02. Er wordt voor de dienstjaren 2009 t.e.m een belasting gevestigd op het vervoer van personen met een politievoertuig op grond van art. 1 par. 2 van de Besluitwet van 14 november 1939 betreffende de beteugeling van de dronkenschap, of in het kader van een bestuurlijke aanhouding op grond van art.31 van de wet van 5 augustus 1992 op het Politieambt. De belasting bedraagt 100,00 euro per rit en per vervoerd persoon. Onder rit dient verstaan: het traject dat wordt afgelegd vanaf het uitrukken van het politievoertuig tot de bestemming die de politie bepaalt. 17

18 ART.03. ART.04. ART.05. De belasting is verschuldigd door de vervoerde persoon die de interventie noodzakelijk maakt of door diegene die voor hem burgerlijk verantwoordelijk is. De belasting is niet verschuldigd als de interventie ten aanzien van de vervoerde persoon achteraf blijkt geen grond te hebben. De belasting wordt ingevorderd bij wege van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen. De belasting is betaalbaar binnen de twee maanden na de verzending van het aanslagbiljet. 1. Indienen van bezwaren: De belastingplichtige die meent ten onrechte of te hoog belast te zijn, kan bezwaar tegen de aanslag indienen bij het College van Burgemeester en Schepenen, Dorp 61, 9185 Wachtebeke. Het bezwaar moet schriftelijk gebeuren, met redenen omkleed zijn, gedagtekend en ondertekend door de belastingplichtige of diens vertegenwoordiger. Het moet overhandigd of per post verzonden worden. De bezwaartermijn bedraagt drie maanden te rekenen vanaf de derde kalenderdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet. Indien de belastingplichtige wenst gehoord te worden, dient hij daar uitdrukkelijk om te vragen in zijn bezwaarschrift. Een ontvangstbewijs wordt afgeleverd. 2. Bezwaar tegen materiële vergissingen: Het college verleent ambtshalve ontheffing van de overbelastingen die voortvloeien uit materiële vergissingen op voorwaarde dat die door de administratie werden vastgelegd of door de belastingsschuldige aan de administratie werden bekendgemaakt binnen de drie jaar vanaf 1 januari van het jaar waarin de belasting werd gevestigd, en de aanslag niet reeds het voorwerp is geweest van een bezwaarschrift, dat aanleiding heeft gegeven tot een definitieve beslissing nopens de grond (hoofdstuk 7 van het W.I.B., met betrekking tot artikel 376 en artikel 55 par. 2 van het Algemeen Reglement op de Gemeentelijke Comptabiliteit). ART.06. Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van het decreet van 30 mei 2008, zijn de bepalingen van titel VII (Vestiging en invordering van de belastingen), hoofdstukken I (algemene bepalingen), 3 (onderzoek en controle), 4 (bewijsmiddelen van de administratie),6 (aanslagtermijnen), 7 tot en met 9 (rechtsmiddelen; invordering van de belasting waaronder de nalatigheids- en moratoriumintresten; rechten en voorrechten van de schatkist; strafbepalingen) van het Wetboek van de inkomstenbelasting en de artikelen 126 tot 175 van het uitvoeringsbesluit van dit Wetboek (betreft o.m. de verjaring en de vervolgingen) van toepassing voor zover zij met name niet de belastingen op de inkomsten betreffen. ART.07. Deze verordening wordt aan de toezichthoudende overheid toegezonden. 16. Verkaveling BPA De Bergen fase 1 tracé der wegen Gelet op het bouwdossier van de N.V. Konstruktiemaatschappij Jette, Leopold I Straat 482 te 1090 Jette betreffende verkaveling BPA De Bergen, Stationsstraat, Afdeling 2, Sie B nr. 18

19 2272/R 2278/B 2282/A/2 2282/S 2283/T 2283/X 2284/E/3 2284/F/4 2285/L 2285//S /B -2295/M; Gelet op het voorstel tot aanleg van wegenis met plan dd. 15/12/2008 opgemaakt door het studiebureau O-Mikoron, BVBA, St. Amelbergalaan 41 A te 9140 Temse; Overwegende dat de verkaveling de aanleg van nieuwe wegen voorziet; Gelet op het decreet betreffende de ruimtelijke ordening, gecoördineerd op 22 oktober 1996; Gelet op het decreet van 18 mei 1999 houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening; Gelet op het besluit van het schepencollege dd. 08/01/2009; Gelet op artikel 42 van het gemeentederceet; BESLUIT : met 10 ja-stemmen en 6 neen-stemmen. ART.01. ART Het stratentracé zoals vastgesteld in de aanvraag om verkaveling, zoals hiervoor vermeld, wordt goedgekeurd. - Afschrift van dit besluit zal bij het verkavelingsdossier worden gevoegd. 17. Verkaveling Tracé der wegenis Sint-Franciesdijk, Oudeburgse Sluis, Cornilstraat Gelet op de verkavelingsaanvraag van NV Mebumar België, Damstraat 220, 9180 Moerbeke, voor gronden gelegen te Wachtebeke Sint-Franciesdijk-Oudeburgse Sluis en Cornilstraat, Sie A nrs 32/c, 32/d, 33/b, 34/b, 35, 129/g4 en 129/m10; Gelet op de beslissing van de gemeenteraad, dd. 23 november 2006 inzake de samenwerkingsovereenkomst tussen de gemeente Wachtebeke en BVBA Franciesinvest; Gelet op de beslissing van het schepencollege, dd. 22 februari 2007, houdende vaststelling van de ingediende bezwaren : 1) ontbreken op het plan van een riolering ter hoogte van de ontsluitingsweg van de percelen gelegen Sint-Franciesdijk 3 en 4; 2) de ontsluitingsweg zelf : breedte en verharding 3) de formulering inzake riolering; Gelet op het gunstig advies van het college van burgemeester en schepenen, dd. 5 april 2007; Overwegende dat door het college gesteld is dat de bezwaren zullen weerlegd worden in het technisch dossier; Gelet op de beslissing van de gemeenteraad van 27 september 2007 betreffende de goedkeuring van het tracé van de wegen Sint-Franciesdijk, Oudeburgse Sluis en Cornilstraat; Gelet op de aanvraag van de stedenbouwkundige vergunning ingediend op 22/02/2008; 19

20 Overwegende dat het grondplan na een opmerking van de dienst stedenbouw werd aangepast op 15/12/2008; BESLUIT : met algemene stemmen ART.01. ART De gemeenteraad is akkoord met het tracé van de weg zoals voorgesteld op het aangepaste grondplan dd. 15/12/2008 van de verkavelingsaanvraag. - Afschrift van dit besluit zal bij het verkavelingsdossier worden gevoegd. 18. Presentiegelden mandatarissen Gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen; Gelet op de beslissingen van de gemeenteraad van 27 april 1995 en 29 april 1998 betreffende de vaststelling van de presentiegelden voor de mandatarissen in de gemeenteraad; Gelet op het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur; Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, meer bepaald de artikels 248 tot en met 264 betreffende het bestuurlijk toezicht; Overwegende dat de taken van gemeenteraadsleden complexer worden en bijgevolg meer studie- en naslagwerk vereisen; BESLUIT : met algemene stemmen. ART.01. De presentiegelden voor de mandatarissen worden vastgesteld op 125,00 euro en dit met ingang vanaf 1 januari ART.02. Afschrift van dit besluit zal aan de gemeenteontvanger worden gegeven. 19. Bijdrage Brandweer Gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen; Gelet op het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur; Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005; Gelet op de brief dd. 23/12/2008 van de heer Gouverneur van Oost-vlaanderen, ref. FORFBW2 BESCH GEM 2008/DRW/2008, betreffende de forfaitaire bijdragen van de brandweer voor de jaren ; Gelet op de berekende bijdragen : 2005 : euro 2006 : euro 20

21 BESLUIT : met algemene stemmen ART.01. ART De gemeenteraad verleent een GUNSTIG advies omtrent de bedragen van het aandeel in de forfaitaire bijdragen aan de brandweer voor de jaren 2005 en Het tekort aan krediet zal voorzien worden in de eerstvolgende begrotingswijziging. ART Afschrift van dit besluit aan : a) de Gouverneur van Oost-Vlaanderen, 2 Dir. Dienst 22, Gouvernementstraat 1, 9000 Gent b) de Gemeenteontvanger 20. Aanpassing van het subsidiereglement voor de aanleg van een gescheiden afvoersysteem van hemelwater en huishoudelijk afvalwater bij bestaande particuliere woningen Gelet op artikel 42 van het gemeentedecreet; Gelet op de wet van 26 maart 1971 inzake de bescherming van de oppervlaktewateren tegen verontreiniging; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 6 februari 1991 houdende vaststelling van het Vlaams reglement betreffende de milieuvergunning; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne; Gelet op het Decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 1 oktober 2004 houdende vaststelling van een gewestelijke stedebouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater; Gelet op de beslissing van de gemeenteraad van 23 oktober 2008 betreffende de goedkeuring van het subsidiereglement voor de aanleg van een gescheiden afvoersysteem van hemelwater en huishoudelijk afvalwater bij bestaande particuliere woningen Overwegende dat de VMM bepaalt dat voor subsidiëring van het rioleringsdossier alle verharde oppervlakten (daken, terrassen, e.d.) voor 100% dient te worden afgekoppeld; Overwegende dat hiervoor punt 3.8 van ons subsidiereglement dient te worden aangepast; Gelet op het gemeentedecreet; BESLUIT : met algemene stemmen ART.01. In het subsidiereglement voor de aanleg van een gescheiden afvoersysteem van hemelwater en huishoudelijk afvalwater bij bestaande particuliere woningen, goedgekeurd door de gemeenteraad op 23/10/2008 wordt artikel 21