Salve Mater. Een psychiatrische inrichting voor vrouwen tijdens het interbellum

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Salve Mater. Een psychiatrische inrichting voor vrouwen tijdens het interbellum"

Transcriptie

1 KATHOLIEKE UNIVERSITEIT LEUVEN FACULTEIT LETTEREN MASTER IN DE GESCHIEDENIS Salve Mater Een psychiatrische inrichting voor vrouwen tijdens het interbellum Promotor Prof. dr. K. Wils Masterproef ingediend door Jeroen Rijckmans Leuven 2012

2 Inhoud Résumé... 2 Hoofdstuk 1: Bouw en werking Voorgeschiedenis Opening en inhuldiging Salve Mater en Sint-Kamillus De ontwikkeling van de Belgische psychiatrie in de 19 de eeuw Het paviljoenstelsel Toepassing in de psychiatrie De paviljoenen van Salve Mater De behandeling Bedrust en warme baden Somatische therapieën De heilzame werking van het Groot Park Sanatorium Salve Mater Onderwijs en onderzoek Fernand D Hollander Etienne De Greeff, Charles Rouvroy en de geneesheer-assistenten Onderwijs Artsen Verpleegsters Onderzoek Invloed van Kraepelin Dementia praecox Conflicten Zelfrepresentatie en herinnering Zelfrepresentatie Herinnering In Salve Mater Salve Mater en omgeving Conclusie Bibliografie

3 Résumé Jusqu à nos jours, on n a pas fait beaucoup de recherches historiques sur des institutions psychiatriques belges. Salve Mater était une institution psychiatrique pour des femmes pendant le vingtième siècle. L étude historique de son passé constitue un enrichissement pour l histoire de la psychiatrie institutionnelle belge. Salve Mater n était pas seulement une institution psychiatrique, mais aussi un sanatorium et un centre de recherche et d enseignement pour la psychiatrie de l université de Louvain. En outre, elle était une des premières institutions psychiatriques belges qui était construite selon le système pavillonnaire. Dans ce mémoire, il s agit de l institution depuis le début en 1913 jusqu au début du Deuxième Guerre mondiale. On traite le passé à l aide de trois grands thèmes. D abord, dans le premier chapitre, il s agit de la construction et du fonctionnement de Salve Mater. Dans ce chapitre-ci, nous avons décrit le processus de la fondation et la manière dont l institution fonctionnait. En dépeignant la construction, nous avons consacré beaucoup d attention à la question comment l architecture de l institution reflétait les opinions générales sur le soin des malades mentales. Puis, nous étudions brièvement les différences sociales entre les malades ainsi que le degré dans lequel l institution reflétait ces différences. Ensuite, dans le deuxième chapitre, nous observons l enseignement et le recherche psychiatrique qui avait lieu dans Salve Mater pour l UCL. Salve Mater était un centre de formation importante aussi pour les futurs psychiatres que pour des infirmières. En plus, nous traitons les disputes importantes entre les chercheurs qui ont finalement mené au licenciement d un des chercheurs. Enfin, dans le dernier chapitre, nous avons analysé l image que l institution voulait projeter de soi-même au monde. Nous examinons aussi les souvenirs du personnel de Salve Mater comme des personnes qui habitaient dans l environnement de l institution à l aide des interviews. Nous vérifions si cette image correspond aux souvenirs. Ce qui concerne les sources de la représentation, nous avons nous inspiré des articles dans des journaux et des magazines, des photos, des cartes postales, tekens 2

4 Hoofdstuk 1: Bouw en werking Vanaf de eeuwwisseling tot in het interbellum bereikte de stichtingsijver van de religieuze congregaties in de verzorgingssector een hoogtepunt. Het katholieke aandeel in de instellingspsychiatrie nam hierdoor op spectaculaire wijze toe. Tegelijk daalde het aantal openbare instellingen. Zo goed als alle private instellingen waren in handen van religieuze congregaties. Rond 1920 namen zij meer dan 80 % van de gecolloceerde patiënten op. Vooral de Broeders en Zusters van Liefde toonde een indrukwekkende activiteit in de sector. De Zusters van Liefde richtten tussen 1908 en 1927 vijf nieuwe instellingen op, waaronder Salve Mater. 1 1 Voorgeschiedenis Op 3 juli 1907 overleed Karel de Spoelberch te Royat in Frankrijk. Burggraaf Karel Victor Maximiliaan Albert was de laatste telg van het adellijke geslacht de Spoelberch. Hij bezat onroerende eigendommen in de hele Leuvense regio. In Lovenjoel was hij eigenaar van minstens 171 ha landbouwgrond, boerderijen en woningen. Bij testament legateerde hij het hele familiedomein met verschillende boerderijen en bijbehorende landerijen aan Elisabeth Gilbert- Ernst, een ver familielid. Karel Victor Maximiliaan Albert de Spoelberch In 1910 begon Gilbert-Ernst massaal huizen en gronden te verkopen. Het Groot Park, deel van het familiedomein in Lovenjoel, schonk zij in 1912 aan de Leuvense universiteit. De UCL had toen nood aan een uitbreiding van haar faculteit geneeskunde, vooral op vlak van psychiatrie, door de snelle evolutie van de psychiatrische wetenschap en om te kunnen blijven concurreren met de vrijzinnige universiteit in Brussel. 2 Paulin Ladeuze, toenmalig rector van de UCL, stelde de oprichting van een psychiatrisch instituut voor aan de congregatie van de Zusters van Liefde van Jezus en Maria. Voor de Zusters van Liefde was het een gelegenheid om Christus liefde en erbarmen door te geven aan de meest ongelukkigen. Voor de universiteit was het vooral een kostbaar werkinstrument. 3 Kort daarop startte de onderhandelingen tussen Ladeuze (in naam van de universiteit) en Eugène Van Rechem, het toenmalige hoofd van de Zusters van Liefde. Hiervan getuigt een uitgebreide briefwisseling tussen beide personen. 4 De onderhandelingen hebben ruim een jaar geduurd. In zijn brieven maakte de rector meermaals duidelijk dat hij hoopte dat deze onderhandelingen zo snel mogelijk achter de rug zouden zijn zodat de bouw van de instelling zo snel mogelijk van start kon gaan. 1 DHAENE, Sint-Jozef Kortenberg, GENT, Generalaatsarchief van de Zusters van Liefde van Jezus en Maria, Fonds Lovenjoel Salve Mater, 2.3: Inhuldigingsrede van Fernand D Hollander, 29 juni GAZVL, Fonds Lovenjoel Salve Mater, 2.1 : Stichtingsgeschiedenis van Salve Mater, GAZVL, Lovenjoel Salve Mater, Contacten met de UCL, /2 : briefwisseling tussen Paulin Ladeuze en Eugène Van Rechem va 1912 tot

5 Op 21 november 1913 hadden beide partijen eindelijk een akkoord bereikt. De Leuvense universiteit zou vanaf 1 mei 1914 het domein ter beschikking stellen van de Zusters van Liefde. Juridisch en administratief gezien was het een privé instelling beheerd door de Zusters van Liefde met hoofdzetel te Gent. De congregatie kreeg het domein voor 99 jaar in erfpacht. De gronden bleven eigendom van de UCL en de congregatie mocht ze gebruiken om er een psychiatrische inrichting voor vrouwen op te bouwen. De congregatie was verantwoordelijk voor de bouw van de instelling en alles wat daar bij kwam kijken (zoals bv. belastingen). Zij stond ook in voor de administratie. De hoofdgeneesheer moest gekozen worden door de rector zelf. De universiteit had ook recht op een universitair paviljoen met laboratorium en aula s en zij mocht ook verdere infrastructuur aanbrengen die het onderwijs en het onderzoek ten goede zou komen. Zij had tevens het recht om overleden patiënten die niet legitiem opgeëist werden naar hun anatomisch theater over te brengen. 5 Indien de Zusters van Liefde om één of andere reden Salve Mater zouden verlaten, zou de universiteit het beheer van de instelling volledig overnemen (wat in ook effectief zou gebeuren). 6 In zijn brief van 9 januari 1913 stelde monseigneur Ladeuze voor om de bouw van de instelling al in 1914 aan te vangen. 7 Als alles goed ging zou het asile al in 1916 in werking kunnen treden. 8 Maar deze plannen werden abrupt onderbroken door het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog. Deze onderbreking weerspiegelt zich in een hiaat in de bewaarde correspondentie tussen Ladeuze en Van Rechem voor de periode van december 1913 tot maart Gedurende de Eerste Wereldoorlog verbleven moeder Théodora (Maria De Decker) en vijf zusters uit de gemeenschap uit het Fort in Kortrijk in Lovenjoel. Zij hadden de opdracht om er een nieuwe communauteit te vormen. Op 6 december 1916 kwamen zij aan in le grand chateau, het voormalige landhuis van de familie de Spoelberch. Hier verbleven zij onder erbarmelijke omstandigheden gedurende de rest van de oorlog. Een anonieme zuster getuigde in haar memoriaal: Wij beschikken over één enkele kachel voor het ganse huis. Hoe zullen de muren, doordrongen van vochtigheid, droog worden? Geen tafel! En de keukenkachel is in onbruik. Gelukkig dat de hovenier ons een plaatsje op zijn fornuis wil vrijhouden. Zo komt een warm De Kortrijkse zusters verblijven middagmaal klaar. Op 2 januari 1918 gebeurde de zogenaamde in het Groot Kasteel, 1916 plechtige inbezitneming die plaats vond in de keuken, die om beurten refter, spreekkamer en oratorium was. Hoewel toen nog geen sprake was van Salve 5 Het anatomisch theater bevond en bevindt zich nog steeds in de Minderbroedersstraat 50 in Leuven en wordt nu gebruikt voor kunstprojecten en tentoonstellingen. 6 GAZVL, Lovenjoel Salve Mater, Contacten met de UCL, /2 : brief van Paulin Ladeuze aan Eugène Van Rechem, 3 augustus GAZVL, Lovenjoel Salve Mater, Contacten met de UCL, /2 : brief van Paulin Ladeuze aan Eugène Van Rechem, 9 januari GAZVL, Lovenjoel Salve Mater, Contacten met de UCL, /2 : Eugène Van Rechem aan Paulin Ladeuze, 10 januari

6 Mater, verzorgde zij al enkele meisjes... des jeunes filles, désireuses de refaire un peu leurs forces délabrées par le régime de guerre. In 1918 verbleven enkele zusters uit Brugge in een huis nabij de parochiekerk. Na de hun vertrek plaatsten de Kortrijkse zusters daar enkele meisjes met mentale achterstand. 9 Na lang aandringen van monseigneur Ladeuze startte de bouw van Salve Mater uiteindelijk in Monseigneur Van Rechem had blijkbaar andere prioriteiten na de oorlog dan de bouw van Salve Mater. De plannen werden getekend door architect en bouwmeester Josef Haché, van de firma Haché, Kallaert en De Braekeleire. Haché was afkomstig uit Gent en was ook de architect van de psychiatrische inrichtingen in Melle (nabij Gent), in Saint-Servais (Wallonië) en Venray (Nederland), die Het ziekenhuispaviljoen in de stijgers hij eveneens in opdracht van de Zusters van Liefde had ontworpen. Caritas in Melle werd in de periode van gebouwd. Het is later als model gaan fungeren voor de drie andere inrichtingen. De drie andere instellingen waren een min of meer exacte kopie van Caritas, zij het dat ze waren aangepast aan hun locale situatie en behoeften. Daarom dat de Zusters van Liefde zegden dat de sleutel van Caritas ook paste op de klinieken in Lovenjoel, Saint-Servais en Venray. Net als de drie andere instellingen werd Salve Mater gebouwd in een neotraditionele stijl met min of meer eclectische inslag en kasteelallures onder meer door torenbouw. Alle vier werden deze instellingen gekenmerkt door het karakteristieke torentje dat boven het administratiegebouw uitreikt Opening en inhuldiging Op 28 februari 1926 werd het eerste observatiepaviljoen geopend. Prof. Fernand D Hollander trad in functie als hoofdgeneesheer met als adjunct dr. Etienne De Greeff. De Zusters van Liefde kende D Hollander omdat hij van 1909 tot 1919 gewerkt had in een andere door hen beheerde psychiatrische instelling in Bergen. In maart werden de eerste patiënten opgenomen. Deze patiënten waren overgeplaatst vanuit de Rijkskolonie in Geel. 11 In juni telde Salve Mater al 135 patiënten. In oktober nog maar 110; twaalf waren genezen, twee waren teruggenomen door de Rijkskolonie in Geel en elf waren overleden. Het grootste gedeelte was afkomstig uit Brabant. Er waren toen al twaalf verpleegsters, waarvan tien zusters en twee leken. De administratie en de algemene diensten (directie, secretariaat, economie en 9 Lovenjoul, Anima Una. Les Soeurs de la Charité pendant la Guerre , Gent, 1920, 36 37, De inventaris van het bouwkundig erfgoed, 2012 ( LEEMAN, K., MARYSSE, F. en DEMETS, J., Terug naar de toekomst: : 100 jaar psychiatrisch centrum Caritas: 200 jaar psychiatrische zorg door de Zusters van Liefde van J.M., Gent, 2008, CASSELMAN, Étienne De Greeff, 56. 5

7 linnenkamer) werden waargenomen door twaalf zusters, met aan het hoofd moeder Mathilde. 12 Op 29 juni 1927 vond de officiële inhuldiging plaats. Het was een gebeurtenis die ruime aandacht kreeg in de media. De nadruk werdt gelegd op het ophemelen van de instelling en op de verschillende hoogwaardigheidsbekleders die er naar toe waren gekomen. Onder hen bevond zich zelfs koningin Elisabeth, waarover De Greeff schreef: Pour la première fois en Belgique, pour la première fois peut-être depuis que des hommes vivent sur la vielle terre, une reine souriante s est officiellement penchée sur la démence. 13 De dag ervoor was, ter gelegenheid van het vijde eeuwfeest van de stichting van de Leuvense universiteit, monseigneur Van Rechem de graad van dokter in de geneeskunde honoris causa verleend. Deze titel werd hem toegekend omdat hij zich verdienstelijk gemaakt had als verbreider van het paviljoenstelsel in België en als organisator van de psychiatrische kliniek in Lovenjoel. In 1933 werd het laatste paviljoen geopend. 14 De officiële inhuldiging met op de voorgrond van links naar rechts: Paulin Ladeuze, koningin Elisabeth en Eugène van Rechem 3 Salve Mater en Sint-Kamillus Na de succesvolle onderhandelingen met de Zusters van Liefde, richtte monseingeur Ladeuze zich vervolgens in 1924 tot de Broeders van Liefde: Si nous avions aux portes de notre ville, outre l asile de Lovenjoul, un grand asile pour hommes, notre supériorité au point de vue psychiatrique serait si grande qu il y a tout espoir que les futurs médecins-aliénistes voudraient profiter d un milieu si favorisé. Vader Philemon ( ), toenmalig hoofd van de Broeders van Liefde, ging hier op in en op 3 augustus 1928 verkregen ze de officiële toelating tot het bouwen van een instelling voor ruim 800 patiënten, Sint-Kamillus in Bierbeek. 12 GAZVL, Lovenjoel Salve Mater, Correspondentie, /1: brief van moeder Mathilde aan Van Rechem, 3 november DE GREEFF, E., Inauguration de l hôpital psychiatrique de l Université de Louvain. Visite de la reine, Journal de Neurologie et de Psychiatrie, 1928 (28), GAZVL, Lovenjoel Salve Mater, Correspondentie, /1: brief van gedelegeerd directeur aan Van Rechem, 6 maart

8 Sint-Kamillus werd in de provincie Brabant de mannelijke tegenhanger van Salve Mater. Beide instellingen hebben het paviljoenstelsel en de verwijzing naar de traditionele architectuur gemeen, maar verschillen daarentegen qua ruimtelijk concept en architecturale omgeving. Beide instellingen contrasteren ook in hun interpretatie van streekgebonden historische stijlen, zowel in het materiaalgebruik als in de decoratieve afwerking. Op 24 juni 1932 werd het Sint-Kamillusgesticht door de Broeders van Liefde in bezit genomen. Vader Cataldus werd als overste aangesteld. Op 4 juli kwamen de eerste zieken toe, die ondergebracht werden in het paviljoen Sint-Vincentius. Vanaf die datum groeide de bevolking van Sint-Kamillus aan tot 349 zieken op het einde van broeders en 18 lekenverplegers stonden in voor hun verzorging. In de daaropvolgende jaren breidde de instelling zich meer en meer uit, zodat men zelfs te maken kreeg met plaatsgebrek. 15 Sint-Kamillus 4 De ontwikkeling van de Belgische psychiatrie in de 19 de eeuw In 1803 stichtte pastoor Triest te Lovendegem de congregatie van de Zusters van Liefde en een paar jaar later kwamen enkele zusters voor een tweede stichting over naar de oude abdij Terhaegen in Gent. Als comiteitslid voor de Burgerlijke Godshuizen van de stad, was kanunnik Triest op de hoogte van de ellendige toestand waarin de geesteszieken verkeerden. Bij een communauteitsvergadering klaagde hij het gemis aan orde en hygiëne aan dat heerste in het gesticht in de Oude-Violettenlei in Gent, waar geestesgestoorde vrouwen, soms aan armen en benen gebonden, werden opgesloten. Hij stelde voor de verpleging van deze vrouwen toe te vertrouwen aan de Zusters van Liefde, die hiermee zouden beginnen op 4 april Eveneens in 1808 verscheen een Koninklijk Besluit dat een hervormingsprogramma voor de opvangtehuizen voor dementen bevatte, terwijl in 1826 een werk van de Gentse geneesheer, Jozef Guislain, verscheen: Traité sur l aliéniation mentale et les hospices d aliénés. Dit werk klaagde de toestand in de asielen aan en gaf richtlijnen voor een 15 ALLEGAERT, P., BASYN, J. en COOMANS, T., Architectuur van Belgische hospitalen (Monumenten en landschappen, 10), Brussel, 2005, ; Het ontstaan van het U.P.C. Sint-Kamillus, Bierbeek, 2012( 7

9 verantwoorde therapie. Heel lang werden geesteszieken namelijk beschouwd als een gevaar voor de maatschappij, waartegen de maatschappij zich moest beschermen en veiligheidsmaatregelen moest nemen. 16 Twee jaar later werd Guislain aangesteld als buitengewoon geneesheer van de twee Gentse asielen, bestuurd door kanunnik Triest. Vanaf toen werd de geesteszieke beschouwd als iemand die behandeld kon worden. Ook van belang was de wet die op 18 febrauri 1850 van kracht werd. Hij was voornamelijk voorbereid door Joseph Guislain ( ) en Edouard Ducpétiaux ( ). Ducpétiaux als inspecteur-generaal van het Belgisch gevangeniswezen, weldadigheidsinstellingen en verbeteringsscholen, was vol lof over de praktijk die Josef Guislain samen met de Broeders van Liefde ontwikkelde, namelijk het Guislain-instituut, de eerste Belgische psychiatrische inrichting. De arts en de hoge ambtenaar voorzagen in de wet volgende zaken: er was morele behandeling, waarbij de geneesheer de centrale rol vervulde. Vervolgens was er de hospitalisatie in een gesticht die de opgenomen patiënt de kans moest geven zich af te keren van de wereld waarin hij onderhevig was aan ziekmakende invloeden. Belangrijk hierbij was de indeling van de zieken volgens symptomatologie, waarbij men sprak van rustigen, onrustigen, ongeneeslijken en epileptici. Deze indeling werd overigens ook in Salve Mater gehanteerd. Ook het belang van een goede isolatie werd aangegeven. Men hechtte veel belang aan therapie, met de nadruk op een zachte behandeling en een afkeuring van agressieve dwangmiddelen. Ook de wijze van opname in de instelling werd geregeld. Bij een verplichte opname of collocatie, gebeurde dit door een samenspel van de betrokken familieleden, de huisarts en de burgemeester, waarbij de verantwoordelijke hoofdgeneesheer van het gesticht na een nauwkeurige observatie de collocatie kon bevestigen. Men probeerde hiermee de willekeur vanuit de gemeenten tegen te gaan. Er werden aan de universiteit dokters gevormd (aliénistes), gespecialiseerd in de behandeling van geesteszieken. Katholieke congregaties zoals de Zusters van Liefde, zorgden voor de organisatie van de verzorging. Guislain en Triest waren beiden overtuigd dat een samengaan van wetenschappelijke benadering, religieuze overtuiging en organisatie de beste kwaliteit garandeerde. Dat dit niet in dank werd afgenomen door verschillende instellingen, getuigt onder andere de hevige repliek van kanunnik Maes, directeur van het Sint-Juliaansgesticht in Brugge en stichter van de Zusters van Bermhertigheid Jesu die zich bewust volledig bleef afsluiten van iedere medische inmenging in de instelling. Uiteindelijk zouden zulke conflicten uitdraaien in het voordeel van de medische deskundigheid, maar dit duurde soms tot na de Tweede Wereldoorlog Het paviljoenstelsel In de overeenkomst tussen Van Rechem en Ladeuze werd Salve Mater beschreven als een Institut scientifique pavillonaire pour maladies mentales ofwel een wetenschappelijk 16 GLORIEUX, M., La psychiatrie et l assistance aux malades mentaux ( ), Le Scalpel. Journal Belge des Sciences Médicales, 84(1931), ; Vandermeersch, P. ed., Psychiatrie, godsdienst en gezag: de ontstaansgeschiedenis van de psychiatrie in België als paradigma Leuven, 1984, ALLEGAERT, Architectuur van Belgische hospitalen,

10 instituut voor mentale ziekten volgens het paviljoenstelsel. 18 Het paviljoenstelsel wordt gekenmerkt door de oprichting van verschillende kleinere gebouwen, bestemd voor een bepaalde categorie patiënt en dikwijls ingericht voor een bepaalde klasse. De oorsprong van het paviljoenstelsel gaat terug op de revolutionaire alternatieven die in het derde kwart van de achttiende eeuw werden ontworpen ter vervanging van het Parijse Hôtel Dieu. Het doel van deze opzet was de toevoer van verse lucht te optimaliseren; op het einde van de 18 de eeuw werd verse lucht namelijk als heilzaam beschouwd voor alle lichamelijke kwalen. Voor geesteszieken werden toen andere typen ontwikkeld, blijkbaar vooral uit vrees dat het paviljoenstelsel een efficiënte bewaking van de geïnterneerden zou bemoeilijken Toepassing in de psychiatrie Tijdens de 19 de eeuw bleef het paviljoenstelsel aangewezen voor de bouw van ziekenhuizen. In Duitsland, Nederland en Engeland ontstonden de eerste psychiatrische inrichtingen opgebouwd volgens het paviljoenstelsel. Tijdens het interbellum werd er echter gestreefd naar meer centralisatie en verticale rationalisering van de ziekenhuisfuncties. De voorkeur ging toen meer uit naar de blokvorm, want de paviljoenvorm vertoonde namelijk al snel beperkingen voor de nieuwe ruimtelijke en organisatorische behoeften. Zowel de kosten als de oppervlakte en de afstanden die het personeel en de zieken moesten afleggen, waren veel groter dan die van een blokvormig ziekenhuis. Toch werden tijdens het interbellum nog meerdere instellingen in paviljoenvorm gebouwd. Vooral psychiatrische ziekenhuizen werden vanwege hun bijzondere behoeften nog altijd in deze vorm gebouwd. 20 Ook pleitte de Hoge Gezondheidsraad nog altijd voor de paviljoenvorm, tegen de mening van artsen en ziekenhuisarchitecten in, die voorstander waren van het ziekenhuis in blokvorm. 21 De grote troeven van het paviljoensysteem voor de psychiatrie waren de mogelijkheid van optimale inpassing in de natuur, fysieke scheiding tussen de verschillende categorieën en klassen patiënten en een grote mate van overzichtelijkheid binnen elk paviljoen. De ligging in de vrije natuur had volgens de toen heersende opvatting een heilzame werking op de geestesgesteldheid van de patiënten. De vrije, bosrijke omgeving bood de patiënten de gelegenheid hun verblijf door wandelingen te veraangenamen. Verder had de verpleging in kleinere groepen betere resultaten. Ook vergemakkelijkten deze kleinere eenheden de scheiding tussen rustige, halfrustige, onrustige, onzindelijke en zieke patiënten. Dit gold eveneens voor het onderscheid tussen verschillende klassen en de onderlinge scheiding van mannen en vrouwen. Een ander voordeel was dat het gesticht klein kon beginnen en geleidelijk kon uitbreiden naar gelang nodig was. Bovendien kreeg elk paviljoen een eigen tuin. Dit schepte een aangename sfeer, wat ook van belang was voor de indruk van de bezoekers. Wat betreft de levensbeschouwelijke grondslag liet een paviljoen zich uitstekend als een soort gezin organiseren. Er werd gekozen voor tamelijk kleine paviljoenen. Hiermee 18 GAZVL, Lovenjoel Salve Mater, Contacten met de UCL, /2 : brief van Ladeuze aan Van Rechem, 9 januari ALLEGAERT, Architectuur van Belgische hospitalen, Ibidem. 21 BRUYNEEL, E., De hoge gezondheidsraad ( ) : schakel tussen wetenschap en volksgezondheid, Leuven, 2009,

11 imiteerde het als ware de natuurlijke sociale omgeving van de patiënt. De paviljoenen stonden onder leiding van een huismoeder. Zij hadden de taak een gezellige, huiselijke en christelijke sfeer te creëren. Het stelsel noemden de Engelsen de open door omdat het ijzeren staven van de vensters en zware omheiningmuren afschafte, schrijft de Nederlandse architectuurhistorica Noor Mens. 22 Of om het met de woorden van prof. D Hollander te zeggen: Le Chanoine Triest avait fait tomber les fers des aliénés. Mgr Van Rechem, un siècle plus tard fit abattre les murs de nos asiles avait fait tomber les fers des aliénés verwijst naar de situatie voor de opkomst van de psychiatrische zorg in België toen psychiatrische patiënten vaak vastgeketend en opgesloten werden. 24 De eerste psychiatrische inrichtingen in België volgens dit stelsel opgebouwd, ontstonden pas in het begin van de 20 ste eeuw. Toen Van Rechem bij de eeuwwende overste werd van de Zusters van Liefde, had hij een belangrijk onderhoud met de toenmalige minister van jusititie, Jules Van den Heuvel. Deze stelde aan de nieuwe overste een lapidair programma voor dat luidde als volgt: Nos asiles d aliénés sont misérables. Il nous faut des asiles progressifs. Faites vite, grand et beau. Voyagez. Daarop vertrok Van Rechem op studiereis naar Duitsland. Daar leerde hij het paviljoenstelsel kennen. Hij had daar ondermeer de instelling in Galkhausen bezocht die al volgens dit stelsel werkte. Dit systeem werd namelijk toen al enkele decennia toegepast in de psychiatrie in Duitsland maar ook in Nederland en Engeland. Bij zijn thuiskomst besloot Van Rechem het toe te passen op Caritas maar ook op Salve Mater en de instelling in Saint-Servais en Venray De paviljoenen van Salve Mater Er werden negen paviljoenen opgericht, die ongeveer 750 à 800 patiënten konden opnemen. De zieken werden onderverdeeld in de verschillende paviljoenen op basis van de aard van hun reacties en het stadium van hun aandoening. In zijn inhuldigingsrede in 1927 vertelde D Hollander dat er om te beginnen een onderscheid werd gemaakt tussen de paviljoenen voor de acute patiënten en paviljoenen voor de chronische patiënten. Tot de paviljoenen voor de acute patiënten behoorden de twee observatiepaviljoenen. Één observatiepaviljoen diende voor de opname van alle nieuwe patiënten. De patiënt werd hier onderzocht aan de hand van verschillende hulpmiddelen van de kliniek en het laboratorium. Hier werd de aard van de mentale aandoening, de kans op herstel en de therapeutische indicaties bepaald. In een tweede observatiepaviljoen stelde zich het probleem van de behandeling. In de eerste plaats was er de symptomatische behandeling van het weigeren van voedsel, angst, onrust 22 MENS, N., TIJHUIS, A. en WAGENAAR, C., De architectuur van het psychiatrisch ziekenhuis, Wormer, 2003, 93, GAZVL, Fonds Lovenjoel Salve Mater, 2.3: Inhuldigingsrede van Fernand D Hollander, 29 juni Vandermeersch, Psychiatrie, godsdienst en gezag, GENT, GAZVL, Fonds Lovenjoel Salve Mater, 2.1 : Stichtingsgeschiedenis van Salve Mater, 1969 ; GAZVL, Fonds Lovenjoel Salve Mater, 2.5.1: 50 Jaar psychiatrische kliniek Salve Mater door Gerard Buyse, psychiater in Salve Mater van 1967 tot 1989, 1976, 8; LEEMAN, Terug naar de toekomst,

12 door middel van bedrust, warme baden, omwikkeling met natte doeken en kalmeermiddelen. Daarop volgde de meest directe en efficiënte behandeling die de basis van de mentale ziekte aanpakte. Deze behandeling kon bestaan uit een therapeutische shock, koortstherapieën, een behandeling van syfilis, metaaltherapie,... Zolang de patiënt kans maakte om te genezen bleef hij in het observatiepaviljoen. Indien de patiënt ongeneeslijk ziek werd verklaard en er voldoende informatie over zijn psychologische toestand was verkregen, werd hij overgebracht naar een bepaald paviljoen voor de ongeneeslijk zieken afhankelijk van zijn aandoening. 26 Er waren vier paviljoenen voor chronisch zieken, gesitueerd aan de westzijde van de hoofdweg. Op de voorgrond bevond zich een paviljoen voor de rustige patiënten die maar een beperkte bewaking vereisten. Helemaal achteraan bevond zich een paviljoen voor de onrustige patiënten, die door De Greeff nader worden toegelicht als... les malades bruyantes, vindicatives, protestataires.... In het derde paviljoen verbleven op het gelijkvloers de epileptische patiënten en op de bovenverdieping de bedlegerige patiënten die in het laatste stadium van hun aftakeling verkeerden. Het vierde paviljoen, le grand pavillon de l infirmerie, herbergde de patiënten die naast hun mentale aandoening ook een bijkomende fysieke aandoening hadden. In de open galerijen werden tuberculosepatiënten geplaatst. Tuberculosepatiënten waren tijdens het interbellum talrijk onder de psychiatrische patiënten. 27 Voor het denken over het nieuwe psychiatrische gesticht was het erg belangrijk classificatie en ordening te brengen. Zoals in Salve Mater bijvoorbeeld onderscheid werd gemaakt tussen ongeneeslijke en geneeslijke patiënten en rustige en onrustige patiënten. 28 De overige 3 paviljoenen waren het administratiepaviljoen, het universitair paviljoen en een paviljoen voor de betalende patiënten ook wel les dames pensionaires genoemd. Het administratiepaviljoen bevatte de lokalen voor de kloostergemeente, een aantal spreekkamers en een dertigtal kamers voor dames pensionaires zonder psychische problemen. Vlak naast dit paviljoen bevindt zich de kapel met het karakteristieke torentje. Het universitair paviljoen bevat laboratoria, een bibliotheek en een auditorium (met plaats voor 180 studenten). Het moest gelegenheid bieden om op wetenschappelijke basis de psychiatrische problemen te benaderen GAZVL, Fonds Lovenjoel Salve Mater, 2.3: Inhuldigingsrede van Fernand D Hollander, 29 juni Etienne De Greeff, Inauguration de l Hôpital psychiatrique de l Université de Louvain. Visite de la reine, Journal de Neurologie et de Psychiatrie, nr. 1, (1928). 28 ALLEGAERT, Architectuur van Belgische hospitalen, In Salve Mater. Asyl en psychiatrische kliniek te Lovenjoel, Deus Caritas, 20 (1927), 77,

13 Ook de atmosfeer in de paviljoenen was niet zonder betekenis. Net zoals bosrijke omgeving moest het de patiënten het gevoel geven vrij en onbewaakt in een rustoord te verblijven. Men ging er in het begin van de 20 ste eeuw van uit dat de omgeving voor geesteskranken van het allergrootste belang was. Dr. Albert Van Driessche, aanwezig op de zomervergadering in 1927 van de Vereeniging der Geneesheeren Oudstudenten der Leuvense Hoogeschool in Salve Mater, verwoordde het als volgt: Zooals de omstandigheden van leven en omgeving meest altijd het loskomen der ziekteverschijnselen uitlokken, zoo helpen ook andere bepaalde en voor elk van de categoriën verschillende, levensomstandigheden, sterk mee tot het herstellen van het geestelijk evenwicht... Twee zaken vielen onmiddellijk iedereen op: de buitengewone zindelijkheid die overal heerschte en het volkomen afwezig zijn van dat gevoel van gevangenschap. Nergens een vlekje; nergens een reuk; en daargelaten de bijzondere inrichting der vensters en vensterklinken (die nog niet door iedereen worden opgemerkt, met het rustige weidsche uitzicht op het verre brabantsche landschap, wiens horizonten ten allen kante in de onbeperktheid van de lucht verloren deinen, heeft men de illuzie van volkomen vrij en onbewaakt, in een aangenaam rustoord te verblijven. 30 Dokter Guislain had in de 19 de eeuw ramen voorgeschreven waar de tralies op een decoratieve manier in verwerkt waren. Zo hadden de patiënten niet het gevoel gevangen te zijn en konden ze ook niet via het raam ontsnappen. Deze decoratieve tralies is in Salve Mater gereduceerd tot een houten raamwerk dat het raam in verschillende vierkanten verdeelde. Dit systeem was waarschijnlijk even effectief als het traliewerk en bood de patiënt misschien nog meer het gevoel van vrijheid. Dit idee komt ook terug in o.a. de inhuldigingsrede van D Hollander: Supprimer les murs d enceinte et les barreaux de prison; proscrire les entraves et les cabanons; amener de l air, de la lumière, de l hygiène à profusion; introduire le confort et la gaieté; percer de larges baies où l oeil ira se reposer dans le calme apaisant de l horizon, se distraire et se rééduquer aux phénomènes de la nature, au moment de la vie; procurer au malade le maximum d illusions de liberté; en un mot, enlever à l ancien asile son caractère coercitif, dans le but thérapeutique de garder le malade psychopathe le plus largement possible en contact avec la vie réelle; tels sont les principaux desiderata que doit remplir l assistance psychiatrique d aujourd hui. 31 Over de indeling, de infrastructuur en het interieur van de paviljoenen vertelde een anonieme zuster die deelgenomen had aan de semaine psychiatrique pour infirmières in 1934 het volgende: Par des larges baies du promenoir, du réfectoire, des dortoirs, une coulée de soleil entre. Scintillement et reflet dans les glaces, vitraux, cuivres, vernis des meubles, émail des bibelots. Fraicheur de l air, des peintures décoratives, propreté exquise fleurant bon! Sourire des plantes, éclats des abat_jour (sic). Gaité sonore: piano ou phonographe ou T.S.F. 32 et chant des aiseaux. Dans cette harmonie, coupée de silences reposants, la présence d une religieuse- 30 VAN DRIESSCHE, A., Lovenjoul, Deus Caritas, nr. 1, 21ste jaargang, (1928), GAZVL, Fonds Lovenjoel Salve Mater, 2.3: Inhuldigingsrede van Fernand D Hollander, 29 juni Een radio. 12

14 infirmière accorde les âmes, prévient toute fausse note. 33 Buiten deze lyrische beschrijving en de foto hieronder is er geen informatie over de indeling, de infrastructuur en het interieur van de paviljoenen bewaard. Interieur van de salle de réunion De illusie van volkomen vrij en onbewaakt in een aangenaam rustoord te verblijven is een idee die in de tweede helft van de 19 de eeuw was ontstaan. De psychiater, toen nog aliënist genoemd, die soms ook als architect van de instelling optrad, deed toen al grote moeite om te verbergen dat de patiënten die in het gesticht werden geplaatst wel degelijk opgesloten waren. De tralies in de ramen kregen een decoratieve functie, net zoals de omheiningmuur, die bovendien omzoomd werd met een haag, om de aandacht af te leiden van het feit dat de patiënt geïsoleerd leefde van de maatschappij. De basisvorm van het plan werd ook in functie hiervan gekozen. Zo werd het gebruik van een radiaal plan afgewezen omdat dit te veel herinnerde aan de gevangenis. Het gesticht distantieerde zich van de gevangenis, maar bleef dezelfde disciplineringmechanismes hanteren. De patiënt was wel degelijk gevangen, maar dit werd door het medisch personeel van het gesticht angstvallig geheim gehouden. De arts kon zich hierdoor blijven profileren als de grote filantroop die streefde naar de humanisering van de krankzinnigenzorg. Het welzijn van de patiënt zou hierbij primeren. De negentiende-eeuwse aliënist was erin geslaagd een zorg uit te oefenen waarbij de vroegere barbaarse praktijken, zoals de boeien en ketenen, definitief tot het verleden behoorden. De krankzinnige leek over een nieuw soort vrijheid te beschikken. Deze vrijheid was echter een illusie, een waanbeeld dat de aliënist doelbewust had gecreëerd. De dwang werd voortaan uitgeoefend aan de hand van de architecturale organisatie, een indeling die de architect-geneesheer met deze opzet had ontwikkeld. De dwang werd dus niet meer op een expliciete manier uitgeoefend, maar was wel nog aanwezig. De gestichtsarchitectuur zou zijn bezoeker echter maar al te graag in de waan laten GAZVL, Lovenjoel Salve Mater, /1: verslag over la semaine psychiatrique pour infirmières, DEBLON, V., De constructie van een waanbeeld. De illusie van de vrijheid in de 19de-eeuwse gestichtsarchitectuur in België, ongepubliceerde masterproef, Katholieke Universiteit Leuven, departement Geschiedenis,

15 6 De behandeling 1 Bedrust en warme baden Aan het eind van de 19 de eeuw deed in België de bed- en badverpleging haar intrede. 35 Één van de meest gebruikte handboeken in de krankzinnigenzorg in België tijdens het interbellum zegt het volgende over bedrust: Bedrust wordt op den huidigen dag in vele krankzinnigengestichten op min of meer grote schaal toegepast. Zij bestaat hierin, dat men de krankzinnigen bijna gedurig te bed houdt liggen, om hun lichaam, hun zenuwstelsel, hunnen geest te doen rusten. Merkt wel op dat wij zeggen liggen, omdat het in de liggende houding is dat het lichaam, en vooral de hersenen, best de herstellende rust genieten. 36 Meestal werd een bedbehandeling gekoppeld aan een regime van overvoeding om zwakheid tegen te gaan. 37 De bedverpleging werd voor het eerst toegepast in Duitsland tijdens de jaren Zij vloeide voort uit de overtuiging dat psychische afwijkingen in essentie somatisch van aard waren, dus voortvloeiden uit lichamelijke gebreken zoals weeffouten of beschadigingen in de hersenen. Wie ziek is, hoort in bed, was de gangbare opinie en dat leidde tot de introductie van bedkamers in de meeste gevallen uiteraard slaapzalen waar de bewoners het grootste deel van de tijd doorbrachten. 39 Deze behandeling vergemakkelijkte niet alleen de observatie, ze kalmeerde bovendien ook de zieken en gaf hen de idee dat zij gewone zieken in een gewoon hospitaal waren. Daarom werd ze vooral toegepast op pas opgenomen zieken, die men zoveel mogelijk van de indruk moest ontdoen dat zij in een gesticht waren opgesloten. Daarnaast werd ze ook toegepast op melancholici, voedselweigeraars, zieken in een manische toestand met een sterke bewegingsdrang en fysiek erg verzwakten DHAENE, Sint-Jozef Kortenberg, Broeder Alfred, Enige lessen en verhandelingen over het verplegen van zieken en krankzinnigen, Manage, 1906, 129. Dit boek was één van de meest gebruikte handboeken in België in de krankzinnigenzorg in het begin van de 20 ste eeuw. Het is lang één van de basishandboeken gebleven met betrekking tot de psychiatrische verpleegkunde. Het is geschreven door Broeder Alfred van de congregatie van de Broeders van Liefde. DE MAEYER, J., Er is leven voor de dood: Tweehonderd jaar gezondheidszorg in Vlaanderen, Kapellen, 1998, DHAENE, Sint-Jozef Kortenberg, DE MAEYER, Er is leven voor de dood, DHAENE, Sint-Jozef Kortenberg, MENS, De architectuur van het psychiatrische ziekenhuis, Alfred, Enige lessen en verhandelingen,

16 Patiënten te bed in Salve Mater. Veelal gaat de bedverpleging gepaard met herhaald baden. Men steekt daarom den patiënt voor twee, drie uren en soms langer in een bad van 30 tot 40 graden warmte, waarna men hem zorgvuldig in eene goed verwarmde plaats te bed legt. Warme baden verlengd tot verschillige uren en daarbij dikwijls herhaald, zijn afmattend en verzwakkend. 41 De badbehandeling werd rond 1900 geïntroduceerd, vaak als aanvulling op de bedverpleging. Bij deze therapie werd de patiënt voor verschillende uren in een lauw bad van 30 à 40 graden gelegd. Een plank of zeildoek met een uitsparing voor het hoofd die op het bad werd vastgemaakt verhinderde de zieke om uit het water te komen. Deze badbehandeling reduceerde de bewegingsdrang van woelige zieken, verminderde de kans zichzelf te kwetsen en had eveneens een kalmerende werking. Toch hadden de bed- en badtherapie ook gebreken: er werd een verhoogde vatbaarheid voor tuberculose vastgesteld, een hogere frequentie van doorligwonden, een groter infectiegevaar en badeczeem. Suïcidalen konden zich in het badwater laten zakken en meer dan één patiënt zou zich hebben bezeerd aan het halsgat van de plank Somatische therapieën In het verlengde van het positief-wetenschappelijke spoor dat de psychiatrie vanaf 1850 volgde, werden in het interbellum nieuwe behandelingsmethodes ontwikkeld, de zogenaamde somatische therapieën. Zij werkten rechtstreeks in op het lichaam en sloten aan bij de opvatting die tijdens het interbellum heerste dat psychische stoornissen een organische oorzaak hadden of zoals Gerard Buyse, psychiater in Salve Mater van 1967 tot 1989, het later zou zeggen: Aanvankelijk behandelde de psychiatrie het psychisme als een object en wel een object waarvan de stoornissen enkel via het somatisch substraat waren te beïnvloeden. 43 Deze methoden kwamen in het buitenland tot stand na intensief bacteriologisch, hersenpathologisch en neurologisch onderzoek. 41 Alfred, Enige lessen en verhandelingen, 103, DHAENE, Sint-Jozef Kortenberg, GAZVL, Fonds Lovenjoel Salve Mater, 2.5.1: 50 Jaar psychiatrische kliniek Salve Mater door Gerard Buyse, 1976,

17 Volgens Corina Dhaene maakten Belgische gestichtsartsen pas gebruik van al deze nieuwe methoden vanaf ca. 1935, maar volgens de inhuldigingsrede van D Hollander, het artikel van De Greeff, het wetenschappelijk werk van deze gestichtsartsen en de tekst van Buyse werden sommige van deze methoden in 1927 al in Salve Mater toegepast. 44 Hier volgt een toelichting bij enkele somatische methoden die tijdens het interbellum in Salve Mater gebruikt werden. In het begin werd in Salve Mater de malariatherapie gebruikt om het afbraakproces van de hersenen door de syphilisbacterie tegen te gaan. Soms kon de oorzaak van de ziekte hiermee efficiënt behandeld worden, maar voor een beperkte groep. 45 De malaria- of koortstherapie van Julius Wagner-Jauregg ( ) was de eerste in die reeks nieuwe somatische therapieën. Uit bacteriologisch onderzoek in het begin van de 20 ste eeuw bleek dat paralysis generalis werd veroorzaakt door een syfilisinfectie, waarbij de syfilisbacteriën het hersenweefsel vernietigden. Wagner-Jauregg spoot bloed van malarialijders bij de zieken in om kunstmatige koortsaanvallen bij hen op te wekken. De verhoogde temperatuur in de hersenen zorgde voor een vernietiging van de bacteriën, waardoor het aftakelingsproces van de paralysis tot staan kon worden gebracht. De koortstherapie was van groot belang voor de toenmalige gestichtpsychiatrie, die een groot aantal patiënten die aan deze ziekte leden telde. Tot dan was paralysis generalis immers een ongeneeslijke ziekte, die een onherroepelijke aftakeling en de dood tot gevolg had. De nieuwe therapie verloste de instellingen van een groep chronische zieken en wakkerde de hoop bij de gestichtsartsen aan met betrekking tot andere nieuwe methodes. 46 Tegen de syndromen van depressie en schizofrenie was men toen nog machteloos en voor het kalmeren van opwindingstoestanden waren de beschikbare middelen weinig efficiënt: isolatie, warme vochtige inwikkelingen, verblijfbaden, bromiden, chloraal en barbituraten. In 1922 was de Zwitser Kläsi er in geslaagd een patiënt in een kunstmatige, langdurige narcose te brengen. Deze zogenaamde slaapkuur vond slechts een beperkt toepassingsgebied omdat ze moeilijk hanteerbaar was en eerder bescheiden resultaten boekte. Met de ontwikkeling van de cardiazolshocks en de insulinetherapie kwam hierin verandering. 47 Manfred Sakel gebruikte in 1933 als eerste insuline om geesteszieken in een comateuze toestand te brengen. Door opeenvolgende insuline-inspuitingen liet hij het bloedsuikergehalte van de patiënt dalen tot die het bewustzijn verloor. Het coma werd verscheidene uren aangehouden. Daarna werd de patiënt opnieuw wakker gemaakt door het toedienen van suiker via een maagsonde. Vervolgens werd de behandeling zoveel als nodig herhaald. Er werden verbazingwekkende genezingen geboekt, niet alleen bij schizofrenen, maar ook bij manisch-depressieve en paranoïde patiënten. Ongeveer gelijktijdig ontwikkelde Ladislaus Meduna de 44 GAZVL, Fonds Lovenjoel Salve Mater, 2.3: Inhuldigingsrede van Fernand D Hollander, 29 juni 1927; Etienne De Greeff, Inauguration de l Hôpital psychiatrique de l Université de Louvain. Visite de la reine, Journal de Neurologie et de Psychiatrie, nr. 1, (1928) ; D HOLLANDER, F. en DE GREEFF, E., Quelques essais thérapeutiques de maladies mentales par la fièvre récurrente africaine, s.l., 1927 ; GAZVL, Fonds Lovenjoel Salve Mater, 2.5.1: 50 Jaar psychiatrische kliniek Salve Mater door Gerard Buyse, 1976, GAZVL, Fonds Lovenjoel Salve Mater, 2.5.1: 50 Jaar psychiatrische kliniek Salve Mater door Gerard Buyse, 1976, DHAENE, Sint-Jozef Kortenberg, GAZVL, Fonds Lovenjoel Salve Mater, 2.5.1: 50 Jaar psychiatrische kliniek Salve Mater door Gerard Buyse, 1976,

18 cardiazoltherapie en ook hier was de indicatie schizofrenie. Met behulp van cardiazol, een opwekkend middel voor hart en bloedsomloop, trachtte hij op een kunstmatige wijze epileptische crises uit te lokken bij schizofrenen. Zowel de insuline- als de cardiazoltherapie waren voor de patiënt niet risicoloos. Bij de insulinetherapie ging het wel om een gecontroleerd coma, maar er konden steeds epileptische crises optreden en ook een onomkeerbaar coma kon optreden. Bij de cardiazoltherapie maakten ontwrichtingen, beenbreuken en spierverrekingen deel uit van de veel voorkomende complicaties. Dit werd veroorzaakt door de heftigheid van de crises. Vooral de toediening van cardiazol was bijzonder schrikwekkend voor de patiënt als deze te traag of in onvoldoende mate gebeurde. Het bepalen van de dosis werd overgelaten aan het inschattingsvermogen van de arts, maar die had vaak verschillende pogingen nodig om de juiste verhouding te vinden. Beide behandelingen vereisten daarom een voortdurend medisch toezicht door deskundig personeel. Ondanks deze nieuwe therapieën bleef de psychiatrie geconfronteerd met een groep chronische geesteszieken die niet of nauwelijks reageerden op de somatische therapieën en aangewezen bleven op een blijvende zorg De heilzame werking van het Groot Park Het eenig mooie park was een steeds frissche bron van natuur-genot. Nu, getooid in hermelijnen sneeuwmantel met rijm bepareld, dan omhangen met een jeugdig Lentegewaad, in feestelijken bloemendos en vol vogelzang; later tintelend onder den zomergloed of dromend in purpere herfstpracht. De natuur werkt zoo heilzaam in op het gemoed; zij is meewarig en haar warme sympathie heelt diepe stille wonden. Zo werd het Groot Park lyrisch beschreven in het tijdschrift Caritas van de Zusters van Liefde. 49 Het Groot Park met op de achtergrond het administratiegebouw met zijn karakteristiek torentje. Over het Groot Park werd zowel door de Zusters van Liefde als door universiteit vaak in lovende bewoordingen gesproken. Het was iets waar zowel psychiaters en verpleegsters trots op waren en dat indruk maakte op de bezoekers. In de loop van de 19 de eeuw was het park 48 DHAENE, Sint-Jozef Kortenberg, In Salve Mater. Asyl en psychiatrische kliniek te Lovenjoel, Deus Caritas, nr. 1, 20 (1927). 17

19 onder zijn vorige eigenaars, familie de Spoelberch, uitgegroeid tot een min of meer uitgestrekt park in de gangbare Engelse stijl. Het scheppen van tuinen en parken in de zogeheten landschapsstijl had zijn oorsprong gevonden in het Engeland van de 17 de en 18 de eeuw. Toen ontstond het besef dat natuur naast een natuurwetenschappelijke betekenis ook esthetische en emotionele waarde bezat. Het ging hier om de ongerepte, woeste natuur in tegenstelling tot de opgeknipte en in strakke vormen gegoten natuur van de Franse en ook de Nederlandse tuinen. De aanblik hiervan gaf aanleiding tot meditatie, tot melancholie en overpeinzing. De woeste natuur weerspiegelde vrijheid, een vrijheid die ook in de menselijke geest werd gezocht. 50 In de 18 de en de 19 de eeuw kreeg het domein zijn huidige structuur. Het was ook in deze periode dat het park werd versierd met een aantal tuinornamenten zoals arduinen vazen en een sierlijke boogbrug. Jan de Spoelberch ( ) en Maximiliaan de Spoelberch ( ) hadden een grote belangstelling gehad voor dendrologie en hadden er verschillende zeldzame boomsoorten laten aanplanten. Vandaag zijn er nog tal van unieke exemplaren te bezichtigen zoals moerascypressen en diverse zeldzame soorten eik en beuk. Aan de noordzijde van de beek werden in hectare bouwland aangewend voor de aanleg van een bos met een rechtlijnig gevormd drevenpatroon. Het is in dit gedeelte dat vanaf 1924 Salve Mater werd opgetrokken. 51 Het is echter geen toeval dat Salve Mater gebouwd is in een mooi en groot park. Zoals in De paviljoenen van Salve Mater al werd aangehaald heerste er tijdens het interbellum in de zorgverlening de opvatting dat de omgeving een positieve of juist ziekmakende werking kon hebben zowel op lichaam als geest. De schoonheid en de rust van de natuur zouden een heilzaam effect hebben op psychiatrische patiënten en dit in tegenstelling tot de drukke en ziekmakende stad. Vandaar dat er bewust werd gezocht naar plaatsen met een geïsoleerde ligging, vanuit de gedachte dat de krankzinnige van hun ziekmakende omgeving afgezonderd moesten worden. Er werd gezocht naar plaatsen waar er voldoende verse lucht was, waar de natuur zijn heilzame werking kon laten gelden en waar ook voldoende ruimte was voor de aanleg van moestuinen en bouwgronden. Daarom werden talrijke nieuwe gestichten aan het einde van de 19 de en het begin van de 20 ste eeuw gebouwd in een bosrijke omgeving, met als bijkomend voordeel dat de grond daar meestal goedkoper was. Soms werd een bestaand landgoed aangekocht waarbij men profiteerde van het reeds aanwezige groen en de bestaande gebouwen op het terrein. Dit was bijvoorbeeld het geval bij Salve Mater. Tussen de gebouwen waren er kleine tuinen, grasstroken en bloemperken aangelegd MENS, De architectuur van het psychiatrisch ziekenhuis, DENEEF, R. en DEWINTER, J., De parken van Lovenjoel (Bierbeek), Monumenten en landschappen, JONCKHEERE, «L Institut Salve Mater dans les années 1950», GAZVL, Fotoarchief Salve Mater, A34-19B : paviljoenen omringd met bloemperken en grasstroken ; GAZVL, Lovenjoel Salve Mater, /1: verslag over la semaine psychiatrique pour infirmières,

20 Postkaart van Salve Mater met zicht op paviljoenen omringd door bloemperken en grasstroken. De aanblik van de natuur, maar ook geregelde fysieke inspanning, zoals veldwerk, tuinarbeid en wandelen in de duinen, zou de patiënten niet alleen afhouden van hun verwarde en ontstemde gedachten, maar zou ook hun fysieke, morele en intellectuele vermogens verbeteren. Bovendien hadden de moestuinen en bouwgronden als economisch voordeel dat het gesticht hierdoor in belangrijke mate zelfvoorzienend werd. Zulke moestuinen en bouwgronden waren er ook in Salve Mater. Op een postkaart uit de jaren twintig is een serre en een moestuin te zien. 53 François Cockx, die in de jaren 20 en 30 in de buurt van Salve Mater woonde vertelde hoe de patiënten in de tuinen moesten werken en dat de instelling zich daardoor in grote mate zelf van voedsel kon voorzien. 54 Ook op de welkomstbrochure van Salve Mater staat vermeld:... application judicieuse de la thérapeutique du travail Naast de groentetuin konden de patiënten ook tewerkgesteld worden in de zogenaamde vestiarie, het naaiatelier of het kaarden van wol. Naast de arbeidstherapie was er ook de minder productieve bezigheidstherapie. In Salve Mater kreeg iedere zieke een bezigheid op maat: breien, naaien, lezen, spelletjes. Maar ook wandelingen, excursies, cinema, musicals en theatervoorstellingen, deze laatste door de patiënten zelf opgevoerd, stonden op het programma GAZVL, Fotoarchief Salve Mater, A34-7C : postkaart met opschrift Grand Lovenjoul Fides. 54 Gesprek met François Cockx, 15 september GAZVL, Lovenjoel Salve Mater, /1: Welkomstbrochure van Salve Mater. 56 GAZVL, Lovenjoel Salve Mater, /1: verslag over la semaine psychiatrique pour infirmières,

21 Postkaart van Salve Mater met aan de rechterzijde een moestuin en een serre. Vooral voor onrustige patiënten was fysieke inspanning een belangrijk onderdeel van de behandeling in Salve Mater. Zoals in Het paviljoenstelsel al aan bod kwam, waren dwangmiddelen zoals ketenen, dwangbuizen, dwangstoelen en spanzeilen uit den boze in Salve Mater. Ook meer algemeen werden in de Belgische en Nederlandse psychiatrie in het begin van de 20 ste eeuw zulke dwangmiddelen steeds meer als een ontoelaatbare praktijk beschouwd. Daarom werd er gezocht naar allerlei methoden om de patiënten af te matten en hen daarmee niet alleen voor hun medepatiënten en de verpleegsters, maar ook voor zichzelf handelbaar te maken. Deze opvattingen over de natuur pasten binnen een evolutie in de opvattingen over het behandelen van geesteszieken. Aan het einde van de 18 de eeuw vonden er namelijk fundamentele veranderingen plaats, die invloed hadden op de behandeling van (geestelijk) zieken. Voortaan gebeurde het denken over mogelijke therapieën binnen de context van de natuurwetenschappen. De natuur nam de plaats in van de vroegere religieus getinte noties. Het uitgangspunt was de gedachte dat het leven in overeenstemming met de natuur moest zijn om mensen optimaal te vrijwaren van ziekte en krankzinnigheid. Ook vandaag nog wordt er in de psychiatrie groot belang gehecht aan tuin- en landschapsarchitectuur. Het paviljoenstelsel met zijn verspreid liggende paviljoenen, schiep de mogelijkheid tot een optimale samenhang met de natuur in al haar hoedanigheden: als park, maar ook als bos, als aangelegde tuin en zelfs als moestuin, boomgaard en bouwland. De helende werking op lichaam en geest kon zo het best tot haar recht komen Sanatorium Salve Mater In de tweede helft van de 19 de eeuw werd een nieuwe groep geesteszieken geïdentificeerd, die van de categorie van krankzinnigen afweek doordat ze in het algemeen geen gevaar voor de maatschappij opleverden en zich bovendien hun specifieke problematiek zeer wel bewust waren. Deze patiënten waren niet krankzinnig, maar wel vermoeid en verzwakt. Ook hysterie, diverse organische zenuwziekten ven de leiders aan lichte vormen van psychosen vielen onder 57 MENS, De architectuur van het psychiatrisch ziekenhuis,

22 deze noemer. 58 Zij werden de zenuwlijders genoemd. De oorzaak van het ontstaan van deze groep zou zijn gelegen in de discrepantie tussen de neurologische en biologische evolutie van de mens. De hectiek en de spanningen van het moderne stadsleven met zijn door allerlei mechanische uitvindingen opgedreven levenstempo werd daarmee aangewezen als bron van ellende. Het was met andere woorden, de confrontatie met de moderne beschaving, voortgestuwd door industrialisatie en verstedelijking, die tot grote geestelijke problemen leidde. 59 Tegen de achtergrond van de uiteenlopende problemen en stoornissen van de gevarieerde groep zenuwleiders die in de sanatoria werden opgenomen, was daar al tegen het eind van de 19 de eeuw een brede variëteit aan behandelvormen ontstaan. Deze populatie werd behalve met de bekende therapeutische middelen van die tijd, ook geholpen met diëten en kuren, heilgymnastiek en massage, en lucht- en zonnebaden. Daarnaast werden kamfer, kamille, kinine en valeriaan gebruikt in een poging de zenuwen tot rust te brengen. 60 Deze afwijkingen deden zich vooral bij meer welgestelde stedelingen voor en daarmee onderscheidden de zenuwleiders zich ook in sociaal opzicht van de geesteszieke armen. Zij konden vaak zelf in staan voor de kosten van hun opname en dat maakte hen een bijzonder lucratieve doelgroep. Zulke patiënten werden opgevangen in Sanatoria. Er bestonden klinieken die geheel voor deze doelgroep bestemd waren, maar ook klinieken die een deel voor hen had gereserveerd. Dit laatste was het geval in Salve Mater. Indien een kliniek gedeeltelijk gewijd was aan zenuwlijders was er de behoefte het verschil met het traditionele krankzinnigengesticht duidelijk te markeren door de aangewezen afdelingen aan te duiden met de term sanatorium. 61 Wanneer er in de bronnen sprake is van sanatorium Salve Mater wordt dus dat gedeelte bedoeld dat was voorbehouden voor de zenuwlijders. Salve Mater had, net als veel andere gestichten in de jaren twintig en dertig, besloten tot de oprichting van een sanatorium. Hiermee breidde zij haar dienstenpakket aanmerkelijk uit en hoopte ze een nieuwe, meer welgestelde doelgroep aan te boren. Om optimaal te profiteren van het positieve imago van het sanatorium besloten veel gestichten deze aangewezen afdelingen fysiek te scheiden van de bestaande complexen. 62 Dit gebeurde in Salve Mater door er een afzonderlijk paviljoen van te maken. Het grootste deel van de instelling bleef wel voorbehouden voor de andere patiënten zoals in de overeenkomst tussen de congregatie en de universiteit was bepaald. 63 Met de andere patiënten bedoel ik de niet-zenuwleiders, de patiënten die daar door de rechter geplaatst werden. Vaak waren zij minder vermogend dan de zenuwleiders. 58 ABMA, R. en WEIJERS, I., Met gezag en deskundigheid. De historie van het beroep psychiater in Nederland, Amsterdam, 2005, MENS, De architectuur van het psychiatrisch ziekenhuis, 133 en ABMA, Met gezag en deskundigheid, MENS, De architectuur van het psychiatrisch ziekenhuis, 133 en MENS, De architectuur van het psychiatrisch ziekenhuis, GAZVL, Lovenjoel Salve Mater, Contacten met de UCL, /2 : brief van Paulin Ladeuze aan Eugène Van Rechem, 3 augustus

23 De zenuwleiders in Salve Mater worden in de bronnen dames pensionaires of pensionnaires payantes genoemd, waar de andere patiënten worden aangeduid als les malades of les psychopathes. Zij werden niet alleen afgezonderd van de andere patiënten, maar hadden ook een veel luxueuzer en comfortabeler verblijf in Salve Mater. Zij gingen vaker op excursie, kregen aparte misvieringen, enz. 64 Ook binnen de dames pensionaires was er nog een onderscheid. Men kon namelijk als dames pensionaire in eerste, tweede of derde klasse in het sanatorium verblijven afhankelijk van hoeveel men kon betalen. 65 Hieruit blijkt hoezeer maatschappelijke ontwikkelingen, zoals in dit geval de klassenmaatschappij, zich verder zetten binnen een psychiatrische inrichting als Salve Mater. Daarom mag een psychiatrische instelling zeker niet gezien worden als een afgesloten instelling die ongevoelig is voor invloeden van buitenaf. 2 Onderwijs en onderzoek Salve Mater was echter niet enkel een psychiatrische instelling voor geesteszieke vrouwen en een sanatorium voor zenuwlijders. Het was ook een onderzoekscentrum en onderwijscentrum voor psychiatrie van de UCL. Als onderzoeks- en onderwijscentrum heeft zij een belangrijke rol gespeeld in de ontwikkeling van de psychiatrie aan de Leuvense universiteit. 1 Fernand D Hollander Fernand D Hollander was de hoofdpsychiater, hoofddocent en onderzoeksleider in Salve Mater tijdens het interbellum. Ook vóór de oprichting van Salve Mater had hij al een interessante wetenschappelijke loopbaan afgelegd. Buiten enkele begrafenisredes is er nog niets verschenen over deze man en zijn wetenschappelijke carrière. Daarom zal ik dit hoofdstuk starten met een curriculum vitae van D Hollander tot aan zijn benoeming in Salve Mater. Op 17 juli 1878 werd Fernand D Hollander geboren in Wetteren. Hij was afkomstig uit een doktersfamilie (Zijn vader, zijn grootvader, zijn oom en zijn grootoom waren artsen). Tijdens zijn studie aan de universiteit van Gent Fernand D Hollander bezocht hij regelmatig de laboratoria van de weefselleer en de embryologie. Onder invloed van zijn professoren Charles Van Bambeke, Camille De Bruyne en Omer van der Stricht (van wie hij de assistent was) werden histologie en embryologie zijn favoriete wetenschapstakken. In deze periode publiceerde hij zijn eerste werken over de studie van verschillende soorten cellen en weefsel 64 GAZVL, Fonds Lovenjoel Salve Mater, 4: dagboek bijgehouden door een anonieme zuster. 65 GAZVL, Lovenjoel Salve Mater, /1: Welkomstbrochure van Salve Mater. 22

24 bij vogels. 66 Hij begon zich steeds meer te interesseren voor het menselijke zenuwstelsel. In 1903 behaalde hij zijn diploma van geneesheer. Hij kreeg de grootste onderscheiding voor zijn verdienste als assistent in de weefselleer. Datzelfde jaar won hij een wedstrijd voor reisbeurzen met zijn werk Recherches sur l oogenèse et le noyau vitellin de Balbiani chez les oiseaux. 67 Na het behalen van zijn diploma ging D Hollander zich perfectioneren in de neurologie en de psychiatrie. Hij bestudeerde de werken van dokter Guislain, die toen in België als een autoriteit op vlak van psychiatrie werd gezien. 68 Hij werkte een tijd in het laboratorium van Arthur Van Gehuchten die hem begeleidde bij de studie van de anatomie van de hersenen. Van Gehuchten was de dominante figuur in de Belgische neurologische wetenschap in de periode vóór Hij schreef verschillende werken over de anatomie van het menselijke zenuwstelsel, zoals Anatomie du système Nerveux de l homme. 69 Onder zijn impuls werden de eerste chirurgische ingrepen op de hersenen en het ruggenmerg in België uitgevoerd. Hij is één van de stichters van de Société de neurologie Belge en in 1907 kreeg hij de eerste stoel in België van de pathologie en therapie van zenuwziekten. 70 D Hollander zelf was vooral geïnteresseerd in de verbindingen tussen de thalamus (het verbindingsstation in de hersenen) en de cortex (de hersenschors). Met zijn reisbeurs kon D Hollander verschillende centra van psychiatrische studies en laboratoria in Duitsland bezoeken waar hij bij belangrijke anatomo-pathologen van het zenuwstelsel in de leer ging. Eerst ging hij naar Frankfurt waar hij in de leer ging bij Weigert en Edinger. Vervolgens verbleef hij in Berlijn waar hij les kreeg van verschillende psychiaters en neurologen. Ten slotte ging hij naar München waar hij les volgde bij Emil Kraepelin, die werd geprezen als één van de wegbereiders van de wetenschappelijke psychiatrie en wiens ideeën een grote invloed hadden op D Hollander. 71 In 1905 werd hij teruggeroepen van zijn studiereis door de Belgische regering die hem aanstelde als afdelingsgeneesheer in de krankzinnigenkolonie in Geel. Daar bleef hij drie jaar, tot hij in 1908 assistent-geneesheer werd van de psychiatrische instelling in Bergen, die door de Zusters van Liefde werd beheerd. Tijdens zijn tewerkstelling in Geel en vervolgens in Bergen werkte hij vooral rond apraxie en de anatomie van het zenuwstelsel. Apraxie is een 66 VAN DER STRICHT, O. en D HOLLANDER, F., Le noyau vitellin de Balbiani et les pseudochromosomes chez les oiseaux, Fischer, 1902; D HOLLANDER, F., Les pseudochromosomes dans les oogonies et les oocytes des oiseaux, Parijs, D HOLLANDER, F., Recherches sur l oogenèse et le noyau vitellin de Balbiani chez les oiseaux, Archives d Anatomie microscopique, LEEMAN, Terug naar de toekomst, VAN GEHUCHTEN, A., Anatomie du système Nerveux de l homme, Leuven, Arthur Van Gehuchten ( ), 2012 ( 71 M. Fernand D Hollander, Professeur émérite de la Faculté de Médecine; Professor-emeritus aan de Faculteit der Geneeskunde, , Annuaire UCL, Leuven, , ; Notice sur la vie et les travaux de M.F. D Hollander, Menbre titulaire, Bulletin de la Société de Médecine mentale, 107 (1952), ; LOUVAIN-LA-NEUVE, Archives de l Université catholique de Louvain, Fonds H. Van Waeyenbergh, dossiers du personnel académique, PAC 11: Cv van Fernand D Hollander, 23 maart

25 ziekte waarbij de patiënt problemen heeft om (complexe) handelingen uit te voeren. 72 In 1913 schreef hij twee werken over de anatomie van de thalamus. 73 Deze twee werken vormden de basis voor een anatomisch-experimenteel werk over de lokalisatie van de verschillende lichaamsfuncties in de hersenen en de verbindingen tussen de grote hersenen en de tussenhersenen. Dit werk was hij onder inspiratie van Van Gechuchten begonnen, maar zijn onderzoek werd verstoord door de Eerste Wereldoorlog. In augustus 1914 vatte de psychiatrische instelling in Bergen vuur tijdens het bombardement van Bergen, waardoor belangrijke documenten voor zijn studie verloren gingen. Ook belangrijk materiaal voor zijn onderzoek naar dementia praecox en dementie ten gevolge van syfilis ging in de vlammen op. Dementia praecox ofwel vroegtijdige dementie is de naam die Kraepelin aan een bepaald ziektebeeld gaf. De Zwitserse psychiater Eugen Bleuler gebruikte als eerste de term schizofrenie voor de ziekte. Van D Hollander s onderzoek naar deze vorm van dementie getuigden zijn analyses die verschenen zijn in wetenschappelijke tijdschriften als Folia Neuro-Biologica en Le Bulletin de la Société de Médecine mentale. D Hollander herbegon zijn werk en bouwde zijn documentatie terug op in Leuven in het Bacteriologisch Instituut. Hij was ook lid van verschillende medische verenigingen, o.a. de Société de Médecine de Gand, de Société de Psychiatrie de Paris, de Société clinique de Médecine mentale de Paris, de Congrès des Aliénistes et Neurologistes de France en het redactiecomité van het tijdschrift Folia Neuro-biologica. 74 Na de Eerste Wereldoorlog bracht hij een nieuw werk uit over apraxie. 75 In 1919 werd D Hollander benoemd als opvolger van Masoin. 76 Hij was als kandidaat naar voor geschoven door onder andere. monseigneur Van Rechem. 77 D Hollander was meteen enthousiast over zijn benoemingen. Op 31 augustus 1920 schreef hij aan Ladeuze: Ma nomination de professeur, que m annonce votre aimable mot, m a apporté une joie profonde, elle me sera un nouveau stimulant pour consacrer le meilleur de mon activité au bien de notre Alma Mater. 78 Het nieuwe programma bevatte 30 lessen van anderhalf uur, waarvan vijftien lessen algemene psychiatrie en vijftien lessen gespecialiseerde psychiatrie, die in het laatste jaar van het doctoraat werden gegeven. Bovendien werd vanaf 1921 zowel het theoretisch als praktisch onderwijs van de psychiatrie verplicht. Hij doceerde ook psychiatrie aan studenten pedagogie en criminologie. 79 Sinds 1835, het moment waarop de katholieke universiteit was verplaatst van Mechelen naar Leuven, gaven hoogleraren geneeskunde colleges psychiatrie en 72 VAN EVERDINGEN, J. en VAN DEN EERENBEEMT, A. red., Pinkhof compact medisch woordenboek, Houten, 2010, D HOLLANDER, F., Recherches anatomiques sur les couches optiques(mémoires couronnés et autres mémoires publiés par l Académie royale de médecine de Belgique, 21), Brussel, 1913 ; D HOLLANDER, F., La topographie des noyaux thalamiques et de la région Hypothalamique, Leuven, AUCL, Fonds H. Van Waeyenbergh, dossiers du personnel académique, PAC 11: Cv van Fernand D Hollander aan Ladeuze, 23 maart D HOLLANDER, F., Démence sénile avec symptômes de foyer: contribution à l étude de l apraxie aprosexique, Brussel, GLORIEUX, psychiatrie, AUCL, Fonds H. Van Waeyenbergh, dossiers du personnel académique, PAC 11: Brief van Paulin Ladeuze, maart AUCL, Fonds H. Van Waeyenbergh, dossiers du personnel académique, PAC 11: Brief van Fernand D Hollander aan Paulin Ladeuze, 31 augustus GLORIEUX, psychiatrie,

26 neurologie, maar van een grondige wetenschappelijke en praktische scholing van gestichtsartsen was nog geen sprake. Deze lessen maakten deel uit van de interne pathologie. De eerste titularis was Jean Baptiste Vranken. In 1855 was professor Vranken vervangen door Ferdinant Le Fèbvre, die officieel instond voor de vrije lessen van mentale geneeskunde: deze lessen bevatten een tiental theoretische lessen en een praktijk gedeelte dat bestond uit een jaarlijks bezoek aan de twee psychiatrische inrichtingen in Leuven: de instelling van de Cellenbroeders voor mannen en de instelling van de Zwartzusters voor vrouwen. In 1870 werd de leerstoel doorgegeven aan Ernest Masoin, arts in beide stadsinstellingen. Masoin zette het onderwijs verder tot de universiteit sloot bij het begin van de Eerste Wereldoorlog. In 1920 werd hij hoofdgeneesheer in de instelling van de Zwartzusters in Leuven én medisch antropoloog van de Centrale Gevangenis in Leuven. Hij bleef evenwel verbonden met de instelling in Bergen tot dat Salve Mater in werking zou treden. Ladeuze en Van Rechem waren overeengekomen dat hij dan hoofdpsychiater van die instelling mocht worden. 80 In 1926 werd hij benoemd tot hoofdpsychiater van Salve Mater. 2 Etienne De Greeff, Charles Rouvroy en de geneesheer-assistenten D Hollander werd in zijn onderwijs en onderzoek in Salve Mater bijgestaan door twee adjunct-geneesheren : Etienne De Greeff en Charles Rouvroy. Op Etienne De Greeff zijn carrière vóór Salve Mater zal ik maar kort in gaan, aangezien dit al uitgebreid aan bod komt in het boek van Joris Casselman. Etienne De Greeff was in 1925 begonnen als wijkgeneesheer in de krankzinnigenkolonie in Geel. Datzelfde jaar stelde hij al zijn kandidatuur om in Salve Mater bij professor D Hollander als adjunct benoemd te worden. In 1926 werd hij aangenomen en dit tot tegenzin van dr. Frits Sano, de Geneesheer-Bestuurder te Geel die niet akkoord was met het vroegtijdige vertrek van De Greeff. Tijdens zijn tewerkstelling in Geel verschenen zijn eerste artikels. Het eerste handelde over een psycho-organisch onderwerp en twee andere over opvoedbare verstandelijk gehandicapten. De Greeff werd ook vermeld als medeauteur in een artikel van D Hollander over de zenuwbanen tussen de cortex en de thalamus. 81 Gelijktijdig met zijn benoeming in Salve Mater werd hij ook aangesteld als geneesheerantropoloog in de Centrale gevangenis in Leuven. Hij trad hier eveneens in de voetsporen van zijn leermeester D Hollander, die halfweg 1926 de fakkel aan hem doorgaf. Zowel D Hollander als De Greeff werden eveneens in de Hulpgevangenis in Leuven tewerkgesteld. De mogelijkheid om in contact te komen met alle langgestraften van het land, die destijds ondergebracht werden in de Centrale Gevangenis van Leuven, beschouwde De Greeff in 1957 als een unieke ervaring: J ai été médecin anthropologique à la prison de Louvain. C à été une des meilleures chances de ma carrière: entrer en contact avec les grands criminels du pays et me pencher avec intérêt sur leur cas. J ai été à eux comme à mes malades, m orientant surtout 80 AUCL, Fonds H. Van Waeyenbergh, dossiers du personnel académique, PAC 11: Brief van mei D HOLLANDER, F., DE GREEFF, E., Nouvelles recherches sur les couches optiques. La systématisation des voies cortico-thalamiques. Congrès des médecins Aliénistes et Neurologistes, Parijs, 1925 ; CASSELMAN, De Greeff,

27 vers leur personnalité. 82 Enige tijd later, in 1929, werd hij ook aangesteld als lesgever van de school voor Strafrechtelijke Wetenschappen van de K.U.Leuven. 83 Charles Rouvroy werd in 1928 de tweede adjunct geneesheer na het behalen van zijn diploma van geneesheer. Rouvroy werkte toen al drie jaar bij D Hollander zowel in de kliniek als in het laboratorium. Sinds 1 september 1927 werkte hij ook als interimaris in de instelling van de Zwartzusters in Leuven. Hij had zich gespecialiseerd in de psychiatrie door specialisatielessen psychologie en psycho-pedagogie te volgen en was geïnitieerd in de methoden en technieken van de experimentele psychologie in het laboratorium. 84 Geneesheer-assistenten waren er al van bij de aanvang, maar beperkt in getal (één tot drie). Aangezien drie maanden opleiding toen volstond om adjunct-geneesheer te worden in een psychiatrische kliniek bleven velen maar korte tijd. De eerste jaren waren buitenlandse assistenten niet zeldzaam. Ze kwamen overwegend uit het Oost-Europa. 85 Jean Stolar, een student uit Oekraïne die nog maar pas zijn diploma in de geneeskunde aan de UCL had behaald, stelde op 26 juli 1939 zijn kandidatuur als intern geneesheer in Salve Mater. 86 Zijn kandidatuur werd echter geweigerd omdat het verblijf van buitenlandse studenten in België beperkt moest blijven tot de duur van hun studies. Als hun studies achter de rug waren moesten zij terugkeren naar hun vaderland. Zij mochten in geen enkel geval lucratieve functies uitoefenen in België. 87 Deze protectionistische maatregel was ingevoerd uit vrees dat buitenlandse studenten de locale arbeidsmarkt zouden overspoelen. Uit het onderzoek van Pieter Dhondt, professor in de geschiedenis van het onderwijs, blijkt dat buitenlandse studenten aan de Leuvense universiteit tijdens het interbellum niet ongewoon waren. In de periode van 1876 tot 1938 werden er jaarlijks gemiddeld 1200 buitenlandse studenten ingeschreven aan de Belgische universiteiten van Leuven, Brussel, Gent en Luik. Deze studenten waren afkomstig uit 90 verschillende landen en regio s over de hele wereld. Aan de vooravond van de Eerste Wereldoorlog kwam bijna 30 procent van alle Belgische universiteitsstudenten uit het buitenland Onderwijs 1 Artsen Zoals eerder al werd aangehaald maakte de psychiatrie in deze periode een snelle evolutie door en had de UCL Salve Mater nodig om deze evoluties te kunnen volgen. Salve Mater was 82 Interview afgenomen in het Centre de Neurologie et D Études Médico-psychologiques (avenue Winston Churchill, 93 te Brussel) tijdens de zomer van CASSELMAN, De Greeff, GAZVL, Lovenjoel Salve Mater, Correspondentie, /1 : sollicitatiebrief van Charles Rouvroy aan Eugène Van Rechem, 2 augustus GAZVL, Fonds Lovenjoel Salve Mater, 2.5.1: 50 Jaar psychiatrische kliniek Salve Mater door Gerard Buyse, 1976, GAZVL, Lovenjoel Salve Mater, /2: Sollicitatiebrief en cv van Jean Stolar aan Fernand D Hollander, 26 juli GAZVL, Lovenjoel Salve Mater, /2: Brief van directeur-generaal van het ministerie van justitie aan Eugène Van Rechem, 6 september DHONDT, P., Foreign students at Belgian universities. A statistical and bibliographical approach, Belgisch tijdschrift voor nieuwste geschiedenis, 38 (2008),

28 niet alleen een psychiatrische kliniek, het was ook het nieuwe oefenterrein van de student geneeskunde aan de UCL, vooral voor zij die zich wilden specialiseren in de psychiatrie. Met trots stelde D Hollander zijn nieuwe werkinstrument voor aan het publiek op 29 juni 1927: Hier zou de student urgente situaties van acute psychiatrische aandoeningen van nabij meemaken. Hij zou hier ook een oneindige variëteit aan chronische psychiatrische aandoeningen vinden. Hij zou de gelegenheid hebben om de volledige evolutie van een ziekte op te volgen van de oorsprong tot de ultieme stadia. Bovendien zou deze modelinrichting de student gezonde noties leren over de bijstand van geesteszieken en zou ze van hem een bondgenoot maken om de dwaze vooroordelen, die over geestesziekte en de psychiatrische instellingen de ronde deden, te bestrijden. Naast het officiële onderwijs, dat alle studenten geneeskunde moesten doorlopen, bood Salve Mater ook de mogelijkheid om zich te specialiseren in de psychiatrie. In Lovenjoel zouden aspirant-psychiaters de nodige plaats en het nodige materiaal vinden om zich te specialiseren. Zij zouden hier kunnen meedraaien in een moderne psychiatrische inrichting en hier een complementaire stage kunnen doen van hun specialisatie. 89 Ook andere bronnen zoals de jaarboeken van de UCL bevestigen dat er tijdens het interbellum specialisatielessen psychiatrie in Salve Mater door D Hollander werden gedoceerd. 90 Het was dus niet zo dat geneesheren voor een gespecialiseerde opleiding noodzakelijk naar het buitenland moesten zoals Dhaene beweerde. Zij had zich voor deze bevinding gebaseerd op het artikel De l enseignement de la psychiatrie van Swolfs dat dateert van 1914 en dat de situatie in België vóór de Eerste Wereldoorlog beschreef. 91 De specialisatielessen psychiatrie werden door D Hollander gedoceerd in het auditorium van het universitair paviljoen in Salve Mater. Na elke theoretische les bezochten de leerlingen in groepen de ziekenzalen onder begeleiding van D Hollander of zijn assistenten. Het universitair paviljoen beschikte ook over een laboratorium en een autopsiezaal waar de studenten gebruik van konden maken. Ieder jaar bezochten de doctoraatsstudenten onder begeleiding van D Hollander ook een andere grote psychiatrische inrichting, zoals de kolonie in Geel. 92 Het religieuze en morele aspect zouden een belangrijke rol in de opleiding gespeeld hebben, zo bleek uit een brief die D Hollander aan Ladeuze schreef in 1919: Comme le théologien, l aliéniste est particulièrement bien placé, pour saisir l importance capitale du facteur moral et religieux dans la formation du futur médecin Maar of dit in de praktijk ook zo was is niet zeker. D Hollander kon dit evengoed als een geruststelling geschreven hebben aan de theoloog Ladeuze. 89 GAZVL, Fonds Lovenjoel Salve Mater, 2.3: Inhuldigingsrede van Fernand D Hollander, 29 juni UCL, Année Académique , Leuven, SWOLFS, O., De l enseignement de la psychiatrie et l inspection des asiles en Belgique, Bulletin de la Société de Médecine Mentale, 1914, GLORIEUX, psychiatrie, AUCL, Fonds H. Van Waeyenbergh, dossiers du personnel académique, PAC 11: Brief van Fernand D Hollander aan Paulin Ladeuze, 6 juni

29 Het universitair paviljoen Vaak werden tijdens de theoretische lessen patiënten naar voor gebracht in de aula ter illustratie van de theorie. Dokter Albert Van Driessche, aanwezig op een les van D Hollander in Salve Mater tijdens de zomervergadering van de Vereeniging der Geneesheeren Oudstudenten der Leuvense Hoogeschool in 1927 vertelde: Telkens de Professor de symptomatologie van een van de grondtypen had voorgehouden, liet hij een zieke komen, die ofwel, door haar onstelpbare bron van onsamenhangende of fantastische, maar toch logische welsprekendheid, ofwel, door haar vischachtige stomme stilzwijgendheid en haar mannequinachtige houding ons een praktische demonstratie werd van de theorie. 94 Dit citaat komt uit het tijdschrift Caritas van de Zusters van Liefde uit Dit tijdschrift was bedoeld voor de zusters zelf en voor sympathisanten zoals vrienden en familie van de zusters, oudleerlingen en (oud-)personeel. 2 Verpleegsters Naast psychiaters werden er in Salve Mater ook verpleegsters opgeleid. Salve Mater beschikte sinds 19De opleiding tot verpleegster werd na de Eerste Wereldoorlog meer gespecialiseerd. Er ontstonden drie verschillende specialisatierichtingen binnen de opleiding: ziekenhuisverpleegster, verpleegster-bezoekster (ambulante verpleegster) en psychiatrische verpleegster. 95 In 1929 schreef de algemene directeur van het ministerie van justitie aan Van Rechem dat uit het rapport van de Commission d inspection et de surveillance des asiles d aliénés de l arondissement de Louvain bleek dat van de 29 verpleegkundigen die toen in Salve Mater werkzaam waren er slechts vijf over het diploma voor psychiatrisch verpleegkundige beschikten en dat vijftien geen enkel diploma hadden. Daarop verzocht hij hem iets aan die zaak te veranderen VAN DRIESSCHE, Lovenjoul, ? 96 GAZVL, Lovenjoel Salve Mater, Correspondentie, /1 : Brief van de algemene directeur van het ministerie van justitie aan Eugène Van Rechem, 15 april

30 Van Rechem gaf hier gehoor aan en in de komende jaren verbeterde de situatie aanzienlijk. In 1930 werd in Salve Mater met de opleiding van krankzinnigenverpleegsters gestart, met als doel de psychiatrische instelling te voorzien van deskundig verplegend personeel. De school was toegankelijk voor andere congregaties en voor leken, die ten minste zeventien jaar oud waren en beschikten over een bewijs van goed gedrag en zeden en een medisch attest dat verklaarde dat ze in goede gezondheid verkeerden. Diegene die minstens over een middelbare school diploma beschikten, moesten op 1 oktober op internaat gaan. De rest moest een maturiteitsexamen afleggen en moest al op 15 juli op internaat gaan. Daarnaast moesten ze ook 2000 franc per jaar kunnen betalen voor lessen en boeken. Ze kregen gedurende hun opleiding wel een maandelijkse vergoeding van 250 franc. waarde van geld. De opleiding, die bestond uit lessen en stages, duurde twee jaar. Volgens de infobrochure van de verpleegsterschool, die dateert uit het interbellum, moesten de leerlingen een schooluniform dragen dat ze in de school zelf konden kopen. In het ziekenhuis moesten ze een hemd dragen en buiten hun dienst een schort. Bij de opleiding van verpleegsters speelde religie een belangrijke rol. Het schoolreglement schreef voor dat zowel leerlingen als gediplomeerde verpleegsters dagelijks de mis moesten bijwonen en dat zij daarnaast ook moesten deelnemen aan en helpen bij allerhande religieuze aangelegenheden. Zij moesten altijd gehoorzamen aan de hoofdverpleegster. Het was voor hen verboden om paviljoenen te betreden waar zij niet van dienst waren. Ook was het ten strengste verboden om op café te gaan of naar de cinema te gaan. Hierop stonden zware straffen. Zij mochten buiten hun diensturen alleen mits toestemming van hun hoofd naar Leuven gaan. Iedereen kreeg een eigen kamer toegewezen die ze op orde moesten houden. De maaltijden waren gemeenschappelijk en iedereen diende er aan deel te nemen tenzij ze daarvoor een speciale toelating hadden van de Soeur Monitrice. Het eerste ontbijt was om half zeven s morgens, het tweede om acht uur. Het middagmaal was om kwart na elf. Om drie uur was er een vieruurtje en om zeven uur het avondmaal. Om negen uur s avonds moesten alle lichten uit zijn. Indien een student of verpleegster ziek werd, moest zij dit onmiddellijk aan de Soeur Monitrice melden die dat op haar beurt moest melden aan de hoofdverpleegster van het paviljoen waar de zieke dienst had. Per dag hadden zij twee uur vrij. Zij werden geacht hun vrije tijd vooral aan hun studie te besteden. De gediplomeerde zusters moesten daarin het goede voorbeeld geven en moesten altijd beschikbaar zijn om hun collega s in dienst te helpen. Elke week mochten zij van zaterdagmiddag tot maandagavond terugkeren naar hun familie. Op maandagavond moest iedereen vóór half negen terug zijn. Er waren drie schoolvakanties per jaar: vier dagen rond Nieuwjaar, vier dagen rond Pasen en drie weken tijdens de maand juli. De verpleegsters mochten enkel in hun vrije tijd de bezoekersruimte betreden. Zonder toestemming van het hoofd mocht de familie le Hôme of de paviljoenen niet bezoeken. De familie mocht ook niet blijven eten in Salve Mater. Het was de verpleegsters ook verboden om bezoek te ontvangen op hun kamer alsook vreemdelingen in het internaat binnen te laten zonder speciale toelating. Zonder toestemming van hun monitrice mochten ze geen andere boeken of tijdschriften meebrengen naar school dan degene die ze daar gekocht hadden. Wat betreft hun houding tegenover de patiënten is er in vergelijking met vandaag niet veel veranderd. Zij waren gebonden aan het beroepsgeheim. Tegenover de patiënten moesten zij de grootste discretie bewaren en zij mochten geen geld van de patiënten 29

31 aannemen. 97 Volgens de welkomstbrochure van Salve Mater, bezaten alle verpleegsters die daar werkten nu het officiële diploma van verpleegster. 98 In het eerste schooljaar waren er acht eerstejaarsstudenten waarvan zes zusters en twee leken en drie tweedejaarsstudenten, die hun examens voor het eerste jaar hadden afgelegd voor de geneeskundige commissie van Gent. Er werden een klaslokaal en slaapkamers voor de leerlingen ingericht in het klooster, dat zich bevond in het administratiegebouw. De theoretische lessen werden in het Frans gegeven door De Greeff en Rouvroy. Verpleegkundige technieken werden op verschillende diensten in Salve Mater onderwezen. Het examen werd afgenomen in Lovenjoel en werd voorgezeten door de voorzitter van de Geneeskundige Commissie van Leuven. Vanaf het tweede schooljaar ( ) was er ook de mogelijkheid om de opleiding in het Nederlands te volgen en werden er handboeken van het Frans naar het Nederlands vertaald. Op 21 oktober 1934 kreeg de verpleegsterschool officiële erkenning. In dat zelfde jaar werd de vroegere orangerie van de familie de Spoelberch in gebruik genomen om dienst te doen als internaat voor de studenten onder de naam Fides. In 1936 werd zuster Séraphine directrice van de school. Nu de school een eigen directrice had, kon ze binnen Salve Mater zelfstandiger functioneren. Op initiatief van Van Rechem en dokter Hoven, hoofdgeneesheer van de psychiatrische instelling in Bergen, werd er datzelfde jaar voor het eerst een semaine psychiatrique pour infirmières georganiseerd in Salve Mater. Deze vormingsweek was bedoeld voor hoofdverpleegsters van paviljoenen of afdelingen van alle religieuze congregaties in België die zich bezig hielden met de zorg van geesteszieken. De bedoeling was om deze verpleegsters bij te scholen in de mentale ziekten, de verschillende behandelmethoden, de anatomie van de hersenen, de hersenbeschadiging die optreed bij psychotische patiënten, preventieve middelen om ongelukken te voorkomen en de behandeling van bijkomende ziektes. De lessen werden gedoceerd in het universitair paviljoen door D Hollander, Hoven, Rouvroy, De Greeff en Verstraeten, hoofdgeneesheer van Caritas. Ook tijdens deze lessen werden patiënten opgevoerd ter illustratie. In totaal nam een 70-tal verpleegkundigen deel. Dit initiatief werd de volgende jaren herhaald. 99 In zijn inhuldigingsrede vertelde D Hollander dat in de moderne psychiatrische dienstverlening de rol van de verpleegster erg gewaardeerd werd. Dat hield niet in dat er wel degelijk een hiërarchisch onderscheid bleef tussen artsen en verpleegsters... le psychiatre prescrit, la Soeur applique; le médecin passe et la Soeur reste dans le cartier. Dit zijn twee totaal verschillende situaties en de situatie van de verpleegster is volgens hem zonder twijfel minder makkelijk dan die van de psychiater. 100 Het was inderdaad zo dat het beroep van de verpleegkundige na de Eerste Wereldoorlog wat aan prestige en geloofwaardigheid had 97 GAZVL, Lovenjoel Salve Mater, /1: infobrochure van de school Salve Mater voor psychiatrisch verpleegkundigen. 98 GAZVL, Lovenjoel Salve Mater, /1: Welkomstbrochure van Salve Mater. 99 GAZVL, Lovenjoel Salve Mater, /1: verslag over la semaine psychiatrique pour infirmières, GAZVL, Fonds Lovenjoel Salve Mater, 2.3: Inhuldigingsrede van Fernand D Hollander, 29 juni

32 gewonnen. De ervaringen tijdens de Oorlog hadden een emanciperend effect gehad op de verpleegkundigen. Ze waren in contact gekomen met de Engelse nurses die op vlak van professionaliteit en discipline al een trapje hoger stonden. Tijdens de Oorlog leerden ze ook omgaan met chirurgische instrumenten die voor hen volledig nieuw waren. Maar ook uit andere bronnen blijkt dat er wel degelijk een hiërarchisch onderscheid was tussen de taken van de verpleegster en die van de psychiater. Uit het eerder geciteerde handboek van de Broeders van Liefde blijkt dat de psychiater volledig verantwoordelijk was voor de verpleging van de patiënten. 101 Hij bepaalde op welke manier de patiënten verpleegd moesten worden. De verpleegsters moesten hem daarin volledig gehoorzamen en nauwkeurig al zijn bevelen uitvoeren. Zij waren hem eerbied verschuldigd en moesten hem altijd beleefd aanspreken. 102 Deze specifieke hiërarchische verhoudingen ontstonden als gevolg van de introductie van de bedverpleging. Door de bedverpleging werden er hogere eisen gesteld aan de fysieke verzorging van de patiënten en dus aan de verpleging. Dit leidde op zijn beurt tot veranderingen in de organisatiestructuur waarbij de arts centraler kwam te staan. 103 De emancipatie in combinatie met de specialisatie van het onderwijs van de verpleegkundigen tijdens het interbellum wekte heel wat argwaan op bij de artsen. Sommige medici opperden dat de verpleegkundigen tijdens hun opleiding te veel onnodige kennis kregen. Op medische beroepscongressen tijdens het interbellum werd herhaaldelijk beweerd dat verpleegkundigen hun domein wilden uitbreiden ten koste van de artsen. Er werd gepleit voor een wettelijk statuut voor de verpleegkundigen, voor een efficiënt toezicht op de beroepsuitoefening en voor de vervolging van elke vorm van onwettige uitvoering van de geneeskunde. 104 Hoewel de opleiding tot verpleegster zowel toegankelijk was voor religieuzen als voor leken, bleek o.a. uit het dagboek, bijgehouden door een anonieme zuster in Salve Mater, dat de grote meerderheid van de zusters in Salve Mater tijdens het interbellum religieuzen waren. Dit had te maken met het lage loon, de hoge werkdruk en de absolute toewijding die van een verpleegkundige werd verwacht. Hierdoor was het beroep moeilijk combineerbaar met een gezin. Vandaar dat het vooral religieuzen bleven die kozen voor dit beroep. Bovendien genoten religieuzen grote waardering voor hun inzet tijdens de oorlog. In 1920 benadrukte toenmalig minister van justitie Vandevelde dat elke verbetering van de instellingspsychiatrie ondenkbaar was zonder de medewerking van religieuzen. 105 Uit het verslag in Caritas van een anonieme verpleegster die deelgenomen had aan de psychiatrische vormingsweek blijkt hoe godsdienstig gekleurd de visie van de verpleegsters was of op zijn minst werd geacht te zijn: Le malheur est chose sacrée. Il commande le respect d une sacristine maniant les vases sacrés. L infirmière sera la sacristine de la souffrance. le médecin n est-il pas, lui, le représentant d un autre sacredoce... L infirmière 101 Van de Zusters van Liefde zijn er geen handboeken voor psychiatrische verpleegsters van vóór 1950 bewaard. Daarom baseer ik mij op dit boek omdat dit zoals ik eerder al heb vermeld één van de meest gebruikte handboeken was tijdens het interbellum. 102 Alfred, Enige lessen en verhandelingen, ABMA, Met gezag en deskundigheid, ? 105? 31

33 peut, comme le docteur, devenir l auxilière du prêtre. Que les malades viennent chercher dans nos asiles la guérison morale, la conversion. N est-ce pas pour les sauver que Dieu les y envoie, la belle tâche! Avec la prévention des accidents, les qualités et les devoirs d une infirmière furent exposés d une façon très haute, chrétienne et pratique, relevant non d un altruisme tout court mais d une charité attentive, indulgente, douce, calme, patiente, joyeuse, optimiste... à la manière d un saint Paul, pour l amour du Christ... Tous les bons docteurs, les nôtres, sont des chercheurs de cette trempe, épris de l art de guérir par philantropie souvent chrétienne, car beaucoup de science mène à dieu. 106 De verpleegsters en het administratief personeel van Salve Mater, met vooraan in het midden Eugène Van Rechem op 19 juli Op dat moment waren misschien nog geen leken of stonden ze alleszins niet op de foto. 4 Onderzoek 1 Invloed van Kraepelin Salve Mater was ook een onderzoekscentrum voor psychiatrie van de Leuvense universiteit. In het laboratorium van het universitair paviljoen werd onder leiding van D Hollander belangrijk onderzoek gedaan. D Hollanders bezoek aan München tijdens zijn studiereis had hem tot een Kraepelinger gemaakt. Net als D Hollander was Kraepelin hoofdgeneesheer van een psychiatrische instelling in München die verbonden was met een universiteit en net als D Hollander hield hij zich bezig met de behandeling van geesteszieken, het onderwijs in de psychiatrie en wetenschappelijk onderzoek. D Hollander verwees vaak naar hem in zijn eigen 106 GAZVL, Lovenjoel Salve Mater, /1: verslag over la semaine psychiatrique pour infirmières,

34 werken en noemde hem in zijn verslag over de psychiatrische kliniek in München aan de minister van justitie:... l aliéniste le plus distingué et le plus suivi de notre époque. 107 Het is te voorbarig om op basis van deze gegevens te besluiten dat D Hollander Kraepelin als zijn grote voorbeeld zag, maar het staat vast dat deze Duitse geneesheer een belangrijke invloed op hem heeft gehad, althans op wetenschappelijk vlak. Als reactie op de veelheid aan diagnostische indelingen die rond 1880 in Europa bestond, ging Kraepelin aan de slag met het ontwerpen van een omvattend diagnostisch systeem, of beter gezegd: een nosologisch systeem. Bij hem vormden de ziekte-eenheden en niet de symptomen het uitgangspunt. Hij was namelijk van oordeel dat eenzelfde stoornis verschillende verschijningsvormen kon aannemen, hetgeen voor verwarring zorgde. Daarom nam hij het eindstadium van de ziekte als uitgangspunt voor zijn onderzoek. Op die manier probeerde hij de essentie van elke aandoening te vinden. In zijn kliniek in Heidelberg probeerde hij door nauwkeurige observaties de kern van iedere geestesziekte te bepalen. Hij had daarbij vooral aandacht voor het verloop van de ziekte; ziektegeschiedenis, diagnose en prognose vormden bij Kraeplin één eenheid. Kraepelin verdeelde de ziekten van de geest in 13 categorieën, waarbij vooral de indeling van de functionele psychosen (psychosen zonder duidelijke lichamelijke oorzaak) de aandacht van andere medici trok. Binnen de functionele psychosen maakte hij een onderscheid tussen de manisch-depressieve psychosen (tegenwoordig bipolaire stoornissen genoemd) en dementia praecox (schizofrenie). De manisch depressieve psychosen kenmerkten zich door een cyclisch verloop en bestonden eveneens in verschillende vormen, al naargelang de zieke manische, melancholische of beide elementen vertoonde. Onder de noemer dementia preacox groepeerde hij diverse verschijningsvormen tot één ziektebeeld, dat gekenmerkt was door een progressieve psychische aftakeling of Verblödung. Naar zijn oordeel en ervaring was de prognose bij de eerste tamelijk gunstig, terwijl men bij dementia praecox een toenemende desorganisatie van het denken kon verwachten. Dit classificatiesysteem, door Kraeplin ontwikkeld in achtereenvolgende edities ( ) van zijn boek over dementia praecox, zou tot ver in de 20 ste eeuw een doorslaggevende invloed uitoefenen op de psychodiagnostiek. 108 Het vormde het hoogtepunt van de natuurwetenschappelijke benadering in de psychiatrie. Zelf hanteerde D Hollander deze indeling en in zijn werken verwees hij vaak naar Kraepelin. Kraepelins realistische concepten spraken D Hollander aan omdat zij precies aan zijn intellectuele aspiraties tegemoet kwamen, meer bepaald aan zijn zin voor methode en objectiviteit. Aussi le vit-on toujours, vertelde zijn assistent Charles Rouvroy, lorsqu il avait à analyser un cas s efforcer à un dépistage minutieux et systématique du symptôme. Et, sachant que le chemin que suit la pensée du clinicien pour parvenir du symptôme au diagnostique et, par là, à la conclusion thérapeutique est parsemé, surtout en médecine 107 D HOLLANDER, F., La Clinique psychiatrique de Munich. Rapport présenté à monsieur le ministre de la justice, Gent, ABMA, Met gezag en deskundigheid, 38; KRAEPELIN, E. en BLEULER, E., Van dementia praecox tot de groep van schizofrenieën. Twee pogingen tot begripsbepaling van een psychiatrisch ziektebeeld, D.M. STOLTENKAMP en E.J.P. BRAND vert., Amsterdam, 1997,

35 mentale, d embûches subtiles, il agrippait, pour le parcourir, les faits qui se révélaient, sans sollicitation, à l observation et s en laissait guider, se défendant de mettre le pied dans une interprétation hasardeuse quelconque. Deze strengheid in de klinische dialectiek is terug te vinden in al zijn wetenschappelijke werken Dementia praecox D Hollander en zijn adjunct-geneesheren De Greeff en Rouvroy startten in Salve Mater al van bij de aanvang een uitgebreid onderzoek naar dementia praecox. In de periode van 1928 tot 1935 schreef hij maar liefst 15 artikels over deze aandoening. 110 Dementia praecox was een toen nog betrekkelijk jong ontdekte geestesziekte. D Hollander omschreef het als een... vroegtijdige geestesverzwakking waardoor eveneens de hersenstof zichtbaar wordt aangetast. Zij begint meermaals met een weinig koorts, soms als dusdanig miskend, en geestesverwarring. Bij t afnemen dezer acute symptomen, treedt er een zwaar geestelijk verval in, bij zoverre dat het leven van het slachtoffer tot een louter plantaardig bestaan wordt herleid. 111 De belangrijkste drijfveer voor dit onderzoek was het grote aantal patiënten dat door deze ziekte getroffen was. Naar schatting leed maar liefst 40 procent van de patiëntenpopulatie van de Belgische gestichten aan deze ziekte in In Salve Mater was er dat jaar een populatie van 450 patiënten waarvan 131 (29%) deze ziekte hadden. ¼ Van de zieken die werden opgenomen per jaar in Salve Mater leed aan vroegtijdige dementie. Ook uit het onderzoek van de Nederlandse historici Gemma Blok en Joost Vijselaar blijkt dat naast de lijders aan dementia senilis en de manisch depressieve psychose de lijders aan dementia praecox de grootste diagnostische categorie vormden onder de patiënten in de Nederlandse psychiatrische inrichting Endegeest tijdens het interbellum. 112 Bovendien bestond er in wetenschappelijke kringen ondanks de poging van Kraepelin nog steeds een grote onenigheid over het diagnostisch kader waarbinnen de ziekte moest geplaatst worden. In 1911 had Eugen Bleuler een alternatief diagnostisch kader voor dat van Kraepelin ontwikkeld. Bleuler had zich hierbij niet alleen op de ordening van de symptomen, maar ook op het verloop van de ziekte gericht. Door zijn onderzoek kwam hij tot de conclusie dat er niet altijd cognitief verval optrad en dat er niet altijd symptomen in de jeugd optraden. Hij gebruikte ook als eerste de term schizofrenie. Zijn studie Dementia praecox oder die Gruppe der Schizofrenien benadrukte dat de gespletenheid van de psychische functies (denken, voelen en waarnemen) het belangrijkste kenmerk van het ziektebeeld was. Bovendien geloofde Bleuler, en dit in tegenstelling tot Kraepelin, dat er geen duidelijke grens was tussen een zieke en een gezonde geest. Hij had namelijk bij mensen gedrag waargenomen dat wel aan schizofrenie deed denken, maar niet ziekelijk genoemd kon worden. Hij beschouwde dit nietziekelijke gedrag als een persoonlijkheids- of een karaktereigenschap. Zijn definitie van de 109 ROUVROY, C., In Memoriam F. D Hollander, Annuaire UCL, 1952, Academische bibliografie , VI, Leuven, 1937, D HOLLANDER, F., Verkeerde Opvattingen over de Krankzinnigen, Antwerpen, 1931, BLOK, G. en VIJSELAAR, J., Terug naar Endegeest. Patiënten en hun behandeling in het psychiatrisch ziekenhuis Endegeest , Nijmegen, 1998,

36 ziekte leunde meer aan bij de psychoanalyse en sloot daarom minder aan bij het pathologischanatomisch onderzoek van D Hollander dan het begrip uitgewerkt door Kraepelin. 113 Ook was D Hollander er van overtuigd en dit in tegenstelling tot veel van zijn collega s dat de ziekte niet noodzakelijk ongeneesbaar was. Deze optimistische gedachte druiste regelrecht in tegen het fatalisme dat degeneratie als oorzaak van psychiatrische ziekten aanwees en dat beweerde dat aan de meeste gevallen van krankzinnigheid niets te doen was. D Hollander probeerde, bijgestaan door zijn adjunct geneesheren, de essentie van de ziekte te achterhalen en haar een anatomische basis te geven om zo het precieze diagnostische kader te bepalen. Hij was akkoord dat een heel deel van de psychiatrische patiënten ongeneesbaar bleef, maar verdedigde dat een derde der jaarlijks opgenomen patiënten, aan hun familie als verbeterd of genezen teruggeschonken werden... Rekent daarbij de zieken die kalm en tuchtvol aan hun nieuw leven aangepast werden, en aldus in het instituut een rustig bestaan vinden, gansch buiten de wisselingen en verrassingen van het maatschappelijk verkeer... de hersenziekten zijn, op gebied van geneesbaarheid, niet minder bedeeld dan gelijk welken anderen tak der geneeskunst... Dergelijk voorgaande wettigt een welgemeende hoop ten opzichte der andere, thans ongeneesbare geesteskwalen. Wijzen wij nog op de vroegtijdige geestesverzwakking (Dementia Praecox : DP) waardoor eveneens de hersenstof zichtbaar wordt aangetast... In deze geduchte ziekte, die onze jeugd in schrikwekkende verhoudingen treft, (op Lovenjoul zijn 25% der intredenden D.P.) kan men wonderlijke keeringen opmerken, die praktisch als genezingen mogen worden aanzien. Daar men nu stilaan begint te herkennen dat de letsels te wijten zijn aan ontsteking, mogen wij verhopen, op grond der vastgelegde genezingen, dat eens de oorzakelijke kiem zal ontdekt worden. Eens? Ja, waarom niet? Het is immers een eeuw geleden dat Bayle de natuur der P.G. [Paralysis Generalis of algemene verlamming] verklaarde. Dan moesten er nog honderd lange jaren verloopen eer men tot een werkelijk voordelige behandeling kwam: een psychiater-nobelprijs, Dr Wagner Jauregg, Professor te Weenen, komt de eer toe dit prachtig therapeutisch middel te hebben ontdekt. Laat ons dus betrouwen op de toekomst en de taaie werkkracht der geleerden. Voor de psychiatrie rijzen nog schoone dagen in t verschiet! 114 Hij was hierin niet alleen, ook andere psychiaters zoals de Nederlander Hermann Simon probeerden, aangemoedigd door het ontstaan van nieuwe behandelmethoden, krankzinnigen te genezen. Maar er waren ook psychiaters zoals Maurits Peeters, de gestichtsarts van Sint- Jozef, die nauwelijks interesse toonde voor nieuwe behandelmethoden of vooruitgang binnen de psychiatrie en wiens interesse zich beperkte tot hun dagelijkse ronde in het gesticht. De introductie van nieuwe behandelmethoden ging niet gepaard met een opmerkelijke daling van het aantal opgenomen geesteszieken. Daarom bleef er ook onder medici de gedachte bestaan dat krankzinnigheid ongeneesbaar was. Het onderzoek gebeurde aan de hand van autopsieën van de hersenen van 18 patiënten uit Salve Mater die aan de ziekte geleden hadden en er aan gestorven waren. Er werden ook vergelijkende studies met proefdieren gedaan. Uit het onderzoek bleek dat dementia praecox 113 KRAEPELIN en BLEULER, Van dementia praecox tot de groep van schizofrenieën, D HOLLANDER, Verkeerde Opvattingen,

37 kon veroorzaakt worden door tuberculose. Collega-psychiaters waren het eens over de grote frequentie van tuberculose bij les déments précoces, maar over het mogelijke causale verband tussen dementia praecox en tuberculose waren de meningen verdeeld. De grote meerderheid ontkende een oorzakelijk verband tussen beide ziekten. De rest was ervan overtuigd dat er een oorzakelijk verband was en gingen er naar op zoek. D Hollander en zijn adjunct geneesheren behoorden tot deze laatste groep. Verder bleek dat de tuberculosebacteriën zich ook in de hersenvloeistof konden bevinden en ook daar schade konden veroorzaken. De aard van de beschadigingen was niet bij alle gevalsstudies dezelfde. Hoewel de ziekte nog niet genezen kon worden, hadden sommige patiënten wel al een belangrijke verbetering gekend, zij het dat die gepaard ging met een intellectuele inzinking. D Hollander hoopte dat de ziektekiem die deze ontstekingen veroorzaakte ooit gevonden zou worden. 115 Na 1935 hervatte D Hollander zijn onderzoek over de verbindingen tussen de cortex en de thalamus. Dit onderzoek zal ik niet behandelen gezien het beperkte opzet van deze paper. Nu dan, zeggen de hardnekkigsten, misschien is uw taak wel niet ondankbaar of gevaarlijk, maar toch wel zeer dor? Dergelijke verloopen opvattingen vindt men nog vastgeankerd in het brein zelfs van sommigen der meest degelijke medici. 116 De 19 de eeuw begon met een sterk optimisme over de behandeling van geesteszieken. In het begin van de 20 ste eeuw was het aantal opgenomen geesteszieken echter nog altijd hoog en het aantal patiënten dat genas of aanzienlijk verbeterde vrij laag. Dit resulteerde in een pessimisme. De opvatting dat er aan krankzinnigheid in de meeste gevallen niets te doen was, werd tijdens het interbellum dominant. 117 Uit het deel Onderzoek bleek al dat D Hollander geen voorstander was van deze opvatting. Gedurende heel zijn carrière bleef hij anatomist en probeerde hij mentale ziekten een anatomische basis te geven. D Hollander ging op emiraat in Het onderwijs en 115 D HOLLANDER, F., Les Lésions cérébrales dans la démence précoce, Bulletin de l Académie royale de médecine de Belgique, 1929, 524 ; D HOLLANDER, F., DE GREEFF, E. en ROUVROY, C., Les Lésions cérébrales dans la démence précoce, Journal de neurologie et de psychiatrie, 1929, ; D HOLLANDER, F., Les lésions cérébrales dans la démence précoce, Bulletin de l académie royale de médecine de Belgique, 1931, 381, ; D HOLLANDER, F. en ROUVROY, C., Recherches expérimantales sur la démence précoce. Inoculations au cobaye et au pigeon, Extrait des Comptes rendus des séances de la Société de biologie, 10, 1932, ; D HOLLANDER, F. en ROUVROY, C., La démence précoce est-elle d origine tuberculeuse? Inoculations. Les lésions provoquées, Annales Médico-Psychologiques, 1932, 1 12; D HOLLANDER, F. en ROUVROY, C., Recherches expérimantales sur la démence précoce. Inoculations au cobaye et au pigeon, Extrait des Comptes rendus des séances de la Société de biologie, 10, 1932, ; D HOLLANDER, F. en ROUVROY, C., La démence précoce est-elle d origine tuberculeuse? Inoculations. Les lésions provoquées, Annales Médico-Psychologiques, 1932, 1 12; D HOLLANDER, F. en ROUVROY, C., La démence précoce est-elle d origine tuberculeuse?, Journal belge de Neurologie et de Psychiatrie, 1933, 1 11; D HOLLANDER, F. en ROUVROY, C., La démence précoce est-elle d origine tuberculeuse?, Journal belge de Neurologie et de Psychiatrie, 1933, 1 11 ; D HOLLANDER, F. en ROUVROY, C., Etude sur la dégénérescence muqueuse dans le cerveau des déments précoces, Journal Belge de Neurologie et de Psychiatrie, 1934, ; D HOLLANDER, F. en ROUVROY, C., Les lésions cérébrales dans la démence précoce, Extrait des Comptes rendus du Congrès des Médecins Aliénistes et Neurologistes, 1935, D HOLLANDER, Verkeerde Opvattingen, MENS, De architectuur van het psychiatrische ziekenhuis,

38 vervolgens ook de directie van de kliniek kwamen in handen van zijn toenmalige assistent, Charles Rouvroy Conflicten Wat opvalt aan de gepubliceerde werken over dementia praecox is dat De Greeff al sinds het begin van de jaren dertig niet meer mee deed aan het onderzoek. In vergelijking met D Hollander en Rouvroy was De Greeff qua onderzoek over het algemeen psychologiserender van aanpak en al snel raakte hij bijzonder geïnteresseerd in de forensische psychiatrie. 119 Maar er hebben nog andere factoren meegespeeld die deze afwezigheid helpen verklaren. In Salve Mater was de loopbaan van De Greeff gestart in een geest van vernieuwing wat de opvang van psychiatrische patiënten betreft. Zo schreef hij onder andere in zijn artikel over de inhuldiging van Salve Mater: Le personnel hospitalier est jeune, neuf, tout prêt à s adapter aux idées nouvelles; les bâtiments, construits d une seule jetée... sont directement spécialisés pour les multiples indications du service. 120 Hij zette zich geëngageerd in voor een strenge psychiatrische diagnostiek en een zorgvuldige toepassing van de therapeutische behandelingen ten aanzien van de patiënten. Maar al vlug bleek dat alle niet materiële vernieuwingen slechts zeer traag en moeizaam tot stand kwamen. Geneesheren werden weinig betrokken bij het algemeen beheer dat stevig in handen bleef van de congregatie van de Zusters van Liefde. Geneesheren mochten zich namelijk niet bemoeien met administratieve kwesties, zoals de opname, het vertrek en de overplaatsing naar een andere instelling van patiënten, berichtgeving aan familie of aan autoriteiten. 121 Het is niet duidelijk vanaf wanneer De Greeff zich beknot voelde door een routinematige gang van zaken die zich geleidelijk aan installeerde. Wat vast staat is dat er in 1932 reeds ernstige meningsverschillen waren ontstaan vooral met de directie van Salve Mater, maar ook met D Hollander. 122 In elk geval heeft Etienne De Greeff het nodig geacht om op 29 mei 1932 aan Ladeuze een kopie te sturen van een brief van 24 mei 1932 gericht aan Van Rechem. In deze brief van tien bladzijden weerlegde De Greeff de klachten ten aanzien van zijn persoon die de toenmalig directrice Louise Beernaert aan Van Rechem had gesignaleerd. De belangrijkste klachten waren dat hij te veel van de zusters eiste en hen op die manier soms belette om alle religieuze diensten bij te wonen. Hij schreef onder meer: Entre Mr. D Hollander et moi, existe réellement un différend. C est une de ces choses que l on rencontre entre hommes d âge différent, de mentalité et de formation différentes. Il s agit d une chose en somme toute personnelle qui en elle-même ne saurait nuire au service médical d autant plus que, et étant le plus jeune, j admets très bien que je doive en faire le frais. Quel est le rôle d une soeur de Charité dans une telle situation? Ou bien doit-elle essayer par tous moyens d exciter ce 118 Fernand D Hollander ( ), 2012 ( 119 GAZVL, Fonds Lovenjoel Salve Mater, 2.5.1: 50 Jaar psychiatrische kliniek Salve Mater door Gerard Buyse, psychiater in Salve Mater van 1967 tot 1989, 1976, DE GREEFF, Inauguration de l hôpital psychiatrique», GAZVL, Lovenjoel Salve Mater, Contacten met de UCL , /2 : Institut de psychiatrie. Prérogatives du professeur. 122 CASSELMAN, De Greeff,

39 dissentement, de s en faire une arme et d atteindre ainsi plus facilement un but? 123 Het is niet te verwonderen dat zijn collega en vriend Jacques Leclerq hem later zal typeren als:... il pense et il dit ce qu il pense. 124 Al snel stapelden de conflicten zich op en ontstonden er ook conflicten in de Hulpgevangenis in Leuven waar zowel De Greeff als D Hollander toen ook werkzaam waren. Op acht juli 1935 schreef de procureur des Konings aan D Hollander dat hij misnoegd was over het optreden van De Greeff die niet akkoord was gegaan met zijn idee om het rapport van D Hollander over een zekere Paulus te volgen. Paulus had in november 1932 een gevangenisstraf gekregen voor vijftien jaar wegens poging tot moord. Volgens D Hollanders rapport was het te vroeg om Paulus vrij te laten. De Greeff was hier niet mee akkoord gegaan omdat volgens hem dit rapport enkel was opgesteld om de procureur een plezier te doen en hij beschouwde dit rapport bijgevolg als extra-scientifique. De procureur hoopte dat De Greeff zijn excuses zou aanbieden en zou zeggen dat hij in de fout was gegaan. 125 De Greeff daarentegen hield voet bij stuk en voegde er bovendien nog aan toe dat Je n ai pas pris grande attention aux paroles élogieuses que vous [= de procureur] décerniez à un moment donné à Monsieur D Hollander, pas plus que je n en ai pris autres fois, quand vous l étiez moins. Il arrive en effet souvent que Mr. D Hollander ne soit pas de votre avis et dans ce cas, pour lui comme pour d autres, la psychiatrie perd à vos yeux, une partie de son utilité... Je veux espérer, Monseigneur le Procureur du Roi, que vous ne verrez pas d inconvénient à ce que je continue, dans l avenir, à défendre mon point de vue de médecin, en dehors de toute autre considération répressive. 126 De procureur wilde daarop niet meer in discussie gaan met De Greeff. De Greeff verdraaide volgens hem gedachten en woorden en had blijkbaar een geheel andere opvatting over de taak van een magistraat dan hij. Hij beklaagde D Hollander dat hij De Greeff als assistent had in Salve Mater. Hij vond het belangrijk dat er in de psychiatrische zorg een vertrouwelijke en loyale band was tussen de psychiaters en daarom zou het in het belang van de patiënten in Lovenjoel nuttig zijn indien De Greeff ontslagen zou worden, zo liet hij D Hollander weten. 127 Men was er namelijk van overtuigd dat er voor een goede gang van zaken in een psychiatrische inrichting volledige eensgezindheid moest heersen onder het medisch personeel. Indien er conflicten ontstonden en de autoriteit van de ene door de andere werd ondermijnd, dan was de goede gang van zaken en de zorg voor de patiënten daar onvermijdelijk het slachtoffer van GAZVL, Lovenjoel Salve Mater, Correspondentie, /1 : Brief van Etienne De Greeff aan Paulin Ladeuze, 24 mei LECLERQ, J., PINATEL, J. en KINBERG, O., Autour de l oeuvre du Dr. E. De Greeff, Revue philosophique de Louvain, 56(1958), GAZVL, Lovenjoel Salve Mater, Correspondentie, /1 : Brief van de procureur des Konings aan Fernand D Hollander, 8 juli GAZVL, Lovenjoel Salve Mater, Correspondentie, /1 : Brief van Etienne De Greeff aan de procureur des Konings, 12 juli GAZVL, Lovenjoel Salve Mater, Correspondentie, /1 : Brief van de procureur des Konings aan D Hollander, 13 juli Alfred, Enige lessen en verhandelingen,

40 Voor D Hollander was dit conflict de druppel die de emmer deed overlopen. Zo bleek uit zijn brief aan Ladeuze van vijftien juli 1935:... Décidé à en finir, j ai provoqué, le lendemain intentionnellement un éclat contre Mr. De Greeff en lui signifiant fermement que je ne voulais plus avoir affaire avec lui, attendu qu il était devenu mon ennemi personnel... Je suis bien décidé cette fois à ne plus m en laisser faire. Hier samedi, j en ai saisi oralement Mr. Poll, Chef de Cabinet du Ministre de la Justice. J ai demandé le départ de cet adjoint néfaste, de l avis commun, devenu une vraie nuisance à Lovenjoul. De Greeff moest naar het ministerie gaan en hij zou eventueel geconfronteerd worden met de procureur des Konings. D Hollander zou verschillende autoriteiten op de hoogte brengen en interne maatregelen nemen in Salve Mater in afwachting van hun besluit. De Greeff zou zich niet meer voor hem mogen vertonen. Alle noodzakelijke communicatie tussen hen zou gebeuren door tussenkomst van moeder overste. Hij zou alles in het werk stellen in de hoop dat de autoriteiten hem definitief zouden verlossen van deze domme en onverdraaglijke situatie die nu al zes jaar duurde. 129 Naar aanleiding van zijn gesprek op het ministerie schreef De Greeff een brief ter verdediging naar Van Rechem en een kopie daarvan aan Ladeuze en het ministerie. Ten eerste werden volgens hem de patiënten in Salve Mater perfect verzorgd en hadden zij dus niet te lijden onder het conflict. Ten tweede gaf hij toe dat hij één keer niet correct was geweest tegen D Hollander, maar voor de rest wel en dat D Hollander eerst zijn samenwerking niet geaccepteerd had en hem vervolgens had verweten dat hij niet wilde samenwerken. D Hollander kon namelijk als hoofdgeneesheer van Salve Mater zelf kiezen met wie hij wou samenwerken. Hij kon daarbij kiezen tussen zijn adjunct-geneesheren, interne geneesheren of studenten of dokters die zich in de psychiatrie wilden specialiseren. 130 Volgens De Greeff vroeg D Hollander aan iedereen hulp, behalve aan hem. Ten derde had hij altijd zijn eigen wetenschappelijke interesses gevolgd en was hij daardoor minder aandacht gaan besteden aan het onderzoek in het laboratorium van Lovenjoel. De Greeff zag geen reden om te vertrekken in Salve Mater en was bereid om met een propere lei te beginnen. 131 Uiteindelijk werd besloten dat De Greeff mocht blijven op voorwaarde dat un pareil incident ne se représentera pas. En cas de récidive, le Ministre se verrait dans la pénible obligation de devoir appliquer une sanction à M. De Greef (sic). 132 Een ander conflict dat in 1932 ontstond, was de controverse van Beauraing. Dit conflict was meer over spanningen tussen religie en wetenschap en is dus vooral een conflict, als we het op het niveau van Salve Mater bekijken, tussen De Greeff en de congregatie van de Zusters van Liefde GAZVL, Lovenjoel Salve Mater, Correspondentie, /1 : Brief van Fernand D Hollander aan Paulin Ladeuze, 15 juli GAZVL, Lovenjoel Salve Mater, Contacten met de UCL , /2 : beschrijving van de voorrechten en de beperkingen van de psychiater in Salve Mater. 131 GAZVL, Lovenjoel Salve Mater, Correspondentie, /1 : Brief van Etienne De Greeff aan Eugène Van Rechem, 22 juli GAZVL, Lovenjoel Salve Mater, Correspondentie, /1 : Brief van de minister van justitie Emile Vandervelde aan de directrice van Salve Mater Louise Beernaert. 133 Op dit conflict zal ik maar kort ingaan omdat het reeds uitgebreid besproken is in het boek van Casselman. CASSELMAN, De Greeff,

41 Beauraing, gelegen in de provincie Namen, kwam vanaf eind november 1932 plots in het middelpunt van de belangstelling te staan. Vijf kinderen beweerden daar de Heilige Maagd Maria te hebben gezien. Dit sensationeel nieuws verspreidde zich snel over heel het land en zelfs tot in het buitenland. De verschijningen trokken een enorm aantal toeschouwers. Vanaf zeven december 1932 werden, na elke verschijning, de kinderen door enkele geneesheren ondervraagd. Etienne De Greeff ging een eerste keer naar Beauraing op elf december 1932, vergezeld door Rouvroy. Daarna keerde De Greeff alleen naar Beauraing terug voor een grondig onderzoek. Uit zijn onderzoek bleek dat er voldoende wetenschappelijke argumenten voor handen waren om de verschijningen via een natuurlijke weg te verklaren. Hij kreeg kritiek van kerkelijke gezagsdragers en wetenschappers die ofwel in de verschijningen geloofden ofwel kritiek hadden op zijn onderzoek. Hij publiceerde een aantal artikels over Beauraing. Hij benadrukte wel dat hij zich zou neerleggen bij de uiteindelijke beslissing van de kerkelijke overheid. Al snel ontstond de neiging om de mensen die een uitgesproken mening hadden over de zaak Beauraing in te delen in twee kampen; het kamp van de believers ( le cercle beaurinois ) en het kamp van de non-believers ( le cercle antibeaurinois ). Alhoewel De Greeff helemaal niet de enige was die als deskundige kritische beschouwingen formuleerde over het bovennatuurlijk karakter van de gebeurtenissen in Beauraing, werd hij gaandeweg het boegbeeld en de verpersoonlijking van de non believers. Ondanks scherpe aanvallen vanwege de believers bleef De Greeff volharden in zijn opvattingen. Net als andere katholieke intellectuelen uit zijn tijd werd hij geconfronteerd met een conflict tussen christelijk geloof en wetenschappelijke eerlijkheid. Met zijn consistente houding haalde De Greeff zich ook in dit conflict talloze moeilijkheden op de hals. 134 Volgens Casselman was de controverse van Beauraing er de oorzaak van dat De Greeff in 1935 bijna ontslagen werd in Salve Mater. Ik heb hierboven aangetoond dat er andere redenen waren waardoor De Greeff het moeilijk kreeg in Salve Mater. Mogelijk kan de controverse van Beauraing een achterliggend motief gevormd hebben voor de hachelijke situatie waarin De Greeff verzeild geraakte, maar hierover vind ik geen aanwijzingen in de bronnen. Het is bovendien niet na te gaan op welke informatie Casselman zich gebaseerd heeft om deze conclusie te trekken. 3 Zelfrepresentatie en herinnering Het derde en laatste hoofdstuk gaat over zelfrepresentatie en herinnering. In het eerste deel Zelfrepresentatie onderzoek ik welk beeld de instelling van zichzelf wou uitdragen naar de buitenwereld. Hierbij heb ik mij vooral gebaseerd op bronnen die bedoeld waren voor mensen die niet in Salve Mater werkten. Het gaat hier om bronnen zoals tijdschriftartikels, krantenartikels, foto s, postkaarten, een inhuldigingsrede en een welkomstbrochure. 134 CASSELMAN, De Greeff,

42 In het tweede deel Herinnering zal ik aan de hand van mondelinge getuigenissen nagaan in welke mate dit beeld overeenkomt met hoe mensen zich nu Salve Mater herinneren. Ik zal hier ook onderzoeken hoe de relaties waren tussen Salve Mater en de inwoners van Lovenjoel. Dit zal ik doen aan de hand van mondelinge getuigenissen van zowel mensen die in Salve Mater gewerkt hebben als mensen die niet rechtstreeks met de instelling verbonden waren, maar wel in de omgeving woonden. Tijdens mijn interviews heb ik vragen rond een aantal thema s. Ten eerste heb ik mijn getuigen bevraagd naar een aantal thema s die ook in de zelfrepresentatie aan bod kwamen om te kunnen vergelijken en welke mate zij overeenkwamen met deze zelfrepresentatie. Vervolgens ben ik 1 Zelfrepresentatie Met sanatorium Salve Mater werd dat gedeelte bedoeld dat was voorbehouden voor zenuwleiders. Soms werd sanatorium Salve Mater echter ook gebruikt om het geheel aan te duiden. Dit gebeurde vooral in publicaties, zoals de welkomstbrochure en het artikel van De Greeff over de inhuldiging, die bedoeld waren voor buitenstaanders. 135 Waarschijnlijk werd dit gedaan om het geheel een nog prestigieuzere uitstraling te geven. Meer nog dan het ziekenhuis riep het sanatorium namelijk associaties op met betrekkelijk luxueuze kuuroorden waar de patiënten in een gezonde, natuurlijke setting werden behandeld. 136 Deze associatie werd ook expliciet gemaakt, onder andere in de welkomstbrochure, die dateerde uit het interbellum: Dans une atmosphère de paix et de beauté... se dresse le Sanatorium Salve Mater... Les malades se trouvent à Lovenjoul, dans les meilleures conditions de rétablissement... Les malades jouissent de tout le confort moderne De welkomstbrochure diende vooral ter informatie voor de familie van patiënten bij hun opname. Deze korte brochure was opgesteld om de familie te overtuigen dat hun zieke familielid in goede handen was, dat ze hun familielid ergens achter lieten waar het goed vertoeven was. Het fotomateriaal dat in de brochure verwerkt was, diende om deze boodschap te ondersteunen. 135 GAZVL, Lovenjoel Salve Mater, /1: Welkomstbrochure van Salve Mater; DE GREEFF, Inauguration, MENS, De architectuur van het psychiatrisch ziekenhuis, 133 en GAZVL, Lovenjoel Salve Mater, /1: Welkomstbrochure van Salve Mater. 41

43 VUE SUR LES INFIRMERIES De eerste foto in de welkomstbrochure draagt als bijschrift VUE SUR LES INFIRMERIES. Op deze foto staan drie paviljoenen met in het midden een prieeltje. De gebouwen zijn omgeven door hoge bomen en goed onderhouden grasstroken. Op de voorgrond staat een weelderige bloementuin. Het zonovergoten geheel moest waarschijnlijk zoveel mogelijk rust en kalmte uitstralen. Ook zijn er nergens sporen van vrijheidsbeperking te bespeuren. Nergens hekken, poortjes, zelfs geen decoratieve afbakening. Deze foto is genomen vóór het plaatsen van de omheining. Op een foto van 1927 is er al wel duidelijk een omheining met een haag te zien die voor het linkse paviljoen loopt. De open galerij van het middelste paviljoen en het openstaande raam uiterst links van het paviljoen Sint Andreas kan nog extra bijgedragen hebben aan deze gedachte van vrijheid en ook frisse lucht. Op die manier werd de illusie van vrijheid die men de patiënten wou geven ook overgedragen op de lezer. Van deze foto zijn ook postkaarten gedrukt die de patiënten in Salve Mater konden kopen en opsturen naar hun vrienden of familie. In het geval ze genazen, konden ze de kaart ook bijhouden als souvenir. 42

44 Op deze foto uit het artikel over de inhuldiging van Salve Mater van De Greeff is al een lage omheining zichtbaar rond het paviljoen Sint Andreas, hetzelfde paviljoen als dat waarvan het raam open stond op de foto uit de welkomstbrochure met als opschrift VUE SUR LES INFIRMERIES. Rechts vanachter staat het prieeltje. SALLE DE RÉUNION 43

45 Deze foto met als bijschrift SALLE DE RÉUNION moet voor de lezer uit het interbellum vast een luxueuze indruk gegeven hebben met zijn muurschilderingen, piano, siervazen en beelden. Niets doet denken aan een psychiatrische inrichting in de ogen van een tijdgenoot, hoogstens aan een luxueus kuuroord. De piano op de voorgrond was het burgerlijk cultuurelement bij uitstek. VUE EXTÉRIEURE Met deze foto wilde men waarschijnlijk nog eens extra de splendeur van het park waarin Salve Mater gebouwd was benadrukken. Op de voorgrond staan in een ogenschijnlijk goed onderhouden park enkele zeldzame boomsoorten die daar door de familie de Spoelberch waren aangeplant. In het midden staat, een beetje verscholen achter enkele struiken, de ijzeren sierbrug die de familie de Spoelberg had laten smeden. Op de achtergrond in het midden staat het administratiepaviljoen. Deze afbeelding illustreert overigens de openingszin van de welkomstbrochure: Dans une atmosphère de paix et de beauté, au milieu du parc de Lovenjoul ancien domaine du Vicomte de Spoelbergh se dresse le Sanatorium Salve Mater In een anoniem verslag over de inhuldiging werd het park zelfs vergeleken met schilderijen uit de 17 de eeuw die een ontvangst voorstelden in de tuinen van Versailles. 139 In deze publicaties komt Salve Mater ook naar voren als een moderne psychiatrische inrichting. Hiermee bedoel ik een psychiatrische inrichting die mee was met de laatste nieuwe ontwikkelingen binnen de psychiatrie zoals het creëren van frisse lucht en rust, het toepassen 138 GAZVL, Lovenjoel Salve Mater, /1: Welkomstbrochure van Salve Mater. 139 GAZVL, Lovenjoel Salve Mater, /1: verslag over de inhuldiging. 44

46 van bezigheids- en arbeidstherapie. Les malades jouissent de tout le confort moderne et les ressources de traitements les plus modernes sont à leur disposition. 140 Salve Mater was ook opgebouwd volgens het paviljoenstelsel waarvan de toepassing in de Belgische psychiatrie nog maar vrij recent was: un vaste ensemble de bâtiments parfaitement appropriés... les bâtiments... sont directement spécialisés pour les multiples indications du service. Dans un parc de 35 hectares, merveilleusement ombragé, neuf pavillons largement espacés, sont répartis de façon à grouper les diverses catégories de malades, selon la nature de leurs réactions et le stade d évolution de leur maladie. Het medisch personeel werd aan buitenstaanders voorgesteld als gekwalificeerd en bekwaam. De Greeff omschreef ze in zijn artikel als un personnel nombreux, souple et parfaitement stylé... Le personnel hospitalier est jeune, neuf, tout prêt à s adapter aux idées nouvelles In de welkomstbrochure werd vermeld dat alle verpleegsters over het officiële diploma in de verpleegkunde beschikten en de artsen die er werkten allemaal verbonden waren met de Universiteit van Leuven, hetgeen hen meer wetenschappelijk gezag moest geven bij buitenstaanders. Ook in zijn inhuldigingsrede in 1927 vermeldde D Hollander dat la formation technique, solide, des Soeurs de Charité, satisfait aux prescriptions les plus exigeantes. 142 De patiënt was met andere woorden in goede handen. Deze beweringen staan echter in schril contrast met het rapport van 1929 waaruit bleek dat van de 29 verpleegkundigen die toen in Salve Mater werkzaam waren er slechts vijf over het diploma voor psychiatrisch verpleegkundige beschikten en dat vijftien geen enkel diploma hadden. 143 Het artikel over de inhuldiging van Salve Mater van De Greeff is gepubliceerd in het tijdschrift Journal de neurologie et de psychiatrie en was meer gericht op een medischwetenschappelijk publiek zoals collega-psychiaters. Salve Mater was al sinds 1926 in werking getreden, maar men had gewacht tot 1927 met de officiële inhuldiging zodat die kon samenvallen met het vijfhonderdste eeuwfeest van de Leuvense universiteit. In dit artikel werd de aanwezigheid van koningin Elisabeth en andere hoogwaardigheidsbekleders in de verf gezet. Volgens De Greeff was Salve Mater namelijk de eerste psychiatrische inrichting in België en misschien zelfs de eerste psychiatrische inrichting ter wereld die door een koningin werd bezocht. Het was de beloning van de strijd die een eeuw lang had geduurd, de strijd om geesteszieken als zieken te laten erkennen en hen een menswaardige behandeling te geven. Al deze moeite werd door deze gebeurtenis in Salve Mater beloond, zo beschouwde De Greeff het bezoek van de koningin aan Salve Mater als één van de meest vruchtbare daden uit haar regeerperiode. 140 GAZVL, Lovenjoel Salve Mater, /1: Welkomstbrochure van Salve Mater. 141 DE GREEFF, Inauguration de l Hôpital, GAZVL, Fonds Lovenjoel Salve Mater, 2.3: Inhuldigingsrede van Fernand D Hollander, 29 juni GAZVL, Lovenjoel Salve Mater, /1 : Brief van de algemene directeur van het ministerie van justitie aan Eugène Van Rechem, 15 april

47 Deze foto, waarvoor duidelijk geposeerd werd, gebruikte De Greeff in zijn artikel. De aanwezigen staan opgesteld in twee schuine lijnen die de blik van de kijker leiden naar de koningin, die recht op de camera afloopt. De nadruk ligt hier duidelijk op belangrijke hoogwaardigheidsbekleders, in het bijzonder de koningin. Rechts van de koningin, die geen verdere aanduiding nodig heeft, staan op de voorgrond van links naar rechts Van Rechem en D Hollander, allemaal met afgenomen hoed uit respect voor Hare Majesteit. In zijn artikel over de inhuldiging vertelde De Greeff ook met enige trots aan zijn collega s over de werking van de instelling en de functie van de verschillende paviljoenen en hoe men daarmee meende het percentage van het aantal genezingen te kunnen verhogen. Hij vertelde ook over het onderwijs en het onderzoek dat in de instelling gebeurde. Nog veel meer dan in de welkomstbrochure legde hij hier de nadruk op het maatschappelijke belang van Salve Mater als universitair psychiatrisch onderzoeks- en onderwijscentrum. Salve mater bevatte namelijk een immense bron aan materiaal voor onderwijs en onderzoek en de snelle evolutie van de psychiatrische wetenschap dwong de universiteit om haar toekomstige artsen een degelijke scholing te geven in de psychiatrie. Voor studenten geneeskunde die zich wilden specialiseren in psychiatrie en voor mensen die psychiatrisch onderzoek wilden doen was Salve Mater the place to be. Ook D Hollander sprak overigens trots over Salve Mater tijdens zijn inhuldigingsrede als de kroon op het werk van Van Rechem en als de parel van de faculteit geneeskunde. 144 De congregatie van de Zusters van Liefde gaf maandelijks een tijdschrift uit, Caritas. Dit tijdschrift was bedoeld voor de zusters zelf en voor sympathisanten zoals vrienden en familie van de zusters, oud-leerlingen en (oud-)personeel. In dit tijdschrift verschenen tijdens het interbellum een aantal artikels over de instelling in Lovenjoel. Het eerste artikel dateert uit Het is een verslag van één van de zes zusters die tijdens de Eerste Wereldoorlog in 144 GAZVL, Fonds Lovenjoel Salve Mater, 2.3: Inhuldigingsrede van Fernand D Hollander, 29 juni

48 Salve Mater verbleven. De zuster gaf een haast hagiografische beschrijving van hoe zij met haar medezusters, ondanks de zware ontberingen die zij leden, door hun moed, hun wilskracht en hun geloof er in slaagden in Lovenjoel de nieuwe communauteit te stichten en de eerste vrouwelijke patiënten op te nemen en te verzorgen in het groot kasteel. 145 Een tweede artikel verscheen in 1927 naar aanleiding van de officiële inhuldiging van de instelling. Ook in dit artikel werd het park, waarop de zusters zo trots waren, bewierookt. Ook komt hierin duidelijk naar voren dat de Zusters van Liefde hun werk als een taak van barmhartigheid beschouwden. Zij hadden daarbij als grote voorbeeld Maria. Dit blijkt onder andere uit volgende passage: Op den voorgevel van het administratie-paviljoen blinkt een gouden Monstra Te esse Matrem gebeiteld onder een mooie Lieve Vrouw die onder haar wijdschen mantel bergen wil al het wee dat hier in Salve Mater aanlanden zal... Steeds stond de Lieve-Vrouw in een wijd gebaar van ontferming boven den ingang, beried om in haar moederarmen alle ellende in slaap te sussen... De heer geleide onze harten en onze lichamen in de liefde van God en in de verduldigheid van Christus-Jezus. Met die liefde en verduldigheid gaan de Zusters tot hun zieken, onderverdeeld in verschillende paviljoenen. 146 Wanneer we dit discours vergelijken met het discours van de artsen, valt op hoe geseculariseerd de visie van artsen was tegenover die van de zusters tijdens het interbellum. Ook dit artikel besteedt de nodige aandacht aan koningin Elisabeth die tijdens haar bezoek vol belangstelling luisterde naar de technische en geneeskundige bijzonderheden van Salve Mater. De geciteerde gesprekken zijn tekenend voor het ideaalbeeld waaraan alle zusters zich diende te spiegelen: H. Majesteit reikte de hand aan elke zuster; menig vriendelijk woord werd opgevangen: Zuster, heb dank voor al wat gij doet voor die arme zieken; - Zuster, hoe kunt gij zoo n lastig leven volhouden? Madame, we hebben onze kleine lasten, maar ook onze grote vreugden. En tot een heel jong nonneken Verzorgt gij ook de zieken? en op bevestigend antwoord: ge ziet er nog zoo jong uit hoe oud zijt ge? 21 jaar, Madame. Zuster, ik bewonder U. 147 De congregatie van de Zusters van Liefde stelde zichzelf graag voor als de pionier in de ontwikkeling van de Belgische psychiatrie. Zo werd een citaat uit de inhuldigingsrede van D Hollander verdraaid. Zo blijkt uit aangehaald citaat uit de inhuldigingsrede van D Hollander: Mgr Van Rechem doet hen [de zinneloozen] plaats nemen onder de zieken en wil dat hunne asylen echte hospitalen zouden wezen. 148 Dat Van Rechem de zinneloozen doet plaats nemen onder de zieken is echter nergens in de inhuldigingsrede terug te vinden. In de inhuldigingsrede staat wel dat Pinel en Guislain de zinneloozen hebben verheven tot de waardigheid van zieken. 149 In het tijdschrift Caritas werd het citaat dus verdraaid om op die manier Van Rechem nog meer lof te kunnen toezwaaien. Er is 145 Lovenjoul, Anima Una. Les Soeurs de la Charité pendant la Guerre , Gent, 1920, 36 37, In Salve Mater. Asyl en psychiatrische kliniek te Lovenjoel, Deus Caritas, nr. 1, 20 (1927), In Salve Mater. Asyl en psychiatrische kliniek te Lovenjoel, Deus Caritas, nr. 1, 20 (1927), In Salve Mater. Asyl en psychiatrische kliniek te Lovenjoel, Deus Caritas, nr. 1, 20 (1927), GAZVL, Fonds Lovenjoel Salve Mater, 2.3: Inhuldigingsrede van Fernand D Hollander, 29 juni

49 overigens geen sprake in de inhuldigingsrede dat Van Rechem ijverde om van de asielen echte hospitalen te maken. Desalniettemin moest Salve Mater als stichting van de Zusters van Liefde dan ook de vrucht dragen van de daden van deze twee grote figuren. Dit blijkt wel duidelijk uit de originele inhuldigingsrede van D Hollander waaruit De Greeff citeert uit zijn artikel: Supprimer les murs d enceinte et les barreaux de prison; proscrire les entraves et les cabanons; amener de l air, de la lumière, de l hygiène à profusion; introduire le confort et la gaieté; percer de larges baies où l oeil ira se reposer dans le calme apaisant de l horizon, se distraire et se rééduquer aux phénomènes de la nature, au moment de la vie; procurer au malade le maximum d illusions de liberté; en un mot, enlever à l ancien asile son caractère coercitif, dans le but thérapeutique de garder le malade psychopathe le plus largement possible en contact avec la vie réelle; tels sont les principaux desiderata que doit remplir l assistance psychiatrique d aujourd hui. 150 Moeder Mathilde, het hoofd van de administratie van Salve Mater was door Van Rechem aangesteld om dat doel te verwezenlijken. Il n y a pas une seule camisole de force à la disposition du personnel, et si on en présentait aux soeurs, elles ne sauraient comment s en servir. Quant aux entraves, elles ignorent ce que c est De inhuldiging van Salve Mater kreeg ook uitgebreide media-aandacht. Er verschenen verschillende artikels in verschillende kranten over de inhuldiging in Waarschijnlijk was de pers zelf ook aanwezig bij deze gebeurtenis vermits sommige krantenartikels unieke foto s van de inhuldiging bevatten, die echter geen andere kijk op de gebeurtengissen gaven. Over het algemeen vertellen deze artikels niets nieuws over deze gebeurtenis. De meeste informatie is zelfs letterlijk overgenomen uit de inhuldigingsredes. Heel zelden wordt er eens iets nieuws verteld, bijvoorbeeld dat sommige patiënten abnormaal reageerden op de aanwezigheid van de koningin: Visite très émouvante à l occasion de quoi on voit quelquesunes de ces pauvres femmes gagner des crises de nerfs ou sortir tout à coup de leur lit comme poussées par des forces inconscientes. 153 Eveneens in 1927 had de zomervergadering van de Vereeniging der Geneesheren Oudstudenten der Leuvensche Hoogeschool plaats. Naar aanleiding van deze gebeurtenis schreef dr. Albert Van Driessche, aanwezig op deze vergadering, een artikel voor Caritas. Vóór de vergadering werden de genodigden (meer dan 350 geneesheren uit heel België) rondgeleid door D Hollander. Dit demonstratieve bezoek ging eerst langs het universitair paviljoen met zijn laboratorium en collegezaal. Vervolgens bezochten ze de observatiepaviljoenen, waar D Hollander hen op de hoogte bracht van de werking van Salve Mater. Daarna doorliepen ze de verschillende paviljoenen waar de onderscheiden typen van verstandelijke- en gemoedsafwijkingen worden verzorgd... Twee zaken vielen onmiddellijk iedereen op, schreef dr. Van Driessche, de buitengewone zindelijkheid die overal heerschte en het volkomen afwezig zijn van dat gevoel van gevangenschap. Nergens een vlekje; nergens 150 Ibidem. 151 DE GREEFF, Inauguration de l Hôpital, GAZVL, Fonds Lovenjoel Salve Mater, 2.3 : krantenartikels over de inhuldiging van Salve Mater. 153 GAZVL, Fonds Lovenjoel Salve Mater, 2.3 : krantenartikels over de inhuldiging van Salve Mater, krantenartikel Le cinq centième anniversaire de l université de Louvain. 48

50 een reuk; en daargelaten de bijzondere inrichting der vensters en vensterklinken (die nog niet door iedereen worden opgemerkt, met het rustige weidsche uitzicht op het verre brabantsche landschap, wiens horizonten ten allen kante in de onbeperktheid van de lucht verloren deinen, heeft men de illuzie van volkomen vrij en onbewaakt, in een aangenaam rustoord te verblijven. 154 Vervolgens gaf D Hollander een les psychiatrie aan zijn collega s in het universitair paviljoen. Volgens Van Driessche was iedereen het er mee eens dat die les een onomstootbaar bewijs vormde dat er sinds hun studentenjaren heel wat vooruitgang was gemaakt. Na de les volgde een uitgebreid middagmaal en tenslotte vond de eigenlijke vergadering plaats waar in de verschillende speechen, en in de gesprekken der groepjes, met den meesten lof werd gesproken over de Zusters van Liefde Sinds 1934 vond er in Salve Mater jaarlijks een psychiatrische week voor verpleegsters plaats. Het initiatief kwam van Van Rechem en dr. Hoven naar aanleiding van het verslag van 1929 over de lage scholingsgraad. Het was ook een goede manier om het imago van de verpleegkundigen in Salve Mater te verbeteren bij de andere congregaties en in de media; deze vormingsweek was toegankelijk voor zuster uit alle religieuze congregaties in België en naar aanleiding van de eerste vormingsweek in 1934 verscheen er een artikel in Caritas en een krantenartikel Herinnering 1 In Salve Mater Een eerste thema waarover ik mijn getuigen heb laten vertellen gaat over het gebeuren in Salve Mater. Ik heb hen een aantal vragen gesteld in verband met thema s die ook in het deel over zelfrepresentatie aan bod kwamen, zodat ik ook kon vergelijken in welke mate die overeenkwamen. Daarnaast heb ik ook onderzocht hoe zij hun functie in Salve Mater beleefd hebben. Als eerste heb ik onderzocht hoe luxueus Salve Mater was volgens mijn getuigen en of alle patiënten evenveel deelden in deze luxe. Ik vroeg mijn getuigen of de patiënten in Salve Mater werden opgedeeld in verschillende categorieën. Wanneer ze mij dan vertelden over de betalende patiënten, vroeg ik hen of er veel verschil was qua luxe en comfort tussen deze betalende patiënten en de gecolloceerde patiënten. Julia Gilbert woonde sinds haar geboorte in 1920 in de omgeving van Salve Mater. Tot ze vijftien jaar was, ging ze naar de parochieschool in Lovenjoel, die eveneens in handen was van de Zusters van Liefde. Daarna werkte ze van 1935 tot 1938 in Salve Mater als onderhoudster. In 1938 is ze moeten stoppen met haar werk wegens ziekte. In 1960 is zij terug gaan werken in Salve Mater als onderhoudster. In de periode van 1935 tot 1938 poetste ze op de benedenverdieping van het dammenkwartier, het paviljoen voor de betalende patiënten. Hier zaten zowel zieke als minder zieke patiënten, maar het ging vooral om zenuwleiders. Dit paviljoen was luxueuzer dan alle andere paviljoenen. Sommige dames pensionaires hadden zelfs een kamer met een salon. Volgens Julia zou het kunnen dat de foto 154 VAN DRIESSCHE, Lovenjoul, VAN DRIESSCHE, Lovenjoul, Sanatorium de Lovenjoul. Semaine psychiatrique pour infirmières, Caritas, 1934 ; GAZVL, Lovenjoel Salve Mater, /1 : Krantenartikel over de vormingsweek uit de krant La Vie van 20 april

51 Salle de réunion in het dammenkwartier genomen was, omdat sommige kamers er daar net zo luxueus uitzagen, maar ze was er niet helemaal zeker van. 157 François Rector is in 1929 in Lovenjoel geboren. Hij woonde met zijn ouders in de Oude Baan, de huidige Heerbaan in Lovenjoel, vlak bij Salve Mater. Als kind was hij misdienaar in de kapel van Salve Mater. Toen hij zestien werd, is hij van school thuis gebleven en is hij gestart met steenkool te verkopen. Tot 1952 is hij de mis blijven dienen in de kapel. Hij herinnert zich dat de dames zelfs een aparte plaats in de kapel kregen. De dames hadden ook een aparte ingang tot de kapel. Er was een gang die de kapel rechtstreeks met het paviljoen van de dames verbond. Onder hen waren ook mensen die niet ziek waren, maar wel oud en het zich financieel konden permitteren om zich te laten verzorgen. Het dammenkwartier. François Cockx werd geboren in Zijn ouders woonden in Pellenberg, maar al van kindsbeen af verbleef hij heel vaak bij zijn tante die toen in de Oude Baan woonde, vlak bij Salve Mater. Hij ging naar de parochieschool van Lovenjoel en ook hij heeft de mis gediend in de kapel van Salve Mater, maar dan van 1926 tot In 1935 vatte hij hogere studies aan in Leuven, die hij tijdens de Tweede Wereldoorlog heeft moeten stopzetten. Na de Oorlog is hij burgemeester geworden van Lovenjoel. De dames pensionaires waren van adel, vertelde hij. Zij hadden veel meer luxe dan de gewone patiënten, maar dat was normaal aangezien zij van een andere klasse waren. Zij moesten ook geen arbeid verrichten zoals gewone lichte gestoorde patiënten Interview met Julia Gilbert, 2 mei Interview met François Cockx, 3 mei

52 Van de zusters die tijdens het interbellum in Salve Mater gewerkt hebben, is momenteel nog één zuster in leven. Zij was jammer genoeg niet meer in staat om over Salve Mater in die periode te vertellen. Ik heb wel zuster Deodata kunnen interviewen. Zuster Deodata werd in 1930 geboren als Anna Waerzeggers in Wilsele. Oorspronkelijk heeft zij gewerkt als naaister, maar na de Tweede Wereldoorlog heeft zij van haar vader de toestemming gekregen om haar roeping waar te maken, namelijk het verzorgen van geesteszieke mensen. Zij kreeg geld om een opleiding te volgen in de verpleegsterschool van Salve Mater en in 1955 behaalde ze haar diploma van psychiatrisch verpleegkundige. Ze heeft enkele jaren gewerkt in Salve Mater in observatiepaviljoen B. Vervolgens is ze twee jaar naar het noviciaat gegaan in Gent. Daarna werd ze terug gezonden naar Salve Mater, waar zij tewerk gesteld werd in het paviljoen voor de zwaar gestoorde patiënten, Notre Dame, van 1960 tot Vervolgens is ze directrice geworden van Salve Mater tot Daarna is ze hoofdverpleegster geworden van het opnamepaviljoen tot ze naar het rustoord is gegaan. Hoewel de meeste informatie die ze mij vertelde dateerde van na de Tweede Wereldoorlog, was veel van deze informatie nuttig voor mijn onderzoek, aangezien er in de periode vóór de komst van medicatie voor psychiatrische patiënten een periode die zuster Deodata kenmerkt als de oude psychiatrie een grote continuïteit is geweest in Salve Mater wat betreft de zorg en de werking van de instelling en de aard van de opgenomen patiënten. Sinds de komst van de medicatie vanaf het midden van de jaren 50 heeft zuster Deodata de toestand van de patiënten spectaculair zien verbeteren. Zuster Deodata herinnert zich de periode van de nieuwe psychiatrie over het algemeen als een aangenamere periode dan die van de oude psychiatrie : In de periode van de nieuwe psychiatrie is er veel veranderd. Er werden zelfs bals gehouden. Daar heb ik veel schone herinneringen aan. De patiënten konden op verlof beginnen gaan. Toen was er al medicatie en andere soorten therapieën. De patiënten werden terug meer mens. De dames, dat was een andere leefklasse, sommige waren van adel. Er was verschil in comfort en luxe met de gewone patiënten. Zo kregen zij bijvoorbeeld bij hun eten ook een voorgerecht, wat de andere patiënten niet kregen. Zij waren ook beter gekleed dan de andere patiënten. 159 De luxe die Salve Mater aan haar patiënten meende te bieden, was dus volgens deze getuigen vooral voor de betalende patiënten bedoeld en niet zozeer voor de grote meerderheid gecolloceerde patiënten. 159 Interview met zuster Deodata, 4 mei

53 Vervolgens heb ik gevraagd wat er met de term sanatorium Salve Mater werd bedoeld. Julia dacht dat daar het paviljoen mee bedoeld werd waar psychiatrische patiënten met tuberculose zaten. Volgens haar had de term geen betrekking op de instelling in haar geheel. Het paviljoen op de afbeelding, de zogenaamde infirmerie, herkende Julia als het paviljoen waar vóór de Tweede Wereldoorlog de tuberculosepatiënten zaten. Zij verbleven op de bovenste verdieping, waar zij overdag rustten, in wat in de bronnen de open galerijen werd genoemd. Julia wist mij te vertellen dat deze open galerijen afgespannen waren met ijzerdraad zodat de patiënten er niet uit konden springen, maar deze afspanning is niet op de foto te zien. 160 De term sanatorium werd in de jaren 50 niet meer gebruikt. Volgens zuster Deodata gebruikte men misschien de term sanatorium omdat psychiatrie in die tijd taboe was. Men sprak daar niet over. De term sanatorium verhief misschien een beetje die toestand. 161 Ten tweede heb ik nagegaan hoe de getuigen hun werk in Salve Mater ervoeren. Ik vroeg François Rector en François Cockx of er veel misvieringen werden gehouden in de kapel van Salve Mater, wie er naar die misvieringen kwam en of er soms incidenten gebeurden met patiënten tijdens de mis. Er waren drie misvieringen per dag, vertelde François Rector. De eerste mis was om kwart voor zes, die was voor de zusters en diegenen die moesten werken. De verpleegsters en het onderhoudspersoneel moesten dan tegen zeven uur de zieken ophalen. Om half zeven was er een tweede mis van de kanunnik. Ondertussen deden de zusters hun gebeden. Om kwart na zeven was er een mis voor de zieken. Op zondag was er ook nog een hoogmis om half tien. De linkerkant van de kapel was voorbehouden voor de zusters en de dames. Aan de rechterkant zaten de goede zieken en helemaal rechts de minder goede 160 Interview met Julia Gilbert, 2 mei Interview met zuster Deodata, 4 mei

54 zieken. Van ruim 800 patiënten gingen er ongeveer 200 à 300 dagelijks naar de mis. De rest kon niet buiten komen en dan gebeurde het soms nog dat er tijdens de misviering patiënten begonnen te schreeuwen en dat die naar voor liepen naar de communiebank en dat ze die daar niet afkregen. Die mis dat was soms echt Daarom dat ze zo weinig zieken naar de mis lieten komen, om die vieringen niet te veel te storen. 162 Ook François Cockx herinnert zich dat er soms patiënten begonnen te schreeuwen tijdens de mis. Deze patiënten werden dan onmiddellijk verwijderd. 163 François Rector herinnert zich dat de zusters vaak tegen hem zegden: Je moet nooit antwoorden als één van die zieken je aanspreekt. Nooit antwoorden hè. Die mensen vertelden altijd wat ze hadden voorgehad, hetgeen waardoor ze ziek geworden waren. Als wij dus naar de mis gingen door het park en we kwamen die zieke mensen tegen in het park, dan spraken die ons aan en dan begonnen die te vertellen over hun man ofzo en de zuster zei dan altijd: niet antwoorden hè. Laat die zieke mensen maar met rust. Ik heb nooit geweten waarom dat niet mocht. Dat hebben ze er nooit bij gezegd. Wij stelden ons daar ook geen vragen bij. Wij mochten ook niet in de paviljoenen komen. 164 De middenbeuk van de kapel. 162 Interview met François Rector, 4 mei Interview met François Cockx, 3 mei Interview met François Rector, 2 mei

55 Aan Julia en zuster Deodata vroeg ik wat ze leuk en minder leuk vond aan haar werk als onderhoudster in Salve Mater. Vervolgens ben ik verder ingegaan de vrijheidsbeperking van de patiënten. Julia vond haar werk als onderhoudster in Salve Mater niet zo leuk. Daar was niet veel leuks aan. Je moest daar tussen die zieken gaan kuisen in de zalen - want toen sliepen ze nog op zalen. Dan moest je wel voorzichtig zijn, want er waren patiënten die agressief waren de zaal waar zij sliepen, ging op slot, zij konden er niet uit. Op alle paviljoenen waren er patiënten die vrij konden rondlopen, maar er waren er ook die op hun zaal moesten blijven en de deuren van hun zalen gingen op slot. Ook de ramen waren op slot. Degene die heel onrustig waren, zaten de hele dag in een bad dat afgedekt was met een spanzeil zodat ze er niet uitkonden. Ze moesten zelfs in bad eten. Het badwater werd op een constante temperatuur gehouden. Deze patiënten werden door het warme water gekalmeerd. Na de badtherapie werden ze in vochtige doeken gewikkeld om hen in hun beweging te beperken. Ook van dwangbuizen werd gebruik gemaakt. Elk paviljoen had ook een isoleercel, dat was een kleine kamer met een bed en verder niets. Ze konden die mensen niet los laten. Omdat ze toen nog geen medicatie hadden konden ze hen op geen andere manier kalmeren. 165 Zuster Deodata noemde een isoleercel een afzonderingskamer. Zij omschreef het als een speciaal ingerichte kamer waar alleen maar een bed in stond dat vastgemaakt was in de vloer zodat het niet kon verplaatst worden. Als het nodig was, werd de patiënt daar in afgezonderd, voor enkele uren of voor zolang noodzakelijk was. Als materiaal hadden wij om de mensen te helpen als ze een beetje... een jackette, dat was het lichtste, dat was een kledingstuk tot in de lende waarbij men de armen niet kon bewegen. We hadden ook envelloppementen of inwikkelingen, waarbij de patiënt helemaal in doeken werd gewikkeld die werden vastgebonden. Dan was er nog de vochtige inwikkeling dat moet zwaar zijn geweest als ik daar nu aan denk dat was een laken van zes meter, zes meter hè, dat het hele lichaam omgaf. We moesten dat laken oprollen, op lichaamstemperatuur brengen in een bad, uitwringen en dan rond de patiënt wikkelen. Dan plaatsten we daar nog iets over dat de warmte bijhield. De vochtige inwikkeling werd niet zo vaak gebruikt. Verder was er ook nog het spanlaken, dat was een soort zeil dat over de patiënt werd gespannen als die in bed lag. Soms gebeurde het ook dat we een inwikkeling en een spanlaken combineerden. En dan gebeurde het soms nog ik herinner mij dat er een doof meisje was toegekomen, dat nog maar elf jaar was. Als zij in zo een inwikkeling en met een spanzeil in bed werd geplaatst, kon zij een nieuw lint in baalkatoen van het spanzeil met haar voeten stuk maken. Zo n kracht hadden sommige patiënten. 166 Deze getuigenis staat in schril contrast met hoe De Greeff de zaken voorstelde in zijn artikel over de inhuldiging. In dit artikel beweerde hij namelijk dat er geen enkele dwangbuis ter beschikking stond van het personeel van Salve Mater en dat, indien er dwangbuizen waren, zij niet zouden weten hoe er gebruik van te maken. 167 Daarna vroeg ik hen of zij ooit wel eens een incident gehad hebben met een patiënt tijdens het uitoefenen van hun functie. Julia herinnerde zich ook dat er regelmatig gewelddadige 165 Interview met Julia Gilbert, 2 mei Interview met zuster Deodata, 4 mei DE GREEFF, Inauguration de l Hôpital,

56 incidenten gebeurden met patiënten in de paviljoenen. Zo hebben ze mij ook eens vast gehad met mijn haar tot tegen de grond. Dat was iemand die geïsoleerd was en we waren maar met twee, want de zusters hadden toen een feest en wij moesten haar bord gaan afhalen, waar zij eten in gekregen had. Met twee gingen we die isolatiekamer in en dat was zo een hele grote, precies een man. Ik moest mijn haar heel voorzichtig terug losmaken, maar we hebben er niets aan over gehouden. 168 François Cockx heeft tijdens het interbellum een overmeestering door een zuster-bewaker van een patiënt van nabij meegemaakt waarbij het er hardhandig aan toe ging. 169 Zuster Deodata heeft toen ze op observatiepaviljoen B werkte ook een heel gevaarlijke patiënte gekend. Observatiepaviljoen B was ook omheind. Deze patiënt had haar kindje vermoord. Wij moesten heel voorzichtig zijn als wij haar afzonderingkamer binnen kwamen. Het was een héél vriendelijke dame, maar wij mochten haar isoleercel niet binnen als ze niet in de andere uithoek van de kamer stond. En dan kon ze zo heel vriendelijk roepen bijvoorbeeld: Kunt u mijn nachtemmer eens komen verversen alstublieft? Ik heb daar ooit problemen mee gehad. En dan veranderde haar gezicht in een leeuwengezicht! Ze hebben haar uiteindelijk moeten overplaatsen naar de instelling in Bergen omdat ze te gevaarlijk was. Dat was niet te doen. Bij het uitoefenen van haar functie moest zuster Deodata voortdurend op haar hoede zijn. Slagen en verwondingen kwamen er af en toe wel eens bij. Een meisje van elf jaar had het heel erg op de hoofdzuster. Als de hoofdzuster het gebouw verliet, ging het meisje aan het raam wachten tot zij terug kwam. Als dat een beetje te lang duurde, werd zij kwaad en dan begon ze met haar hoofd te schudden. Als ze mij dan zag, werd ze kwaad op mij en dan kwam ze naar mij toe om mij te slagen. Dat duurde tot de hoofdzuster terug was. Het kind kon er niet aan doen hè. Maar ik kon haar meestal de baas. Excuseer dat ik dat nu zeg hè, maar dan pakte ik haar bij haar haar en dan kon ik haar op de grond leggen. Ja, je moest daar soms echt vechten. In die tijd hè. Nadien is dat helemaal veranderd. 170 Deze getuigenissen tonen aan de sfeer van paix en beauté die Salve Mater meende uit te stralen soms hevig verstoord kon worden. Ik heb ook gevraagd of er patiënten waren die mee hielpen in de tuin. De meeste patiënten konden niets doen, herinnert Julia zich. Degene die konden, werden te werk gesteld in de keuken of in moestuinen. Salve Mater was in grote mate zelfvoorzienend; de instelling had haar eigen moestuinen voor groenten, haar eigen boerderij voor vlees, melk en eieren en hun eigen bakkerij. 171 Ook François Rector herinnerde zich dat er patiënten in de moestuinen, op de boerderij en in de keuken meehielpen. Ze moesten bijvoorbeeld vuil trekken in de tuin of aardappelen rapen. In de keuken stond een grote bak en daar rond zaten al die zieke mensen aardappelen te schillen. De geschilde aardappelen smeten ze in die bak met water. Alle dagen moesten die zieke mensen die aardappelen schillen Interview met Julia Gilbert, 2 mei Interview met François Cockx, 3 mei Interview met zuster Deodata, 4 mei Interview met Julia Gilbert, 2 mei Interview met François Rector, 2 mei

57 In 1934 werd de verpleegsterschool in Lovenjoel, die zich op de postkaart achteraan in het midden bevindt, officiële erkend. Herkent u dit gebouw?, vroeg ik aan Julia. Daar werden de zusters opgeleid tot verpleegster en daar overnachtten ze ook, want ze mochten s avonds niet naar huis. Op elk paviljoen was een hoofdzuster, die had een diploma, maar van de andere zusters weet ik niet of ze een diploma hadden. 173 Voor de Tweede Wereldoorlog waren er nog veel religieuzen. De leken zijn er pas na de Oorlog druppelsgewijs bij gekomen. 174 Zuster Deodata werd heel goed opgevangen in de verpleegsterschool. Zij ervoer de zusters in haar omgeving als een kleine familie. Ik heb daar veel mooie herinneringen aan. Om de drie weken mochten we naar huis. Als de hoofdzuster het niet wist, gingen we soms stiekem snoep kopen in het winkeltje in het dorp, want eigenlijk mocht dat niet. We werden niet geacht om buiten het park te komen. Als zuster zeker niet. De hoofdzuster hield nauw toezicht op ons. Soms kwam ze ons zoeken met haar fiets (lachte). Maar wij zagen haar allemaal graag. Er waren wel strenge regels. Zo mochten we buiten de refter niets eten en na het avondmaal mochten we niet meer spreken. 175 Het Groot Park werd piekfijn onderhouden door tuinmannen, vertelde Julia. 176 Het waren zeven of acht mannen uit de omgeving die de zusters hadden aangenomen, zei François Rector, maar dat was echt prima onderhouden, echt heel mooi! 177 François Cockx wist dit te beamen: Het park was altijd mooi, proper onderhouden. Er was tamelijk wat personeel om de wegen, de bermen,... te onderhouden. Prima onderhouden! 178 Het park had dus wel een goede indruk bij mijn getuigen 173 Interview met Julia Gilbert, 2 mei Intervieuw met François Cockx, 3 mei Interview met zuster Deodata, 4 mei Interview met Julia Gilbert, 2 mei Interview met François Rector, 2 mei Interview met François Cockx, 3 mei

58 nagelaten. Hun herinneringen aan het park komen overeen met het beeld dat Salve Mater van zijn park naar buiten wilde projecteren. 2 Salve Mater en omgeving Een tweede thema was de relatie tussen de instelling en haar omgeving. Hier heb ik ook waar mogelijk de vergelijking gemaakt met de zelfrepresentatie van de instelling. Als eerste heb ik onderzocht welke contacten er waren tussen Salve Mater en zijn omgeving en welke indruk deze contacten bij mijn getuigen hebben nagelaten. Een eerste evenement in Salve Mater waar de inwoners van Lovenjoel bij betrokken waren, was de officiële inhuldiging van Salve Mater in Julia was ook aanwezig op deze inhuldiging. Zij ging toen nog naar de parochieschool in Lovenjoel. Zij was toen een jaar of zes. Samen met haar klasgenootjes moest ze die dag langs de dreef in het park gaan staan met een vlagje in haar hand om de koningin te verwelkomen. 179 Ook François Cockx was naar de officiële inhuldiging gaan kijken. Koningin Elisabeth kwam Salve Mater toen inhuldigen en het volk stroomde dan toe om de koningin te zien. Ik ben toen samen met mijn tante gaan kijken en ik heb een glimp van de koningin kunnen opvangen. 180 Daarnaast organiseerde Salve Mater jaarlijks een processie op Sacramentsdag (de tweede zondag na Pinksteren). Dit was de enige dag in het jaar dat de inwoners van Lovenjoel en omstreken in het park mochten. Het park was op die dag prachtig versierd met bloementapijten waaraan zowel de zusters als patiënten die daartoe in staat waren hadden meegewerkt. Ook rustige zieken mochten deelnemen aan de processie. 181 Prachtig! Prachtig! Enig! We hadden zelfs schrik om over die tapijten te lopen, zo prachtig was dat uitgewerkt. En die processie was altijd zo verzorgd! De processie verliet nooit het domein. De processie van het dorp daarentegen ging zelfs tot aan de Tiense Steenweg. 182 Buiten deze jaarlijkse processie, die blijkbaar nogal indruk op de mensen in het dorp heeft nagelaten, was er nauwelijks contact tussen Salve Mater en het dorp. Ze sloten hun van het dorp helemaal af, vertelde François Rector. Na de Tweede Wereldoorlog is dat gebeterd, want toen werd er elk jaar in Salve Mater een openluchtmis gehouden voor de mensen van het dorp. Maar voor de rest was Salve Mater volledig afgesloten van het dorp. Het park was privaat, privé, je mocht daar niet in. Aan de ingang bij de kerk stond een grote plaat met als opschrift Private eigendom. Verboden toegang. François mocht het park in om de mis te dienen, maar voor de rest mocht daar niemand komen. De zieken kwamen ook nooit in het dorp. Als zij gingen wandelen, was dat in het park, maar niet daarbuiten. Er bestonden ook geen schriftelijke communicaties tussen Salve Mater en de omwonenden zoals posters, folders, tijdschriften of dergelijke. De enige dag van het jaar dat de mensen van het dorp Salve Mater binnen mochten, was op Sacramentsdag. Ieder paviljoen maakte dan een prachtig bloementapijt dat een kelk en een hostie of een heilige ofzo afbeeldde. De zieken gingen daarvoor bloemen plukken in de velden en in de bos. Ze gingen dan ook bloemen plukken in graanvelden, waardoor ze dan het graan van de boeren plat liepen, maar de boeren namen dat dan wel. 183 Ook François Cockx herinnert zich Salve Mater als een gesloten entiteit. Het park was afgesloten en was VERBODEN toegang voor de mensen van het dorp. Het ging zelfs zo ver dat als wij na de schoolvakantie terug op school kwamen, dat de onderwijzer ons vroeg: Wie is er in het park geweest?! Als er waren die bekenden dat 179 Interview met Julia Gilbert, 2 mei Interview met François Cockx, 3 mei Interview met Julia Gilbert, 2 mei Interview met François Cockx, 3 mei Interview met Julia Gilbert, 2 mei

59 ze in het park geweest waren, kregen die onmiddellijk straf. Wij mochten niet gaan spelen in het park. Dat was taboe. Misschien was dat ook vanuit veiligheidsredenen om niet aangevallen te worden of misschien om meer toezicht te hebben op wie er allemaal in het park zat. Maar het was dus werkelijk een afgesloten domein. Salve Mater was een entiteit waar het dorp niets mee te maken had. Het enige dat er was, was dat er heel veel zieken waren en dat er maandelijks een bezoek was voor familieleden en dat werd natuurlijk in het dorp geweldig gekenmerkt door het feit dat de treinen stopten in het station van Lovenjoel en dat was als een echte processie van mensen die van overal kwamen om hun familie, vrienden of kennissen te bezoeken. Dat gebeurde telkens op de eerste zondag van de maand. Dan was het hier [in het dorp] vol. Het was zelfs derwijze dat de familie Stroobants langs de weg ging staan om eieren aan de voorbijgangers te verkopen met plakkaten met als opschrift Goed voor zieke mensen. 184 Ik vroeg hoe de mensen in het dorp stonden tegenover de komst van de nieuwe psychiatrische inrichting in hun dorp. Julia heeft nooit iemand horen klagen over de toen nog nieuwe instelling in de omgeving. Toen hadden ze nog geen medicijnen dus er was veel lawaai van patiënten die geïsoleerd waren. Die konden roepen dat je dat tot in het dorp hoorde, maar niemand stoorde hem daaraan. 185 Ook François Rector herinnerde zich vooral het geschreeuw van de patiënten. Zijn ouders, die al vóór de komst van Salve Mater in Lovenjoel woonden, heeft hij ook nooit over de komst van de nieuwe instelling horen klagen. Zij hebben daar nooit geen problemen van gemaakt. Integendeel, waar de instelling zichzelf niet in haar behoeften kon voorzien, vormde ze een afzetmarkt voor de boeren in Lovenjoel. Zo leverde de vader van François Rector iedere dag 40 liter melk aan Salve Mater. 186 Ook François Cockx beaamde dat de mensen in het dorp geen problemen ervoeren met de aanwezigheid van de psychiatrische inrichting. Er is altijd, volgens mij, een zeker gunstig gevoel geweest van de dorpsgemeenschap tegenover Salve Mater, ook al waren er geen intense contacten. Er is nooit een oppositie geweest. Een factor die hierin meespeelde was het feit dat Lovenjoel een boerengemeente was hier waren veel boerderijen en er was dus een zekere wisselwerking tussen de boeren en het landbouwinstituut van de universiteit, de boerderij van Salve Mater. In het landbouwinstituut werd aan kunstmatige bevruchting gedaan en de mensen uit het dorp gingen daar dan naar toe om hun dieren te laten bevruchten. 187 Ook François Rector herinnerde zich dat de contacten tussen de boerderij en het dorp beter waren en de boeren daar naar toe gingen om hun dieren te laten bevruchten. 188 Julia kon als onderhoudster vrij door het park wandelen zonder schrik te hebben voor de patiënten. Als de patiënten buiten zaten, zaten ze achter een afspanning en alleen konden ze niet buiten. Als ze gingen wandelen, was dat met twee verpleegsters met een kleine groep, nooit met een grote groep. Het park was ook afgezet met een omheining van ongeveer twee meter hoog, bestaande uit een haag en ijzerdraad. Er waren ook drie poorten waaronder één bij het paviljoen Sint Andreas en deze poorten gingen s nachts op slot. Ook het paviljoen Notre Dame was omheind. 189 In dit paviljoen zaten de patiënten die De Greeff omschreef als 184 Interview met François Cockx, 3 mei Interview met Julia Gilbert, 2 mei Interview met François Rector, 2 mei Interview met François Cockx, 3 mei Interview met François Rector, 2 mei Interview met Julia Gilbert, 2 mei

60 ... les malades bruyantes, vindicatives, protestataires Ik heb van alle paviljoenen minsten één afbeelding teruggevonden, behalve van dit paviljoen. François Rector herinnerde zich dat de zusters altijd een bussel sleutels bij hadden. Als ze ergens binnen gingen, deden ze de deur open en als ze binnen waren deden ze die direct terug op slot. 191 Op deze illustratie die het artikel over de week van psychiatrische verpleegsters in het tijdschrift Caritas inleidde, is een psychiatrische verpleegster/zuster te zien met aan haar mantel een bussel sleutels. Wij droegen allemaal een sleutel, vertelde zuster Deodata, en al die afzonderingskamers gingen op slot Etienne De Greeff, Inauguration de l Hôpital psychiatrique de l Université de Louvain. Visite de la reine, Journal de Neurologie et de Psychiatrie, nr. 1, (1928). 191 Interview met François Rector, 2 mei Interview met zuster Deodata, 4 mei

De dwangkist (getrouwe kopie bewaard in het Dokter Guislainmuseum)

De dwangkist (getrouwe kopie bewaard in het Dokter Guislainmuseum) Nerveuze vrouwen Naar aanleiding van de tentoonstelling Nerveuze vrouwen bezoekt Post Factum het Gentse Dokter Guislainmuseum, waar we naast de expo Nerveuze vrouwen ook het museum zelf zullen bezoeken.

Nadere informatie

Universitair Psychiatrisch Centrum Sint-Kamillus

Universitair Psychiatrisch Centrum Sint-Kamillus Universitair Psychiatrisch Centrum Sint-Kamillus Krijkelberg 1-3360 Bierbeek T 016 45 26 11 F 016 46 30 79 upc.st.kamillus@fracarita.org www.kamillus.be Ten geleide Mensen worden bij een bezoek aan het

Nadere informatie

CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS BELGISCHE KAMER VAN. modifiant la loi du 22 mars 2001 instituant la garantie de revenus aux personnes âgées

CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS BELGISCHE KAMER VAN. modifiant la loi du 22 mars 2001 instituant la garantie de revenus aux personnes âgées DOC 54 2141/007 DOC 54 2141/007 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE 11 januari 2017 11 janvier 2017 WETSONTWERP tot wijziging van de wet van 22 maart 2001

Nadere informatie

Eik rustiek wit geolied Chêne rustique huilé blanc

Eik rustiek wit geolied Chêne rustique huilé blanc Eik rustiek it geolied Chêne rustique huilé blanc parket Leuke aanbiedingen in FSC hout 2015 parquet Offres attractives en bois FSC hout 2015 Beuk ild, natuur geolied 41,50 Eik ild rood, natuur geolied

Nadere informatie

TIJDSCHRIFT "MET ZORG" Thema: Divers jaargang 1 nummer 2 oktober 1995

TIJDSCHRIFT MET ZORG Thema: Divers jaargang 1 nummer 2 oktober 1995 TIJDSCHRIFT "MET ZORG" Thema: Divers jaargang 1 nummer 2 oktober 1995 INHOUDSTAFEL Woord vooraf De visie op vrijwilligerswerk bij de Broeders van Liefde Br. dr. R. Stockman Gezondheidszorg morgen F. Keuleneer

Nadere informatie

GEZONDHEID (La santé)

GEZONDHEID (La santé) FICHE LEXICALE NEERLANDAIS 1/5 GEZONDHEID (La santé) a. Wat zijn hun klachten? (De quoi se plaignent-ils?) A C B G I H 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. E D Klachten hoest moet overgeven ben verkouden heb

Nadere informatie

Kerkelijk initiatief voor sociale huisvesting in Brussel

Kerkelijk initiatief voor sociale huisvesting in Brussel Kerkelijk initiatief voor sociale huisvesting in Brussel Herman COSIJNS, Adjunct van Mgr De Kesel INLEIDING De problematiek van de sociale huisvesting enerzijds en de wens van de Kerk om mee te werken

Nadere informatie

BELGISCHE KAMER VAN CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS

BELGISCHE KAMER VAN CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DOC 54 1867/003 DOC 54 1867/003 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE 2 mei 2018 2 mai 2018 WETSVOORSTEL teneinde vrijwillige zwangerschapsafbreking uit het Strafwetboek

Nadere informatie

BELGISCHE KAMER VAN CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS. over een betere tegemoetkoming voor de orthodontische zorg

BELGISCHE KAMER VAN CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS. over een betere tegemoetkoming voor de orthodontische zorg DOC 54 0413/004 DOC 54 0413/004 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE 18 mei 2016 18 mai 2016 VOORSTEL VAN RESOLUTIE over een betere tegemoetkoming voor de orthodontische

Nadere informatie

MONITEUR BELGE 25.09.2015 BELGISCH STAATSBLAD

MONITEUR BELGE 25.09.2015 BELGISCH STAATSBLAD 60077 SERVICE PUBLIC FEDERAL FINANCES [C 2015/03324] 18 SEPTEMBRE 2015. Arrêté royal déterminant les modèles des formules de déclaration en matière de cotisations spéciales visées à l article 541 du Code

Nadere informatie

Ruben Mantels, Anne-Laure Van Bruaene, Christophe Verbruggen en Gita Deneckere Fotografie Benn Deceuninck

Ruben Mantels, Anne-Laure Van Bruaene, Christophe Verbruggen en Gita Deneckere Fotografie Benn Deceuninck Ruben Mantels, Anne-Laure Van Bruaene, Christophe Verbruggen en Gita Deneckere Fotografie Benn Deceuninck 11 Voorwoord H et boek Geloven in Gent dat u in handen heeft, is een boek over het geloof van de

Nadere informatie

Samen eenzaam. Frida den Hollander

Samen eenzaam. Frida den Hollander Samen eenzaam Samen eenzaam Frida den Hollander Tweede editie Schrijver: Frida den Hollander Coverontwerp: Koos den Hollander Correctie: Koos den Hollander ISBN:9789402122442 Inhoud Inleiding 1 Ik ben

Nadere informatie

Hotel Landgoed. Ehzerwold. Sinds 1908

Hotel Landgoed. Ehzerwold. Sinds 1908 Hotel Landgoed Ehzerwold Sinds 1908 1908-1920 Ziekenhuis In 1908 werd in opdracht van Clara Elisabeth Janssen en haar echtgenoot Pieter Leendert van der Harst de eerst paal van het P.W. Janssen Ziekenhuis

Nadere informatie

Groep 2: De symbolen van België. Bron 2.1. De naam België/Belgique: (uit: Dossier De Belgische Revolutie, 1, De Standaard, p. 2)

Groep 2: De symbolen van België. Bron 2.1. De naam België/Belgique: (uit: Dossier De Belgische Revolutie, 1, De Standaard, p. 2) Bron 2.1. De naam België/Belgique: (uit: Dossier De Belgische Revolutie, 1, De Standaard, p. 2) Vragen: a) Naar welk stukje geschiedenis verwijst de naam België? b) Is de keuze voor deze naam juist? Bron

Nadere informatie

Neus correctie 2012. Aanleiding. Intake gesprek. Stap 1: Wat gaan we doen

Neus correctie 2012. Aanleiding. Intake gesprek. Stap 1: Wat gaan we doen Neus correctie 2012 Aanleiding Al een tijdje heb ik last van mijn neus. Als kind van een jaar of 5 kreeg ik een schep tegen mijn neus, wat er waarschijnlijk voor heeft gezorgd dat mijn neus brak. Als kind

Nadere informatie

Inschatting wilsbekwaamheid volgens KNMG richtlijn

Inschatting wilsbekwaamheid volgens KNMG richtlijn Naam patiënt:.. Geboortedatum patiënt:... Naam afnemer: Datum afname: Inschatting wilsbekwaamheid volgens KNMG richtlijn 1. Wilsbekwaamheid wordt altijd beoordeeld ter zake een bepaald onderzoek of bepaalde

Nadere informatie

Vincent van Gogh. Hier zie je er een afbeelding van.

Vincent van Gogh. Hier zie je er een afbeelding van. Vincent van Gogh Een van de beroemdste schilders die Nederland heeft gehad was Vincent van Gogh. Deze kunstenaar heeft zelfs zijn eigen museum gekregen in Amsterdam. Toch wel heel bijzonder, zeker als

Nadere informatie

Voorstelling Raven 31 augustus Heverlee. Dames en Heren in uw titels, graden en hoedanigheden, Defensie is een verhaal van mensen en middelen.

Voorstelling Raven 31 augustus Heverlee. Dames en Heren in uw titels, graden en hoedanigheden, Defensie is een verhaal van mensen en middelen. Voorstelling Raven 31 augustus Heverlee Dames en Heren in uw titels, graden en hoedanigheden, Defensie is een verhaal van mensen en middelen. In mijn strategische visie schets ik de toekomst van ons leger.

Nadere informatie

Eik rustiek wit geolied Chêne rustique huilé blanc

Eik rustiek wit geolied Chêne rustique huilé blanc Eik rustiek wit geolied Chêne rustique huilé blanc parket Leuke aanbiedingen in FSC hout 2016 parquet Offres attractives en bois FSC 2016 Eik wild, wit geolied Chêne sauvage, huilé blanc Eik wild, natuur

Nadere informatie

FÉDÉRATION GENERALE DU TRAVAIL BELGIQUE

FÉDÉRATION GENERALE DU TRAVAIL BELGIQUE FÉDÉRATION GENERALE DU TRAVAIL BELGIQUE 83/00 A 23/70 GG/MDV/BL Trad. wdg Bruxelles, le 13 octobre 1983. NOTE AUX MEMBRES DU BUREAU. Concerne : Financement de la Sécurité Sociale. La F.G.T.B. a répété

Nadere informatie

leestekst STICHTING HIËRONYMUS Bij de Broeders Wie? Wat? Waarom? Waar?

leestekst STICHTING HIËRONYMUS Bij de Broeders Wie? Wat? Waarom? Waar? leestekst STICHTING HIËRONYMUS Bij de Broeders Wie? Wat? Waarom? Waar? Huis Janssens Nood aan religieuzen 1800-1839 Bestuur der Godshuizen Voor de zorg van wezen; jeugdzorg Gebrek aan onderwijs Onmenselijke

Nadere informatie

Barema's op 01/09/2008 Barèmes au 01/09/2008

Barema's op 01/09/2008 Barèmes au 01/09/2008 Barema's op 01/09/2008 Barèmes au 01/09/2008 SPILINDEX 110,51 INDICE-PIVOT 110,51 Tegemoetkomingen aan personen met een handicap Allocations aux personnes handicapées (Jaarbedragen) (Montants annuels)

Nadere informatie

13286 BELGISCH STAATSBLAD 09.03.2004 Ed. 2 MONITEUR BELGE

13286 BELGISCH STAATSBLAD 09.03.2004 Ed. 2 MONITEUR BELGE 13286 BELGISCH STAATSBLAD 09.03.2004 Ed. 2 MONITEUR BELGE PROGRAMMATORISCHE FEDERALE OVERHEIDSDIENST WETENSCHAPSBELEID N. 2004 842 [C 2004/21028] 13 FEBRUARI 2004. Ministerieel besluit tot vastlegging

Nadere informatie

Engelse Verpleegster Gebruikt HeartMath met Multiple Sclerose patiënten

Engelse Verpleegster Gebruikt HeartMath met Multiple Sclerose patiënten Engelse Verpleegster Gebruikt HeartMath met Multiple Sclerose patiënten Een verpleegkundige in Engeland die is gespecialiseerd in patiënten met multiple sclerose / MS voerde een informele studie uit waarbij

Nadere informatie

Gedwongen opname met een IBS of RM *

Gedwongen opname met een IBS of RM * Gedwongen opname met een IBS of RM * Informatie voor cliënten Onderdeel van Arkin Inleiding In deze folder staat kort beschreven wat er gebeurt als u gedwongen wordt opgenomen. De folder bevat belangrijke

Nadere informatie

Internationale religieuze instituten in Vlaanderen/België: naar een efficiënte en gewaarborgde archiefzorg en -valorisatie

Internationale religieuze instituten in Vlaanderen/België: naar een efficiënte en gewaarborgde archiefzorg en -valorisatie Internationale religieuze instituten in Vlaanderen/België: naar een efficiënte en gewaarborgde archiefzorg en -valorisatie Kristien Suenens (KADOC-KU Leuven) 29/11/2013 1 1. Inleiding DiBIKAV-project:

Nadere informatie

75410 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 4 MONITEUR BELGE

75410 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 4 MONITEUR BELGE 75410 BELGISCH STAATSBLAD 28.12.2006 Ed. 4 MONITEUR BELGE FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE N. 2006 5305 [C 2006/10029] 21 DECEMBER 2006. Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van

Nadere informatie

CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS BELGISCHE KAMER VAN

CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS BELGISCHE KAMER VAN DOC 50 1871/004 DOC 50 1871/004 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE 22 januari 2003 22 janvier 2003 WETSONTWERP tot vaststelling van de algemene bepalingen die gelden

Nadere informatie

Voorstelling van een universiteitsmuseum UGent. Danny Segers Museum voor de Geschiedenis van de Wetenschappen

Voorstelling van een universiteitsmuseum UGent. Danny Segers Museum voor de Geschiedenis van de Wetenschappen Voorstelling van een universiteitsmuseum UGent Danny Segers Museum voor de Geschiedenis van de Wetenschappen 21 september 1815: Willem I wordt koning der Nederlanden 1816: oprichting van 3 universiteiten

Nadere informatie

BELGISCHE KAMER VAN CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS

BELGISCHE KAMER VAN CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DOC 54 2753/003 DOC 54 2753/003 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE 18 januari 2018 18 janvier 2018 WETSONTWERP houdende wijzigingen van diverse bepalingen van het

Nadere informatie

De Bredase huisarts T. Gori en de predikant ds. Berkelbach van der Sprenkel uitten de wens

De Bredase huisarts T. Gori en de predikant ds. Berkelbach van der Sprenkel uitten de wens Het begon in 1819. Op initiatief van drie vooraanstaande katholieken uit Breda, Mr. L. Ingenhousz, Mr. F.J. Hoppenbrouwers en J.P. Eeltiens, werd een Stichting in het leven geroepen ten behoeve van noodlijdende

Nadere informatie

F r a n c i s c u s. v a n. Leven met aandacht. w e g D e. Erfgoed Congregatie Zusters Franciscanessen van Oirschot

F r a n c i s c u s. v a n. Leven met aandacht. w e g D e. Erfgoed Congregatie Zusters Franciscanessen van Oirschot Leven met aandacht Erfgoed Congregatie Zusters Franciscanessen van Oirschot w e g D e v a n F r a n c i s c u s 2 Leven met aandacht Inhoud 1 De weg van Franciscus 9 2 De oprichting van de congregatie

Nadere informatie

De Franse keizer Napoleon voerde rond 1800 veel oorlogen in Europa. Hij veroverde verschillende gebieden, zoals Nederland en België. Maar Napoleon leed in 1813 een zware nederlaag in Duitsland. Hij trok

Nadere informatie

Het kunstmatig overnemen van de ademhaling (IC)

Het kunstmatig overnemen van de ademhaling (IC) Het kunstmatig overnemen van de ademhaling (IC) Eén van de behandelingsmogelijkheden op de IC is het kunstmatig overnemen of ondersteunen van de ademhaling. Dit wil zeggen dat de ademhaling wordt geregeld

Nadere informatie

RIJKSINSTITUUT VOOR ZIEKTE- EN INVALIDITEITSVERZEKERING. Dienst Geneeskundige Verzorging NATIONALE COMMISSIE ARTSEN ZIEKENFONDSEN

RIJKSINSTITUUT VOOR ZIEKTE- EN INVALIDITEITSVERZEKERING. Dienst Geneeskundige Verzorging NATIONALE COMMISSIE ARTSEN ZIEKENFONDSEN RIJKSINSTITUUT VOOR ZIEKTE- EN INVALIDITEITSVERZEKERING Openbare instelling opgericht bij de wet van 9 augustus 1963 Tervurenlaan 211-1150 Brussel Dienst Geneeskundige Verzorging NATIONALE COMMISSIE ARTSEN

Nadere informatie

Eik rustiek wit geolied Chêne rustique huilé blanc

Eik rustiek wit geolied Chêne rustique huilé blanc Eik rustiek wit geolied Chêne rustique huilé blanc parket Leuke aanbiedingen in FSC hout 2016 parquet Offres attractives en bois FSC hout 2016 Beuk wild, natuur geolied Hêtre sauvage, huilé nature 41,

Nadere informatie

portfolio Auschwitz Photos :

portfolio Auschwitz Photos : Auschwitz Chaque année, la Fondation Auschwitz organise un voyage d étude pour un groupe d une centaine de personnes à Auschwitz. Cette année, il s est déroulé du 2 au 6 avril. 3 jours sur place, à parcourir,

Nadere informatie

Geschiedenis Franciscus Vlietland

Geschiedenis Franciscus Vlietland Geschiedenis Franciscus Vlietland Franciscus Gasthuis is van oorsprong een katholiek ziekenhuis; Sint Franciscus Gasthuis. Franciscus van Assisi is de stichter van de orde der Franciscanen die, nadat hij

Nadere informatie

FABULOUS CHIC WINTER LODGE CHRISTMAS MORNING BALANCED WHITE

FABULOUS CHIC WINTER LODGE CHRISTMAS MORNING BALANCED WHITE FABULOUS CHIC WINTER LODGE CHRISTMAS MORNING BALANCED WHITE We presenteren u graag onze nieuwe kerstthema s: FABULOUS CHIC, WINTER LODGE, CHRISTMAS MORNING, BALANCED WHITE.* Naast deze thema s blijven

Nadere informatie

39150 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE

39150 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE 39150 BELGISCH STAATSBLAD 14.05.2014 Ed. 2 MONITEUR BELGE Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Artikel 1. Dit besluit is van toepassing op de werkgevers en

Nadere informatie

DREAMS NATURE GLAMOUR WINTER

DREAMS NATURE GLAMOUR WINTER CHRISTMAS at work 2014 We presenteren u graag onze nieuwe kerstthema s: DREAMS, NATURE, GLAMOUR, WINTER Naast deze thema s blijven we u ook onze CLASSIC-thema s (rood, zilver of goud) aanbieden; onze sfeer-volle

Nadere informatie

Psychiatrische ziekenhuizen Aantal erkende bedden

Psychiatrische ziekenhuizen Aantal erkende bedden Psychiatrische ziekenhuizen antal erkende bedden 19-nov-08 t (n) f (bed) tf (pl) g ntwerpen 231 Psychiatrisch ziekenhuis Stuivenberg - ntwerpen 902 Psychiatrisch ziekenhuis Sint-medeus - Mortsel 936 Psychiatrisch

Nadere informatie

Dan toch maar euthanasie voor Van den Bleeken?

Dan toch maar euthanasie voor Van den Bleeken? Dan toch maar euthanasie voor Van den Bleeken? Nederland niet happig om 'uitbehandelde' geïnterneerde Frank Van den Bleeken op te vangen 01-06-15, 07.00u - BART EECKHOUT LEES LATER 2Van den Bleeken ging

Nadere informatie

STRESS ENQUETE STRESS ASSURALIA EULER HERMES 2007.

STRESS ENQUETE STRESS ASSURALIA EULER HERMES 2007. STRESS ENQUETE STRESS ASSURALIA EULER HERMES 2007. Historique 1 CPPT 17 février 2005 (réunion préparatoire CP 7 mars) Décision d inviter un spécialiste. Création d un groupe de travail 14 Juin Mr. Bodson

Nadere informatie

Alles wat u moet weten over uw verblijf in beschermende isolatie (= omgekeerde isolatie)

Alles wat u moet weten over uw verblijf in beschermende isolatie (= omgekeerde isolatie) Patiënteninformatie algemeen inwendige ziekten Alles wat u moet weten over uw verblijf in beschermende isolatie (= omgekeerde isolatie) ALGEMEEN ZIEKENHUIS SINT-JOZEF Oude Liersebaan 4-2390 Malle tel.

Nadere informatie

Advies nr. 136 van het Bureau van de Raad van de Gelijke Kansen voor Mannen en Vrouwen, van 21 juni 2013, betreffende kinderarbeid in het kader van

Advies nr. 136 van het Bureau van de Raad van de Gelijke Kansen voor Mannen en Vrouwen, van 21 juni 2013, betreffende kinderarbeid in het kader van Advies nr. 136 van het Bureau van de Raad van de Gelijke Kansen voor Mannen en Vrouwen, van 21 juni 2013, betreffende kinderarbeid in het kader van minimissverkiezingen Overeenkomstig met artikel 4, 1

Nadere informatie

HC zd. 22 nr. 32. dia 1

HC zd. 22 nr. 32. dia 1 HC zd. 22 nr. 32 een spannend onderwerp als dit niet waar is, valt alles duigen of zoals Paulus het zegt in 1 Kor. 15 : 19 als wij alleen voor dit leven op Christus hopen zijn wij de beklagenswaardigste

Nadere informatie

Onderwerp: Acute verwardheid of delier

Onderwerp: Acute verwardheid of delier Onderwerp: 1 Informatie over acute verwardheid of delier Voor wie is deze folder bedoeld? Deze folder is bedoeld voor patiënten die worden opgenomen in het Ikazia Ziekenhuis. Zoals de verpleegkundige aan

Nadere informatie

Delirium op de Intensive Care (IC)

Delirium op de Intensive Care (IC) Deze folder is bedoeld voor de partners, familieleden, naasten of bekenden van op de Intensive Care (IC) afdeling opgenomen patiënten. Door middel van deze folder willen wij u als familie* uitleg geven

Nadere informatie

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1953 No. 14 Overgelegd aan de Staten-Generaal door de Minister van Buitenlandse Zaken

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1953 No. 14 Overgelegd aan de Staten-Generaal door de Minister van Buitenlandse Zaken 1 (1953) No. 1 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 1953 No. 14 Overgelegd aan de Staten-Generaal door de Minister van Buitenlandse Zaken A. TITEL Aanvullend Protocol bij de op 21

Nadere informatie

Inleiding. Johan Van der Heyden

Inleiding. Johan Van der Heyden Inleiding Johan Van der Heyden Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642 57 26 E-mail : johan.vanderheyden@iph.fgov.be

Nadere informatie

62112 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

62112 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 62112 BELGISCH STAATSBLAD 19.10.2010 MONITEUR BELGE Province Pré-zone opérationnelle Pourcentage maximal Zone de secours Zuid-Oost 2,43 % Brabant flamand Zone de secours Est 4,67 % Zone de secours Ouest

Nadere informatie

Liefdesgesticht St. Joseph en de Zusters van Liefde in Haps.

Liefdesgesticht St. Joseph en de Zusters van Liefde in Haps. Liefdesgesticht St. Joseph en de Zusters van Liefde in Haps. Korte geschiedenis van het Liefdesgesticht St. Joseph en de Zusters van Liefde in Haps. Het Liefdesgesticht St. Joseph in Haps anno 1905. De

Nadere informatie

De Religieuzen van het Kind Jezus in de voetsporen van hun Stichteres. Het Instituut omvat werkelijk alle menselijke ellende

De Religieuzen van het Kind Jezus in de voetsporen van hun Stichteres. Het Instituut omvat werkelijk alle menselijke ellende De Religieuzen van het Kind Jezus in de voetsporen van hun Stichteres De goede God heeft me een medevoelend hart gegeven en een geweldige aantrekkingskracht tot de ongelukkigen Natalie Doignies, Stichteres

Nadere informatie

Piscine Mai. In een poging het lelijke effect van de grafitti te minimaliseren, heb ik deze reeks in zwart/wit bewerkt

Piscine Mai. In een poging het lelijke effect van de grafitti te minimaliseren, heb ik deze reeks in zwart/wit bewerkt Piscine Mai In de jaren 1970 vatte de Franse overheid het plan op om de zwemsport toegankelijk te maken voor alle Fransen. Het project, dat liep tot het begin van de jaren 1980, kreeg de naam 1000 piscines

Nadere informatie

10 april 1997 97-000540

10 april 1997 97-000540 10 april 1997 97-000540 2 presentatie boek gesticht in de duinen op 16 april 1997 Op woensdag 16 april a.s. wordt het eerste exemplaar van boek Gesticht in de duinen overhandigd aan gedeputeerde Tielrooij,

Nadere informatie

De Brabantse Wal. Verbelgd, niet verbolgen

De Brabantse Wal. Verbelgd, niet verbolgen De Brabantse Wal Verbelgd, niet verbolgen Mattemburgh 14 1. Mattemburgh 2. Lindonk 3. Groot Molenbeek 4. Lievensberg 5. Bieduinenhof 6. Zoomland 7. Boslust 8. Wouwsche Plantage 9. Groote Meer 10. Putsche

Nadere informatie

BELGISCH STAATSBLAD 08.01.2010 Ed. 2 MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD 08.01.2010 Ed. 2 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD 08.01.2010 Ed. 2 MONITEUR BELGE 731 MINISTERIE VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST N. 2010 45 [C 2010/31002] 17 DECEMBER 2009. Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot

Nadere informatie

15 september Antwoord van de minister, 30 november 2015 : Het Geachte Lid vindt hieronder het antwoord op haar vraag.

15 september Antwoord van de minister, 30 november 2015 : Het Geachte Lid vindt hieronder het antwoord op haar vraag. 15 september 2015 Schriftelijke vraag van Valerie Van Peel, volksvertegenwoordiger, aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, betreffende het aantal raadplegingen op spoeddiensten. Vorig jaar

Nadere informatie

SEPT FONTAINES POUR LA SENNE ZEVEN FONTEINEN VOOR DE ZENNE HET BEURSPLEIN

SEPT FONTAINES POUR LA SENNE ZEVEN FONTEINEN VOOR DE ZENNE HET BEURSPLEIN PLACE DE LA BOURSE Une Nouvelle place Une endroit de fêtes et de manifestations Une scène de joie et de colère Des colonnes baroques d eau La «mexican wave» HET BEURSPLEIN Een nieuw plein Een plek van

Nadere informatie

IN EEN HUIS IN GEMENGDE HOEVESTIJL

IN EEN HUIS IN GEMENGDE HOEVESTIJL I N T E R I E U R W Wonen op de Windrichtingen IN EEN HUIS IN GEMENGDE HOEVESTIJL Tekst: ANNEMIE WILLEMSE Foto s: JAN VERLINDE 22 TIJDLOOS TIJDLOOS 23 Na een zoektocht naar de ideale bouwgrond, gingen

Nadere informatie

HOUTEN JALOEZIEËN STORES EN BOIS GEWEVEN HOUT BOIS TISSÉ. www.lecluyse.be

HOUTEN JALOEZIEËN STORES EN BOIS GEWEVEN HOUT BOIS TISSÉ. www.lecluyse.be HOUTEN JALOEZIEËN STORES EN BOIS GEWEVEN HOUT BOIS TISSÉ LECLUYSE nv/sa Tel. +32(0)51-56 62 29 Tel. +32(0)51-57 56 91 Fax +32(0)51-57 56 96 E-mail: info@lecluyse.be www.lecluyse.be houten jaloezieën 25mm

Nadere informatie

52686 MONITEUR BELGE Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD

52686 MONITEUR BELGE Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD 52686 VLAAMSE OVERHEID Leefmilieu, Natuur en Energie [C 2015/36016] 30 JULI 2015. Ministerieel besluit tot wijziging van de kaart van de focusgebieden, opgenomen in de bijlage bij het besluit van de Vlaamse

Nadere informatie

KONINKRIJK BELGIË ROYAUME DE BELGIQUE FEDERALE OVERHEIDSDIENST PERSONEEL EN ORGANISATIE SERVICE PUBLIC FÉDÉRAL PERSONNEL ET ORGANISATION

KONINKRIJK BELGIË ROYAUME DE BELGIQUE FEDERALE OVERHEIDSDIENST PERSONEEL EN ORGANISATIE SERVICE PUBLIC FÉDÉRAL PERSONNEL ET ORGANISATION KONINKRIJK BELGIË FEDERALE OVERHEIDSDIENST PERSONEEL EN ORGANISATIE ROYAUME DE BELGIQUE SERVICE PUBLIC FÉDÉRAL PERSONNEL ET ORGANISATION Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van

Nadere informatie

Project Tabaco. (Filippijnen)

Project Tabaco. (Filippijnen) Project Tabaco (Filippijnen) 1 Iedereen is wel eens somber of in de war. Wie heeft al niet eens een dipje? Maar pas wanneer deze gevoelens in hevige mate voorkomen en men niet meer gewoon kan functioneren

Nadere informatie

germaans volk), een sterke Franse groepering. Ze verkochten haar aan de Engelsen die haar beschuldigden van ketterij (het niet-geloven van de kerk).

germaans volk), een sterke Franse groepering. Ze verkochten haar aan de Engelsen die haar beschuldigden van ketterij (het niet-geloven van de kerk). Jeanne d'arc Aan het begin van de 15de eeuw slaagden de Fransen er eindelijk in om de Engelsen uit hun land te verdrijven. De strijd begon met een vrouw die later een nationale heldin werd, van de meest

Nadere informatie

Verteld door Schulp en Tuffer

Verteld door Schulp en Tuffer Verteld door Schulp en Tuffer Het allereerste kerstfeest Het allereerste kerstfeest Verteld door Schulp en Tuffer Vertaald en bewerkt door Maria en Koos Stenger Getekend door Etienne Morel en Doug Calder

Nadere informatie

1 Belg op 2 heeft vertrouwen in homeopathie. voor het behandelen van de meest voorkomende aandoeningen binnen het gezin

1 Belg op 2 heeft vertrouwen in homeopathie. voor het behandelen van de meest voorkomende aandoeningen binnen het gezin 1 Belg op 2 heeft vertrouwen in homeopathie voor het behandelen van de meest voorkomende aandoeningen binnen het gezin De Belg en homeopathie IPSOS Studie uitgevoerd in mei 2011 in België met een representatief

Nadere informatie

LESMAP CONTACT LOCATIE. Lees verder meer:

LESMAP CONTACT LOCATIE. Lees verder meer: LESMAP Bezoek aan de archeologische site Hoge Wal in Ertvelde. Voor leerlingen van het 1ste en 2de leerjaar. p de archeologische site Hoge Wal ligt een grote berg aarde. Deze berg zou zoveel kunnen zijn:

Nadere informatie

LA VIE DE JUSTE LIPSE Juste Lipse, né à Overijse en 1547, compte avec Érasme parmi les plus grandes figures de l humanisme à la Renaissance.

LA VIE DE JUSTE LIPSE Juste Lipse, né à Overijse en 1547, compte avec Érasme parmi les plus grandes figures de l humanisme à la Renaissance. LA VIE DE JUSTE LIPSE Juste Lipse, né à Overijse en 1547, compte avec Érasme parmi les plus grandes figures de l humanisme à la Renaissance. Michel de Montaigne disait de lui qu il était certainement un

Nadere informatie

MINISTERIEEL BESLUIT HOUDENDE BESCHERMING VAN MONUMENTEN, STADS- EN DORPSGEZICHTEN. KORTRIJK : Bescherming van 14 monumenten en een stadsgezicht.

MINISTERIEEL BESLUIT HOUDENDE BESCHERMING VAN MONUMENTEN, STADS- EN DORPSGEZICHTEN. KORTRIJK : Bescherming van 14 monumenten en een stadsgezicht. joto /lrl/7/56 ";o(, I! MINISTERIEEL BESLUIT HOUDENDE BESCHERMING VAN MONUMENTEN, STADS- EN DORPSGEZICHTEN. KORTRIJK : Bescherming van 14 monumenten en een stadsgezicht. DE VLAAMSE MINISTER VAN CULTUUR,

Nadere informatie

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE [C - 2005/09451] N. 2005 1425 31 MEI 2005. Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 26 juni 2003 op de openbaarmaking van akten en stukken van verenigingen

Nadere informatie

Psychosomatiek Eikenboom

Psychosomatiek Eikenboom specialistische geestelijke gezondheidszorg informatie voor patiënten en verwijzers Psychosomatiek Eikenboom Er zijn mensen, die jarenlang tobben met lichamelijke klachten waarvoor artsen geen afdoende

Nadere informatie

46434 MONITEUR BELGE 17.07.2015 BELGISCH STAATSBLAD

46434 MONITEUR BELGE 17.07.2015 BELGISCH STAATSBLAD 46434 MONITEUR BELGE 17.07.2015 BELGISCH STAATSBLAD SERVICE PUBLIC FEDERAL SECURITE SOCIALE [C 2015/22259] 9 JUILLET 2015. Arrêté ministériel modifiant la liste jointe à l arrêté royal du 21 décembre 2001

Nadere informatie

Nieuwe krukken maken Joseph gelukkig

Nieuwe krukken maken Joseph gelukkig Nieuwe krukken maken Joseph gelukkig geamputeerd. Na de operatie kreeg hij krukken om hem te helpen met lopen. Joseph ging toen niet naar school, omdat hij zo vaak naar het ziekenhuis moest. Toen in het

Nadere informatie

ALBERT ALBERT. BELGISCH STAATSBLAD Ed. 3 MONITEUR BELGE SERVICE PUBLIC FEDERAL JUSTICE FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE

ALBERT ALBERT. BELGISCH STAATSBLAD Ed. 3 MONITEUR BELGE SERVICE PUBLIC FEDERAL JUSTICE FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE 55873 FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE N. 2008 3705 [C 2008/09864] 16 OKTOBER 2008. Koninklijk besluit tot aanpassing aan de wapenwet van 8 juni 2006 van de modellen van verschillende formulieren en documenten

Nadere informatie

Huishoudelijk reglement ombudsdienst OMBUDSDIENST. Ombudspersoon Kim Moors

Huishoudelijk reglement ombudsdienst OMBUDSDIENST. Ombudspersoon Kim Moors Ombudspersoon Kim Moors Dit huishoudelijk reglement is ter inzage beschikbaar aan de onthaalbalie van het ziekenhuis voor de patiënten, de medewerkers van de instelling en iedere belangstellende. Wettelijke

Nadere informatie

64360 BELGISCH STAATSBLAD 27.10.2010 MONITEUR BELGE

64360 BELGISCH STAATSBLAD 27.10.2010 MONITEUR BELGE 64360 BELGISCH STAATSBLAD 27.10.2010 MONITEUR BELGE FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID N. 2010 3685 [C 2010/22451] F. 2010 3685 SERVICE PUBLIC FEDERAL SECURITE SOCIALE [C 2010/22451] 15 OKTOBER

Nadere informatie

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Gratis tel. nummer : N. 74. Numéro tél. gratuit : INHOUD SOMMAIRE. 104 bladzijden/pages

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Gratis tel. nummer : N. 74. Numéro tél. gratuit : INHOUD SOMMAIRE. 104 bladzijden/pages BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE Publicatie overeenkomstig artikelen 472 tot 478 van de programmawet van 24 december 2002, gewijzigd door de artikelen 4 tot en met 8 van de wet houdende diverse bepalingen

Nadere informatie

WOORD VOORAF. Michel FlamÉe

WOORD VOORAF. Michel FlamÉe WOORD VOORAF Michel FlamÉe Voorzitter van CEPANI CEPANI, het Belgisch Centrum voor Arbitrage en Mediatie, en de nationale organisatie van de Internationale Kamer van Koophandel (ICC), hebben op 17 januari

Nadere informatie

Koningsstraat 20. Brussel

Koningsstraat 20. Brussel Koningsstraat 20 Brussel De Koningsstraat nr. 20 is gelegen in de nabijheid van het Koninklijk Paleis en het Parlement in Brussel. Hier zijn de Directie en enkele afdelingen van de bank gevestigd en op

Nadere informatie

2 CREDENDO.BLUE. aan een betaalbare prijs een uiterst goede kwaliteit te leveren. En kwaliteit is duurzaamheid. ENJOY! ENJOY!

2 CREDENDO.BLUE. aan een betaalbare prijs een uiterst goede kwaliteit te leveren. En kwaliteit is duurzaamheid. ENJOY! ENJOY! 2 CREDENDO.BLUE CREDENDO familiegevoel en sfeer met oog voor detail Crendendo is een puur Belgisch product. Zaakvoerder Kurt Velghe vindt dit erg belangrijk. Eigen fabricatie, eigen ontwerpen. De ontwerpen

Nadere informatie

XT104_SexDec. IWER: Noteer geslacht van overledene (vraag indien onzeker) 1. Man 2. Vrouw

XT104_SexDec. IWER: Noteer geslacht van overledene (vraag indien onzeker) 1. Man 2. Vrouw XT104_SexDec IWER: Noteer geslacht van overledene (vraag indien onzeker) 1. Man 2. Vrouw XT001_Intro ['' + picv004_name] heeft meegedaan aan het "50+ in Europa" onderzoek vóór [zijn/haar] dood. [Zijn/Haar]

Nadere informatie

Geschiedenis Franciscus Vlietland

Geschiedenis Franciscus Vlietland Geschiedenis Franciscus Vlietland Franciscus Gasthuis is van oorsprong een katholiek ziekenhuis; Sint Franciscus Gasthuis. Franciscus van Assisi is de stichter van de orde der Franciscanen die, nadat hij

Nadere informatie

LE VIEILLISSEMENT: Un anti-modèle VEROUDERING: Een anti-model

LE VIEILLISSEMENT: Un anti-modèle VEROUDERING: Een anti-model VIEILLISSEMENT DE LA POPULATION ET DEVELOPPEMENT DURABLE VEROUDERING VAN DE BEVOLKING EN DUURZAME ONTWIKKELING Prof. J. DE MOL Dr en Psychologie LE VIEILLISSEMENT: Un anti-modèle VEROUDERING: Een anti-model

Nadere informatie

35968 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

35968 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD 35968 MONITEUR BELGE 07.06.2013 BELGISCH STAATSBLAD CHAPITRE V. Dispositions abrogatoires et finales Art. 15. Dans la deuxième colonne de l annexe 3 PJPol, les mots «Inspecteur général et Inspecteur général

Nadere informatie

BELGISCHE KAMER VAN CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS. betreffende het Belgisch Fonds voor de Voedselzekerheid

BELGISCHE KAMER VAN CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS. betreffende het Belgisch Fonds voor de Voedselzekerheid DOC 54 2171/002 DOC 54 2171/002 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE 24 januari 2017 24 janvier 2017 VOORSTEL VAN RESOLUTIE betreffende het Belgisch Fonds voor

Nadere informatie

Versie Naviga Reglement Klasse. Règlement Naviga Classe

Versie Naviga Reglement Klasse. Règlement Naviga Classe Naviga Reglement Klasse Règlement Naviga Classe Belgische versie Versie 2008 Version Belge Version 2008 Bijlage aan het FDS reglement (Stoom) REGLEMENT ONDER CATEGORIE MINI VAP 50. Opmerking Deze modellen

Nadere informatie

GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN

GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN 64359 FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG N. 2004 3391 (2004 2305) [2004/202310] 12 MEI 2004. Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve

Nadere informatie

Inhoudsopgave...2. Voorwoord...3. Inleiding...3. Hoofdstukken...4. 1. Wat is een verpleeghuis?...4. 2. De geschiedenis van het verpleeghuis...

Inhoudsopgave...2. Voorwoord...3. Inleiding...3. Hoofdstukken...4. 1. Wat is een verpleeghuis?...4. 2. De geschiedenis van het verpleeghuis... Naam: School: Groep: 8 Laurens Tap De Trinoom Datum: 10 december 2012 Hoofdstuk: Inhoudsopgave Pagina 1 INHOUDSOPGAVE Inhoudsopgave...2 Voorwoord...3 Inleiding...3 Hoofdstukken...4 1. Wat is een verpleeghuis?...4

Nadere informatie

Soins Verts en Flandre

Soins Verts en Flandre Soins Verts en Flandre Grez Doiceau 25 novembre 2015 Willem Rombaut Steunpunt Groene Zorg Centre de Support pour les Soins Verts Diestsevest 40 3000 Leuven willem.rombaut@groenezorg.be www.groenezorg.be

Nadere informatie

GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN

GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN 51132 MONITEUR BELGE 12.08.2015 BELGISCH STAATSBLAD GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN VLAAMSE GEMEENSCHAP COMMUNAUTE FLAMANDE

Nadere informatie

Wie zijn onze patiënten?

Wie zijn onze patiënten? In deze folder vertellen wij u graag wat meer over Forensisch Psychiatrisch Centrum de Kijvelanden. De Kijvelanden behandelt mensen met een psychiatrische stoornis. De rechter heeft hen tbs met bevel tot

Nadere informatie

Paranormaal of psychisch gestoord? Wat te doen als er problemen zijn?

Paranormaal of psychisch gestoord? Wat te doen als er problemen zijn? Paranormaal of psychisch gestoord? Wat te doen als er problemen zijn? door Kees Aaldijk transpersoonlijk coach en therapeut 06-142 742 93 www.transpersoonlijk.nl gepubliceerd in Spiegelbeeld januari 2010

Nadere informatie

Convention collective de travail du 3 mars Champ d'application CHAPITRE II. Avantages sociaux

Convention collective de travail du 3 mars Champ d'application CHAPITRE II. Avantages sociaux Convention collective de travail du 3 mars 2000. Champ d'application Article 1 - La convention collective de travail est applicable aux et aux et ouvrieres des relevant de la commission de la transformation

Nadere informatie

Van Gasthuis tot Gasthuisberg

Van Gasthuis tot Gasthuisberg Van Gasthuis tot Gasthuisberg Van Gast naar Gastheer Jan Peers Van Gast naar Gastheer 1080 Oprichting gasthuis Sint Pieter Evolutie olv Gasthuiszusters naar hospitaal 1222 naar huidige site St Pieter 1426

Nadere informatie

BELGISCH STAATSBLAD 28.07.2010 MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD 28.07.2010 MONITEUR BELGE 48001 N. 2010 2506 VLAAMSE OVERHEID [C 2010/35508] 11 JUNI 2010. Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 19 juli 2007 betreffende de modulaire structuur

Nadere informatie

Uitzicht op de heuvels 10 km van Kabaya Uitzicht op de heuvels ten noorden van Kabaya. Ongeveer 7 km van het dorp.

Uitzicht op de heuvels 10 km van Kabaya Uitzicht op de heuvels ten noorden van Kabaya. Ongeveer 7 km van het dorp. Verblijf van Tautvydas Rindzevicius in Kabaya/RWANDA in het kader van het bezoek aan wezen en kwetsbare kinderen gesponsord door de Jyambere stichting. Inleiding Tijdens de periode van juli-augustus 2015,

Nadere informatie

Document préparé par Marie Spaey, en collaboration avec Pauline de Wouters. Novembre 2009.

Document préparé par Marie Spaey, en collaboration avec Pauline de Wouters. Novembre 2009. . Déclaration environnementale Document préparé par Marie Spaey, en collaboration avec Pauline de Wouters. Novembre 2009. Définition dans le cadre de Clé Verte Dans le cadre de l éco-label Clé Verte, l

Nadere informatie

Schwedish Originals 59, 00. Eik living xxl. Chêne living xxl. /m². olie wit. huilé blanc

Schwedish Originals 59, 00. Eik living xxl. Chêne living xxl. /m². olie wit. huilé blanc Schwedish Originals Eik living xxl olie wit Chêne living xxl huilé blanc 3 strooks parket L 2.390 x 198 x 14 mm 1 pak = 2,84 m 2 Toplaag ca. 3,8 mm Massief kwartiers gezaagde middenlaag Les parquets 3

Nadere informatie